Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 7

ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent

Educatieve bachelor lager onderwijs

Naam student: Ulyana Van Ussel Leergroep OLO


Naam mentor: Laure Mercier Klas 5B Aantal lln.: 14
School: Edugo Sint-Vincentius

…DAG 14/12/20 Handtekening mentor + datum:

Van 9u15 tot 10u05


Leergebied(onderdeel): Wiskunde
Lesonderwerp: De eigenschappen van driehoeken

Leerplandoelen: Leerplan: ZILL – OVSG – GO! – andere


WDmk2 Inzicht verwerven in meetkundige objecten

- 6-8j Rechte, stompe en scherpe hoeken herkennen, benoemen, tekenen, noteren, classificeren.

- 8-10j De eigenschappen van de hoeken en zijden van driehoeken onderzoeken, kennen en


gebruiken om driehoeken te benoemen (ongelijkbenig, gelijkbenig, gelijkzijdig, scherphoekig,
rechthoekig, stomphoekig), te vergelijken en te tekenen.

- 10-12j driehoeken classificeren

Leerinhoud:
 Je kan driehoeken indelen volgens de hoeken en de zijden.
 Om te weten welk soort driehoek het is volgens de hoeken moet je het bovenste punt van je
geodriehoek op de hoek van de driehoek leggen:
- Als de hoek gelijk is aan de hoek van de geodriehoek dan is het een rechthoekige driehoek. De
benen staan loodrecht op elkaar en ze vormen een hoek van 90°.
- Als de hoek groter is dan de hoek van de geodriehoek dan is het een stomphoekige driehoek.
De hoek is groter dan 90°
- Als de hoek kleiner is dan de hoek van de geodriehoek dan is het een scherphoekige driehoek.
De hoek is kleiner dan 90°.
 Om te weten welke soort driehoek het is volgens de zijden moet je de zijden meten:
- Een ongelijkbenige driehoek heeft 0 even lange zijden.
- Een gelijkbenige driehoek heeft minstens 2 even lange zijden.
- Een gelijkzijdige driehoek heeft 3 even lange zijden.
 Een rechthoekige driehoek heeft 1 rechte hoek en 2 scherpe hoeken.
 Een stomphoekige driehoek heeft 1 stompe hoek en 2 scherpe hoeken.
 Een scherphoekige driehoek heeft 3 scherpe hoeken.

Lesdoelen:
De leerlingen kunnen...
1. De eigenschappen van de hoeken en de zijden van een driehoek onderzoeken en verwoorden.
(WDmk2)
2. Driehoeken benoemen als rechthoekig, scherphoekig, stomphoekig. (WDmk2)
3. Driehoeken benoemen als gelijkzijdig, gelijkbenig, ongelijkbenig. (WDmk2)
4. Driehoeken indelen volgens de eigenschappen van de hoeken en zijden samen. (WDmk2)

1
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Beginsituatie specifiek voor deze les:


Situering in het leerproces: aanbrengen inoefenen
Waarop bouwt deze les verder?
 De leerlingen hebben de soorten hoeken al gezien.
 De leerlingen hebben al gezien hoe je de hoeken kan meten, ze weten dus dat een rechte hoek
90° is.
Leerling specifieke gegevens + acties:
 D:
- Werkt heel traag  Er op letten dat hij de belangrijkste oefeningen gemaakt heeft (Oefeningen
op voorhand aanduiden).
- Schrijft alles af van bord  De leerlingen meer zelf laten noteren voor het antwoord op het
bord komt.
 Mi: Droomt heel vaak in de klas  Meerdere keren bij hem langsgaan en een signaal geven dat
hij moet doorwerken.
 Ma: Werkt in een aparte bundel  doet wel mee met de instructie.

Bronnen: volgens de APA-normen


 Simons, A. (2018). Reken Maar! 5: werkschrift c. Wommelgem: Van In.

Bijlagen: bordschema, ingevulde werkbladen, teksten …


 Bordschema:

2
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

 Ingevulde werkbladen:

 Driehoeken voor de oriëntatie:

Materiaal / locatiewijziging:

3
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

 7 pakketjes met driehoeken


 Werkboek p. 12 – 14
 7 laptops

Lesopbouw

1. Per twee: inleiding driehoeken sorteren volgens hoeken en zijden


oriënteren verwerven verwerken afronden
1. De eigenschappen van de hoeken en de zijden van een driehoek onderzoeken en
verwoorden. (WDmk2)
2. Driehoeken benoemen als rechthoekig, scherphoekig, stomphoekig. (WDmk2)
3. Driehoeken benoemen als gelijkzijdig, gelijkbenig, ongelijkbenig. (WDmk2)
De leerlingen krijgen per twee een pakketje met driehoeken. Eerst vraag ik ze om de driehoeken in te
delen volgens de hoeken en daarna volgens de zijden.

Instructie:
Jullie krijgen zo meteen per twee een pakketje. In het pakketje liggen er een aantal driehoeken,
bekijk ze even per twee. Ik zou nu graag willen dat jullie die driehoeken sorteren volgens de hoeken.
Welke soort driehoeken bestaan er als je aan de hoeken denkt? Dus je maakt groepjes van
driehoeken en de driehoeken met dezelfde soort hoeken leg je bij elkaar. Wat moet je gebruiken om
te kijken welk soort hoek je driehoek heeft? Oké, je kan de driehoeken ook sorteren volgens de
zijden. Wat ga je dan met die zijden moeten doen? Oké, je zal dan zelf merken welke driehoeken er
bij elkaar passen.

Richtvragen:
- Welke soort driehoeken bestaan er als je aan de hoeken denkt? Rechthoekige, scherphoekige en
stomphoekige driehoek.
- Wat ga je gebruiken om te kijken welk soort hoek je driehoek heeft? Een geodriehoek.
- Oké, je kan de driehoeken ook sorteren volgens de zijden. Wat ga je dan met die zijden moeten
doen? De zijden meten.

Richtvragen:
- Welke groepjes heb je kunnen maken? Driehoeken waarbij alle zijden een verschillende lengte
hebben, driehoeken waarbij 2 zijden dezelfde lengte hebben en driehoeken waarbij alle zijden
dezelfde lengte hebben.

 Je kan ze dan ook een naam geven, driehoeken waarbij alle zijden een verschillende lengte
hebben zijn ongelijkbenige driehoeken. Driehoeken waarbij er minstens twee zijden dezelfde lengte
hebben zijn gelijkbenige driehoeken en driehoeken waarbij alle zijden dezelfde lengte hebben zijn
gelijkzijdige driehoeken.

Richtvraag:
- Als een gelijkzijdige driehoek 3 gelijke zijden heeft, heeft die dan ook 2 gelijke zijden? Ja
- Wat kunnen we hieruit besluiten? Een gelijkzijdige driehoek is ook een gelijkbenige driehoek

4
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

2. Klassikaal: hoeken benoemen


oriënteren verwerven verwerken afronden
2. Driehoeken benoemen als rechthoekig, scherphoekig, stomphoekig. (WDmk2)
Ik toon slide twee van het bordboek en we bekijken samen de hoeken. De leerlingen bekijken welke
soort hoeken het zijn en verwoorden dat een rechte hoek 90° meet, een scherpe hoek minder dan
90° meet en een stompe hoek meer dan 90° meet.

Instructie:
Bekijk eens de eerste hoek, welke soort hoek is het denken jullie? We zullen het eens met ons
geodriehoek controleren. Hoe groot is een rechte hoek? Oké, bekijk eens de tweede hoek,
welke soort hoek is het denken jullie? We zullen eens controleren. Is die dan kleiner of groter dan
90°. Goed bekijk eens de laatste hoek? Welk soort hoek is het? We controleren eens. Is deze dan
kleiner of groter dan 90°?

Richtvragen:
- Welke soort hoek is de eerste hoek denken jullie? Een rechte hoek
- Hoe groot is een rechte hoek? Een rechte hoek is 90°
- Welke soort hoek is de tweede hoek denken jullie? Een scherpe hoek
- Is deze kleiner of groter dan 90°? Kleiner
- Welke soort hoek is de laatste hoek? Een stompe hoek
- Is deze kleiner of groter dan 90°? Groter

3. Klassikaal: driehoeken indelen volgens de hoeken


oriënteren verwerven verwerken afronden
2. Driehoeken benoemen als rechthoekig, scherphoekig, stomphoekig. (WDmk2)
Ik toon slide 3 van het bordboek en we verdelen de driehoeken in de juiste kolom. Er mag elke keer
een leerling aan bord komen en de driehoek verslepen, de klas beslist in welke kolom die driehoek
moet komen. De leerling die aan bord komt controleert het met een geodriehoek.

Instructie:
X kom eens aan bord. Jullie zeggen tegen X in welke kolom de eerste driehoek moet versleept
worden. X jij doet dat en dan controleer je met de geodriehoek of de klas het juist heeft. Oké, Y kom
jij eens aan bord. Opnieuw zegt de klas naar welke kolom de driehoek versleept moet worden en dan
controleert Y of de klas het juist heeft. We doen dat zo met alle driehoeken.

4. Individueel: oefeningen maken in het werkboek


oriënteren verwerven verwerken afronden
2. Driehoeken benoemen als rechthoekig, scherphoekig, stomphoekig. (WDmk2)
3. Driehoeken benoemen als gelijkzijdig, gelijkbenig, ongelijkbenig. (WDmk2)
De leerlingen nemen hun werkboek p. 12 en maken de eerste 3 vlaggen van oefening 1. Als ze dat
gedaan hebben, maken ze oefening 2.

Instructie:
Neem allemaal eens jullie werkboek p. 12, oefening 1. Jullie gaan nu de eerste 3 vlaggen van
oefening 1 maken. Wat ga je dan moeten gebruiken? Ja goed, een geodriehoek.

5
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Oké we gaan nu de volgende 3 vlaggen bekijken, maar nu moet je kijken of het een ongelijkbenige,
gelijkbenige of gelijkzijdige driehoek is. Wat ga je daarvoor moeten doen? Natuurlijk, de zijden
meten. We zullen de eerste vlag eens samen doen. Kijk naar de eerste driehoek en meet de bovenste
zijde. Oké meet nu de onderste zijde en dan de laatste zijde, wat stel je vast? Hoe noemen we zo een
driehoek? Oké meet nu de zijden van de tweede driehoek, wat stel je vast?

Richtvragen:
- Wat ga je moeten gebruiken? Een geodriehoek

- Wat ga je moeten doen? De zijden meten


- Wat stel je vast? 2 zijden zijn even lang
- Hoe noemen we zo een driehoek? Een gelijkbenige driehoek
- Wat stel je vast bij de tweede driehoek? Alle zijden hebben een verschillende lengte, dus het is een
ongelijkbenige driehoek.

 Oké, maak nu de andere 2 vlaggen individueel.

5. Klassikaal: schema van eigenschappen van driehoeken bekijken


oriënteren verwerven verwerken afronden
4. Driehoeken indelen volgens de eigenschappen van de hoeken en zijden samen. (WDmk2)
De leerlingen gaan naar mijn website en bekijken de kenmerken van de hoeken. Vervolgens vullen ze
het schema aan.

Ga allemaal per 2 zitten en surf naar de website ulyanavanussel.weebly.com, kijk naar het bord om
zeker te weten dat je het juist typt. Ga dan naar wiskunde en vervolgens naar kenmerken van
driehoeken. Klik op de bolletjes en ontdek de kenmerken van de driehoeken. Vul dan het schema
aan.
6. Individueel: oefeningen maken in het werkboek
oriënteren verwerven verwerken afronden
1. De eigenschappen van de hoeken en de zijden van een driehoek onderzoeken en
verwoorden. (WDmk2)
2. Driehoeken benoemen als rechthoekig, scherphoekig, stomphoekig. (WDmk2)
3. Driehoeken benoemen als gelijkzijdig, gelijkbenig, ongelijkbenig. (WDmk2)
4. Driehoeken indelen volgens de eigenschappen van de hoeken en zijden samen. (WDmk2)
De leerlingen maken individueel de oefeningen op p. 13 en 14.

Instructie:
We hebben nu 2 manieren gezien om de driehoeken in te delen. Welke twee manieren zijn dat
alweer? Neem eens p. 13. Je ziet een aantal driehoeken staan. Je zal die driehoeken moeten indelen
volgens de hoeken en de zijden. Wat ga je dus moeten doen? Ja op die stippenlijntjes kan je ook
opschrijven hoe lang elke zijde is. Oké neem nu p. 14 oefening 3. Oefening 3 lijkt op oefening 2, maar
nu moet je de benamingen er zelf bij schrijven. En dan heb je nog oefening 4, hier ga je moeten
aankruisen of de uitspraken correct zijn of niet. Maar voor je dat doet maak je een schets van de
beschreven driehoek, zo zie je meteen of de beschrijving klopt. Is alles duidelijk? Dan mogen jullie
beginnen.

 Ik maak van elke opgave nog 1 oefening samen met de leerlingen die nog willen meevolgen aan
bord.

6
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Extra oefeningen:

 De leerlingen die eerder klaar zijn mogen een laptop nemen en naar mijn website gaan. Daarna
kunnen ze naar wiskunde, extra oefeningen driehoeken gaan en een aantal spelletjes spelen. Dit is
voor de leerlingen die eerder klaar zijn en die nood hebben aan uitdagendere oefeningen.

Oké jongens en meisjes, wie klaar is met de oefeningen in het werkboek, mag een laptop nemen.
Dan gaan jullie naar ulyanavanussel.weebly.com. Als jullie op de website zijn dan gaan jullie naar het
vakje wiskunde en dan naar extra oefeningen driehoeken. Let op er staat daar een ander vakje met
driehoeken indelen, daar nog niet op klikken, deze is voor straks. De leerlingen die nog bezig zijn in
hun werkboeken werken rustig verder. Als alles duidelijk is dan mogen jullie beginnen.

7. In duo: afronden
oriënteren verwerven verwerken afronden
4. Driehoeken indelen volgens de eigenschappen van de hoeken en zijden samen. (WDmk2)
Als afronding krijgen de leerlingen een laptop en ronden we af met een spelletje. De leerlingen
moeten de kaartjes met de driehoeken met de juiste kenmerken combineren.

Oké jongens en meisjes neem per twee een laptop en ga dan terug naar jullie bank. Jullie gaan naar
de website ulyanavanussel.weebly.com, kijk goed naar het bord zodat je alles juist typt. Oké wanneer
jullie op de website zijn, gaan jullie naar wiskunde en dan naar driehoeken indelen. Jullie zien daar
een spelletje staan. Jullie mogen deze eens per twee spelen. Als je een paar foutjes maakt dan ga je
even terugbladeren in je werkboek en nog eens goed naar de kenmerken kijken. Dan speel je het
spelletje nog eens opnieuw. Wanneer jullie klaar zijn leggen jullie je werkboeken en de laptops
vanachter op de bank.

Evaluatie: Evalueer hier je eigen pedagogisch, didactisch en/of organisatorisch handelen. Wat deed je goed en
waarom? Wat ging niet goed en waarom? (Denk aan voorbereiding en realisatie.) Doe een verbetervoorstel.

You might also like