Surrealisme.

Surrealisme is een moderne kunststroming ontstaan in 1924, in Frankrijk. André

Breton is een van de opbouwers van het surrealisme. René Magritte, Salvador Dalí,
Max Ernst en Joan Miró zijn de belangrijkste vertegenwoordigers van het
surrealisme. Surrealisme laat het beeld van denken zien, Je fantasie of dromen.
Surrealisme zijn kunstwerken die in de werkelijkheid niet mogelijk zijn.

Kunstwerk van salvador Dalí. Dit stuk in

kenmerkend voor het surrealisme omdat het
goed de fantasie van de kunstenaar laat
zien. De vlinder dienen als zeilen. Dit kan in
de werkelijk niet zo zijn.

Dit kunstwerk van Max Ernst is een goed voorbeeld van

het surrealisme. De kunstenaar is begonnen met
schilderen zonder ervan te voren over na te denken. Dus
schilderde hij vanuit het onbewust zijnde. De vrouw kan
natuurlijk niet in de werkelijkheid buizen in haar ogen
hebben en is dit zijn fantasie. Hieraan kan je dus zien dat
het de surrealistische kunststroming is.

Dit kunstwerk is van de bedenker

van het surrealisme André Breton.
Hij heeft heel letterlijk (in dit
kunstwerk) zijn ideeën op doek
gezet. Zijn hersenen liggen in zijn
handen, dit kan betekenen
bijvoorbeeld zijn creativiteit. Ook dit
kunstwerk is met het onbewuste
geschilderd, en kan niet voorkomen
in de realiteit.
Wie verzint mooi en lelijk?

In mijn opzicht bepaald ieder voor zich wat hij of zij mooi vind. Sommige mensen
vinden bijvoorbeeld abstracte kunst heel mooi, en andere mensen vinden er niks
aan. Ik vind dat ik zelf bepaal wat nu mooi en wat nu lelijk is.

Ik vind zelf van de 3 uitgekozen plaatjes die ik heb gekozen, afbeelding 1 van Dalí
mooi, het is kleurrijk en mooi geschilderd. De andere 2 kunstwerken vind ik niet
mooi, maar ook niet lelijk. Als ik er naar kijk denk ik niet wat ziet dit er uit, maar ik
denk ook niet dat het er goed uit ziet.

Ik vond deze opdracht best leuk om te maken, vooral het improvisatie stuk. Verder
heb ik voor het gedicht de woorden gebruikt die we hadden verzonnen in de les en
een paar kleine woordjes aan toegevoegt.