Professional Documents
Culture Documents
Bijlagenboek
Bijlagenboek
Bijlage 1 – Faalkostenonderzoek
Bijlage 2 – Organisatieonderzoek
Bijlage 9 – SPOP
Bijlage 10 – URCA
Bijlage 11 – Interviews
Bijlage 12 – Enquêtes
Bijlage 15 – 7W-model
Bijlage 1 – Faalkostenonderzoek
Onderzoek naar faalkosten
1. Inleiding.................................................................................................................... 3
2. Faalkosten ................................................................................................................. 4
4. Faalkostenreductie................................................................................................... 17
6. Bronvermelding ...................................................................................................... 24
Pagina 2 van 24
Naast het verhogen van de winstgevendheid, zijn belangrijke aspecten van de beoogde
faalkostenreductie door middel van kwaliteitszorg en procesbeheersing dat de
concurrentiepositie van het bouwbedrijf wordt verbetert en de continuïteit wordt
gewaarborgd. Er is dan ook al veel onderzoek gedaan naar het ontstaan en de beheersing
van faalkosten in de bouwsector.
Om op een juiste wijze onderzoek te doen naar de faalkosten die ontstaan tijdens de
uitvoeringsfase van Vink systemen B.V. is een verdere verdieping naar het begrip
faalkosten, het ontstaan van deze kosten en de daarbij behorende faalkostenreducering
nodig.
Pagina 3 van 24
De eerste stap is vaststellen van wat faalkosten zijn. Een goede omschrijving van het begrip
faalkosten is:
“Faalkosten zijn alle kosten die zijn ontstaan doordat het bouwproces onnodig
inefficiënt is verlopen, of het eindproduct niet aan de afgesproken kwaliteitseisen
voldeed of omdat zaken die gebrekkig waren of tekortschoten moeten worden
hersteld of vervangen.”
1
Literatuur "faalkosten de (bouw)wereld uit"
Pagina 4 van 24
Pagina 5 van 24
In de hele bouwsector 2zijn ruim 85.000 bedrijven actief. Ongeveer driekwart daarvan zijn
bouwbedrijven. Het aandeel van de gehele bouwsector in het Bruto Binnenlands Product
ligt op ongeveer 7%. De totale omzet in de bouwsector is ongeveer 60 miljard euro per jaar.
2
Literatuur "faalkosten de (bouw)wereld uit"
Pagina 6 van 24
Het begrip faalkosten wordt vaak in verband gebracht met kwaliteitszorg, omdat faalkosten
tot de zogenaamde kwaliteitskosten behoren. Het begrip faalkosten in verhouding tot de
andere 3 kwaliteitskostengroepen kan in formulevorm als volgt worden weergegeven:
Kwaliteitskosten3= Keuringskosten+Beoordelingskosten+Preventiekosten+Faalkosten
De theorie van Juran wordt vaak gebruikt bij het analyseren van de samenhang tussen de 4
kwaliteitskostengroepen. In deze theorie wordt verondersteld dat perfecte kwaliteit
economisch gezien niet verantwoord is. Dit omdat perfecte kwaliteit weliswaar lage
beoordelings- en faalkosten met zich meebrengt, maar zeer hoge preventiekosten. Daardoor
zou het streven naar het foutloos realiseren van projecten niet het economische belang van
de onderneming dienen. Bij extreem slechte procesbeheersing zijn daarentegen de
beoordelings- en faalkosten hoog en de preventiekosten laag. Zo ontstaat het verband dat
bij toenemende procesbeheersing de beoordelings- en faalkosten dalen, en de
preventiekosten stijgen. Als de preventiekosten, de beoordelingskosten en de faalkosten bij
elkaar worden opgeteld, komen de totale kwaliteitskosten als een kromme te voorschijn met
een minimum als optimale situatie.
3
Literatuur "faalkosten de (bouw)wereld uit"
Pagina 7 van 24
Pagina 8 van 24
Bij het onderzoeken en analyseren van het ontstaan van faalkosten tijdens de verscheidene
bouwprocessen zijn er naast deze verschillen, verschillen zichtbaar tussen het ontstaan van
faalkosten tijdens bouwprocessen in relatie tot bouworganisatiemodellen.
Uit onderstaande grafiek kan worden opgemaakt dat bij elk bouworganisatiemodel de
meeste faalkosten ontstaan tijdens de beginfases, de initiatieffase en de programma fase,
van een te realiseren bouwwerk en tot uiting komen tijdens de eindfases, uitvoeringsfase en
de opleverfase.
4
Literatuur "faalkosten de (bouw)wereld uit"
Pagina 9 van 24
Grote tijdsdruk;
Foutieve dan wel ontoereikende of stagnerende informatie;
Onvoldoende competentie;
Ontoereikende planning en organisatie.
Onderliggende oorzaken:
2. Kwaliteitsverlies door tijdsdruk op het werk, wat al dan niet leidt tot claims en dus tot
kosten door onvoldoende zorg voor de uitvoering
Onderliggende oorzaken:
Pagina 10 van 24
Onderliggende oorzaak:
Onderliggende oorzaken:
Pagina 11 van 24
1. Aanvoer op het werk van het verkeerde product of op het verkeerde moment, met als
gevolg retourritten, oponthoud, tijdelijke opslag met kans op schade vervuiling en extra
verplaatsing
Onderliggende oorzaken:
Onderliggende oorzaken:
Onderliggende oorzaken:
Pagina 12 van 24
Onderliggende oorzaken:
Onderliggende oorzaken:
Het melden van fouten door uitvoerende medewerkers wordt niet beloond, maar
afgestraft;
De leiding is niet geïnteresseerd.
Pagina 13 van 24
Onderliggende oorzaak:
1. Onderaannemers krijgen niet op tijd de juiste instructies die nodig zijn om hun
werkzaamheden ongestoord uit te voeren;
Onderliggende oorzaak:
Pagina 14 van 24
Uit het gedane deskresearch naar het ontstaan van faalkosten kan geconcludeerd worden dat
deze kosten ontstaan uit niet voldoen aan kwaliteitseisen van de opdrachtgever, gebreken in
materiaal, efficiëntie proces tot realisatie (luchttechnisch systeem), stagnaties in het
bouwproces en menselijk falen
Het begrip faalkosten wordt vaak in verband gebracht met kwaliteitszorg, omdat faalkosten
tot de zogenaamde kwaliteitskosten behoren. De faalkosten kunnen in verhouding tot de
ander kwaliteitskostengroepen in formulevorm als volgt worden weergegeven:
Kwaliteitskosten5= Keuringskosten+Beoordelingskosten+Preventiekosten+Faalkosten
Het management van Vink Systemen B.V. heeft weinig inzicht in de faalkosten die
ontstaan binnen de organisatie. Tijdens de fabricage van delen van luchttechnische
systemen gaat weinig mis. Het management ziet dan ook geen reden verder te onderzoeken
of tijdens dit proces faalkosten ontstaan en wat dan de hoogte van deze faalkosten zouden
zijn.
Echter tijdens de projecten waar Vink Systemen B.V. naast het fabriceren en leveren van
luchttechnische systemen ook de montage en de begeleiding van het montageproces tot zijn
takenpakket heeft ontstaan wel faalkosten. De hoogte van deze faalkosten is weliswaar
onduidelijk, maar het management kan in de nacalculatie van deze projecten duidelijk zien
5
Literatuur "faalkosten de (bouw)wereld uit
Pagina 15 van 24
Het management van Vink Systemen B.V. heeft zich als doel gesteld om naar deze
faalkosten verder onderzoek te gaan verrichten. Deze eindopdracht dient als eerste input
voor het verdere nog uit te voeren onderzoek naar faalkosten binnen Vink Systemen B.V.
tijdens de uitvoeringsfase.
Om oorzaken voor het ontstaan van vermijdbare faalkosten binnen Vink Systemen B.V. in
kaart te brengen zijn interviews gehouden met medewerkers van Vink Systemen B.V. die
betrokken zijn of zijn geweest bij uitvoeringsfases van te realiseren luchttechnische
systemen op bouwlocaties.
Uit de interviews blijkt dat als voornaamste oorzaak voor faalkosten wordt genoemd dat
niet al het meerwerk verricht voor de opdrachtgever daadwerkelijk zou worden betaald. Als
oorzaak hiervan wordt aangemerkt dat de opdrachtgever zelf ook met rekeningen komt die
door Vink systemen B.V. moeten worden afgerekend. Deze kosten worden dan veelal
verrekend met het openstaande meerwerk uitgevoerd door Vink Systemen B.V.
Hieruit kan worden geconcludeerd dat het meerwerk dus wel in volledigheid wordt
afgerekend, maar dat er vermijdbare faalkosten ontstaan doordat afspraken gemaakt tijdens
de verkoopfase en uitvoeringsfase niet overeenstemmen met de daadwerkelijke uitvoering
ervan tijdens de uitvoeringsfase. Meer oorzaken voor het ontstaan van vermijdbare
faalkosten tijdens de uitvoeringsfase binnen Vink Systemen B.V zijn te vinden in de bijlage
11 interviews6 en zullen verder worden behandeld bij de probleemstelling.
6
Bijlage 11. Interviews
Pagina 16 van 24
Een taak is een samenhangend en doelgericht geheel van werkzaamheden, van begrensde
tijdsduur, opgedragen aan een of meer personen en afzonderlijk te plannen, te besturen en
te bewaken. Het uitvoeren van taken betekent het leveren van prestaties. Om prestaties te
kunnen leveren zijn duidelijke instructies aan goed geschoolde, vaardige medewerkers
nodig die van hoog tot laag in het bedrijf, gemotiveerd en binnen een optimale
werkorganisatie hun werk kunnen en willen uitvoeren.
Willen
Kennen
Kunnen
Pagina 17 van 24
De volgende stap is het registreren van zowel de waargenomen effecten van deze
maatregelen tijdens of na de uitvoering ervan, als de gebreken en tekortkomingen die niet
werden of konden worden voorzien. Het evalueren van de geregisseerde effecten, gebreken
en tekortkomingen is ervoor bedoeld om er lering uit te trekken. Bruikbare resultaten uit de
evaluaties worden aan het informatiesysteem toegevoegd en zo nodig als aandachtspunten
in de checklist verwerkt.
Een op deze wijze gesloten informatiekringloop zorgt ervoor dat waardevolle kennis en
ervaring niet verloren gaan, maar beschikbaar komen voor de organisatie.
Pagina 18 van 24
analyseren en opsporen van kritieke punten door middel van het bevragen van
contracten, bestek en tekeningen en overige relevante richtlijnen met behulp van
checklists;
waar gewenst en mogelijk het elimineren van de kritieke punten door aanpassing
van contractbepalingen, bestek en tekeningen;
opstellen van een projectkwaliteitsplan inclusief het opstellen van voor het project
relevante instructies;
uitgeven van taken en mensen instrueren;
keuren van opgeleverde resultaten;
documenteren van projectgegevens.
Stap 0: Vaststelling welke taken het bedrijf uitvoert (=wat) en welke methoden (=hoe) het
daarbij gebruikt.
7
Literatuur "faalkosten de (bouw)wereld uit
Pagina 19 van 24
4.2.2.1. Stap 0
bouwverslagen en dagboeken;
klachtenrapporten, klachtbehandeling
terugmeldingen op gegeven taakinstructie door medewerker(s) zelf
Het bedrijf zal niet alle geregistreerde gebreken en tekortkomingen tegelijk kunnen
verbeteren. Het bedrijf zal een selectie moeten gaan maken tussen de geregistreerde
gebreken en tekortkomingen. Daarvoor zijn selectiecriteria nodig, die het bedrijf ontleent
aan de bedrijfsdoelen, de marktbenadering en de mate waarin gebreken en tekortkomingen
schadelijk zijn voor het bedrijf. Belangrijk is dat met het selecteren wordt begonnen met die
gebreken of tekortkomingen waarin snel resultaat te zien is, opdat medewerkers resultaat
kunnen zien van de gevraagde inspanningen en gemotiveerd blijven.
Pagina 20 van 24
Bij de derde stap moet worden onderzocht wat de oorzaken van de geselecteerde
tekortkomingen en gebreken zijn en wat de gevolgen hiervan.
Met de uitvoering van de stappen 1, 2, 3 en 4 verwerft het bedrijf (nieuwe) kennis. Die
kennis moet het bedrijf beheren. Hiervoor is het zogenoemde moederbestand bedoeld. Het
moederbestand is in feite een (digitaal) archief - een bibliotheek- waarin (nieuwe) kennis en
informatie zijn opgeslagen, gedocumenteerd en gecodeerd (naar taken). In het
moederbestand kan ook informatie die van buiten komt worden opgeslagen.
De in het moederbestand opgenomen kennis moet het bedrijf productief maken. Daarvoor
zijn checklist en taakinstructies bedoeld (stap 0). Het bedrijf stelt op basis van verworven
kennis de checklists op en distribueert ze over de verschillende lijn- en stafafdelingen. Deze
checklists bevatten aandachtspunten aan de hand waarvan contractsbepalingen, bestek en
tekeningen, regelingen enzovoorts worden bevraagd. Het doel hiervan is het opsporen van
mogelijke kritische punten die in volgende fasen van voorbereiding en uitvoering kunnen
ontstaan.
Na het doorlopen van de zes beschreven stappen is een begin gemaakt aan het
verbeterproces tot het realiseren van reductie van de ontstane faalkosten binnen het bedrijf.
Motiveren is gebaseerd op aandacht geven. Instrueren is een vorm van aandacht geven. Zo
ook het informeren van medewerkers over de door hen geleverde prestaties en bereikte
resultaten. Het geven van instructies en feedback is van belang wil de directie samen met de
medewerkers kunnen nagaan waar faalkosten ontstaan en vermeden kunnen worden.
kortom, waar er verbeteringen mogelijk zijn die kunnen worden bereikt door de
medewerkers zelf of door de organisatie waarvan zij deel uitmaken.
Het is van groot belang dat medewerkers die betrokken worden binnen het verbeterproces
gemotiveerd zijn en blijven. Als (voorstellen voor) verbeteringen door de leiding serieus
Pagina 21 van 24
Gemotiveerde medewerkers zullen dan bereid zijn afwijkingen tussen hun opdracht- hun
instructie- en de werkelijkheid te signaleren en waar nodig te corrigeren. Doordat
medewerkers meer bij hun taakuitvoering betrokken raken, vermindert (in de tijd) de kans
dat zulke afwijkingen ontstaan en dus ook de kans dat faalkosten ontstaan.
Door alle kennis van de bedrijfsinformatie die door het doorlopen van de zes stappen wordt
opgedaan vast te leggen in een gesloten informatiesysteem is alle bedrijfsinformatie voor
betrokken werknemers beschikbaar.
Pagina 22 van 24
Vink Systemen B.V. wil graag meer inzicht krijgen in het ontstaan van faalkosten en de
mogelijkheid tot reducering van deze kosten. Vink Systemen B.V. zal allereerst moeten
kristalliseren waar binnen de organisatie faalkosten ontstaan, om vervolgens het
verbeterproces in gang te kunnen zetten.
Na het volgen van de beschreven stappen zal bedrijfsinformatie die eerst verloren ging nu
gesloten zijn en beschikbaar voor medewerkers van Vink Systemen B.V. Om het
stappenplan uit te kunnen voeren zal er aan specifieke randvoorwaarden moeten worden
voldaan. Voor stap 1 van het verbeterproces is een nauwe samenwerking vereist tussen de
verschillende afdelingen. Uit voorgaand onderzoek is vastgesteld dat binnen de huidige
situatie samenwerking een actiepunt dient te worden.
Het is voor het slagen van het verbeterproces van groot belang dat medewerkers die
betrokken worden binnen dit verbeterproces gemotiveerd zijn en blijven. Voorstellen voor
verbeteringen moeten door de directie van Vink Systemen B.V. worden gestimuleerd. Op
deze wijze ontstaat er een gemeenschappelijk referentiekader. Dit stelt medewerkers in
staat over de horizon van hun eigen taakuitvoering heen te kijken. Bijvoorbeeld door eens
"in de keuken" van een andere afdeling te kijken, leren zij ontdekken dat hun bijdrage aan
het proces een schakel is in de totale bedrijfs- en productieorganisatie.
Gemotiveerde medewerkers zullen dan bereid zijn afwijkingen tussen hun opdracht- hun
instructie- en de werkelijkheid te signaleren en waar nodig te corrigeren. Doordat
medewerkers meer bij hun taakuitvoering betrokken raken, vermindert de kans dat zulke
afwijkingen ontstaan en dus ook de kans dat faalkosten ontstaan. Dit is tevens het doel van
de uit te voeren verbeterproces tot reducering van faalkosten.
Door alle kennis van de bedrijfsinformatie die door het doorlopen van de zes stappen wordt
opgedaan vast te leggen in een gesloten informatiesysteem (ISAH) is alle bedrijfsinformatie
voor iedere werknemer beschikbaar. Voorwaarde voor een gesloten informatie systeem is
dat bedrijfsinformatie structureel in het moederbestand moet worden verweven. Uit
voorgaand fieldresearch blijkt dat Vink Systemen B.V. hier een inhaalslag te maken heeft.
De omgeving voor een gesloten informatiekringloop is gerealiseerd, echter wordt deze door
medewerkers niet op juiste wijze in stand gehouden en ontstaat er informatieverlies.
Pagina 23 van 24
1. Drs. Ing. Jan Straatman. (2005). Faalkosten de (bouw) wereld uit. Uitgeverij SBR
Internetsites
Begeleiding
Eigen verwijzingen
Pagina 24 van 24
1. Structuur ................................................................................................................... 4
2. Historie ..................................................................................................................... 9
3. Cultuur .................................................................................................................... 14
3.2. Cultuur van Vink Systemen B.V. volgens Harrison en Handy ......................... 16
4. Activiteiten ............................................................................................................. 17
5. Doelen .................................................................................................................... 18
6. Conclusie ................................................................................................................ 20
7. Bronvermelding ...................................................................................................... 22
Pagina 2 van 24
Pagina 3 van 24
Naast de vaste werknemers werkt Vink Systemen B.V. met ongeveer 100 onderaannemers
die de montage van de door Vink Systemen B.V. gefabriceerde kanalen voor hun rekening
nemen.
Vink Systemen B.V. heeft een eigen werkplaats waar de luchtkanalen en ronde spiralo-
buizen gefabriceerd worden. De werkplaats is verbonden met het kantoorgedeelte, opdat
een goede samenwerking tussen de diverse takken mogelijk is.
1
http://www.vinksystemen.nl
Pagina 4 van 24
Met behulp van het model van Mintzberg23 is de structuur van Vink Systemen B.V.
geanalyseerd.
Volgens Mintzberg bestaat de organisatie uit zes onderdelen, die hij in als volgt heeft
omschreven:
Ondernemende organisatie
Machine organisatie
Professionele organisatie
Divisie organisatie
Innovatieve organisatie
Missionaris organisatie
2
Management, Stoner 1996
3
http://www.expand.nl/hr-weblog/mintzberg-organisatiestructuren---modellen
Pagina 5 van 24
Deze organisatie kenmerkt zich door een platte structuur. Er zijn maar weinig top
managers, er is weinig (formele) structuur en er zijn weinig gestandaardiseerde systemen.
Hierdoor kan de organisatie flexibel zijn. Een typisch voorbeeld van deze configuratie is
een jonge organisatie, waar de ondernemer/baas nog sterke controle heeft over zijn
werknemers.
Dit type organisatie is heel 'lean' en kan snel schakelen door de hoge mate van flexibiliteit.
Dit leidt tot een hoge mate van succes en veel organisaties streven een dergelijke structuur
na. Maar naar mate de organisatie groeit, kan het model gebreken gaan vertonen: de
organisatie is sterk afhankelijk van één of enkele individuen en als het hen teveel wordt, of
ze besluiten ander werk te zoeken, dan loopt de organisatie gevaar.
Deze configuratie wordt ook wel bureaucratie genoemd, omdat alles gestandaardiseerd is.
Werk is formeel, volgt sterk procedures, beslissingen worden volgens gestandaardiseerde
processen genomen (waar mogelijk). De werkprocessen zijn vaak vastgelegd volgens een
systeem (bijvoorbeeld Prince, ITIL) en de processen worden regelmatig geanalyseerd op
verbetermogelijkheden.
De professionele organisatie lijkt erg op de machine organisatie. Het grote verschil is dat de
professionele sterk leunt op hoog opgeleide professionals, die controle over hun eigen werk
willen. Denk aan consultancybedrijven, accountancy bedrijven en universiteiten.
De voordelen van de 'bureaucratie' gelden hier maar ten delen: het voordeel is een hoge
mate van efficiëntie, maar het nadeel is dat er maar weinig controle is op het werk van de
hoog opgeleide professionals. Hierdoor zijn deze organisaties weinig flexibel en maar
moeilijk te veranderen.
Pagina 6 van 24
Het voordeel ten opzichte van een machine organisatie, is dat dit gedecentraliseerde
beslissing-nemen makkelijker maakt: de lijnmanagers van de merken kunnen zelf de van
dag-tot-dag beslissingen nemen, terwijl de top in het hoofdkantoor centrale, lange termijn
ideeën uit kan werken.
Een groot nadeel van dit systeem is - net als bij de machine structuur - dat verschillende
divisies tegenstrijdige belangen kunnen ontwikkelen. En eveneens dat alle divisies
aanspraak willen maken op de mogelijkheden van het hoofdkwartier, wat ook tot
spanningen kan leiden. Maar bij een diversifiërende strategie, of inefficiënte organisatie
door de massieve grootte van de organisatie, kan een divisie-organisatie uitkomst bieden.
De vorige vier configuraties omvatten vooral klassieke organisaties. In nieuwe markten kan
het nodig zijn heel anders te opereren. Zo moet er bijzonder snel geschakeld kunnen
worden en kunnen zaken als strenge regelgeving en bureaucratische regels te beperkend
zijn om de organisatie succesvol te maken. Dit zijn kenmerken van de innovatieve
organisatie.
Consultancybedrijven, maar blijkbaar ook farmacie, maken vaak gebruik van deze
structuur. Ze brengen professionals uit verschillende hoeken bij elkaar - en geven autoriteit
waar nodig. Beslissingen moeten snel en duidelijk genomen kunnen worden door de
mensen die op hun project zitten. Dit maakt controle bijzonder moeilijk, maar biedt de
hoogst mogelijke hoeveelheid flexibiliteit. En precies die flexibiliteit moet mogelijkheden
scheppen in - met name - de nieuwe markt.
De politieke organisatie is een geval apart. Politiek heeft niet te maken met structuur, maar
met macht, aldus Mintzberg. Politiek (in organisaties) is eerder het tegenovergestelde van
coördinatie: het breekt ook bestaande zaken af. Voor Mintzberg is politiek een
tweesnijdend zwaard: in sommige situaties kan de politieke zijde van een organisatie
constructief werken, maar het kan ook gezonde processen verzieken.
Pagina 7 van 24
Het gaat om een organisationele - niet om een politieke ideologie. En het gaat niet om een
'bedrijfscultuur': iedere organisatie heeft een bedrijfscultuur. Maar niet iedere organisatie
produceert op basis van een ideologie. Een goed voorbeeld is Apple: Apple volgt Steve
Jobs ideologie dat een geïntegreerd systeem van producten, waarbij de klant zelf niet hoeft
te configureren (niet kán configureren), ideaal is. Dit is leidend voor Apple's manier van
organiseren én produceren.
Vink Systemen B.V. is vanuit een productiebedrijf met een sterke machtscultuur ontstaan.
De efficiëntieslag die Vink Systemen B.V. heeft gemaakt, heeft geleid tot meer focus op
processen en procedures. Bij afdelingen die zich met de werkvoorbereiding bezighouden
zijn de werkprocessen al doorlopen en gestandaardiseerd. Het productieproces is goed
omschreven en elke afdeling heeft zijn eigen leidinggevende. Er begint binnen Vink
Systemen B.V. wel een mate van ‘eilandvorming’ (balkanisering van de organisatie -
Mintzberg) te ontstaan.
Als de bovenstaande configuratie naar Vink Systemen B.V. gespiegeld wordt, kan men
concluderen dat Vink Systemen B.V. het meest neigt naar een Machine Bureaucratie. Een
verticale organisatie met veel procedures en een sterk middenmanagement.
Het voordeel hiervan is dat iedereen veelal weet waar hij of zij aan toe is en elke
werknemer probeert daar dan ook aan vast te houden. Het nadeel daarvan is dat dat ten
koste gaat van flexibel functioneren. Tevens wordt vooral de innovatie kracht van het
bedrijf ondermijnd, omdat veel werknemers niet meer buiten deze vastgestelde lijnen wil
opereren.
Pagina 8 van 24
Door de groei van het bedrijf en de problematiek van het produceren op twee locaties is in
december 1989 de eerste paal geslagen voor een groter pand aan de Lageweg 53. In 1991 is
dit pand in gebruik genomen. In 1994 is een gedeelte van het pand van de buren gehuurd
waar het magazijn werd ondergebracht. In 1997 is een extra productiehal gehuurd aan de
Scheepmakerstraat 32 die met name gebruikt werd voor de productie van grote
luchtkanalen. Begin 1998 heeft Ed Vink zijn functie als Algemeen Directeur neergelegd.
Deze functie is overgenomen door Sjaak Wijnands (Technisch Commercieel Directeur) en
Edward Duindam (Financieel Commercieel Directeur).
De organisatie is stevig gegroeid sinds het ontstaan van het bedrijf. Dit brengt echter ook
problemen met zich mee. Om de groei van de organisatie en de problemen die daarbij
ontstaan te analyseren is er in dit onderzoek gebruik gemaakt van het groeimodel van
Greiner5.
4
http://www.vinksystemen.nl
5
Power and organization development: mobilizing power to implement change, Greiner, L.E. & Schein
Pagina 9 van 24
Het is een beschrijvend empirisch getoetst raamwerk dat kan worden gebruikt om te
begrijpen waarom bepaalde managementstijlen, organisatorische structuren en
coördinatiemechanismen werken, en waarom sommigen niet werken bij bepaalde fasen in
de ontwikkeling van een organisatie. Het groeifase model uit 1972 van Greiner beschrijft
vijf fasen van organisatorische ontwikkeling en groei:
Onlangs voegde Greiner een zesde fase extra aan zijn Groeifasen model toe:
6
http://www.12manage.com/methods_greiner_nl.html
Pagina 10 van 24
Indien het model van Greiner wordt gespiegeld aan de groei van Vink Systemen B.V. dan
wordt het duidelijk dat ook Vink Systemen B.V. zich volgens dit model heeft ontwikkeld.
Het bedrijf begon als een klein bedrijf met een zeer eenvoudige structuur. Door creativiteit,
handelslust en vakmanschap is de organisatie gegroeid en is groter geworden. De
aansturing van het bedrijf ging in zeer korte lijnen en het leidinggeven ging vooral ad hoc.
Op een gegeven moment werd Vink Systemen B.V. te groot voor één leidinggevende. De
baas stond te ver van het werk af en het leidinggeven werd een dagelijkse gang van zaken.
Andere werden daarin minder tot niet betrokken. Er ontstond (volgens het model van
Greiner) een leiderschapscrisis.
Deze crisis is opgelost met een organisatiestructuur, meer formele lijnen en er werden
(werk)processen en procedures ingericht om de organisatie beter kunnen sturen.
De sfeer binnen het bedrijf werd formeler en er kwamen meerdere leidinggevenden omdat
de directeur niet aan iedereen leiding meer kon geven. Ondanks de nieuwe procedures,
processen en leidinggevende hield de directeur nog steeds veel touwtjes in handen.
Leidinggevenden wisten vaak wel wat ze moesten doen, maar door de hiërarchische lijnen
7
http://www.gertjanschop.com/modellen/greiner.html
Pagina 11 van 24
Binnen Vink Systemen B.V. moest iets gaan veranderen, zodat leidinggevenden sneller
konden schakelen en meer verantwoordelijkheden hadden. Volgens het model van Greiner
benadert dit de autonomiecrisis.
Na verloop van tijd kwam de directie erachter dat hierdoor een groot stuk efficiëntie
verloren gaat. Daarbij ontstonden er steeds meer incidenten tussen afdelingen onderling
omdat de werkwijzen niet meer volledig bij elkaar aansloten. De crisis in bouw was op
komst en Vink Systemen B.V. wilde maatregelen nemen om de efficiëntie weer op peil te
krijgen. Volgens het model van Greiner omschrijft dit de beheercrisis en dit is tevens de
fase waarin Vink Systemen B.V. zich op dit moment bevindt.
Het management wil van de decentralisatie van het bedrijf af om weer meer touwtjes in
handen te krijgen. Afdelingen moeten beter met elkaar samenwerken en beheers- en
verbeterprocessen moeten integraal worden ontwikkeld en ingevoerd in plaats van bij elke
afdeling zelf. Men wil graag een uniforme manier van werken en wil naar standaardisatie
toe. Als de huidige situatie bij Vink Systemen B.V. geanalyseerd wordt met behulp van het
groeifasemodel van Greiner, dan bevindt Vink Systemen B.V. zich op dit moment in de
decentralisatiefase en gaat richting de beheerscrisis.
De analyse van de huidige situatie met behulp van het groeifasemodel van Greiner geeft
inzicht in de aankomende groeifasecrisis en kan het management inzicht bieden welke
maatregelen genomen kunnen (moeten) worden om de beheerscrisis te lijf te gaan. Daarbij
onderkent het management deze situatie en zijn daar actief mee bezig. Er zijn al veel
verbeterprocessen in gang gezet om de efficiëntie te verhogen en het management zoekt
naar mogelijkheden om Vink Systemen B.V. nog verder te verbeteren.
Indien Vink Systemen B.V. te veel gaat centraliseren, dan bestaat het gevaar bestaat dat
daardoor de groei van Vink Systemen B.V. wordt beperkt. De oplossing moet minder in het
samenvoegen van processen en/of afdelingen gezocht worden. Dit is reeds voldoende
gedaan. Coördinatie is in deze fase belangrijker dan centralisatie. Duidelijkheid en
uniformiteit wordt niet alleen behaald door centralisatie maar vooral door ketenbeheer
(bijvoorbeeld door het INK-model te gebruiken).
Pagina 12 van 24
Pagina 13 van 24
Een veel gebruikte cultuurtypering9 is die van C. Handy (1978) en Harrison (1972). Er
moet wel bij vermeld worden dat dit ideaaltypen bewoorden die in werkelijkheid niet of
nauwelijks in zuivere vorm zullen voorkomen.
bron: http://www.gertjanschop.com/modellen/cultuurtypologie_n_hardy.html
3.1.1. Machtscultuur
Binnen de organisatie met een machtscultuur (Zeus) is er een sterke leidersfiguur. Als een
spin in het web bestuurt hij de organisatie. Hij kiest trouwe medewerkers om zich heen,
waarin hij zich herkent. De meeste medewerkers doen hun best meer centraal in het web te
komen. Dit kan gepaard gaan met intriges en machtsspelletjes. De organisatiecultuur
kenmerkt zich door het feit dat er weinig regels zijn. Het individu is belangrijk en men is
zelfbewust. Deze cultuur is te vinden in kleine en beginnende bedrijven. Een voorbeeld is
een familiebedrijf waar de directeur (eigenaar) alle touwtjes in handen houdt en over alles
8
http://123management.nl
9
http://www.ask-advise.nl/organisatie-cultuur-verandering
Pagina 14 van 24
3.1.2. Rollencultuur
De rollencultuur (Apollo) lijkt op een Griekse tempel met zuilen. De basis wordt gevormd
door regels, afspraken, procedures en de hiërarchie. De zuilen kunnen model staan voor de
verschillende functies en/of afdelingen. Wanneer het werk volgens de juiste regels en
procedures gedaan wordt, wordt dit als juist en efficiënt ervaren. Personen zijn niet zo
belangrijk. Het gaat veel meer om de rol en de status die iemand heeft binnen de
organisatie. Rol en status zijn belangrijker dan prestatie. Deze cultuur is te vinden in grote,
bureaucratische organisaties. Bij een Griekse tempel komen de verschillende zuilen
bovenaan samen in het dak. Bij de rollencultuur komen alle rollen en functies binnen een
organisatie bovenaan samen alwaar ze gecoördineerd worden. De rollencultuur wordt
daarom vaak gesymboliseerd door een Griekse tempel. Procedures en regels zijn een
belangrijk houvast, evenals de hiërarchie en de correcte omgangsvormen. Macht en invloed
zijn met name afhankelijk van iemands positie in de tempel. Erg flexibel zijn dit soort
organisaties niet.
3.1.3. Taakcultuur
3.1.4. Personencultuur
Pagina 15 van 24
Met behulp van een vragenlijst10 is de cultuur bij Vink Systemen B.V. geanalyseerd. Het is
duidelijk dat er nog steeds een geringe mate van een machtscultuur heerst. Door de groei
van de organisatie is deze machtscultuur grotendeels omgeslagen in een rollencultuur, maar
wel met meer machtspreiding.
De machtscultuur die bij Vink in eerste instantie heerste heeft geleid tot de groei van het
bedrijf. Vink Systemen B.V. kon snel en flexibel handelen doordat de beslissingen vaak
enkel bij de directeur lagen. Zie ook de ‘simple structure’ van Mintzberg. Met de groei van
de organisatie en het ontstaan van de rollencultuur bij Vink Systemen B.V. heeft het bedrijf
zich gebonden met regels en procedures. Hierdoor is meer duidelijkheid ontstaan binnen
Vink Systemen B.V. Medewerkers kunnen beter aangestuurd worden en de samenwerking
tussen de afdelingen kan beter geregeld en vastgelegd worden. Een aandachtspunt is dat de
managers nu niet méér verwachten van de medewerkers, dan zij vragen aan de
medewerkers. Eigen initiatief wordt wellicht te weinig aangespoord en beloond.
Vanuit de vragenlijst van Harrison en Handy wordt ook duidelijk dat Vink Systemen B.V.
zich het liefst doorontwikkeld naar een taakcultuur.
10
Bijlage 14 - Vragenlijst cultuur bij Vink, zie bijlagenboek
Pagina 16 van 24
Een volledig overzicht met uitvoerige beschrijving kan gevonden worden in het verslag
over de activiteiten van Vink Systemen B.V.12
11
Meer informatie over LUKA is te vinden op www.luka.nl
12
Bijlage 3 – Activiteitenonderzoek, zie bijlagenboek
Pagina 17 van 24
De doelstelling van Vink Systemen B.V. wordt elk kalenderjaar opnieuw vastgelegd door
een prognose te maken die betrekking heeft op:
Omzet;
Winst/Verlies;
Urenbezetting;
PMI Normen fabriek;
Verhouding van het aantal projecten tussen alleen het produceren van het
luchttechnisch systeem afgezet tegen het produceren én monteren van
luchttechnische systemen;
5.1. Omzet
Er wordt jaarlijks een prognose gemaakt over wat de hoogte van de omzet van dat jaar zal
moeten zijn. Na vaststelling van deze beoogde omzet wordt dit als financiële doelstelling
van dat kalenderjaar gezien. De beoogde omzet wordt vastgesteld door de directie.
5.2. Winst/Verlies
Er wordt jaarlijks een prognose gemaakt over wat het eindresultaat van het betreffende jaar
zal moeten zijn. De beoogde winst (of verlies) wordt een financiële doelstelling voor het
betreffende kalenderjaar. Ook deze prognose wordt door de directie gemaakt en vastgelegd.
5.3. Urenbezetting
De directie maakt een prognose voor het aantal uren dat het bedrijf zal moeten maken om
de geprognosticeerde omzet te behalen. Het aantal uren per afdeling wordt opgenomen in
de doelstelling voor het kalenderjaar.
Door de directie wordt jaarlijks een prognose gemaakt voor de PMI Norm. De PMI norm
omvat het aantal minuten waarin een vierkante meter kanaalwerk geproduceerd wordt. Er
wordt onderscheid gemaakt tussen vormstukken en rechte kanalen. Voor een strekkende
meter ronde spiralobuis wordt een aparte prognose gemaakt. Na vaststelling van de PMI
norm wordt dit een doelstelling voor de fabricage afdeling.
Pagina 18 van 24
De directie heeft zich als doel gesteld om Vink Systemen B.V. meer te richten op puur het
fabriceren en leveren van luchttechnische systemen en minder op de volledige realisatie van
de uitvoering. Elk kalenderjaar wordt er een prognose gemaakt hoeveel de verhouding zal
moeten gaan worden voor desbetreffend kalenderjaar. In de voorgaande jaren is dit
percentage richting de 50%/50% gegaan. Sinds 2 jaar is echter het percentage van
produceren van luchttechnische systemen exclusief montage doorgeslagen naar 60%/40%.
Elke kalenderjaar wordt deze verhouding opnieuw vastgesteld en wordt als doelstelling
opgenomen. Deze doelstelling is de enige lange termijn doelstelling.
Pagina 19 van 24
Dit wordt ook duidelijk als men naar het groeifasemodel van Greiner spiegelt op de
organisatie. In eerste instantie is Vink groot geworden door flexibel en innovatief te
handelen. Toen Vink te groot werd voor één leidinggevende is er een leiderschapscrisis
ontstaan. Dit werd opgelost door meer leidinggevenden aan te stellen, zodat de organisatie
beter bestuurd kon worden. De leidinggevende hadden echter nog steeds “te leiden” onder
de macht van de directeur en konden moeilijk zelf beslissingen nemen voor hetgeen waar
zij voor verantwoordelijk waren. Toen dit duidelijk werd zijn de hiërarchische lijnen
aangescherpt en kregen de leidinggevenden meer bevoegdheid over hun eigen afdelingen.
Vervolgens hebben de leidinggevenden de werkprocessen en procedures voor hun eigen
afdeling opgesteld vanuit hun eigen visie. Dit heeft geresulteerd in de eerder genoemde
balkanisering van de organisatie, waardoor de efficiëntie van de organisatie is gedaald. De
werkwijze van de verschillende afdelingen sloten niet langer op elkaar aan. De eerste
reactie van de directie is om te gaan centraliseren en daarmee een grote efficiëntieslag te
slaan.
Het model van Harrison en Handy geeft ook nog extra inzicht in de huidige
bedrijfsproblematiek. De machtscultuur, zoals in het begin van Vink aanwezig was,
kenmerkt zich door een lage machtspreiding en een hoge samenwerkingsgraad. De
directeur had de touwtjes in handen en iedereen werkte samen om tot het gewenste resultaat
te komen. Met het groeien van het bedrijf was dit niet langer een effectieve cultuur, maar
toch is het lange tijd zo geweest. Uiteindelijk heeft de baas steeds meer los moeten laten en
is de machtspreiding groter geworden, terwijl de samenwerkingsgraad steeds minder is
geworden door de balkanisering van de organisatie. De volgende stap is om de
samenwerkingsgraag weer hoog te krijgen en door te groeien naar een taakcultuur.
Vink Systemen B.V. is nog lang niet uitgegroeid. De toegepaste modellen in dit onderzoek
maken duidelijk dat structuur, groei en cultuur enorm met elkaar samenhangen binnen Vink
Systemen B.V. Met behulp van deze modellen wordt tevens duidelijk wat de gewenste
situatie van Vink Systemen B.V. moet en kan worden. Dit zou terug moeten komen in de
visie en doelstelling van Vink Systemen B.V. Op dit moment heeft de directie van Vink
Pagina 20 van 24
Pagina 21 van 24
Internetsites
7. http://www.vinksystemen.nl
8. Schop, G. (?). Greiner model presentatie (online). Beschikbaar op:
http://www.slideshare.net/GertJanSchop/greiner-model-presentatie
9. Schop, G (?), Afbeelding cultuurtypologie (online). Beschikbaar op:
http://www.gertjanschop.com/modellen/cultuurtypologie_n_hardy.html
10. Diverse auteurs (?). The Art of Management [informatie over de verschillende
modellen] (online). Beschikbaar op: http://123management.nl
11. Ask Advise & Consultancy (2010). Cultuurtypering van Harrison & Handy (online).
Beschikbaar op: http://www.ask-advise.nl/organisatie-cultuur-
verandering/cultuurtypering-van-handy-a-harrison
12. Stapper, C. (2012). Mintzberg Organisatiestructuren / modellen (online). Beschikbaar
op: http://www.expand.nl/hr-weblog/mintzberg-organisatiestructuren---modellen
13. http://www.lisha.nl/theorien/organisatie/10-groeifasenmodel-greiner.html
Overige
Begeleiding en informatie
16. Drs. P.A. Wolfis – Voormalig docent Bedrijfskundige Economie van Avans
Hogeschool Breda, Academie voor Algemeen en Financieel Management
17. Ir. W.J.M. Halve, docent Bedrijfskundige Economie van Avans Hogeschool Breda,
Academie voor Algemeen en Financieel Management
Pagina 22 van 24
Pagina 23 van 24
P&O Kw Man
ICT Tel/Rec
Pagina 24 van 24
1. Inleiding.................................................................................................................... 4
3. Luchtbehandeling ...................................................................................................... 6
3.1. Luchtsnelheid................................................................................................... 6
4.1. Luchtkanalen.................................................................................................... 8
4.2.4. Tregakap.................................................................................................... 10
Pagina 2 van 17
6. Bronvermelding ...................................................................................................... 17
Pagina 3 van 17
Een onderdeel van het organisatieonderzoek1 is het onderzoek naar de activiteiten van de
onderneming. Dit verslag beschrijft in volledigheid de activiteiten van Vink Systemen B.V.
In het organisatieonderzoek zullen de belangrijkste punten uit dit verslag naar voren komen.
1
Bijlage 2 – Organisatieonderzoek, zie Bijlagenboek
Pagina 4 van 17
2
Handboek Vink Systemen B.V.
Pagina 5 van 17
In een woonhuis wordt de lucht verwarmd door een radiator en de lucht in het huis
circuleert door kleine kiertjes in het huis. In utiliteitsgebouwen komt het niet vaak voor dat
er overal radiatoren zijn omdat het gewoon te duur is. Moderne gebouwen zijn veelal te
goed geïsoleerd dat de lucht niet uit zich zelf kan circuleren omdat de kieren te klein zijn.
Luchtkanalen zijn hiervoor de oplossing, die blazen schone verse warme lucht in de ruimtes
en zuigen de oude koude lucht eruit. Doordat het luchttechnisch systeem de temperatuur,
vochtigheid en de verontreiniging zelf regelt is het hele gebouw voorzien van warme en
schone lucht.
3.1. Luchtsnelheid
Als er een te grote hoeveelheid lucht door de kanalen heen moet gaan gaat het kanaal
bewegen en geluid produceren. Om dit te voorkomen is er regelgeving ontstaan en is dit
vastgelegd in het LUKA kwaliteitsboek 3:
3.2. Geluid
Wanneer lucht verplaatst wordt kunnen er trillingen vrij komen die geluid veroorzaken. Als
de snelheid te hoog wordt kan er geluidsoverlast ontstaan. Om dit geluid te dempen kan het
kanaalwerk akoestisch worden geïsoleerd of kunnen er geluiddempers worden geïntegreerd
met het luchttechnisch systeem.
3
Handboek Vink Systemen B.V
Pagina 6 van 17
3.3. Verontreiniging
Wat ervaart wordt als stank, wordt veroorzaakt door vaste deeltjes, dampen en gassen die
opgenomen worden door de lucht wat in het bouwwerk circuleert. Als de bronnen van de
stank bekend zijn kan de stank bestreden worden doormiddel van puntafzuiging. De
vervuilde lucht wordt dan opgenomen in de circulatie, waardoor de lucht automatisch word
verontreinigd.
3.4. Lucht
Luchtbehandelingkasten staan vaak in de technische ruimte van een bouwwerk anders staan
deze regelmatig op het dak. Alle luchtkanalen zitten hier aan gekoppeld. Het is een gesloten
kring. In de technische ruimte is er meestal weinig ruimte dus het plaatsen van een
luchtbehandelingkast kan soms erg moeilijk zijn.
Pagina 7 van 17
4.1. Luchtkanalen4
Luchtkanalen worden zowel binnen als buiten bevestigd aan een plafond, muren, daken of
vloeren. Luchtkanalen worden afhankelijk van hun positie in het luchttechnisch systeem uit
verschillende materialen gefabriceerd. De meest voorkomende zijn:
4
Handboek Vink Systemen B.V
Pagina 8 van 17
4.2. Dakkappen5
Dakkapen worden bij mechanische -en bij natuurlijke ventilatie gebruikt. Vrijwel alle
mechanische dakkappen worden op een kanalensysteem aangesloten. De types die het
meest gebruikt worden zijn:
‘Standaard dakkap’
Deflectorkap
Combikap
Tregakap
Kruiskap
Regenkap (Chinese hoed)
Deze dakkappen worden meestal van aluminium of gegalvaniseerde plaat gemaakt en soms
van RVS. Ze zijn in elke afmeting en gewenste kleur afleverbaar. Een paar belangrijke
kenmerken zijn:
4.2.2. Deflectorkap
Inwendige afwatering
Vogelwerend gaas (ook voor grofvuil zoals onder andere bladeren)
Uitvoeren met hijsogen
4.2.3. Combikap
Als de aanzuig – en uitblaaskanaal gecombineerd worden dan kan er gekozen worden voor
een combikap. De ene helft is dan een ‘Standaard dakkap’ en de andere helft is een
deflectorkap.
5
Handboek Vink Systemen B.V
Pagina 9 van 17
Deze dakkap wordt gebruikt als de lucht op een natuurlijke wijze wordt afgezogen. Deze
ronde kap wordt gemaakt van aluminium en is in alle diameters leverbaar.
4.2.5. De Kruiskap
Deze kap stuwt de lucht op natuurlijke wijze naar binnen. Ook deze kap is van aluminium
en is ook in alle diameters verkrijgbaar.
Deze kap wordt gebruikt als er op een goedkope manier circulatie moet zijn. Deze kap
wordt standaard gemaakt van gegalvaniseerde plaat en is ook in alle diameters leverbaar.
Bovenstaande onderdelen van het luchttechnisch systeem wordt door Vink Systemen B.V
gefabriceerd en gemonteerd. Appendages zoals hieronder beschreven worden veelal alleen
gemonteerd. De opdrachtgever van het project besteld deze.
Montage van bedienbare kleppen in het luchttechnisch systeem dienen ervoor om vanaf
verschillende punten in het systeem de hoeveelheid lucht die de ruimte binnenkomt te
kunnen inregelen. Als er brandt uitbreekt kan het vuur zich snel verspreiden door het
gebouw als het in het luchttechnisch systeem komt. Daarom zijn er bedienbare kleppen die
bij brand dichtslaan om verdere uitbreiding van de brand door middel van het
luchttechnisch systeem te voorkomen.
6
Handboek Vink Systemen B.V
Pagina 10 van 17
Regelkleppen regelen de hoeveelheid lucht die door de kanalen stroomt. Ze worden meestal
geplaatst op plekken waar, na de installatie, deze nog steeds te bedienen zijn. De
regelkleppen kunnen handbediend of doorgestuurd worden uitgevoerd en zijn er in ronde en
rechthoekige uitvoering.
Flexibele verbindingen worden gebruikt als er geen verbinding in directe lijn mogelijk is.
Het manchet bestaat uit een blauw of grijs doek met aan beide zijde een koppelprofiel. De
manchetten moeten spanningsvrij gemonteerd worden anders is de kans groot dat de
verbindingen lekkage gaan vertonen.
De ongeïsoleerde flexibele slang wordt toe gepast als er geen akoestische of thermische
eisen aan de verbinding worden gesteld. Veelal wordt de aluminium versie toegepast. De
slang bestaat uit 2 lagen aluminium met polyester, versterkt met een veerstalen spiraal zijn
leverbaar in alle standaard ronde kanaalafmetingen.
De flexibele geluiddemper wordt gebruikt als de verbinding een hoge akoestische eis heeft.
De meest gebruikte slangen van dit type zijn de Rodaflex en de Panflex. Ze zijn beide op
technisch gebied gezien evengoed maar het type Panflex is goedkoper. De demper is
opgesteld uit 4 lagen:
Pagina 11 van 17
5.1.1. Ventilatoren
De circulatie van de lucht wordt gegenereerd door ventilatoren. De ventilatoren die gebruikt
worden bij luchtkanalen zijn in te delen bij twee verschillende types. Beide types worden
aangedreven door een elektrische motor. De motor draait een as waar schoepen op zitten.
Door de draaiende beweging komt de lucht ook in beweging en gaat dus verplaatsen. De
twee types zijn:
5.1.3. Diafragmaklep
Deze klep is er in een vlakke – en conische uitvoering. Ze hebben allebei voor en na de klep
een drukmeetnippel om het drukverschil te kunnen meten. Na dat het drukverschil is
gemeten, kan men de klep instellen met een traploze bediening.
7
Handboek Vink Systemen B.V
Pagina 12 van 17
Deze volumeregelaar houdt de luchthoeveelheid hetzelfde. Als de druk hoger wordt of iets
dergelijks stelt hij de klep zo af dat er nog steeds dezelfde hoeveelheid lucht door heen gaat.
Als de CVR geplaatst wordt moet de monteur rekening houden met de luchtrichting, de
aanstroomlengte en hij moet zich houden aan de montagevoorschriften van de leverancier.
5.1.6. Roosters
Roosters zijn er in verschillende afmetingen en vormen. Een rooster zorgt ervoor dat de
lucht gericht ingeblazen en afgezogen wordt. De opdrachtgever besteld deze en codeert de
roosters, opdat het volgens de werktekening aangegeven rooster daadwerkelijk daar
gemonteerd kan worden. De meest voorkomende uitvoeringen van roosters zijn:
‘Standaard’ plafondroosters
Wervelroosters
Lijnroosters
Rozetten
Nozzleroosters
Wand en buisroosters
Verdringingsroosters
Gaasroosters
Buitenluchtroosters
‘Standaard’ plafondroosters worden het meest gebruikt en worden gebruikt als retourrooster
maar meestal als toevoerrooster. Ze worden beide toegepast in systeemplafonds.
5.1.8. Wervelroosters
5.1.9. Lijnroosters
Worden ook als retour – en toevoer roosters gebruikt. De lijnroosters worden vaker
gebruikt als toevoerroosters. Ze worden ook in systeemplafonds gemonteerd. Doordat deze
zeer smal zijn passen ze gemakkelijk in het plafond tezamen met de andere installaties.
5.1.10. Rozetten
Deze roosters worden zowel als toevoer – en retourroosters, maar ze worden meestal
toegepast als retourroosters in woningbouw en toiletten. Er worden steeds meer aftakkingen
van kanalen voorzien van een regelklep, terwijl de rozetten ook ingeregeld kunnen worden
door ze in -of uit te draaien.
Pagina 13 van 17
Als de ingeblazen lucht grote afstanden tot de ruimte moet overbruggen dan worden deze
roosters toegepast. De inblaasrichting kan zowel met de hand als motorisch worden
ingesteld. Ze worden meestal geplaatst in hoge ruimte zoals hallen of in lagere ruimten die
bijzondere eisen stellen aan de lucht zoals musea.
Deze roosters worden in wanden of ronde kanalen als toevoer – en retourrooster gebruikt.
De roosters zijn bijna altijd in zicht en er is ook de optie om er een volumeregelaar op te
monteren, waardoor het rooster de luchthoeveelheid en luchtrichting kan regelen.
5.1.13. Verdringingsrooster
Deze roosters worden toegepast in hoge ruimten. Doordat de lucht met een lagere
temperatuur dan in de ruimte zelf en een lage snelheid de ruimten wordt ingeblazen, zal de
onderste zone van de ruimte gekoeld worden. Door de warmte van personen of apparatuur
wordt de lucht in de ruimte weer verwarmd en zal deze omhoog stijgen. Deze warme lucht
dient dan afgezogen te worden. Het nadeel is dat dit rooster veel ruimte inneemt op de
werkvloer.
5.1.14. Gaasroosters
Deze roosters worden meestal buiten als afzuig – of uitblaasrooster gebruikt. Het heeft geen
functie voor de luchtrichting maar meer om het vuil en de vogels uit de kanalen te houden.
5.1.15. Buitenluchtroosters
Meestal zitten deze roosters aan de buitenzijde van een gevel. Ze dienen voor zowel
aanzuig – als uitblaasroosters. Net als de gaasroosters is de enige functie van deze roosters
het vuil en de vogels tegen te houden. Maar het voordeel vergeleken met de gaasroosters is
dat de buitenluchtroosters ook regen tegen houden.
Pagina 14 van 17
Bij een project met een aanneemsom van minstens € 10.000,- wordt door Vink Systemen
B.V een lekdichtheidstest uitgevoerd.
Het luchttechnisch systeem moet waar nodig worden geïsoleerd voornamelijk om condens
boven het plafond tegen te gaan en geluidsoverdracht te verminderen. Hiervoor wordt de
gehele toevoer in het luchttechnisch systeem geïsoleerd en ook sommige delen van de
retour. Vink Systemen B.V besteedt dit uit aan een professioneel isolatiebedrijf, maar
behoudt hiervoor wel de eindverantwoording.
Deze isolatie wordt geplaatst waar er uitwendige thermische isolatie nodig is. De meest
gebruikten soorten isolatie zijn Zover – MI3h (glaswol deken) en Rockwool (steenwol
deken) die allebei de volgende belangrijke kenmerken hebben:
Pagina 15 van 17
Inwendige isolatie wordt gebruikt voor akoestische isolatie als er geen andere
mogelijkheden meer zijn om de buitenzijde akoestisch te isoleren. Het meest toegepaste
type is Linacoustic. In bijzondere gevallen kan er gekozen worden voor een alternatief,
maar er is nog geen alternatief gevonden die net zo goed is als Linacoustic met de volgende
kenmerken:
Een samenstelling van gecoat glaswol met aan één zijde afgewerkt met een
glasvlies deken;
Standaard leverbaar in 1 en ½mm dik;
Geheel aan de binnenkant te verlijmen.
Als andere brandwerende middelen geen optie zijn moeten de kanalen uitwendig
brandwerend geïsoleerd worden. Brandwerende isolatie is er in verschillende soorten,
welke isolatie je moet gebruiken hangt van de gestelde eisen af. De meest gebruikt is Conlit
– P en in speciale gevallen wordt er gekozen voor Rockwool 159. Omdat Rockwool 159
niet zo goed is als Conlit – P moet Rockwool 159 in meerdere lagen aangebracht worden
om dezelfde prestatie te krijgen.
5.3.5. Ontdreuningsplaat
Dit wordt gebruikt als er noodzakelijke akoestische isolatie nodig is. Het bestaat uit zware
zwarte buigzame kunststof platen, die uitwendig op de kanaalwanden worden verlijmd. De
naden worden met speciale kit afgekit volgens de voorschriften van de fabrikant.
Pagina 16 van 17
Overige
Kennis vergaring door 13 jaar werkzaam te zijn bij Vink Systemen B.V.
Pagina 17 van 17
1. Inleiding.................................................................................................................... 3
2. MESO-omgeving ...................................................................................................... 4
3. MACRO-omgeving ................................................................................................. 19
5. Bronvermelding ...................................................................................................... 22
Pagina 2 van 22
De omgeving waarin Vink Systemen B.V. zich begeeft is te onderscheiden in twee soorten
omgevingen.
Om deze twee omgevingen die van invloed zijn op Vink Systemen B.V. stap voor stap te
analyseren is er gebruikt gemaakt van modellen.
Pagina 3 van 22
1.1. ABCD-analyse
Afnemersanalyse;
Bedrijfstakanalyse;
Concurrentenanalyse;
Distributieanalyse.
2.1.1. Afnemersanalyse
De klant van de organisatie is het hoogste goed. Het is essentieel om inzicht te hebben wie
de klanten van de organisatie zijn en waarom deze klanten voor de organisatie hebben
gekozen. Op basis van deze informatie kan de het management strategie van de
onderneming hierop af te stemmen.
Met behulp van de afnemersanalyse kan Vink Systemen B.V. inspelen op de kansen en
bedreigingen die de afnemers met zich meebrengen.
1
http://www.intemarketing.nl
Pagina 4 van 22
De bedrijven die enkel de luchtkanalen afnemen bij Vink Systemen B.V. en zelf
luchttechnische installatie leveren en monteren op de desbetreffende bouwlocatie.
De bedrijven die het volledige dienstenpakket van Vink Systemen B.V. afnemen.
Zij bestellen het kanaalwerk bij Vink systemen B.V. en willen de volledige
luchttechnische installatie ook door Vink Systemen B.V. laten realiseren op de
bouwplaats.
Wat doen de huidige en eventueel potentiële afnemers met de producten van Vink
Systemen B.V.?
Vink Systemen B.V. heeft een vestiging te Katwijk. In Katwijk staat de fabriek die de
luchttechnische systemen produceert. Het kantoorgedeelte bevindt zich aan de fabriekshal
en hier worden de luchttechnische systemen uitgewerkt, gecalculeerd en
aangenomen/inschrijvingen gedaan.
Vink Systemen B.V. is het gehele jaar geopend en actief, met uitzondering van het
kerstreces van twee weken. Er is een duidelijke daling in aanvragen in de beginmaanden
van het kalenderjaar en een duidelijke piek in de zomermaanden.
Pagina 5 van 22
Waarom kopen potentiële klanten de producten van Vink Systemen B.V. niet?
Vink Systemen B.V. is samen met Brema Air en Airpro de grootste aanbieder van
Luchtkanalen in Nederland er zijn uiteraard ook bouwbedrijven die veel zaken doen met
bovengenoemde partijen. Dit heeft als reden prijs en eventuele goede contacten die zijn op
gedaan uit vorige projecten.
2.1.2. Bedrijfstakanalyse
1. MACRO-omgevingsfactoren - DESTEP2
2. Algemene marktfactoren
3. Concurrentie op de markt
1. MACRO-omgevingsfactoren
Na kort onderzoek blijkt dat de input voor de externe analyse met betrekking tot de
faalkosten tijdens de uitvoeringsfase binnen Vink Systemen B.V. van geringe aard is.
Vooral de economische situatie in Nederland is van invloed op de externe omgeving. Het is
belangrijk in het achterhoofd te houden dat de economische crisis ten gronde ligt aan elke
financiële strategische beslissing die het management neemt, maar in verband met de scope
van het onderzoek is besloten verder geen DESTEP analyse uit te voeren. Voor de
compleetheid van dit onderzoeken vernoemen we deze methode nog wel in het hoofdstuk
MACRO-omgeving.
2
http://www.intemarketing.nl
Pagina 6 van 22
Marktomvang
In de gehele bouwketen zijn ruim 85.000 bedrijven actief. Ongeveer driekwart daarvan zijn
bouwbedrijven. Het aandeel van de gehele bouwsector in het Bruto Binnenlands Product
ligt op ongeveer 7%. De totale omzet in de bouwsector is ongeveer 60 miljard euro per jaar.
Marktgroei
De markt, waarin Vink Systemen B.V. actief is, is de afgelopen 30 jaar flink gegroeid.
Vanaf de jaren '80 is er een sterke toename geweest in het aanbrengen van luchttechnische
systemen in de utiliteitsbouw. Tegenwoordig is het ondenkbaar dat er een bouwwerk wordt
gerealiseerd zonder dat er een kwalitatief goed werkend luchttechnisch systeem
geïntegreerd met bouwkundige elementen is gemonteerd door een bedrijf dat zich heeft
gespecialiseerd in luchttechnische systemen. Echter is er door de huidige economische
crisis in de sector Bouw een daling te zien in de marktgroei op het gebied van
luchttechnische installaties.
Productlevenscyclus
Conjunctuur- en seizoensgevoeligheid
Vink systemen B.V is het hele jaar geopend. Het product dat Vink Systemen B.V fabriceert
is niet seizoensgevoelig. Er is echter wel een terugloop in aanvragen te bemerken tijdens de
zomermaanden. Er zijn maar weinig bouwprojecten die in deze tijd worden opgestart.
Pagina 7 van 22
Het vijfkrachtenmodel is een strategisch model dat uitgaat van vijf krachten die de
aantrekkelijkheid van een markt bepalen. Door het model uit te werken kan er een
inschatting gemaakt worden over de relatieve aantrekkelijkheid van een bedrijfstak. Hierop
kan de strategie van een organisatie afgestemd worden.
Bron: 123management.nl
Volgens Porter zijn de vijf krachten die de mate van concurrentie bepalen:
3
http://www.intemarketing.nl
Pagina 8 van 22
Er moet onderzocht worden wat de macht van de leverancier is en hoeveel invloed dit op de
organisatie heeft. Zijn er veel of weinig leveranciers op de markt actief? Weinig
leveranciers hebben vaak meer invloed dan veel leveranciers die met elkaar concurreren.
Vragen die gesteld moeten worden zijn:
Dit zijn factoren die invloed hebben op de onderhandelingspositie van Vink Systemen B.V.
De onderhandelingspositie tussen de onderneming en leverancier heeft een aanzienlijke
bijdrage in de aantrekkelijkheid van de bedrijfstak. Het heeft invloed op de prijsstelling,
kwaliteit en continuïteit van de organisatie.
Zoals in de afnemers analyse al gesteld is heeft Vink Systemen B.V. twee soorten
afnemers. Afnemers die enkel het luchttechnisch systeem aanschaffen om zelf te gaan
installeren zijn vooral van invloed op de verkoopprijs en levertijd van de producten.
Voor Vink Systemen B.V. bevindt zich in een branche met maar weinig afnemers die het
totale pakket afnemen. Er zijn maar een klein aantal grote opdrachtgevers te weten:
BAM
Burgers Ergon
GTI
Unica
Doordat het bekend is dat Vink Systemen B.V. in grote mate afhankelijk is qua omzet van
de 4 bovenstaande bedrijven is de onderhandelingspositie met deze afnemers matig tot
slecht. Wanneer bijvoorbeeld aan het einde van het project, om welke reden dan ook, niet al
het meerwerk wordt gekregen worden dit kosten die bij de faalkosten moeten worden
opgeteld. Een eventuele gerechtelijke oplossing kan nadelig uitpakken in de toekomst voor
Vink Systemen B.V. (de afnemer wil niet langer zaken doen), dus wordt hier vrijwel altijd
van afgezien.
Pagina 9 van 22
2. Het kanaalwerk in buitenruimten hoeft niet meer geïsoleerd te worden en met stuco
beplating te worden afgewerkt (Financieel)
De PURPOL kanalen bieden voor huidige en toekomstige klanten van Vink Systemen B.V.
vooral een groot financieel voordeel. Voor Vink Systemen B.V. biedt de nieuwe
fabricagelijn van de PURPOL kanalen kansen. Kansen op andere opdrachtgevers en kansen
op het gebied van inschrijvingen. Er kan immers lager worden ingeschreven op delen van
het luchttechnisch systeem dat zich in de buitenlucht bevindt.
Door de huidige crisis is de dreiging zeer laag op nieuwe toetreders. Er zijn ook geen
bedrijven uit andere branches die nu in de luchttechniek branche willen toetreden.
De mate van concurrentie binnen een markt is nuttig om te analyseren. Is er een hevige
concurrentiestrijd bezig of is er juist helemaal geen concurrentie in de vorm van een
monopolie? De mate van interne concurrentie is een belangrijke indicatie van de
aantrekkelijkheid van een markt.
Er kan gesteld worden dat de markt waarin Vink Systemen B.V zich bevindt de laatste
jaren zeer verslechterd is. Er is meer concurrentie van kleinere bedrijven die, om toch werk
binnen te halen tijdens de huidige crisis, veel lager dan de voor Vink Systemen B.V.
gangbare inschrijvingsprijzen inschrijven. De prijs per m2 kanaalwerk is de afgelopen jaren
flink gedaald. Omdat Vink Systemen B.V. kanaalwerk produceert én monteert heeft Vink
Systemen B.V. hier dubbel de gevolgen van.
Pagina 10 van 22
Vink systemen is sinds medio 2000 aangesloten bij de branche organisatie de LUKA2.
De vereniging heeft primair ten doel de bevordering van de technische ontwikkeling van
luchtkanaalsystemen in al haar facetten.
a) het opstellen van kwaliteitsnormen op het gebied van fabricage en montage van
luchtkanalen; dit geldt tevens voor de montage van appendages en de
luchtdichtheid van de systemen;
b) het bewaken van de kwaliteit van de door Luka-leden gefabriceerde, dan wel
gemonteerde luchtkanaalsystemen, door het toepassen van regels omtrent de
controle op naleving van de bedoelde normen en door het opstellen van sancties,
wanneer die normen en/of controlevoorschriften niet worden nageleefd;
het regelmatig doen uitvoeren van controle op naleving van de normen door onafhankelijke
kwaliteitsfunctionarissen van TNO Quality Services B.V.;
Luka kent gewone en geassocieerde leden. Gewone leden zijn Nederlandse ondernemingen,
die zich geheel of ten dele toeleggen op de fabricage en verkoop, inkoop en/of montage van
luchtkanalen.
Geassocieerde leden zijn Nederlandse ondernemingen, die zich geheel of ten dele toeleggen
op de fabricage dan wel levering van luchttechnische appendages ten behoeve van de
luchttransportweg.
4
http://www.luka.nl/
5
LUKA handboek
Pagina 11 van 22
De vereniging benoemt uit haar leden een werkgroep “Commissie Milieu & Techniek”, die
zich bezig houdt met afstemming, verbetering en actualisering van kwaliteitsnormen en
voorschriften, zowel nationaal als internationaal. Daarnaast benoemt de vereniging uit haar
leden een werkgroep “Commissie Opleidingen”, die zich bezig houdt met de
monteursopleiding in al haar facetten.
Doelstellingen
Met het Kwaliteitshandboek beogen Luka-leden het kwaliteitsbeleid in het vakgebied van
luchtkanaalsystemen te verbeteren. Zowel de leden, als de geassocieerde leden, zijn zich
bewust dat een goed kwaliteitsbeleid een integraal onderdeel is van het te voeren
ondernemingsbeleid.
Het Kwaliteitshandboek geeft een vastlegging van de uitvoeringsnormen die door de leden
worden gehanteerd en in overeenstemming zijn met de normen, als genoemd in de bijlage,
zijnde een lijst van enkele NEN-EN (Europese) normen, die betrekking hebben op o.a.
ventilatie.
6
http://www.luka.nl/
Pagina 12 van 22
hulpmonteur;
monteur;
chef-monteur.
Pagina 13 van 22
Het uitvoeren van een concurrentieanalyse kan gedaan worden volgens 8 stappen7:
Vink Systemen bevindt zich op de B2B-markt. Dat wil zeggen dat er uitsluitend zaken
worden gedaan met andere bedrijven en niet met consumenten. Een B2B organisatie biedt
vaak een complexer(e) product of dienst aan. Dat wil zeggen dat een bedrijf goede content
nodig heeft om het product/ de dienst aan te bieden.
Omdat Vink Systemen een B2B-bedrijf is, is het ingewikkeld vast te stellen waar ‘het
product’ verkrijgbaar is. Vink heeft geen fysieke winkel en geen webshop. Potentiële
klanten moeten veelal mondeling op de hoogte worden gebracht van het bestaan van Vink
en dan contact opnemen met één van de projectleiders. Omdat Vink Systemen vaak
samenwerkt met dezelfde werktuigbouwkundige installateurs zijn er altijd voldoende
projecten om aan te werken.
7
http://www.intemarketing.nl
Pagina 14 van 22
Airpro
Brema Air
Airpro8
Airpro is een jong bedrijf dat zich heeft gespecialiseerd in het ontwerpen, produceren en
installeren van innovatieve en duurzame luchtbehandelingsystemen in geheel Nederland.
Bij Airpro zijn ongeveer 60 medewerkers werkzaam.
Airpro is in 2005 gestart door Marcel Schoof en Piet Hobo, die beiden jarenlang ervaring
hebben in luchtbehandeling. Zij brachten in korte tijd een uitgebreid team van specialisten
bij elkaar. Voor de montage op locatie zijn 35 monteurs in dienst.
Brema-Air9
De keuze voor welke concurrenten moeten worden onderzocht wordt genomen door te
kijken naar het marktaandeel van deze concurrenten. Dit levert 2 grote concurrenten op
namelijk Brema Air en Air Pro
8 http://www.airprobv.nl/home.html
9 http://www.brema-air.nl/home/
Pagina 15 van 22
Omdat bovenstaande bedrijven samen met Vink Systemen B.V. de fabricage van
luchttechnische systemen goed op orde heeft is het belangrijk om de daadwerkelijke
realisatie van luchttechnische systemen op bouwprojecten te gaan verbeteren. Om
succesvol(ler) te worden en te blijven is het van groot belang de relatie met de klant tijdens
de uitvoeringsfase te verbeteren.
Stap 7 – Toekomst
In de toekomst wordt het steeds belangrijker om naast een economisch meest voordelige
inschrijving meer aandacht te gaan schenken aan het op een kwalitatief juiste wijze
realiseren van luchttechnische systemen op de bouwlocatie. Hier liggen kansen om zich te
onderscheiden ten opzichte van de benoemde concurrenten.
Pagina 16 van 22
Het uitvoeren van een distributieanalyse stelt Vink Systemen B.V. in staat haar strategie
hierop af te stemmen en hierdoor effectief in te spelen op haar omgeving.
Bij het voorbeeldproject en uiteraard ook bij andere projecten van Vink Systemen B.V.
komt het geregeld voor dat bovenstaande in de werkelijkheid niet zo is. Het gebeurt
geregeld in de praktijk dat het transport niet volgens de in de planning aangegeven tijd op
de bouwplaats verschijnt. Omdat dit faalkosten in de uitvoering met zich meebrengt is het
transport nader onderzocht.
Transportprotocol 10
Distributiewijze
Vink Systemen B.V. heeft een langdurig samenwerkingsverband met TKW om uitgewerkte
en gefabriceerde delen van luchttechnische systemen van de fabriek naar de bouwplaats te
vervoeren.
TKW11
Het aantal wagens dat voor TKW rijdt is inmiddels uitgebreid tot 18 stuks. Drie daarvan
hebben kranen voor gewichten tot en met 24.56 en 80 ton en met een bereik van 33 meter.
10
Bijlage 13 - Participerend onderzoek, zie Bijlagenboek
11
http://www.vinksystemen.nl
Pagina 17 van 22
Voor de volledigheid van dit onderzoek is hieronder een korte toelichting op de DESTEP
methode gegeven. Enkel de economische situatie is meegenomen als invloedsfactor vanuit
de MACRO-omgeving.
DESTEP12 methode
Bron: http://www.managementtip.nl/index/destep
12
http://www.intemarketing.nl
Pagina 19 van 22
De bedrijfstak waar in Vink Systemen B.V actief is en haar werk vindt is de laatste 35 jaar
flink gegroeid. Waar vroeger veelal gebouwen werden gerealiseerd zonder kwalitatief
goedwerkende luchttechnische systemen, is na onderzoeken op de welstand van personen
die in deze gebouwen arbeid verrichtten en de daarop volgende aanpassingen in het
bouwbesluit, de markt flink gegroeid. Vink Systemen B.V. heeft geprofiteerd van deze
groei en is uitgegroeid tot een van de grootste luchtkanalenproducenten van Nederland.
Vink Systemen B.V. bevindt zich in een branche met maar weinig afnemers die het totale
pakket afnemen. Hierdoor is de onderhandelingspositie van Vink Systemen B.V. matig tot
slecht te noemen met deze afnemers. De macht van de afnemers is groot en Vink Systemen
B.V. heeft dan ook zijn vizier buiten Nederland gericht en realiseert nu ook projecten in
omringende landen.
Vink Systemen B.V. is innovatief binnen de bedrijfstak waarin het actief is en heeft als
eerste en enige bedrijf een substituut uitgevonden dat gebruikt kan worden voor
luchtkanalen die aan de omstandigheden van de openlucht worden blootgesteld. De
zogeheten PURPOL kanalen bieden voor de afnemer veel voordelen en door deze nieuwe
luchtkanalenlijn hoopt Vink Systemen B.V een betere positie in de bedrijfstak te kunnen
gaan innemen.
Pagina 20 van 22
Pagina 21 van 22
http://www.luka.nl/
http://www.airprobv.nl/home.html
http://www.vinksystemen.nl
http://www.brema-air.nl/home/
http://www.intemarketing.nl
Overige
Begeleiding
Eigen verwijzingen
Pagina 22 van 22
wortels (staan onderaan de boom, hebben geen oorzaken, zijn voornamelijk externe of
historische feiten op basis waarvan de huidige problemen gegroeid zijn);
een centraal probleem (staat ergens in het midden van de boom, is zodanig algemeen
geformuleerd dat iedereen zich erin kan herkennen en de neuzen dezelfde kant
uitwijzen);
de “rampen” (worst-case-analysis, de uiteindelijke mogelijke zeer ernstige gevolgen).
Naast deze drie specifieke groepen, zijn er vaak nog allerlei andere problemen om de ruimte
tussen centraal probleem en de wortels en rampen op te vullen.
Let wel: Goldratt hanteert de term probleem niet vanwege mogelijke taboes bij de betreffende
organisatie, laat staan de term ramp. Wees dus voorzichtig met het hanteren van deze termen!
Pagina 2 van 5
Hoe komt dat? (Waardoor is het probleem ontstaan? Wat zijn de oorzaken?)
Nou, èn? (Waarom is het zo erg? Wat zijn de gevolgen?)
Bij de tweede vraag kan met name gedacht worden aan de kwaliteitscriteria: effectiviteit,
efficiëntie en betrouwbaarheid.
Door per oorspronkelijk probleem minimaal een oorzaak en een gevolg te vinden en daarop
door te borduren, stijgt het aantal problemen exponentieel.
Als er voldoende problemen zijn gevonden, is het zaak wortels en rampen te benoemen en
vervolgens wortel-ramp relaties te vinden. Het overtollige hout kan dan gesnoeid worden.
Zoals in het boek ‘Het is geen toeval’, blijkt het werken met post-its (memobriefjes) in de
praktijk goed te werken om vanuit een voorraad problemen een structuur te vinden.
5. Presentatie CRT
Als de uiteindelijke boom vorm gekregen heeft, moet aandacht worden geschonken aan:
een legenda waaruit de symbolen duidelijk worden (blaadjes, wortels, pijlen, centraal
probleem);
de formulering van de problemen (zodanig dat er geen schuldigen aangewezen
worden);
de nummering van alle problemen (UDEs) liefst van onder naar boven en van links
naar rechts (zonodig hernummeren); in elk geval moet voorkomen worden dat
gevolgen een lager nummer hebben dan oorzaken;
voorkom mangroven (laat geen wortels in de lucht hangen);
voorkom sluipwegen (routes langs het centrale probleem);
de toelichting op de problemen (de blaadjes in de boom zijn meestal te klein om
duidelijke volzinnen te formuleren) op een aparte bladzijde;
vermijden van termen die het doel van de CRT ondermijnen (zoals rampen).
6. Slotopmerkingen
De meeste boeken van Goldratt zijn geen theorieboeken, zo bevordert hij verkoop van
cursussen en consulten.
Pagina 3 van 5
De tijden die bij de onderdelen van de boom horen, zijn van onder naar boven: war, ist en kann
(verleden, heden en te vrezen toekomst).
Een ‘goede ramp’ knaagt aan het doel van de organisatie die overtuigd moet worden.
Bij de presentatie van een CRT mag gerust een fraaie achtergrond (bv van een echte boom)
worden gebruikt.
Het opstellen van een effectieve CRT vereist oefening. Laat vooral iemand anders meelezen.
Rampen
Centraal
probleem
Wortel
s
8. Bronvermelding
Ir. W.J.M. Halve - Intro op CRT
Pagina 4 van 5
1. Inleiding.................................................................................................................... 3
2. Projectorganisatie ...................................................................................................... 4
5. Doelstelling ............................................................................................................... 8
6. Aanpak ..................................................................................................................... 9
8. Kwaliteit ................................................................................................................. 12
9. Risico's ................................................................................................................... 13
Pagina 2 van 15
Dit plan van aanpak dient als handvat om het afstuderen van de opleiding HBO Bouwkunde
aan de Hogeschool Rotterdam georganiseerd en gestructureerd te laten verlopen.
In dit Plan van Aanpak worden de kaders van de afstudeeropdracht vastgelegd, alsmede de
planning van de afstudeeropdracht en het proces
Er wordt een beschrijving gemaakt over wat de aanleiding is voor het kiezen van het
onderwerp van de afstudeeropdracht. Verder wordt de doelstelling van het onderzoek
beschreven. Ook op de onderzoeksmethode wordt verder ingegaan en de diverse
randvoorwaarden en beperkingen worden opgesteld.
Tevens zal er een tijdsplanning gemaakt worden waar door middel van Backward-planning
Pagina 3 van 15
Door de Hoge School Rotterdam zijn de volgende twee mensen benoemd als eerste en
tweede lezer:
Overleg
Met Vink Systemen B.V. maandelijks en per mail. Waar nodig kan altijd een afspraak
gemaakt worden om de voortgang te bespreken.
Met de eerste lezer Dhr. Blankensteijn minimaal drie wekelijks naar mate de
afstudeeropdracht vordert kan dit contact worden geïntensiveerd
Pagina 4 van 15
Vink Systemen B.V. bestaat nu meer dan 40 jaar en is in de loop van de tijd uitgegroeid tot
een bedrijf met meer dan 100 werknemers. Naast deze werknemers werkt Vink Systemen
B.V met ongeveer 100 onderaannemers die de montage van de door Vink gefabriceerde
kanalen voor hun rekening nemen.
De werkplaats is verbonden met het kantoorgedeelte, opdat een goede samenwerking tussen
de diverse takken mogelijk is.
3.2. Werkplaats
Pagina 5 van 15
3.3. Kantoor
Acquisitie
Hoofd Werkplaats
Facilitaire Dienst
Receptie
Hoofd montage
Werkvoorbereiding
Calculatie
Pagina 6 van 15
Vink Systemen B.V. heeft daarom verzocht een onderzoek op te zetten en uit te voeren dat
mogelijke oorzaken van het ontstaan van faalkosten inzichtelijk maakt, om op deze wijze
een manier te vinden om de faalkosten te reduceren.
Pagina 7 van 15
Tijdens het overleg gaf Vink Systemen dat de directie weinig inzicht heeft in de faalkosten
die tijdens het uitvoerende traject ontstaan. Er wordt weinig aan evaluatie gedaan en er
worden slechts tijdelijke maatregelen toegepast om de faalkosten te beperken.
Met behulp van de (afstudeer)opdracht die door Vink Systemen B.V. is opgelegd, wil de
directie van Vink Systemen B.V. meer inzicht krijgen in de faalkosten van de organisatie.
Daarbij wil de directie een advies krijgen, hoe de faalkosten in het uitvoerende proces van
Vink Systemen B.V. gereduceerd kunnen worden.
Pagina 8 van 15
Om de opdracht tot een goed einde brengen, moeten de oorzaken van de problemen
onderzocht worden, om zo de kern van het probleemstelling aan te pakken. Er moeten
onderzoeksvragen opgesteld en uitgewerkt worden. De informatie uit de verschillende
onderzoeken, interviews en enquêtes zullen moeten leiden tot een antwoord op de
onderzoeksvragen. Aan de hand van de uitgewerkte gegevens moeten conclusies getrokken
worden en zal er een advies aan Vink Systemen B.V. gegeven worden.
Alle onderzoeken zullen gefundeerd worden met (empirisch getoetste) theorieën en/of een
literatuuronderzoek. De interviews zullen vorm gegeven worden om de huidige onderkende
problemen binnen Vink Systemen B.V. bloot te leggen en mogelijk oplossingen aan het
licht te brengen. De enquêtes zullen gebruikt worden om de meningen van medewerkers uit
verschillende lagen van de organisatie over de huidige situaties in kaart te brengen.
Het kwalitatief onderzoek is uitgevoerd aan de hand van de methode van Goldratt. De
Theory of Constraints (ToC) is een empirisch getoetste methode en stelt de onderzoeker in
staat, om met redelijk eenvoudige stappen, snel to-the-point te komen.
Het onderzoek dat is verricht voor dit verslag is onder te verdelen in twee soorten
onderzoeken namelijk:
Fieldresearch
Bij fieldresearch wordt het onderzoek verricht “in het veld” en worden de
medewerkers binnen de organisatie en de betrokken partijen buiten de organisatie
naar meningen gevraagd. De enquêtes en interviews zijn de grootste bron van
informatie bij het fieldresearch. Ook is gebruik gemaakt van participerende
methode. Hierbij is de onderzoeker zelf het onderzoeksinstrument.
Bij fieldresearch maakt men gebruik van steekproeven. Zo worden in dit
onderzoek niet alle medewerkers van Vink Systemen B.V. betrokken, maar zal er
met een aantal medewerkers uit verschillende lagen van de organisatie een
interview of enquête afgenomen worden. Door medewerkers uit verschillende
lagen van de organisatie te betrekken kan er toch een juiste conclusie over de
volledige organisatie getrokken worden.
Deskresearch
Bij deskresearch worden gegevens en informatie verzameld op basis van reeds
beschikbare bronnen. Er hoeft geen interactie met anderen plaatst te vinden. De
gegevens kunnen zowel binnen als buiten de organisatie gevonden worden. Bij het
Pagina 9 van 15
Pagina 10 van 15
7.1. Omvang
Het doel van het onderzoek is om de huidige organisatie te analyseren met betrekking tot
het ontstaan en de preventie op faalkosten binnen Vink Systemen B.V.
Daarbij is vastgesteld door Vink Systemen B.V., dat het advies dat volgt uit dit onderzoek,
enkel is gericht op het reduceren van de faalkosten binnen het uitvoerende proces.
Het uitvoerende proces beslaat het proces van product gereed in de werkplaats tot en met de
eindoplevering.
Om de scope van deze afstuuropdracht duidelijk vast te stellen, zijn er een aantal aannames,
randvoorwaarden en beperkingen vastgesteld.
Ondanks dat het proces dat voorafgaat aan de uitvoerende fase reeds is onderzocht
kunnen de resultaten uit dit onderzoek leiden tot aanbevelingen op de
voorafgaande processen;
Om het onderzoek binnen de gestelde tijd af te ronden worden er geen financiële
kengetallen uitgerekend;
Het onderzoek moet vóór de gestelde datum vanuit de Hogeschool Rotterdam
afgerond zijn;
Het logistieke gedeelte van de uitvoerende fase zal slechts voor een gedeelte
binnen de scope van de opdracht vallen;
Vink Systemen stelt medewerkers in staat om mee te werken aan enquêtes en
interviews.
Pagina 11 van 15
Om ervoor zorg te dragen dat de afstudeeropdracht door het leerinstituut van het gewenst
HBO niveau is zal na de onderzoeksfase en het verzamelen van Input voor de
afstudeeropdracht minimaal driewekelijks overleg zijn op de Hogeschool Rotterdam.
Aanwezig daarbij zijn:
Pagina 12 van 15
Ad a. Er moet een goede tijdsplanning worden opgezet, waarin de taken met behulp
van backward-planning worden verdeeld onder het onderzoeksteam. Daarbij is
het belangrijk om toets momenten en milestones vast te stellen op bepaalde
tijdstippen.
Ad b. Er worden regelmatig bijeenkomsten gehouden om aan de voortgang van het
onderzoek te werken. De communicatie wordt centraal vastgelegd en afspraken
en meest recente versie van de documenten zijn voor beide leden van het
onderzoeksteam te allen tijde beschikbaar.
Ad c. Het onderzoek is gericht om een advies uit te brengen om kosten in de
uitvoerende fase (op de bouwplaats) te reduceren. Om het bouwkundig
raakvlak niet kwijt te raken, moet het onderzoeksteam de theorie blijven
spiegelen aan de processen gericht op uitvoering van Vink Systemen B.V.
Door niet enkel op de faalkosten binnen het uitvoerende proces te focussen, worden
dieperliggende problemen en oorzaken duidelijk en kan er een helder en goed onderbouwd
advies worden gegeven over deze faalkosten binnen het uitvoerende proces.
Pagina 13 van 15
In weken 9-14 moeten onderzoeken worden verricht naar het voorbeeldproject zoals
vastgelegd in dit PVA, verder moet er nuttige informatie voor de afstudeer opdracht worden
gevonden en bekeken. Onderdeel hiervan is onderzoek naar faalkosten, het uitvoerende
proces en de organisatie van het proces tot realisatie van een luchttechnisch systeem binnen
Vink Systemen B.V.
In week 15/16 zal met de eerste lezer een afspraak gemaakt worden om de onderzoeksfase
af te ronden en te gaan starten aan het concept van de afstudeeropdracht deze moet
halverwege mei gereed zijn, opdat er nog voldoende tijd tot juni is om deze te optimaliseren
tot het definitieve dossier.
In week 26 of 27 staan de eerste presentaties gepland het dossier moet dan zijn vertaald in
een presentatie.
Pagina 14 van 15
1
Handleiding scriptie schrijven. Beschikbaar op http://www.scriptie.nl (6 april 2013)
Pagina 15 van 15
Zes stappen van het TSP leiden tot vier samenhangende producten: SPOP.
P = plan van aanpak voor de oplossingsfase. Dit is het sluitstuk van de SPOP en
de oriëntatiefase, daarom wordt aan de PRACHT-voorwaarden voldaan.
Er is een Projectmatige aanpak, er wordt Regelmatig teruggekoppeld, Alle 7w’s
worden vermeld, er is een Communicatieplan aangegeven, het plan dekt de
Hele opdracht en er is een uitgewerkte Tijdsplanning.
In navolging van de eerste (oriëntatie-) fase waar draagvlag gecreëerd is voor situatie, probleem,
opdracht en plan (de SPOP) en waaruit op hoofdlijnen gebleken is in welke mate de organisatie in control
is, wordt een diepteonderzoek uitgevoerd met resultaten (UR) om tenminste een deel van het probleem
op te lossen.
U = uitvoering van het plan van aanpak, dwz wat is er van terechtgekomen (dus een
procesbeoordeling). Als plan en uitvoering veel overeenkomsten vertonen, kun je een kleine
toevoeging bij je hoofdstuk plan van aanpak opnemen met alleen de afwijkingen en de reden daarvoor.
Als plan en uitvoering sterk afwijken, kun je beter je plan van aanpak niet uitvoerig beschrijven maar je
uitvoering onder woorden brengen met een kleine toevoeging van waarom het oorspronkelijke plan
uiteindelijk niet zo'n goed idee was.
Van groot belang daarbij is dat aan de lezer duidelijk wordt gemaakt wat daadwerkelijk onderzocht is en
op basis van welke bronnen. In het plan van aanpak staan vaak in de kolom werkwijze theorieën en/of
bronnen. Bij de uitvoering worden onderzoeksvragen geformuleerd die daaraan gerelateerd zijn (de
opdracht is de opdracht van de opdrachtgever aan de onderzoeker ter oplossing van het
bedrijfsprobleem; de onderzoeksvragen vormen de opdracht van de onderzoeker aan zichzelf en achteraf
de basis voor de onderbouwing van het advies). Door een goede beschrijving van wat en hoe er
onderzocht is, kan de lezer (en dus ook de opdrachtgever) zich een oordeel vormen over de validiteit en
de volledigheid van het onderzoek. Dat betekent dat een andere onderzoeker die dezelfde stappen
doorloopt, in principe op het zelfde resultaat zou moeten uitkomen en dat de hele opdracht daadwerkelijk
gedaan is. Het is aan te bevelen om daarbij tussentijdse (proces)conclusies te trekken, om te zien of de
onderzoeksvragen geschikt zijn gebleken en afdoende zijn beantwoord.
R = resultaten. Omdat je hierop uiteindelijk wordt afgerekend, is het van groot belang dat hier
volledigheid en duidelijkheid geboden wordt (denk Sales). Vandaar een onderverdeling in wat je allemaal
hebt bereikt: tangible en intangible (tastbaar en ontastbaar). Voor de volledigheid wordt de zogenaamde
breedtestrategie gebruikt: alles opsommen. Dus de tastbare producten zoals spreadsheets,
berekeningen, handboeken, schema’s, overzichten, voorstellen, handleiding, etc. Ook zaken die je
gemaakt hebt en eigenlijk geen directe relatie hebben met je opdracht (bv. heb je mogelijk iets moeten
vertalen van of naar het Engels, heb je iemand geholpen met een afschrijvingsstaat, etc.). Als deze
producten te groot zijn om in het hoofdstuk Resultaten integraal op te nemen, verdwijnen ze als product
naar een (vaak losse) bijlage en hanteer je de dieptestrategie om duidelijkheid te verschaffen: een
selectie als voorbeeld. Bv. zou je een fragment uit een handleiding kunnen opnemen in het hoofdstuk
Resultaten om de lezer te laten inzien wat de gehele handleiding behelst.
Als ontastbare resultaten (meestal geen producten want die zijn juist wel tastbaar) kun je aanvoeren
wat er veranderd is in de houding en/of werkwijze van de mensen (cultuur) met wie je te maken hebt
gehad. Als er nu minder discussie is over bepaalde problemen vanwege jouw voorstellen, heb je een
rustiger werkomgeving bereikt. Als er nu meer mensen gebruikmaken van een pakket dankzij jouw
handleiding en het bedrijf daardoor beter stuurbaar is, is dat een mooi resultaat. Als er vroeger nooit over
AO of kwaliteit werd gesproken en nu staat het op de agenda van het managementteamoverleg, is dat
onderwerp inmiddels geïntegreerd in het beleid, etc. Ook hier geldt: als een resultaat te groot is om even
kort in het hoofdstuk Resultaten integraal op te nemen, dan kun je samenvatten en een fragment kiezen
dat de lezer duidelijk maakt wat het inhoudt.
Als het diepteonderzoek voldoende heeft opgeleverd, is het in de eerste fase opgebouwde draagvlak door
de uitkomsten (de UR) versterkt richting het advies. Maar nu moet het feitelijke advies nog geschreven
worden in de laatste fase, met als resultaat de CA.
C = conclusies en aanbevelingen. Uit elk deelresultaat, uit elk antwoord op een onderzoeksvraag, kan een
conclusie (een constatering dat iets wel of juist niet goed is voor het bedrijf) getrokken worden. Per
conclusie moet er een aanbeveling zijn (dat iets goeds moet blijven of juist iets minder goeds op een
bepaalde manier moet veranderen). Uit de tekst moet duidelijk worden welke conclusie bij welk resultaat
en welke aanbeveling bij welke conclusie hoort. Dat kan door een aparte paragraaf conclusies en een
aparte paragraaf aanbevelingen waarbij bv. door een nummering duidelijk wordt wat bij wat hoort, het
kan ook door per onderwerp (zonodig verdeeld naar opdracht) een conclusie en een aanbeveling achter
elkaar te zetten. Voor de goede orde, er mogen ook algemene aanbevelingen bijzitten die niets met de
opdracht te maken hebben, bv over de receptie of over de wijze van communiceren met studenten, etc.
Het is juist de bedoeling dat een hbo’er die een tijd bij een bedrijf rondkijkt, ook in het algemeen iets van
dat bedrijf vindt!
A = advies. Als er meer dan drie aanbevelingen zijn, wordt het voor het management vaak al lastig om te
kiezen. Door na te denken over prioriteit op basis van tijd, geld, effect, causaliteit, etc., kunnen vaak
meerdere implementatierichtingen bedacht worden door aanbevelingen te clusteren. Door vervolgens op
basis van criteria, maatstaven en normen een afweging te maken, kan een voorkeursimplementatie-
richting worden bepaald als samenvattend advies waarin duidelijk wordt wat de essentie is en in welke
volgorde en in wat voor tijdsbestek een en ander zijn beslag moet krijgen. Dit advies wordt vervolgens
uitgewerkt in een implementatieplan (wat moet het bedrijf verder doen als de onderzoeker weg is)
waarbij weer gebruikgemaakt kan worden van het 7W-model.
Bijlage 11 – Interviews
Interviews
1.2. Doelstelling...................................................................................................... 3
1.8. Verwachting..................................................................................................... 5
2. Resultaten interviews................................................................................................. 6
3. Bronvermelding ........................................................................................................ 9
Pagina 2 van 9
Om een goed beeld te krijgen over hoe zo een bouwplaats eruit ziet is een groot, complex te
realiseren project van Vink Systemen B.V. gekozen als voorbeeldproject. Voor meer
informatie, zie Bijlage 13 – Participerend Onderzoek te vinden in het bijlagenboek.
Het interview vond plaats tijdens de uitvoerende fase van het project. De interviews zijn
gehouden met medewerkers van Vink Systemen B.V. met verschillende functies binnen dit
proces. Om een breder perspectief te krijgen over het ontstaan van faalkosten binnen Vink
Systemen B.V. is ook een interview met een hoofdonderaannemer die al meerdere jaren
projecten voor Vink Systemen B.V. en voor concurrenten van Vink Systemen B.V.
realiseert.
1.1. Research
Vóór de interviews plaatsvonden is eerst research gedaan naar het ontstaan van faalkosten
en hoe deze faalkosten gereduceerd zouden kunnen worden. Daarna is de organisatie van
Vink Systemen B.V geanalyseerd. Met behulp van deze kennis zijn de interviews opgesteld
en konden er gericht vragen gesteld worden over de proces- en organisatieproblematiek. De
vragen in de verschillende interviews diepen de problematiek verder uit en geven
toelichting op het ontstaan van de problematiek.
1.2. Doelstelling
Het doel van het afnemen van de interviews is tweeledig. Samen met medewerkers van
Vink Systemen B.V. zijn de oorzaken van het ontstaan van faalkosten besproken en
vastgelegd. Tevens is de organisatie verder en dieper in kaart gebracht.
Pagina 3 van 9
1.5. Stappenplan
1.6. Vaardigheden
De interviewer moet zich van bovenstaand bewust zijn zodat er een goed interview plaats
kan vinden met bruikbare informatie.
Door het afnemen van een interview in plaats van alleen enquêtes, kan dieper ingegaan
worden op de problematiek. Daarnaast is er de mogelijkheid tot het stellen van open
vragen. Hierdoor is een verdere verheldering en verdieping in de probleemstukken
mogelijk. Met het stellen van open vragen wordt de kans op vertekening verminderd.
Tijdens het interview wordt vermeld dat er aantekeningen gemaakt worden, zodat er meteen
na het interview een verslag gemaakt kan worden. De gegevens zijn meteen na het
interview verwerkt waardoor geen informatie verloren kon gaan.
1.7. Validiteit
Pagina 4 van 9
Naast het stellen van hoofdvragen is ook rekening gehouden met het stellen van subvragen.
Deze subvragen zijn afgeleid van de hoofdvraag. Subvragen zorgen voor meer verdieping
of verheldering van de hoofdvraag.
Pagina 5 van 9
Het gaat hierbij veel om de volgende variabelen ten opzicht van bedacht in de ontwerpfase
en daadwerkelijk gerealiseerd in de uitvoeringsfase. Uit het gedane deskresearch naar het
ontstaan van faalkosten kan geconcludeerd worden dat deze kosten ontstaan uit niet
voldoen aan kwaliteitseisen van de opdrachtgever, gebreken in materiaal, efficiëntie proces
tot realisatie (luchttechnisch systeem), stagnaties in het bouwproces en menselijk falen.
Op projectniveau:
Als oorzaken van het ontstaan van (faal)kosten tijdens de uitvoeringsfase worden door de
respondenten de volgende punten aangehaald:
Stagnaties, het komt geregeld voor dat ladingen met delen van het luchttechnisch
systeem, onvolledig, of op een niet volgens planning vastgelegd tijdstip op de
bouwplaats arriveren. De delen worden per werktekening uitgewerkt en
gefabriceerd door de werkvoorbereider. De werkvoorbereider bepaalt aan de hand
van de m2 hoeveel kanaalwerk in de vrachtwagen kan. Hierdoor komt het geregeld
voor dat delen toch niet in de vrachtwagen mee kunnen en er naleveringen
ontstaan;
Fouten gemaakt in werkvoorbereiding. Dit komt doordat nieuwe werktekeningen
door de opdrachtgever tijdens de uitvoeringsfase worden gewijzigd en/of gemaakt.
Vervolgens worden deze verstuurd naar de werkvoorbereider werkzaam voor Vink
Systemen B.V. Daar stopt vaak het proces en de laatste tekeningen worden niet of
te laat beschikbaar gesteld aan de montageploeg op het project;
Pagina 6 van 9
Op bedrijfsniveau:
Respondenten schetsen een beeld over hoe Vink Systemen B.V is ontstaan en hoe Vink
Systemen B.V. zich door de jaren heen heeft ontwikkeld als organisatie. Het bedrijf is in de
jaren 90 flink gegroeid en er werden vastgelegde procedures opgestart. De directeur Ed
Vink was dagelijks aanwezig en stuurde zoveel mogelijk processen aan. Volgens de
respondenten is, na de pensionering van de directeur en de grote groei, het bedrijf
organisatorisch opnieuw ingericht waardoor een nieuwe organisatiestructuur is ontstaan. Er
is nu sprake van een duidelijke hiërarchie. Elke afdeling is verantwoordelijk voor zijn eigen
doelstelling en hierdoor treden complicaties op bij tegenstrijdige belangen van
verschillende afdelingen. Bijvoorbeeld als er op het te realiseren project een deel van het
luchttechnisch systeem met spoed moet worden gerealiseerd treden er geregeld
complicaties op met het uitwerken, produceren, leveren en produceren er van.
Respondenten geven aan dat de huidige koers van de directie voornamelijk gericht is op het
verhogen van de efficiëntie en het beter afstemmen van de verschillende afdelingen
onderling. Hierbij maakt de directie voor elke afdeling apart een doelstelling voor het
kalenderjaar gebaseerd op een prognose die jaarlijks wordt opgesteld. Doorvragen hierop
leert dat er blijkbaar geen sprake is van een gedeelde visie, missie en lange termijn
doelstelling binnen de organisatie.
Pagina 7 van 9
De bovenstaande data zijn gebruikt in meerdere delen van het onderzoek en vormen input
voor de: Current Reality Tree en vormen uitgangspunten voor het organisatieonderzoek en
het faalkostenonderzoek met betrekking tot de huidige situatiebeschrijving binnen Vink
Systemen B.V. Voor het onderzoeken naar de activiteiten van Vink Systeem B.V. is naast
meerdere bezoeken gebruik gemaakt van aanwezige kennis van de interviewer op
betreffende zaken. Door sinds 2002 werkzaam te zijn binnen de organisatie kent de
interviewer het bedrijf goed en komt informatie beschikbaar die gebruikt kan worden
tijdens het onderzoek met name voor het vaststellen van de activiteiten.
Pagina 8 van 9
Begeleiding en informatie
Pagina 9 van 9
1.1. Inleiding........................................................................................................... 3
4. Bronvermelding ........................................................................................................ 9
Pagina 2 van 9
1.1. Inleiding
Binnen het onderzoek zijn enquêtes afgenomen om data die uit eerdere onderzoeken naar
voren gekomen zijn als feiten te kunnen veronderstellen. Vink Systemen B.V acht hier veel
waarde aan, voor Vink Systemen B.V is het belangrijk dat haar medewerkers een zekere rol
in de uitkomst van het eindverslag hebben.
Allereerst is onderzoek verricht over hoe een goede enquête tot stand komt. Na verdieping
in beschikbare literatuur volgt het volgende stappenplan:
Voor een enquête moeten vragen worden opgesteld, die beoordeeld zijn op breedte en
concreetheid. Tevens moeten de vraagstellingen helder en onderzoekbaar zijn opgesteld.
Dit om betreffende respondenten een mogelijkheid te bieden een duidelijk antwoord te
kunnen geven op de vragen.
Vervolgens moeten er gegevens verzameld worden. Nadat gegevens verzameld zijn kan er
pas een conclusie getrokken worden. Binnen het gehouden onderzoek is het belangrijk dat
de gegevens verzameld worden bij verschillende werknemers binnen Vink Systemen B.V.
en partijen betrokken tijdens de uitvoeringsfase.
Nadat de gegevens verzameld zijn moeten deze geordend en vergeleken worden. Uit de
verwerkte gegevens kan daarna een objectieve conclusie getrokken en beschreven worden.
Het soort onderzoek wat is verricht is onderdeel van een praktijkonderzoek. Deze vorm van
onderzoek heeft zich sinds de jaren zeventig steeds meer als een zelfstandige
onderzoeksvorm ontwikkeld 1Praktijkonderzoek kenmerkt zich doordat praktijkvragen
gebruikt zijn. De uitkomsten van het onderzoek zouden mogelijk kunnen leiden tot
kwaliteitsverbetering van de praktijksituatie. Het praktijkonderzoek is daarnaast context-,
cultuur- en tijdsgebonden. De inzichten kunnen niet gebruikt worden voor andere bedrijven.
Het doel van het besluit om enquêtes af te nemen is om bruikbare informatie te verwerven
over de gedachten die aanwezig zijn bij medewerkers binnen Vink Systemen B.V en bij
betrokken partijen tijdens de uitvoeringsfase. Omdat de enquêtes bruikbare informatie
moeten opleveren is het belangrijk dat de respondenten de vragen volledig en relevant
1
Frits Harinck (2010), Basisprincipes praktijkonderzoek
Pagina 3 van 9
De enquête komt voort uit een survey-onderzoek. Een survey-onderzoek richt zich op
vragen als hoe mensen ergens over denken, wat ze ergens van vinden, hoe ze handelen en
wat ze doen 2
Ter bevordering van de kwaliteit van de enquêtes is bewust gekozen voor de mogelijkheid
om anoniem de enquêtes in te laten vullen. Hierdoor is het mogelijk geworden meer
informatie beschikbaar te kunnen krijgen.
2
Frits Harinck (2010), Basisprincipes praktijkonderzoek
Pagina 4 van 9
Naar aanleiding van gehouden enquêtes kan het organisatieonderzoek worden opgesteld.
Hiervoor worden data die verzameld zijn tijdens de ingevulde vragenlijsten (Bijlage14)
over de cultuur binnen Vink Systemen B.V. en de data uit eerder uitgevoerd onderzoek
(zoals vermeld in het Plan van Aanpak) gebruikt.
Pagina 5 van 9
Uit de enquête blijkt dat er nog steeds een geringe mate van een machtscultuur heerst. Deze
machtscultuur is grotendeels omgeslagen in een rollencultuur. Vanuit de ontstane
rollencultuur evolueert de organisatie verder en beginnen werknemers te verlangen naar
kenmerken uit een takencultuur.
Met de groei van de organisatie en het ontstaan van de rollencultuur bij Vink Systemen
B.V. heeft het bedrijf zich gebonden met regels en procedures. Hierdoor is meer
duidelijkheid ontstaan binnen Vink Systemen B.V. Medewerkers kunnen beter aangestuurd
worden en de samenwerking tussen de afdelingen kan beter geregeld en vastgelegd
worden.
Echter blijkt een groot aandachtspunt die door de gehouden enquêtes en interviews naar
voren komt is, de samenwerkingsgraad tussen de verschillende afdelingen. De huidige
samenwerkingsgraad wordt aangemerkt in de gehouden enquête als relatief laag. Dit zorgt
voor vertraging/verstoring bij de overgang van de werkzaamheden van de ene afdeling naar
3
Bijlage 14 – Vragenlijst cultuur, zie Bijlagenboek
Pagina 6 van 9
3. Resultaten medewerkerstevredenheidsonderzoek
Vink Systemen B.V kent een informatietekort als het gaat om de mening, motivatie en
competenties van het personeel. Hier zijn namelijk geen ‘harde’ cijfers van. Met het
onlangs uitgevoerde onderzoek naar de tevredenheid onder het personeel4van Vink
Systemen B.V. is hiermee het startschot tot injectie(s) voor toekomstige verbeteringen
gegeven.
4
reeds uitgevoerd onderzoek naar tevredenheid personeel Vink Systemen B.V.
Pagina 7 van 9
De resultaten impliceren dat het personeel van Vink Systemen B.V. tevreden is met
zijn/haar huidige baan, ze gaan met plezier naar hun werk. Er kan worden geconcludeerd
dat het grootste gedeelte van het personeel gemotiveerd is om goed werk af te leveren en
vinden dat hun competenties over het algemeen goed worden benut.
De oplossing voor het fenomeen suboptimalisatie moet niet gezocht worden in het voeren
van meer toezicht of meer procedures van bovenaf. Beter is het om eens bij elkaar in de
keuken te gaan kijken en zo te werken aan meer begrip voor elkaars werkwijze en
problemen. Ook door te werken aan bewustwording omtrent de begrippen synergie en
samenwerking.
Pagina 8 van 9
Overig
Begeleiding en informatie
Pagina 9 van 9
1. Inleiding.................................................................................................................... 3
1.5.5. Managementfunctie.................................................................................... 10
4. Bronvermelding ...................................................................................................... 19
Bijlagen .......................................................................................................................... 20
Pagina 2 van 21
Het luchttechnisch systeem van het voorbeeldproject moet gerealiseerd worden in een
gebouw met een zeer hoge mate van flexibiliteit, indelings- en gebruiksmogelijkheden. Dit
betekent dat op relatief eenvoudige wijze - ook op de lange termijn - aanpassingen kunnen
plaatsvinden, voortkomend uit de dan geldende inzichten van de exploitant(en) en de
voorkeuren van de bezoekers.
Het gebouw herbergt een diversiteit aan zalen onder één dak, waarbij elke zaal zijn eigen
karakter heeft. Deze diversiteit is van buitenaf zichtbaar. Het Muziekpaleis herbergt vijf
verschillende zalen duidelijk herkenbaar. De herkenbaarheid wordt versterkt doordat de
zalen (mede om akoestieke redenen) los van elkaar zijn gehouden en door verschillende
architectenbureaus worden uitgewerkt. Zo ontstaan er verschillende sferen, die passen bij
de verscheidenheid aan muzieksoorten die straks in het Muziekpaleis te horen zullen zijn.
Van het bestaande Muziekcentrum Vredeburg zal het centrale blok met grote zaal en
foyers, evenals dat de westelijke lobby behouden moet worden en gerenoveerd. De huidige
luchttechnische installatie moet deels worden gesloopt. Renovatie van delen van
luchttechnische installaties brengen extra coördinatie met zich mee. Bestaande delen van
het luchttechnische systeem zullen blijven behouden het nieuwe systeem moet worden
verweven.
Vink Systemen B.V heeft als opdracht de volledige luchttechnische installatie op het
project te realiseren. Het te bouwen bouwwerk is bouwkundig van zeer complexe aard.
Naast het feit dat er veel voorschriften ten behoeve van de akoestiek gelden is de mix van
nieuwbouw en renovatie tezamen met de ligging van het bouwwerk een hele uitdaging.
1
http://heijmans.nl/Muziekpaleis
2 Bouwplan "Het Muziekpaleis"
Pagina 3 van 21
Pagina 4 van 21
De bouwplaats is gelegen in het centrum van Utrecht en ligt aan het winkelcentrum Hoog –
Cathrijne. Dit zeer drukke centrum en winkelcentrum mag zo min mogelijk hinder
ondervinden van het te bouwen project.
Het complexe van de bouwplaatslocatie is dat het langs een drukke weg in het centrum van
Utrecht ligt. Aan de voorzijde bevinden zich aan de overkant van de weg verscheidene
winkels (bijlage1), aan de linkerzijde grenst het gebouw aan een bestaand gebouw dat
tegelijkertijd word verbouwd door een andere aannemer (bijlage2), aan de achterzijde grenst
het gebouw aan het winkelcentrum Hoog Cathrijne dit is een zeer druk bezocht
winkelcentrum en tijdens het bouwen van deze zijde moet hier zeker rekening mee worden
gehouden(bijlage3). De voorzijde grenst aan de drukste weg met een kruispunt naar het
centrum en Centraal Station van Utrecht (bijlage4). De bouwplaats is dus van twee zijden
bereikbaar. Doordat de bouwplaatslocatie zeer complex is moet er tijdens de
uitvoeringsfase gewerkt worden volgens een door de Hoofdaannemer opgesteld
transportprotocol. Op de bouwplaats gelden regels die door de hoofdaannemer Heijmans
zijn opgesteld en vastgelegd in een bouwplaats protocol.
Pagina 5 van 21
1.3.1. Algemeen
De firma Heijmans wil het bevoorradingsverkeer van en naar het werk Muziekpaleis
Vredenburg te Utecht in goede banen leiden. In het centrum van Utrecht (binnenstad en
stationsgebied) is sinds juli 2007 een milieuzone voor vrachtwagens van kracht. Dit
betekent dat alleen vrachtwagens waarvan de motor voldoet aan bepaalde milieueisen de
zone in mogen. Vrachtwagens die niet aan de eisen voldoen kunnen maximaal 12 dagen per
jaar een dagontheffing krijgen.
Het bevoorradingsverkeer zal rekening moeten houden met de door de gemeente Utrecht
voorgeschreven lengte- en as beperkingen en milieubepalingen. 3
De laad- en losplekken zijn in principe van maandag tot en met vrijdag overdag
beschikbaar voor laden en lossen. Er moet echter wel altijd en vroegtijdig contact
opgenomen worden met de logistiek uitvoerder om er zeker van te zijn dat de laad- en
losplekken beschikbaar zijn. Er zal gewerkt worden met "losbonnen" waarop aangegeven
wordt op welke losplaats er gelost mag worden en op welke tijd. Bij onaangekondigd
transport bestaat dus de mogelijkheid dat de onderaannemer/leverancier voor rekening van
de onderaannemer/leverancier zonder te lossen het bouwterrein moet worden verlaten.
3
Transportprotocol Heijmans
Pagina 6 van 21
Op de bouwplaats gelden regels waar werkend personeel zich aan moet houden. Ter
voorkoming van bijna-ongevallen en algehele veiligheid is een bouwplaatsprotocol
opgesteld door de hoofdaannemer Heijmans. Onderzocht en vastgesteld moet worden welke
spelregels er op het terrein van het project gelden en welke risico's dit met zich meebrengt
op de faalkosten tijdens de uitvoeringsfase van Vink Systemen B.V. 4
1.4.1. Toegangscontrole
De portier
Er wordt verwacht, dat personen zich dan kunnen legitimeren met een toegangspas.
Personen waarbij dit niet het geval is, zullen geen toegang tot de bouwplaats krijgen. De
bouwplaats is het gedeelte tussen de bouwhekken waar de bouwwerkzaamheden worden
verricht.
Tevens ziet de portier er op toe dat personen hesjes, helmen en veiligheidsschoenen dragen.
Personen die deze zaken niet op orde hebben zal de toegang worden ontzegd.
Doelstelling
Instructie
Een element bij het werken op de locatie is een poortvideo/instructie. Alle nieuwe
medewerkers die zich voor de eerste keer aanmelden bij "Het Muziekpaleis", krijgen een
poortvideo/instructie, waarna er een korte toets wordt afgenomen. De eerste werkdag kost
dit ongeveer 25 minuten en kam worden gezien als een deel van de startwerkbespreking.
Na succesvolle afronding van de toets wordt een toegangspas gemaakt, aan de hand van een
legitimatiebewijs (paspoort of ID bewijs. Wanneer men alleen met een rijbewijs krijgt men
4 Bouwplaatsprotocol Heijmans
Pagina 7 van 21
Inrichting beveiliging
De bouwweg is bij de ingang van de bouwplaats afgebakend middels slagbomen die alleen
door de portier kan worden bediend. Aan het einde van de bouwweg is ook een slagboom
geplaatst, die door middel van camera's worden bewaakt. De beelden van de camera zullen
voor bepaalde tijd worden opgeslagen en kunnen worden gebruikt bij onraad of
calamiteiten.
Gebruik
Als personen zijn geregistreerd en een toegangspas hebben, kunnen deze door middel van
een scanner aan de buitenzijde van de beveiligingsunit zich aanmelden en direct door het
tourniquet de bouwplaats betreden. Ook bij het verlaten van de bouwplaats moet opnieuw
worden gescand en is men weer afgemeld. Ook schriftelijk aangemelde bezoekers moeten
bij het verlaten van het bouwwerk zich weer afmelden.
1.4.2. Veiligheidshandhaving
1. Hesjes
Op de locatie wordt voor iedereen (ook onderaannemers), per discipline
verschillende kleuren hesjes gedragen om de zichtbaarheid te vergroten.
Belangrijkste redenen:
Zichtbaarheid
Bekend is welke (onder) aannemer (eind) verantwoordelijk is voor de uit
te voeren werkzaamheden
2. PBM’s beschikbaar
Iedere (onder) aannemer is verantwoordelijk voor het in voldoende mate
beschikbaar hebben van persoonlijke beschermingsmiddelen die een veilige
werksituatie garanderen.
3. Overtredingen corrigeren
Er wordt gewerkt met een waarschuwingssysteem in de vorm van gele en rode
Pagina 8 van 21
Uitschrijven gele kaart ter plekke (op speciale kaartje) door (hoofd)uitvoerder
Paraaf op kaart betrokkene
Bij terugkeer (van uitvoerder) in de keet de gele kaart registratie completeren op A4
en de leidinggevende (ook van OA) informeren.
Registratie op centrale lijst
Uitschrijven rode kaart ter plekke (op speciale kaartje) door (hoofd)uitvoerder
Medewerker (eigen of onderaannemer) gaat mee naar de keet
Leidinggevende wordt geïnformeerd
Medewerker verzameld zijn persoonlijke bezittingen en vertrekt van de bouwplaats
Medewerker meldt zich direct bij directeur van eigen organisatie.
1.4.3. Transport
Vrachtwagens moeten zich ook melden bij de portiers met een afroep document (zie
transportprotocol), waarbij de portier per portofoon de uitvoerder op de hoogte stelt. Ook
de chauffeurs moeten zichzelf inchecken en bij het verlaten van de bouwplaats weer
uitchecken.
Wanneer personen stelselmatig niet aan- en/of afmelden (wat via de beelden is terug te
zien), zullen passende maatregelen worden getroffen, ook bij stelselmatig niet naleven van
opmerkingen van de portier betreffende veiligheidsvoorzieningen, zullen passende
maatregelen worden getroffen. Dit zonder rekening te houden met personen en functies van
personen.
Pagina 9 van 21
1.5.1. Distributiefunctie
1.5.2. Transportfunctie
Er zijn heel veel verschillende transportfuncties op de bouw die allen tegelijker tijd hun
eigen route volgen. Door de complexiteit van deze transportfunctie is dit de lastigste fase in
de bouw. Er zijn op de bouwplaats twee grote goederenliften van 5000x6000 en 1 personen
lift. De liften worden begeleid door een liftboy die erop toeziet dat de lift in goede staat is
en blijft. Voor het transporteren van delen van de technische installatie moet een afspraak
met desbetreffende logistiek uitvoerder die het gebruik van de goederenliften beheerd.
1.5.3. Assemblagefunctie
Nagenoeg alle bouwdelen zijn geprefabriceerd. Hierdoor zullen alle bouwdelen in grote
maten op het werk arriveren. Doordat dit alles zo wordt aangevoerd zal er minder materieel
op de bouw aanwezig zijn. Vink Systemen B.V. werkt vanuit de beschikbare
werktekeningen het luchttechnisch systeem uit en levert deze in delen op de bouwplaats. Er
zal gewerkt moeten worden met delen die in een week kunnen worden gerealiseerd.
1.5.4. Arbeidsfunctie
De arbeid die verricht wordt op de bouw zal voornamelijk bestaan uit het samenvoegen van
de geprefabriceerde delen van het luchttechnisch systeem. Het werk wordt gedecomponeerd
in delen die kunnen worden aangeleverd en binnen een week worden verwerkt.
1.5.5. Managementfunctie
De managementfunctie voor dit bouwwerk is van groot belang. Aangezien hier heel veel
transporten elkaar opvolgen wordt de complexiteit verhoogd. Indien dit niet met goede,
slimme en snelle processen aan elkaar wordt gehangen, heeft dit grote gevolgen voor de
bouwtijd. Vink Systemen B.V heeft op het werk een projectleider en een assistent-
projectleider gezet. De projectleider heeft meerder projecten en komt minimaal 2 dagdelen
Pagina 10 van 21
Distributiefunctie
De distributie van de materialen naar de bouw toe is lastig. Doordat de bouw van het
muziekpaleis midden in de stad Utrecht gevestigd is. Er zijn een tweetal toegangswegen de
bouwlocatie op, deze wegen zijn ook opgesplitst. Een van de wegen is voor de aanvoer van
klein materiaal en kan door vrachtwagen met een maximale lengte van 12 meter geleverd
worden. De andere toegangsweg tot de bouw is voor groot en zwaar materiaal. Echter om
de geleverde materialen snel te lossen zijn er meerdere kranen nodig. Tevens is er geen
ruimte voor op- en overslag op de bouw aanwezig. Hierdoor zal de distributie naar de bouw
zeer nauw samenhangen met de transportfunctie.
Transportfunctie
Assemblagefunctie
Pagina 11 van 21
Omdat het gekozen voorbeeldproject nu volop in de afbouwfase zit is er tijdens deze fase
de arbeidsfunctie van de bouwplaats bestudeerd.
Betrokken partijen:
Hoofdaannnemers:
Onderaannemers:
BTB Briedas Betonwerk
Vink Systemen B.V. Luchttechniek
Hoogendoorn PVC en Kunststof leidingwerk
Managementfunctie
Vink systemen B.V. heeft een werkplek op de bouwlocatie gerealiseerd. Vanuit hier kunnen
de projectleider en assistent- projectleider de dagelijkse bouw begeleiden. Delen van het
luchttechnisch systeem zullen ter plaatste worden ingemeten en uitgewerkt worden.
Pagina 12 van 21
Het eerste deel van het proces om een project te realiseren is: Het binnenhalen van de
opdracht door middel van een inschrijving eventueel op uitnodiging. Om tot een
inschrijving te komen wordt door de opdrachtgever een bestek en een set bestektekeningen
aangeleverd waaruit de te leveren luchttechnische installatie kan worden gecalculeerd.
Regelmatig wordt er ook een demarcatielijst meegestuurd waarin aanvullende afspraken
betreffende het project staan, bijvoorbeeld omtrent het leveren van appendages, het
aftekenen van sparingen en het afvoeren van afvalmaterialen. Bij het voorbeeldproject "Het
Muziekpaleis" te Utrecht is bovenstaand van toepassing.
Zoals omschreven in Plan van Aanpak5 beslaat het onderzoek de faalkosten tijdens de
uitvoeringsfase. Daarom onderzoeken we verder niet het bestek en de bestekstekeningen.
Hieruit wordt louter het luchttechnisch systeem gecalculeerd en een prijs berekend. Tijdens
de nacalculatie wordt per bouwdeel of verdieping na gecalculeerd of de tijdens de
inschrijving bekende afmetingen van het luchttechnisch systeem gelijk zijn gebleven of zijn
gewijzigd. Vaak wijzigt dit namelijk nog, omdat blijkt dat er een hogere capaciteit nodig is
of dat er wordt bezuinigd als blijkt dat met een lagere capaciteit ook voldoen kan worden
aan de wensen van de opdrachtgever. Dat de werkelijke werktekeningen afwijken van de
bestekstekeningen komt omdat de bestekstekeningen door een installatietechnisch adviseur
worden gemaakt en de werkelijke tekeningen door de aannemer. Alle wijzigingen worden
door middel van een meer-/minderwerk overzicht aan de opdrachtgever overhandigd en
verrekend. Het betreft hier alleen de wijzigingen in de hoeveelheden materialen en de daar
bijbehorende montage uren. Wanneer er tijdens de bouwperiode iets moet worden
gewijzigd geschied dit door een meerwerkbon die moet worden getekend door de
opdrachtgever.
5
Bijlage 7 – Plan van Aanpak, zie Bijlagenboek
Pagina 13 van 21
Pagina 14 van 21
De eenheidsprijzen vastgelegd;
Er wordt vastgelegd welke partij welke appendages levert en op welke wijze;
Het tarief voor eventueel uit te voeren meerwerk wordt vastgelegd;
Aanvullende afspraken in de vorm van een demarcatielijst worden vastgelegd.
Pagina 15 van 21
Na het behalen van de opdracht kan er volgens afspraak worden begonnen met het
realiseren van het luchttechnisch systeem. Voor het eerste transport op de bouwplaats vindt
er een kick-off gesprek plaats waarin betreffende partijen aan elkaar voor worden gesteld en
waar onder andere het bouwplaatsprotocol, transportprotocol en hijsprotocol wordt
doorgenomen en vastgelegd.
Tijdens deze gesprekken wordt ook helder met wie de opdrachtnemer te maken krijgt als
het luchttechnisch systeem wordt gerealiseerd. De organisatiestructuur is identiek aan
andere projecten zoals aangetoond tijdens de enquête en interviews en daarmee is de
organisatiestructuur voor het project "Het Muziekpaleis"voldoende valide. Deze
organisatiestructuur ziet er als volgt uit:
Pagina 16 van 21
Na de eerste levering van delen van het te realiseren luchttechnisch systeem begint de
realisatiefase. Wekelijks zullen delen van het luchttechnisch systeem worden aangeleverd
en gemonteerd. Hiervoor zal gewerkt moeten worden een door de opdrachtgever gemaakte
planning. Na het meelopen op de bouwplaats met de montageploeg blijkt al snel dat hier de
eerste faalkosten ontstaan door de volgende punten.
Stagnaties
Tijdens het realiseren van het luchttechnisch systeem op de bouwplaats treden
stagnaties op door:
Het ontbreken van (laatste versie) werktekeningen met gepostnummerde
delen van het luchttechnisch systeem;
Tijdsverlies, delen van het luchttechnisch systeem kunnen in de
werkelijkheid niet gemonteerd worden. Dit kan meerdere oorzaken hebben
bijvoorbeeld foutief kanaalwerk, geen integrering met bouwkundige
elementen mogelijk en in combinatie met andere in de weg hangende
installaties;
Logistiek van Vink Systemen B.V., het transport komt met onvolledige
lading en/of te laat waardoor wachturen of extra werk voor de
onderaannemer ontstaan die door Vink Systemen B.V. verrekend dient te
worden;
Doordat de opdrachtgever zijn gemaakte bouwkundige planning niet waar
kan maken moet de realisatie van het luchttechnisch systeem op een later
tijdstip plaatsvinden. Hierdoor moet de onderaannemer inefficiënter gaan
werken en moeten er handelingen verricht worden om de continuïteit van
werkzaamheden te waarborgen.
De opdrachtgever
Het gebeurt regelmatig dat de opdrachtgever foute informatie deelt met Vink
Systemen B.V. Hierdoor ontstaan misverstanden, wijzigingen en extra werk. Verder
valt het op dat de opdrachtgever door middel van het breken van procedures van
Vink Systemen B.V. worden verstoord door het eisen van snellere leveringen en
voortrekken van delen van het luchttechnisch systeem wat wel gerealiseerd kan
worden.
Pagina 17 van 21
Na het uitvoeren van het participerend onderzoek kan geconcludeerd worden dat variabelen
naar voren gekomen uit het deskresearch door het fieldresearch worden onderkend. Kortom
de verwachting van de onderzoeker is volledig bevestigd tijdens het meelopen op de
bouwplaats.
Door middel van het uitgevoerde participerend onderzoek (40 uur meelopen op de
bouwplaats) worden het ontstaan van faalkosten op projecten bevestigd. Tevens kunnen
oorzaken worden aangedragen voor het ontstaan van faalkosten. Deze oorzaken zullen als
input dienen tot de te maken Current Reality Tree6 die latere in het onderzoek gemaakt
dient te worden om de huidige complicaties in kaart te brengen.
Het is voor de onderzoekers zeer leerzaam geweest om zelf met een montageploeg van
Vink Systemen B.V. mee te lopen. Hierdoor worden gegevens die door middel van
interviews en enquêtes bevestigd. Echter bij de vraagstelling over het logistiek van Vink
Systemen B.V. waardeerde de onderzoeker het tijdverlies door de stagnatie lager dan de
respondenten. Tijdens het meelopen bleek dat dit komt, omdat de montageploeg onder
grote tijdsdruk (en daardoor stress) en veelal met onderbezetting het project moeten
realiseren.
6
Bijlage 5 – Current Reality Tree, zie Bijlagenboek
Pagina 18 van 21
Internetsites
2. 1. http://heijmans.nl/Muziekpaleis
Begeleiding en informatie
Eigen onderzoek
Pagina 19 van 21
2.
Pagina 20 van 21
4.
Pagina 21 van 21
C. Heeft een heilig geloof in (de deskundigheid van) de medewerkers van zijn organisatie. Structureert
weinig en ziet zijn taak voornamelijk in de toewijzing van de voorwaardenscheppende middelen.
D. Is dienstbaar aan de leden van de organisatie. Stelt zich in de vorm van primus inter paris (de eerste
onder zijns gelijken) ten doel de collectieve doeleinden van de organisatie te realiseren.
B. Voert gewoon uit wat van hem/haar in het kader van de taakstelling gevraagd wordt. Vraagt van
medewerkers op de afdeling niet meer dan waarvoor ze zijn aangesteld. Draagt er zorg voor dat de rollen,
taken en functies binnen de afdeling, inclusief de eigen functie, nauwkeurig beschreven zijn.
C. Gebruikt zijn/haar (machts) positie om de voortgang van het werk in de eigen afdeling te stimuleren en
de daarvoor noodzakelijke mensen en middelen te mobiliseren.
D. Gebruikt zijn/haar (machts) positie om de satisfactie, arbeidsvreugde en het realiseren van de eigen
individuele doelen van de medewerkers te bevorderen.
A. Is meegaand, een harde werker en neemt de belangen van zijn/haar chef/directe manager ter harte.
D. Is hevig geïnteresseerd in de ontplooiing van de eigen mogelijkheden en is bereid een bijdrage te leveren
aan de ontplooiing van anderen.
B. Vanuit de gedachte dat tijd en kracht van de medewerker beschikbaar zijn op basis van het wederzijds
ondertekende arbeidscontract en de daaruit voortvloeiende rechten en plichten van de medewerker.
C. Vanuit de gedachte dat de medewerker zich met hart en ziel aan de gemeenschappelijke zaak heeft
gewijd.
D. Vanuit de gedachte dat de medewerker primair een belangwekkend en te waarderen mens is.
C. Ze zelf vinden dat een collega een bijdrage kan leveren aan de voortgang van de taak.
B. In concurrentie met de ander een hogere positie in de formele organisatie bereikt kan worden.
B. Worden genomen door de mensen die deze besluiten volgen hun taakomschrijving moeten nemen.
C. Worden genomen door de mensen met de meeste kennis en deskundigheid van het probleem.
D. Worden genomen door de mensen die persoonlijk het meest te maken krijgen met de consequenties
daarvan en/of die zich persoonlijk het meest betrokken voelen.
11. DE INFORMATIE- EN COMMUNICATIELIJNEN IN DE ORGANISATIE: IST SOLL
A. De informatiestroom verloopt top-down, wordt gezeefd en als middel gezien om de bestaande
machtsverhoudingen te bestendigen. De aard van de besprekingen is uitsluitend informatief en de
participatiegraad daarin wordt bepaald door de (machts) positie in de organisatie.
B. De informatiestroom verloopt zowel top-down, als bottom-up waarbij deze laatst informatiestroom vaak
plaatsvindt in de vorm van rapportage aan de hiërarchisch hogere. De aard van de besprekingen is niet
alleen informatief, maar ook uitnodigend om te reageren. Dit laatste vindt plaats op grond van de
verantwoordelijkheid en bevoegdheid van desbetreffende medewerkers/sters. De uitwisseling van
informatie en samenwerking tussen medewerkers/sters is nauw afgebakend.
C. De informatiestroom verloopt zowel top-down als horizontaal en komt voort uit de gezamenlijke
opvatting dat informatie essentieel is om de taak goed te kunnen uitvoeren. De aard van de communicatie
is uitnodigend om initiatief te nemen en prikkelend om tot de beste oplossing te komen.
D. De informatiestroom is breed en stroomt van persoon naar persoon op basis van relaties die men
vrijwillig, ten behoeve van het werk, leerervaring, steun en/of gemeenschappelijke normen en waarden
aangaat. De aard van de communicatie is gelijkwaardig, verdiepend en uitputtend.
Bijlage 15 – 7W-model
7W-model - Eindscriptie Danny en Etienne
1.2 Organisatieonderzoek Danny & Etienne Modellen Mei/Juni Onderzoeksmodellen zoeken en Door het in kaart brengen van de organisatie
bevindingen uit gesprekken, afgenomen uitwerken die aansluiten bij de en de omgeving worden de oorzaken van
interviews en enquetês opdracht én aansluiten bij een het probleem bij Vink Systemen B.V.
wetenschappelijk verantwoord concreet
model. Literatuur doornemen ter
ondersteuning van de
uitwerking.
1.2.1 Interne Analyse
Historie Etienne Interviews Mei
Cultuur Etienne Enquête's/Interviews/literatuuronderzoek Mei
Structuur Etienne Enquête's/Interviews/literatuuronderzoek Mei
1.2.2 Activiteiten Danny Interviews/bezoeken Vink Systemen B.V. Mei
Doelstellingen Etienne Interviews Mei
1.3 Faalkostenreducering Danny Literatuuronderzoek Juni Bestudering literatuur Kennis verwerven over faalkosten
2 Fieldresearch
2.1 Participerend onderzoek Danny & Etienne Door actief mee te lopen op het Feb-April Bouwplaatsbezoek en huidige De huidige situatie is bepalend om het
voorbeeldproject "Het Muziekpaleis"te situatie in kaart gebracht door probleem dat Vink Systemen heeft te
Utrecht voorbeeldproject verder uit te verduidelijken
diepen
2.2 Enquêtes
Vragenlijst Handy en Danny & Etienne Vragenlijst cultuur April Verspreiden van enquête onder De huidige situatie is bepalend om het
Harrison medewerkers Vink probleem dat Vink Systemen heeft te
verduidelijken
Medewerkerstevredenheids- Danny & Etienne Bestaand onderzoek van Vink Systemen Juni Relevante gegevens uit bestaand Geeft inzicht in de motivatie van de
onderzoek onderzoek halen medewerkers
2.3 Interviews Danny & Etienne Vooraf opgestelde short-list met kernvragen April-Juni Naar het voorbeeldproject om De huidige situatie is bepalend om het
interviews af te nemen probleem dat Vink Systemen heeft te
verduidelijken
3 Probleemanalyse
3.1 CRT Etienne TSP Avans week 20 Current reality tree analysis Door rampen, het centrale probleem en de
Theory of Constraints (Goldratt) gebruiken om tot de kern van wortels te visualiseren kan men tot een
het probleem te komen oplossingspatroon komen
3.3 PvA Danny & Etienne Studiemateriaal uit colleges april De opdracht vanuit Vink Planning en structuur duidelijk maken
Informatie uit vooronderzoek Systemen onderbouwd met
onderzoeksvragen in een
tijdsplanning zetten
3.4 Probleemstelling Danny & Etienne Brainstormsessie week 20 CRT/FRT Vasstellen van het probleem
4 Opdrachtformulering
4.1 FRT Etienne CRT week 21 Injecties voor de wortels van de De visuele weergave van de injecties vormt
TSP Avans problemen creëren de opdrachtformulering
Theory of Constraints (Goldratt)
4.2 Opdrachtformulering Danny & Etienne Gesprekken bij Vink Systemen B.V week 21 CRT/FRT Vaststellen van de opdracht
5 Resultaten
5.1 Eindverslag Danny Feb-Juli
Etienne