Professional Documents
Culture Documents
Hoofdstuk 1: Algemeenheden: 1. Basisbegrippen CNC
Hoofdstuk 1: Algemeenheden: 1. Basisbegrippen CNC
Hoofdstuk 1: Algemeenheden: 1. Basisbegrippen CNC
Hoofdstuk 1: Algemeenheden
1. Basisbegrippen CNC
Een NC machine
NC was een reeds veel gebruikte techniek tijdens WOII. Om de productie van wapentuig
op te schroeven werd gewerkt aan de opvolger, CNC. De ontwikkeling is tijdens de jaren
40 in een sneltreinvaart geraakt, maar was te laat klaar om nog een rol te spelen binnen de
wapenwedloop in die tijd. In 2007 zijn de G-code's en M-code's nog veelvuldig in
gebruik, maar toch is het zo dat er een nieuw soort sturing op de markt komt, die het
frezen en draaien vergemakkelijkt. Deze wordt de dialoogsturing genoemd. Hierbij
"praat" de programmeur tegen de machine in een gebruiksvriendelijke omgeving. Zo
worden bijvoorbeeld bochten niet meer ingegeven als een G-code maar als een commando
bocht, met een radius en een begin en middelpunt. Hierop kan dan bijvoorbeeld een
raaklijn worden aangezet die de machine zelf volledig berekent. Deze sturing is
gemakkelijker omdat deze logischer is voor de gebruiker. Het kan maanden duren voor
men alle G- en M-codes kent, maar met een uurtje uitleg en gezond verstand kan men al
werken met een dialoogsturing. Een voorbeeld van zo'n toegepaste sturing is Siemens
Shopmill op bijvoorbeeld een Chevalier 1418VMC of een Mazak draaibank met een
Mazatrol sturing. Deze laatste is echter vrijwel onbekend en is opgebouwd op een gewoon
en simpel uitziend Windows programma. Onderliggend is dit nog steeds een G-code
programma.
Chevalier 1418VMC
3.1 Voordelen
- Hogere standtijden van het gereedschap door gelijkmatige belastingen, aangepaste
snelheden en juiste voedingen
- Tijdwinst bij kleiner series
- korte stilstandtijden
- betere opspansystemen
- mogelijkheid tot combinatie van bewerkingen …
- Zeer hoge afwerkingkwaliteit
- Snelle aanpassing aan de vraag naar een product
- Leveringstijden kunnen verkort worden
- Varianten in de productie kunnen snel worden doorgevoerd
- …
3.2 Nadelen
- Zware investering voor een kleine onderneming
- Ontbreken van geschoold personeel
- …
3.3 Conclusie
Wanneer we de voor- en nadelen naast elkaar zetten, zien we dat product-technisch de
voordelen van doorslaggevende aard zijn.
1. Wat is Data?
Data kan worden omschreven als een groep van gegevens of informatie over om het even
wat. Zo kun je data hebben over toerentallen, voedingen, …
Wanneer we via het toetsenbord data inbrengen in een CNC-programma, kun je hierin
drie categorieën onderscheiden:
Alfanumerisch
e
Data
- Numerische data (cijfergegevens): Het inbrengen kan gebeuren met het numeriek
gedeelte van het toetsenbord.
- Alfabetische data (lettergevens): Het inbrengen kan gebeuren met het alfabetisch
gedeelte van het toetsenbord.
- Speciale tekens (geen letters en geen cijfers): deze tekens zijn meestal terug te
vinden op het alfabetisch gedeelte van het toetsenbord.
Programmeur
Bediener
CNC
Sturing
CNC
Machine
Zoals bovenstaand schema laat zien wordt het CNC-programma door een programmeur
geschreven. Meestal vertrekt men vanuit een tekening waarbij een computerprogramma
zelf het programma schrijft. Het heeft immers weinig zin dit te laten doen door de
machinebediener, omdat dit een lange stilstand van de machine tot gevolg zou hebben.
Eens dat het programma geschreven is, wordt dit via een datadrager tot in de machine
gebracht. Principieel gezien zal de machinebediener geen wijzigingen meer aanbrengen.
Er kan natuurlijk wel ingegrepen worden bij technologische fouten of bij een eventuele
verbetering van het productieproces. De sturing zorgt dan voor de juiste vertaling van
deze gegevens naar de machine toe.
4.1 Algemeen
Een CNC-programma intikken is een secure en tijdrovende bezigheid. Om te voorkomen
dat je dit telkens opnieuw zou moeten doen, bestaat de mogelijkheid om dit op te slaan op
datadragers. Zij laten toe om het programma van de PC naar de machine over te brengen,
uitwisseling te doen tussen verschillende machines, het programma later op papier af te
drukken en een archief aan te leggen.
- Harde schrijf
Dit opslagmedium is enkel te gebruiken in samenwerking met een computer. Door
de grote opslagcapaciteit en de snelle verwerking van de gegevens zijn harddisks
sterk aan te raden. Het uitwisselen van gegevens naar de machine toe gebeurt via
de seriële poort (RS232C), een aangepaste kabel en een overdrachtprotocol. Om
het risico op dataverlies te beperken is het aan te bevelen om bij gebruik van de
harddisk de data ook op externe schijf te bewaren.
Harde schijf
- USB stick
Een USB (Universal Serial Bus) stick is een datadrager die de laatste jaren veel
aantreft, ook bij CNC-machines. Er zijn veel verschillende formaten: 64 MB,
256 MB, 512 MB, 1 GB, …
Door de compacte afmeting, de grote opslagcapaciteit en goede afscherming is dit
een veel gebruikt medium. Dataverlies kan beperkt worden door een
veiligheidskopie te maken en goed zorg te dragen voor deze datadrager.
- Netwerk
Een netwerk is onmisbaar in het bedrijf de dag van vandaag.
Alles wordt via kabels en verbindingen doorgestuurd, met andere woorden men
heeft in principe geen datadragers meer nodig. Een programma kan rechtstreeks
van de computer naar de sturing van de CNC-machine gestuurd worden.
Natuurlijk zijn de datadragers niet overbodig geworden maar worden ze zeker nog
gebruikt om gegevens en programma’s te bewaren.
Hoofdspindel
Hoofdspindel CNC freesmachine
Hoofdspindel
Sturing
Sturing
Hoofdspindel
Bewegingsassen
Bewegingsassen
Hoofdspindel
Frame
Sturing
Bewegingsassen
Sturing
Bewegingsassen
Sturing
Sturing
Hoofdspindel
Bewegingsassen
Bewegingsassen
Sturing
2. Gestel of frame
De juiste asbenamingen voor CNC-machines zijn vastgelegd in DIN 66217. Onder assen
verstaat men de bewegingsrichting van de beweegbare machinedelen. Bij de meeste CNC-
machines zul je de volgende bewegingsassen aantreffen:
CNC freesmachine
- X-as: Beweging naar links of rechts
- Y-as: Beweging naar voor of achter
- Z-as: Beweging naar omhoog of omlaag
CNC draaibank
- X-as: Beweging naar voor of achter
- Z-as: Beweging naar links of rechts
Rotatieassen A en C
4. Verplaatsingselementen
4.1 Sturingsmotoren
Sturingsmotoren zorgen ervoor dat de voedingsbewegingen van de tafel of het
gereedschap juist verlopen. Aangezien bij het bewerken van een werkstuk op het ene
moment grote krachten optreden en het volgende moment weer niet, vraagt dit van de
sturingsmotoren bijzondere eigenschappen. In alle omstandigheden moeten deze motoren
zorgen voor gelijkmatige en juiste verplaatsingen tijdens de voedingsbewegingen.
We maken daarom gebruik van stappenmotoren omdat deze motor aan de meeste eisen
voldoet.
Stappenmotor
4.1.1) Invloedsfactoren
4.1.2) Eigenschappen
4.2 Voedingsassen
Om de draaiende beweging van de sturingsmotoren om te zetten in een rechtlijnige
beweging, zijn de CNC-machines meestal uitgerust met assen die voorzien zijn van een
speciale schroefdraad. Het CNC-programma rekent met exacte cijfers en niet alle
sturingen houden rekening met onvolmaaktheden van de machine.
Om die reden onder andere mag er geen speling zijn tussen de schroefas en de moer.
In zeer veel gevallen zal de constructeur gebruik maken van een kogelomloopspil dat
toelaat om de speling te regelen en een zekere voorspanning te geven. Hierdoor is het
mogelijk om de voedingsassen links en rechts te laten draaien zonder rekening te moeten
houden met de speling.
Kogelmoer
Recirculerende kogels
Kogelspil
Kogelmoer
Recirculerende kogels
Kogel in de belaste zone
4.3 Geleidingen
Geleidingen dienen om de sledebewegingen nauwkeurig te laten verlopen en de slijtage
tot een strikt minimum te beperken. Afhankelijk van de belasting en de
nauwkeurigheidseisen zal de machinefabrikant letten op:
Lineairgeleidingen en Kogelbussen
TOETS 1
1. Werkingsprincipe
Stappen- Lengte-
motor
Ingegeven Comparato Impulsen Meet-
afstand schroefas
r
systeem
slede
Zwaar lopende geleidingen, slip en speling maken het moeilijk, zoniet onmogelijk om
zeer kleine verplaatsingen uit te voeren. Uiteraard geldt dit zowel voor open als gesloten
systemen.
2. Soorten meetsystemen
Direct meetsysteem
Indirect meetsysteem
3. Meetmethoden
Om de positie van het werktuig nauwkeurig te bepalen moet de sturing te allen tijde
weten waar ze zich bevindt. Er moet dus bij iedere verplaatsing een meting worden
uitgevoerd. Dit meten kan op de volgende wijze gebeuren: absoluut en relatief.
Absolute meetmethode
Relatieve meetmethode
1. Algemeen
Bij het kiezen van de voedingszin tijdens het verspanen met een conventionele machine
moet je rekening houden met de speling op de voedingsspindels. Het niet naleven van de
juiste werkwijze kan als gevolg hebben dat het werkstuk of het gereedschap wordt
beschadigd. In het ergste geval kan ook breuk optreden.
2. Verspanen in meeloop
Wanneer de voedingsrichting van het werkstuk en draaizin van het gereedschap gelijk
zijn, spreek je van verspanen in meeloop. De spaan is kommavormig.
Verspanen in meeloop vraagt minder snijkracht en de afwerkinggraad is meestal beter.
Bij de uittrede van de tand is de spaan het dunst en de snijkracht minimaal.
Hierdoor zal het trillingspatroon minder zichtbaar zijn op het werkstuk. Tijdens het
verspanen wordt het werkstuk aangedrukt wat voordelig is tegen het loskomen.
Het meeloopfrezen vraagt om een stabiele machine die voorzien is van spelingvrije
sledeaandrijvingen. Dit zijn eisen waaraan een CNC-machine voldoet.
Het meeloopfrezen geniet in de meeste gevallen de voorkeur.
Voedingsrichting Frees
Werkstuk
Frees
Voedingsrichting
DraaibewegingWerkstuk
van de frees Frees
Voedingsrichting Werkstuk
3. Verspanen in tegenloop
Draaibeweging
van de frees
Wanneer de draaizin van het gereedschap en de voedingszin van het werkstuk
tegengesteld zijn, spreek je over verspanen in tegenloop. De spaanvorming gaat van
minimum naar maximum. Hierdoor zal het gereedschap in het begin licht wrijven over het
Draaibeweging
werkstuk. Door de opwaartse beweging bij het verspanen kan het werkstuk gemakkelijker
van de frees
loskomen. De opspanning van het werkstuk moet dus goed verzekerd zijn als gevolg van
deze opwaartse krachten bij het verspanen.
Verspanen in tegenloop vraagt een hogere snijkracht en kan een ruwere afwerkinggraad
geven. Dit komt omdat bij het uittreden van de tand de snijkracht maximaal is, om daarna
plots weg te vallen. Daardoor zal de frees lichtjes vooruitschieten en komt de volgende
tand met een schok in het werkstuk terecht. Je zult dit dan ook merken aan het
trillingspatroon op het werkstuk.
Voedingsrichting
Frees
Werkstuk
Frees
Draaibeweging Voedingsrichting
van de frees Werkstuk
Frees
Voedingsrichting Werkstuk
Draaibeweging
van de frees
Draaibeweging
van de frees
Hoofdstuk 6: CNC-besturingstypes
Alle gebruikersdata voor het fabriceren van het werkstuk wordt aan de CNC-sturing
doorgegeven en verwerkt in het vluchtige geheugen. Om toe te laten al deze gegevens te
verwerken, zijn vaste routines ingebouwd voor o.a. opstarten, baanbeschrijving,
machinefuncties, veiligheden, …
Voor de gewone gebruiker zijn deze routines niet toegankelijk gemaakt. Vluchtige data
zal verloren gaan bij spanningsuitval (niet bij alle CNC-machines). Daarentegen zal de
intelligentie van de sturing bewaard blijven zodat opnieuw kan worden gestart.
een CNC-sturing
2. Verplaatsing
Vooraleer tot de studie van de besturingen over te gaan, moet je weten dat bij
verplaatsingen wordt gesproken over lineaire en circulaire interpolatie.
Tijdens de verplaatsing van het ene punt naar het andere worden de assen van de
CNC-machine zo bijgeregeld dat het gereedschap niet buiten het tolerantieveld van de
rechte afwijkt.
Tijdens het verplaatsen van het gereedschap van het beginpunt van de cirkelboog naar het
eindpunt, dienen de tussenwaarden zo te worden berekend dat het gereedschap binnen een
bepaald tolerantieveld de cirkelboog volgt.
3. Soorten besturingen
- puntbesturing
- lijnbesturing
- contourbesturing
3.1 Puntbesturing
De puntbesturing is een eenvoudige besturing waarbij het gereedschap in ijlgang en
volgens een rechte baan naar een bepaald punt wordt gebracht. Afhankelijk van de
besturing worden de assen gelijktijdig of na elkaar ingeschakeld tot de juiste positie is
bereikt. Tijdens de verplaatsing is geen controle op de gevolgde weg en mag er ook geen
snijbeweging van het werktuig zijn. De meting bij de puntbesturing berust meestal op het
principe van de open kringloop.
Puntbesturing
3.2 Lijnbesturing
De lijnbesturing is een uitbreiding op de puntbesturing. De verplaatsingen gebeuren per as
en zijn (steeds) evenwijdig aan de assen van de machine. Tijdens het verplaatsen kan een
bewerking worden uitgevoerd met een bepaalde voedingssnelheid.
Hiervoor moeten de motoren dus variabel te bedienen zijn.
Lijnbesturing
3.3 Contourbesturing
Dit is het meest geavanceerde besturingssysteem. Door 2 of meer assen tegelijk te
besturen, kan deze besturing willekeurige banen beschrijven.
Het werktuig of de tafel kan tijdens het beschrijven van de baan met een bepaalde
voedingssnelheid worden voortbewogen. Het berekenen van de baan gebeurt door een
zogenaamde interpolator (berekenen van tussenwaarden).
De meeste contourbesturingen beschikken over een lineaire en circulaire interpolator.
Contourbesturing
De lineaire interpolator zal voor het volgen van een rechte lijn alleen de coördinaten van
het begin en het einde van de lijn nodig hebben. Met een nauwkeurigheid van
b.v. 0,01 mm zal de interpolator dan de volgende stappen uitvoeren:
Het berekenen van de contour (lineair of circulair) gebeurt met wiskundige functies die in
de sturing ‘geïntegreerd’ zijn. Aan deze functies kun je niets veranderen. Uiteraard kan
een contourbesturing ook worden gebruikt voor een puntbesturing en een lijnbesturing.
Het omgekeerde geldt niet.
3.4.1) 2D-contourbesturing
Bij de 2D-contourbesturing kan een lineaire of circulaire baan worden beschreven met
2 vaste assen. Wanneer een CNC-machine 3 assen heeft en voorzien is van een
2D-contourbesturing, zal een contour in een bepaald vlak kunnen worden beschreven in
voedingssnelheid. De derde as (Z-as) is onafhankelijk van de twee andere (X- en Y-as).
2D-contourbesturing
3.4.2) 2,5D-contourbesturing
Bij de 2,5D-contourbesturing kan een lineaire of een circulaire baan worden beschreven
met 2 vaste assen en dit in meer dan één vlak. Het is dus mogelijk om in een horizontaal
of een verticaal vlak een bepaalde interpolatie uit te voeren. Praktisch gezien zijn altijd
maar 2 assen aan het bewegen in voedingszin. Meestal kunnen 3 assen in ijlgang samen
bewegen.
2,5D-contourbesturing
3.4.3) 3D-contourbesturing
3D-contourbesturing
TOETS 2