Professional Documents
Culture Documents
Over de Rol Van Het Alfabet in de Elektronica en de Terugziendheid
Over de Rol Van Het Alfabet in de Elektronica en de Terugziendheid
in de elektronica en de
terugziendheid Joannes Richter
Abstract
Terugziendheid is een bijzondere vorm van bijziendheid, die uitsluitend oudere generaties technici
bezighoudt. De ervarenheid, die een terugblik over de ervaringen van de afgelopen “leeftijd” biedt,
is vergelijkbaar met het rondzicht, dat een bergbeklimmer op de bergtop genieten kan. De
terugziendheid baseert op de in het geheugen opgeslagen herinneringen, die als “waargenomen”
gegevens ook zonder extra bewijzen als buitengewoon betrouwbaar gelden.
De terugziendheid stelt ons in staat te begrijpen, hoe de firma Philips een achterstand in de
ontwikkeling van de halfgeleiders opliep. Rond 1960 werden de halfgeleiders door de Amerikanen
met een optimale, nieuwe naamgevingsstructuur uitgerust, terwijl men in Europa de nieuwe
technologie nog steeds als een inferieure soort “radiobuizen” werden beschouwd.
Omgekeerd kan men uit de naamgeving van de radiobuizen aflezen hoe een alfabet ontstaat en
waarom men de historische ontwikkeling van de alfabetische architectuur in de loop van enkele
jaren vergeet.
Het uitgangspunt bij het ontwerp van de alfabetische architectuur is inmiddels allang in het
vergeetboek verdwenen. Ook de oorsprong van de alfabetten, de vijf geluidsbronnen voor de
menselijke stem en het fundament van de vijf categorieën zijn grotendeels verloren geraakt.
De naamgeving in het begin van een technische omwenteling
In de prille beginjaren van een technische omwenteling zoals de elektronica wordt de naamgeving
van de onderdelen relatief primitief vastgelegd. Bij de architectuur van een dergelijke categorisatie
worden een aantal standaardeisen vastgelegd, die de omvang van het aantal varianten en de
structuur van de groeperingen beperkt.
Voor de belangrijkste parameters van de hoofdonderdelen (de “radiobuizen” of kortweg: “buizen”)
werden 2 tot 3 letters toegepast, die de hoofdcategorieën gesorteerd naar systematische criteria
symboliseren. De eerste letter van de buizennamen beschrijft de energietoevoer (spanning of
stroomsterkte) voor de gloeidraad. De tweede letter symboliseert het aantal elektroden in de buis. In
combinaties van meerdere buizen in een omhulling beschrijft een derde letter het aantal elektroden
van de ingebouwde tweede buis.
Ter illustratie van een dergelijke categorisatie kan men de volgende constructie van de octode
bestuderen. De elementaire eigenschappen van de buis worden gevormd door het
stroomvoorziening van de gloeidraad en het aantal elektroden. De belangrijkste onderdelen van de
buis zijn in deze tekening vet gedrukt, wat de beduiding van de onderdelen onderstreept: de
gloeidraad en de 8 elektroden (6 roosters, 1 anode en 1 kathode).
Fig. 3: constructie van een octode met de de gloeidraad en de 8 elektroden (6 roosters, 1 anode en
1 kathode)
Van sommige buizen was de structuur door de glaslaag zichtbaar. Sommige buizen werden voorzien
van een verflaag, die wellicht als afscherming van stoorsignalen gold, maar ook het optische inzicht
in de opbouw van de buis stoorde. Zo nodig kon echter ook een röntgenfoto van de buis worden
gemaakt.
Voor de naamgeving van de buizen was de naam van elementair belang. De A van de twee linker
foto's met de buis ACH 1 (rond 1933) en AL5 duidt op een gloeidraad van 4Volt. De tweede letter C
in ACH 1 duidt op een triode. De derde letter H duidt op de hexode (6 elektroden, 4 roosters) in de
ACH 1. De letter L in de naam AL5 beschrijft een eindpentode (5 elektroden, 3 roosters). De letter
E in de roodgeverfde buis EEP1 beschrijft een buis met een gloeidraad van 6,3 Volt. De F in de AF3
beschrijft een pentode (3 roosters).
De cijfers, die na de letters de buis beschrijven, kan men als een classificatie in een “type” en
“volgorde” in een serie beschouwen. De laagste nummers bestaan alleen uit nummers, zoals 807.
Na de introductie ontstonden de buizen met lettercombinaties zoals de AL5 en de EL84, waarbij de
1-cijferige naam AL5 beduidend ouder is dan de nieuwere EL84.
The EF50 tube is a 9-pin Loctal-socket device with short internal wires to nine short
chromium-iron pins, making it suitable for Very High Frequency (VHF) use.[2]
"Prof. Dr. Jonker (head of development lab of electronic valves in the mid thirties) was
the originator of the EF50 and this development started as early as 1934–1935. It was,
indeed, developed in view of possible television application."[3]
Volgens Taffey Bowen was de EF50 voor de radar en de verdediging van Engeland even belangrijk
als de magnetron:
Visiting Pye, Bowen saw scores of what he sought, their 45MHz TRF chassis using the
very new EF50, which he later described as "a valve that was to play almost as
important a part in the radar war as the magnetron".[8]
Mullard in England did not have the ability to manufacture the special glass base, for
example, and just before Germany invaded Holland, a truckload with 25,000 complete
EF50s and many more of their special bases were successfully sent to England.[2] The
entire EF50 production line was hurriedly relocated to Britain.[10] On 13 May, the day
before the Germans flattened Rotterdam in 1940, members of the Philips family escaped
together with the Dutch government on the British destroyer HMS Windsor, taking with
them a small wooden box containing the industrial diamonds that were to be used to
make the dies needed to make the fine tungsten wires in the valves.[11] 1
Alhoewel de onopvallende naam EF50 inmiddels allang vergeten is, heeft deze radiobuis een
belangrijke rol gespeeld. Voor sommige elektronici met historische kennis draagt het woord nog
steeds de echo van een meesterwerk.
Dit soort karakteristiek wordt ook door sleutelwoorden zoals LOUIS (Engels: LEWIS), die als
koninklijke namen Lewis (Louis, Clovis) in de Europese geschiedenis een grote rol gespeeld hebben. In de
geschiedenis kan men sporen van de naamgeving aflezen uit de legenden, zoals de Chronicle of Fredegar,
waarin de Quinotaurus als de stamvader van de Merovingers geldt.
De classificatie in de oudheid
Meer hoeven wij voor de nu volgende theoretische beschouwing niet over de radiobuizen uit te
leggen.
Ook in de oudheid paste men het alfabet voor het classificeren en tellen van gelijksoortige
onderdelen vaak het alfabet toe. In de oudheid werd het alfabet ook als getalstelsel voor de handel
en in het betalingsverkeer toegepast. Als voorbeeld geldt het Griekse getalstelsel in de vorm van het
Griekse alfabet:
Het oudste getalsysteem in Griekenland werd gevormd door de Attische cijfers, waarop
later de Romeinse cijfers zouden worden gebaseerd, met de volgende letterwaardes: Ι =
1, Π = 5, Δ = 10, Η = 100, Χ = 1000, en Μ = 10.0005.
2 Een groot deel van mijn jeugd (1949-1958) groeide ik op in een Airey-”zelfbouwwoning” aan de “Tellegenstraat 29”
te Eindhoven. Op de oude straatnaamplaat stond alleen maar de naam “Tellegenstraat”, zodat niemand de naam
“Tellegen” kon thuisbrengen, Pas na mijn studie heb ik de oorsprong van de naam Tellegen ontdekt.
3 Een pentode is een elektronenbuis met vijf elektroden, een verdere verbetering van de triode met twee extra roosters
waardoor de versterkereigenschappen verbeterd werden. Gilles Holst en Bernard Tellegen [1] vonden de pentode uit
in 1926 ter vervanging van de tetrode, die door secundaire emissie bij lage spanning kan oscilleren.
4 Merkwaardig is overigens de naamgeving “Nine-pin Loctal” voor een 9-polige voet. De naam Loctal beschrijft een
variant van de octal voet: the B8G loctal base or lock-in base (sometimes spelled "loktal" — trademarked by
Sylvania), was developed by Sylvania for ruggedized applications such as automobile radios. (bron: Loctal)
5 Bron: Griekse_cijfers. Attische cijfers werden vanaf de Archaïsche periode van de Griekse oudheid gebruikt,
De naamgeving in het begin van een alfabetische omwenteling
It had long ago been noticed by Lepsius, Donaldson, and Taylor that, embedded in the
Phoenician, Greek, and Italian alphabets there is a repeated sequence of letters,—vowel,
labial, guttural, and dental. What has however been ignored is that this system is
extended a whole series further in the Greek than in the Phoenician alphabet, forming a
fifth row and the beginning of a sixth. The liquids and sibilants were added later and
mogelijk vanaf de zevende eeuw v. Chr. Zij staan ook bekend als Herodianische cijfers, omdat de oudst bekende
beschrijving te vinden is in een manuscript van Herodianus, of acrofonische cijfers, omdat de gebruikte symbolen
(behalve voor 1) zijn afgeleid van de eerste letter van het woord voor 'vijf', 'tien', 'honderd', 'duizend' en
'tienduizend'.
form no part of such a scheme6.
Flinders Petrie's concept bleek echter niet houdbaar, omdat de klinkers in het Ugaritische alfabet
niet als één zelfstandige categorie konden worden samengevat. De klinkers I en U behoorden tot
twee verschillende categorieën, die niet met de overige klinkers (A, O, ...) overeenkwamen.
Ugarit
Bij het schrijven van zijn essay (1912) over de alfabetten kon Flinders Petrie (1853-1942) nog niet
op de hoogte zijn van het Oegaritische alfabet, dat pas na 1928 als een alfabetisch spijkerschrift kon
worden geïdentificeerd.
In 1928 werd Ugarit toevallig herontdekt. Een Alevitische boerin opende bij het ploegen
van haar veld een graf wat leidde tot de ontdekking van de necropolis van Ugarit7.
De Noord-Semitische versie van het Ugaritische alfabet legt de basis voor het Fenicische, het
Griekse, Latijnse en Hebreeuwse alfabet.
Lists of Ugaritic letters (abecedaria, singular abecedarium) have been found in two
alphabetic orders: the "Northern Semitic order" more similar to the one found in Arabic
(earlier order), Hebrew and Phoenician, and more distantly, the Greek and Latin
alphabets 8.
Dit alfabet baseert op 3 klinkers (A, I en O), die wellicht tot drie verschillende categorieën behoren.
Deze klinkers vormden wellicht de laatste drie letters (ʾi, ʾu en s2).
Probably the last three letters of the alphabet were originally developed for transcribing
non-Ugaritic languages (texts in the Akkadian language and Hurrian language have
been found written in the Ugaritic alphabet), and were then applied to write the Ugaritic
language.[3] The three letters denoting glottal stop plus vowel combinations were used
as simple vowel letters when writing other languages.
Ugarit was een van de eerste plaatsen waar een alfabetisch spijkerschrift tot
ontwikkeling kwam. Dit laat bronstijd alfabet bestond uit 30 tekens, 27 voor
consonanten, 3 voor a i o wat uitzonderlijk was in het semitisch systeem10.
De drie klinkers A, I en U vindt men ook in het Oud-Perzische spijkerschrift en in de naam van de
hemelgod DIAUS.
6 Bron: The formation of the alphabet, 1912 van de Auteur: Petrie, W. M. Flinders (William ...)
7 Bron: Ugarit – Tot de brandcatastrofe van rond 1200 v.Chr. waren Sidon en het noordelijker gelegen Ugarit de
belangrijkste havensteden aan de Syrisch-Libanese kust. In de brandcatastrofe gingen zowel Ugarit als Hatti ten
onder.
8 Bron: Ugaritic alphabet (Abecedaries)
9 Bron: Ugarit
10 Bron: Ugarit
De passende tweedimensionale structuur voor alfabetten
Definities
In dit essay wordt het Latijnse alfabet als volgt gecategoriseerd: de (5) lingualen: D, Þ L, N, T, de
(7) palatalen: C, G, I, J, K, Q, X, de (5) gutturalen: A, Ε, H, O, Y, de (6) labialen: B, ϝ11 - V, M, P, U,
W en de (3) dentalen: Z, S, R. In dit essay geldt dus als kleurcode: linguaal, palataal, gutturaal,
labiaal, dentaal.
Als basis voor deze categorisatie geldt het Hebreeuwse alfabet, dat niet alleen samen met de
Fenicische en Oegaritische12, maar ook met de daarvan afgeleidde Griekse en Latijnse alfabetten
overeenkomt. Het Hebreeuwse alfabet geldt als een zeer stabiel systeem, dat nauwelijks door
veranderingen is aangetast.
De vijf fonetische categorieën met elk circa 3 letters (linguaal, palataal, gutturaal, labiaal, dentaal)
spelen een rol bij de compositie van belangrijke woorden zoals de hemelgod (*DIAUS of DJOUS
PITER) en de “ouders” (“vader” & “moeder”, bijvoorbeeld “vader” in Pali PITAR, Oudnoors
FAÐIR) & “moeder” (zoals Gallisch *MATIR, Oud Iers MÁΘIR, en IJslands MÓÐIR).13
Opvallend aan deze 2-dimensionale tabel is de afbeelding van de twee Goddelijke Namen “IEV”
(Yodh – He – Waw) and “TIAVS” (Teth – Yodh – He – Waw – Samekh) op de tweede rij.
Deze afbeeldingen van theonymen werd in onafhankelijke twee runen-alfabetten waargenomen: het
oude Futhark- en het Ogham signary.
11 Digamma (ϝ) - an archaic letter of the Greek alphabet , may be exchanged by /W/, /F/, /U/, /V/
12 De stadstaat Ugarit, met een internationale haven, was een van de eerste plaatsen waar een alfabetisch spijkerschrift
tot ontwikkeling kwam. Dit laat bronstijd alfabet bestond uit 30 tekens, 27 voor consonanten, 3 voor a i o wat
uitzonderlijk was in het Semitisch systeem.
13 An Architecture for 2-Dimensional Alphabets
14 Footnote in Modern Hebrew phonology (quoted in The Composition of the Sky-God's Name in PIE-Languages)
15 Rabbi Saadia Gaon's Judeo-Arabic commentary on “Sefer Yetzirah” (chapter 4, paragraph 3)
De goddelijke namen in de drie alfabetten
In het Hebreeuwse alfabet zijn in de tweede rij twee theoniemen “IEV” and “TIAVS” afleesbaar,
wat op zichzelf al tot de hoogst verwonderlijke verschijnselen in alfabetten behoort. Vrijwel alle
alfabetten zijn vermoedelijk opzettelijk zo gesorteerd, dat er in de alfabetische volgorde optisch
gezien geen woorden waarneembaar zijn, die bij de scholing van de lezers en schrijvers ongewenste
gevoelens zouden kunnen veroorzaken.
Nog merkwaardiger is de afbeelding van de theoniemen “TIÆWS” in de derde rij van het Elder
Futhark en de godennaam “TIEU” in de vierde rij van het Ogham alfabet.
De naam Ogham wordt zelfs teruggevonden in Champfleury, wat kan duiden op een relatie tussen
de Franse missionarissen en de compositie van het Ogham alfabet16:
Ogmios was de Keltische godheid van de welsprekendheid. Zijn portret lijkt op een oudere
vorm van Herakles, die de overtuigende welsprekendheid toepaste om mensen te boeien.
Ongetwijfeld is deze Ogmios door Geoffroy Tory nauwkeurig in Champfleury beschreven.
Het portret met de snoeren als ketenen en de huidskleur komen overeen met de Engelse
beschrijving van Ogmius in Wikipedia.
De drie alfabetten vertonen elk in de 2-dimensionale tabellenvorm een soortgelijk theonym: “IEV”
en “TIAVS”, “TIÆWS” en “TIEU”.
1. “Aleph ( )א, hé ()ה, ḥet ()ח, ‘ayin ( )עare [guttural sounds] produced from the depth of
the tongue with the opening of the throat,
2. but bet ()ב, waw ()ו, mim ()מ, pé ( )פare [labial sounds] made by the release of the lips
and the end of the tongue;
3. whereas gimel ()ג, yōd ()י, kaf ()כ, quf ( )קare [palatal] separated by the width of the
tongue [against the palate] with the [emission of] sound.
4. However, daleth ()ד, ṭet ()ט, lamed ()ל, nūn ()נ, tau ( )תare [lingual] separated by the
mid-section of the tongue with the [emission of] sound;
5. whereas zayin ()ז, samekh ()ס, ṣadi ()צ, resh ()ר, shin ( )שare [dental sounds] produced
between the teeth by a tongue that is at rest.”
El
Een van de eenvoudigste theoniemen is de naam EL, die op de linguale letterklank “L” baseert.
De meeste informatie over de Ugaritische god El is gevonden in het noorden van het
oude Syrië en stamt uit de tweede helft van het 2e millennium v.Chr., maar deze grijpt
terug op oudere tradities. Zijn functie was die van oudere vader van de godenfamilie,
voorzitter van de goddelijke vergadering en scheppergod. Als zijn partner gold Asjera. 18
El, the generic semitic name for God, which can be translated “the strong and mighty
one,” corresponding to theos in Greek, deus in Latin...21
18 De Ugaritische El
19 Middle Ages (Adamic language - Wikipedia)
20 Dante: Divine Comedy (The) - 3. Paradise (Unabridged) Canto XXVI
21 The God Who Names Himself | Timothy George | First Things
With his overall theory of language, Dante wished to prove that the first utterance made
by a human being was the word «God», or, more precisely, «El» 22
DIEUS
De navolgende compositie der godennamen volgt dezelfde architectuur, die in de naamgeving van
de radiobuis EL50 werd toegepast. De vijf elementaire stembronnen werden na elkaar geschakeld in
5 symbolische klankbronnen.
Allereerst begint het woord met een linguale letterklank D, Þ L, N, T, gevolgd door drie klinkers I-
E-U en een afsluitende klank S of R.
• De naam van de PIE-standaard hemelgod DIEUS begint dus met een van de lingualen: D, Þ
L, N, T respectievelijk daleth ()ד, ṭet ()ט, lamed ()ל, nūn ()נ, tau ()ת.
• Daarna volgen de klinkers in de volgorde van de letter I (“vooraan in de mond”), de A of E
of O (“in het midden”) en de U of V (“achteraan in de keel”). Deze letters J-O-V of I-E-V
beschrijven ook de Naam JOVE23, waarin men uitsluitend de drie soorten klinkers I-E-U in
de correcte volgorde (vooraan, midden, achterin) toepast. In de oudheid werd de U
overigens als V geschreven.
• De afsluitende klank van het belangrijkste woord is een dentaal: Z, S of R.
De PIE-standaard naam voor de hemelgod (D-I-E-U-S) wordt samengesteld uit de tong-klank D,
gevolgd door de drie hoofdklinkers I-E-U en afgesloten door de dentale klank S.
Jupiter
In de naamgeving van de goden is de slijtage in de naam IU-piter door allerlei afleidingen relatief
goed gedocumenteerd. Oorspronkelijk gold de klinkersreeks JOV in Ju-piter als woordkern, die tot
IU afsleet.
In het Latijnse woord voor de hemelgod (D-I-O-U-S) werden naast de centrale klinker O de
medeklinkers D en S door slijtage verwijderd, zodat de naam IU–PITER overbleef. Anderzijds bleef
in de tweede woordsectie de pentagram-structuur van het woord PITER (“Vader”) onveranderd
intact.
December 2011
• The Hermetic Codex II - Bipolar Monotheism (Scribd)