Professional Documents
Culture Documents
Muziek - Ik Voel Me o Zo Heppie
Muziek - Ik Voel Me o Zo Heppie
Algemene leerplandoelen:
- AD5.: De ander in zijn expressie willen ontmoeten
- AD13.: erop gericht zijn muzische expressiemogelijkheden te exploreren en ermee te
experimenteren.
Lesdoelen:
1. Een ritme met ritmestokjes nabootsen op een stoel. (2.1, 2.2)
2. Simultaan verschillende ritmes met ritmestokjes uitvoeren op een stoel. (7.5)
3. Een ritme met ritmestokjes ontwerpen op stoel met een gegeven zin uit lied ‘Ik ben vandaag
zo vrolijk’ en ‘Heppie’. (2.2, 9.2, 13)
4. De verschillende ritmes uitvoeren in een compositie met eenvoudige vorm met ritmestokjes
en stoel. (AD5)
5. Experimenteren met ritme via ritmestokjes en stoelen. (AD13)
1
Bronnen: volgens de APA-normen
- Voorbeeldles: muzische werksessie muziek.
- In samenwerking met Bert Vansteenweghen.
- VVKBaO (1999). Muzische opvoeding: Dramatisch spel deelleerplan. Brussel: CRKLKO.
- VVKBaO (1999). Muzische opvoeding: Algemeen Leerplan. Brussel: CRKLKO.
- Live, T. p. (2012, september 14). Stomp Live, Just clap your hands. Opgehaald door youtube:
https://www.youtube.com/watch?v=l0XdDKwFe3k
Uitgeprint op 16/02/2021 2
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Bachelor in het ONDERWIJS: LAGER ONDERWIJS
Materiaal/locatiewijziging:
- Chinese stokjes (voor elke leerling 2)
- Papier met gedicht ‘Heppie’
De focus ligt op het maken van muziek en de klank van muziek. We richten ons specifiek op de
klankparameter Toonduur, aangezien we aan de slag gaan met RITME.
LESOPBOUW
Organisatie:
Alle leerlingen zitten in een kring met de rugleuning naar het midden, ze kijken naar het bord.
Uitleg en richtvragen:
Eerst zullen we eens naar een kort fragmentje kijken.
-“Waaraan denken jullie nu na het fragment?” (persoonlijk antwoord leerlingen)
-“Wat deden die mensen?” (persoonlijk antwoord leerlingen)
-“Als je luistert naar de geluiden die ze maakten met hun handen, wat viel er dan op?” (persoonlijk
antwoord leerlingen)
-“Klapten ze volgens een bepaald patroon?” (ja)
-“Was dat van iedereen gelijk?” (ja, maar soms klapte er iemand eens iets anders)
-“Hoe zou je dat kunnen noemen?” (Ritme)
We gaan rond ritmes werken in deze les, we zullen ook zelf ritmes slaan en jullie zullen er ook
ontwerpen.
Organisatie:
Alle leerlingen zitten in een kring met de rugleuning naar het midden. We maken een ‘Mexican
wave’ met armen in de lucht. Nadien ‘Mexican soundwave’ met tik op de rugleuning.
Uitleg en richtvragen:
3
Jullie mogen allemaal achter je stoel gaan staan/zitten. Jullie mogen elk uit het potje 2 Chinese
stokjes nemen en die onder je stoel leggen. Je mag net zoals mij op je stoel gaan zitten. Voor we aan
de muziekles beginnen doen we een wave.
-“Wat is een wave?” (Dat je om de beurt je handen omhoog doet en terug laat zakken)
Nu mag je de stokjes nemen en in plaats van de handen omhoog te doen mag je met de stokjes op de
rugleuning van de stoel tikken. We doen dit nog eens maar veel sneller.
Organisatie:
Jullie mogen nu op de grond gaan zitten.
Afspraken:
Als ik vlug met mijn stokjes op de stoel klop en roep ‘HAAAAAAAAAA KA!’ dan is het stil en luistert
iedereen naar mij. De ‘KA’ mogen jullie meedoen. We oefenen dit eens.
Leerkracht: ‘HAAAAAAAAAAAA’
Leerkracht en leerlingen: ‘KA!’
Opdracht:
Nu mogen jullie mij nadoen. (Ik maak verschillende geluiden met de stokjes: op elkaar, op het zitvlak,
op de leuning,…)
Jullie hebben mij nu al eens de hele tijd nagedaan.
- “Wie van jullie wil eens de dirigent zijn?” (Ik duid een willekeurige leerling aan)
Iemand van jullie gaat zo dadelijk even naar buiten gaan. Hij of zij moet dan raden wie er de dirigent
zou kunnen zijn. Enkel de dirigent mag van beweging veranderen en de rest moet dat zo onopvallend
mogelijk nadoen.
- “Wie van jullie wil even naar buiten gaan?” (ik duid willekeurige leerling aan)
Opdracht:
Ik speel een ritme voor van telkens 2 x 4 tellen (zie bijlage).
Legende:
- Dom = slag op zitvlak
- Ke = slag op leuning
- Kere = slag op poten
Als de twee ritmes goed lukken deel ik de klas in twee zodat we twee ritmes door elkaar krijgen.
Uitleg en richtvragen:
Jullie mogen mij nu allemaal nazeggen en nadoen (eerst het eerste ritme, nadien het tweede). Ik zie
dat jullie dat al goed kunnen. Om het wat moeilijker te maken gaan we de twee ritmes door elkaar
spelen. Deze helft van de klas (aanduiden) speelt het ene ritme, de andere helft speelt het tweede
ritme. Ondertussen doe ik mee en geef ik aan wanneer jullie moeten beginnen.
Uitgeprint op 16/02/2021 4
4. Verdiepende oefeningen: het koppelen van een zin aan een ritme
oriëntatie instructie verwerking afronding
5 min. 1,2,3,5
Opdracht:
De leerlingen doen samen met mij het ritme in een zin na aan de hand van voorbeeldzinnen. Nadien
mogen ze zelf een ritme op een voorbeeldzin maken.
Uitleg en richtvragen:
Nu gaan we in het ritme kloppen maar met zinnen. Doe mij maar na.
Voorbeeldzin:
“ Ik ben vandaag zo vrolijk, zo vrolijk, zo vrolijk”
/ / / / / / / / / / / / /
zitvlak leuning buizen zitvlak
Bij de ik klop je met je stokjes op het zitvlak, op vro van eerste vrolijk op de leuning, op vro van de
tweede vrolijk op poten en op de vro van derde vrolijk terug op de leuning.
Nu mogen jullie per twee of per drie de zin ‘zo vrolijk was ik nooit’ inkleden. Probeer zoveel mogelijk
geluiden te maken.
We hebben nu allemaal een tof ritme gevonden op de zin ‘zo vrolijk was ik nooit’. We luisteren eens
naar de ritmes van elkaar. We beginnen samen met de zin ‘ik ben vandaag zo vrolijk, zo vrolijk, zo
vrolijk’ dan begint dit groepje (aanduiden) met zijn zin ‘zo vrolijk was ik nooit’. Terug allemaal samen
‘ik ben vandaag zo vrolijk, zo vrolijk, zo vrolijk’ en het volgende groepje tot iedereen geweest is.
Opdracht:
Het gedicht ‘Heppie’ op een ritmische manier maken in groepjes van 2-3.
Uitleg en richtvragen:
- “Wie kent het woord ‘Heppie’?” (Verschillende leerlingen geven voorbeelden van wet het zou
kunnen betekenen)
Jullie krijgen nu per 2 een papier met een zin op. Op deze zin maken jullie een ritme. Ik wandel rond
om te helpen waar nodig. Nadien mag je het ritme voor ons eens laten zien in een toonmoment.
Loop rond en ondersteun! (bv zeker uitspraak in zin 4) Help hen even met het vinden van de zware
tel. Ik VOEL , ALS, dan ZEG, HEPPIE
Uitgeprint op 16/02/2021 5
3. Dan zeg ik: hoe wat heppie, wat heppik aan die vraag
4. Heppie nooit dat heppieje dat ik hep vandaag.
Organisatie:
Ik zet de verschillende zinnen aan het bord zodat iedereen de zinnen kan zien staan en weten wat ze
moeten zeggen.
Uitleg en richtvragen:
We hebben nu veel gedaan vandaag, we gaan hier een optreden van maken.
Doe allemaal maar me:
‘dom dom ke dom dom ke – dom ke dom ke dom ke kere ke’
‘Ik ben vandaag zo vrolijk, zo vrolijk zo vrolijk, ik ben behoorlijk vrolijk, zo vrolijk was ik nooit’
‘dom dom ke dom dom ke – dom ke dom ke dom ke kere ke’
Organisatie:
Leerlingen gaan achter hun bank staan. We gooien de bal naar elkaar.
Uitleg en richtvragen:
Ik heb hier nog een bal bij mij. Op die bal staan kleine vragen. De bedoeling is dat we de bal naar
elkaar gooien. Heb je de bal dan antwoord je op de vraag die erop staat.
Uitgeprint op 16/02/2021 6
Evaluatie: Evalueer hier je eigen handelen (did., ped. en/of org.). Wat deed je goed en waarom? Wat ging niet goed en
waarom? (Denk aan voorbereiding en realisatie.) Doe een verbetervoorstel.
Bijlage 1:
Uitgeprint op 16/02/2021 7
Bijlage 2:
Uitgeprint op 16/02/2021 8
Ik voel me o zo heppie, zo heppie deze dag
/ / / / / / / / / / / / /
Dan zeg ik: hoe wat heppie, wat heppik aan die vraag?
/ / / / / / / / / / / / /
Uitgeprint op 16/02/2021 9