Professional Documents
Culture Documents
Bancaire Richtlijn Financierbaarheid Erfpachtrechten (Te Vestigen) Vanaf 1-1-2013
Bancaire Richtlijn Financierbaarheid Erfpachtrechten (Te Vestigen) Vanaf 1-1-2013
Voorblad
Dit document bevat de bancaire richtlijn voor de hypothecaire financiering van woningen voor zover
deze particuliere erfpachtrechten worden (zijn) gevestigd vanaf 1-1-2013 (“Bancaire richtlijn”). Deze
is geschreven vanuit het oogpunt van hypothecaire geldverstrekkers.
Erfpacht heeft effect op de waarde van de woning en de lasten van de klant. Om een verantwoorde
financiering op het erfpachtrecht te kunnen bieden is het noodzakelijk dat de erfpachtvoorwaarden
helder zijn over de lasten voor de klant en elementen die de waarde van het erfpachtrecht
beïnvloeden. De criteria voor de financierbaarheid van bestaande erfpachtrechten die op 6 oktober
2011 zijn gepubliceerd door de NVB (“Criteria”) bevatten (minimale) voorwaarden voor
financierbaarheid van erfpachtrechten gevestigd voor 31-12-2012 (was voorheen 1-4-2012). De
Criteria zien met name toe op de helderheid van erfpachtvoorwaarden.
Erfpachtrechten te vestigen vanaf 1-1-2013 moeten niet alleen helder zijn, maar naar mening van
banken ook evenwichtig en gebaseerd zijn op een logische en begrijpelijke systematiek. Deze
bancaire richtlijn bouwt derhalve voort op de Criteria, maar bevat ook aanvullingen.
In deze richtlijn wordt in het algemeen beschreven wat banken als verantwoord financierbaar achten
met betrekking tot toekomstig te vestigen particuliere erfpachtrechten, maar laat gezien het karakter
van een richtlijn alle vrijheid voor individuele partijen (ook banken) om hiervan af te wijken.
1
OD7844
SAMENVATTING
Hieronder staat een samenvatting van de bancaire richtlijn voor particuliere erfpachtrechten uit te
geven vanaf 1-1-2013.
ALGEMEEN
In de akte van vestiging mag geen verplichting tot koop van de grond voor de erfpachter
worden opgenomen
In de akte van vestiging mogen geen bepalingen worden opgenomen die het genotsrecht van
de erfpachter materieel beperken
De bloot eigenaar mag het erfpachtrecht uitsluitend opzeggen op grond van de in artikel 87 lid
2 Boek 5 Burgerlijk Wetboek vermelde gronden
De bloot eigenaar is verplicht bij het einde van het erfpachtrecht aan de voormalige erfpachter
de waarde van het erfpachtrecht te vergoeden
De canon bij vestiging is gelijk aan de grondwaarde bij vestiging vermenigvuldigd met het
canonpercentage bij vestiging
2
OD7844
Het canonpercentage bij aanvang wordt zodanig bepaald dat de verwachte kostprijs van de
erfpacht over de hele looptijd niet hoger is dan de kostprijs van een vergelijkbare hypothecaire
geldlening
Het canonpercentage na herziening wordt zodanig bepaald dat de verwachte kostprijs van de
erfpacht over de hele looptijd na herziening niet hoger is dan de kostprijs van een vergelijkbare
hypothecaire geldlening ten tijde van de herziening
De grondwaarde bij aanvang en bij iedere herziening is een reële waarde en in de akte van
vestiging is opgenomen hoe de grondwaarde bij vestiging is bepaald
De grondwaarde bij herziening wordt op dezelfde wijze bepaald als de grondwaarde bij
aanvang op basis van omstandigheden ten tijde van de herziening
De canon na herziening moet voorspelbaar zijn en niet leiden tot grote schokken
De hoogte van de canon na herziening kan 5 jaar voor herziening worden aangevraagd door
de erfpachter, waarbij de oude canon verschuldigd blijft tot herziening
3
OD7844
ALGEMEEN
Hieronder staat per onderwerp een toelichting op de bancaire richtlijn. De bancaire richtlijn is verdeeld
in twee categorieën:
1) Duur
2) Bestemming
Het in erfpacht uitgegeven perceel en de opstallen moeten worden gebruikt voor bewoning. De
erfpachter is verplicht de grond en de opstallen goed te onderhouden en te verzekeren tegen
brand- en stormschade.
3) Vrije overdraagbaarheid
4) Bestemmingswijziging
Een bestemmingswijziging kan een groot effect hebben op de waarde van het erfpachtrecht.
Om die reden is voorafgaande schriftelijke toestemming van de hypothecaire
geldverstrekker(s) vereist.
4
OD7844
Verhuur, splitsing en ondererfpacht kunnen een groot effect hebben op de waarde van het
erfpachtrecht. Om die reden is voorafgaande schriftelijke toestemming van de hypothecaire
geldverstrekker(s) vereist.
De bloot eigenaar verbindt aan het verlenen van toestemming geen financiële voorwaarden
anders dan een vergoeding voor onvermijdelijke externe kosten (waaronder notariële kosten)
en redelijke administratiekosten
Een wijziging van erfpachtvoorwaarden kan een groot effect hebben op de waarde van het
erfpachtrecht. Hypothecaire geldverstrekkers willen weten wat de erfpachtvoorwaarden zijn en
zeker weten dat deze niet worden gewijzigd zonder hun toestemming.
In de akte van vestiging mag geen verplichting tot koop van de grond voor de erfpachter
worden opgenomen
In de akte van vestiging mag geen verplichting tot koop van de grond voor de erfpachter
worden opgenomen. Een recht tot koop van de grond voor de erfpachter heeft een sterke
voorkeur, maar is geen verplichting. Indien een recht tot koop van de grond wordt
aangeboden, dient uitdrukkelijk te zijn beschreven dat de aankoopsom maximaal de dan
geldende marktwaarde van het bloot eigendom van de grond bedraagt. Bij een koop van de
grond is de erfpachter verplicht de grond onder het hypotheekrecht te brengen.
In de akte van vestiging mag geen recht worden opgenomen voor de bloot eigenaar of een
derde om het erfpachtrecht te kopen tegen een waarde die lager is dan de som van de waarde
van het erfpachtrecht en verhuiskosten.
In de akte van vestiging mogen geen bepalingen worden opgenomen die het genotsrecht van
de erfpachter materieel beperken
Van een materiële aantasting van het genotsrecht van de erfpachter is sprake wanneer de
waarde van het erfpachtrecht materieel negatief wordt beïnvloed door een of meer specifieke
5
OD7844
De bloot eigenaar mag het erfpachtrecht uitsluitend opzeggen op grond van de in artikel 87 lid
2 Boek 5 Burgerlijk Wetboek vermelde gronden
Als het erfpachtrecht bezwaard is met hypotheek zal de bloot eigenaar de hypotheekhouder(s)
bij deurwaardersexploot in kennis stellen van de voorgenomen beëindiging van het
erfpachtrecht. Het erfpachtrecht zal niet eerder eindigen dan nadat ten minste zes maanden na
betekening van het exploot verlopen zijn. Gedurende deze periode kan de hypotheekhouder
opzegging voorkomen door de grond(en) voor opzegging weg te nemen.
De bloot eigenaar is verplicht bij het einde van het erfpachtrecht aan de voormalige erfpachter
de waarde van het erfpachtrecht te vergoeden
De waarde van het erfpachtrecht wordt binnen 2 maanden na het einde van het erfpachtrecht
vastgesteld door 3 taxateurs. In de akte van vestiging wordt bepaald dat de taxateurs
gehouden zijn om de waarde van het erfpachtrecht te bepalen door de waarde van de woning
in vol eigendom te verminderen met de contante waarde van de erfpachtverplichting en beide
waardes (en niet alleen het verschil) te vermelden in hun rapport. De bloot eigenaar mag op
deze vergoeding afhouden hetgeen hij uit hoofde van de erfpacht van de erfpachter te
vorderen heeft. In de akte van vestiging ziet de bloot eigenaar jegens de hypothecaire
geldverstrekker(s) af van het recht om andere kosten en vorderingen dan de verschuldigde
canon die in de afgelopen 2 jaar opeisbaar is geworden in mindering te brengen op de waarde
van het erfpachtrecht. De bloot eigenaar zal het bedrag van de vergoeding uitbetalen aan de
hypotheekhouder(s) als wettelijke pandhouder(s) tot maximaal het beloop van de hypothecaire
vordering(en). De vergoeding is verschuldigd 5 werkdagen vanaf de datum waarop het rapport
is gebracht.
12) Taxateurs
Van de 3 taxateurs wordt er 1 benoemd door de bloot eigenaar en 1 door de erfpachter of, bij
diens afwezigheid, de eerste hypothecaire geldverstrekker in diens plaats. Deze 2 taxateurs
benoemen gezamenlijk 1 onafhankelijke voorzitter. De 3 taxateurs besluiten bij meerderheid.
6
OD7844
13) Canon
De canon bij vestiging is gelijk aan de grondwaarde bij vestiging vermenigvuldigd met het
canonpercentage bij vestiging
Canon bij vestiging = canonpercentage bij vestiging * grondwaarde bij vestiging. In de akte van
vestiging wordt het canonpercentage bij vestiging, de grondwaarde bij vestiging en de
jaarcanon bij vestiging vermeld.
De canon kan alleen worden aangepast door indexatie of na herziening. De canon wordt niet
verhoogd bij verbouwing of bestemmingswijziging.
Bij de vaststelling van de canon wordt noch op de grondwaarde noch op het canonpercentage
een appreciatie- of depreciatiefactor toegepast. Een koper van een erfpachtrecht zal bij de
bepaling van de prijs die hij betaalt voor het erfpachtrecht rekening (moeten) houden met
eventuele waardevermeerderende of waardeverminderende erfpachtvoorwaarden. Deze
komen dus tot uitdrukking in de waarde van het erfpachtrecht. Bij een appreciatie- of
depreciatiefactor bestaat het risico dat deze waardevermeerderende of waardeverminderende
erfpachtvoorwaarden twee keer worden meegenomen.
14) Canonpercentage
Het canonpercentage bij aanvang wordt zodanig bepaald dat de verwachte kostprijs van de
erfpacht over de hele looptijd niet hoger is dan de kostprijs van een vergelijkbare hypothecaire
geldlening
Het canonpercentage bij aanvang moet zodanig bepaald worden dat de kostprijs van de
erfpacht voor de consument op basis van de marktverwachtingen bij vestiging (waarbij ook
rekening moet worden gehouden met de tarieven bij herziening en eventuele koopprijzen) naar
verwachting niet hoger is dan van hypothecaire geldleningen met dezelfde rentevaste periode.
In de akte van vestiging wordt de verwachte kosten voor de consument vermeld. In de akte
van vestiging wordt ook vermeld wat (het gemiddelde) tarief is van hypothecaire geldleningen
met dezelfde rentevaste periode en hoe dit tarief is vastgesteld.
Als nominale basis kan ten hoogste worden gekozen voor Nederlandse staatsobligaties met
een opslag van maximaal 2% of voor geldende hypotheekrentes zonder opslag. Voor
7
OD7844
erfpachtrechten waarbij de canon wordt geïndexeerd moet het canonpercentage een reëel
percentage zijn (nominaal percentage minus inflatieverwachting).
Voor zowel de nominale basis als de inflatieverwachting moet worden uitgegaan van de
periode die geldt tot de eerstvolgende herziening. Wanneer de eerstvolgende contractuele
herziening over 10 jaar plaatsvindt, moet dus worden uitgegaan van tarieven met een
rentevaste periode van 10 jaar en de inflatieverwachting voor de komende 10 jaar.
Het canonpercentage en de wijze waarop deze is vastgesteld wordt in de akte van vestiging
vermeld. Deze beschrijving moet in alle gevallen zodanig specifiek zijn dat deze door een
onafhankelijke derde kan worden gecontroleerd (en herhaald bij herziening op basis van de
omstandigheden ten tijde van herziening).
Het canonpercentage na herziening wordt zodanig bepaald dat de verwachte kostprijs van de
erfpacht over de hele looptijd na herziening niet hoger is dan de kostprijs van een vergelijkbare
hypothecaire geldlening ten tijde van de herziening
Het canonpercentage bij herziening wordt zodanig bepaald dat de kostprijs van de erfpacht
voor de consument op basis van de marktverwachtingen bij herziening (waarbij ook rekening
moet worden gehouden met de tarieven bij herziening en eventuele koopprijzen) naar
verwachting niet hoger is dan van hypothecaire geldleningen met dezelfde rentevaste periode
ten tijde van de herziening.
Voor de bepaling van (i) het tarief van hypothecaire geldleningen met dezelfde rentevaste
periode, (ii) de basis en (iii) de inflatieverwachting wordt (zoveel mogelijk) aangesloten bij de
wijze waarop deze zijn bepaald bij vestiging. Daarbij moet worden uitgegaan van de
omstandigheden ten tijde van de herziening.
15) Grondwaarde
De grondwaarde bij aanvang en bij iedere herziening is een reële waarde en in de akte van
vestiging is opgenomen hoe de grondwaarde bij vestiging is bepaald
De grondwaarde bij vestiging moet een reële grondwaarde zijn. In de akte van vestiging wordt
de gehanteerde grondwaarde bij vestiging opgenomen. In de akte van vestiging wordt
bovendien opgenomen hoe de grondwaarde bij vestiging is bepaald. De methodiek moet in
alle gevallen zodanig specifiek zijn beschreven dat deze door een onafhankelijke derde kan
worden gecontroleerd (en herhaald bij herziening op basis van de omstandigheden ten tijde
van de herziening). Wanneer de grondwaarde is bepaald op basis van een residuele
grondwaardemethodiek, moet tevens de waarde van de woning in vol eigendom en de
kostprijs van het realiseren van de opstallen worden vermeld in de akte van vestiging.
De grondwaarde bij herziening wordt op dezelfde wijze bepaald als de grondwaarde bij
aanvang op basis van omstandigheden ten tijde van de herziening
8
OD7844
De grondwaarde bij herziening moet worden bepaald op een wijze die aansluit op de
methodiek die is gehanteerd bij de vaststelling van de grondwaarde bij vestiging. De
grondwaarde bij herziening moet zo voorspelbaar en bepaalbaar zijn als mogelijk. Daarnaast
moet het verschil tussen de echte grondwaarde en de contractuele grondwaarde niet te groot
worden. Een mogelijkheid om dit te bereiken is door bijvoorbeeld de grondwaarde bij
herziening te maximeren en minimeren op 130% resp. 70% van de geïndexeerde
grondwaarde.
16) Indexatie
Als de canon wordt geïndexeerd, geschiedt dit jaarlijks. Bij een langere periode wordt het risico
op een grote sprong in de canon onnodig vergroot.
17) Herziening
De hoogte van de canon na herziening kan 5 jaar voor herziening worden aangevraagd door
de erfpachter, waarbij de oude canon verschuldigd blijft tot herziening
hoogte te stellen van het feit dat er een voortijdige canonherziening heeft plaatsgevonden en
van de hoogte van de oude en nieuwe canon.
Canonbetaling geschiedt maandelijks of jaarlijks. Dit voorkomt dat de erfpachter (bij een
langere periode) niet (meer) weet dat en hoeveel canon verschuldigd is.
Afkoop van de canonverplichting voor een bepaalde periode is niet mogelijk. Afkoop voor
onbepaalde tijd is wel toegestaan mits terugkoop niet mogelijk is (zoals bijvoorbeeld het geval
kan zijn bij appartementsrechten op erfpacht).
19) Verbouwing
20) Bestemmingswijziging
10
OD7844
21) Informatieverstrekking
11