Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 3

Mini-Essay Schumpeter

Capitalism, Socialism and Democracy

Political Philosophy & Democracy 17 februari 2020


Suze Koster Max van Tongeren
483627 712 woorden

1
Mini-Essay Schumpeter

Schumpeter heeft zijn boek ‘Capitalism, Socialism and Democracy’ in 1942 geschreven. Op dit
moment kwamen er nieuwe politieke stromingen op; het communisme en het nationaalsocialisme
Waar het communisme een ideaalbeeld heeft van een socialistische en klasseloze samenleving en
alles gemeenschappelijk eigendom is, heeft het nationaalsocialisme een grote afschuw naar het
kapitalisme en wordt de nadruk gelegd op de nationalistische idealen. De stromingen hebben
overeenkomstig dat ze beide een eenheid beogen waarin gezamenlijk besluiten worden gemaakt,
bovendien zijn beide stromingen antikapitalistisch, omdat zij een klasseloze samenleving najagen.
Schumpeter heeft in de VS gewoond, waar in zijn tijd president Roosevelt de New Deal aannam; deze
beschermde de arbeider tegen de grote bedrijven. Dit boek wat hij vervolgens schrijft is een reactie
op deze politiek met een nieuwe democratietheorie middels een economische insteek, gebaseerd op
het idee van een politiek marktmechanisme met (1) politieke ondernemers (de elite, de bestuurders),
(2) politieke consumenten (burgers) en (3) een politieke markt (waar politieke producten worden
aangeboden).
Schumpeter had afkeur tegen de opkomende stromingen; besluiten moeten juist niet
gezamenlijk worden gemaakt, omdat burgers niet competent genoeg zijn te participeren in de
politiek. Zij kunnen geen besluiten maken en moeten hier ook niet toe in staat zijn, omdat de
gemiddelde burger irrationeel is en zich laat leiden door emoties in plaats van rationele
overwegingen. De professionele bestuurders, de elite, hebben deze competenties wel en zij zijn
ervoor om de mening van burgers te representeren en de belangen van de andere lagen te bepalen.
Burgers kunnen geen invloed uitoefenen op de beslissingen van de elite; zij kunnen ze enkel
wegsturen of kiezen. Schumpeter staat met deze mening tegenover de visie van het communisme en
het nationaalsocialisme, waarin gezamenlijk besluiten moeten worden gemaakt binnen een
klasseloze samenleving vol met eenheid.
Schumpeter heeft kritiek op de achttiende -eeuwse klassieke democratieopvatting, deze
stelt: ‘de democratische methode is die institutionele regeling om tot politieke beslissingen te komen
en die algemeen belang realiseert door mensen zelf te laten beslissen over kwesties door de
verkiezing van individuen die samen moeten komen om zijn wil uit te voeren’. Deze opvatting stelt
dat burgers vertegenwoordigers kiezen, zodat de vertegenwoordigers politieke beslissingen maken
voor het gemeenschappelijk goed. De visie hierbij is dat elk burger een rationele denkwijze heeft
over kwesties en deze mening tot uitdrukking kan brengen door te stemmen op een
vertegenwoordiger. Schumpeter stelt echter dat burgers de politiek zo min mogelijk moeten
beïnvloeden; zij zijn immers onwetend en hebben niet de juiste competenties. De nieuwe
democratieopvatting volgens Schumpeter is dan ook: ‘de democratische methode is die institutionele

2
regeling om tot politieke beslissingen te komen waarin individuen de macht verwerven om te
beslissen door middel van een concurrentiestrijd om de stem van de mensen’. Er wordt dus gesteld
dat politieke beslissingen voortkomen uit een competitieve strijd om zoveel stemmen te verkrijgen
door individuen die middels die stemmen macht verweven beslissingen te kunnen maken, waarbij de
burger dus de consument is.
De hoofdzaak binnen het boek is stabiliteit. Stabiliteit wordt, volgens Schumpeter,
teweeggebracht wanneer niet elke burger invloed kan uitoefenen de politiek. Burgers zijn immers
irrationeel, onwetend en hebben gebrek aan competenties; deze meningen moeten niet opgewekt
worden. Door burgers invloed uit te laten oefenen, zullen er veel verschillende meningen zijn,
waardoor het een chaos wordt. De stabiliteit zal dus beter gewaarborgd blijven, wanneer stemmen
van burgers worden geworven door individuen die daarmee de macht verkrijgen om politieke
besluiten te maken.
Schumpeter verduidelijkt met zijn theorie de relatie tussen vrijheid en democratie.
Democratie op zichzelf zorgt niet voor vrijheid; echter, men is binnen een democratie vrij om te
concurreren met de politieke elite door zich aan te bieden aan de kiezers. Om tot de politieke elite te
behoren, moet men bepaalde capaciteiten hebben, wat zorgt voor een algemene vrijheid.
De theorie van Schumpeter sluit aan bij de huidige, moderne democratie. Men kan
tegenwoordig ook niet direct invloed uitoefenen op de besluiten die worden gemaakt, wel kan men
de politieke elite kiezen door middel van stemrecht en verwerpen. Daarnaast zijn burgers
hedendaags vrij om met de politieke elite te rivaliseren door zich te introduceren bij de kiezers. De
politieke beslissingen worden gemaakt door de politieke elite; zij hebben hun macht verkregen
middels de competitieve strijd om stemmen van kiezers en hebben de juiste competenties om deze
beslissingen te nemen.

Literatuurlijst

Schumpeter, J.A. (1942). Capitalism, Socialism and Democracy.

You might also like