Inspectierapport Scope 8 Solid Productions - 'S Gravendijkwal 58

Veiligheidsinspectie
Scios Scope 8
Inspectieplan en Inspectierapport
Solid Productions BV
Dansateliers
Locatie: 's Gravendijkwal 58
te Rotterdam
d.d. 11 juni 2019
Synorga electrical management bv • Postbus 59044 • 3008 PA Rotterdam • Bezoekadres: Deventerseweg 1 • 2994 LE Barendrecht •
T 088 - SYNORGA (796 67 42) • BTW-nummer: NL8087.40.568.B.03 • K.v.K. Rotterdam nummer: 24.29.73.08 •
ABN-AMRO Bank NL 50 ABNA 0521375630 • E em@synorga.nl • W www.synorga.nl
Aangesloten bij Techniek Nederland sectie beheer en inspectie / VCA* gecertificeerd / Gecertificeerd door KIWA voor SCIOS scope 8,
9 en 10.
Opdrachtgever Projectnummer Projectnaam
Solid Productions BV 39000237 Dansateliers
Opsteldatum inspectieplan Datum eindrapport Bouwdeel
11 juni 2019 11 juni 2019 's Gravendijkwal 58 Rotterdam
Opgesteld door Inspectiedatum Inspecteur(s)
Dhr. A.J. van der Schans 11 juni 2019 Dhr. A.J. van der Schans Dhr W van der Dool
INHOUD
Veiligheidsinspectie......................................................................................... 1
1 Inleiding .................................................................................................................................... 3
2 Algemeen .................................................................................................................................. 4
2.1 Projectgegevens ........................................................................................................................ 4
2.2 Omvang van de inspectie ........................................................................................................... 5
2.3 Overzicht bouwdelen .................................................................................................................. 5
2.4 Onderhoud ................................................................................................................................. 6
2.5 Technische (inspectie) gegevens ............................................................................................... 7
2.6 Inspectie-interval ........................................................................................................................ 8
2.7 Inspectie gebouwgebonden installatiedelen ............................................................................. 10
Inspectierapport ............................................................................................. 12
2.8 Checklist e-installatie................................................................................................................ 13
2.9 Resultaten visuele inspectie ..................................................................................................... 14
2.10 Resultaten metingen en beproevingen ..................................................................................... 15
2.11 Meetresultaten fasenbelasting .................................................................................................. 16
2.12 Meetresultaten installatiedelen ................................................................................................. 17
2.13 Extra aandachtspunten ............................................................................................................ 21
2.14 Eindconclusie ........................................................................................................................... 21
Bijlage 1 Visuele inspectie met fotorapportage ............................................................................ 22
Synorga electrical management bv Inspectieplan_ Scope 8 (3.1a) Blad 2 van 31

1 INLEIDING
Het doel van een veiligheidsinspectie is te bepalen of een bestaande elektrische installatie voldoet
aan de technische voorschriften of veiligheidsvoorschriften, zoals omschreven in de van toepassing
zijnde normen. Bestaande elektrische installaties kunnen ook voorkomen in omvangrijke machines.
De inspectie en rapportage van bestaande elektrische installatie valt onder en wordt uitgevoerd
volgens de Scios ‘Certificatieregeling – deelregeling elektrisch materieel’.
De inspectiewerkzaamheden bestaan uit:

• controle op de eisen met betrekking tot de aanleg van de installatie ten opzichte van de
omgeving en het gebruik;
• controle van de beschikbare tekeningen en documentatie van de installatie;
• visuele controle.(zie 2.7);
• metingen en beproevingen(zie 2.7).
Inspecties worden uitgevoerd aan de hand van het in de opdracht overeengekomen inspectieplan.
Indien aanwezig met behulp van de noodzakelijke documenten en eventuele instructies van de
installatieverantwoordelijke/eigenaar/opdrachtgever.
In de inspectierapportage moet vastgelegd zijn de:
• gegevens van de opdrachtgever;

• gegevens van het inspectiebedrijf;
• frequentie van de inspectie;
• gebruikte meetinstrumenten;
Bij de inspectie, die uitgevoerd wordt volgens de Scios regeling wordt, daar waar van toepassing,
uitgegaan van de versies van normen en voorschriften die golden op het moment van aanleg van de
installatie.
Geconstateerde gebreken worden op prioriteiten verdeeld in:

• A. Fouten brand - en/of levensgevaarlijk, vraagt om een directe aanpassing van de installatie
(wordt direct vastgelegd op een meldingsformulier).
• B. Fouten indirect brand - en/of levensgevaarlijk, is een gevaarlijke situatie die om een
aanpassing van de installatie op de korte termijn vraagt.
• C. Fouten niet volgens de voorschriften, kan in de toekomst een gevaarlijke situatie geven
zodat dit om een aanpassing van de installatie op de middellange termijn vraagt.
• D. Fouten niet volgens de voorschriften, is geen gevaarlijke situatie maar vraagt wel om een
aanpassing van de installatie.
Indien het moment van aanleg niet herleidbaar is, zal de inspectie uitgevoerd worden volgens de
norm NEN1010:2015/C2:2016 (e.e.a. in afstemming met de opdrachtgever).
Na de inspectie wordt een inspectierapport opgesteld.
Een thermografisch onderzoek van de schakelen verdeelinrichtingen maakt standaard deel uit van
onze inspectie. Alleen de geconstateerde afwijkingen zullen worden benoemd in de bijlage 1.

2 ALGEMEEN
2.1 PROJECTGEGEVENS
Opdrachtgever
Bedrijfsnaam Solid Productions BV
Adres Barbizonlaan 83
Postcode en plaats 2908 ME Capelle aan den IJssel
Telefoon 06-40537658
Contactpersoon Dhr. T van der Put
E-mail
Inspectielocatie
Naam Dansateliers
Eenduidige omschrijving object Dansruimte's
Adres 's Gravendijkwal 58
Postcode en plaats 3014 EH Rotterdam
Telefoon 06-81924144
Contactpersoon Dhr. J. Cuperus
E-mail
Inspectiebedrijf
Bedrijfsnaam Synorga electrical management bv
Postadres Postbus 59044
Postcode en plaats 3008 PA Rotterdam
Adres Deventerseweg 1
Postcode en plaats 2994 LE Barendrecht
Telefoon 088 - SYNORGA (796 67 42)
E-mail em@synorga.nl
Contactpersoon Dhr. J.A. van der Laan
Projectgegevens
Projectnaam Dansateliers
Projectnummer 39000237
Start inspectiedatum 11 juni 2019
Inspecteur(s) Dhr. A.J. van der Schans / Dhr. W van der Dool

2.2 OMVANG VAN DE INSPECTIE

Uitvoering en omvang van de Inspectie
Omschrijving
Soort Inspectie Bestaande installatie, Scios scope 8
Datum eerste aanleg Onbekend
Datum Renovatie 1993 deels
Ruimtebestemming veranderd? Ja
Toepassing Dansateliers-opslagruimte
2.3 OVERZICHT BOUWDELEN

Omschrijving/omvang van te inspecteren bouwdelen:
Verdeelinrichting
Verdeelinrichting Locatie Toelichting Isolatieklasse Beveiliging (A) HS (A)/p
1. HVK Elektraruimte Begane grond II 63 160/4
2. OVK 1 Elektraruimte Begane grond II NB 63/4
5. OVK 4 Elektraruimte Begane grond !! NB 40/4
8. OVK 7 Werkcentrum Dans Begane grond !! 50 Nb
9. OVK LK2 Gang (21) 2de verdieping II 50 63/4
10. OVK WPL Conny Janssen Danst 2de verdieping II 63 63/4
(18)
11. OVK 8 Hal 1ste verdieping Studio 2 II 35 63/4
Ruimten
Object/objectdeel Locatie Toelichting
1. Dansateliers – opslagruimte’s Begane grond-1ste verdieping -
2de verdieping
Uitsluitingen
Omschrijving van de niet (volledig) uitgevoerde werkzaamheden:
Object/objectdeel Locatie Toelichting

Verdelers Algemeen De isolatieweerstandsmetingen niet uit kunnen voeren
i.v.m. het niet mogen schakelen van de elektrische
installatiedelen. Dit is in overleg uitgevoerd met de heer J.
Cuperus
Thermografie verdelers Algemeen Gedeeltelijke thermografische inspectie uitgevoerd in
verband met het niet geheel kunnen verwijderen van de
afscherming zonder de installatie uit te kunnen schakelen.
Dit is in overleg uitgevoerd met de heer J. Cuperus.

2.4 ONDERHOUD
Mate van onderhoud Onderhoudspartij
Aan de installatie wordt: Onderhoud wordt verricht door:
Preventief en correctief onderhoud verricht Derden
Afspraken met de opdrachtgever / beheerder

• Opdrachtgever / beheerder / huurder is aanwezig op de dagen van inspectie.
• Toegang tot alle ruimten is mogelijk.
• Bij constatering van gevaarlijke situaties waarbij brand en/of levensgevaar in grote mate
aanwezig is, wordt in overleg de installatie (gedeeltelijk)uitgeschakeld en zowel de beheerder als
de installatieverantwoordelijke/opdrachtgever op de hoogte gesteld. Naast bovengenoemde actie
zal middels het formulier “melding afwijkingen” deze worden vastgelegd en ondertekend door
beide partijen.
Ter beschikking gestelde tekeningen

Gebruikte tekeningen Omschrijving Status
Geen tekeningen aanwezig.
Spanningsloos/onderspanning werken
Spanningsloos gewerkt J/N Nee, de benodigde metingen zijn onder spanning uitgevoerd
maar met gebruik van beschermingsmiddelen als benoemd in
het inspectieplan.
Verder kon er niet geschakeld worden t.b.v. isolatie
weerstandsmetingen.
Er waren geen aardlekschakelaars aanwezig.
100% inspectie of steekproefinspectie

De inspectie is zo volledig mogelijk uitgevoerd.
Steekproeven zijn uitgevoerd op:
• Verlichtingsarmaturen;
• Laagohmige metingen;
• Werking groep – en bedieningsschakelaars;
• Circuitimpedanties P-N /P-E contactdozen.
Voor het bepalen van de steekproefgrootte is gebruik gemaakt van bijlage J van de NEN 3140.
Inventarisatie aanwezige veiligheidsvoorzieningen
Vluchtwegen Zijn aanwezig en toegankelijk

BHV'ers en telefoonnummers Onbekend
Aanspreekpersonen Dhr. J. Cuperus
Mogelijke nood- en/of geluidssignalen Ontruimingsalarm
Gevaarlijke stoffen Niet aanwezig
Werkzaamheden worden uitgevoerd volgens de Synorga 2019-1
veiligheidsinstructie voor inspectie

2.5 TECHNISCHE (INSPECTIE) GEGEVENS

Meetinstrument Serienummer Calibratiedatum
Installatietester Profitest Mtech+ ZCW51 3 juni 2019
Thermografische camera Fluke TiS45 19010173 n.v.t.
Hulpmiddelen
• Geïsoleerd handgereedschap
• Geïsoleerde mat
• Gelaatscherm en veiligheidshelm
Normen en voorschriften
• Bij inspectie van de vaste installatiedelen, van verdeelkast t/m het aansluitpunt, wordt deze
geïnspecteerd conform de norm die ten tijde van aanleg van toepassing was.
• De te inspecteren installatiedelen worden getoetst aan:

- De norm die van toepassing was bij aanleg zie punt 2.8;
- De norm NEN 1010:2015/C2:2016, “Elektrische installaties voor laagspanning”;
- NEN-EN-IEC 60204-1;
- NEN-EN-IEC 61439-1;
- Voor elektrische materieel: Veiligheidsbepalingen in de relevante productnormen en
instructies van de fabrikant;
- Aanvullende normen en eisen zijn per bouwdeel aangegeven.
Registratie van de inspectie (inspectierapport)

• Per bouwdeel wordt een overzicht gemaakt van de resultaten van de uitgevoerde inspectie en
onderverdeeld in:
- Checklist E-installatie,
- Resultaten visuele inspectie,
- Resultaten meting en beproevingen,
- Meetresultaten fasebelasting,
- Meetresultaten installatiedelen.
- Extra aandachtspunten
- Eindconclusie
• Deze genoemde tekortkomingen worden per onderdeel geregistreerd op de volgende wijze:
- Benaming van de ruimte en/of locatie,
- Mogelijke ruimtenummer,
- Locatiecode, omschrijving tekortkoming,
- Risicogevaar fout A, B, C of D,
- Alle metingen worden per ruimte/locatie opgeslagen en verwerkt in de meetstaten,
- De visuele inspecties zijn ondergebracht in een aparte foto bijlage.

2.6 INSPECTIE-INTERVAL
De tijd tussen twee opeenvolgende inspecties wordt bepaald aan de hand van de onderstaande som
van factoren, e.e.a. volgens bijlage I van de NEN 3140+A2:2018.
Factor Code Omschrijving Gewicht Wegingsfactor per
bouwdeel
A De leeftijd van de installatie
De installatie is:
A1 Jonger dan 10 jaar 0
A2 Ouder dan 10 jaar 5
A3 Ouder dan 20 jaar 8 8
A4 Ouder dan 30 jaar 10
B De kwaliteit van de installatie
De kwaliteit van de installatie, gelet op de veiligheid:
B1 Is aanzienlijk beter dan de minimale kwaliteit zoals 0
die is vastgesteld in de jongste elektrotechnische
normen
B2 Voldoet aan de jongste elektrotechnische norm 2
B3 Voldoet aan de normen die bij aanleg van 4
toepassing waren en aanvullende
veiligheidsvoorzieningen zijn aangebracht
B4 Voldoet aan de normen die bij aanleg van 7 7
toepassing waren
B5 Levert het vermoeden of geeft feitelijk aan dat de 15
installatie niet aan normen voldoet, er zijn echter
geen gevaarlijke situaties aanwezig
C De omgevingsomstandigheden
De omgeving waarin de installatie wordt gebruikt:
C1 Is schoon en droog, bevat geen explosieve- of 0 0
corrosieve gassen, levert geen brandgevaar t.g.v.
stof op en is vrij van transportmiddelen of zware
materialen
C2 Is niet schoon en droog of bevat explosieve- of 10
corrosieve gassen of levert brandgevaar t.g.v. stof
op of houdt het gebruik van transportmiddelen of
zware materialen in
C3 Kenmerkt zich als een zware industriële omgeving 20
waarin voortdurend gevaar aanwezig is waardoor
de veiligheid wordt aangetast door:
1. vocht,
2. brandbaar materieel,
3. stof of corrosieve of explosieve gassen of
dampen of stof of
kenmerkt zich als een omgeving waar wordt
gewerkt met transportmiddelen of zware
materialen waardoor de installatie kan worden
beschadigd

Factor Code Omschrijving Gewicht Wegingsfactor per

bouwdeel
D De personen die de installatie gebruiken
De installatie wordt uitsluitend gebruikt door:
D1 Elektrotechnisch opgeleid personeel met ten 0
minste een elektrotechnische opleiding in de
energietechniek of
personen die op grond van hun opleiding en

ervaring zelfstandig kunnen beoordelen of zij zelf,
of anderen, veilig werken
D2 Niet specifiek elektrotechnische opgeleid 3
personeel waarbij in de opleiding aandacht is
besteed aan de gevaren die verbonden zijn aan
het werken met elektriciteit
D3 Leken 8 8
D4 Leerlingen, cursisten, studenten en practicanten 10
E De mate van toezicht door een installatieverantwoordelijke
De mate van toezicht op de installatie:
E1 Er wordt regelmatig toezicht uitgeoefend door een 0
installatieverantwoordelijke
E2 Er wordt sporadisch toezicht uitgeoefend door een 10 10
installatieverantwoordelijke
TOTAAL PER BOUWDEEL 33

INSPECTIEFREQUENTIE PER BOUWDEEL IN JAREN 4.5
16
14
12
Tijd in jaren
10
0
0 10 20 30 40 50 60 70
Som van de factoren

2.7 INSPECTIE GEBOUWGEBONDEN INSTALLATIEDELEN

De visuele controle bestaat uit:
Elektrische installatie:
1. opvragen en controleren beschikbare tekeningen en documentatie van de elektrische installatie1;
2. elektrisch materieel is geïnstalleerd en wordt gebruikt volgens de voorschriften van de fabrikant
en geldende installatie- en productnormen;
3. elektrisch materieel geschikt is voor de gebruiker;
4. elektrisch materieel geschikt is voor zijn omgeving;
5. elektrisch materieel veilig is voor gebruik;
Schakel- en verdeelinrichtingen:
6. elektrisch materieel is bestand tegen het maximale kortsluitvermogen dat kan optreden;
7. de schakelen verdeelinrichting wordt gebruikt volgens de productvoorschriften;
8. de schakelen verdeelinrichting vertoont geen sporen van degeneratie;
9. de schakelen verdeelinrichting vertoont geen sporen van oververhitting.
10. de schakelen verdeelinrichting is vrij van vuil en vocht.
11. bij componenten waar periodiek onderhoud noodzakelijk is, moet worden gecontroleerd of dit
daadwerkelijk wordt uitgevoerd.
12. de overstroombeveiliging van de schakelen verdeelinrichting is juist gekozen.
13. de schakelen verdeelinrichting is geschikt voor zijn omgeving.
14. de schakel en verdeelinrichting is geschikt voor de gebruiker.
Controle op de eisen m.b.t. opbouw van de installatie t.o.v. de omgeving en gebruik

Gelet dient te worden op:
15. de handelingen die uitgevoerd worden door de gebruiker;
16. veiligheidsmaatregelen die zijn genomen;
17. toegang tot ruimtes met elektrische gevaar;
18. schoonmaken van ruimten;
19. aanraakveiligheid van schakelen verdeelinrichtingen.

De volgende metingen en beproevingen worden uitgevoerd:

1. ononderbroken zijn van de beschermingsleiding:
a. verbindingen in schakel en verdeelinrichtingen;
b. contactdozen;
c. verlichtingsarmaturen;
d. overig vast aangesloten materieel.
2. ononderbroken zijn van de beschermingsleidingen in bijzondere ruimten:
a. verbindingen in de schakelen verdeelinrichtingen;
b. contactdozen;
c. verlichtingsarmaturen;
d. overig vast aangesloten materieel.
3. ononderbroken zijn van de vereffeningsleidingen.
4. ononderbroken zijn van de vereffeningsleidingen in bijzondere ruimten2.
5. meting van de isolatieweerstand bij stroomketens van eindgroepen in de volgende omgevingen:
a. bouw- en sloopterrein;
b. vochtige omgevingen;
c. buitenterrein.
6. aardlekbeveiligingen.
7. Goede werking van schakelaars:
a. groepschakelaars, schakelen verdeelinrichtingen;
b. bedieningsschakelaars verlichting;
c. bedieningsschakelaars overig elektrisch materieel;
d. werkschakelaars;
e. noodstopschakelaars.
8. meting van de circuitimpedantie P-N of P-P;
a. contactdozen
9. meting van de circuitimpedantie P-PE;
a. schakelen verdeelinrichtingen klasse1;
b. contactdozen;
c. vast aangesloten apparaten.
1
Het ontbreken of incompleet zijn van tekeningen of documentatie van een installatie is geen gebrek en leidt
hooguit tot een opmerking in het rapport met het advies de gegevens actueel te maken.
2 Bijzondere ruimten zijn ruimten die omschreven worden in NEN1010 deel 7

Inspectierapport
Scios Scope 8
Synorga electrical management bv • Postbus 59044 • 3008 PA Rotterdam • Bezoekadres: Deventerseweg 1 • 2994 LE Barendrecht •
T 088 - SYNORGA (796 67 42) • BTW-nummer: NL8087.40.568.B.03 • K.v.K. Rotterdam nummer: 24.29.73.08 •
ABN-AMRO Bank NL 50 ABNA 0521375630 • E em@synorga.nl • W www.synorga.nl
Aangesloten bij Techniek Nederland sectie beheer en inspectie / VCA* gecertificeerd / Gecertificeerd door KIWA voor SCIOS scope 8,
9 en 10.
2.8 CHECKLIST E-INSTALLATIE

Installatiegegevens
Omschrijving Gegevens
Bouwjaar installatie Onbekend deels gerenoveerd 1993
Aansluitspanning 230/400V
Beveiliging energiebedrijf 63-100-80
Veiligheidsaarding TT-stelsel
Elektrotechnische tekeningen aanwezig Niet aanwezig op locatie
Bijzondere ruimten Niet aanwezig
Verdeelinrichting Locatie Toelichting Isolatieklasse Beveiliging (A) HS (A)/p

1. HVK Elektraruimte Begane grond II 63 160/4
5. OVK 4 Elektraruimte Begane grond !! NB 40/4
8. OVK 7 Werkcentrum Dans Begane grond !! 50 Nb
9. OVK LK2 Gang (21) 2de verdieping II 50 63/4
10. OVK WPL Conny Janssen Danst 2de verdieping II 63 63/4
(18)

2.9 RESULTATEN VISUELE INSPECTIE

Visuele inspectie
Omschrijving Ja/nee/n.v.t. Opmerkingen
Beschikbare tekeningen en documentatie Nee
van de elektrische installatie zijn
aanwezig1
Elektrisch materieel is geïnstalleerd en Nee Zie Foto rapport
wordt gebruikt volgens de voorschriften
van de fabrikant en geldende installatie-
en productnormen;
Elektrisch materieel geschikt is voor de Ja
gebruiker
Elektrisch materieel geschikt is voor zijn Ja
omgeving
Elektrisch materieel is veilig is voor Ja
gebruik
Elektrisch materieel is bestand tegen het Ja
maximale kortsluitvermogen dat kan
optreden
De schakelen verdeelinrichting wordt Ja
gebruikt volgens de productvoorschriften
De schakelen verdeelinrichting vertoont Nee
sporen van degeneratie
De schakelen verdeelinrichting vertoont Nee
sporen van oververhitting
De schakelen verdeelinrichting is vrij van Ja
vuil en vocht
Onderhoud wordt uitgevoerd Nee
De overstroombeveiliging van de schakel- Ja
en verdeelinrichting is juist gekozen.
De schakelen verdeelinrichting is Ja
geschikt voor zijn omgeving.
De schakel en verdeelinrichting is Ja
geschikt voor de gebruiker
Veiligheidsmaatregelen zijn genomen, Ja
indien van toepassing
Toegang tot ruimtes met elektrische Nee Er zijn in diverse ruimtes
gevaar is afgesloten onderverdelingen aanwezig zonder
afscherming
(Elektrische bedrijfs)ruimten zijn schoon Ja
Schakel- en verdeelinrichtingen zijn Nee Zie foto rapport
aanraakveilig

1
Het ontbreken of incompleet zijn van tekeningen of documentatie van een installatie is geen gebrek en leidt
hooguit tot een opmerking in het rapport met het advies de gegevens actueel te maken
2.10 RESULTATEN METINGEN EN BEPROEVINGEN

Omschrijving Ja/nee/n.v.t. Opmerkingen
Beschermingsleidingen zijn Ja
ononderbroken in gewone en bijzondere
ruimten
Vereffeningsleidingen zijn ononderbroken Ja
in gewone en bijzondere ruimten
Isolatieweerstand is in orde NVT Niet kunnen meten
Aardlekbeveiligingen zijn in orde NVT Niet aanwezig
Schakelaars zoals benoemd in 2.7.7 zijn Ja
in orde
Circuitimpedanties zijn in orde Ja

2.11 MEETRESULTATEN FASENBELASTING

Omschrijving/locatie L1 (A) L2 (A) L3 (A) N (A) PE (A) Opmerking
1. HVK / Elktraruimte Gm Gm Gm Gm Gm
2. OVK 1 / Elektraruimte Gm Gm Gm Gm Gm
8. OVK 7 / Werkcentrum Dans Gm Gm Gm Gm Gm
9. OVK LK2 / Gang (21) Gm Gm Gm Gm Gm
10. OVK wpl / Conny Janssen Danst Gm Gm Gm Gm Gm
(18)
11. OVK 8 / Hal Gm Gm Gm Gm Gm
12. OVK 9 / Hal Gm Gm Gm Gm Gm
Toelichting:
• De afkorting Gm staat voor “geen meetmogelijkheid”.
• De afkorting Gb staat voor “geen belasting”.

2.12 MEETRESULTATEN INSTALLATIEDELEN

Verdeelinrichtingen
Installatie Leiding/kabel Overstroombeveiliging Net
Omschrijving/locatie Soort Aantal Door- Karakt. ZSchl[] RI f-f [] RI f-n [] RISO [] UN [V]
aders snede IN [A] IK [A] IK [A] IK [A] Utest fN [Hz]
[mm2] [V]
1. HVK / Elektraruimte Ymvk 5 25 gF 0,33 0,08 0,27 * 230
696 5,00K 851 * 50.0
2. OVK 1 / Elektraruimte VD 2 6 Nb 0,33 * 0,06 * 230
696 * 3,83K * 50.0
3. OVK 2 / Elektraruimte(18) VD 5 16 gG 0,39 0,09 0,11 * 230
50 589 4,44K 2,09K * 50.0
4. OVK 3 / Elektraruimte(21) VD 4 * gG 0,34 0,11 0,12 * 230
63 676 3,63K 1,91K * 50.0
5. OVK 4 / Elektraruimte(7) VD 2 6 gG * * * * 230
25 * * * * 50.0
6. OVK 5 / Elektraruimte (13) VD 2 6 gG * * * * 230
25 * * * * 50.0
7. OVK 6 / Elektraruimte (15) VD 2 6 gG * * * * 230
25 * * * * 50.0
8. OVK 7 / Werkcentrum Dans Ymvk 5 25 gF 0,33 0,15 0,08 * 230
50 696 2,66K 2,87K * 50.0
9. OVK LK2 / Gang (21) Ymvk 5 16 gG 0,43 0,15 0,12 * 230
63 534 2,66K 1,91K * 50.0
10. OVK wpl / Conny Janssen Danst Ymvk 5 16 gG 0,55 0,30 0,29 * 230
(18) 50 418 1,33 793 * 50.0
11. OVK 8 / Hal Ymvk 5 10 gG 0,45 * 0,22 * 230
35 511 * 1,04K * 50.0
12. OVK 9 / Hal Ymvk 5 10 gG 0,46 0,24 0,25 * 230
50 500 1,66K 920 * 50.0
Aarding (beschermende vereffeningsleidingen)

Installatie Leiding/kabel Meting
Omschrijving/locatie Soort Aantal aders Doorsnede RLO []
[mm2]
1. Wandcontactdoos – Wandgoot(022) VD 1 2.5 0,07
2. Wandcontactdoos – Werkblad (129) * * * 0,54
3. Wandcontactdoos – Waterleiding(129) * * * 0,06
4. Wandcontactdoos – Werkblad (130) * * * >99,9
5. Wandcontactdoos – Waterleiding (210) * * * 0,06
6. Wandcontactdoos – Werkblad (210) * * * >99,9
7. Wandcontactdoos – C.V. leiding (212) * * * 0,06
8. Wandcontactdoos – Werkblad (002) * * * 0,06
9. Wandcontactdoos – Waterleiding(002) * * * 0,05
10. Wandcontactdoos – C.V. leiding (002) * * * 0,06
11.

Installatiedelen
Omschrijving/locatie Soort Aantal Door- Karakt. ZSchl[] RI [] Net-
aders snede IN [A] IK [A] IK [A] spanning
[mm2]
UN [V]/
fN [Hz]
1. Kamer 204 YMvK 3 2.5 gG 0,98 0,48 230
16 234 473 50.0
2. Kamer 206 YMvK 3 2.5 gG * * 230
16 * * 50.0
3. Kamer 109 YMvK 3 2.5 gG 0,626 * 230
16 368 * 50.0
4. Kamer 109 YMvK 3 2.5 gG 0,789 * 230
16 291 * 50.0
5. Hal YMvK 3 2.5 gG 0,566 * 230
16 406 * 50.0
6. Kamer 135 YMvK 3 2.5 gG 0,792 0,651 230
16 290 353 50.0
7. Kamer 108 YMvK 3 2.5 gG 1,10 0,628 230
16 209 344 50.0
8. Kamer 108 YMvK 3 2.5 gG 1,18 0,816 230
16 195 282 50.0
9. Kamer 108 YMvK 3 2.5 gG 0,789 0,49 230
16 291 483 50.0
10. Kamer 104 YMvK 3 2.5 gG 0,84 0,52 230
16 274 438 50.0
11. Kamer 104 YMvK 3 2.5 gG 0,85 0,54 230
16 271 429 50.0
12. Kamer 129 YMvK 3 2.5 gG 0,88 0,61 230
16 261 374 50.0
13. Kamer 116 YMvK 3 2.5 gG 0,94 0,66 230
16 245 346 50.0
14. Kamer 116 YMvK 3 2.5 gG 0,92 0,63 230
16 250 364 50.0
15. Kamer 130 YMvK 3 2.5 gG 0,85 0,59 230
16 270 386 50.0
16. Kamer 130 YMvK 3 2.5 gG 0,97 0,69 230
16 236 333 50.0
17. Kamer 130 YMvK 3 2.5 gG 0,90 0,63 230
16 255 362 50.0
18. Kamer 130 YMvK 3 2.5 gG 0,56 0,31 230
16 408 737 50.0
19. Kamer 131 (geen spanning) YMvK 3 2.5 gG * * 230
16 * * 50.0
20. Kamer 112(geen spanning) YMvK 3 2.5 gG * * 230
16 * * 50.0
16 * * 50.0
16 * * 50.0
16 * * 50.0
24. Kamer 210 YMvK 3 2.5 gG 0,88 1,20 230
16 259 191 50.0
25. Kamer 210 YMvK 3 2.5 gG 0,81 0,64 230
16 283 359 50.0


[mm2]
UN [V]/
fN [Hz]
26. Kamer 210 YMvK 3 2.5 gG * 2,30 230
16 * 100 50.0
27. Kamer 212 YMvK 3 2.5 gG 0,86 0,60 230
16 265 378 50.0
28. Kamer 211 YMvK 3 2.5 gG 1,38 0,95 230
16 167 241 50.0
29. Kamer 211 YMvK 3 2.5 gG 0,83 0,60 230
16 275 380 50.0
30. Kamer 219 YMvK 3 2.5 gG 0,83 0,50 230
16 275 458 50.0
31. Kamer 221 YMvK 3 2.5 gG 0,44 0,17 230
16 520 1,32K 50.0
16 * * 50.0
16 * * 50.0
16 * * 50.0
16 * * 50.0
36. Kamer 127 YMvK 3 2.5 gG 1,90 1,45 230
16 120 159 50.0
37. Kamer 122 YMvK 3 2.5 gG 0,12 0,94 230
16 1,97K 242 50.0
38. Kamer 113 YMvK 3 2.5 gG 0,90 0,60 230
16 255 379 50.0
39. Kamer 013 YMvK 3 2.5 gG 1,34 0,99 230
16 171 232 50.0
40. Kamer 013 YMvK 3 2.5 gG * 0,13 230
16 * 1,71K 50.0
41. Kamer 013 YMvK 3 2.5 gG * 0,16 230
16 * 1,42K 50.0
42. Kamer 010 YMvK 3 2.5 gG 0,83 0,54 230
16 275 420 50.0
43. Kamer 006 YMvK 3 2.5 gG 0,90 0,60 230
16 255 381 50.0
44. Kamer 006 YMvK 3 2.5 gG 0,85 0,57 230
16 270 400 50.0
45. Kamer 005 YMvK 3 2.5 gG 0,94 0,60 230
16 242 381 50.0
46. Kamer 004 YMvK 3 2.5 gG 0,72 0,39 230
16 319 579 50.0
47. Kamer 003 YMvK 3 2.5 gG 0,76 0,71 230
16 301 322 50.0
48. Kamer 002 YMvK 3 2.5 gG 0,57 0,26 230
16 385 883 50.0
49. Kamer 002 YMvK 3 2.5 gG 0,82 0,54 230
16 278 421 50.0
50. Kamer 022 YMvK 3 2.5 gG 0,69 0,59 230
16 333 388 50.0


[mm2]
UN [V]/
fN [Hz]
51. Kamer 022 YMvK 3 2.5 gG 0,68 0,48 230
16 337 472 50.0
52. Kamer 022 YMvK 3 2.5 gG 0,58 0,32 230
16 396 717 50.0
53. Kamer 021 YMvK 3 2.5 gG 0,67 0,40 230
16 343 574 50.0
Toelichting:
• De met * gemarkeerde items zijn onbekend.
• Vetgedrukte regels betekenen dat de meetwaarden niet voldoen aan de specificaties.

2.13 EXTRA AANDACHTSPUNTEN

Ruimte Opmerking
Verdeelinrichting Het meten van de isolatieweerstand is bedoeld om de kwaliteit van de
kabels te beoordelen. Het is van belang omdat hiermee wordt
voorkomen er slechte kabels aanwezig zijn waardoor een kortsluiting of
brandgevaar zou kunnen ontstaan. Tijdens inspectie niet kunnen
uitvoeren, installatiedelen niet mogen schakelen i.v.m. de continuïteit
verstoring. Mogelijkerwijs is dit tijdens een groot onderhoud of bij de
eerst volgende inspectie alsnog uit te voeren.
Tekeningen en Om inzicht te krijgen in de installatie zijn tekeningen noodzakelijk bij
documentatie inspectie en onderhoud. Tevens kunnen door het ontbreken van
tekeningen of documentatie gevaarlijke situaties ontstaan bij
onderhoud of calamiteiten. Dit door verkeerde schakelacties of zelfs het
niet schakelen tijdens werkzaamheden.
Wij adviseren om de gegevens actueel te maken.
2.14 EINDCONCLUSIE
Risicobeoordeling
De elektrische installatie voldoet ten dele aan de NEN 1010.
Synorga electrical management verklaart dat de inspectie is uitgevoerd volgens het inspectieplan en
de verkregen opdracht. De geconstateerde gebreken zijn benoemd in het inspectierapport.
Barendrecht, d.d. 11 juni 2019
Namens Synorga electrical management bv
Dhr. A.J. van der Schans

Inspecteur

BIJLAGE 1 VISUELE INSPECTIE MET FOTORAPPORTAGE
Nr. Geconstateerd gebrek Fout Foto/locatie

1. Geen bijzonderheden
HVK
OVK 1
OVK 2
OVK 3
OVK 4


OVK 5
OVK 6
OVK 7
OVK LK2
OVK wpl


OVK 8
OVK 9
13. Een aantal aders zijn niet correct geïsoleerd. D
HVK
14. Er zijn meerdere aders onder 1 schroefverbinding D
aangesloten, deze aansluiting is hier niet geschikt voor.
Dit kan leiden tot overgangsweerstanden.
OVK 7
15. Losse bedrading C
OVK 7


16. Aansluiting lamp is ondeugdelijk uitgevoerd C
OVK 7
17. Een kabel is door middel van lasverbindingen C
doorverbonden. De lasdoos ontbreekt.
Voor OVK 7
18. De codering van de verdeler aan de buitenzijde D
ontbreekt.
OVK 7
19. De massieve kabel is aangesloten via een C
contrastekker in plaats van via een vaste contactdoos.
Tevens ontbreekt lasdoosdeksel.
Kast naast OVK 7

20. Een kabel is niet af geïsoleerd en niet afgewerkt op een C
lasdoos, hierdoor bestaat een mogelijk aanraakgevaar.
Kast naast OVK 7


21. De contactdoos is niet deugdelijk bevestigd. C
CV Ruimte
CV Ruimte
23. De contactdoos is niet deugdelijk bevestigd. C
Kamer C0.22
24. Een aantal veiligheidsglaasjes ontbreken uit de C
schroefkoppen.
OVK WPL
25. Kabelinvoer voedingskabel niet correct. C
OVK WPL


26. Deksel relaiskast ceeform contactdozen defect. C
Danszaal Conny Jansen 2de verdieping

27. Kabel niet geïsoleerd in een lasdoos C
Gang Danszaal Conny Jansen

28. Kabel onvoldoende ondersteund. D
Gang danszaal Conny Jansen

29. De contactdoos is niet deugdelijk bevestigd. D
Er staat geen spanning op deze contactdoos.
Gang Begane grond

30. Invoeren open HAF 3611 lasdoos C
Gang Begane grond


31. De schakelaar is niet deugdelijk bevestigd. C
Kamer 7
B.G
32. Een aantal buisinvoeren zijn niet correct afgesloten. C
(staat nu geen spanning op)
Kamer 7 +2 B.G
33. Trekdoos deksel ontbreekt. C
Kamer 8 B.G.
34. Verdeler is in slechte staat. C
Kamer 4 B.G.
35. De afschermkap ontbreekt bij het verlichtingsarmatuur. B
Gang B.G


36. De zijinvoer is niet volledig afgesloten . C
OVK 8
OVK 8
38. Een aantal veiligheidsglaasjes ontbreken uit de C
schroefkoppen.
OVK 9
39. Leiding los over de vloer is niet mechanisch C
beschermd.
Gang 2de verdieping

40. In de ruimte zijn de contactdozen niet op de gewenste C
plaats aanwezig, hierdoor worden meerdere
tafelcontactdozen met elkaar door gekoppeld.
Gang 2de verdieping


41. Leiding los over de vloer is niet mechanisch C
beschermd.
Gang 1ste verdieping

42. De wandgoot is niet deugdelijk afgesloten, de deksel B
ontbreekt gedeeltelijk.
Begane grond 022

43. De afschermkap is defect bij het verlichtingsarmatuur. C
Toilet gedeelte 1ste verdieping

dansstudio
44. Kabel die gebruikt is om de contactdozen aan te sluiten C
is te dun.
1ste verdieping


45. Bij de schakelaar is de schakelwip defect. C
1ste verdieping
46. Contactdoos is defect. B
Begane grond
47. Aansluiting vanaf combinatie is niet correct. C
Tevens is de afgaande bedrading niet op de juiste
manier uitgevoerd.
Kleedruimte Begane grond

48. Van de verdelers zijn tijdens de inspectie geen Algemeen
installatieschema's aangetroffen.
49. De installatietekeningen zijn niet volledig bijgewerkt Algemeen
volgens de huidige situatie. Installatie uitbreidingen en
de gebruikte reservegroepen in de verdelers zijn niet
geheel bekend waar deze zich bevinden. Deze dienen
d.m.v. een aansluitpunt, contactdoos, schakelaar, etc.
te zijn aangegeven op de installatietekeningen.

Inspectierapport Scope 8 Solid Productions - 'S Gravendijkwal 58

Uploaded by

Copyright:

Available Formats

You might also like

Inspectierapport Scope 8 Solid Productions - 'S Gravendijkwal 58

Uploaded by

Document Information

Original Title

Copyright

Available Formats

Share this document

Share or Embed Document

Sharing Options

Did you find this document useful?

Is this content inappropriate?

Copyright:

Available Formats

Inspectierapport Scope 8 Solid Productions - 'S Gravendijkwal 58

Uploaded by

Copyright:

Available Formats

Veiligheidsinspectie

d.d. 11 juni 2019

Bijlage 1 Visuele inspectie met fotorapportage ............................................................................ 22

Synorga electrical management bv Inspectieplan_ Scope 8 (3.1a) Blad 2 van 31

De inspectiewerkzaamheden bestaan uit:

In de inspectierapportage moet vastgelegd zijn de:

• gegevens van de opdrachtgever;

Geconstateerde gebreken worden op prioriteiten verdeeld in:

Synorga electrical management bv Inspectieplan_ Scope 8 (3.1a) Blad 3 van 31

Synorga electrical management bv Inspectieplan_ Scope 8 (3.1a) Blad 4 van 31

2.2 OMVANG VAN DE INSPECTIE

2.3 OVERZICHT BOUWDELEN

Object/objectdeel Locatie Toelichting

Synorga electrical management bv Inspectieplan_ Scope 8 (3.1a) Blad 5 van 31

Afspraken met de opdrachtgever / beheerder

Ter beschikking gestelde tekeningen

100% inspectie of steekproefinspectie

Inventarisatie aanwezige veiligheidsvoorzieningen

Vluchtwegen Zijn aanwezig en toegankelijk

Synorga electrical management bv Inspectieplan_ Scope 8 (3.1a) Blad 6 van 31

2.5 TECHNISCHE (INSPECTIE) GEGEVENS

• De te inspecteren installatiedelen worden getoetst aan:

Registratie van de inspectie (inspectierapport)

Synorga electrical management bv Inspectieplan_ Scope 8 (3.1a) Blad 7 van 31

Synorga electrical management bv Inspectieplan_ Scope 8 (3.1a) Blad 8 van 31

Factor Code Omschrijving Gewicht Wegingsfactor per

personen die op grond van hun opleiding en

TOTAAL PER BOUWDEEL 33

Synorga electrical management bv Inspectieplan_ Scope 8 (3.1a) Blad 9 van 31

2.7 INSPECTIE GEBOUWGEBONDEN INSTALLATIEDELEN

Controle op de eisen m.b.t. opbouw van de installatie t.o.v. de omgeving en gebruik

Synorga electrical management bv Inspectieplan_ Scope 8 (3.1a) Blad 10 van 31

De volgende metingen en beproevingen worden uitgevoerd:

Synorga electrical management bv Inspectieplan_ Scope 8 (3.1a) Blad 11 van 31

2.8 CHECKLIST E-INSTALLATIE

Verdeelinrichting Locatie Toelichting Isolatieklasse Beveiliging (A) HS (A)/p

Synorga electrical management bv Inspectieplan_ Scope 8 (3.1a) Blad 13 van 31

2.9 RESULTATEN VISUELE INSPECTIE

Synorga electrical management bv Inspectieplan_ Scope 8 (3.1a) Blad 14 van 31

2.10 RESULTATEN METINGEN EN BEPROEVINGEN

Synorga electrical management bv Inspectieplan_ Scope 8 (3.1a) Blad 15 van 31

2.11 MEETRESULTATEN FASENBELASTING

Synorga electrical management bv Inspectieplan_ Scope 8 (3.1a) Blad 16 van 31

2.12 MEETRESULTATEN INSTALLATIEDELEN

Aarding (beschermende vereffeningsleidingen)

Synorga electrical management bv Inspectieplan_ Scope 8 (3.1a) Blad 17 van 31

Synorga electrical management bv Inspectieplan_ Scope 8 (3.1a) Blad 18 van 31

Installatie Leiding/kabel Overstroombeveiliging Net

Synorga electrical management bv Inspectieplan_ Scope 8 (3.1a) Blad 19 van 31

Installatie Leiding/kabel Overstroombeveiliging Net

Synorga electrical management bv Inspectieplan_ Scope 8 (3.1a) Blad 20 van 31

2.13 EXTRA AANDACHTSPUNTEN

De elektrische installatie voldoet ten dele aan de NEN 1010.

Barendrecht, d.d. 11 juni 2019

Namens Synorga electrical management bv

Dhr. A.J. van der Schans

Synorga electrical management bv Inspectieplan_ Scope 8 (3.1a) Blad 21 van 31

BIJLAGE 1 VISUELE INSPECTIE MET FOTORAPPORTAGE