Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 141

Omgevingsvisie

Amsterdam 2050

Een menselijke metropool


Deel I | Visie 1
2 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 3
Toekomstbeeld Amsterdam
in de regio
Visiekaart Amsterdam 2050
Disclaimer
Algemeen Stedelijke ontwikkeling De in deze kaart weergegeven ontwikkelingen buiten de
gemeentegrenzen van Amsterdam hebben geen status.
luwe gebieden luwe stadsbuurt
Deze zijn in samenspraak met Amstelveen, Zaanstad,
gemengde gebieden gemengde stadsbuurt Ouder-Amstel en Diemen opgenomen. Ze zijn indicatief en
centrumgebied hoogstedelijke buurt bedoeld om de samenhang van ruimtelijke ontwikkelingen
in de agglomeratie in beeld te brengen.
bedrijventerrein hoogstedelijk centrum
Binnen de gemeentegrenzen is het een schets voor de
bebouwing buiten de agglomeratie kleinschalige ontwikkeling en stad in 2050 op hoofdlijnen. In het ruimtelijk-
transformatie
gemeentegrens Amsterdam programmatisch kader uit deel II zijn de verschillende
pilotgebied grootschalige onderdelen verder uitgewerkt.
intensivering

Groen en landschap regionale ontwikkeling rond


haltes Noord/Zuidlijn
park en landschapspark
havengebied en industrie
landschap
afgestemde ontwikkeling stad en
water haven
stadsstrand havengerelateerde bedrijvigheid
dijken en logistiek

Verbindingen  lekken met stedelijke


P
betekenis
netwerk van stadsstraten en
stadslanen stationskwartier

lange-lijnen-fietsnetwerk kenniskwartier

verbinding stad en landschap stedelijk centrum

verkleinen barrièrewerking groen-blauwe hotspot

metro met station groen-blauwe kralenketting

hoogwaardig openbaar vervoer centrumgebied

spoorweg met station

verdeelring A10 met een belangrijke


Energie en duurzaamheid
functie voor stedelijk verkeer
voorkeursgebied windenergie
rijksweg met afrit
op Amsterdams grondgebied
veerverbinding
opslag duurzame energie
brug over het IJ
circulaire hub
indicatie oeververbinding
energiehub Hemweg
zoekgebied Passenger Terminal
tegengaan bodemdaling,
Amsterdam
vergroten biodiversiteit
8 juli 2021

Omgevingsvisie
2050 Amsterdam
Een menselijke
metropool
Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Beelden van het proces
Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Beelden van het proces
10 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 11
Inhoud

VOORWOORD14 II Waar 65 8. Stadsdelen 125 Circulaire economie 178 18. Genoemde beleidsdocu­menten 22. Samenwerking over de
Circulaire gebiedsontwikkeling 180 en uitwerkings­opgaven 233 gemeentegrenzen heen 260
PUBLIEKSSAMENVATTING 16 5. Metropoolregio Amsterdam 67 Legenda stadsdeelkaarten 126
Nieuw-West128 14. Vitale stad 181 Genoemde beleidsdocumenten 233 Samenwerking per schaalniveau 260
EEN OMGEVINGSVISIE Duurzaam en internationaal Zuidoost130 Uitwerkingsopgaven235 Nieuw: de agglomeratie  262
VOOR AMSTERDAM 21 aantrekkelijke metropoolregio 67 Noord132 Economie181
Versterken van meerkernige Centrum134 Mobiliteit en ruimte 188 IV HOE 241 23. Maakproces OVA2050,
De schoonheid van Amsterdam 24 kwaliteit68 West136 Zeehaven  195 verantwoording en lessen 263
Verduurzamen van een Zuid138 Luchthaven197 19. Hoe we aan de stad
I VISIE 29 internationaal knooppunt 70 Oost140 werken 242 Werken op basis van drie principes 263
Toekomstbeeld Amsterdam 15. Gezonde stad 199 Partners en activiteiten  263
1. Amsterdam in de wereld 30 in de regio 72 9. Een samenhangende en Nieuwe opgaven in het stadmaken 242 Opbrengsten265
adaptieve fasering  142 Gezondheid algemeen 199 Vijf veranderopgaven  245 Lessen voor het vervolg 265
Amsterdam in het antropoceen 32 6. Amsterdam en Sport, spel en bewegen 200
Metropoolvorming32 de agglomeratie 74 Fasering op hoofdlijnen 142 Voedsel en stadslandbouw 202 20. Onderdeel van de 24. De omgevingseffect-
Mensen maken de metropool 33 Samenhangende ontwikkelingen Omgevingsveiligheid203 beleidscyclus 247 rapportage  267
Naar een onzekere toekomst 36 Samen optrekken 74 en investeringen 145 Luchtkwaliteit205
Het maken van de stad 38 Nieuwe stedelijke kwaliteit in een Geluid207 Doorwerking in beleid en Colofon 271
meerkernige agglomeratie 75 10. Ruimtelijke reserveringen 147 programma’s247
2. Ideeën en zorgen vanuit Scheggen77 16. Leefbare stad 208 Doorwerking in projecten  248
de stad, voor de stad 40 Visiekaart Amsterdam 2050 78 III WAT 157 Relatie omgevingsplan  249
Stadsverzorgende ruimtevragers 79 Openbare ruimte 208 Monitoring en herijking
3. Amsterdam naar 2050 42 Bestaande kwaliteiten als 11. Een beleidsagenda Water211 omgevingsvisie249
vertrekpunt82 richting 2050 158 Groen214
Groeiende metropool in transitie 42 Volkstuinen, begraafplaatsen, 21. Agenda Samen stadmaken 250
Grote opgaven 45 7. Ruimtelijk- Beleidsagenda aan de hand van crematoria218
programmatisch kader 85 zes ambities 159 Landschap, recreatie en landbouw 219 Ruimte maken voor diverse
4. Vijf strategische keuzes  49 Dierenwelzijn221 partijen250
Groen-blauw raamwerk 88 12. Inclusieve stad 160 Open ontwerpen 253
Meerkernige ontwikkeling 50 Gebruik groene plekken 92 17. Compacte stad 222 Instrumentarium voor samen
Groeien binnen grenzen 52 Netwerk fiets 94 Kansengelijkheid160 stadmaken254
Duurzaam en gezond bewegen 54 Netwerk openbaar vervoer 96 Maatschappelijke voorzieningen 162 Ruimtelijke kwaliteit  222 Waardecreatie voor en door lokale
Rigoureus vergroenen 56 Netwerk auto en hubs 100 Wonen164 Cultuurhistorie en archeologie 223 gemeenschappen255
Samen stadmaken 58 Netwerk van stadsstraten en Hoogbouw224 Democratische besluitvorming
Hoofdpunten van de stadslanen104 13. Duurzame stad 168 Bouwdynamiek226 op basis van collectieve kennis 257
vijf strategische keuzes 60 Stedelijke ontwikkeling 108 Daken226 Actiepunten Agenda Samen
Plekken met stedelijke betekenis 112 Klimaatneutraal168 Ondergrond227 stadmaken  259
Economische structuur 116 Duurzaam energiesysteem 170
Energie- en warmtesysteem 120 Klimaatbestendig173

12 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Inhoud 13


Voorwoord

Amsterdam bevindt zich op een bijzonder moment in het bijna 750-jarig bestaan. Amsterdam als stad functioneel veel groter is dan de stad alleen en zelfs groter dan de metropool-
Tijdens het opstellen van deze toekomstvisie voor 2050 werd de wereld overvallen door een regio. Het vraagt om nieuwe oplossingen op de schaal van de straat en de buurt en tegelijk om een
ontregelende pandemie. De zeer snelle groei van de Amsterdamse economie en het aantal idee over de internationale positie van Amsterdam.
inwoners en bezoekers is door corona abrupt ten einde gekomen. Het Amsterdamse college
van B en W kiest ervoor om in deze onzekere tijd de blik stevig gericht te houden op de Amsterdam heeft een sterke en onderscheidende stadscultuur. We zijn een stad waar waarden
toekomst. Voorliggende Omgevingsvisie Amsterdam 2050 zet voor de lange termijn een als vrijzinnigheid, activisme en zorgzaamheid breed gedragen worden. Binnen Amsterdam zijn er
heldere koers uit. Dat is belangrijk, want juist onzekerheid schept een behoefte aan richting heel verschillende buurten, met hun eigen kwaliteit en identiteiten. Naar 2050 willen we de kracht
geven door de overheid. van de diversiteit binnen de stad versterken door de verschillende delen van de stad op eigen voor-
waarden en naar eigen behoeften verder te ontwikkelen. Niet als opzichzelfstaande werelden, maar
De afgelopen jaren was de toevloed van inwoners, bezoekers en kapitaal uit het buitenland van als integraal onderdeel van het geheel. Nauw verbonden met het grotere Amsterdam. Letterlijk via
zo’n omvang dat we grip verloren. Daarnaast stellen klimaatverandering, verlies van biodiversiteit, nieuwe straten, lanen, bruggen en openbaarvervoerlijnen. Maar ook figuurlijk, dankzij een gedeelde
vergrijzing en internationalisering Amsterdam voor grote uitdagingen. Het is onze verwachting stadscultuur, die leeft in de openbare ruimte, in buurthuizen, cultuurgebouwen en de ontelbare
dat de coronapandemie de groei van onze stad slechts voor korte tijd zal onderbreken en dat we andere publieke plekken waar mensen bijeenkomen.
onverminderd oplossingen nodig hebben voor de opgaven die bij die groei horen. De centrale
gedachte van deze omgevingsvisie is dat we daarop voorbereid willen zijn en dat we de ontwik- Richting 2050 willen we ons verder ontwikkelen als een menselijke metropool. We verruimen
keling van de economie en de toename van de bevolking willen gebruiken om een betere stad te daarom onze blik op de stad in de regio, terwijl we tegelijk groeien binnen grenzen, met leefbare
worden, met meer kansengelijkheid, leefbaarder voor mens en dier en duurzamer in een vitale en economisch vitale buurten als sociaal fundament en zonder het draagvermogen van de aarde te
en goed verbonden regio. overstijgen. De stad wordt uiteindelijk gemaakt door de samenleving: Amsterdammers, onderne-
mers, bedrijven en instellingen. Aan hen willen we met deze omgevingsvisie ruimte geven voor
Door te groeien wil Amsterdam zijn verantwoordelijkheid nemen. Steden als Amsterdam zijn meer zeggenschap, eigenaarschap en verantwoordelijkheid voor de eigen leefomgeving.
onmisbaar voor de ontwikkeling van cultuur, wetenschap, samenleving en economie. Dankzij de
kans op ontplooiing die ze aan mensen bieden. Door mogelijkheden voor scholing, kans op werk, De omgevingsvisie is daarmee naast sturingsinstrument voor stedelijke ontwikkeling en
ruimte om iets te maken en te ondernemen. Door het contact met zoveel andere en verschillende de kwaliteit van de leefomgeving ook een agenda voor eenentwintigste-eeuws stadmaken. Een
mensen. Steden bieden bovendien de beste kans op een duurzame manier van samenleven, waarbij opdracht aan onszelf om samen te werken. Een uitnodiging bovendien aan iedereen om actief mee
mensen minder beslag leggen op schaarse ruimte en grondstoffen. Zodat we waardevolle landschap- te werken aan het vormgeven van de stad waar Amsterdammers, oud en nieuw, zich thuis voelen.
pen en natuurgebieden niet hoeven vol te bouwen en we fietsend en met het openbaar vervoer naar
ons werk kunnen. Daarom wil Amsterdam plek bieden aan meer mensen. Namens het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam,

Maar groei is voor Amsterdam ook een kans. Ontwikkeling van de stad betekent de mogelijkheid
om de grote ambities waar te maken die we hebben voor de bouw van betaalbare woningen, een inclu-
sieve en innovatieve economie, verduurzaming van de stad, een groene openbare ruimte die uitnodigt Marieke van Doorninck, wethouder Ruimtelijke Ontwikkeling en Duurzaamheid
tot wandelen en fietsen, minder kansenongelijkheid en meer eigenaarschap en zeggenschap over de
eigen leefomgeving. Bovenal is het een kans om het unieke karakter van Amsterdam te versterken.
Daarbij zetten we lijnen die in het verleden zijn ingezet door naar de toekomst en zoeken we tegelijk
naar nieuwe wegen.

De belangrijkste nieuwe notie is dat de groei van de stad in de regio vraagt om een schaalsprong
in ons denken over Amsterdam én de regio. Aan de ene kant omdat we nog meer dan voorheen
efficiënt en slim moeten omgaan met de schaarse ruimte in de stad, aan de andere kant omdat

14 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Voorwoord 15


Publieks-
Dit alles vormt het startpunt voor de structuur van de stad is mogelijk door bedrij-
Omgevingsvisie 2050. De verwachting is dat de venterreinen te ontwikkelen tot bruisende
groei van de stad zal doorzetten. Die groei moet stadsbuurten, zoals Haven-Stad, Schinkel-

samenvatting
opgevangen worden en vooral gelijker verdeeld. kwartier en de noordelijke IJ-oevers, en door in
Ook over de regio. Het besef dat Amsterdam de bestaande centra van Nieuw-West, Zuidoost
onderdeel is van een grootstedelijke regio, is en Noord flink te investeren in stedelijkheid.
meer dan ooit doorgedrongen. We hebben Verdichting en kwaliteit zijn de sleutelwoorden:
samenwerking nodig met de regio, maar ook met meer bewoners en ruimte voor bedrijvig-
het Rijk, om tot een betere stad uit te groeien. heid is er meer draagvlak voor winkels, horeca
Er zijn flinke investeringen nodig in infrastruc- en voorzieningen met uitstraling, zoals een
tuur, voorzieningen en stedelijk en landelijk theater aan de Sloterplas en een cultuurgebouw
groen. De grootste uitdaging is de overstap op het Buikslotermeerplein. De stadsdeelcentra
naar meer duurzaamheid, met andere energie- Osdorpplein, Amsterdamse Poort en Buikslo-
Amsterdam en de Amsterdammers beleven een spannende tijd. Jaren van snelle bronnen en een minder verspillende manier termeerplein zijn straks grootstedelijke stads-
groei zijn abrupt afgebroken door een ontregelende pandemie, die op de korte termijn van leven. De inrichting van stad en regio gaat centra met bijbehorende aantrekkingskracht,
voor onzekerheid zorgt. Tegelijk is er de voortdenderende trein van internationalisering wezenlijk veranderen. Deze plannen staan deels elk met een eigen gezicht: met meer kernen
en technologische ontwikkeling die maatschappelijke tegenstellingen verscherpt. al op de rol, een ander deel is nieuw. In de omge- krijgt Amsterdam meer smoel. Voor buurt-
Daarbovenop komt de noodzakelijke omschakeling vanwege de klimaatverandering en vingsvisie staat vooral de samenhang centraal en bewoners zijn deze veranderingen ingrijpend
klimaatbestendigheid. het kiezen van een koers naar 2050. omdat ‘hun’ buurt van karakter verandert,
daarom moeten ze transparant en in samen-
Deze omgevingsvisie komt daarom op het in het oog springend zijn de geëxplodeerde spraak uitgevoerd worden.
goede moment. Het stadsbestuur zet ermee de huizen- en huurprijzen, die het voor bewoners Graag groei, maar
lijnen uit naar 2050. Hoe richten we de stad in met een lager en middeninkomen en kleine onder voorwaarden: Meerkernigheid als streven geldt ook voor
ten behoeve van welvaart, welzijn en geluk van ondernemers lastig maken om een plek te vijf strategische keuzes de regio. De huidige spreiding van werkgelegen-
de Amsterdammers, regiobewoners en bezoe- vinden in de stad. Steeds duidelijker wordt dat Wereldwijd groeien steden. Steden hebben heid en voorzieningen is scheef in het nadeel
kers? Waar gaan we wonen en werken, hoe de status van Amsterdam als internationale aantrekkingskracht omdat ze bedrijvigheid, van de regio, met als gevolg grote vervoerstro-
komen we van A naar B, hoe zien de publieke metropool negatieve kanten heeft. Bijvoorbeeld wetenschap en creativiteit dicht bijeenbrengen men. De inzet is daar meer evenwicht in te
ruimtes eruit en welke plek is er straks voor vanwege de ontwrichting van de woningmarkt en zo innovatie stimuleren en kansen bieden brengen en de stedelijke kwaliteit van kernen als
groen? Bij de totstandkoming van deze visie door vastgoedbeleggingen en het gevoel van aan individuen. De stad moet kansen bieden aan Almere, Zaandam, Purmerend en Hoofddorp
waren veel Amsterdammers betrokken, en ontheemding bij sommige Amsterdammers iedereen. Om die reden omarmt Amsterdam te vergroten met voorzieningen zoals hoger
nu dit alles er ligt, wil het bestuur het gesprek door de snelle veranderingen. zowel nieuwe inwoners als nieuwe banen. Eco- onderwijs en culturele instellingen. Bovendien
met de stad voortzetten. En meer dan dat, de nomische vitaliteit is gewenst, niet in de laatste gaan Amsterdam en de regio zich naar elkaar
Amsterdammers worden uitgenodigd mee te Winst en verlies zijn ongelijk verdeeld. plaats vanwege de inkomsten en de banen. Maar richten door woningbouw en werkgelegenheid
doen met de uitvoering. Want dat is een van de Tegenover het centrum en de buurten erom- we willen ook ruimte bieden aan vernieuwing te concentreren rond de stations.
kernideeën van deze visie: de stad maken we heen, die succes (en overlast) meemaken, staan en een meer circulaire economie. De deur dicht-
samen. naoorlogse wijken die veel minder profiteren gooien onder het mom ‘de stad is vol’, verplaatst Groeien binnen grenzen
van de ontwikkeling van de stad. De verschil- de problemen naar de regio en bedreigt het De stad mikt op minimaal 150.000 wonin-
len tussen Amsterdammers zijn vergroot, niet open landschap. Groei een plek geven in de gen erbij voor 250.000 nieuwe inwoners in
Het startpunt, hoe staat alleen in inkomen, maar meer algemeen in mate stad is dus ook een verantwoordelijkheid. Om 2050, dat is een voortzetting van het groeitempo
Amsterdam ervoor? van kwetsbaarheid. Corona heeft die tegenstel- volledig profijt te trekken moet die groei wel van de afgelopen 10 jaar. Plus 200.000 nieuwe
Tien jaar geleden schreef Amsterdam een ling nog eens extra aan het licht gebracht – som- richting gegeven worden. Gezien de ambities en arbeidsplaatsen. Deze groei wordt aan voorwaar-
vergelijkbare visie voor de periode tot 2040. mige bevolkingsgroepen en sommige buurten de schaarste van ruimte en financiën maakt het den gebonden. Amsterdam wil dat de groei ener-
De groeiambities van toen zijn meer dan waar- blijken extra kwetsbaar. Tegelijk heeft corona het bestuur vijf strategische keuzes: Meerkernige zijds het sociale fundament van de stad versterkt
gemaakt, de voorziene toename van het aantal belang van de eigen wijk en buurt onderstreept. ontwikkeling, Groeien binnen grenzen, en anderzijds het draagvermogen van de planeet
inwoners en banen voor 2040 is nu al bijna Hoe internationaal ook, het succes van de stad Duurzaam en gezond bewegen, Rigoureus niet overschrijdt. Daarom mag de groei alleen
bereikt. Vooral dankzij de komst van internati- hangt nog altijd grotendeels samen met in hoe- vergroening en Samen stadmaken. plaatsvinden binnen de huidige stadsgrenzen.
onale bedrijven en bijbehorende kennismigran- verre inwoners zich thuis voelen. Ten slotte is de Op die manier versterken we de kwaliteit van
ten. De dienstensector groeide snel en door ver- afgelopen jaren duidelijk geworden dat ontwik- Meerkernige ontwikkeling bestaande buurten, kunnen we overal woningen
dubbeling van het aantal toeristen gold dat ook keling van de stad niet zonder goed beheer kan. Amsterdam is uit balans met één centrum en bedrijfsgebouwen verduurzamen en houden
voor horeca. Omdat investeringen in openbaar Van de openbare ruimte, maar ook van kades en waar alles op gericht is; een van de hoofddoelen we de kwetsbare landschappen open.
vervoer, publieke ruimte en groen achterbleven, bruggen. Het is een mega-operatie op zichzelf, van deze visie is een stad en regio te worden Groeien binnen de bestaande stad kan door
is de druk op de stad stevig toegenomen. Meest die de komende jaren veel van de stad zal vragen. met meer stedelijke kernen. Deze ingreep in de bedrijventerreinen om te bouwen tot gebieden

16 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Publiekssamenvatting 17


waar zowel gewoond als gewerkt wordt, zoals metro naar Schiphol en Hoofddorp, een door- de stad in de toekomst werken: in samenhang. keuzes zijn gemaakt op goede gronden, daarin
in Hamerkwartier en als grootste Haven-Stad. getrokken Ringlijn en metro’s, regiotreinen of In plaats van losse beleidsdoelen die van alle kleurt zich dit college, maar over goed en beter
Daarnaast is er ruimte voor groei in de naoor- snelbussen richting Almere, Zaanstad, Haar- kanten komen – eerst verkeer, dan werk, ver- valt te twisten. Het bestuur gaat de komende jaren
logse wijken van Nieuw-West, Zuidoost en lem en Hilversum. Aan de rand van de stad volgens energie en wie houdt de leefbaarheid en daarover graag verder met de stad in gesprek.
Noord, waar we op een slimme manier kunnen komen hubs waar de automobilist overstapt kwaliteit van de buurt in de gaten? –, worden Hoe de omgevingsvisie in de praktijk haar
verdichten. Bij het verdichten van buurten staat op snel openbaar vervoer of fiets. Hier worden ambities voortaan samengebracht. Dat vereist doorwerking zal krijgen, wordt uitgewerkt in een
een goede woonkwaliteit, met leefbare stra- ook goederen overgeslagen op klein en schoon richting geven, maar dat kan niet op detail. Het Uitvoeringsagenda omgevingsvisie Amsterdam.
ten en pleinen en veel plek voor ontmoeting, vervoer. Voor noodzakelijk autoverkeer wordt stadsbestuur gaat sturen op hoofdlijnen. De
voorop. Hoogbouw kan daarbij een middel zijn, de stad beter bereikbaar. principiële keuze daarbij is dat de regels zo wor-
maar gebouwen hoger dan 70 meter concentre- den dat naast de klassieke partijen als ontwik- Hoofdpunten van de vijf strategische keuzes
ren zich rond grotere stations als Bijlmer ArenA, Rigoureus vergroenen kelaars en woningcorporaties, Amsterdammers
Amstel, Zuid en Sloterdijk en langs het brede Verdichting wordt gecombineerd met ver- ook zelf aan de slag kunnen. We bieden daarmee • Meerkernige ontwikkeling
water van het IJ. groening van de stad. Daarbij is meer en vooral meer ruimte voor bewoners om individueel Van uitrol centrumgebied naar een meerkernige en meer diverse verstedelijking
Tegelijk wordt de stad ingericht op her- beter groen het doel, door minder verharding of in collectieven zoals coöperaties betaalbare - Regionale spreiding stedelijke voorzieningen en werkgelegenheid.
gebruik van materialen en grondstoffen en op en meer groen aan en op gebouwen. De stad huurwoningen te bouwen, voorzieningen te - Onderscheidende ontwikkeling Nieuw-West, Zuidoost en Noord.
een andere, meer zelfvoorzienende energieop- zal rigoureus vergroenen met meer en betere beheren, energie op te wekken, mee te doen met - Twee bruggen over het IJ en een regionaal fietsnetwerk.
wekking zoals stadsverwarming en zonne- en natuur door de hele stad. Straten en pleinen inrichting van de buurt of lokaal ondernemer-
windenergie. Dit maakt de strijd om de schaarse worden groen ingericht, straatstenen zullen schap. We onderzoeken de haalbaarheid van een • Groeien binnen grenzen
ruimte nog heviger, maar in de wetenschap dat wijken voor bomen en beplanting. Het autoluw gemeentelijk woningbouwfonds voor coöpe- Verdichting door complete en duurzame wijkontwikkeling
dicht op elkaar wonen op zichzelf duurzamer maken van de stad biedt daarvoor mede ruimte. raties waaruit Amsterdammers kunnen lenen - Ruimte voor 150.000 woningen erbij in complete buurten.
is, want efficiënter in alle opzichten. Schaar- Bouwen wordt natuurlijker door gevels en om hun plannen te financieren. Eigen initiatief - Verduurzamen bestaande buurten en woningen.
ste dwingt tot creatieve oplossingen, zoals het daken te vergroenen. Dit lukt alleen als Amster- is niet nieuw. Amsterdam heeft hier een traditie - Behoud van productieve bedrijvigheid in Amsterdam.
benutten van daken. In het landschap rond de dammers meedenken en meedoen. Vergroening in, van stadsstrand Blijburg tot de NDSM-werf, - Ruimte voor schone energie en duurzame initiatieven.
stad maken we ruimte voor windmolens. is ecologisch noodzakelijk, maar moet ook aan- om twee heel verschillende succesvolle voor- - Verduurzaming van de haven.
sluiten bij de wensen van de Amsterdammers. beelden te noemen.
Duurzaam en gezond bewegen Al het groen in straten, pleinen en parken De samenwerking betreft ook de regio • Duurzaam en gezond bewegen
In een verdichtende stad gaan we zuinig – Haven-Stad en de noordelijke IJ-oever krijgen en het Rijk. De afhankelijkheden zijn groot en Heel Amsterdam een ov-, wandel- en fietsstad
om met de schaarse ruimte. We zoeken plek eigen parken – zal ingericht worden op ont- worden alleen maar groter. Veel afstemming - Een leefomgeving die uitnodigt tot ontmoeting, spelen en bewegen.
om te bouwen, voor groen, voor verblijven, moeting, ontspanning en recreatie. Een ander is al georganiseerd, dat is niet het geval op de - Meer ruimte voor fietsers en voetgangers. Auto’s zijn te gast.
spelen en voor de fietser en de voetganger. Om belangrijk doel is tegengaan van hittestress schaal van de ‘agglomeratie’: het aaneengeslo- - Verkeerswegen (Gooiseweg, Lelylaan, Burg. Roëllstraat) worden groene
die reden moet de auto als ruimtegebruiker een en vergroten van het waterbergend vermogen ten gebied dat bestaat uit Zaanstad, Diemen, stadslanen begeleid door bebouwing.
stap terug doen. We hebben een drieledig doel: van de stad. Dat geldt ook voor de beroemde Ouder-Amstel, Amstelveen en Amsterdam, ter- - Schaalsprong metro- en treinnet en vervoerhubs om stad en rest van de
ruimte, schonere lucht en gezonder bewe- groene scheggen, de groene vingers die de stad wijl daar veel overlap ligt. Hier wordt nauwere regio te verbinden
gen. Nabijheid van voorzieningen is daarvoor in steken, inclusief Waterland. De kwaliteit van samenwerking onderzocht.
essentieel. Mede dankzij de verdichting krijgen deze landschappen gaat omhoog door omscha- • Rigoureus vergroenen
Amsterdammers hun voorzieningen, inclusief keling naar kringlooplandbouw, tegengaan Meedoen Een gezonde en klimaatbestendige leefomgeving voor mens en dier
park, in de eigen buurt op loop- of fietsafstand. van bodemdaling en herstel van biodiversiteit. Bij het maken van deze omgevingsvisie zijn - Openbare ruimte zo groen mogelijk inrichten.
Buurten en kernen worden verbonden door een De aansluiting van de scheggen op de nieuwe uiteenlopende groepen Amsterdammers gehoord. - Ontwikkeling parken (Hondsrugpark, Gaasperdakpark, Marineterrein,
netwerk van veilige fietsroutes en openbaar ver- kernen in Nieuw-West, Zuidoost en Noord Zij wezen, naast zaken als duurzaamheid, toe- Zuidasdokpark en NDSM-Oost).
voer. Nu nog drukke autostraten als Lelylaan en wordt verbeterd, waardoor langs de randen gankelijkheid, betaalbaarheid en ontmoeting, op - Groene routes en ecologische verbindingen.
Gooiseweg zijn straks aantrekkelijke stadslanen van de Amstelscheg, het Amsterdamse Bos en het belang om mee te kunnen bepalen hoe stad en - Investeren in het landschap: natuurontwikkeling, kringlooplandbouw,
die naast auto-ontsluitingsroute ook belangrijk de Noorder IJ-plas aantrekkelijke verblijfs- en buurt eruit gaan zien. Die betrokkenheid is essen- en ruimte voor sporten en bewegen.
zijn voor fiets en openbaar vervoer, en die op recreatieplekken ontstaan. De Tuinen van West tieel, want de stad maken we samen. De onstui- - Beschermen van rust- en ruigtegebieden (Oeverlanden, Bretten,
zichzelf prettige verblijfsgebieden worden met zijn daarvan een bestaand voorbeeld. Tegenover mige groei van het afgelopen decennium heeft Diemerbos)
winkels, horeca en culturele pleisterplaatsen. meer gebruiksgroen staat ook het beschermen voor vervreemding gezorgd, het gevoel de eigen
Dat alles gaat niet ten koste van bereikbaar- van rust- en ruigtegebieden in en rond de stad, buurt kwijt te raken. Meedoen geeft Amster- • Samen stadmaken
heid. Verdichting creëert draagvlak voor ov in zoals de Bretten en volkstuinparken. dammers de kans hun stad terug te nemen. Deze Richting geven op hoofdlijnen en ruimte bieden aan initiatief
de hele stad. Tussen stadsdelen komen nieuwe omgevingsvisie is belangrijk, want alle plannen en - Gelijkwaardige (digitale) informatiepositie bij planvorming.
aansluitingen, zoals de geplande twee bruggen Samen stadmaken ingrepen in de stad moeten zich hier op richten. - Buurtbatenovereenkomsten en buurtomgevingsvisies.
over het IJ, een Schinkelbrug en een fietsbrug Deze omgevingsvisie combineert ruim- Het stadsbestuur maakt in deze visie keuzes die - Grotere rol Amsterdammers bij beheer en ontwikkeling.
over de Amstel. De vervoerverbindingen telijke inrichting met doelen op groen, wonen, soms pijn zullen doen. Soms moeten bestaande - Ruim baan voor wooncoöperaties: naar 10% van de woningvoorraad
binnen de regio willen we verbeteren, met een werken, duurzaamheid, leefomgeving. Zo wil belangen en ruimtegebruikers inleveren. De in 2040.

18 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Publiekssamenvatting 19


Een
omgevingsvisie
voor Amsterdam
Wat is een omgevingsvisie? Als introductie op de inhoud lichten we hier kort de
“Als Amsterdam straks onder wettelijke context toe, gaan we in op de functie van de omgevingsvisie en beschrijven we
hoe dit omvangrijke document is opgebouwd.
water staat, boeit het niet
Wat is een omgevingsvisie?
hoeveel toeristen er komen Een omgevingsvisie is een langetermijnvi-

of dat het goed gaat met


sie op de ruimtelijke ontwikkeling van de stad,
die elke overheid opstelt in het kader van de

de economie. Onder water


Omgevingswet. Een omgevingsvisie is bindend
voor de overheid die haar opstelt, heeft betrek-

kun je niet wonen”


king op het grondgebied van die overheid en
moet integraal zijn. Dat betekent dat alle aspec-
ten van de fysieke leefomgeving in samenhang
Leerling Callandlyceum | Stadsdeel Nieuw-West worden bezien (energie, groen, water, flora en
fauna, wonen, economie, mobiliteit, milieu,
gezondheid, luchtkwaliteit, bodem, fysieke
veiligheid, cultuurhistorie, klimaatadaptatie,
gemengde wijken, ruimte voor sociale voorzie- Doelen van de invoering van de
ningen en ontmoeting). Omgevingswet:
• beter inzicht in wat op bepaalde plekken
De Omgevingswet, een nieuw wel en niet mag;
wettelijk kader • meer ruimte om lokaal besluiten te nemen;
De nieuwe Omgevingswet betekent een • snellere en uitvoerbare besluitvorming;
grote verandering in de regelgeving en het • meer samenhang in beleid, besluitvorming
beleid voor de fysieke leefomgeving. Met de en regelgeving.
wet, die naar verwachting in 2022 in werking
treedt, wordt het bestaande stelsel van ruim- De Omgevingswet betekent ook een
telijke regels volledig herzien. De invoering decentralisatie van verantwoordelijkheden van
van de wet is gekoppeld aan de introductie van Rijk naar gemeenten. Daarmee krijgt Amster-
een digitaal stelsel voor ruimtelijke plannen en dam de mogelijkheid om zelf invulling te
regels, en aan een andere manier van werken. geven aan deze doelen. En de omgevingsvisie
Bijgevoegd figuur verbeeldt de veranderingen speelt daarin een belangrijke rol. Ook is er een
op deze drie gebieden in samenhang en de sterke stimulans om de samenwerking tussen
intentie dat ze goed op elkaar aansluiten. overheden te verbeteren bij het uitvoeren van
gezamenlijke opgaven, omdat zowel Rijk,
provincies als gemeenten een omgevingsvisie
opstellen voor hun grondgebied.

20 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Een omgevingsvisie voor Amsterdam 21


Relatie met nationale en provinciale de doorgaande autoroute voor de metropool. vastgesteld, wordt deze integraal in deze visie
omgevingsvisies Net als het Rijk wijst de provincie het Noord- opgenomen.
De Omgevingsvisie Amsterdam 2050 zeekanaalgebied met de havengebieden van
houdt rekening met de kaderstellende visies die Amsterdam aan als locatie voor energietransitie Opbouw Omgevingsvisie
door het Rijk en de provincie Noord-Holland en circulaire economie. Amsterdam 2050
zijn en worden opgesteld: de Nationale Omge- Deze omgevingsvisie is opgebouwd uit
vingsvisie en de Provinciale Omgevingsvisie Functie van de Omgevingsvisie vier delen, die weer bestaan uit hoofdstukken.
Noord-Holland 2050. Amsterdam 2050 De delen kennen een eigen interne logica en
Voorliggende omgevingsvisie vormt voor structuur, maar staan inhoudelijk in nauw ver-
Het Rijk wijst in zijn Nationale Omge- het grondgebied van de gemeente Amster- band met elkaar.
vingsvisie (NOVI) vier prioriteiten aan: ruimte dam tot 2050 de leidraad voor de inrichting
voor klimaatadaptatie en energietransitie, een en ontwikkeling van de fysieke leefomgeving. DEEL 1 VISIE beschrijft de ontwikkeling
duurzaam en (circulair) economisch groeipoten- Het vormt voor de gemeente Amsterdam een van Amsterdam en de regio, de grote opgaven
tieel, sterke en gezonde steden en regio’s, en zelfbindend kader voor projecten, beleid en en de visie tot 2050. Centraal in de visie tot
een toekomstbestendige ontwikkeling van het programma’s die betrekking hebben op die 2050 staan vijf strategische keuzes: Meerker-
landelijk gebied. De kracht van Nederland ligt in fysieke leefomgeving. De omgevingsvisie geeft nige ontwikkeling, Groeien binnen grenzen,
een polycentrische netwerkstructuur. Stedelijke richting, maar is geen concreet investeringsplan Duurzaam en gezond bewegen, Rigoureus
en landelijke regio’s werken door het transport- waarvoor de middelen nu al beschikbaar zijn of vergroenen, en Samen stadmaken.
en mobiliteitsnetwerk complementair als één moeten komen. De omgevingsvisie vervangt na
systeem. De vier metropoolregio’s (Amsterdam, vaststelling door de gemeenteraad de huidige DEEL 2 WAAR behandelt de ruimtelijke
Rotterdam Den Haag, Utrecht en Eindhoven) Structuurvisie Amsterdam 2040. koers bij de visie van de stad als onderdeel van Landschappelijke
hebben daarbinnen de grootste aantrekkings- de regio en geeft per stadsdeel een beknopte uit- kwaliteit is voor de
kracht op internationale kennis, arbeid en Hierop zijn twee uitzonderingen: de werking en een adaptieve ontwikkelstrategie op aantrekkelijkheid
kapitaal. De Amsterdamse metropoolregio is Hoofdgroenstructuur en het hoogbouwbeleid, hoofdlijnen. Hier zijn de regionale visiekaart en van de stad steeds
herkenbaar als internationaal zakencentrum en die integraal opgenomen waren in de structuur- het ruimtelijk beeld van de stad en agglomeratie belangrijker.
toeristische trekpleister, met Schiphol als scha- visie. Deze blijven van kracht tot vervangend opgenomen. Deze zijn als ruimtelijk-program- Landschap speelt
kel naar alle continenten. Deze regio kent een beleid is vastgesteld. matisch kader uitgewerkt in een serie kaarten. ook een hoofdrol in
complexe verstedelijkingsopgave die samenvalt het klimaatbestendig
met meerdere nationale belangen. Het havenge- De Gemeente Amsterdam wil met een DEEL 3 WAT geeft een overzicht van het maken van de regio.
bied van Amsterdam is bijvoorbeeld essentieel brede blik sturen. Deze omgevingsvisie heeft Amsterdamse beleid voor de leefomgeving.
voor de omslag naar een niet-fossiele, circulaire daarbij een drieledige functie: Per sectoraal thema geven we aan welke nieuwe
economie. • richting geven aan groei; richtingen verkend moeten worden.
• versnellen van transities;
De omgevingsvisie van de provincie • ruimte bieden aan initiatieven. DEEL 4 HOE gaat over de doorwerking
Noord-Holland richt zich op een goede balans van de omgevingsvisie. Dit deel agendeert
tussen economische groei en leefbaarheid. De omgevingsvisie bouwt voort op eerder veranderopgaven voor onze organisatie en in
Amsterdam ziet ze als de kernstad van een ste- geformuleerde beleidsinzetten, maar formuleert de samenwerking met samenleving, markt en
delijk systeem van grotere en kleinere kernen: op een aantal punten een aangepaste ruimtelijke andere overheden die nodig zijn om de visie uit
een metropool in ontwikkeling. De opgave koers. Die is gericht op het tegengaan van nega- te voeren. Deel 4 eindigt met een korte toelich-
is om hierbinnen de agglomeratiekracht te tieve effecten op kansengelijkheid en leefbaar- ting op de omgevingseffectrapportage (o.e.r.).
vergroten door sterkere samenhang. Via bin- heid, op het verduurzamen van de stad en op Deze rapportage is parallel aan de omgevings-
nenstedelijke verdichting op goed bereikbare herstel en vernieuwing van de economie. visie ontwikkeld. Het omgevingseffectrapport
plekken, het aanpassen van het mobiliteitssys- vormt een aparte bijlage bij de omgevingsvisie.
teem en het versterken van het landschap door Op termijn, maar niet eerder dan 2022, Deze is via omgevingsvisie@amsterdam.nl op
toevoeging of verandering van functies. Nieuwe zullen Weesp en Amsterdam één gemeente te vragen.
woningen worden in de visie van de provincie vormen. De ambtelijke organisaties zijn op 1
liefst zo dicht mogelijk bij grote werkloca- juni 2019 gefuseerd. Tot die tijd blijft Weesp
ties gerealiseerd, waar mogelijk in gemengde een zelfstandige gemeente en maakt ze een
woon-werklocaties. Het grootstedelijk ov-sys- eigen omgevingsvisie. Daarom doet deze
teem wordt de ruggengraat van deze metropool omgevingsvisie nog geen uitspraken over het
in ontwikkeling. Door het omleiden van verkeer grondgebied van Weesp. Nadat de gemeen-
dat niet in de centra hoeft te zijn, wordt de A9 teraad van Weesp zijn omgevingsvisie heeft

22 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Een omgevingsvisie voor Amsterdam 23


De schoonheid
van Amsterdam

Deze omgevingsvisie is de achtste in een reeks wettelijk verplichte stadsbrede het project. We zoeken naar een goede balans
ruimtelijke plannen, waarvan het Algemeen Uitbreidingsplan (AUP) uit 1934 de eerste tussen richting geven als overheid en ruimte
was. Amsterdam kent een lange traditie van zorgvuldig en integraal bouwen aan de stad, bieden aan de samenleving. Het sturen op kwa-
die teruggaat tot het ontstaan van onze stad als nederzetting rondom een dam in het liteit en het maatschappelijk initiatief mogelijk
veenriviertje de Amstel. Vanaf het allereerste begin is de vorm van de stad en de manier maken. De geschiedenis van Amsterdam en de
waarop de stad groeit verweven met de waterhuishouding en het landschap. bestaande kwaliteiten van de stad vormen daar-
bij een bron van inspiratie.
De schoonheid van onze stad ligt besloten grootschaliger regionaal plannen. Als gevolg
in het op harmonieuze wijze bijeenbrengen hiervan is een scheiding ontstaan tussen het Deze omgevingsvisie geeft met een steden-
van water, openbare ruimte, groen en bebou- sturen op stedenbouwkundige en architecto- bouwkundig ruimtelijk en programmatisch
wing. Amsterdam is als stad gebouwd op basis nische kwaliteit in de individuele plannen – de kader richting aan samenhang en evenwichtige
van een reeks opeenvolgende plannen. Van de projecten – en het ordenen van de stad en de ontwikkeling van de stad. De invulling op het
vier stadsuitleggen in de zeventiende eeuw, regio – het structuurplan. De stadsbrede struc- niveau van het gebied, het project en de buurt
via de negentiende-eeuwse gordel, de plannen tuurplannen voor Amsterdam zijn sinds het is echter van minstens even groot belang. Hoe
Zuid en West van Berlage en de tuindorpen in AUP dan ook steeds minder stedenbouwkundig Amsterdam daarbij terug kan grijpen op de tradi-
Noord, de naoorlogse wijken in Nieuw-West, van aard en steeds meer planologisch. tie van bouwen aan schoonheid, eigenheid en har-
Buitenveldert, Zuidoost en Noord tot de Aker, monie zullen we de komende jaren onderzoeken.
Nieuw-Sloten en IJburg. De opeenvolgende Met deze omgevingsvisie maakt Amster-
plannen werden vanaf de vroege zeventiende dam tot 2050 ruimte voor de grootste groeispurt In 2025 bestaat Amsterdam 750 jaar. Het
eeuw tot in de jaren 70 van de 20e eeuw in in zijn bestaan. In 30 jaar tijd kan onze stad met is een mooie aanleiding om naar de toekomst te
schaal steeds groter. Het behouden van de 250.000 inwoners groeien tot bijna 1,1 miljoen, kijken. Onderdeel van het programma Amsterdam
samenhang tussen water, groen, openbare terwijl het aantal inwoners van de metropoolre- 750 is een Nieuwe Kaart van de metropoolregio,
ruimte en bebouwing en de ordening van func- gio van 2,5 miljoen tot meer dan 3 miljoen stijgt. waarvoor deze omgevingsvisie een belangrijke
ties vroeg dan ook om steeds meer rigide sturen Wat voor gebouwde stad zullen wij nalaten? De bouwsteen is.
op kwaliteit. Dit was mede mogelijk dankzij ambitie zou niet minder hoog mogen zijn dan in  
een zeer dominante rol van de overheid in de de eerste van de stadsbrede structuurplannen,
ruimtelijke ordening en het bouwen aan de stad het AUP. De manier waarop we nu aan de stad
vanaf het begin van de 20e eeuw. bouwen is echter onvergelijkbaar met 1934. De
vraag die destijds gesteld werd, hoe “Amsterdam
Sinds de jaren 70 heeft de Amsterdamse zich in de toekomst zal kunnen ontwikkelen tot
groei door uitbreiding geleidelijk plaatsgemaakt een goed-geoutilleerde en tevens schoone stad”,
voor een groei door inbreiding: transformatie en vraagt dan ook om een nieuw antwoord.
verdichting van de bestaande stad. Daarmee is
de schaal van individuele plannen weer kleiner De komende jaren zullen we in het stads-
geworden. Tegelijk vraagt de manier waarop de ontwerp een brug moeten slaan tussen de grote
stad als onderdeel van de regio groeit juist om schaal van de metropool en de kleine schaal van

24 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool 750 jaar bouwen aan stedelijke kwaliteit 25
26 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 27
Deel I
Visie

Amsterdam in de wereld 30
Ideeën en zorgen vanuit de stad, voor de stad 40
Amsterdam naar 2050 42
Vijf strategische keuzes 49

Dit deel begint met een beschrijving van de belangrijkste maatschappelijke trends en
grote opgaven voor Amsterdam en de metropoolregio. Daarna presenteren we de visie op
Amsterdam in de regio. Aan de hand van vijf strategische keuzes laten we zien hoe we op
ruimtelijk gebied richting geven om daarmee ruimte te bieden aan Amsterdammers en pro-
fessionele partners om mee te bouwen aan Amsterdam. De visie wordt verder uitgewerkt in
de hierop volgende delen over de ruimtelijke uitwerking in Deel II WAAR, over de beleids-
agenda voor een complete stad in Deel III WAT en in de doorwerking van de omgevingsvisie
in Deel IV HOE.

“Geef de straat weer een beetje


terug aan de mensen die op
straat leven door vriendelijk
ontwerp van de openbare
ruimte, bankjes waar je op kunt
liggen, plekken waar je samen
kan komen”
Patrick Roegiers | Stadsdeel Centrum

28 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 29


1
het einde van de vorige eeuw wordt duidelijk Dat betekent dat de groei van inwoners, werk-
dat het beslag dat we op de planeet leggen tot nemers en bezoekers grotendeels opgevangen is
uitputting van natuurlijke hulpbronnen leidt, door dezelfde voorzieningen en infrastructuur

Amsterdam
en onherstelbare schade aanricht in ecosyste- als tien jaar geleden. De druk op de stad liep
men waarvan we als mensen afhankelijk zijn. hierdoor merkbaar op.
Globalisering betekent ook een steeds nauwere

in de
verwevenheid van steden, landen en wereldde- De groei heeft een grote impact op de
len, met als gevolg een grotere kwetsbaarheid. inwoners en de leefkwaliteit in de stad. De
De impact van het coronavirus op alle aspecten ruimte wordt steeds schaarser. Dit heeft snelle

wereld
van onze samenleving legt dit haarscherp bloot. prijsstijgingen van woningen als gevolg gehad.
Deze internationale crisis brengt tegelijk een Kwetsbare groepen Amsterdammers profite-
herwaardering voor de directe leefomgeving ren lang niet altijd mee van het succes van de
met zich mee. Duidelijk wordt hoe belangrijk stad. Het toegenomen aantal bezoekers heeft
de kwaliteit van buurten en de kracht van lokale zeer negatieve gevolgen voor de leefbaarheid
Amsterdam is de kernstad van een snelgroeiende metropoolregio. Groei en transitie- netwerken zijn. in sommige delen van het centrum. Dit alles
opgaven vragen in toenemende mate om samenwerking op regionale en landelijke schaal. heeft consequenties voor de open en tolerante
Tegelijk is de kwaliteit van de directe leefomgeving juist belangrijker geworden. De roep Toenemende ongelijkheid houding van Amsterdammers, en hoe zij de stad
om meer zeggenschap over de eigen stad, buurt en straat wordt steeds luider. Deze De opkomst van de stedelijke kenniseco- beleven.
omgevingsvisie moet handvatten bieden voor het opereren in het spanningsveld tussen nomie heeft de afgelopen jaren tienduizenden
grote en kleine schaal, tussen beleid voor de korte termijn en keuzes en grote investeringen nieuwe banen gecreëerd in Amsterdam. Maar De oplopende druk op de schaarse ruimte
voor de lange termijn, tussen de noodzaak ruimtelijk richting te geven en de wens tegelijk tegelijk is de sociaal-economische ongelijkheid valt samen met nieuwe en urgente opgaven. De kwaliteit van de stad, de ruim-
ruimte te bieden aan initiatief uit de samenleving. In dit hoofdstuk blikken we terug op de toegenomen en is kansenongelijkheid groter Voorbeelden zijn de toenemende sociaal- telijke opbouw en de inrichting
ontwikkeling van Amsterdam de afgelopen tien jaar en duiden we een aantal achterliggende geworden. We constateren dat de kernstad en economische en ideologische verschillen in de van de openbare ruimte is van
ontwikkelingen en trends: klimaatverandering, digitalisering, metropoolvorming, de rest van de regio als het gaat om economische samenleving, de snelle technologische ontwik- grote invloed op de wijze waarop
ontwikkelingen in de samenleving en de manier waarop we de stad maken. dynamiek en bevolkingssamenstelling uit elkaar keling en de vergrijzing. Allemaal hebben ze netwerken van mensen er gebruik
groeien. Terwijl in Amsterdam en Haarlemmer- impact op de leefomgeving. De meest funda- van maken. Niet alle omgevingen
Terugkijken op de afgelopen tien jaar Het succes van aantrekkelijke meer het aantal banen explosief groeide, bleven mentele nieuwe opgave vloeit echter voort uit nodigen in dezelfde mate uit tot
Sinds 2010 kende Amsterdam een peri- steden en de keerzijde andere delen van de metropoolregio achter. Ver- de verandering van het klimaat en de noodzaak ontmoeting en uitwisseling. De
ode van snelle groei. Per jaar heette de stad De groei en internationalisering van schillen tussen buurten binnen de stad namen lokaal invulling te geven aan de energietransitie kwaliteit van het publieke leven is
ruim 11.000 nieuwe Amsterdammers welkom. Amsterdam past in een wereldwijde beweging, toe en de steeds hogere huizenprijzen maak- en de circulaire economie. een van de redenen waarom juist
Tegelijk met het aantal inwoners groeiden waarbij aantrekkelijke metropolen zich ontwik- ten het voor lagere en middeninkomens bijna vooroorlogse stadsdelen in Amster-
de werkgelegenheid en het aantal bezoekers kelen tot brandpunten van de kenniseconomie. onmogelijk om een plek in de stad te bemach- dam zo populair zijn.
explosief. De stad internationaliseerde in een De afgelopen decennia groeide de economie tigen. Daarnaast neemt de bereikbaarheid van
ongekend tempo. De instroom van talent uit van kennisintensieve steden zoals Amsterdam werk voor velen af en de reisafstand toe, terwijl
binnen- en buitenland, de opkomst van de daardoor hard. Amsterdam is aantrekkelijk als investeringen in vooral openbaar vervoer ach-
techsector, de vestiging van EMA en groei van ontmoetingsplek, internationaal verbonden. De terblijven bij de groei van inwoners en banen.
toonaangevende bedrijven waren onderdeel clustering van innovatieve en gespecialiseerde
van die internationalisering. Het succes kwam bedrijven komt voort uit het feit dat personeel Druk op de stad
niet uit de lucht vallen: decennia van investeren graag werkt in een aantrekkelijke, levendige De toename van bevolking, arbeidsplaat-
in kwaliteit van buurten, voorzieningen en de omgeving waar veel passende banen zijn. sen en bezoekers in Amsterdam verliep sinds
openbare ruimte, het open en tolerante karakter Omgekeerd trekken bedrijven in de verbonden 2010 veel sneller en was groter dan voorzien.
van de bevolking en het goede investeringskli- wereldeconomie naar de plekken waar het beste In de Structuurvisie Amsterdam 2040 uit 2011
maat droegen alle bij aan de aantrekkelijkheid personeel is. In steden leren mensen van elkaar. was de voorspelling dat Amsterdam in 2040
van Amsterdam. De stevige internationale De kans dat zich een mogelijkheid voordoet om 860.000 inwoners zou tellen. Dat aantal is in
positie van Amsterdam vloeit voor een groot te leren van anderen is nu eenmaal groter op 2019 bereikt. Het aantal arbeidsplaatsen en
deel voort uit deze lokale kwaliteiten. Hoewel plekken waar veel verschillende mensen samen bezoekers is zelfs nog sneller gegroeid dan het
de coronacrisis steden als Amsterdam econo- werken en wonen. Hoe groter en gevarieerder aantal inwoners, terwijl die groei in 2011 hele-
misch harder raakt dan veel andere landsdelen, de steden, hoe sterker de leereffecten, innovatie maal niet voorzien werd. Tegelijk moeten we
is de uitgangspositie van Amsterdam daarom en welvaartsgroei zijn. constateren dat de meeste van de grote inves-
onverminderd sterk. teringen in openbare ruimte, groen, stedelijke
Globalisering brengt daarbij voor steeds voorzieningen en infrastructuur, die bij de
meer mensen materiële welvaart. Maar sinds structuurvisieambitie hoorden, niet zijn gedaan.

30 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 31


Amsterdam in het energievoorziening en afvalverwerking. Dit Desondanks is het lastig gebleken uithollende
antropoceen betekent een extra ruimtevrager waar we in processen als bodemdaling, afname van bio-
De invloed van de mensheid op de pla- de verdichtende stad rekening mee moeten diversiteit en versnippering te stoppen.
neet neemt steeds verder toe. De in Amster- houden. Het opwaarderen van grondstoffen,
dam geboren Nobelprijswinnaar Paul Crutzen lokale productie, het opslaan van energie vraagt Gezamenlijke opgaven
opperde als eerste de term ‘antropoceen’. De om milieuruimte. Dat betekent dat mengen van Binnen de metropoolregio wordt de band
invloed van de mens is vergelijkbaar met een deze activiteiten met wonen en werken niet met onze buren in de agglomeratie Amsterdam
geologische kracht en de effecten van onze vanzelfsprekend is. sterker. Zij hebben de afgelopen jaren duizen-
soort op de planeet zullen over honderdduizen- den woningen gebouwd, grotendeels voor de
den jaren nog voelbaar zijn. De aantasting van Amsterdamse vraag. Verscheidene grote pro-
het milieu heeft een steeds directer en door- Metropoolvorming jecten staan nog op stapel. Vaak liggen ze dicht
dringender effect op onze leefomgeving. De De ontwikkeling van onze stad is meer tegen onze gemeentegrens aan. Ruimtelijk raakt
coronacrisis maakt dat duidelijk. Een besmette- dan ooit verbonden met die van de rest van het aaneengesloten stedelijk gebied van Amster-
lijk virus springt op een markt over van dier op de regio en heel West-Nederland. Amsterdam dam, Zaanstad, Amstelveen, Ouder-Amstel en
mens en in enkele maanden tijd wordt de hele bleek de afgelopen jaren een belangrijke trekker Diemen vervlochten. In de groene scheggen
wereld er door geraakt. De klimaatcrisis ver- voor mensen, instellingen en bedrijven uit het Amstelscheg, Amsterdamse Bos, Diemerscheg
loopt langzamer, maar is bedreigender en fun- buitenland. Amsterdam is sterk in de sectoren en Waterland is de recreatieve druk toegeno-
damenteler. Amsterdam ligt op een kwetsbare cultuur, creatieve industrie en media, fintech, men. Het maakt groei, beheer van groen, land-
plek. Zeespiegelstijging, droogte en extreme ICT en lifesciences. Veel Nederlandse bedrijven schap en water en aanleg van infrastructuur tot
neerslag en een dalende bodem bedreigen op groeiden in onze stad uit tot wereldspelers. Als een gezamenlijke opgave die vraagt om nauwe
langere termijn de bewoonbaarheid van heel gezegd houdt de Amsterdamse bevolkings- samenwerking binnen de agglomeratie.
laag Nederland. groei de toename van de werkgelegenheid niet
bij. Werknemers van Amsterdamse bedrijven Tegelijk ontstijgt de invloedssfeer van
Lokaal zijn de effecten van klimaatveran- wonen dan ook in de hele metropoolregio en ver Amsterdam het schaalniveau van de metropool-
dering al voelbaar: Nederland maakte in 2020 daarbuiten. Ook Amsterdammers en nieuwko- regio. Een toenemend aantal van de Amster-
alweer een ongebruikelijk lange hittegolf mee, mers op zoek naar een groter of betaalbaar huis damse banen wordt ingevuld door inwoners Amsterdam en de rest van de metropoolregio Nieuwbouw van
grote delen van ons land kampen met structu- zoeken hun heil vaak buiten de stad. De druk van grote en middelgrote steden op afstand, en enkele grotere steden bestaat, is in de ver- woningen in de
rele droogte en extreem weer trekt een zware op de schaarse ruimte in de stad en de stijgende zoals Rotterdam, Zwolle en Den Bosch. Ook houding tussen de hoofdstad en andere delen Houthavens.
wissel op de leefbaarheid van dichtbebouwde prijzen leiden daarnaast tot een verdringing de relatie met andere Europese metropolen is van Nederland minder evident. Voor sommige Sinds 2010
steden. Er is terecht reden tot grote zorg en van bedrijven en functies die (milieu)ruimte sterker geworden. Dat vraagt weer om samen- regio’s lijkt Amsterdam eerder een magneet die verrezen de
somberheid. De doelstelling de opwarming van nodig hebben. Distributie en opslag, industrie werking met het Rijk en de provincies. Lokale, talentvolle mensen wegtrekt en bovendien een meeste nieuwe
de aarde tot 1,5 graad te beperken raakt steeds en grondstoffenverwerking, duurzame ener- regionale en (inter)nationale belangen vallen stad die weinig gevoelig is voor wat er elders in woningen
verder buiten beeld. Wellicht bereiken we het gieopwekking, datacenters en groothandels niet altijd vanzelfsprekend samen. Zo zijn snelle het land speelt en wat er gedacht wordt. Toch direct rond het
moment van 1,5 graad opwarming al vlak na zijn onmisbaar voor Amsterdam. Ze zijn echter verbindingen tussen de centra van de grote horen Amsterdam en Nederland bij elkaar. We centrum.
2030 en van 2 graden nog voor 2050. Dat is nog steeds vaker aangewezen op een plek buiten steden belangrijker geworden. Maar snelle inter- hebben elkaar nodig. Denk alleen al aan innova-
binnen de horizon van deze omgevingsvisie. de stad. city’s en internationale treinen concurreren op tie, energie, voedsel, de doorvoer van goederen,
Het overschrijden van de tweegradengrens zal het spoor met lokale en regionale treinen. Een recreatie, natuur, waterveiligheid en defensie.
leiden tot onbeheersbare wereldwijde klimaat- De concentratie van werkgelegenheid en Amsterdamse inzet op autoluw en meer kwa-
problemen, zoals hitte, droogte, overstromin- publieksvoorzieningen en gelijktijdige sprei- liteit in de openbare ruimte staat op gespannen
gen, misoogsten, en klimaatvluchtelingen. ding van inwoners en stadsverzorgende func- voet met de bereikbaarheid van de stad vanuit Mensen maken de
ties, betekent dat Amsterdam en de andere delen andere delen van de regio, waar de auto nog metropool
Een toekomstbestendig Amsterdam van de metropoolregio meer van elkaar afhan- altijd het belangrijkste vervoermiddel is. Vaak kijken we naar steden als een
overschrijdt de draagkracht van de planeet niet. kelijk worden. Deze integratie van de kernstad verzameling van gebouwen en infrastructuur.
Feit is dat we op dit moment al ver boven onze met de omliggende gemeenten is kenmerkend Samen maken we de stad, de regio en het Maar een stad bestaat allereerst uit mensen.
stand leven. Alleen al het aanpassen van de voor groeiende metropolen. land. Niet alleen binnen de metropoolregio en De inwoners uiteraard, maar ook mensen die er
bestaande stad aan klimaatdoelen en extremer niet alleen binnen de Randstad. De Amster- dagelijks komen om te werken, te studeren of
weer stelt ons voor enorme opgaven en kosten. Het landschap heeft niet direct van de groei damse economie profiteert bijvoorbeeld van wekelijks om te winkelen of uit te gaan. Men-
Op termijn is een omschakeling op een gro- geprofiteerd, hoewel de waarde ervan buiten de link met het hightech-cluster rond Eindho- sen die er eenmalig en kortstondig op bezoek
tendeels circulaire samenleving noodzakelijk. kijf staat. Voor de leefkwaliteit, maar ook voor ven, met universiteitssteden als Wageningen, zijn. Voor al deze mensen is de stad onmisbaar
Dit heeft grote gevolgen voor de leefomgeving biodiversiteit en voor opgaven als het bufferen Enschede en Groningen en hun specialistische als plek om sociaal en persoonlijk te groeien,
en de wijze waarop de stad zich ontwikkelt. van water, de productie van gezond en onderzoeksinstituten en startende ondernemin- om je economisch te ontplooien, om te ont-
In de circulaire stad is meer ruimte nodig voor duurzaam voedsel en schoon drinkwater. gen. De sterke afhankelijkheid, zoals die tussen spannen en je te laten inspireren. Iedereen in

32 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 33


de stad is onderdeel van een groter netwerk van Het belang van de directe Amsterdam is op Europese schaal
mensen. Soms heel lokaal in een woongebouw, leefomgeving onderdeel van een netwerk van
een straat of buurt. Soms juist internationaal, In Amsterdam is een tegenstelling ontstaan economisch succesvolle steden.
in een bedrijf, een kennisinstituut of als lid van tussen het centrum, binnen de A10 en ten zui-
een over verschillende landen uitgewaaierde den van het IJ, en stadsdelen daarbuiten. In de
familie. Soms langdurig, soms kort. Het is deze binnenstad is de druk van het toerisme op veel
veelheid aan netwerken, de uitwisseling die plekken zodanig dat inwoners zich niet meer
er tussen mensen plaatsvindt, die de essentie thuis voelen en Amsterdammers er niet meer
vormt van een stad. Een robuust vitale stad komen, elders binnen de ring herkennen men-
is rijk aan netwerken van verschillende aard, sen hun buurt soms niet meer door de komst
die bovendien op verschillende schaalniveaus van zoveel nieuwe bewoners en voorzieningen.
functioneren. Zo’n stad biedt de meeste kansen Er klinkt hier een steeds luidere roep om meer
op ontwikkeling aan mensen en is bovendien als balans. In andere delen van de stad leidt een
bron van innovatie en inspiratie onmisbaar in de bijna omgekeerde situatie evenzeer tot ver-
hedendaagse economie. vreemding. In sommige delen van Nieuw-West,
Zuidoost en Noord is de leefbaarheid onder druk
Continuïteit en vernieuwing komen te staan. Hier dreigt het draagvlak voor
Amsterdam is als internationaal geori- de buurteconomie en voorzieningen weg te val-
ënteerde stad bij uitstek een plek waar veel len. De bevolkingssamenstelling is er eenzijdig. Op regionale schaal is sprake van
netwerken samenkomen. Dat was vroeger zo Isolatie en gebrek aan gevarieerd straatleven kan een sterke functionele integratie
dankzij de haven en de goede verbindingen met deze buurten sociaal onveilig maken. Bewoners tussen Amsterdam en de regio.
de rest van ons land en het heeft dankzij het zijn te vaak op andere buurten aangewezen Dat noemen we metropoolvorming.
internetknooppunt AMS-IX in de Watergraaf- voor hun voorzieningen. Hier vragen bewoners Het vraagt om een gezamenlijke inzet
smeer een nieuwe invulling gekregen. Amster- juist om meer dynamiek en meer reuring. Maar op woningbouw, werkgelegenheid,
dam is wereldwijd verbonden en is steeds meer wat de opgave ook is, in de hele stad is de wens openbaar vervoer, energie en
onderdeel geworden van bewegingen die de hele hoorbaar beter betrokken te worden en is er een groen.
planeet omspannen. Tegelijk is het op het lokale vraag naar meer ruimte voor eigen initiatief.
niveau, dat van de buurt en de straat, van de
sportvereniging, de buurtschool of de koffiebar, Belangrijk is dat we ruimte blijven geven
waar de stad zichzelf is. Hier dragen mensen de aan Amsterdammers om zich te ontplooien.
cultuur die Amsterdam een unieke en aantrek- Mensen trekken naar de stad om onderdeel te
kelijke plek maakt: vrijzinnig, activistisch en zijn van het stedelijk leven. Om mensen te ont-
open naar de wereld. moeten, voor werk, om kennis en ervaring uit te
wisselen en om zich te laten inspireren door de
Amsterdam blijft zichzelf terwijl de stad energie en cultuur van de stad. Tegelijk moet het
steeds verandert. Er is continuïteit in vernieu- een veilige plek zijn om te leven, zeker ook voor
wing, waarbij nieuwe mensen en ideeën, leef- kwetsbare groepen als kinderen en ouderen en Amsterdam en de buurgemeenten
stijlen en culturen hun invloed hebben op de mensen met een beperking. Voor hen zijn lokale vormen een handvormige agglomera-
stad, maar de grondtoon van de stad toch altijd netwerken en voorzieningen belangrijk om mee tie. De bebouwde ‘lobben’ steken als
herkenbaar is. Veel mensen zijn slechts voor te kunnen doen. Alleen dan is Amsterdam ook vingers aan een hand het omringende
korte tijd in onze stad. Als bezoeker, als student een menselijke metropool landschap in. Dat landschap dringt via
of als tijdelijke werknemer. Die vluchtigheid groene wiggen, de ‘scheggen’, juist
hoort bij de stad. Maar een vruchtbare relatie Veiligheid en ondermijning diep door in de stad. De agglomeratie
tussen jezelf blijven en tegelijk openstaan voor De criminaliteitsproblemen in Amsterdam bestaat uit stadsdelen en gemeenten
wat van buiten komt, vraagt om balans. Een zijn groot. De afgelopen jaren is de stad meer- met een duidelijke eigen identiteit.
goede verhouding tussen onderdeel zijn van malen opgeschrikt door het geweld dat hiermee Ze zijn onderling verbonden met
mondiale bewegingen van mensen, ideeën, gepaard gaat. Er is geen gemakkelijke oplossing openbaarvervoerlijnen en een
informatie en goederen en tegelijk mensen de voor deze problematiek. Criminaliteit zal in een netwerk van straten en groene routes.
kans geven lokaal te wortelen. grote liberale en internationaal open stad nooit
helemaal verdwijnen. Maar de overheid moet
zich stevig weren tegen het ondermijnende
effect van criminaliteit. Daarbij is een bewust-

34 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 35


zijn van de voedingsbodem voor criminaliteit blijven ontwikkelen, gezien de aanhoudende Amsterdam heeft daarmee een stedelijke aan al die nieuwe inwoners of accepteren we
belangrijk en hoe je die op termijn kunt weg- welvaartsgroei in Azië. Dat betekent dat we economie die sterk lijkt op die van andere wes- dat woningbouw voornamelijk buiten onze
nemen. Wijken met een sterke concentratie rekening moeten houden met groei van onze terse metropolen. Een internationaal georiën- gemeentegrenzen zal plaatsvinden? Hoe gaan
van kwetsbare groepen en weinig perspectief stad. Tegelijk worden de opgaven ten aanzien teerde, specialistische dienstensector en een we om met de inefficiënte benutting van de
zijn zo’n voedingsbodem. Kansenongelijkheid van klimaat en energie met het jaar groter. En zeer omvangrijke ondersteunende service-eco- verkeersinfrastructuur door te eenzijdige
en segregatie versterken die voedingsbodem. we moeten alert zijn op technologische ontwik- nomie. zware spitsbelasting, de kwalitatieve achteruit-
Dat vraagt blijvende aandacht voor vitale en keling en digitalisering en de effecten daarvan Banen voor het middenkader zijn schaarser gang van de groene landschappen rondom de
gemengde wijken, waar voor jongeren de kans op economie en samenleving. geworden, terwijl nog meer dreigen te verdwij- stad, met de toenemende sociaal-economische
krijgen zich te ontwikkelen en mee te doen. nen door automatisering en outsourcing. Dit verschillen en kansenongelijkheid binnen de
Meer diversiteit en grotere economisch profiel wordt weerspiegeld in de stad en de hele regio?
verschillen veranderde bevolkingssamenstelling. Amster-
Naar een onzekere Direct voorafgaand aan de coronacrisis dam biedt steeds minder plek aan mensen met Transities als opgave
toekomst versnelde de groei van Amsterdam. De trek van een middeninkomen. Dat heeft naast woon- Al deze vragen geven aanleiding om de
Vanaf maart 2020 sloeg snelle groei in inwoners vanuit de stad naar buiten was dan voorkeuren ook te maken met de samenstelling ruimtelijke ordening van de stad en de metro-
enkele maanden om in stagnatie en krimp. Nog ook geen bewijs van een afnemende aantrek- van de woningvoorraad, die vooral bestaat uit poolregio opnieuw te overdenken. Verdere groei
meer dan tijdens de economische crisis van kelijkheid van de stad. De meeste van hen alleen voor lage inkomens toegankelijke sociale van Amsterdam kunnen we niet langer opvan-
2008 maakt corona duidelijk hoe kwetsbaar bleven ook in de metropoolregio. De stroom huur (2019: 51%) en voor middeninkomens gen met alleen beter benutten. Metropool-
Amsterdam is voor internationale ontwikkelin- naar buiten werd juist veroorzaakt door de onbetaalbare, dure huur- en koopwoningen vorming vereist een regionale inbedding van
gen. Verhoudingsgewijs is een groot deel van de nog grotere instroom naar de stad. Dit betrof (2019: 34%). Dit betekent echter dat bijvoor- een stedelijke visie. Diverse transities brengen
Amsterdamse economie conjunctuurgevoelig. hoofdzakelijk buitenlandse migratie van relatief beeld politieagenten, leraren en zorgverleners, geheel nieuwe ruimteclaims en inrichtingseisen
Steden als Amsterdam Het feit dat Amsterdam en andere grote steden jonge mensen. Achter de bevolkingsgroei van die voor het functioneren van de stad onmis- met zich mee: klimaatverandering, deelmobi-
bestaan om mensen harder door de coronacrisis getroffen werden, Amsterdam in 2019 met bijna 10.000 inwoners baar zijn, moeilijk een woning kunnen vinden. liteit, de circulaire economie, schone energie,
bij elkaar te brengen. geeft extra aanleiding na te denken over de gaat een veel grotere dynamiek schuil. 50.000 Het betekent ook dat wooncarrière maken in gezond en duurzaam voedsel, een vergrijzende
De uitwisseling tussen toekomst van de stad. Tegelijkertijd is er geen mensen kwamen in 2019 vanuit het buiten- Amsterdam lastig is. bevolking. Deze een plek geven vraagt om een
veel verschillende reden om aan te nemen dat structurele trends land naar onze stad, 35.000 trokken er over de schaalsprong in de ruimtelijke ordening van de
mensen in de stede- ombuigen. Onze economie wordt nog altijd grens. 24.000 mensen vestigden zich vanuit de Omgaan met groei stad en de regio als geheel.
lijke publieke ruimte kennisintensiever, de ondersteunende dienst- rest van ons land, 42.000 vertrokken er naar Als Nederland zitten we midden in een
zorgt voor culturele en verlening groeit tegelijk snel. Steden blijven andere Nederlandse gemeenten. Er werden ruim demografische transitie, die weer onderdeel is Zo’n schaalsprong is risicovol, want er
economische vernieu- daardoor mensen trekken. Ook verwachten 10.000 kinderen geboren en er waren ruim van een beweging van wereldwijde bevolkings- horen grote investeringen in infrastructuur,
wing we dat het internationaal toerisme zich zal 5000 sterfgevallen. Het netto-effect van deze groei naar wereldwijde bevolkingskrimp. In de stedelijke voorzieningen en groen bij. Die
dynamiek is een snelgroeiende stad met een tweede helft van deze eeuw zal voor het eerst investeringen doen we voor een lange periode.
steeds diversere en internationale bevolking. in de geschiedenis het aantal mensen afnemen. Eén ding lijkt zeker: de druk op de schaarse
In veel delen van Europa is krimp al een feit en ruimte in Amsterdam neemt alleen maar toe.
De ongekend grote banengroei die Amster- leidt de vergrijzing van de naoorlogse geboorte- We moeten rekening houden met nieuwe en
dam de afgelopen jaren meemaakte, komt voor golf tot hoge maatschappelijke kosten. Groei in nog onbekende ruimtevragen, zowel boven- als
bijna de helft op het conto van de kennisinten- Europa is plaatselijk en te danken aan migratie. ondergronds. In afwegingen waar we aan wat
sieve dienstverlening. In de techsector groeiden Mensen en activiteiten concentreren zich in een ruimte bieden, moeten we altijd ook de andere
enkele bedrijven in rap tempo uit tot wereld- beperkt aantal stedelijke regio’s. Deze steden partijen in de regio en het Rijk betrekken.
spelers. Voor Amsterdam betekent dit dat er zouden weleens de demografische en economi-
naast de financiële sector en media en reclame sche kurk kunnen zijn, waarop het continent de Lastig is dat we van diverse nieuwe
een nieuwe stevige pijler onder de stadsecono- komende decennia drijft. ruimtevragen op dit moment nog niet precies
mie is ontstaan. Een volgende groeisector dient Groei en internationalisering stellen ste- weten hoe groot ze zullen zijn. De ruimte voor
zich intussen aan in de vorm van lifesciences & den voor complexe opgaven. De beweging tot de energietransitie is daarvan een voorbeeld,
health. Met de ontwikkelingen van diverse ken- concentratie van werkgelegenheid en stedelijke net als de circulaire economie. Technologische
niskwartieren en investeringen van het bedrijfs- voorzieningen in Amsterdam is een gege- ontwikkelingen zijn een andere onvoorspelbare
leven, kennisinstellingen en overheid bouwen ven. Maar het tegelijk plek bieden aan zoveel factor. Wat zal de invloed van autonoom rijden
we daarvoor aan een sterk ecosysteem. Parallel nieuwe inwoners blijkt onmogelijk. We staan zijn op de mobiliteit? Lichte elektrische ver-
aan de kennisintensieve dienstverlening maakte als stad en regio voor fundamentele keuzes. voermiddelen en elektrische fietsen veranderen
de aanvullende dienstverlening een snelle groei Accepteren we de ongelijkmatige groei van de nu al de manier waarop mensen door de stad en
door. Horeca profiteerde van de toename van werkgelegenheid of zoeken we naar mogelijk- de regio bewegen. In de ruimtelijke ordening
het aantal bezoekers, maar ook van de jonge, heden tot een meer evenwichtige ontwikke- en de inrichting van de stad is het scheiden en
uithuizige bevolking. ling? Lukt het ons om in de stad plek te bieden vastleggen van functies lang een uitgangspunt

36 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 37


geweest. In de toekomst zullen we juist reke- geleden bouwen we woningen, kantoren en komen te liggen. Zuidas is gebouwd op braaklig- De urgentie van een nieuwe visie
ning moeten houden met het onvoorspelbare. voorzieningen vooral in kleinere en onderling gende gemeentegrond rond station Zuid. Iets Bovenstaande ontwikkelingen maken dui-
Een van de domeinen waar dat bij uitstek geldt, zeer verschillende projecten. Als er op zoveel soortgelijks geldt voor de kantoorgebieden rond delijk dat er nogal wat op Amsterdam afkomt en
is de openbare ruimte. Maar ook gebouwen verschillende plekken door zoveel verschil- Sloterdijk en Bijlmer-ArenA. Dit soort locaties dat daarmee een nieuwe visie op de toekomst
zullen eenvoudig aanpasbaar moeten zijn om te lende ontwerpers aan de stad ontworpen zijn er steeds minder. We zijn nu vooral bezig urgent is. Amsterdam is zich bewust van zijn
voorkomen dat ze snel onbruikbaar worden. Het wordt, terwijl per project het aantal bouwers met het veranderen van werkgebieden met lage kwaliteiten en potenties. De uitdaging is om
zal van grote invloed zijn op de manier waarop toeneemt, ontstaat er behoefte aan een over- dichtheden naar gemengd wonen en werken in deze bevoorrechte uitgangssituatie in te zetten
we buurten, gebouwen, straten en pleinen koepelend idee over kwaliteit. Waar vinden hoge dichtheden. Transformatie is een complex, om de transitie naar een duurzame en rechtvaar-
vormgeven. we hoogbouw van toegevoegde waarde, welke langdurig en kostbaar proces. Het betekent dat dige samenleving te versnellen. Lokaal, maar
eisen stellen we aan architectuur, de publieke het verdienvermogen van deze ontwikkelingen ook nationaal en internationaal. Daarbij is het
kwaliteit van gebouwen, de kwaliteit van lager is. zaak de kracht en samenhang van de metropool-
de woningen, de inrichting van de openbare regio te versterken. Wat voor stad willen we zijn
ruimte? Als tien kleinere projecten gezamenlijk Geld uit stadsontwikkeling wordt door in 2050? Waar vinden we in de stad en andere
om één grote infrastructuurinvestering vragen, Amsterdam al decennia gebruikt om de stad te delen van de regio de ruimte voor woningen,
wat is dan de centrale plek waar die investering beheren en in kwaliteit te investeren. Door de werkplekken, voorzieningen? Welke investerin-
geagendeerd wordt? Er is behoefte ontstaan om snelle groei, intensiever gebruik en de ingrijpende gen in bereikbaarheid, groen en voorzieningen
aanvullend op onze huidige manier van project- transities zal het in stand houden van de stad zijn nodig? Hoe passen we nieuwe ruimtevra- Een herkenbaar
matig werken stedelijke samenhang en kwali- alleen maar kostbaarder worden. De vraag is hoe gen in en beschermen we bestaande kwalitei- en continu
teit te borgen. Het is een Amsterdamse traditie we naar 2050 voldoende waarde kunnen creëren ten? En welke manier van bouwen aan de stad netwerk van
dat de ruimtelijke kwaliteit van de stad, de om de kwaliteit van de stad in stand te houden. hoort daar bij? stadsstraten en
schoonheid van buurten, gebouwen en open- lanen verbindt
bare ruimte uitdrukking geeft aan collectieve de verschil-
waarden. Dat geldt zeker ook voor de ruimte- lende buurten
lijke continuïteit van de stad en een zekere mate en smeedt de
van monumentaliteit. Die collectieve waarden stad aaneen.
dragen sterk bij aan het gevoel van trots, thuis
voelen en erbij horen.

De afgelopen jaren is er in Amsterdam veel


sectoraal beleid gemaakt voor de leefomgeving.
Kleinschalige vernieuwing In visies op groen, openbare ruimte, duurzaam-
en verdichting kenmerken Het maken van de stad heid, mobiliteit, wonen en werken zijn doelstel-
de ontwikkeling van veel Amsterdam is sinds 1995 vooral gebouwd lingen opgenomen, die in projecten bijeenko-
naoorlogse buurten. Opgave in grote projecten en programma’s. Het Ooste- men. Lang niet altijd is de stapeling van eisen en
daarbij is de stedenbouw- lijk Havengebied, De Aker, IJburg, Zuidas, de ambities realistisch. De gezamenlijke ruimte-
kundige en groene kwalitei- Noordelijke IJ-oever, stedelijke vernieuwing vraag van normen voor groen, maatschappelijke
ten van deze stukken stad in Zuidoost en Nieuw-West. In deze projecten voorzieningen, gezondheid en sport, in com-
te versterken. en programma’s is op succesvolle wijze vorm- binatie met de ambities voor wonen, werken
gegeven aan de ontwikkeling van de stad. en verkeer en vervoer kunnen we niet zomaar
Ruimtelijke ontwikkeling is in deze periode accommoderen binnen de stad. Ruimtelijk is
ook een verdienmodel geworden. Met opbreng- veel wel op te lossen, maar financieel ontstaan
sten uit projecten als Amstel III en Sloterdijk er binnen projecten knelpunten.
kon de transformatie van de IJ-oevers betaald
worden. Maar ook de Noord/Zuidlijn, nieuwe Financierbaarheid van de stad
culturele voorzieningen en tienduizenden op lange termijn
betaalbare woningen zijn er mede mee mogelijk Problematisch is daarbij dat ontwikkeling
gemaakt. in Amsterdam minder hoge opbrengsten gene-
reert dan voorheen. Dat hangt deels samen met
Sturen op kwaliteit de eisen die we als stad zelf stellen aan kwaliteit,
Sinds de vorige crisis worden ook beper- betaalbaarheid en duurzaamheid. Maar funda-
kingen in de manier waarop we de stad ont- menteler is dat de afgelopen jaren de nadruk bij
wikkelen zichtbaar. Vergeleken met twintig jaar ontwikkeling op transformatie en verdichting is

38 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 39


2
Ideeën en zorgen
vanuit de stad,
voor de stad
Voor de totstandkoming van de omgevingsvisie hebben we gesprekken gevoerd omgeving gebeurt, ondersteuning van stadma-
met verschillende groepen in de stad: bewoners, ondernemers, jong en oud, geboren kers en initiatieven, ruimte en aandacht voor
Amsterdammers en nieuwe Amsterdammers. In de zeven stadsdelen van Amsterdam hebben alternatieve vormen van stads- en woning-
zeven verhalenvangers korte verhalen verzameld over wat mensen in de toekomst nodig bouwontwikkeling zoals commons. De stad zit
hebben. In alle gesprekken kwamen gedeelde waarden over de inclusieve, duurzame en vol experts: bewoners, ervaringsdeskundigen,
verbonden stad naar voren. Een stad met ruimte voor verschillende gemeenschappen, waar activisten, kenniscentra en anderen.
mensen zich thuis kunnen voelen, een toekomst kunnen opbouwen en waar ze zeggenschap
hebben over hun eigen leefomgeving. De ideeën en visies vanuit de stad hebben een grote Geef ruimte aan ontmoetingsplekken
bijdrage geleverd aan de inhoud van deze omgevingsvisie. Een aantal uitspraken zijn letterlijk De stad heeft ruimtes nodig waar mensen
in de vorm van quotes in deze visie opgenomen. Stuk voor stuk laten de quotes zien wat elkaar kunnen ontmoeten, waar ze rust kunnen
nodig is en waarom. Een groot aantal van de ideeën vindt zijn weerslag in de delen WAAR, vinden en zich kunnen ontwikkelen. Van
WAT en HOE. Soms zijn ze concreet te herkennen en soms zijn ze abstracter verwoord, culturele centra tot veilige plekken voor jonge-
vanwege de schaal van de omgevingsvisie. Dit zijn de belangrijkste thema’s van de stad, ren die nergens terechtkunnen. En zorg dat deze
voor de stad: plekken een stabiel onderkomen en structurele
financiering hebben, zodat ze kunnen wortel-
Zet bestaande gemeenschappen een nieuwe woning te vinden, en bied betaal- schieten. Dit draagt bij aan een sociale stad
centraal bare ruimte voor lokale ondernemers, kanto- waar ervaringen tussen bewoners uitgewisseld
Zet in op de kracht van de diversiteit en ren, voorzieningen, maakindustrie. Investeer kunnen worden en waarin mensen makkelij-
bied plek aan de verschillende culturen. Lokale opbrengsten van nieuwe ontwikkelingen in de ker terechtkunnen voor hulp op moeilijke
gemeenschappen geven de stad identiteit. Zorg aangrenzende buurt. momenten.
dat er volop plekken zijn, zowel in de openbare
ruimte als in de gebouwde ruimte, waar ver- Zet in op verbinding
schillende groepen in de stad zich thuis kunnen Investeer in sociale en fysieke verbinding.
voelen. Verbind buurten beter met elkaar door middel
van openbaar vervoer, levendige stadsstraten en
Duurzaamheid aantrekkelijke groengebieden, en maak veilige
Bouw aan een duurzame woningvoorraad en aantrekkelijke fietspaden. Ook om de sociaal-
en zorg voor een klimaatbestendige, groene economische afstand tussen de stad binnen
stad. Biedt ruimte aan stadslandbouw, dit draagt en buiten de ring te overbruggen. Investeer in
zowel bij aan lokale voedselketens als aan een ruimte voor ontmoeting en sociale verbinding
gezondere stad (meer groen en sociale functies). en verbind oude en nieuwe bewoners door te
mengen, zowel woningen als voorzieningen.
Toegankelijkheid en betaalbaarheid
Zorg voor voldoende betaalbare wonin- Zeggenschap en eigenaarschap
gen voor bestaande en nieuwe bewoners. Geef Geef burgers en ondernemers de ruimte
bewoners de mogelijkheid binnen hun buurt om mede te kunnen bepalen wat er in hun

40 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 41


3
de langere termijn. Zo trok de buitenlandse waarna we ze kunnen delen met andere steden
migratie na het einde van de eerste lockdown over de hele wereld. De stad wordt een proef-
snel weer aan. Vertrek vanuit Amsterdam naar tuin voor de omschakeling naar een inclusieve,

Amsterdam
andere gemeenten nam gedurende heel 2020 duurzame, leefbare, vitale, gezonde en compacte
niet toe ten opzichte van voorgaande jaren, ook stad. Zo dragen we bij aan het aanpakken van de
niet bij gezinnen. Tegelijk groeide de migratie uitdagingen waar de wereld voor staat.

naar 2050
naar Amsterdam vanuit de rest van Nederland
juist wel. De pandemie heeft naar verwachting Samen voortbouwen op ervaring
effect op de manier waarop we werken, waarbij In de stad en in de regio als geheel worden
thuiswerken en flexibele werktijden normaal al belangrijke stappen gezet in het sturing geven
worden en internationaal zakelijk reizen minder aan de groei en aan het versnellen van transi-
gewoon wordt. Desondanks is de komende ties. Ervaring die we in projecten en gebieden
jaren de toename van werkgelegenheid in hebben opgedaan, vormen dan ook belangrijke
Groeiende metropool Trends zetten door Amsterdam naar verwachting zodanig groot dat input voor deze omgevingsvisie. Of het nu
in transitie De groei van de stad, transities rond ener- er behoefte blijft aan meer kantoren. gaat om het versnellen en op peil houden van
In dit hoofdstuk beschrijven we de grote gie, mobiliteit, voedsel en economie, en ont- de woningbouw en experimenten met nieuwe
opgaven, waarvoor in het volgende hoofdstuk wikkeling van technologie en in de samenleving Stad als proeftuin voor vernieuwing ontwikkelvormen, het behoud van ruimte voor
de ruimtelijke oplossingen uiteengezet worden. werken op elkaar in. Het wordt steeds duidelij- Amsterdam is door de eeuwen heen een productieve bedrijvigheid, hoe we omgaan
Amsterdam is de kernstad van een snelgroei- ker wat de richting daarbij zal zijn. Concentratie plek geweest waar veel verschillende mensen uit met nieuwe vervoermiddelen, het boven- en
ende metropool in transitie. Zowel de snelle van mensen en werk in steden zet voorlopig de hele wereld naartoe trokken. Het is vanouds ondergronds inpassen van bedrijvigheid, nuts-
groei als de transities zijn een gegeven. Het door, terwijl Amsterdam ook vergrijst. We een stad die mogelijkheden tot innovatie biedt. voorzieningen in nieuwe en bestaande buurten,
zijn uitdagingen, maar ze bieden tegelijk grote zetten onze inzet voort richting een CO2-vrije Nog altijd is Amsterdam een ‘early adopter’, een het klimaatbestendig en beweegvriendelijk
kansen. Kansen om voort te bouwen op het energievoorziening, een openbare ruimte waar plek waar innovaties als eerste landen. De wereld inrichten van de openbare ruimte of hoe we
Amsterdamse karakter van een open, diverse, ruim baan gegeven wordt aan groen, lopen en vraagt om oplossingen voor verstedelijking, samenwerken, tussen theorie en praktijk moet
internationale en historische stad. Kansen fietsen, meer delen en minder bezit, een circu- gezondheid, klimaatverandering, hoe we met een vruchtbare uitwisseling bestaan. Voor de
om te werken aan een menselijke metropool: laire economie en kringlooplandbouw. Tegelijk grondstoffen en afval omgaan en democratische onderstaande opgaven wil Amsterdam met
Levendige stadsbuurten in inclusiever, duurzamer, leefbaarder, vitaler, wordt de samenleving zelfbewuster, kritischer vernieuwing. Amsterdam wil zijn kernkwali- deze omgevingsvisie stevig richting aangeven
en rond het centrum vormen gezonder en compacter. Een stad die niet uit los en internationaler. teiten - vrijzinnig, activistisch en zorgzaam - en tegelijk ruimte creëren om nieuwe wegen
voor innovatieve bedrijven een zand bestaat, maar waar cohesie tussen mensen gebruiken om bij te dragen aan het oplossen van te verkennen. De opgaven hangen samen met
aantrekkelijke vestigingsplek. en buurten vanzelfsprekend is. Amsterdam wil Noodzaak tot sturing deze vraagstukken. Het zal de plek zijn waar we samenwerkingstrajecten in de MRA en zijn
Maar ze zijn tegelijk ook geliefd richting geven aan groei, transities versnellen en De wijze waarop groei van het aantal inwo- nieuwe oplossingen uitproberen en verbeteren, soms een uitwerking van nationale opgaven.
als woonplek en bieden door ruimte bieden aan initiatieven uit de samenle- ners, arbeidsplaatsen en bezoekers in de stad en
hun dichtheid draagvlak ving. Daarvoor is een stevige gezamenlijke inzet in de regio als geheel neerslaan vraagt om stu- Onevenwichtige economische
voor lokale ondernemers en nodig met de samenleving en de markt. Want ring. Hetzelfde geldt voor de manier waarop we groei in de regio
stadsverzorgende bedrijven. het succes van de stad is geen gegeven. vormgeven aan transities. Zonder sturing dreigt Tegenover de zeer snelle economi-
enerzijds voortgaande extreme concentratie en sche groei van Amsterdam stond
oplopende druk in en rond het Amsterdamse een veel langzamere ontwikkeling
centrum, en anderzijds een verder dichtslib- in andere delen van de regio. Het
ben van de wijdere regio, met verstedelijking gevolg van deze onevenwichtige
in kwetsbare landschappen en overbelaste ontwikkeling zijn onder andere
infrastructuur. Het versnellen van transities zware en eenzijdige pendelstromen
maakt keuzes noodzakelijk. Waar vinden we de tussen Amsterdam en de omgeving.
benodigde ruimte, waaraan geven we voorrang, Voor de toekomst willen we met
wetende dat ruimte in de stad en de rest van de de regiogemeenten onderzoeken
regio een steeds schaarser goed is? hoe we tot meer gelijkmatige groei
van de werkgelegenheid kunnen
Corona komen. Om een betere benutting
De gevolgen van corona zijn nog onbe- van de verkeersinfrastructuur moge-
kend. De snelle groei van de stad is door het lijk te maken, maar ook om de sterk
wegvallen van buitenlandse migratie plotseling opgelopen druk op Amsterdam te
onderbroken. Demografische gegevens over verminderen en regiokernen juist te
2020 wijzen echter niet op een trendbreuk voor versterken.

42 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 43


Regionaal perspectief 30% in slechts dertig jaar tijd is dan ook ambiti-
We plaatsen deze Amsterdamse toe- eus. We willen een complete stad bouwen met
komstvisie nadrukkelijk in een nationaal en leefbare en aantrekkelijke buurten. Een groei-
Demografische prognose en woningbehoefte regionaal perspectief. Zonder koerswijziging in tempo van 5000 per jaar stelt ons in staat de
Voor 2050 gaat OIS (Onderzoek, Informatie en het ruimtelijk beleid zullen de verschillen in de infrastructuur, groen en openbare ruimte mee
Statistiek) van de gemeente Amsterdam uit van regio alleen maar groter worden en worden er te laten groeien. Het is als ambitie ook orga-
een behoefte aan minimaal 147.000 woningen kansen gemist. Om de regionale ontwikkeling nisatorisch en, rekening houdend met crises,
voor 250.000 extra inwoners. Dat vraagt om een meer in evenwicht te brengen is samenwerking langjarig haalbaar.
woningbouwproductie van 4.700 woningen per nodig met onze regiopartners en het Rijk op
jaar. Dit is een ambitie die ook langjarig realistisch het gebied van economie, wonen, mobiliteit, Belangrijker nog dan het bouwtempo is
is. In werkelijkheid zullen perioden met een wat duurzaamheid en landschap. De Amsterdamse de noodzaak de woningmarkt meer in balans
hogere en een wat lagere jaarproductie elkaar boodschap is dat we ruimtelijk heel veel kun- te krijgen, zodat Amsterdam toegankelijk blijft
afwisselen. Binnen de ruimtelijke kaders van de nen, maar dat we financieel, organisatorisch en voor lagere inkomens, middengroep en gezin-
omgevingsvisie is tot 2050 ruimte voor meer dan in wet- en regelgeving samen moeten optrek- nen. Het vraagt om een stevige volkshuisveste-
150.000 woningen. Er is echter een maximum aan ken. De omgevingsvisie moet een kader bieden lijke inzet, ook in de regio. Bijvoorbeeld door het
de productie die de stad ruimtelijk-functioneel en voor integrale afwegingen op het niveau van de beschermen van bestaande betaalbare woningen
organisatorisch aankan. stad als geheel, in de context van de ontwikke- en doorstroming in de bestaande voorraad.
ling van de metropoolregio als demografische en Daarnaast zullen we woningen moeten bouwen
economische motor van ons land. De uitdaging in alle segmenten. Daarbij is de behoefte aan
daarbij is om ervoor te zorgen dat de hele stad blijvend betaalbare woningen (sociale en mid-
en de rest van de regio erop vooruitgaan. deldure huur) verreweg het grootst. Vanwege de
vergrijzing is er speciale aandacht voor levens-
loopbestendige woningen en huisvesting van
Grote opgaven ouderen. We streven naar gemengde wijken voor
Amsterdam staat staat voor grote ruim- mensen uit verschillende inkomensgroepen. We
telijke opgaven, die raken aan woningbouw, willen voorkomen dat wijken of regiokernen
economie, duurzaamheid, verkeer en vervoer, achteropraken. Nieuwe ontwikkelingen moeten
groen en leefbaarheid en democratisering. bijdragen aan het verbeteren van bestaande buur-
ten en de leefbaarheid en ontwikkelingskansen.
Balans in de woningmarkt Belangrijk daarbij zijn ook de verduurzaming en
De overspannen woningmarkt en de segre- verbetering van de bestaande voorraad en ver-
gatie bedreigen de kansengelijkheid en uitein- sterken van het draagvlak voor voorzieningen.
delijk ook het succes van de stad. Tegelijkertijd
is die overspannen woningmarkt deels ook een Economische diversiteit als kracht
gevolg van het succes van de stad. De stad en de Net als veel andere grote steden heeft
regio blijven groeien, vooral vanwege de grote Amsterdam zich de afgelopen twintig jaar door
aantrekkingskracht van onze diverse en goed de opkomst en groei van de kenniseconomie
opgeleide bevolking op bedrijven en de kansen op economisch sterk ontwikkeld. De economische
ontwikkeling die Amsterdam aan mensen biedt. dynamiek in steden leidt tot een snelle groei van
In MRA-verband hebben we afspraken gemaakt het inwonertal en een toenemende woon-werk-
over hoe we in de verwachte woningbehoefte pendel. Ook de komende decennia zal Amster-
voorzien. Amsterdam heeft daarbij de ambitie dam de rol als economische motor en belangrijk
om ongeveer de helft van de regionale woning- werkgebied voor inwoners van de hele metro-
vraag voor zijn rekening te nemen. In de periode poolregio blijven vervullen. Tegelijk zoeken we
tot 2050 willen we in de stad ruimte bieden naar nieuwe vestigingsmilieus in de hele regio
voor ongeveer 150.000 woningen voor 250.000 om te werken aan een economisch sterke en
Eenzijdige economische groei in Amsterdam Amsterdammers. Oftewel een groeitempo van inclusieve MRA.
De opkomst van de kennisintensieve economie is met name verantwoordelijk voor de toename van de werk- ongeveer 5.000 woningen per jaar. Dat is inclusief Amsterdam zet niet alleen in op de kracht
gelegenheid. Er is geen enkele reden om aan te nemen dat de groei van deze sector zal verminderen. Amster- bijbehorende voorzieningen en infrastructuur. van de kenniseconomie, maar streeft naar een
dam is als leefbare, diverse en internationaal uitstekend verbonden stad zeer aantrekkelijk voor deze economie. Amsterdam heeft er ruim 750 jaar over gevarieerde en diverse economie, die weerbaar
Amsterdam streeft de komende decennia wel naar een verbreding van de economische basis door voldoende gedaan om de huidige ca. 450.000 woningen en en adaptief kan reageren op snelle economi-
ruimte te bieden aan economische vernieuwing. alles wat daarbij hoort te bouwen. Een groei van sche veranderingen. Een toekomstbestendige

44 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 45


De noodzaak voor een mobiliteits- economie, die kan omgaan met belangrijke maakindustrie zoeken we zowel in productieve
transitie maatschappelijke transities en die verschillende buurten, waar ook gewoond wordt, als op bedrij-
Als we geen maatregelen nemen, zal met groepen – kenniswerkers, dienstverleners en venterreinen. Deze bedrijventerreinen zullen wel
de voorgenomen groei van stad en regio vakgeschoolden – laat meeprofiteren van econo- net als de rest van de stad moeten verdichten.
het aantal autoverplaatsingen met ruim mische groei in de stad.
20% toenemen. Het aantal ov-reizigers Ruimte voor duurzaamheid
neemt in die periode toe met bijna 25% Amsterdam zal ook na de coronacrisis een Amsterdam zet vol in op de transitie naar
en het aantal fietsers met 15%. Als we de aantrekkelijke stad zijn voor bedrijven. We hou- schone energie en een circulaire economie. Dit
ambitie van extra autoverkeer op 0% den rekening met een groei van zeker 200.000 zal binnen en buiten de stad ruimtelijke impact
zouden zetten, betekent dat een stevige arbeidsplaatsen tot 2050. Dit is ongeveer de hebben. Energieopwekking krijgt deels een plek
opgave voor ov en fiets. Het aantal helft van de verwachte werkgelegenheidsgroei in het landschap rond de stad en op de daken in
reizigers in het ov en op de fiets groeit in de Metropoolregio Amsterdam tot 2050. bestaande buurten. Schone energie vraagt om
in dit scenario tussen 2020 en 2050 met Met deze omgevingsvisie wil Amsterdam de nieuwe infrastructuur. Die moet in bestaande
respectievelijk ongeveer 50% en 25%. economische ontwikkeling van de hele MRA en nieuwe buurten en in de ondergrond inge-
Voor de verbindingen tussen de stad en versterken door meer banengroei te stimuleren past worden. Omdat de techniek nog sterk in
de rest van de regio is de groei van het ov in de regio. Deze regionale werkgelegenheid ontwikkeling is, weten we niet met zekerheid
ongeveer 60%. Het aantal fietsverplaat- zal niet alleen terechtkomen op bedrijventer- met welke ruimtevraag we tot 2050 rekening
singen tussen de stad en de rest van de reinen, maar ook in regionale stedelijke centra. moeten houden. Dat betekent niet dat we
regio groeit zelfs ruim 70%. Hier ontstaan door verdichting kansen voor helemaal in het duister tasten. Voor bijvoor-
meer werken en voorzieningen. Deelregio’s in beeld warmtenetten en uitbreiding van het
de metropoolregio worden zo economisch en elektriciteitsnetwerk hebben we de ruimtevraag
sociaal vitaler. Regionale economische groei goed in beeld. We kunnen die ook inpassen, al
gaat niet om spreiden, maar om het versterken vraagt dat wel om het maken van keuzes. Verder
van de regionale kracht. We bouwen met de is het vooral een zaak van het reserveren van
Verschuiving in vervoerwijzen regiokernen aan onderscheidende economische voldoende ruimte. Dat geldt meer bepaald voor
In veel opzichten is Amsterdam een profielen en benutten tegelijk de verstedelij- de circulaire economie. De haven is al gestart
voorloper in de mobiliteitstransitie. kingskansen op openbaarvervoerknooppunten. met de transitie tot draaischijf in de circulaire
Ondanks een snelle groei van inwoners, economie. Voor de deels nog onbekende ruim-
arbeidsplaatsen en bezoekers daalde Economische diversiteit wordt versterkt tevraag voor energie en circulariteit reserveren
het autogebruik de afgelopen jaren flink. door een variëteit aan vestigingsmilieus in we voldoende milieuruimte in het havengebied
Tegelijk groeide het gebruik van ov en Amsterdam. We willen tegemoetkomen aan buiten de A10. Het zijn twee nieuwe sectoren
fiets. Deze twee vervoermiddelen zijn de vraag naar hoogstedelijke werkmilieus voor waar Amsterdam zich mee kan onderscheiden.
voor het bereikbaar houden van stad en start-ups, scale-ups en internationale topbedrijven
de rest van de regio steeds belangrijker. en -instellingen. Hier kunnen ook bijzondere Duurzaam zijn betekent ook dat we ons
voorzieningen een plek krijgen, die afhankelijk voorbereiden op de gevolgen van klimaatveran-
zijn van de omvang, diversiteit en grootstedelijke dering. De zeespiegel stijgt en het weer wordt
condities in Amsterdam. Nieuwe en bestaande onvoorspelbaarder en extremer. Amsterdam ligt
kenniskwartieren zijn nodig om plek te bieden op een kwetsbare plek, met een slappe bodem
aan uitwisseling tussen bedrijven en onder- en hoge kosten voor het in stand houden van
wijs, die belangrijk is voor de kenniseconomie de stad. Denk alleen al aan de kades en bruggen.
en innovatiekracht. In gemengde stadsbuurten Dit brengt voor onze stad extra grote uitdagin-
staan lokaal ondernemerschap en stadsverzor- gen met zich mee bij het tegengaan van water-
gende bedrijvigheid centraal. Vooral kleinschalige overlast, overstromingen, hitte en droogte.
bedrijven hebben de stad nodig als vestigingslo- Deze opgave heeft ook gevolgen voor hoe we
catie om economisch te overleven. Doordat veel met het landschap omgaan. We willen bodem-
bedrijventerreinen de komende jaren transforme- daling tegengaan en zullen en ons waterbeheer
ren tot woon-werkwijk – en er een tekort ontstaat en de landbouw hierop aan moeten passen.
van ongeveer 150 ha bedrijventerrein – wordt
integratie van bedrijvigheid in gebiedsontwikke- Mobiliteitstransitie en regionale
ling de komende decennia een belangrijke opgave, bereikbaarheid
zodat ook in de toekomst Amsterdam economi- De groei van de stad, en het intensiever
sche kansen biedt voor iedereen. Ruimte voor gebruik van de schaarse ruimte dat daarbij

46 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 47


4
Leefbaarheid in een verdichtende stad
Meer Amsterdammers zullen de schaarse
ruimte met elkaar delen. En die gedeelde ruimte

Vijf strategische
moet groener worden. Om verschillende redenen
is er behoefte aan meer en beter groen in de stad.
Groen als ontmoetingsruimte en als ruimte om

keuzes
in te sporten en te bewegen, voor de biodiversi-
teit en voor een goede omgang met de gevolgen
van klimaatverandering. Dit is ook een van de
redenen waarom Amsterdam ruimte wil bieden
aan groei: om de waardevolle landschappen te
ontzien. Maar het gevolg is wel dat de druk op
de groene ruimte juist binnen de stadsgrenzen
hoger wordt. Het creëren van nieuwe parken en Met vijf strategische keuzes geven we rich- en tegen de stadsdelen Nieuw-West, Noord en
het vergroten van de kwaliteit en de gebruiks- ting aan het bouwen aan een menselijke metro- Zuidoost. Amsterdam groeit op een compacte
mogelijkheden van bestaande groengebieden pool: Amsterdam en de rest van de metropool- en duurzame manier. Daarom kiezen we voor
voor alle Amsterdammers is daarom een grote regio als plek waar mensen zich thuis kunnen Groeien binnen grenzen. Transformatie van
opgave. Deze opgave kan gekoppeld worden voelen en zich kunnen ontwikkelen. De opgaven bedrijventerreinen en verdichting van naoor-
aan de mobiliteitstransitie, omdat er mede door ten aanzien van woningbouw, economische logse wijken wenden we aan voor het verster-
Een meer centrale rol van de hoort, vraagt om een mobiliteitstransitie. duurzaam en ruimte-efficiënt vervoer kansen vitaliteit, de energietransitie, de mobiliteitstran- ken van het sociale fundament en het verduur-
Amsterdammer betekent dat we Zonder die mobiliteitstransitie dreigt een ontstaan voor een andere inrichting van wegen, sitie, verbeteren van het groen en de leefbaarheid zamen van de hele stad. We zorgen overal voor
ruimte bieden aan buurtinitiatie- verkeersinfarct en een verslechtering van de straten en pleinen. Tegelijkertijd vragen ruige en meer ruimte voor maatschappelijk initiatief voldoende ruimte voor ontmoeting en draag-
ven en zelfbeheer. Maar we willen bereikbaarheid en de leefbaarheid in de stad. We en stille groengebieden als de volkstuinparken staan alle ten dienste van die ene ambitie. vlak voor voorzieningen en ondernemerschap.
ook de mogelijkheid bieden zullen in de openbare ruimte ruim baan moeten om bescherming. Deze hebben een belangrijke Een mix van wonen, werken en voorzieningen
actief aan de stad te bouwen. geven aan ruimte-efficiënte, duurzame, schone ecologische functie en bieden de stedeling plek De strategische keuzes hangen met elkaar is het uitgangspunt. Verdichting vraagt om
Daarbij horen een gelijkwaardige vervoervormen zoals lopen, fietsen en openbaar voor rust en ontspanning. Ten slotte ligt er de samen en geven samen richting aan de ruimte- slim ruimtegebruik, ook door mobiliteit, en
informatiepositie en ontwikkel- vervoer. Om deze meer dan nu aantrekkelijke enorme opgave om de stad goed te beheren. Dat lijke ontwikkeling van Amsterdam als onderdeel een gezonde leefomgeving, die uitnodigt tot
ruimte. alternatieven voor de auto te maken, zijn grote gaat deels over onderhoud, maar ook over de zeer van de metropoolregio. Vooropstaat dat we een bewegen, ontmoeten en spelen. Met Duurzaam
investeringen nodig. Deze vallen grotendeels kostbare aanpak van kades en bruggen. schaalsprong maken in ons denken over de stad en gezond bewegen geeft Amsterdam ruim
samen met een zeer urgente schaalsprong in het in de regio. We focussen ons minder op het baan aan lopen, fietsen en openbaar vervoer. De
regionale en nationale openbaar vervoer. Het Actief burgerschap centrum van Amsterdam en richten de blik meer inrichting van de leefomgeving nodigt uit tot
ruimtelijk organiseren van meer nabijheid door De groeiopgaven van onze metropool naar buiten. Dit maakt het nodig dat we inzetten actief bewegen, spelen en sporten. Een geïnte-
de stad te verdichten hoort daar ook bij. in transitie vragen niet alleen om een actieve op stevige verbindingen binnen de stad en tus- greerd regionaal ov-systeem, nieuwe overstap-
overheid, maar ook om actief burgerschap. sen alle kernen van de regio. Tegelijk respecteren en overslaghubs en goede fietsvoorzieningen
Hoewel we een meer evenwichtige verde- Bouwen aan de toekomst betekent meer dan we de bestaande grenzen van de stad, zorgen we houden de stad bereikbaar. Minder auto’s geeft
ling van economische groei in de MRA voor- ooit dat we het samen moeten doen. Samen met voor een gezonde leefomgeving die uitnodigt tot mede ruimte voor Rigoureus vergroenen. Zo
staan, zullen verschillen blijven bestaan. Het de inwoners van onze stad, samen met profes- bewegen en gaan we voor meer groene kwaliteit zorgen we in alle buurten voor meer leefkwali-
goed verbinden van de noord- en oostzijde van sionele partners en instituten. Zonder betrok- in buurten en het landschap. Een succesvolle teit. Bomen en planten in de openbare ruimte
de regio met de economische kerngebieden in kenheid en samenwerking ontstaat er geen stad is een onderscheidende stad, waarvan de en op en aan gebouwen helpen om de stad kli-
en ten zuiden van het Amsterdamse centrum inclusieve stad, waar mensen zich thuis voelen. burgers dragers zijn. Daarom zoeken we naar maatbestendig en leefbaar te houden voor mens,
vraagt om grote investeringen. Ook zullen We moeten Amsterdammers, marktpartijen en manieren om de samenleving een actievere rol te dier en plant. Ten slotte onderzoekt Amsterdam
pendelbewegingen tussen de MRA en de rest instellingen beter in staat stellen hun bijdrage geven bij bouwen en beheren van de stad. met Samen stadmaken de mogelijkheden voor
van ons land blijven groeien. Voor internatio- te leveren. Om ook mede invulling te geven aan meer maatschappelijk initiatief. We willen
nale verbindingen wordt de trein belangrijker. de wijze waarop we als stad groeien. Volgens de Amsterdam kiest met Meerkernige ruimte bieden aan zeggenschap en eigenaar-
Schiphol is voor het economische functioneren geest van de Omgevingswet werken we aan een ontwikkeling voor meer evenwicht in de stad schap over de eigen leefomgeving. Daarbij heeft
van Amsterdam en de MRA onmisbaar. Wel centralere positie voor de burger in de stads- en de regio en nieuwe ruimte voor econo- de gemeente een duidelijke rol bij het stellen
zoeken we naar een nieuwe invulling van de ontwikkeling. Dat vraag iets van het delen van misch herstel, groei en innovatie. We willen van de kaders, maar nemen we tegelijk een open
hubfunctie van Schiphol, met meer internati- kennis en informatie en het ondersteunen van het centrum ontlasten en eraan bijdragen dat houding aan naar stad en samenleving, zijn
onale treinen, minder impact van Schiphol op particulier initiatief in de bouw. Ook binnen de de verschillende kernen in de regio zich verder we nieuwsgierig en maken we ruimte voor
leefbaarheid en klimaat en meer ontwikkel- reguliere ontwikkelaarsbouw liggen er opga- ontwikkelen tot onderscheidende, complete en experimenten. Samenwerking met de stad,
ruimte voor de stad. ven om meer ruimte te bieden voor variatie in compacte stedelijke gebieden. Binnen Amster- marktpartijen en onze partners in de regio staat
woonwensen en exploitatievormen. dam zal de ontwikkeling zich concentreren in voorop.

48 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 49


Meerkernige
ontwikkeling
Van uitrol centrumgebied naar een meerkernige en
meer diverse verstedelijking

Amsterdam groeit als stad en als metropool. We willen de economische kracht van de
metropoolregio vergroten. De behoefte aan stedelijke plekken als vestigingsmilieu voor
internationale bedrijven en kennisinstellingen en als aantrekkelijke leefomgeving blijft
groot. Naast de bestaande hoogstedelijke gebieden voor wonen en werken, centrum en
Zuidas, zijn nieuwe onderscheidende stedelijke kernen nodig. Deze willen we in de hele stad
en regio laten ontstaan. Binnen Amsterdam maken we ruimte voor circa 200.000 nieuwe
arbeidsplaatsen. Tegelijk zetten we ons in voor meer werkgelegenheid in de regiokernen.
We willen de tendens van ongelijk verdeelde groei, ruimtelijke segregatie en toenemende
kansenongelijkheid doorbreken en de druk op het Amsterdamse centrum verminderen. Met
een evenwichtige ontwikkeling van de stad, de agglomeratie en de regio als geheel bouwen
we aan meer variatie en tegelijk meer samenhang in de metropoolregio. Amsterdam wordt
daarmee een meerkernige stad.
regio bij aan meer gelijke kansen voor mensen en de stad gaat veel meer gebruikmaken van
Focus op Nieuw-West, Zuidoost viger op de rest van de regio. Concentraties van om zich te ontwikkelen. Amsterdam streeft het water en de waterranden voor recreatie en
en Noord werken en publiekstrekkende voorzieningen in een koploperspositie na in verduurzaming en vervoer van mensen en goederen.
Nieuw-West, Zuidoost en Noord ontwik- Amsterdam krijgen vooral een plek in stations- circulaire economie. De haven buiten de A10
kelen zich tot complete stedelijke kernen in kwartieren bij de belangrijke stations: Sloterdijk, biedt milieuruimte voor circulaire economie en
de metropoolregio. Hier liggen de grote trans- Bijlmer-ArenA, Zuid, Amstel en CS. Banen en energieopwekking en -opslag. Hier is ook plek
formatiegebieden Amstel-Stad, Haven-Stad, voorzieningen zijn daarmee voor mensen vanuit voor logistieke bedrijven. Voor stadsverzor-
Schinkelkwartier en noordelijke IJ-oevers. Met de rest van de metropoolregio en Nederland gende bedrijven en de maakindustrie behouden
de naastgelegen buurten in Nieuw-West, Zuid- uitstekend bereikbaar met openbaar vervoer. We en intensiveren we bedrijfslocaties en scheppen
oost en Noord vormen ze straks een samen- koesteren de internationaal unieke innovatie- en we nieuwe ruimte in productieve wijken, zoals
hangend geheel. Als stedelijke kernen zijn deze start-upcultuur en de sterke positie van kennis- Haven-Stad en Buiksloterham. Samen met de
stadsdelen geen uitbreidingen van het Amster- instellingen. In kenniskwartieren zoals het regio onderzoeken we nieuwe bedrijfslocaties.
damse centrum, maar ontwikkelen ze zich op Marineterrein, Schinkelkwartier, Amstelcam-
eigen voorwaarden en met een eigen invulling pus, VU-kwartier en Science Park Amsterdam Van stadsranden naar nieuwe
van stedelijke kwaliteit. Bij meerkernige verste- maken we ruimte voor synergie tussen samen- voorkanten
delijking hoort ook een spreiding van voorzie- leving, economie en onderzoek. Nieuwe grote ontwikkelgebieden grenzen
ningen en instellingen met een stedelijke en direct aan de groene scheggen en aan het water
regionale uitstraling. Daarbij zijn cultuur en We verminderen de druk op het Amster- van het IJ. Deze nieuwe stadsranden geven
kennis belangrijke dragers. We bouwen onder damse centrum door het verplaatsen van toe- we veel aandacht. De infrastructuurbarrières
andere een nieuw theater aan de Sloterplas en ristische functies zoals de Passenger Terminal tussen Nieuw-West en Zuidoost en het land-
een bibliotheek in Zuidas, en we streven naar Amsterdam. In de binnenstad werken we aan schap worden geslecht, waardoor deze stads-
een nieuw cultuurgebouw aan het Buiksloter- het herstel van de balans tussen wonen, werken delen voorkanten krijgen aan de Nieuwe Meer,
meerplein. en bezoekerseconomie. Amsterdam zet ook de Bretten en de Amstelscheg. We investeren
actief in op een goede spreiding van werkgele- in het landschap, indien mogelijk benutten
Nieuwe ruimte voor werken, kennis genheid binnen de regio. Grotere regiokernen we daarvoor opbrengsten uit aangrenzende
en bezoekers als Almere, Zaanstad, Purmerend en Hoofddorp gebiedsontwikkeling. Het IJ krijgt nog meer
Met de ontwikkeling van Nieuw-West, worden logische plekken voor nieuwe vestigin- een centrale plek in de stad, met aantrekkelijke
Zuidoost en Noord tot gebieden met een eigen gen van hoger onderwijs en voorzieningen met oevers en groene plekken. Het waterfront wordt
stedelijke kwaliteit richt Amsterdam zich ste- een regionale functie. Zo dragen we in stad en met de nieuwe bruggen en veren beter ontsloten

50 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 51


Groeien binnen
grenzen
Verdichting door complete en duurzame wijkontwikkeling

Groeien binnen grenzen betekent dat Amsterdam de ecologische voetafdruk wil


beperken. Compacte verstedelijking is daar een belangrijk middel voor. Compact betekent
immers dat landschappen buiten de stad open kunnen blijven, dat reisafstanden kort
zijn en we efficiënt omgaan met infrastructuur en voorzieningen. Amsterdam maakt tot
2050 binnen de huidige stadsgrenzen ruimte voor minimaal 150.000 woningen voor
250.000 Amsterdammers, in met werken en voorzieningen gemengde buurten. Deze
groei zetten we in om de sociale kwaliteit van de bestaande stad te vergroten en onze
duurzaamheidsdoelstellingen te halen. Groeien binnen grenzen geeft daarmee mede
invulling aan de donut-stad, met een stevig sociaal fundament en het minimaliseren van
het fysieke ruimtebeslag van de stad, van gebruik van grondstoffen en van de bijdrage
aan klimaatverandering.

Aantrekkelijke buurten Bij de grote stations en rond de stadsdeelcentra maties, waar eenzijdig werken in lage dichtheid
Groei en verdichten van de bestaande Osdorpplein, Buikslotermeerplein en Amster- plaatsmaakt voor gemengd wonen en werken in
stad is geen doel op zich. Met meer woningen, damse Poort maken we meer dichtheid en hoge dichtheden. Stadsverzorgende en pro-
voldoende werkplekken en publiekstrekkende mengen we wonen en werken met stedelijke ductieve bedrijvigheid blijft hier waar mogelijk
voorzieningen zorgen we in de hele stad voor voorzieningen. Het worden plekken met stede- behouden. In de naoorlogse buurten is verdich-
voldoende massa en draagvlak voor maatschap- lijke betekenis, die veel meer dan nu via straten, ting mogelijk zonder grootschalige sloop van
pelijke voorzieningen, openbaar vervoer en lanen en groene routes onderdeel zijn van hun bestaande woningen. We benutten bijvoorbeeld
lokale ondernemers. We bouwen gemengde wij- directe omgeving. Hoogbouw kan op deze plek- op een slimme manier bestaande ruimte langs
ken met een stevige focus op betaalbare wonin- ken goed bijdragen aan verdichten met kwaliteit doorgaande verkeerswegen.
gen, deels ook in nieuwe ontwikkelvormen. en dienen als oriëntatiepunt. In de vooroorlogse
Daarbij bewaken we de balans tussen rust en stad bewaken we de prettige afwisseling tussen Verduurzaming van de bestaande stad
reuring. Bij verdichting staat de menselijke maat rustige woonstraten en levendige stadsstraten Ontwikkeling in bestaande buurten
en de kwaliteit van de openbare ruimte voorop. en pleinen. gebruiken we om de energietransitie van de stad
Gebouwen dragen positief bij aan hun directe en verduurzaming van bestaande gebouwen te
omgeving, bijvoorbeeld met aantrekkelijke gevels Verdichten van de bestaande stad versnellen. Bij nieuwbouw en renovatie wor-
en publieksfuncties en veel ingangen aan de Het vinden van ruimte om te groeien en den zoveel mogelijk duurzame bouwwijzen en
straat. Zo versterken ze de collectieve waarde van voor benodigde voorzieningen en infrastruc- materialen toegepast. Gebouwen hebben een
de stad. Ze vergroten bovendien de veiligheid tuur lukt alleen als we de stad verdichten, met overmaat in hoogte en constructie en flexibele
dankzij meer ‘ogen op straat’. Nieuwe projecten boven- en ondergrond als één opgave. Hierbij indeling, zodat ze in de toekomst gemakkelijk
in de bestaande stad zijn niet in zichzelf gekeerd, ontstaan spannende dilemma’s. In een verdich- kunnen worden aangepast aan veranderende
maar echt onderdeel van hun omgeving. Ze ver- tende stad wordt de ruimte namelijk schaarser. gebruikseisen. Voor openbare ruimte geldt
sterken de samenhang binnen en tussen buurten. Dat betekent dat we altijd keuzes zullen moeten iets vergelijkbaars: we maken eenvoudige, en
maken in de beperkte ruimte die we hebben. daarmee flexibel bruikbare straatprofielen, uit-
Nieuwe stedelijke kwaliteit Drukker gebruik betekent bovendien ook dat gevoerd in duurzame, herkenbaar Amsterdamse
In de transformatiegebieden en in de intensiever beheer nodig is. Deze keuzes kun- materialen. In de haven reserveren we ruimte
naoorlogse wijken bouwen we aan meer nen we alleen verantwoord maken als we naar voor circulaire economie en duurzame energie-
stedelijke kwaliteit. Daarbij zijn de bestaande de stad open zijn over het waarom en in over- opwekking. Ook in nieuwe buurten zorgen we
waarden en behoeften in de stadsdelen Nieuw- leg gaan met de Amsterdammers. De grootste dat we voldoende plek hebben voor nutsvoor-
West, Zuidoost en Noord uitgangspunt. verdichtingskansen liggen in gebiedstransfor- zieningen en circulaire ambities.

52 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 53


Duurzaam en
gezond bewegen
Heel Amsterdam een ov-, wandel- en fietsstad

In een verdichtende stad moeten we slim gebruikmaken van de schaarse ruimte.


Een intensief bebouwde stad is in principe een gezonde plek om te leven, zolang de lucht
schoon is en de leefomgeving veilig is en uitnodigt tot spelen en bewegen. Nabijheid is
daarvoor van groot belang. Amsterdammers vinden daarom straks op loop- en fietsafstand
buurtvoorzieningen, winkels en uitgaansplekken en parken en op maximaal vijftien minuten
fietsen stedelijke voorzieningen en grote groengebieden. Richting 2050 krijgen stap voor
stap in de hele stad voetgangers, fietsers en het openbaar vervoer ruim baan. Zo blijft
er voldoende ruimte voor noodzakelijk vervoer, zoals nood- en hulpdiensten, logistiek en
mensen met een beperking. Een autoluwe stad vraagt een grote inzet. Bijvoorbeeld op
nieuwe openbaarvervoerverbindingen en goede overstapmogelijkheden, die banen en
voorzieningen ook vanuit de regio beter bereikbaar houden. Samenwerking met Rijk en
regiopartners is daarvoor onmisbaar.

Ontmoeten en bewegen kunnen op termijn uitgroeien tot aantrekkelijke Een samenhangende stad in pool. De trein zal binnen Europa veel vluchten
Een stad brengt mensen samen. Verbindin- straten. Als de hoeveelheid auto’s hier terugge- een verbonden regio vervangen. Amsterdam Zuid en Schiphol zijn
gen en aantrekkelijke verblijfsplekken met een bracht wordt, ontstaat er ruimte om te wonen Een autoluwe stad moet ook een bereikbare de belangrijkste internationale treinstations.
rijk voorzieningenaanbod zijn daarom van het en voor lokaal ondernemerschap en voorzie- stad zijn. Goede verbindingen voor fiets, open- De opgave is om tegelijk met deze regionale
grootste belang. De vaak toevallige kennis- ningen. Verdichten van de stad kan zo bijdragen baar vervoer en lichte en schone vervoermidde- schaalsprong het fijnmazige stads-ov te ver-
uitwisseling tussen veel verschillende mensen aan meer leefkwaliteit, met winkels, voorzie- len in de stad en de hele regio zorgen daarvoor. sterken. Hiervoor is verdichting in naoorlogse
in een stedelijke omgeving ligt aan de basis van ningen, buurtgroen en ruimte voor bewegen om Nieuwe schakels binnen en tussen stadsdelen wijken mede nodig. In veel delen van de regio
veel culturele en economische vernieuwing. de hoek. Dat maakt gebruik van de auto minder maken dit netwerk compleet. Bruggen over het zal de auto het belangrijkste vervoermiddel
Onmisbaar daarvoor zijn een aantrekkelijke en noodzakelijk en nodigt uit tot wandelen en fiet- IJ, een Schinkelbrug tussen Zuid en Nieuw- blijven. Zogenaamde vervoerhubs bieden een
onderscheidende openbare ruimte en publieke sen. Extra inwoners en voorzieningen vergroten West en een fietsbrug over de Amstel zijn daar aantrekkelijke gelegenheid om over te stappen.
plekken als cafés, restaurants, specialistische bovendien het draagvlak voor het openbaar voorbeelden van. Het stedelijk netwerk van Ze zullen ook voor stadsdistributie een centrale
winkels en culturele voorzieningen. Juist de vervoer. stadsstraten en –lanen en groene routes sluit rol gaan spelen voor overslag van zware vracht-
combinatie van verkeer en ontmoeten geeft naadloos aan op routes voor fiets, e-bike en wagens naar licht en schoon vervoer over weg
aan sommige straten een stedelijke kwaliteit. De inzet op een wandel- en fietsstad gaat nieuwe, lichte en schone vervoermiddelen rich- en water.
In deze stadsstraten en stadslanen is het prettig stap voor stap. Voor deze veranderingen is een ting de buurgemeenten en door het landschap
verblijven. Ze zijn tegelijk veilige en aantrek- lange adem nodig, omdat we eerst maatregelen naar de verder weg gelegen regiokernen.
kelijke routes voor fietsers en voetgangers, die moeten nemen gericht op afname van autobezit
buurten met elkaar verbinden. Dit geldt in het en -gebruik. Steeds meer plekken verkleuren nu Het verbeteren van de regionale bereik-
bijzonder ook voor kwetsbare groepen. en straks tot prettige verblijfsgebieden. Goed baarheid vraagt om schaalsprong in het open-
openbaar vervoer, aantrekkelijke en veilige fiets- baar vervoer. Nieuwe metroverbindingen ont-
Een verdichtende stad nodigt uit routes, een breed aanbod van deelmobiliteit en sluiten grote Amsterdamse ontwikkellocaties.
tot lopen en fietsen de inrichting van overstap- en overslaghubs zijn Ze gaan samen met sprintertreinen en snelle
Meer kwaliteit in verblijfsgebieden en een voorwaarde voor het in de hele stad ver- regiobussen en sneltrams een groot deel van
routes voor langzaam verkeer levert ook voor minderen van het ruimtebeslag door de auto. De het regionale verkeer van en naar Amsterdam
buurten veel op. Zeker in de naoorlogse delen baten ervan zijn vooral voor kwetsbare groepen verzorgen. Richting het zuiden komt er meer
van de stad biedt minder ruimte voor de auto groot: meer ruimte voor kinderen om te spelen ruimte op het spoor voor intercity’s en interna-
hiervoor kansen. Drukke autoroutes, zoals de en voor ouderen en mensen met en beperking tionale treinen. Internationale verbindingen zijn
Lelylaan, de Burg. Roëllstraat en de Gooiseweg, om mobiel te zijn. onmisbaar voor Amsterdam als kennismetro-

54 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 55


Rigoureus
vergroenen
Een gezonde en klimaatbestendige leefomgeving
voor mens en dier

Vergeleken met zestig jaar geleden is Amsterdam een onnoemelijk veel groenere stad
geworden. De wijze waarop straten en buurten een nieuwe groene kwaliteit kregen dankzij
straatbomen, groenere inrichting van de openbare ruimte en gevelgroen willen we in de hele
stad toepassen. We verenigen daarmee de wens om meer stedelijke kwaliteit te ontwikkelen
met de noodzaak om de stad klimaatbestendig en leefbaarder te maken voor mens, dier en plant.
Het vergroenen krijgt zijn beslag in het landschap, in de buurt en op en rondom gebouwen.
We zoeken daarbij naar innovatieve oplossingen om de leefomgeving in de hele stad groener te
maken. Daarbij staan de kwaliteit en diversiteit voorop: we maken meer groen toegankelijk voor
Amsterdammers, maar behouden ook stadsnatuur in ruige en rustige gebieden.

Landschappen, parken en verbindingen ook bijdragen aan een meer op rust geconcen-
Amsterdam versterkt de bestaande struc- treerd gebruik. Bij de Sixhaven gaan we bijvoor-
tuur van groene scheggen, die ver doordringen beeld voor een kleinschalige groene inrichting:
in de stad. We zien deze als landschapsparken die De Sixtuinen. Zo behouden we in en rond de
meer dan nu een recreatieve betekenis krijgen. stad hoge natuurwaarden en kunnen Amster-
Bestaande landschappelijke waarden zijn daarbij dammers op fietsafstand rust en natuur ervaren.
het uitgangspunt. Daar voegen we nieuwe
kwaliteiten aan toe en we pakken bestaande Groen in de buurt een rol. We kijken daarom verder dan het oplossingen, waarbij functies bijvoorbeeld
problemen aan. Zo willen we de omschakeling In nieuwe buurten hanteren we een streef- straatniveau. Gebouwen worden groener door worden gecombineerd. Daarbij zal het nodig zijn
naar kringlooplandbouw stimuleren, de bodem- norm voor groen, zodat ook in nieuwe ontwik- natuurinclusief te bouwen, waarbij beplan- om verder te kijken dan de individuele straat of
daling beperken en werken aan een herstel van kelingen voldoende ruimte voor plantsoenen, ting integraal onderdeel wordt van gebouwen. een opzichzelfstaand project. Groene kwaliteit
biodiversiteit. Hiermee realiseren we niet alleen buurtparken en spelen en bewegen is. Straten en Groene daken, gevels en tuinen geven ook vraagt ook om investeren in aanleg en goed
toekomstbestendiger landschappen, maar ook pleinen in bestaande buurten krijgen een groe- intensief bebouwde buurten een groen aanzicht, beheer. Vergroenen van de verdichtende stad
landschappen die vol zijn van leven en daarmee nere inrichting, met zowel grotere plantsoenen met meer leefruimte voor dieren. moeten we samen doen. Het vraagt om betrok-
aantrekkelijker voor de stedeling. als snippergroen. Daarbij geldt het principe dat kenheid van Amsterdammers bij keuzes maken
de openbare ruimte zoveel mogelijk groen wordt We beschermen het groen op particulier en bij het beheer van het groen. We zien de kwali-
De landschappen zijn dankzij een samen- ingericht, tenzij dit om functionele redenen, terrein, met name binnentuinen, zoveel moge- teit die Amsterdammers zelf maken in volkstuin-
hangende structuur van parken, plantsoenen zoals bereikbaarheid of een drukke verblijfsfunc- lijk en zetten in op behoud en uitbreiding van parken als inspirerend voorbeeld. Het behouden
en groene routes verbonden met buurten in de tie niet mogelijk is. Meer straatbomen en -groen het onverharde en groene grondgebied. Groene van deze unieke kwaliteiten staat bij het openbaar
hele stad. In ontwikkelgebieden investeren we in en minder steen is in de dichtbebouwde stads- tuinen en erven dragen bij aan licht en ruimte, toegankelijk maken van tuinparken dan ook
nieuwe parken, bijvoorbeeld in Haven-Stad, op delen binnen de ring een belangrijke klimaatam- zijn goed voor de gezondheid, biodiversiteit en centraal. Gebruik past zich daar op aan.
de Noordelijke IJ-oever en op het Marineterrein, bitie. In de naoorlogse stad ligt de nadruk meer luchtkwaliteit. Ze zorgen voor minder hittestress
waar een compact stadspark aan het Oosterdok op het vergroten van de natuurwaarden en de en meer waterberging en klimaatadaptatie.
komt. Ook onderzoeken we of het mogelijk is gebruiksmogelijkheden van het aanwezige groen
een tweede stadsbos in een van de groene scheg- in combinatie met verdichting. Een uitdagende en gezamenlijke opgave
gen te realiseren. Tegenover meer ruimte voor Rigoureus vergroenen komt boven op de
sport, spel en ontspanning in parken en land- Autoluw creëert veel ruimte voor meer ruimte die nodig is voor verkeer en vervoer, ver-
schappen staat dat we rust- en ruigtegebieden in groen in buurten, maar met ruimte alleen zijn blijven, sport en de energietransitie. Zowel
en om de stad beschermen, zoals grote delen van we er niet. Keuzes in de openbare ruimte blijven boven- als ondergronds zal er vaak onvoldoende
de Bretten en de Oeverlanden of de Koeienweide nodig. Beter groen betekent soms minder groen ruimte zijn om alles een plek te geven. Dit vraag
in het Vondelpark. De inrichting van parken kan oppervlak. Sociale veiligheid speelt hierbij om het maken van echte keuzes en om slimme

56 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 57


Samen
stadmaken
Richting geven op hoofdlijnen en ruimte bieden
aan initiatief

Amsterdam wil meer ruimte voor diversiteit en eigenheid in de manier waarop we Wendbaar en duurzaam
aan de stad bouwen. We werken als vanouds samen met professionele partijen, zoals de We moeten leren omgaan met onzekerheid
woningcorporaties, beleggers en grote instellingen, maar zijn tegelijk op zoek naar het en willen beter samenwerken met samenleving
verbreden van het ontwikkelpalet. Een uitdrukkelijke wens is om Amsterdammers een meer en markt. We kijken daarom met open blik naar
actieve en gelijkwaardige rol te geven. Dat geldt voor beheer en programmering van de eigen
“Ik droom van een stad
hoe we ruimtelijke ontwikkeling in Amsterdam
leefomgeving, ruimte voor lokaal ondernemerschap, programmeren van vrije ruimte, maar ook nu organiseren en hoe fondsen en geldstromen
in het daadwerkelijk bouwen aan de stad en het invulling geven aan de energietransitie.
waar burgers een podium
zijn ingericht. Onze organisatie wordt ingericht
op nauwe samenwerking met buurgemeenten,
Overheid stelt kaders Nieuwe vormen van waardecreatie
en inspraak krijgen over
rijks- en regiopartners en voor een meer actieve
We bereiden ons als gemeente voor op We onderzoeken de manier waarop we rol van Amsterdammers in het beheer en bij het

de inrichting van hun


de aankomende groeispurt. Amsterdam gaat bij ontwikkeling van de stad waarde creëren. bouwen aan de stad. De huidige stapeling van
steviger sturen op ruimtelijke hoofdlijnen en Daarbij kijken we naar een brede invulling van beleid, die in projecten tot het maken van lastige

eigen woonomgeving”
duurzaamheid, betaalbaarheid en algemene waarde en hoe we die lokaal ten goede kunnen afwegingen leidt, maken we beter hanteerbaar
uitgangspunten voor stedenbouwkundige en laten komen. We onderzoeken ook of Amster- met goede afwegingskaders en beslisprocedu-
architectonische kwaliteit. Met eenvoudige dam zelf kan investeren in woningbouw. Dat res. Onze ontwikkelpraktijk vraagt om meer
en beknopte regels willen we een gelijk speel- geeft de mogelijkheid met partijen van eigen adaptieve strategieën. Voorwaardelijk bij grote Ismay | Stadsdeel Noord
veld creëren, waarop meer partijen dan nu het keuze te werken. Dit betekent dat zelfbouwini- investeringen is een meervoudige werking en
geval is zich welkom voelen om mee te bouwen tiatieven zoals wooncollectieven en coöperaties faseerbaarheid bij uitvoering. Integraal ontwer-
aan de stad. Om steviger te kunnen sturen op een serieuze mogelijkheid worden. Het zou een pen, met overmaat in gebouwen en de boven-
hoofdlijnen bouwen we een ruimtelijk instru- verbreding van het huidige palet aan ontwikkel- en ondergrond en gemaakt met mooie, duur-
mentarium, waarvoor het ruimtelijke beeld uit vormen betekenen, met grote maatschappelijke zame materialen wordt de norm.
de omgevingsvisie de basis vormt. Om door- meerwaarde, zeker in de verdichtingsgebieden
werking van beleid, leren en tijdig bijsturen te in de naoorlogse stad.
borgen, vernieuwt Amsterdam de eigen beleids-
cyclus. De omgevingsvisie is daar als ‘levend Nieuwe ontwikkelvormen bieden een
document’ een belangrijk onderdeel van. goede kans om blijvend betaalbare huurwonin-
gen en multifunctionele ruimtes te bouwen.
Stad als laboratorium Amsterdam wil daarin veel meer mogelijk
We willen ruimte maken voor experi- maken. We onderzoeken een woningbouw-
menten met nieuwe vormen van cocreatie en fonds en stellen bouwkavels beschikbaar.
democratische vernieuwing. In de geest van de Nieuwe ontwikkelvormen als collectieve zelf-
Omgevingswet gebruiken we nieuwe digitale bouw kunnen deels voorzien in de vraag naar
middelen voor een gelijkwaardige informatie- middeldure en sociale huurwoningen, waarbij
voorziening. We willen meer gebruikmaken van de collectieven eigenaar zijn en verhuurder en
collectieve kennis en ondersteunen lokale visie- beheerder van hun eigen complex. In onze
vorming en organisaties. Meer eigenaarschap zoektocht naar manieren om lang-cyclisch
en een actievere rol voor Amsterdammers als waarde aan de stad toe te voegen, zoeken we
stadmakers vergroot het vertrouwen in de toe- ook de samenwerking met de woningcorpora-
komst van de stad en de buurt. Hierin hebben ties en private partijen.
ook de corporaties en professionele ontwikke-
laars een rol.

58 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 59


Hoofdpunten
van de vijf
strategische
keuzes
• Meerkernige ontwikkeling • Samen stadmaken
Van uitrol centrumgebied naar een meerkernige en meer diverse verstedelijking Richting geven op hoofdlijnen en ruimte bieden aan initiatief
- Regionale spreiding stedelijke voorzieningen en werkgelegenheid. - Gelijkwaardige (digitale) informatiepositie bij planvorming.
- Onderscheidende ontwikkeling Nieuw-West, Zuidoost en Noord. - Buurtbatenovereenkomsten en buurtomgevingsvisies.
- Twee bruggen over het IJ en een regionaal fietsnetwerk. - Grotere rol Amsterdammers bij beheer en ontwikkeling.
- Uitbreiding hov en metronet en ontwikkeling stationskwartieren. - Ruim baan voor wooncoöperaties: naar 10% van de woningvoorraad in 2040.
- Vrije ruimte als vast onderdeel van de planvorming.
• Groeien binnen grenzen
Verdichting door complete en duurzame wijkontwikkeling
- Ruimte voor 150.000 woningen erbij in complete buurten.
- Verduurzamen bestaande buurten en woningen.
- Behoud van productieve bedrijvigheid in Amsterdam.
- Ruimte voor schone energie en duurzame initiatieven.
- Verduurzaming van de haven.

• Duurzaam en gezond bewegen

“Bewoners en
Heel Amsterdam een ov-, wandel- en fietsstad
- Een openbare ruimte die uitnodigt tot ontmoeting en bewegen.

gebruikers van
- Meer ruimte voor fietsers en voetgangers. Auto’s zijn te gast.
- Verkeerswegen (Gooiseweg, Lelylaan, Burg. Roëllstraat) worden groene stadslanen,

de regio moeten
begeleid door bebouwing.

Rigoureus vergroenen
zich realiseren dat

Een gezonde en klimaatbestendige leefomgeving voor mens en dier

ze in een groter
- Openbare ruimte zo groen mogelijk inrichten.
- Ontwikkeling parken (Oeverlanden, Hondsrugpark, Gaasperdakpark, Zuidasdokpark en

gebied wonen dan


NDSM-Oost).
- Groene routes en ecologische verbindingen.

alleen in hun stad


- Investeren in het landschap: natuurontwikkeling, kringlooplandbouw, en ruimte voor
sporten en bewegen.

of dorp”
Theo Baart | Almere

60 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 61


62 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 63
 eel II
D
Waar

Metropoolregio Amsterdam 67
Amsterdam en de agglomeratie 74
Ruimtelijk-programmatisch kader 85
De stadsdelen 125
Een samenhangende en adaptieve fasering 142

Ruimtelijke reserveringen 147

In dit deel beschrijven we in tekst en kaart hoe de strategische keuzes uit deel I
doorwerken op het schaalniveau van de regio, de stad en de agglomeratie en de stadsdelen.
We laten zien hoe de gekozen richtingen in Amsterdam samenhangen met de ontwikkeling
van de rest van de regio en andersom hoe de ontwikkelingen elders in de regio invloed
hebben op de keuzes die we in Amsterdam maken. Vervolgens laat de visiekaart van
“Richt wijken Amsterdam en de agglomeratie zien op welke grote ontwikkelingen Amsterdam inzet en wat
belangrijke dragers zijn voor de verandering en groei van de stad.
zo in dat ze
uitnodigen
Het toekomstbeeld is uitgewerkt in een ruimtelijk-programmatisch kader. Hierin zijn stads-
brede ambities en opgaven vertaald in stedelijke netwerken voor water, verkeer en vervoer, openbare

tot bewegen
ruimte, groene verbindingen en groene plekken en plekken met stedelijke betekenis. Een verdich-
tingskaart geeft de kaders voor nieuwe ontwikkelingen met daarin meegenomen normen voor groen,

en spelen”
sport en maatschappelijke voorzieningen. Er wordt ruimte gemaakt voor werken en verduurzamings-
ingrepen. Het ruimtelijk-programmatisch kader maakt op die manier op samenhangende en verant-
woorde wijze de ontwikkeling van de stad mogelijk.
Jaap Seidell
In het hoofdstuk Stadsdelen van dit deel is per stadsdeel uiteengezet welke opgaven en keuzes er
uit de visie volgen. Deze zijn eveneens op een meer gedetailleerde kaart weergegeven. Op het niveau
van de stadsdelen en gebieden liggen er uitwerkingsopgaven om opgaven en kansen met elkaar in
verband te brengen. De omgevingsvisie geeft hiervoor op hoofdlijnen richting aan.

Ten slotte geeft het hoofdstuk een samenhangende en adaptieve fasering en op hoofdlijnen
inzicht in hoe de grote investeringen in bereikbaarheid en groen samenhangen met gebiedsontwikke-
lingen in Amsterdam.

64 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 65


5
Metropoolregio
Amsterdam
De Metropoolregio Amsterdam heeft een sterke internationale positie. Het is een stedelijke
regio met 2,5 miljoen inwoners, 300.000 bedrijven en 1,5 miljoen banen, die zich uitstrekt van
Zandvoort tot Lelystad, van Heemskerk tot Hilversum en van Beemster tot Haarlemmermeer.
Samen met de metropoolregio’s van Rotterdam Den Haag, Utrecht en Eindhoven vormen we
een magneet voor internationale kennis, arbeid en investeringen. Amsterdam wil met zijn
ontwikkeling bijdragen aan het versterken van de hele regio tot een meerkernig, samenhangend
en evenwichtig systeem. Daarbij streeft Amsterdam een zoveel mogelijk compacte groei binnen
grenzen na. Ook de andere strategische keuzes kennen een duidelijke regionale component:
de inzet op duurzaam en gezond bewegen vraagt om een regionale schaalsprong van het
ov en goede fietsverbindingen. De vergroening van de stad krijgt mede haar beslag in de
landschappen in de regio. We werken hiervoor samen met andere delen van de metropoolregio.

Duurzame In de metropoolregio zijn drie typen


en internationaal verstedelijking te onderscheiden, die alle drie
aantrekkelijke een andere functie vervullen. We willen uitgaan
metropoolregio van de kenmerken en eigenheid van de typen en

“Niet te veel willen


De Amsterdamse metropoolregio is van daarop voortbouwen.
oudsher opgebouwd uit meerdere stedelijke
Agglomeratie
programmeren, zodat
kernen, omgeven door een divers en aantrek-
kelijk landschap. De metropoolregio, en de Amsterdam is de grootste stad van de

er vrije ruimte blijft


agglomeratie daarbinnen, functioneert als een metropoolregio. Samen met de gemeenten
samenhangend systeem waarin iedere gemeente Zaanstad, Diemen, Ouder-Amstel en Amstel-

voor experiment en
een specifieke rol vervult en we elkaar aanvul- veen vormen we één stedelijk weefsel met
len. Met de IJmond, de havens en industrie van meerdere kernen: de agglomeratie Amsterdam.

plekken niet gelijk


het Noordzeekanaalgebied beschikt de regio Kenmerkend voor de agglomeratie is dat daar
bijvoorbeeld over een nautische toegangspoort lokale, regionale, nationale en internationale

commercieel hoeven
met veel kansen voor innovatie rond duurzame voorzieningen en netwerken samenkomen.
energie. Tel daarbij op de recreatieve mogelijk- Dat maakt de agglomeratie een knooppunt voor

te zijn”
heden in de kustplaatsen en de binnenduin- uitwisseling van goederen, maar vooral ook
rand, de internationale handel rond Schiphol van mensen en ideeën. Stedelijke kwaliteit,
en de Greenport Aalsmeer, de aantrekkelijke met hoge dichtheden aan wonen, werken en
Shamiro van der Geld | Stadsdeel Zuidoost woonmilieus in de Gooi en Vechtstreek, de voorzieningen en levendige openbare ruimtes
pioniersgeest van Flevoland en de karakteris- is hiervoor de belangrijkste voorwaarde. In de
tieke historische dorpen van Waterland met Amsterdamse agglomeratie tref je economische
de maakindustrie van Zaanstad. Deze variatie topmilieus aan en culturele instellingen en ken-
vormt een belangrijke kracht van de Metropool- nis- en onderwijsinstellingen van internationaal
regio Amsterdam. niveau.

66 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 67


Regiokernen ontwikkeling van nieuwe stedelijke centra in nieuwe aanvullende vestigingsmilieus ont- Amsterdam en Zaanstad vindt grootschalige
In een ring rond de agglomeratie liggen de stad, die vanuit de regio goed met ov en fiets staan. transformatie van bestaande bedrijventerrei-
steden waar we een nauwe functionele band bereikbaar zijn, het versterken van de kwaliteit nen plaats. Bedrijven zoeken hierdoor elders
mee hebben, alleen al door de forenzen die van compacte regiokernen en een toekomstbe- De afgelopen jaren zijn er veel wonin- naar ruimte. In met name Almere, Purmerend,
dagelijkse heen en weer pendelen. Dit zijn stendig en aantrekkelijk landschap. gen gebouwd in de regiokernen die ooit als Haarlemmermeer, Aalsmeer en Lelystad is die
Hilversum, Hoofddorp, Haarlem, Purmerend groeikern zijn aangewezen, terwijl de werk- nog te vinden. Om optimaal invulling te geven
en Almere. Samen bieden de regiokernen plaats Compact bouwen op goed gelegenheid en het voorzieningenniveau vaak aan de ruimte, worden binnen de metropool-
aan een aanzienlijk deel van de inwoners van de bereikbare plekken achterbleef. De noordzijde en oostflank van de regio per deelregio kwalitatieve economische
metropoolregio. De ooit tot groeikernen aan- We groeien binnen de bestaande grenzen metropoolregio zijn hierdoor in sociaal-maat- profielen opgesteld. Dat helpt de vestiging van
gewezen steden Almere, Lelystad, Hoofddorp van de stad, op plekken die via openbaar vervoer schappelijk en economisch opzicht kwetsbaar bedrijven aan te laten sluiten bij de eigen kracht
en Purmerend hebben in het verleden grote goed met de regio en de rest van Nederland geworden. Regiokernen als Zaanstad, Hoofd- en identiteit van de verschillende delen, en bij
woningbouwopgaven voor de regio op zich worden verbonden. Dat doen we in stedelijke dorp en Beverwijk kunnen bij verdichting van het complementair zijn aan elkaar.
genomen, veelal in suburbane woonmilieus. Ze tot hoogstedelijke dichtheden. Zo maken we in hun centra, op en rond knooppunten, profiteren
vormen daarmee een belangrijke aanvulling op de metropoolregio plek voor meer mensen en van kansen die voortkomen uit verstedelij- Duurzaam en gezond bewegen
de stedelijke en hoogstedelijke woonmilieus bedrijven en bouwen we verder aan een hoog- king. Grootschalige transformatie van bedrij- in de regio
van Amsterdam. Haarlem en Hilversum hebben waardig voorzieningenaanbod. De verschil- venterreinen in Amsterdam en Zaanstad ten Binnen de metropoolregio is er sprake
al van oudsher een eigenstandige rol in de regio. lende stedelijke centra in Amsterdam en in de behoeve van woningbouw zorgt ervoor dat van twee verschillende mobiliteitsprofielen:
Ze beschikken over een gelaagde stedelijkheid, regio profiteren van elkaars relatieve nabijheid. bedrijven deels uitwijken naar Almere, Purme- verplaatsingen binnen of tussen hoogstedelijke
met aantrekkelijke en gemengde centra. De Het zijn woon-werkgebieden die juist vanwege rend, Haarlemmermeer, Aalsmeer en Lelystad. gebieden (vooral met het openbaar vervoer
stadsharten van de regiokernen zijn meestal het belang van die nabijheid niet zomaar elders Beide ontwikkelingen leiden tot spreiding van en de fiets) en verplaatsingen buiten of tussen
goed met Amsterdam verbonden en hebben in Nederland een plek kunnen krijgen. Door werkgelegenheid. De komst van meer werkge- hoogstedelijke gebieden en minder stedelijke
door hun voorzieningenaanbod een belangrijke binnen bestaande grenzen in de stad te bouwen legenheid verbetert de sociaal-maatschappelijke gebieden (vooral per auto). Amsterdam is nu al
rol voor de kleinere steden en dorpen in hun kan het landschap vrij van bebouwing blijven positie van de inwoners. Ook voor nieuwe voor een groot deel een hoogstedelijk gebied en
nabijheid. Denk bijvoorbeeld aan de functie die en creëren we draagvlak voor een duurzaam en vestigingen van hoger onderwijs en cultuur in de toekomst wordt dit gebied door verdich-
het stadshart van Purmerend voor inwoners van gezond mobiliteitssysteem, met zo min moge- wordt onderzocht of deze in regiokernen een ting van de stad steeds groter. Dit gaat in de stad
Middenbeemster heeft. De komende decennia lijk uitstoot en hinder. Amsterdam biedt op plek kunnen krijgen. Op dit moment werken gepaard met een verdere verschuiving van auto-
willen we samen met de regiokernen werken die manier plaats aan ongeveer de helft van de we op deze wijze ook al samen met Almere aan gebruik naar duurzaam en gezond bewegen:
aan het verhogen van de stedelijke kwaliteit in woningbouwopgave in de regio. de verdere ontwikkeling van deze regiokern. lopen, fietsen en ov-gebruik voor de dagelijkse
en rond de stadskernen. De vraag naar stedelijk Het versterken van het ondernemersklimaat en verplaatsingen.
wonen en werken in de metropoolregio kan Door de locaties van de ontwikkelgebieden de veerkracht van de samenleving heeft daar de
daardoor ook meer dan voorheen in de regioker- in de flanken van de stad verandert de oriëntatie komende jaren prioriteit. In een evenwichtige metropool zijn
nen landen. van de stad op de omgeving. De stad richt zich dagelijkse voorzieningen en passende werk-
meer dan voorheen naar de agglomeratie en de Amsterdam biedt tot 2050 ruimte aan gelegenheid voor alle inwoners op een snelle
Dorpen en stadjes rest van de regio. Wanneer het andere deel van ongeveer 200.000 extra banen in de stad. De en betaalbare manier bereikbaar. Met betere
De kleinere dorpen en stadjes bieden de woningbouwopgave voor de metropoolregio andere helft van de verwachte banengroei is ov-verbindingen tussen werkgebieden en delen
weer andere woonmilieus aan, zoals het zeer compact in en nabij de centra van de regioker- voorzien in de andere delen van de metropool- van de metropoolregio met relatieve vervoers-
gewilde centrum-dorpse woonmilieu. Zand- nen wordt gebouwd, worden de mogelijkhe- regio. Daarmee verdeelt de banengroei zich veel armoede, zoals delen van Zaandam, werken we
voort, Weesp of Ouderkerk aan de Amstel zijn den voor ov-verbindingen vergroot. Met het meer dan voorheen over de regio. Amsterdam aan het verbeteren van de kansengelijkheid. We
hier voorbeelden van. Het zijn relatief kleine verdichten van de centra ontstaat meer draag- ondersteunt de deelregio’s bij het opstellen erkennen dat grote delen van de regio onver-
kernen die vrij in het landschap liggen en juist kracht voor winkels, voorzieningen en openbaar van kwalitatieve economische profielen om de minderd van de auto afhankelijk zijn. Het regio-
die inbedding in het landschap is een belang- vervoer, wat bijdraagt aan de leefbaarheid. economische kracht van de regio te versterken. nale autonetwerk wordt daarom via mobiliteits-
rijk onderdeel van hun aantrekkelijkheid, vaak Hiermee wordt binnen de MRA gewerkt aan hubs verknoopt met het fiets- en ov-netwerk
samen met de kleinschalige en levendige histo- Evenwichtige ontwikkeling van werk en economische complementariteit, terwijl lokaal van Amsterdam. Met de buurgemeenten en de
rische kernen. voorzieningen vestigingskansen worden benut in stadsharten metropoolregio zullen we onderzoeken wat
De afgelopen jaren is de werkgelegenheid en synergie ontstaat op bedrijventerreinen. hiervoor de beste plekken zijn.
in Amsterdam en de Haarlemmermeer harder
Versterken van gegroeid dan in andere delen van de metro- Een evenwichtige spreiding dient ook De afstand die mensen dagelijks afleggen
meerkernige kwaliteit poolregio. Voor de komende jaren zetten we een ander belang. Voor een economisch sterke voor woon-werkverkeer van en naar Amster-
Met de ontwikkeling van Amsterdam wil- ons, samen met de partners van de metropool- metropoolregio zijn ook in andere delen van de dam, wordt langer. Steden als Alkmaar, Amers-
len we bijdragen aan de versterking, en een meer regio, daarom in voor een meer evenwichtige metropoolregio aanvullende vestigingsmilieus foort, Utrecht en Leiden zijn ook onderdeel
evenwichtige ontwikkeling van de meerkernige ontwikkeling van de metropoolregio, waarbij nodig. Naast vestigingsmilieus voor kantoren van het Amsterdamse ruimtelijke systeem.
metropool. Daarom is de inzet gericht op de ook in andere delen van de metropoolregio gaat het daarbij ook om bedrijventerreinen. In Het woon-werkverkeer tussen Amsterdam en

68 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 69


verder weg gelegen grotere Nederlandse steden Toekomstbestendige landschappen Verduurzamen van een Met kleinere milieucontouren en minder hinder.
en het toenemend belang van internationale in de regio internationaal knooppunt De Noord/Zuidlijn zal de ov-verbinding tussen
bereikbaarheid vraagt om meer ruimte op het Met de nabijheid, diversiteit en schoon- Via Schiphol, treinstations waar internati- de stad en Schiphol versterken. We willen dat
nationaal spoor. Samen met de metropoolregio heid aan landschappen, ontsloten door een onale treinen halteren, de zeehaven met de zee- vluchten over kortere afstand vervangen worden
en het Rijk onderzoeken we hoe we op het nati- fijnmazig netwerk van meren, vaarten, sloten, sluizen bij IJmuiden en het digitale knooppunt door internationale treinen. Om dat mogelijk
onaal spoor aan de zuidzijde van de stad ruimte dijken, paden en linten, heeft de metropool- AMS-IX is de metropoolregio met de wereld te maken worden de NS-stations Schiphol en
kunnen maken voor meer intercity’s en inter- regio goud in handen. Binnen onze grenzen verbonden. Dit blijven ook voor de toekomst Amsterdam Zuid internationale treinstations,
nationale treinen. Die ruimte kan verkregen liggen de oer-Hollandse veenweiden van Laag belangrijke knooppunten. De transitie naar een waarvandaan treinen via het zuidwesten van
worden door het regionale vervoer in de rich- Holland en het Groene Hart, de landgoederen duurzame toekomst, met minder hinder voor Nederland naar België, Engeland en Frankrijk
ting van Hoofddorp, Zaanstad en Almere deels van ’s-Graveland en de binnenduinrand, de de leefomgeving, is daarbij een centrale opgave. vertrekken, en via het oosten van het land naar
te verzorgen met metro. Aan de noordzijde van Kennemerduinen met de Noordzeestranden, de Daar zijn in de metropoolregio goede aankno- Duitsland en verder. Het spoor heeft daarnaast De Amsterdamse
de stad, vanuit Haarlem richting Amsterdam, en bossen en heiden van de Gooi en Vechtstreek, pingspunten voor te vinden. een internationale functie als verbinding met metropoolregio
naar het Gooi kan op het nationaal spoor juist het grote binnenmeer en de kusten van het het Europese achterland voor goederen die in de in internationale
meer ruimte gemaakt worden voor regionale Markermeer-IJmeer, het ‘nieuwe land’ van de Haven in internationaal perspectief haven worden overgeslagen. context.
treinen. Ook willen we graag met de Vervoer- Flevopolders met de Oostvaardersplassen en de De haven van Amsterdam maakt deel uit
regio Amsterdam, de MRA en het Rijk onder- Markerwadden, Unesco-erfgoed De Beemster, van het Noordzeekanaalgebied. Het is van belang
zoeken of op het rijkswegennet ruimte gemaakt de Stelling van Amsterdam, en grootschalige om de ontwikkeling van dit gebied in samen-
kan worden voor nieuwe vormen van openbaar recreatiegebieden als het Amsterdamse Bos. Het hang te bezien. De bereikbaarheidsopgaven, leef-
vervoer, zoals hoogwaardige, snelle bussen. is een kostbare collectie die bijdraagt aan een baarheidsopgaven en de energietransitie vragen
aantrekkelijk vestigingsklimaat. En van groot om flinke veranderingen. In de IJmond komt de
Uitgangspunt van een keuze voor duur- belang voor een toenemend aantal inwoners als duurzame energie, die voor de kust in windmo-
zaam en gezond bewegen is bij het betreffende recreatief uitloopgebied, voor de biodiversiteit, lenparken wordt opgewekt, aan land. Daarnaast
gebied passende en efficiënte mobiliteit. Binnen voor het bufferen van effecten van klimaatver- loopt er een aantal grote gas- en stroomleidingen
Amsterdam vraagt de toenemende druk op de andering en de productie van gezond en duur- door de metropoolregio, die ruggengraten van
openbare ruimte om het geleidelijk autoluw zaam voedsel, schoon drinkwater en energie- het nationale energienetwerk zijn. De Amster-
maken van de stad. Hiervoor zijn ingrepen in het opwekking. We zetten daarom in op behoud én damse haven ligt daarom op een goede plek om
autonetwerk noodzakelijk, waardoor bijvoor- versterking van de waarde en betekenis van deze zich te ontwikkelen van op- en overslaghaven
beeld de tweede ring van de A9-A5 meer benut landschappen als integraal onderdeel van de voor o.a. fossiele brandstof naar een knooppunt
zal worden als ontsluiting van Nieuw-West en ruimtelijke ontwikkeling. voor duurzame energie en een draaischijf in de
Zuidoost. We zijn ons ervan bewust dat dit meer circulaire economie. We zorgen dat er voldoende
hinder kan betekenen voor de plaatsen die aan de De grote opgaven die op het landschap milieuruimte is voor het faciliteren van deze
A9-A5 liggen, zoals Amstelveen. Samen met de afkomen, zien we als ontwikkelkansen. Het transitie en streven ernaar dat de milieuhinder
landelijke en regionale partners willen we kijken landschap moet klimaatbestendiger worden voor zoveel mogelijk mensen afneemt, zowel
hoe we deze overlast kunnen voorkomen of gemaakt, meer in samenhang met het stedelijk in Amsterdam als in de omliggende gemeenten
zoveel mogelijk kunnen mitigeren. gebied beschouwd en met een hogere kwaliteit Haarlemmermeer, Velsen en Zaanstad.
ingericht en beheerd. We willen investeren
Gebruik rijksinfrastructuur in het landschap en helpen om uithollende Internationale bereikbaarheid
De rijksinfrastructuur van autosnelwegen processen te stoppen. Daarbij gaan we uit van Schiphol vervult een belangrijke rol voor de
en spoorwegen in het hoogstedelijk gebied van de huidige kwaliteiten van de verschillende internationale bereikbaarheid en daarmee voor
Amsterdam wordt steeds intensiever gebruikt landschappen en voegen we nieuwe kwalitei- de aantrekkelijkheid van het centrale deel van
voor (binnen)stedelijke verplaatsingen. Con- ten toe. Nederland. In de zone tussen Hoofddorp, Zuidas
currentie met het doorgaande verkeer op zowel en Amsterdam Zuidoost, en verder richting
spoor als snelweg leidt tot steeds meer en grotere In regionale samenwerking zijn meerdere Utrecht en Almere landen functies die met die
knelpunten in de nationale netwerken in en rond opgaven voor urgente én kansrijke landschap- internationale bereikbaarheid zijn verknoopt.
Amsterdam. Door de nationale en stedelijke pelijke ontwikkeling in beeld gekomen. De Samen met Haarlemmermeer onderzoeken
systemen te ontvlechten kan zowel de rijksin- veenweidegebieden van Zaanstreek-Waterland, we hoe ontwikkelingen tussen Hoofddorp en
frastructuur worden ontlast als de groei van het de scheggen en stad-land-verbindingen hebben Amsterdam zowel ten dienste van de internati-
hoogstedelijk gebied worden gefaciliteerd. Dit voor Amsterdam prioriteit. We verkennen hoe onale en nationale economie staan, als de lokale
geldt zowel voor het wegsysteem als het spoor- opbrengsten uit stadsontwikkeling gekoppeld kwaliteit verbeteren. Vanuit de impact op de
systeem. Zie verder de beschrijving van de net- kunnen worden aan investeringen in het land- leefkwaliteit en het klimaat gedacht, en om meer
werken voor het openbaar vervoer en de auto in schap. Hierbij werken we nauw samen met onze woningen mogelijk te maken, staat Amsterdam
hoofdstuk 7 Ruimtelijk-programmatisch kader. buurgemeenten, regiopartners en de provincie. voor een duurzame ontwikkeling van Schiphol.

70 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 71


Meerkernige metropoolregio
Toekomstbeeld Amsterdam
Agglomeratie: meerkernig en compact stedelijk gebied, met onderling verbonden
in de regio
buurten en kernen

Regiokern met verdichting op en rond ov-knooppunten

Overige dorpen en steden, vrij gelegen in het landschap

Verbonden door openbaar vervoer

Een regionaal fietsnetwerk verbindt de agglomeratie met de omgeving

Metro: hoogwaardig openbaar vervoer (hov) verzorgt een groot deel van het
regionale verkeer

Bus: hoogwaardig openbaar vervoer (hov) verzorgt een groot deel van het
regionale verkeer

Sprinters: hoogwaardig openbaar vervoer (hov) verzorgt een groot deel van het
regionale verkeer

Nieuwe metroverbindingen, afgestemd op regionale ontwikkelingen

Richting het zuiden op het spoor meer ruimte voor intercity’s en internationale
treinen
Overstap tussen auto en openbaar
Overstap tussen auto en openbaar vervoer via hubs (locaties nog onbepaald)
vervoer via Hubs (locaties nog onbe-
paald) bij kruising snelweg en ov.

bij kruising snelweg en ov

Met landschap van grote(re) waarde

Groene scheggen: landschapsparken met natuur, recreatie en klimaatadaptatie

Waterland: verminderde bodemdaling, verhoogde biodiversiteit en meer


mogelijkheden recreatief medegebruik

IJmeer: open ruimte met grote maat, natuur en recreatie in de kustzones

Nationaal park Nieuw Land: Markermeer, Lepelaar- en Oostvaardersplassen en


Marker Wadden

Stelling van Amsterdam: historie gecombineerd met recreatie en natuur

Duurzaam en internationaal knooppunt

Amsterdamse haven: knoopppunt voor duurzame energie en draaischijf in


de circulaire economie

Aanlanding grootschalige windparken op zee

Energiehoofdstructuur (indicatief)

Waterstofnetwerk (indicatief)

Schiphol is duurzaam ontwikkeld met kleinere milieucontouren en minder hinder

Internatonale treinstations verbinden de metropoolregio met stedelijke regio’s


in het buitenland

72 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 73


6
Nieuwe stedelijke kwaliteit schap. Het gebruik van het water en het groen
in een meerkernige zal intensiever en gevarieerder worden. Nieuwe
agglomeratie buurten langs het IJ en grenzend aan de groene

Amsterdam
Samen met de buurgemeenten vormt scheggen geven de stad ook een meer naar de
Amsterdam in 2050 een meerkernig en com- regio gericht gezicht. Een deel van de bezoe-
pact stedelijk gebied, waar buurten en kernen kerseconomie zal zich naar hier verplaatsen. In

en de
onderling verbonden zijn. In Amsterdam zijn en direct rond het centrum ontstaat hierdoor
voormalige werkgebieden langs de IJ-oevers en ruimte voor meer balans tussen wonen, werken
tussen de naoorlogse wijken en het landschap en bezoekerseconomie.

agglomeratie
uitgegroeid tot gemengde buurten. Hier kun je
wonen in hoge dichtheden, met nieuwe voor- Het belang van de ontwikkeling van het
zieningen om de hoek en ruimte voor bedrij- waterfront, met het IJ als centrale ruimte, is
vigheid. In de naoorlogse wijken van Amster- in het advies over de IJ-oeververbindingen uit
dam vinden we ruimte voor meer inwoners en 2020 opnieuw bevestigd. Net als het belang van
voorzieningen. Dit kan dankzij een zorgvuldige het IJ voor de beroepsvaart. De bouw van twee
verdichting, waarbij de leefbaarheid en gemeen- bruggen en een intensiever gebruik van het IJ
Als je Amsterdam vanuit de lucht bekijkt, lopen Zaanstad, Amsterdam, Diemen, Duivendrecht schappen versterkt worden. Bestaande cultuur- voor vervoer van personen maakt van de kades
en Amstelveen in elkaar over. Dat aaneengesloten stadsgebied noemen we de agglomeratie. historische waarden bieden in de naoorlogse en oevers voor de stad meer dan alleen een mooi
Voor de manier waarop mensen gebruikmaken van voorzieningen en door dit gebied bewegen, wijken volop aanleiding voor het maken van een decor. De stad zal zich nog sterker naar het IJ
zijn gemeentegrenzen weinig relevant. Hetzelfde geldt voor infrastructuur en groen, water en nieuwe stedelijke kwaliteit. richten. Aan de noordoever van het IJ ontstaat
landschap. Hoewel de omgevingsvisie alleen bindend is voor het grondgebied van de gemeente een kralenketting van aantrekkelijke publieke
Amsterdam, laten we daarom toch zien hoe we op de schaal van de agglomeratie invulling De nieuwe buurten kennen een prettige plekken, met culturele voorzieningen, een
geven aan de strategische keuzes voor een meerkernige ontwikkeling, groeien binnen grenzen, afwisseling tussen rustig wonen en levendige mogelijk nieuw park bij de Sixhaven en een park
duurzaam en gezond bewegen en rigoureus vergroenen. Daarnaast benoemen we de bestaande straten en pleinen en er is volop groene kwa- op de NDSM-werf, uitzichtpunten en zwem-
kwaliteiten van de stad. Die vormen een waardevol vertrekpunt bij de ontwikkeling van de stad. liteit. Ze hebben een dichtheid aan wonen en plekken. Het worden plekken die voor heel
werken die ruimte laat voor voldoende groen, Noord grote betekenis hebben. Met de ontwik-
openbare ruimte, voorzieningen en sportvel- keling van Haven-Stad komt ook het westelijk
Samen optrekken Weesp, Ouderkerk aan de Amstel, Badhoeve- den. Dat betekent dat complete buurten het deel van Amsterdam aan het IJ te liggen. Hier
De komende decennia richt de ontwikkeling dorp, Oostzaan, Landsmeer en de dorpjes van uitgangspunt is, niet maximale dichtheid. In komen ook twee nieuwe stadsparken aan het
van Amsterdam zich minder op het centrum en Waterland zien we daarom niet als onderdeel buurten is in gebouwplinten ruimte gemaakt water.
meer naar buiten. Veel van onze ontwikkelgebie- van de agglomeratie. Hier is juist de dorpse voor bedrijvigheid en voorzieningen. In de hele
den raken direct aan die van de buurgemeenten. kwaliteit en de vrije ligging in het landschap, en stad wordt het ruimtebeslag van de auto ver- De belangrijkste zwaartepunten van
Ontwikkelingen als de Achtersluispolder in daarmee het losliggen van de agglomeratie, van minderd om plaats te maken voor actief vervoer, ontwikkeling en concentraties van werken en
Zaanstad en De Nieuwe Kern in Ouder-Amstel belang. Door de agglomeratie als een eenheid verblijven en meer groene kwaliteit. voorzieningen bevinden zich rondom belang-
gaan naadloos over in Amsterdamse project- te bekijken, komen gezamenlijke kansen en rijke openbaarvervoerknooppunten. Dankzij
gebieden in Haven-Stad en Amstel-Stad/Bijl- opgaven in beeld. In alle delen van de agglome- Stad aan water en landschap investeringen in trein, metro en hov zijn deze
mer-West. Door goed af te stemmen kunnen die ratie wordt door transformatie en verdichting De centrale ruimtelijke beweging van de nieuwe gebieden straks goed bereikbaar vanuit
ontwikkelingen elkaar versterken. We hebben ontwikkeld. En overal zal de komende tijd een structuurvisie uit 2011was de uitrol van het de hele metropoolregio en de rest van ons land.
in overleg en met hulp van de buurgemeenten omschakeling naar duurzame energie gemaakt centrum. Deze compacte verstedelijkingsstrate- Ze ontlenen hun kwaliteit aan de nabijheid
een visiekaart getekend waarin het onderscheid worden. Hoe kunnen we elkaar daarin helpen? gie richtte zich vooral op de zone direct rondom van groene stadsranden en de aangrenzende
tussen Amsterdam en de andere gemeenten nau- Er liggen kansen voor gedeelde warmtenetten de vooroorlogse stad: in de Ringzone langs de bestaande buurten in Nieuw-West en Zuid-
welijks zichtbaar is. Voor de duidelijkheid: alles en elektra-onderstations en het inpassen van A10 en het ringspoor en in de centrale delen van oost. Ze worden via aantrekkelijke stadsstraten
dat in de omgevingsvisie buiten de Amsterdamse ruimte voor sport. Keuzes die we hierin als de noordelijke IJ-oevers. De nieuwe ruimtelijke en -lanen en groene routes verbonden met het
gemeentegrenzen is getekend, heeft geen status. Amsterdam maken, hebben impact op onze koers naar een meerkernige stad betekent dat de landschap en de bestaande stad. De nieuwe ont-
Waar ideeën de gemeentegrens overschrijden buren. Ook willen we meer vanuit de schaal meeste nieuwe ontwikkelingen plaatsvinden in wikkelgebieden vormen zo ook een verbinding
moet dat gelezen worden als een startpunt voor van de agglomeratie bekijken waar bedrijven en Nieuw-West, Noord en Zuidoost. Amsterdam tussen Nieuw-West en Zuidoost en de groene
gesprek en samenwerking met onze buurgemeen- stadslogistiek in de nabijheid van de stad een transformeert in deze stadsdelen bedrijventer- scheggen. De barrières van spoor en snelwegen
ten en andere partijen. plek kunnen krijgen. We kunnen onze onder- reinen en verdicht bestaande buurten. Via deze worden hiervoor geslecht.
linge verbindingen versterken door fietsroutes stadsdelen maakt de stad de verbinding met het
Gezamenlijke kansen en opgaven goed op elkaar aan te laten sluiten en we kunnen water van het IJ en met de groene scheggen. Veel In de bestaande buurten in Nieuw-West,
Als definitie van de agglomeratie zijn we samen nadenken over het verminderen van aandacht gaat daarom uit naar de vormgeving Zuidoost en Noord ontwikkelen we vooral langs
uitgegaan van het doorlopend stedelijk weefsel. tussenliggende barrières. van de randen van de stad aan het IJ en het land- doorgaande straten en lanen. Deze vormen een

74 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 75


Verstedelijkingsconcept agglomeratie
De stad verdicht op plekken die goed bereikbaar zijn met het openbaar vervoer en verbonden
met de regio. Aan de zuidkant langs spoor en metro richting Zuidoost en Schiphol, aan de noord-
kant van de stad langs spoor, hov en metro richting Zaandam. De grote ontwikkelgebieden zijn
verknoopt met bestaande buurten dankzij doorlopende straten en groene routes. Hierlangs is ook in
bestaande buurten ruimte voor verdichting en nieuwe stedelijke kwaliteit. Deze verdichting, samen
met de versterking van stedelijke plekken in de hele stad, betekent een meerkernige ontwikkeling
op basis van eigen karakter en kwaliteiten. Deze kernen en buurten zijn onderling en met het
centrum verbonden door een continu en vanzelfsprekend netwerk van aantrekkelijke en groene
straten. Voldoende groen in de buurt, in de openbare ruimte en goede verbindingen met het land-
schap en het water zorgen voor een leefbare en klimaatbestendige stad.

raamwerk van stadsstraten en stadslanen die de een speciale positie in. De binnenstad moet logse buurten. Dat bekent dat we terughoudend comfort en de negatieve effecten hiervan, zoals
kwaliteit van bestaande buurten vergroten en weer een verbindende functie krijgen voor zijn met horeca en andere publiekstrekkende de overlast, impact op de klimaatbestendigheid
ze verbinden met de hele stad. Op dit raam- Amsterdammers. Dat vraagt om een goede functies in woonbuurten, terwijl we tegelijk van de stad en aantasting van het stadsgezicht.
werk liggen plekken met stedelijke betekenis: balans tussen wonen, werken en de bezoekers- in de stadsstraten de economische functies in
stedelijke centra bij Osdorpplein, Buiksloter- economie en een openbare ruimte die uitno- gebouwplinten beschermen. Ruimte voor stads-
meerplein en Amsterdamse Poort en stations- digt om er te verblijven. Dit betekent dat naast verzorgende bedrijvigheid blijft in de buurten Scheggen
kwartieren bij de grote stations. Op plekken grootstedelijke functies met een regionale en zoveel mogelijk behouden. De komende decennia verbetert Amster-
waar stad, groen en water elkaar raken, komen landelijke betekenis, zoals musea, poppodia, dam door ontwikkeling van Nieuw-West,
groen-blauwe hotspots, waar mensen vanuit de theaters, wetenschap en toonaangevende In de stadsdelen binnen de ring is de afge- Noord en Zuidoost de relatie met de scheggen.
hele stad naartoe komen om groen, ruimte en horeca, er ook ruimte is voor werken en voor lopen jaren sprake geweest van een flinke toe- We maken daarbij gebruik van de bijzondere
water te beleven. Voorbeelden zijn de kop van wonen voor alle inkomensgroepen en elk type name van de bouwdynamiek. Het gaat hier niet opbouw van de agglomeratie. Deze heeft de
de Sloterplas, de noordoever van de Nieuwe huishouden. In de Aanpak Binnenstad wordt dit zozeer om het bouwen van nieuwe gebouwen, vorm van een hand met vingers. De vingers zijn
Meer en het Buiteneiland op IJburg. de komende jaren verder uitgewerkt. maar om aanpassingen en uitbreidingen van verstedelijkte stadslobben en daartussen liggen
bestaande panden door middel van onderkelde- de groene scheggen. Deze vorm maakt het voor
Stad rond het centrum Het centrum van Amsterdam is groter dan ring, uitbouwen, splitsen van huizen, dakop- elke inwoner van de agglomeratie mogelijk om
De ontwikkeling van Nieuw-West, Noord de binnenstad. Alle buurten binnen de ring, ten bouw en meer. Het toevoegen van woonopper- binnen 15 minuten met de fiets in het landschap
en Zuidoost tot plekken met een eigen stedelijke zuiden van het IJ, kenmerken zich door stedelijk vlak in de bestaande stad past in het beleid voor te zijn. Deze kwaliteit onderscheidt ons van de
kwaliteit vermindert de druk op het centrum gebruik van de ruimte. In 2050 kennen ze nog verdichting door toevoegen van woonoppervlak meeste andere grotere steden in metropoolre-
van Amsterdam. In alle delen van de agglome- steeds een intensief gebruik van de schaarse en meer huizen. De bouwdynamiek brengt gio’s wereldwijd.
ratie zijn kernen met voorzieningen, die een ruimte, maar ze zijn tegelijk leefbaarder gewor- echter veel overlast voor de omgeving met zich
lokaal, stedelijk en eventueel nog groter bereik den. Een autoluwe en groen ingerichte openbare mee. Het betekent ook verandering van de stad De scheggen zijn per definitie een geza-
hebben. Mensen komen daar samen voor hun ruimte is hiervoor onmisbaar. Plek voor verblij- en wijken in fysieke en ook sociale zin. Amster- menlijk belang van Amsterdam en de omlig-
dagelijkse boodschappen, om onderwijs te ven, duurzaam en gezond bewegen en straat- dam zet zich in om de negatieve gevolgen van gende gemeenten, omdat ze over gemeen-
volgen of naar het theater te gaan. Binnen die groen staat voorop. We bewaken de prettige de bouwdynamiek tegen te gaan. Het uitgangs- tegrenzen doorlopen en bijdragen aan de
kernen neemt de Amsterdamse binnenstad als afwisseling tussen levendige stadsstraten en punt is daarbij een nieuwe balans tussen ruimte leefbaarheid van de hele agglomeratie. Amster-
onderdeel van het grotere centrum van de stad pleinen en rustige woonstraten in de vooroor- om te investeren in verhoging van kwaliteit en dam koestert deze scheggen als belangrijkste

76 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 77


Visiekaart Amsterdam 2050
Disclaimer
Algemeen Stedelijke ontwikkeling De in deze kaart weergegeven ontwikkelingen buiten de
gemeentegrenzen van Amsterdam hebben geen status.
luwe gebieden luwe stadsbuurt
Deze zijn in samenspraak met Amstelveen, Zaanstad,
gemengde gebieden gemengde stadsbuurt Ouder-Amstel en Diemen opgenomen. Ze zijn indicatief en
centrumgebied hoogstedelijke buurt bedoeld om de samenhang van ruimtelijke ontwikkelingen
in de agglomeratie in beeld te brengen.
bedrijventerrein hoogstedelijk centrum
Binnen de gemeentegrenzen is het een schets voor de
bebouwing buiten de agglomeratie kleinschalige ontwikkeling en stad in 2050 op hoofdlijnen. In het ruimtelijk-
transformatie
gemeentegrens Amsterdam programmatisch kader (zie pagina 85 t/m 122) zijn de
pilotgebied grootschalige verschillende onderdelen verder uitgewerkt.
intensivering

Groen en landschap regionale ontwikkeling rond


haltes Noord/Zuidlijn
park en landschapspark
havengebied en industrie
landschap
afgestemde ontwikkeling stad en
water haven
stadsstrand havengerelateerde bedrijvigheid
dijken en logistiek

Verbindingen  lekken met stedelijke


P
betekenis
netwerk van stadsstraten en
stadslanen stationskwartier

lange-lijnen-fietsnetwerk kenniskwartier

verbinding stad en landschap stedelijk centrum

verkleinen barrièrewerking groen-blauwe hotspot

metro met station groen-blauwe kralenketting

hoogwaardig openbaar vervoer centrumgebied

spoorweg met station

verdeelring A10 met een belangrijke


Energie en duurzaamheid
functie voor stedelijk verkeer
voorkeursgebied windenergie
rijksweg met afrit
op Amsterdams grondgebied
veerverbinding
opslag duurzame energie
brug over het IJ
circulaire hub
indicatie oeververbinding
energiehub Hemweg
zoekgebied Passenger Terminal
tegengaan bodemdaling,
Amsterdam
vergroten biodiversiteit

78 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 79


ruimtelijke verbindingen tussen stad en land- IJmeer – De Metropolitane Verademing. Amstelsscheg – Landschap van locaties, de urgentie vanuit andere opgaven
schap, en heeft per scheg een koers voor ogen. We koesteren de beleving van horizon, de grote Rembrandt. Het oer-Hollandse landschap van én de mate waarin andere partijen de opgave
Die koers sluit aan op de specifieke gebiedsken- maat van de open ruimte en de natuurwaar- de veenontginningen, de meanderende Amstel delen.
merken en speelt in op de opgaven die op die den van Europees belang zo vlak bij het drukke met buitens, molens en koeien in de wei werd
scheg afkomen. Het zijn geen in beton gegoten stedelijke gebied. Ontwikkelingen bezien we al vastgelegd door Rembrandt. Vooral in de kop
plannen, maar ambities van Amsterdam voor daarom op de schaal van het IJsselmeerge- van de Amstelscheg staat dit landschap onder Stadsverzorgende
de ontwikkeling op de lange termijn. Hieronder bied. Ruimtelijke ontwikkelingen richten we druk. Om de toenemende recreatieve druk op te ruimtevragers
volgt de essentie van de koers per scheg. vooral op de kustzones. We sluiten daar aan op vangen stellen wij voor de kop van de Amstel- De ambities van deze omgevingsvisie
de specifieke landschappelijke kenmerken en scheg tot ‘Landschapspark van Rembrandt’ te vragen om een toename van ruimte voor
Waterland – Amsterdam Wetlands. werken aan openbaar toegankelijke en recreatief ontwikkelen. wonen, werken, recreëren en verplaatsing.
‘Laag Holland’ wordt een groot aaneenge- aantrekkelijke kustlandschappen die tegelijk het Daarnaast leidt de groei van de stad en de voor-
schakeld Hollands veennatuur- en veencul- ecologische systeem versterken. Westeinderscheg – Groot Amsterdamse genomen transities op het gebied van energie,
tuurlandschap van internationale allure en Bos en Hollandse Meren. Het Amsterdamse mobiliteit en bezoekerseconomie tot een groei
betekenis. Met een nieuw evenwicht tussen het Diemerscheg – Groot Nat Klimaatbos. Bos is een succesvol voorbeeld van een land- in het ruimtegebruik voor overslag, nutsvoor-
veen en weide, en meer mogelijkheden voor Het Diemerbos is het grootste aangeplante bos schapspark. Door de schaal is er ruimte voor zieningen en stallingscapaciteit die een verzor-
recreatief medegebruik. De bodemdaling is in de Hollandse veenweidegebieden en daarmee een aantrekkelijke combinatie van meerdere gende functie voor de stad hebben. Zowel in de
gestopt, de biodiversiteit toegenomen en het uniek. Dit leidmotief gebruiken we voor een gebruiks- en belevingswaarden met hoge kwali- gebiedsontwikkeling als in bestaande delen van
waterbergend vermogen gestegen, mede door verdere ontwikkeling van een aaneengesloten teit. De opgave is wel om het bos beter met zijn de stad zal dit slim ingepast moeten worden.
een transitie naar landschapsinclusieve land- nat bossysteem binnen de voormalige Gemeen- stedelijke omgeving te verbinden. Aan de noord- De omgevingsvisie neemt bij de inpassing van
bouw. Amsterdam heeft een aantal gebieden in schapspolder. De Diemerscheg wordt een zijde betrekken we daarin de groene en recrea- stadsverzorgende functies de schaal waarop ze
Waterland in eigendom. Indien mogelijk zetten landschapspark met ruimte voor mens én dier, tieve ontwikkeling van de Oeverlanden en aan de functioneren als uitgangspunt.
we deze gebieden in om bij te dragen aan een en met specifieke kansen voor waterberging, zuidzijde de bovenlanden langs de Ringvaart van
versnelling in het bereiken van bovenstaande duurzame opwek van energie en het versterken de Haarlemmermeer naar de Westeinderplas. Stedelijke schaal en hoger
doelstellingen. van de natuur- en waterkwaliteit. Stadsverzorgende functies met een stede-
Scheg van West - Amsterdamse Tuinen lijk, agglomeratie- of regionaal bereik worden
en Lusthoven. We bouwen voort op het onder- op locaties ingepast die vanuit dit oogpunt
scheidende leidmotief van de Tuinen van West logisch zijn. Het Havengebied ligt hierbij voor
en bouwen het concept verder uit naar een de hand bij nutsvoorzieningen die een rol
groter, labyrintisch, maar samenhangend land- kunnen spelen in de ontwikkeling van de haven
schapspark. Hierin is een rijke schakering van tot circulaire hub. Vanwege de al aanwezige en
De scheggen: groene initiatieven, stadslandsbouw, (open- te ontwikkelen infrastructuur speelt de haven
verknoping stad bare) velden, akkers, tuinen, (voedsel)bossen, ook een grote rol in de regionale warmte- en
en landschap boomgaarden en moderne volkstuinen moge- energietransitie. Voor de opwek van energie zijn
met verschillende lijk. In contrast hiermee staat het grootschalige potentiële locaties aangewezen dicht tegen de
karakters. en draagkrachtige landschap van ‘powerpolder’ agglomeratie aan. Voor cruciale locaties in de
Haarlemmermeer, met een sterk landschappe- stedelijke mobiliteitstransitie wordt aangehaakt
lijk, en tegelijk recreatief, raamwerk. op stedelijke en regionale infrastructuurnet-
werken. Zo liggen voor de hubs locaties langs
Spaarnwouder Scheg – Landschapspark het regionale auto- en railnetwerk voor de hand.
tussen de Steden. Met de verdere intensi- Voor de vernieuwing en spreiding van de bezoe-
vering van Haarlem enerzijds en Amsterdam kerseconomie liggen locaties met een goede
anderzijds (Haven-Stad) zal de recreatieve druk bereikbaarheid voor de hand.
op het tussenliggende landschapspark Spaarn-
woude flink toenemen. We zetten hier in op de Tussenschaal
mogelijkheid om het aantal bezoekers flink te Een groot deel van de te verwachten
laten groeien, de diversiteit aan programma te ruimtevragers valt tussen het stedelijk en
stimuleren met daarin op strategisch aangewe- buurtniveau in. Functies als onderstations,
zen plekken ruimte voor intensievere vormen P+R’s, warmteoverdrachtstations, werven en
van recreatief programma. afvaloverslagstations fungeren op het niveau
van een stadsdeel of windrichting. In gebieds-
De ontwikkeling in de scheggen is afhan- gerichte omgevingsprogramma’s wordt op dit
kelijk van de fasering van stedelijke ontwikkel- schaalniveau invulling gegeven aan de juiste

80 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 81


locatie voor deze functies. Daarbij gelden ruimtelijke systemen bestaat, smeedt het Ruimtelijke systemen:
opnieuw functiemening en inpassing in de onderliggende landschap van de dijk, het water de indeling in ruimtelijke systemen laat
buurten als uitgangspunt. Vanwege de trans- en het groen, de gebieden aan elkaar. Ook de zien hoe de stad in opeenvolgende
formatie van veel bedrijventerreinen en rafel- stadsvorm zelf, als een hand gelegen in groene perioden gegroeid is. Het zijn gebieden
randen in de stad is het cruciaal om door middel landschappen, die als scheggen diep doordrin- waarin de stedenbouw en bebouwing een
van strategische reserveringen op toekomstige gen, en de ligging langs het IJ is een belangrijke gelijksoortig karakter heeft. De afbeelding
ruimtevragers te anticiperen. Om ook voor bestaande kwaliteit. hiernaast laat de volgende ruimtelijke
toekomstige ruimtevragers voldoende ruimte systemen zien:
te houden, wordt in gebiedsontwikkeling De samenbindende elementen vragen om
geprogrammeerd met overmaat. Middenspan- een zorgvuldige aanpak. Hoewel Amsterdam binnenstad
ningsruimtes, warmte-koudeputten of buurt- bekendstaat als waterstad, vormen juist straten historische kernen, linten en
hubs zullen ook in bestaande buurten een plek en lanen een belangrijk element in de steden- fragmenten
moeten krijgen. Deze functies worden zo goed bouwkundige opzet in alle vooroorlogse gebie- 19e-eeuwse ring
mogelijk ingepast in het stedelijk weefsel, bij den en in veel van de naoorlogse wijken. Met
gordel ‘20-’40
voorkeur inpandig. een inzet op een autoluwe stad worden deze
straten weer belangrijker als interne verbinders tuindorpen

voor langzaam verkeer en ov tussen buurten en AUP en Post-AUP


Bestaande kwaliteiten stadsdelen. De waterstructuur is deels ontstaan woonerven en meanders
als vertrekpunt als functioneel onderdeel van de stad, voor ver-
woongebieden na 1985
Groeien binnen grenzen betekent ontwik- keer en vervoer en de waterhuishouding. Tege-
keling van de bestaande stad. In Amsterdamse lijk heeft sinds de aanleg van de grachtengordel de IJ-landen

buurten hebben de opgaven voor onder andere water, in combinatie met groen, een sterk kantoren en bedrijventerreinen
wonen, werken, groen en duurzaamheid grote esthetische en structurerende rol. Het sterkst is transformatiegebied
gevolgen. Toevoegen van bebouwing of in- dat zichtbaar in Plan Zuid en in de naoorlogse
grijpende transformatie heeft altijd als doel gebieden in Nieuw-West en Buitenveldert.
nieuwe kwaliteit toe te voegen aan wat er al is.
Daarbij hebben we veel aandacht voor bestaande Bij alles wat we de komende decennia
kwaliteiten. toevoegen aan de stad streven we naar het Samenbindende elementen:
zorgvuldig en samenhangend versterken van de de opzet van de openbare ruimte, de
Kenmerkend voor Amsterdam is dat bij bestaande ruimtelijke systemen. Ze vormen ook water-, groen- en landschapsstructuur en
de ontwikkeling van de stad altijd gestreefd inspiratie voor nieuwe invulling van de Amster- hoogbouwaccenten binden de verschil-
werd naar een zorgvuldige en samenhangende damse traditie van stadsontwerp, nu passend bij lende ruimtelijke systemen en gebieden in
stedenbouwkundige opzet. Openbare ruimte, deze tijd. Ontwikkeling van gebieden zullen we de stad aan elkaar.
water, groen, bebouwing, architectonische aangrijpen om de samenbindende structuur van
vormgeving en programma vormen een een- straten, water en groenstructuren te versterken. bebouwing die straten en pleinen
heid en versterken elkaar. In het Amsterdamse Ook geven we veel aandacht aan de randen van vormt

welstandsbeleid zijn die verschillende perioden de stad, aan landschap en het IJ. De komende groene lanen
van de ontwikkeling van de stad beschreven als tijd zullen we uitwerken hoe we omgaan met
bijzondere publieke gebouwen
ruimtelijke systemen, met ieder hun eigen kwa- de bestaande kwaliteiten als vertrekpunt in een
station
liteiten. Deze kwaliteiten zijn het vertrekpunt verdichtende stad.
vanuit waar de verandering en ontwikkeling van stadssilhouet rondom knooppunten

de stad vormgegeven wordt. In principe worden groen- en waterstructuur


de waardevolle basisprincipes van de steden- landschappelijke onderlegger
bouwkundige opzet behouden, gerepareerd of
dijken
versterkt.
oevers en kades

De ruimtelijke systemen delen de stad in


verschillende gebieden op. Daarnaast zijn er
op een hoger schaalniveau elementen die deze
gebieden met elkaar verbinden. Dat kunnen
doorlopende straten, grachten en groenstruc-
turen zijn. In Noord, dat uit veel verschillende

82 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 83


7
Ruimtelijk-
programmatisch kader
Amsterdam wil stevig richting geven aan de wijze waarop de stad zich tot 2050
ontwikkelt. De strategische keuzes voor meerkernige ontwikkeling, groeien binnen grenzen,
duurzaam en gezond bewegen, en rigoureus vergroenen zijn daarom voor onze gemeente
uitgewerkt in een ruimtelijk-programmatisch kader. Het ruimtelijk-programmatisch kader is
geen blauwdruk, maar biedt richting aan de wijze waarop de stad op verschillende manieren
en met verschillende snelheden kan groeien. We geven ermee richting met betrekking
tot het groen in de stad, de mobiliteit, de belangrijke openbare ruimtelijnen, ruimte voor
“Een grotere bewustwording economie en wonen, en de energieproductie. Voor sommige van deze onderwerpen geeft
het ruimtelijk-programmatisch kader een stip op de horizon, waar we in stappen naartoe
van de mensen door hen kunnen werken. Voor andere onderwerpen is het richtinggevend voor projecten en beleid
om samenhang te garanderen in de ontwikkeling van de stad. Door helder te zijn over
te laten zien, horen en keuzes op hoofdlijnen ontstaat daarbinnen ruimte voor het samen stadmaken. De netwerken
voor verkeer en vervoer, water en het netwerk van stadsstraten en stadslanen zullen in de
voelen in welke buurt zij vorm van ruimtelijke reserveringen, samen met de hoofdgroenstructuur, onderdeel worden
van ruimtelijke planvorming in projecten en het stadsbrede omgevingsplan.
eigenlijk wonen”
Ruimte voor groen en bewegen helft betreft groen in de directe leefomgeving:
Josee Roel | Stadsdeel Noord Amsterdam werkt aan een robuust groen- buurtparken, groene oevers en groene pleinen.
blauw raamwerk. Dit wordt gevormd door de Ruimte voor sport vinden we grotendeels in
landschappen, landschapsparken, parken en het de buurten en door intensivering van bestaande
buurtgroen, verbonden door groene lanen, rou- sportparken, waarvan ook de groene kwaliteit
tes, oevers en taluds. Het groen in Amsterdam is versterkt wordt. Dubbel ruimtegebruik vormt
vanuit cultuurhistorisch, ecologisch en recrea- het uitgangspunt in de stad. Sport als functie in
tief perspectief nauw verbonden met de water- en op gebouwen en overkluizingen van (snel-)
structuur. Dit behouden en versterken we waar wegen met vernieuwende concepten bieden kans
mogelijk. Het groen-blauwe raamwerk maakt de om sport in de directe woonomgeving aan te
stad hittebestendiger, ecologisch sterker, draagt bieden. Voor de restopgave van meer extensieve
bij aan de opvang van regenwater, het ontlasten vormen van sport is een beperkt aantal zoekge-
van het watersysteem en geeft bewoners ruimte bieden benoemd voor sportlandschappen.
voor ontmoeting, bewegen, verblijven en een
actieve rol door medebeheer, stadslandbouw en Duurzame stedelijke mobiliteit
tuinieren. In 2050 zijn alle buurten via groene Een meerkernige metropool kan alleen
fiets- en wandelroutes verbonden met het land- als eenheid fungeren als de verbindingen van
schap. Binnen de stad zijn nieuwe parken aange- topniveau zijn. De Amsterdamse inzet op
legd en bestaande verbeterd. Landschapsparken duurzame en gezonde mobiliteit is onderdeel
en parken voorzien in ongeveer de helft van de van een verbetering van de bereikbaarheid
groenbehoefte van nieuwe buurten. De andere binnen de metropoolregio. We sluiten in deze

84 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 85


omgevingsvisie aan bij de bestaande afspraken Amsterdamse tram en de stadsbus, al dan niet voor de auto – maakt deze invulling en betekenis zijn bovendien nauw verbonden met de omlig-
die we binnen de Metropoolregio Amsterdam op een eigen baan, mengen zich veel beter met van de stadsstraten en stadslanen mogelijk. gende stad en vormen geen afgesloten enclaves.
en met het Rijk hebben gemaakt, en bouwen er actief verkeer en het stedelijk leven. Hoewel deze De centrale rol van de openbare ruimte in
op voort. De nieuwe voorstellen zijn bedoeld als systemen soms minder efficiënt zijn, passen ze het functioneren van de stad als ontmoetings- Versterken van plekken met
startpunt van gesprek. vaak wel beter bij grote delen van de bestaande plek en verbinder komt tot uitdrukking in een een stedelijke betekenis
stad en nieuw te ontwikkelen gebieden. hoog inrichtings- en beheerniveau. Het netwerk De meerkernige stad bestaat uit eigenstandige
In onze visie gaat de Amsterdamse metro is herkenbaar Amsterdams, duurzaam, veilig en gebieden. Voorwaarden voor meerkernigheid zijn
een steviger rol vervullen in de regionale Binnen Amsterdam vormt een netwerk beheerbaar ingericht. Een nadruk op een eenvou- een volwaardig voorzieningenaanbod en een stevig
bereikbaarheid. Metro ontlast het zwaar belaste van aantrekkelijke openbareruimteroutes dige inrichting, bij voorkeur met een langzame- openbaarvervoerssysteem. Daarnaast zijn plekken
NS-spoor en speelt ruimte vrij voor reizen over waarover fiets en openbaar vervoer rijden een snelheidsregime, maakt een gevarieerd gebruik met een stedelijke betekenis een belangrijk ingredi-
langere afstanden. Het metronet wordt daar- samenbindend geheel. Het fietsnetwerk zelf van straten mogelijk. De openbare ruimte draagt ënt. Het zijn plekken die voor zowel mensen uit de
toe met nieuwe lijnen uitgebreid. Deze lijnen ontwikkelt zich tot een compleet, veilig en com- dankzij een inzet op grote straatbomen en waar directe omgeving, als uit de stad als geheel en de
ontsluiten ook nieuwe ontwikkellocaties en fortabel systeem van fietsstraten, stadsstraten, mogelijk een groene inrichting bij aan het rigou- regio het bezoeken waard zijn. Je kunt er bijvoor-
ontlasten het bovengrondse openbaar vervoer stadslanen, groene routes en fietsringen. Twee reus vergroenen van de stad. beeld sporten, naar een museum, buiten afspreken,
in de stad. In de eerste plaats gaat het daarbij nieuwe IJ-oeververbindingen zijn schakels in een opleiding volgen en boodschappen doen. Ze
om het verlengen van de Noord/Zuidlijn naar een doorgaande fietsring rond het centrum, die Ruimte voor nieuwe stedelijkheid hebben of een sterk stedelijk karakter of ontlenen
Hoofddorp en het sluiten van de Ringlijn over de binnenstad, Haven-Stad, Noord en Oost De groei van inwoners en arbeidsplaatsen hun kwaliteit aan hun landschappelijke ligging.
CS. Op langere termijn zijn nog meer metro-uit- verbinden. Nieuwe oeververbindingen en pont- maken we mogelijk binnen de huidige grenzen
breidingen nodig om de woningbouwlocaties veren ontsluiten ook nieuwe buurten in Noord van de stad. Bij deze verdichtingsopgave sturen Plekken met stedelijke betekenis liggen vaak
en bestaande regiokernen aan de noord- en en Zaanstad en op Zeeburgereiland en IJburg. we op het juiste programma op de juiste plek in de aan of rond een plein, dat als ontmoetingsplek of
oostzijde van de agglomeratie te verbinden met Regionale fietsroutes verbinden via de scheg- stad. Er wordt stevig verdicht op goed bereikbare markt fungeert. Pleinen vormen aanleiding voor
de economische kerngebieden in het centrumge- gen op comfortabele wijze Amsterdam met de plekken. Hoge dichtheden en concentraties van een bijzondere en groene inrichting die uitnodigt
bied en aan de zuidzijde van de stad. regiokernen op grotere afstand. werken en voorzieningen komen rond open- tot verblijven en spelen. Ze zijn ook plekken waar-
baarvervoerknopen. De verdichting draagt in de aan zich een bijzonder programma kan vestigen,
In de stad zijn voor bereikbaarheid en De verderop in dit hoofdstuk beschreven naoorlogse wijken bij aan een volwaardig voorzie- zoals culturele functies of onderwijs en educatie.
interne samenhang de netwerken voor lopen, en weergegeven mobiliteitsnetwerken onder- ningenaanbod en een robuust openbaarvervoers-
fietsen en stedelijk openbaar vervoer het belang- steunen de visie, het zijn dus geen uitvoe- systeem. Buurten zijn qua functies en woningty- Bedrijvigheid en de haven
rijkst. Dit betekent dat we meer ruimte geven ringskaarten. Ze komen niet in de plaats van de pen gemengd, er is ruimte voor groen, sport en Naast de gemengde buurten zijn er mono-
aan voetgangers (bredere stoepen), fietsers en netwerken zoals opgenomen in het beleidskader spel en maatschappelijke voorzieningen. functionele gebieden die ruimte bieden aan stads-
openbaar vervoer. Het betekent ook minder Verkeersnetten Amsterdam. De netwerken verzorgende bedrijvigheid en logistiek. De zeehaven
ruimte voor personenauto’s en lagere snelheden uit het beleidskader geven echter alleen een Stedelijke kwaliteit is om in te wonen, maar zal tot 2050 verduurzamen, waarbij de huidige
en minder geparkeerde auto’s. De hele stad is in beeld van de huidige situatie en prioriteiten, de zeker ook om in te werken. Voor veel bedrijven focus op opslag en verwerking van fossiele brand-
2050 autoluw. Door regulering van het hoofd- visiekaarten geven de toekomstige (gewenste) is een stedelijke omgeving een belangrijke ves- stoffen verschuift naar circulaire economie, (klein-
netwerk wordt doorgaand verkeer uit de stad ontwikkelingen aan. tigingsvoorwaarde. Sommige buurten zullen schalige) maakbedrijven en opwekken, opslag en
geweerd. De A10 behoudt daarvoor een functie vanwege de ligging en het relatief luwe karakter distributie van duurzame energie en grondstoffen.
als verdeelring van het stadscentrum. De andere Robuust netwerk van straten en lanen vooral ruimte bieden aan kleinschalige werkge-
stadsdelen zullen juist meer gebruikmaken van Amsterdam is straks een meerkernige stad, legenheid. In andere buurten is juist plek voor Robuust energie- en warmtesysteem
de tweede ring A9-A5. Rondom de stad maken opgebouwd uit buurten met een eigen karakter. grootschalige kantoren, instituten en instellingen. De ruimtevraag van het klimaatneutraal
hubs de overstap van regionaal autoverkeer naar Maar deze stedelijke kernen en buurten zijn Op weer andere plekken zal meer ruimte komen maken van de stad is deels nog een grote onbe-
stedelijk openbaar vervoer en fiets mogelijk. dankzij een netwerk van doorgaande stads- voor productieve bedrijvigheid. kende. Binnen de gemeentegrenzen geven we de
straten en stadslanen onderdeel van de stad voorkeursgebieden voor windenergie aan. Daar-
Een door infrastructuur gedomineerde leef- als geheel. Straten en lanen zijn naast routes Innovatieve kenniseconomie, onderwijs en naast kunnen datacenters bronnen van warmte
omgeving zorgt voor vervreemding en verlies door de stad ook aantrekkelijke verblijfs- en onderzoek maken een belangrijk deel uit van de zijn. De haven krijgt een belangrijke rol in de
van oriëntatie. Voorkomen moet worden dat de ontmoetingsplekken. Ze zijn logische plekken Amsterdamse economie. In de omgevingsvisie opwek en opslag van duurzame energie.
ruimte onnodig wordt opgeknipt voor afzon- voor publieksfuncties en voorzieningen. Langs hebben we daarom een aantal kenniskwartieren
derlijke verkeerssoorten. Autonoom functio- veel van deze straten en lanen is ruimte voor benoemd. Dit zijn stadsbuurten waar onderwijs Nieuwe netwerken voor energie moeten wor-
nerende netwerken willen we alleen als het de zorgvuldige verdichting met woningbouw. Het en onderzoek een dominante plek innemen en den ingepast en het elektriciteitsnet moet uitge-
beste totaaloplossing is, bijvoorbeeld voor metro netwerk biedt ook ruimte aan groen, open- waar deze sector geclusterd een plek krijgt. Ze breid worden met nieuwe kabels en onderstations.
of ander hoogwaardig openbaar vervoer (HOV) baar vervoer en ondergrondse infrastructuur, hebben soms de naam campus of park, maar zijn Uitgangspunt is daarom dat we voldoende ruimte
op een vrij liggende spoor- of busbaan waar waaronder die voor duurzame energie. De inzet bovenal plekken met stedelijke kwaliteit. Dat bete- in de ondergrond voor nieuwe netwerken proberen
dat kan of ondergronds in zeer dichtbebouwde op duurzaam en gezond bewegen – met volop kent dat er ook altijd gewoond en gewerkt wordt te reserveren. Ook in nieuwe buurten houden we
gebieden. Openbaar vervoer zoals de klassieke ruimte voor lopen, fietsen en ov, en minder plek en je er een rijk voorzieningenaanbod aantreft. Ze rekening met ruimte voor nutsinfrastructuur.

86 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 87


Groen-blauw raamwerk Groen-blauw raamwerk

Betekenis van deze kaart: Visie op een nieuwe hoofdgroenstructuur


Ambitie voor 2050, hier kunnen we in stappen Groen lint: Straten, lanen en fiets-/wandelroutes, die veel groene elementen bevatten, zoals bomenrijen en geveltuinen.
naartoe werken. Precieze begrenzingen en Ze functioneren als verbindende lijnen tussen groene gebieden. Het karakter wordt met name bepaald door de stedenbouw-
eventuele onderbrekingen worden uitgewerkt kundige, cultuurhistorische en/of landschappelijke situatie. Het doel is om de samenhang en samenstelling van deze door-
en vastgelegd in het omgevingsplan. gaande groene linten te behouden of te versterken. Voorbeelden zijn de Noordelijke IJdijk in Noord met oude begeleidende
beplantingen en het doorlopende groene talud en dijkvoet. Of de bomen langs de grachten van de binnenstad.

Groene corridor: Waterlopen, oevers, recreatieve fiets- en wandelroutes en taluds van dijklichamen, die groene verbindin-
gen vormen met een hoge natuurwaarde. Het doel is zoveel mogelijk aaneengesloten vlakgroen zonder barrières. De inrich-
ting kan sterk verschillen, afhankelijk van het accent op de natuur- of recreatiefunctie, landschappelijke basis en stedelijke
context. Voorbeelden zijn de spoorberm langs de Tugelaweg in Oost en de Oostertocht langs de Klaprozenweg in Noord.

Park: Groene gebieden met ruimte voor recreatie en ontspanning. Ieder type park heeft verschillende eigenschappen en
uitgangspunten met betrekking tot toegankelijkheid, ecologische waarde en intensiteit van het gebruik. We zorgen voor een
balans tussen drukkere en rustigere parken en zones in parken. Parken die door groei van de stad meer bezoekers ontvangen,
worden hiervoor beter ingericht en onderhouden. Door het faciliteren van medegebruik en meervoudig ruimtegebruik zijn
parken in meer of mindere mate altijd multifunctioneel. Voorbeelden zijn stadsparken als het Oosterpark en het Vondelpark,
tuinparken als Amstelglorie en de Bretten, sportparken als Middenmeer en Ookmeer, maar ook begraafplaatsen als West-
gaarde en De Nieuwe Ooster.

Landschapspark: Een samenhangend ensemble van parken en landschap, bestaande uit landbouwgrond, ruigtegebieden,
recreatiegebieden en sportlandschappen, verbonden door recreatieve routes. Er wordt gezocht naar mogelijkheden om,
passend bij de landschappelijke kwaliteiten van het gebied, de recreatieve toegankelijkheid en gebruiksmogelijkheden te
vergroten. Dit is maatwerk, geen landschapspark is hetzelfde, maar een natuurlijkvriendelijke inrichting, en een zorgvuldige
inpassing van recreatieve voorzieningen met een duidelijke zonering van drukkere en rustigere gebieden is het uitgangspunt.
Voorbeelden zijn Het Twiske, de Tuinen van West en het Amsterdamse Bos.

Landschap: Landbouw- en natuurgebieden rondom de agglomeratie van Amsterdam dat gevormd is door landbouw, natuur-
beheer, waterbeheersing en energieproductie (turfwinning). Nu en ook in de nabije toekomst is de groen-recreatieve functie
hier niet de primaire drager, maar vormt het landschap het decor voor recreatief medegebruik. Het doel is een toekomstbe-
stendig en met de stad verbonden landschap van hoge kwaliteit. Denk hierbij aan Waterland ten noorden van Amsterdam,
het veenrivierenlandschap langs de Amstel en de Vecht of de 19e-eeuwse droogmakerij Haarlemmermeerpolder.

Gebieden en verbindingen die onderdeel zijn van de nieuwe hoofdgroenstructuur binnen de gemeentegrenzen met hoge
natuurwaarden en overwegend extensief recreatief (mede)gebruik:
Stadsnatuur: Op deze plekken staan extensief gebruik en natuurbeleving voorop. Dat komt tot uiting in de inrichting en
Het groeien binnen grenzen en rigoureus vergroenen van de stad doen we tegelijk en op alle schaalniveaus: van het bestemming. Deze gebieden hebben een hoge ecologische waarde.
landschap tot aan de geveltuin. Op stedelijke schaal van de agglomeratie wordt de basis van het groen-blauwe raamwerk
Landelijk Noord: De opgave is hier de ontwikkeling van een nieuw evenwicht tussen veen en weide door het stimuleren van
gevormd door een vernieuwde hoofdgroenstructuur. Deze structuur sluit aan op het fijnmaziger stelsel van buurtgroen met
de transitie naar een landschapsinclusieve landbouw en meer mogelijkheden voor extensief recreatief medegebruik. Een
per buurt een eigen kenmerkende groentypologie, vaak volgend vanuit de specifieke stedenbouwkundige opzet van de
duurzamer landschap zonder bodemdaling, een toename van de biodiversiteit en een groter waterbergend vermogen.
wijken.

Hoofdgroenstructuur
Omdat groen belangrijker is dan ooit en de druk op het groen toeneemt, handhaven we het instrument van de hoofdgroenstruc-
tuur en wordt met deze omgevingsvisie ingezet op uitbreiding en versterking. Het samenhangende raamwerk van verschillende groentypen.

Waar de hoofdgroenstructuur tot nu toe nog een mozaïek vormde van groengebieden, werken we met de nieuwe hoofdgroen-
structuur aan een aaneengesloten groen netwerk op de schaal van de stad. De nieuwe hoofdgroenstructuur sluit naadloos aan op de
groengebieden en groene routes in de gebieden rondom de stad. Dit netwerk bestaat uit grote groengebieden die onderling met elkaar buurt lint park corridor landschapspark landschap
worden verbonden door ecologische en recreatieve verbindingen. Bovendien voegen we de bestaande ecologische structuur van
Amsterdam toe aan de hoofdgroenstructuur, zodat er aandacht is voor mens én dier. Deze ecologische structuur stamt uit 2012 en
kende tot nu toe een eigen beschermingsregime. Door deze in de hoofdgroenstructuur op te nemen krijgt deze dezelfde status.

88 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 89


Groen-blauw raamwerk Groen-blauw raamwerk

Ook onderdelen van de hoofdbomenstructuur gaan deel uitmaken van de hoofdgroenstructuur.


Omdat water vaak zo onlosmakelijk verbonden is met het groen in Amsterdam voegen we de ste-

“Amsterdam
delijke recreatieplassen en bepaalde groene oevers toe aan de hoofdgroenstructuur. De inzet is dat
deze plassen en oevers nog meer natuur en recreatieve waarde krijgen.

De inzet voor de uitgebreide en samenhangende hoofdgroenstructuur is uitgewerkt in een verbonden,


óók met water
aantal elementen. Ten eerste groene verbindingen (de linten en corridors). Groene verbindingen
zijn lijnvormige verbindingen tussen de groene gebieden, en maken de groenstructuur robuust en

en groen”
aaneengesloten. Het gaat vaak om begeleidend groen langs infrastructuur van spoor tot (auto)weg
tot fiets- en wandelpaden en het water. Door deze koppeling spelen de groene verbindingen een
grote rol in de dagelijkse beleving van groen en het aangenaam verplaatsen door de stad. De breedte
van de lijn kan sterk variëren. In uiterst brede vorm kan een groene verbinding bijna een eigen plek Ruisch Festen | Stadsdeel Oost
worden, soms ontstaan hierin kleinere parkjes. In de uiterst smalle vorm is er ‘slechts’ ruimte voor
een bomenlaan en geveltuintjes, maar die is als onderdeel van de robuuste, op het stadsontwerp
passende groenstructuur minstens net zo belangrijk.

De hoofdgroenstructuur bestaat daarnaast uit groene gebieden (parken, landschapsparken


en landschap). Dit zijn grotere samenhangende eenheden van groene plekken. Ze vormen vaak
een bestemming en hebben een eigen identiteit. Binnen de gebieden kan het zijn dat verschillende
typen groen, gebruik, maar ook water en bepaalde vormen van bebouwing en verharding deel
uitmaken van het gebied. De samenhang hiertussen vormt een gebied met eigen specifieke kenmer-
ken en kwaliteiten. Dit maakt een veelkleurig palet aan typen groengebieden die complementair
(kunnen) zijn aan elkaar, wat past bij de diversiteit aan gebruikers.

In de stedelijke omgeving zal de gebruiksdruk op de groene gebieden door het toenemend


aantal inwoners steeds verder toenemen. We spelen hierop in door de inrichting en het beheer van
drukbezochte plantsoenen en stadsparken aan te passen. Anderzijds willen we ook dat er in en
rondom de stad rustigere groengebieden met hoge natuurwaarden behouden blijven. In deze visie
op de hoofdgroenstructuur geven we hier al vroegtijdig richting aan door binnen de gemeentegren-
zen gebieden en verbindingen als stadsnatuur aan te wijzen, waar het behouden en versterken van
de natuurwaarde centraal staat en recreatief gebruik extensief van aard is. Dit geldt ook voor Lande-
lijk Noord, dat we vanwege de ligging buiten het stedelijk gebied en het unieke karakter als onder-
deel van het landschap van Waterland specifiek hebben opgenomen.

Groen op buurtniveau
Het lokale buurtgroen is een onlosmakelijk onderdeel van het groen-blauwe raamwerk van de
stad, maar vormt geen onderdeel van de hoofdgroenstructuur, zoals die hieronder wordt beschre-
ven. De invulling van buurtgroen en groen op gebouwen en kavels wordt op buurtniveau uitge-
werkt, aan de hand van lokale opgaven en stedelijk beleid.

Voldoende ruimte voor sport en groen op buurtniveau vormt een integraal onderdeel van de
gebiedsontwikkeling (aan de hand van de referentienorm voor maatschappelijke voorzieningen).
Hiervoor is de inpassing van een breed scala aan voorzieningen van verschillend formaat mogelijk,
mede bepaald door de lokale behoefte en de grootte van de ontwikkeling. Nieuwe sportvoorzienin- Impressie buurtniveau:
gen worden tijdig, en in de nabijheid (tot maximaal 1,5 km afstand) van de nieuw te ontwikkelen groen, sporten, spelen in
woningen gerealiseerd. een gemengde stadsbuurt.

90 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 91


Gebruik groene plekken Gebruik groene plekken

Betekenis van deze kaart: Richtinggevend aan Opgaven in relatie tot het gebruik van de hoofdgroenstructuur
projecten. Bij verandering van de situatie zijn Stadsnatuurplekken: Op deze plekken staat de rust en extensief gebruik voorop. Dat komt tot uiting in de inrichting en
de hier uitgezette lijnen het uitgangspunt. bestemming. Deze gebieden hebben een hoge ecologische waarde.

Zoekgebied stadsbos: Er wordt gezocht naar plekken voor kleinschalige bossen. De bossen krijgen een hoge ecologische
waarde en zijn geschikt voor extensief recreatief gebruik.

Begraafplaats: De begraafplaatsen in de stad hebben, naast hun oorspronkelijke betekenis, een grote natuurwaarde.
Het zijn rustige plekken in de stad. Door ze toegankelijk te maken worden het groene plekken in de stad waar mensen de
stilte kunnen opzoeken.

Volkstuinpark: Volkstuinparken zijn door hun gevarieerde inrichting en aandachtig beheer waardevolle groene plekken in de
stad en hebben een hoge natuurwaarde. We streven ernaar meer Amsterdammers te kunnen laten genieten van de schoon-
heid en rust van de volkstuinparken. De nadruk blijft er liggen op een kleinschalige, tuinachtige inrichting, met voornamelijk
privaat beheer.

Opgave sportlandschap: Op deze plekken wordt sport ingepast in een landschappelijke omgeving met veel natuurwaarde.
Uitgangspunt is dat sport een positieve bijdrage levert aan de beleving en deze zorgvuldig is ingepast, zodat het karakter
van het specifieke landschap niet wordt aangetast. De nadruk ligt op meer extensief georganiseerde sporten en de ongeor-
ganiseerde, individuele sporten. Eventuele sportterreinen, faciliteiten en sportvelden hebben een groene en zo openbaar en
toegankelijk mogelijke inrichting.

Sportpark: In de sportparken wordt optimaal intensief gebruik mogelijk gemaakt, om zo efficiënt mogelijk de opgave voor
georganiseerde sport een plek te geven. De sportparken hebben een groene omlijsting.

Potentie stadsstrand: Openbare plekken met recreatiemogelijkheden in of langs het water.

Stadspark: In deze parken is ruimte voor ontspanning, ontmoeting, spelen en informeel sporten. Door de groei van de stad
zal het gebruik ten opzichte van het huidige gebruik toenemen. Door de inrichting kunnen de parken gezoneerd worden in
drukkere en rustigere delen. Onderhoud en beheer is een belangrijke opgave wegens het toenemende gebruik.

Potentie groene-blauwe hotspot: De inzet op deze plekken is om, gebruikmakend van hun landschappelijke kwaliteit,
hun stedelijke betekenis te vergroten. Vrijetijdsfuncties als bijvoorbeeld strandjes, waterrecreatie, buitentheaters en musea
kunnen hier een plek krijgen. De nadruk ligt op buitenactiviteiten (zie ook de kaart ‘Plekken met stedelijke betekenis’).

De uitwerking en aaneensluiting van de hoofdgroenstructuur is een belangrijke opgave voor het groen-blauwe Ook in de gebieden die we gedefinieerd hebben als landschapsparken speelt de openbare toegankelijkheid een grote rol. De mate
raamwerk. Daarnaast zien we een aantal ontwikkelingen op de stad afkomen die van betekenis zijn voor onderdelen van het waarin delen van deze gebieden die nu ontoegankelijk zijn voor recreanten op passende wijze meer openbaar kunnen worden gemaakt,
groen-blauwe raamwerk, die gaan over de manier waarop het groen-blauwe raamwerk gebruikt wordt en over de balans bepaalt uiteindelijk of en zo ja in welke mate er recreatief (mede)gebruik mogelijk is.
tussen rustige plekken en plekken die intensiever gebruikt worden. Zo is er een heel spectrum aan groene plekken, van
stadsnatuur tot groen-blauwe hotspots. Een nieuwe opgave is het realiseren van een nieuw stadsbos. Hiermee breiden we Sporten in een groene omgeving
het bomenbestand uit en bieden we meer gebruiksmogelijkheden voor recreatie, dragen we bij aan de biodiversiteit en het De stad wordt zo ingericht dat het de Amsterdammers uitnodigt tot bewegen, spelen en sporten. Het groen in en rond de stad
vastleggen van CO2. speelt hierin een belangrijke rol: het biedt Amsterdammers de mogelijkheid te sporten en bewegen in een natuurlijke, gezonde omge-
ving. Hoewel sportvoorzieningen strikt genomen niet alleen maar ‘groen’ zijn, maken ze wel een onlosmakelijk deel uit van de groene
Openbaarder en toegankelijker en recreatieve ruimte in en rond de stad.
Een aantal typen parken zullen de komende jaren, gestimuleerd door de groei van de stad, stapsgewijs een transformatie doorma- Naast sport in de buurten en het intensiveren van bestaande sportparken en het realiseren van nieuwe sportparken in de grote
ken. Sportparken, begraafplaatsen, volkstuinparken en schooltuinen zullen in de eerste plaats hun oorspronkelijke rol blijven vervul- ontwikkelgebieden, zal een deel van de sportbehoefte ruimte krijgen in de landschapsparken. Hierbij gaat het voornamelijk om
len, maar tevens hun deuren openstellen voor bezoekers op zoek naar rust, ontspanning of op doorreis via de extra groene routes door niet-georganiseerde buitensport. Inpassen van georganiseerde sportvoorzieningen is alleen mogelijk onder strenge voorwaarden.
de stad. In het geval van sport- en volkstuinparken gaat het tevens om aanpassingen, zodat meer mensen ervan kunnen genieten en Deze sportlandschappen zijn maatwerk per landschapspark.
gebruik kunnen maken van de voorzieningen. Bij het investeren in deze parken kunnen tegelijk ook andere stedelijke opgaven worden
betrokken, zoals klimaatadaptatie, ecologie, of het vergroten van de verblijfsfunctie voor de buurt.

92 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 93


Netwerk fiets Netwerk fiets

Betekenis van deze kaart: Ambitie voor 2050, Onderdelen van het fietsnetwerk en context
hier kunnen we in stappen naartoe werken. Lange-lijnen-fietsnetwerk: Bovenop het fijnmazige fietsnetwerk van Amsterdam ligt het lange-lijnen-fietsnetwerk.
Het netwerk bestaat uit logische en hoogwaardige fietsroutes over lange afstanden door de stad en de rest van de regio.

Zoekgebied ontbrekende delen: Indicatie van verbindingen die gemaakt moeten worden om het netwerk verder te ontwikkelen.

Veerverbinding over het IJ: Veer voor voetgangers en fietsers.

Bruggen over het IJ: Een brug voor voetgangers, fietsers en openbaar vervoer.

Bestaand plusnet fiets

Treinstation sprinter/intercity: Een belangrijke bestemming voor voetgangers en fietsers, met hoogwaardige stallings-
mogelijkheden voor veel fietsen.

Metrostation bestaand/nieuw: Een belangrijke bestemming voor voetgangers en fietsers, met goede stallingsmogelijk-
heden voor fietsen.

Hubs: Overstap naar openbaar vervoer, fiets of deelmobiliteit; zie legenda bij netwerk openbaar vervoer en auto op de
volgende pagina’s.

Parken: Het is prettig om langs waterwegen en door parken te fietsen. Grotere parken en recreatieplassen zijn per fiets goed
bereikbaar vanuit de hele agglomeratie.

Landschappen rond de stad: Deze gebieden zijn recreatieve bestemmingen, bereikbaar per fiets en zijn bovendien prettig
om doorheen te fietsen naar school, werk of ter ontspanning.

Stationskwartier: Op deze plekken zijn veel voorzieningen, bedrijven en winkels geconcentreerd. Ze zijn goed bereikbaar
met openbaar vervoer vanuit de stad en de regio. Voetgangers en fietsers krijgen er veel ruimte.

Mobiliteitsmilieu centrumstedelijk: In het centrumstedelijke mobiliteitsmilieu gebruiken relatief veel mensen de fiets en het
openbaar vervoer om zich te verplaatsen, ook wordt er veel gewandeld. De openbare ruimte is met een structuur van door-
lopende straten en pleinen aangenaam om te voet of per fiets te doorkruisen.

Mobiliteitsmilieu agglomeratie: Buiten het centrumstedelijke mobiliteitsmilieu gebruiken Amsterdammers naast de fiets
en het openbaar vervoer ook de auto voor hun dagelijkse verplaatsingen. Er is meer plek voor de auto in de openbare ruime
en de verschillende verkeerssoorten hebben vaak een eigen strook of route, zoals een vrij liggend fietspad of een busstrook.

In een steeds autoluwere stad geldt nog meer dan nu dat je in principe in elke straat comfortabel en veilig kunt fietsen. Spinnenweb, ladder- en rasterstructuur
Vanwege de intensiteit en snelheid van het autoverkeer waren op veel routes in de stad gescheiden fietsvoorzieningen We zijn gewend om het fietsnetwerk van Amsterdam te zien als opgebouwd uit radialen en ringen, ongeveer zoals een spinnen-
nodig om snel, veilig en comfortabel door de stad te kunnen fietsen. In 2050 zal in de hele stad een maximumsnelheid web. Vanuit het centrum geredeneerd is dat logisch. De strategische keuze voor een meerkernige stad maakt het spinnenwebmodel
van 30 km/u de norm zijn. Een lagere snelheid in combinatie met minder straatparkeren en de afname van de hoeveelheid echter achterhaald. Voor de ontwikkelingen rond het IJ zijn goede doorgaande oost-westverbindingen langs het IJ wenselijk met daar-
auto’s maakt in meer straten het mengen van verkeerssoorten mogelijk. Dat betekent fietscomfort voor de steeds grotere tussen veel verbindingen over het water (pontjes en bruggen) met toeleidende routes verder de stad in (ladderstructuur). Een netwerk
aantallen fietsers, waaronder de snellere e-bikes en brede bakfietsen, voor wie smalle fietspaden steeds problematischer van routes tussen bestaande buurten in Nieuw-West en Zuidoost en de scheggen (rasterstructuur) sluit aan bij de ontwikkelingen in
worden. De aanleg van fietspaden is in de stad meestal ten koste gegaan van de trottoirs. Een verminderde noodzaak voor deze stadsdelen. Samen vormen deze netwerken een relatief grofmazig raster van hoogwaardige fietsverbindingen, dat meer weg heeft
fietspaden betekent zeker in drukke stadsstraten dan ook meer ruimte voor lopen en verblijven. van een uit rechthoeken opgebouwde grid, dan van een spinnenweb.

Belangrijkste functie van de kaart is het actief ontwikkelen en bewaken van een hiërarchisch fietsnetwerk van lange lijnen. Dit Het netwerk van hoogwaardige en doorgaande fietsverbindingen ligt zoveel mogelijk langs (toekomstig) autoluwe routes.
zijn logische en hoogwaardige fietsroutes door de stad voor fietsers die over een langere afstand door de stad rijden. Ook zorgt dit net- Hierdoor kan de fiets voldoende ruimte krijgen, bijvoorbeeld door de route in te richten als een ‘gewone’ straat met weinig auto’s
werk ervoor dat ontwikkelgebieden zoals Haven-Stad worden aangehaakt op de rest van de stad. Hiervoor worden bestaande routes (fietsstraat) of met royale fietspaden/-stroken. Waar wenselijk lopen routes door of langs het groen of langs water.
verbeterd en schakels die nog ontbreken gerealiseerd. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de fietsring rond de binnenstad en door Noord,
die aansluit op nieuwe bruggen over het IJ. Ook willen we routes van/naar/langs trein- en metrostations verbeteren. Getekend is een
grofmazig netwerk van lange lijnen. Binnen dit netwerk ligt een veel fijnmaziger netwerk van (meer lokale) fietsverbindingen voor
kortere afstanden en om bestemmingen te bereiken. Het fijnmaziger netwerk is ook opgenomen in het beleidskader Verkeersnetten
Amsterdam.

94 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 95


Netwerk openbaar vervoer Netwerk openbaar vervoer

Betekenis van deze kaart: Ambitie voor 2050, Onderdelen van het openbaarvervoernetwerk en context
hier kunnen we in stappen naartoe werken. Spoorlijn met station: Verbindingen met intercity’s naar andere landsdelen en steden in Nederland en met hoogfrequente
sprinterdiensten naar kernen in de regio en hubs.

Internationaal spoor: Hoofdverbinding per trein met grote stedelijke regio’s in buurlanden, mogelijk ter vervanging van
korte vluchten vanaf Schiphol.

Station Zuid internationaal: Door de uitbreiding van het aantal sporen komt hier ruimte voor internationale treinen.

Metrolijn met station: Onder- of bovengronds metrotracé dat de verschillende delen in de agglomeratie, treinstations en
hubs met elkaar verbindt.

Mogelijke metro-uitbreiding: Nieuwe metrotracés of verlenging van bestaande tracés. De exacte ligging en de locatie van
stations moet nader worden onderzocht.

Hoogwaardig openbaar vervoer: Snelle en hoogfrequente bus- en tramlijnen, die de agglomeratie intern en met de regio
verbinden.

Dragend ov tram/bus: Het tram- en busnet voor de verbinding en ontsluiting van wijken en buurten.

Optimalisatie dragend ov tram/bus: Onderzoek naar verbetering van bestaande routes van tram of bus.

Ontbrekende verbinding dragend ov tram/bus: Onderzoek naar mogelijkheid en inpassing van tram of bus.

Indicatieve aanduiding van het onderliggend openbaar vervoer: Fijnmazige, aanvullende ontsluiting van buurten door
tram of bus.

Dragend ov veerverbinding: Veerverbindingen over het IJ en mogelijk de Zaan, die de verschillende gebieden in de
agglomeratie onderling met elkaar verbinden.

Regiohub - P+R bestaand: Bestaand knooppunt gericht op overstap van regionaal autoverkeer naar openbaar vervoer,
fiets of deelmobiliteit voor bezoekers.

Potentie regiohub auto-ov: Indicatie knooppunt gericht op overstap van regionaal autoverkeer naar openbaar vervoer, fiets
of deelmobiliteit voor bezoekers. Gelegen net buiten of in de buitenste randen van de agglomeratie.

Potentie stadshub: Indicatie knooppunt waar overstap van het (inter)nationale/regionale vervoersniveau naar het stedelijke
vervoersniveau plaatsvindt. Gelegen in de (hoog)stedelijke delen van de agglomeratie.

Zoekgebied Passenger Terminal Amsterdam: Ter ontlasting van het centrum en om een westelijke brug over het IJ
mogelijk te maken, onderzoeken we de verplaatsing van de PTA. De exacte locatie ligt nog niet vast.
De ontwikkeling van het toekomstig openbaarvervoernetwerk is onderdeel van een regionale schaalsprong en draagt
Stationskwartier: Op deze plekken zijn veel voorzieningen, bedrijven en winkels geconcentreerd. Ze zijn goed bereikbaar
ook in hoge mate bij aan het verbeteren van de nationale bereikbaarheid. De ambities van Amsterdam tot 2050 bouwen
met openbaar vervoer vanuit de stad en de regio. Voetgangers en fietsers krijgen er veel ruimte.
voort op bestaande afspraken binnen de MRA en met het Rijk. Daar waar ze verder gaan dan de bestaande afspraken, zijn
het denkrichtingen en voorzetten voor een gesprek. Mobiliteitsmilieu centrumstedelijk: In het centrumstedelijke mobiliteitsmilieu gebruiken relatief veel mensen de fiets en
het openbaar vervoer om zich te verplaatsen, ook wordt er veel gewandeld. De openbare ruimte is met een structuur van
Het openbaarvervoernetwerk neemt de volgende hiërarchie als uitgangspunt: doorlopende straten en pleinen aangenaam om te voet of per fiets te doorkruisen.
1. Trein:
Mobiliteitsmilieu agglomeratie: Buiten het centrumstedelijke mobiliteitsmilieu gebruiken Amsterdammers naast de fiets
a. Het IC-/EC-spoorsysteem voor de hoofdverbindingen met de grote steden en landsdelen in Nederland en grote stedelijke
en het openbaar vervoer ook de auto voor hun dagelijkse verplaatsingen. Er is meer plek voor de auto in de openbare ruimte
regio’s in buurlanden.
en de verschillende verkeerssoorten hebben vaak een eigen strook of route zoals een vrij liggend fietspad of een busstrook.
b. Het spoorsysteem voor de overige interlokale verbindingen binnen de MRA, met hoog­f requente sprinterdiensten naar
regiokernen en personenhubs. Mobiliteitsmilieu haven: In dit uitgestrekte werkgebied krijgen schepen, treinen en vrachtwagens ruim baan. Vrij liggende
2. Hoogwaardig openbaar vervoer: fietspaden en enkele buslijnen lopen door het gebied, maar de meeste mensen gebruiken de auto of brommer om naar hun
a. Het metronet voor de grote verbindende stromen binnen de agglomeratie. bestemming te gaan.
b. Het R-net voor de grote verbindende stromen binnen en buiten de agglomeratie.
Mobiliteitsmilieu Schiphol: Binnen de werkgebieden is Schiphol een uitzondering; hier kun je niet alleen goed met de auto
3. Dragend openbaar vervoer: Het tram- en busnet voor de verbinding en ontsluiting van wijken en buurten.
komen, maar ook met het openbaar vervoer en vanuit het buitenland met het vliegtuig. In het centrum van het gebied is een
4. Onderliggend openbaar vervoer:
zogenaamde multimodale knoop. Rondom deze knoop is de logistieke bedrijvigheid weer vooral gericht op vrachtverkeer
a. Aanvullend net van tram- en buslijnen voor ontsluiting van buurten.
via de weg.

96 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 97


Netwerk openbaar vervoer Netwerk openbaar vervoer
b. Aanvullend net van vraagafhankelijke (MaaS-)diensten voor ontsluiting van dunbevolkte buurten en vervoer op maat.
Ontwikkelingen ov: 2021-2030 Legenda voor deze drie kaarten

Veel van het openbaarvervoernetwerk is al aanwezig. In de periode tot 2050 stellen we voor het bestaande netwerk te versterken dragend ov-veerverbinding
of om te bouwen in aansluiting op de bovenstaande hiërarchie. Verder stellen we voor het systeem (afhankelijk van het ontwikkel-
potentie regiohub auto-ov
tempo) geleidelijk uit te bouwen, veelal met dragend openbaar vervoer om gebiedsontwikkelingen mogelijk te maken. Bij de systeem-
keuzes bus-tram-metro is de omvang van de (verwachte) vervoervraag en stedelijke structuur leidend. De vervoervraag wordt potentie stadshub
uiteraard sterk bepaald door keuzes als dichtheden, functiemix en parkeerregimes. ontwikkelgebieden

Transformaties ontwikkeling stationskwartier


De belangrijkste voorgestelde transformaties zijn:
1. Trein
Legenda 2021-2030
• Hogere frequentie treinverbindingen.
• Vergroten van het aantal knooppunten, waardoor de stad op meerdere plekken goed bereikbaar is (o.a. via Zuid, Sloterdijk, CS, uitbreiding station Zuid
Bijlmer/ArenA, Muiderpoort, Lelylaan) en op termijn toevoegen regionale treinstations. hov sneltram/bus
• Met de spoorsector onderzoeken of we het treinaanbod op delen van het spoorsysteem beter kunnen laten aansluiten op groot-
stedelijke behoeften. dragend ov tram/bus optimalisatie
- Meer Sprinters op het traject Haarlem-CS-Weesp-Almere/Hilversum, eventueel met nieuwe haltes, zoals Geuzenveld.
2. Hoogwaardig openbaar vervoer
• Uitbouw van het metrosysteem om enerzijds het zware spoor en anderzijds het binnenstedelijke tram- en busnet te ontlasten en
Ontwikkelingen ov: 2031-2040 Legenda 2031-2040
gebiedsontwikkelingen mogelijk te maken:
- eerst doortrekken Noord/Zuidlijn naar Schiphol/Hoofddorp en sluiten kleine ring aan de westzijde van de stad, in combi- station Zuid internationaal
natie met gebiedsontwikkeling Haven-Stad en de SADC-locaties langs de A4;
station Schiphol internationaal
- mogelijke opties, afhankelijk van ontwikkeling stad: Oost/Westlijn (om de druk op de openbare ruimte en tramnet te ver-
minderen), doorgetrokken Oostlijn richting Zaanstad en een metro richting Almere, waarbij de IJmeerlijn met regiopartners substitutie luchtvaart naar trein
al onderzocht wordt.
uitbreiding metronetwerk
• Aanleg en vergroten van tramcapaciteit door gekoppeld rijden:
- IJburg, Uithoorn, Noordelijke IJ-oevers/Zaanstad. mogelijke uitbreiding metro
• Uitbreiding hov-busnet/R-net:
hov sneltram/bus
- hov-verbinding Zaanstad;
- snelle busverbindingen met omliggende kernen, waarmee we met relatief lage kosten aanvullende betrouwbare, snelle en ov oeververbinding over het IJ
hoogfrequente verbindingen tussen stad en de rest van de regio creëren.
dragend ov-uitbreiding
3. Dragend openbaar vervoer
• Verbeteren stedelijke verbindingen door ov over IJ-bruggen. zoekgebied Passenger Terminal Amsterdam
• Nieuwe tram-/busverbindingen in Nieuw-West, Zuidoost/Oost en Noord om gebiedsontwikkeling mogelijk te maken.
• Optimaliseren langzaamvervoernetwerk naar bus- en tramhaltes.
4. Onderliggend openbaar vervoer
Ontwikkelingen ov: 2041-2050 Legenda 2041-2050
• Aanvullende openbaarvervoerdiensten, eventueel op maat, waar bovenstaande transformaties (nog) niet te realiseren zijn.

mogelijke uitbreiding metro


In de kaarten zijn deze veranderingen globaal ingedeeld in de perioden 2021-2030, 2031-2040 en 2041-2050. Op de kaart
2021-2030 staan vooral ingrepen waarover al bestuurlijke afspraken gemaakt zijn en reeds geplande investeringen. Voor de IJ- dragend ov tram/bus optimalisatie
bruggen en de verbinding naar Zeeburgereiland geldt dat besluitvorming nog moet plaatsvinden. De kaarten van de twee perioden dragend ov tram/bus uitbreiding/aanpassing
daarna gaan over de langere termijn en geven meer een visie/denkrichting. De lijn op de kaart ‘Netwerk openbaar vervoer’ op pagina
97 over de “Ontbrekende verbinding dragend ov tram/bus: Onderzoek naar mogelijkheid en inpassing van tram of bus” is geen keuze
voor een tracé.

“Je moet vaak veel overstappen om


in een ander stadsdeel te komen”
Adnan Atik | Stadsdeel Nieuw-West

98 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 99


Netwerk auto en hubs Netwerk auto en hubs

Betekenis van deze kaart: Ambitie voor 2050, Onderdelen van het autonetwerk, hubs en context
hier kunnen we in stappen naartoe werken. Rijksweg met afslag

Regionaal hoofdwegennet

Verdeelring A10: Onderdeel van regionaal netwerk met een belangrijke functie voor stedelijk verkeer. Hier liggen inpas-
singsopgaven van snelweg en op- en afritten en willen we de barrièrewerking verminderen.

Te onderzoeken verbinding A5: Voor het autoluw maken van de stad is mogelijk op termijn een aansluiting op de A5 nodig
vanuit Nieuw-West. De noodzakelijkheid van de verbinding en inpassing vraagt om nader onderzoek.

Invalsroute bezoekers: Toegang vanaf de rijkswegen de stad in.

Stedelijk hoofdnetwerk auto: Het hoofdnetwerk auto kent een opbouw met ontsluitingslussen vanaf de rijkswegen en zorgt
voor beperking van doorgaand verkeer door de stad.

Regulering hoofdnetwerk auto: Reguleren van autoverkeer in de stad door intelligente toegang, betalen naar gebruik en/of
circulatiemaatregelen.

Regiohub - P+R bestaand: Bestaand knooppunt gericht op overstap van regionaal autoverkeer naar openbaar vervoer, fiets
of deelmobiliteit voor bezoekers.

Potentie regiohub auto-ov: Indicatie knooppunt gericht op overstap van regionaal autoverkeer naar openbaar vervoer, fiets
of deelmobiliteit voor bezoekers. Gelegen net buiten of in de buitenste randen van de agglomeratie.

Potentie stadshub: Indicatie knooppunt waar overstap van het (inter)nationale/regionale vervoersniveau naar het stedelijke
vervoersniveau plaatsvindt. Gelegen in de (hoog)stedelijke delen van de agglomeratie.

Potentie logistieke hub: Indicatie locatie hub op wijk- of stadsniveau, primair gericht op overslag van goederen. Transport
van goederen de stad in is mogelijk via het water of met kleine uitstootvrije voertuigen.

Zoekgebied Passenger Terminal Amsterdam: Ter ontlasting van het centrum en om een westelijke brug over het IJ
mogelijk te maken, onderzoeken we de verplaatsing van de PTA. De exacte locatie ligt nog niet vast.

Stationskwartier: Op deze plekken zijn veel voorzieningen, bedrijven en winkels geconcentreerd. Ze zijn goed bereikbaar
met openbaar vervoer vanuit de stad en de regio. Voetgangers en fietsers krijgen er veel ruimte.

Mobiliteitsmilieu centrumstedelijk: In het centrumstedelijke mobiliteitsmilieu gebruiken relatief veel mensen de fiets en het
openbaar vervoer om zich te verplaatsen, ook wordt er veel gewandeld. De openbare ruimte is met een structuur van doorlo-
pende straten en pleinen aangenaam om te voet of per fiets te doorkruisen.

Amsterdam wordt steeds autoluwer om ruimte te maken voor andere modaliteiten en functies in de openbare ruimte. Mobiliteitsmilieu agglomeratie: Buiten het centrumstedelijke mobiliteitsmilieu gebruiken Amsterdammers naast de fiets en
Om verkeer uit het centrum op de A10 aan de oost-, west- en zuidzijde van de stad meer ruimte te geven, gaan we de het openbaar vervoer ook de auto voor hun dagelijkse verplaatsingen. Er is meer plek voor de auto in de openbare ruime en
A5-A9 meer inzetten om Nieuw-West en Zuidoost te ontsluiten. De A10 zal wel een belangrijke rol blijven vervullen voor de verschillende verkeerssoorten hebben vaak een eigen strook of route, zoals een vrij liggend fietspad of een busstrook.
de bereikbaarheid van de haven. Door beter benutten van de A5-A9 ontstaat ruimte voor een functieverandering van
Mobiliteitsmilieu haven: In dit uitgestrekte werkgebied krijgen schepen, treinen en vrachtwagens ruim baan. Vrij liggende
doorgaande autowegen in de naoorlogse stad. In combinatie met andere autoluw-maatregelen kan het ruimtebeslag van het
fietspaden en enkele buslijnen lopen door het gebied, maar de meeste mensen gebruiken de auto of brommer om naar hun
autonetwerk in de stad worden verkleind. Autoverkeer door de stad wordt gereguleerd. Samen met een snelheidsverlaging
bestemming te gaan.
op het stedelijk netwerk biedt dit ook mogelijkheden voor nieuwe vervoerswijzen in de stad, zoals lichte elektrische
voertuigen voor bevoorrading (LEV’s). In samenspraak met de regio en de regiogemeenten zullen we onderzoeken op welke Mobiliteitsmilieu Schiphol: Binnen de werkgebieden is Schiphol een uitzondering; hier kun je niet alleen goed met de auto
wijze we deze stedelijke ambitie goed kunnen laten samenvallen met de regionale en landelijke ambities. komen, maar ook met het openbaar vervoer en vanuit het buitenland met het vliegtuig. In het centrum van het gebied is een
zogenaamde multimodale knoop. Rondom deze knoop is de logistieke bedrijvigheid weer vooral gericht op vrachtverkeer via
Maatregelen: de weg.
• reguleren autoverkeer in de stad (door intelligente toegang, betalen naar gebruik en/of circulatiemaatregelen/’knips’);
• reguleren toegang tot het stedelijke netwerk van autowegen. Voor de inkomende stromen van forenzen en bezoekers minder
gelegenheid om de hoogstedelijke gebieden en centra te bereiken met de auto;
• beperken van het aantal invalswegen in de stad en sturen op gebruik van invalswegen;
• snelheidsverlaging naar 30 km/uur op het overgrote deel van het hele stedelijke wegennet;
• ‘afvangen’ autoverkeer vanuit de regio met hubs;

100 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 101


Netwerk auto en hubs
• met landelijke en regionale partners in overleg over de onsluitende functie van het (snel-) Wijkhubs en stadshubs hebben niet alleen een rol in het personenvervoer, maar ook in de
wegennet in en rond Amsterdam; logistiek. Dit kan in sommige gevallen geïntegreerd worden, in andere situaties zijn er specifieke
• op termijn onderzoeken noodzaak mogelijke nieuwe aansluiting Nieuw-West op de A5. logistieke hubs op wijk- of stadsniveau nodig die primair gericht zijn op overslag van goederen.
Logistieke hubs liggen op goed per vrachtauto te bereiken locaties en op locaties waar verder trans-
Hubs port via het water of met kleinere uitstootvrije voertuigen goed mogelijk is.
Logistiek is de bloedsomloop van de stad. Hier is ruimte voor nodig. In de bestaande stad zoe-
ken we naar slimme logistieke oplossingen, waarmee de verkeersveiligheid, de belastbaarheid van Voor alle hubs geldt dat er gezocht wordt naar meervoudig ruimtegebruik. In stedelijk gebied is
kades en bruggen en de luchtkwaliteit niet in het gedrang komen. Met onder andere hubs, facilitei- de ruimte schaars. Dit maakt het logisch hubs waar mogelijk te combineren met andere functies.
ten voor vervoer over water, goedgekozen voertuigen en innovatieve (data)oplossingen verkennen Dit kan variëren van voorzieningen die de hubfunctie ondersteunen, zoals horeca of retail, of
we samen met de branche wat er mogelijk is. Dit werken we verder uit in een Logistieke Strategie. opzichzelfstaande voorzieningen, zoals een remisefunctie voor bussen, sportvoorzieningen of een
Ook voor de nieuw te ontwikkelen stadsdelen moet logistiek direct meewegen in de ruimteverde- middenspanningsstation ten behoeve van de energietransitie. In alle gevallen geldt wel dat dit
ling. Slim georganiseerde logistiek is een belangrijke voorwaarde voor een prettige stadswijk. Dat passend moet zijn bij de omgeving en de specifieke situatie.
begint bij een goed ontwerp.
De toenemende afhankelijkheid tussen Amsterdam en de rest van de regio en de rest zorgt
voor meer vervoer van mensen en goederen. In onze verdichtende stad is er niet altijd voldoende
ruimte voor alle soorten mobiliteit. Vooral de personenauto en zwaar vrachtverkeer zullen in
Amsterdam pas op de plaats moeten maken. Om die reden zoeken we voor personenvervoer
en logistiek vervoer van buiten naar binnen de stad naar alternatieven. Hubs dragen bij aan die
alternatieven. Dit zijn schakelpunten tussen regionaal en stedelijk vervoer. Met hubs kunnen we
zorgen voor een goede overstap van overlast gevende en ruimte-extensieve vervoermiddelen als
de auto, naar kleinere en efficiëntere vervoermiddelen, zoals fiets, scooter of openbaar vervoer (en
andersom). Voor logistiek vervoer zijn hubs de plek waar overslag op kleinere voertuigen en vervoer
over water plaatsvindt. Logistieke hubs liggen op goed per vrachtauto te bereiken locaties en op
locaties waar verder transport via het water of met kleinere uitstootvrije voertuigen goed moge-
lijk is. Ook kunnen hubs bijdragen aan het verminderen van het aantal ritten door (kleinschalige)
overslag en pakketleveringen op een centrale plek in wijken te organiseren. Hubs zorgen er daarmee
voor dat netwerken op verschillende schaalniveaus (internationaal, nationaal, regionaal, stede-
lijk, buurt) goed aan elkaar worden verbonden. De komende jaren zullen we actief ruimte moeten
maken voor hubs. Dit geldt voor de nieuwe stad in gebiedsontwikkelingen en voor de bestaande
stad, maar ook in de rest van de regio.

We onderscheiden in en rond Amsterdam de volgende soorten hubs:


• Buurthubs: hubs waar deelmobiliteit wordt aangeboden, inpandig of in de openbare
ruimte. Belangrijkste rol is het vergroten van de mobiliteitsopties voor bewoners.
• Wijkhubs: primair gericht op het parkeren voor bewoners en bedrijven en gericht op het
vergroten van mobiliteitsopties via deelmobiliteit, parkeren op afstand, pakketbezorging
en retailoverslag. Deze hubs ontwikkelen we in nieuw te ontwikkelen gebieden.

In de bestaande stad bekijken we of bestaande parkeergarages hiervoor geschikt zijn.


• Stadshubs: Stadshubs zijn divers in verschijningsvorm: van belangrijke ov-knoop, waar
van trein op metro en tram kan worden overgestapt, tot ov-haltes waar de overstap auto/
ov plaats kan vinden (zoals de huidige stedelijke P+R’s). Stadshubs hebben de potentie om
door te groeien naar volwaardige stationskwartieren. In dat geval zal de ruimte voor gepar-
keerde auto’s verminderen, omdat dit moeilijk samengaat met een verder verdichtende
stad. Voor alle grotere ov-stations en -haltes geldt dat hier in principe ook deelvervoer
(bij voorkeur fiets en scooter) wordt aangeboden ten behoeve van de last-mile.
• Regiohubs: primair gericht op overstap tussen modaliteiten voor bezoekers (auto’s vroeg
afvangen en overstappen naar ov en fiets/deelmobiliteit). Deze hubs liggen verder buiten het
stedelijk gebied, op locaties die goed per auto en ov zijn ontsloten en die zich kunnen richten
op meerdere stedelijke kernen. De huidige regionale P+R’s zijn hier een voorbeeld van.

102 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 103


Netwerk van stadsstraten en stadslanen Netwerk van stadsstraten en stadslanen

Betekenis van deze kaart: Richtinggevend aan Onderdelen van het netwerk en context
projecten. Bij verandering van de situatie zijn Stadsstraat: In stadsstraten concentreren zich publieksvoorzieningen en is naast verkeer veel ruimte voor ontmoeting
de hier uitgezette lijnen het uitgangspunt. en groen. We sturen hier actief op met voldoende ruimte voor publieke functies in gebouwplinten, de inrichting van de
openbare ruimte en het beschermen van ruimte voor winkels, horeca en maatschappelijke functies via het omgevingsplan.
Er is in ieder geval plaats voor voetganger en fiets en klein elektrisch vervoer. Daarnaast moet in principe openbaar vervoer
in het profiel ingepast kunnen worden. Eventueel is er ruimte voor gemotoriseerd verkeer. De autoluw-opgave kan in deze
indeling in straten en lanen worden ingepast.

Stadslaan: De stadslanen hebben een overwegend groene inrichting met een sterke bomenstructuur. Ruimte voor voor-
zieningen is er vooral rondom de kruispunten. Stadslanen vormen aantrekkelijke woonplekken. Er is in ieder geval plaats
voor voetganger en fiets en klein elektrisch vervoer. Daarnaast moet in principe (hoogwaardig) openbaar vervoer in het
profiel ingepast kunnen worden. Eventueel is er ruimte voor gemotoriseerd verkeer. De autoluw-opgave kan in deze inde-
ling in straten en lanen worden ingepast.

Ontbrekende verbinding: Gewenste verbinding voor voetgangers en fietsers. Onderzoek naar mogelijkheid en inpassing
van tram of bus op lange termijn.

Veerverbinding over het IJ: Veer voor voetgangers en fietsers.

Bruggen over het IJ: Een brug voor voetgangers, fietsers en openbaar vervoer.

Indicatie oeververbinding: Een mogelijke vaste oeververbinding op lange termijn.

Principes stadsstraten en stadslanen

Amsterdam bestaat uit buurten en stadsdelen met een eigen karakter en betekenis later moment spijt van krijgen. De indeling in stadslanen en -straten is niet statisch. Lanen kunnen
in de stad. Ze vormen dankzij een doorlopend netwerk van stadsstraten en stadslanen in de loop der tijd verkleuren naar stadsstraten. Dit proces voltrekt zich in veel gevallen vanuit de
een vanzelfsprekend geheel. Alle inwoners van onze stad weten zich zo dankzij logische kruisingen en voortbouwend op bestaande lijnen van stedelijke voorzieningen.
en aantrekkelijke routes onderdeel van Amsterdam. Buurten presenteren zichzelf met
voorkanten aan dit netwerk van levendige stadsstraten en groene stadslanen. Straten en Voetgangers
lanen ontlenen hun kwaliteit aan logisch en veilig ingerichte straatprofielen, met veel ruimte Het netwerk voor de voetganger bestaat uit alle straten in Amsterdam. Alle woon- en werk-
voor voetgangers, fietsers en straatgroen. Indien er bebouwing aan de straat of laan adressen in Amsterdam moeten lopend bereikbaar zijn. Bovendien is in het beleidskader verkeer-
staat, draagt deze bij aan de kwaliteit van de route. De aanliggende bebouwing vormt een netten (2017) een samenhangend en fijnmazig netwerk van voetgangersroutes onderscheiden in
Principe doorgaand continue begeleiding, met duidelijke adressen en ingangen aan de straat. Dat kan in de twee niveaus om meer ruimte, comfort en kwaliteit te bieden: plusnet voetganger (doorgaande en
netwerk met dwars- vorm van gesloten straatwanden, zoals binnen de ring, maar ook met meer losstaande verblijfsfunctie) en hoofdnet voetganger (vooral doorgaande routes, onder andere naar ov-stations).
verbindingen. gebouwen. De hierboven beschreven visies voor de fiets-, openbaarvervoer- en Deze plusnetten en hoofdnetten overlappen in de meeste gevallen met het netwerk van stadsstraten
autonetwerken dragen bij aan de verblijfskwaliteit en de verbindende betekenis van het en stadslanen.
netwerk van stadsstraten en stadslanen.

De kaart geeft de indeling in stadsstraten en -lanen aan en waar we ruimte reserveren voor
toekomstige stadsstraten en -lanen. De kaart impliceert niet dat overal actief aan dit netwerk
gewerkt wordt. De kaart moet er wel voor zorgen dat er geen blokkades ontstaan waar we op een

104 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 105


Netwerk van stadsstraten en stadslanen

Impressie stadsstraat: verblijfskwaliteit, duurzaam en gezond bewegen, reuring en voorzieningen.

“Graag zou ik
gewoon weer
als voetganger
ruimte terug
willen krijgen”
Aysegul Karaca | Stadsdeel West

Impressie stadslaan: verblijfskwaliteit, duurzaam en gezond bewegen, veel ruimte voor groen en stedelijk wonen.

106 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 107


Stedelijke ontwikkeling Stedelijke ontwikkeling

Betekenis van deze kaart: Richtinggevend Verdichting


aan projecten. De programmatische opgave Luwe stadsbuurt: Ontwikkeling van woonbuurten met een relatief lage dichtheid, een beperkt aandeel niet-woonfuncties
die de kaart weergeeft is een indicatie en veel ruimte voor groen. Maatschappelijke voorzieningen, ruimte voor nutsvoorzieningen, groen en sport zijn naast ruimte
op projectniveau (per buurt/gebied). Bij voor wonen en werken onderdeel van de opgave voor de ontwikkeling.
verandering van de situatie zijn de hier
uitgezette lijnen het uitgangspunt. Gemengde stadsbuurt: Ontwikkeling van woonbuurten met een stedelijke dichtheid en een flink aandeel niet-wonen
(vooral in plinten en af en toe in een groter gebouw). Groen krijgt een plek in de straten, buurtparkjes en langs watergangen.
Maatschappelijke voorzieningen, ruimte voor nutsvoorzieningen, groen en sport zijn naast ruimte voor wonen en werken
onderdeel van de opgave voor de ontwikkeling.

Hoogstedelijke buurt: Ontwikkeling van woonbuurten met een hoogstedelijke dichtheid en meer ruimte voor niet-wonen.
Groen krijgt een plek in de straten, buurtparkjes en grote stadsparken. Maatschappelijke voorzieningen, ruimte voor
nutsvoorzieningen, groen en sport zijn naast ruimte voor wonen en werken onderdeel van de opgave voor de ontwikkeling.

Hoogstedelijk centrum: Ontwikkeling van buurten met naast wonen, het grootste aandeel werken en kennis, voornamelijk
in grootschaliger gebouwen. De buurten hebben een hoogstedelijke dichtheid, meestal op een klein oppervlak. Groen krijgt
een plek in de straten, buurtparkjes en grote stadsparken. Maatschappelijke voorzieningen, ruimte voor nutsvoorzieningen,
groen en sport zijn naast ruimte voor wonen en werken onderdeel van de opgave voor de ontwikkeling.

Pilotgebied grootschalige intensivering: Bedrijvenstrook Amstel III biedt kansen voor grootschalige intensivering met
gestapelde bedrijfsgebouwen, om zo meer bedrijven een plek te bieden. Om de intensivering te stimuleren kan als gebieds-
specifieke oplossing een klein deel van het terrein (grenzend aan en aanvullend op ArenApoort) op termijn doorontwikkelen
naar een gemengd stedelijk gebied. Hier wordt de ontwikkeling van kennisintensieve bedrijvigheid en eventueel wonen
mogelijk, mits dit geen negatief effect heeft op de logistieke en productieve functies in de andere delen van de bedrijven-
strook. Het toevoegen van wonen kan niet plaatsvinden zonder dat er eerst een verdichting met bedrijfsruimte op het
bedrijventerrein plaatsvindt, waarbij er per saldo meer bedrijfsruimte komt.

Afgestemde ontwikkeling Haven-Stad en de haven: De bedrijven aan de oostkant van het havengebied houden rekening
met de nabijgelegen stedelijke gebieden. De snelheid van de ontwikkeling en de stedenbouwkundige opzet van Haven-Stad
wordt afgestemd op de activiteiten in de haven.

Ontwikkeling en opgaven in bestaande buurten


Kleinschalige ontwikkeling en transformatie: Zonder veranderingen op structuurniveau versterking van bestaande buurten
in de naoorlogse stad door nieuwe verbindingen, verduurzaming, toevoegen van woningen of ruimte voor bedrijvigheid.

Centrumgebied: De binnenstad en de aangrenzende buurten in West, Zuid en Oost vervullen binnen de stad en ver
daarbuiten een unieke en onvervangbare rol als stadscentrum. Hier ligt een grote opgave om de balans te bewaren tussen
De groei van Amsterdam maken we mogelijk binnen de de stedelijke, nationale en internationale centrumfunctie en de lokale betekenis voor bewoners en mensen die er werken.
huidige stadsgrenzen. De opgave tot verdichting ten behoeve
Gemengde gebieden: Deze stadsbuurten met hoge dichtheid aan woningen worden gekenmerkt door een aantrekkelijke
hoogstedelijke van wonen en werken is beschreven in vier buurttypen, waarmee
centra afwisseling tussen rustig wonen en levendige concentraties van voorzieningen in stadsstraten en aan pleinen. Het behoud
menging

we sturen op een programma dat geschikt is voor een specifieke


van deze afwisseling staat hier voorop. Dat betekent dat we de bouwdynamiek controleren en ruimte voor publieksfuncties in
plek in de stad. De programmatische opgave die de kaart
hoogstedelijke stadsstraten beschermen.
buurten weergeeft is een indicatie op projectniveau (per buurt/gebied).
Luwe gebieden: In de naoorlogse gebieden (Nieuw-West, Zuidoost, Buitenveldert en naoorlogs Noord) voegen we een
De buurttypen zijn samengesteld uit een combinatie van wonin- nieuwe stedelijke kwaliteit toe door verdichting langs de doorgaande straten en lanen. Daarmee worden het sociaal veilige
gemengde stadsbuurten
gen, werkruimte en bedrijvigheid (kantoren, horeca, bedrijven enzo- straten en lanen met ruimte voor publieksfuncties en vormen ze vanzelfsprekende verbindingsroutes in het gebied zelf en
luwe stadsbuurten voorts), maatschappelijke voorzieningen, nutsvoorzieningen, groen met de gebieden eromheen. Tegenover gerichte verdichting staat behoud van bestaande luwe en groene kwaliteiten in
en sport (op basis van de norm maatschappelijke voorzieningen). andere buurten.
dichtheid
We geven daarmee op buurtniveau invulling aan de normen voor
Verhouding menging, dichtheid en groen per buurttype maatschappelijke voorzieningen en aan ruimte voor economie en
deels aan de groennormen. Deze laatste worden deels in grotere
groengebieden buiten buurten ingevuld, zoals stadsparken en land-
schapsparken.

108 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 109


Stedelijke ontwikkeling
De juiste verdichting op de juiste plek
De hoogste dichtheid wordt mogelijk gemaakt op goed
bereikbare plekken, langs de ov-lijnen (zuidoostkant, zuidwest-
kant, Haven-Stad en noordwestkant). Geconcentreerd rondom de
stations komen de meest dichte buurten: de hoogstedelijke centra
en hoogstedelijke buurten. Om op een klein oppervlak veel
dichtheid te maken is hoogbouw hier een bruikbare bouwvorm.
De openbare-ruimtestructuur van nieuwe buurten sluit
zoveel mogelijk naadloos aan op die van de bestaande buurten
waaraan ze grenzen.

Impressie De groei brengt een opgave voor stedelijk groen met zich
hoogstedelijke mee: de ontwikkeling van een aantal landschapsparken dicht
centra tegen de stad (kop Brettenzone, Tuinen van West en Ookmeer-
park, Oeverlanden, kop Amstelscheg, Diemerbos, Waterland-
sportlandschap en Noorder IJplas).

Bestaande buurten
In bestaande buurten is een balans tussen rust en reuring
en een bescherming en logische ordening van werkfuncties en
voorzieningen het doel. Ontwikkeling is in bestaande buurten
kleinschalig en vindt vaak op pandniveau plaats. Zeker in de
vooroorlogse stad is het grip houden op bouwdynamiek op daken
Impressie en in de ondergrond nodig. In de naoorlogse stad kan de bouw-
hoogstedelijke dynamiek ook bijdragen aan het vergroten van de woonkwaliteit
buurten en het draagvlak voor voorzieningen en openbaar vervoer.

Impressie
gemengde
stadsbuurten

Impressie
luwe
stadsbuurten

110 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 111


Plekken met stedelijke betekenis Plekken met stedelijke betekenis

Betekenis van deze kaart: Richtinggevend Zes verschillende plekken


aan projecten. De programmatische opgave Stationskwartier: De directe omgeving van de grotere stations worden buurten met een hoogstedelijke dichtheid en een
die de kaart weergeeft is een indicatie gemengd voorzieningenaanbod, waaronder grootstedelijke voorzieningen. Ze hebben een belangrijke rol in het regionale
op projectniveau (per buurt/gebied). Bij voorzieningenaanbod en de meerkernige ontwikkeling van de stad en regio. Ze zijn via aantrekkelijke straten en langzaam-
verandering van de situatie zijn de hier verkeerroutes goed aangesloten op de omliggende buurten en het is er ook prettig wonen.
uitgezette lijnen het uitgangspunt.
Stedelijk centrum: In de stedelijke centra concentreren zich lokale en stedelijke voorzieningen. Ze hebben een verzorgende
rol voor omliggende buurten en het stadsdeel (boodschappen, dienstverlening en ontmoeting). Door het toevoegen van
stedelijke functies (werk, cultuur en vrije tijd) krijgen ze betekenis voor de hele stad en dragen ze bij aan een meerkernige
ontwikkeling. De stedelijke centra worden door het toevoegen van wonen en werken meer onderdeel van het omliggende
stadsdeel.

Kenniskwartier: Op deze plekken staan kennisontwikkeling, onderzoek en innovatie centraal. Ze bieden ruimte aan klein- en
grootschalige werkgebouwen. Kenniskwartieren kennen een eigen focus en kleuring qua type onderzoek en bedrijvigheid.
Sommige zijn zeer ruimte-intensief en publiekstrekkend, andere meer extensief met laboratoria en onderzoek. Alle kennis-
kwartieren zijn onderdeel van de stad en goed verbonden met hun omgeving. Er wordt ook gewoond en je vindt er een
gemengd voorzieningenaanbod.

Groen-blauwe hotspot: Deze stedelijke plekken hebben een uitzonderlijke landschappelijke kwaliteit. Ze zijn bij uitstek
geschikt voor vrijetijdsfuncties als sportparken, strandjes, buitentheaters en musea. De nadruk ligt op ruimte voor buiten-
activiteiten en passende programmaring en inrichting van de openbare ruimte. Eventueel hoort daar gebouwd programma
bij, maar altijd zorgvuldig in het groen en water ingepast.

Groen-blauwe kralenketting: De noordoever van het IJ is een aaneenschakeling van kleinere en grotere groen-blauwe
hotspots. Het is een verzameling van stedelijke plekken aan het water, met een verschillend karakter (bijvoorbeeld industrieel
of groen). Ze zijn aan elkaar geschakeld door langzaamverkeerroutes die soms langs het water liggen en soms meer land-
inwaarts.

Centrumgebied: De binnenstad en de aangrenzende buurten in West, Zuid en Oost vervullen binnen de stad en ver daar-
buiten een unieke en onvervangbare rol als stadscentrum. Hier ligt een grote opgave om de balans te bewaren tussen de
stedelijke, nationale en internationale centrumfunctie en de lokale betekenis voor bewoners en mensen die er werken.

Functiemenging

Als onderdeel van de meerkernige ontwikkeling wordt op verschillende plekken ingezet op versterking van de betekenis Functiemenging: Programma met betekenis op buurt-, stedelijk en regionaal niveau en
van die plek voor de hele stad. Er is hier iets te vinden voor mensen uit de directe omgeving, mensen uit het gebied, de stad wonen. Vooral de met openbaar vervoer goed bereikbare plekken zijn geschikt voor een pro-
als geheel en soms ook daarbuiten. Het zijn plekken waar mensen willen zijn, elkaar ontmoeten, ondernemen. Waar werk- gramma met een regionale en (inter)nationale betekenis. Maar voor alle plekken geldt dat ze iets Verdichting

gelegenheid zich deels concentreert. Het zijn winkel- en uitgaansgebieden, stadsparken en pleinen, waar je kunst en cultuur te bieden moeten hebben voor mensen uit de directe omgeving en voor mensen uit de hele stad.
vindt, waar gesport wordt, en waar onderwijs, onderzoek en zorg te vinden zijn. Op veel van de plekken wordt ook gewoond Voor stationskwartieren en stedelijke plekken is het doel niet om de functiemenging enkel op
en gewerkt. De vergroting van de betekenis van deze plekken draagt bij aan de ontwikkeling van alle stadsdelen in de stad deze plekken te concentreren. Ze verbinden zich langs stadsstraten met voorzieningen met de
Aangesloten
tot eigenstandige gebieden. Daarmee werken we aan een evenwichtige ontwikkeling van de hele stad binnen de regio. omliggende buurten. op de directe
omgeving en
de stad
De plekken op de kaart hebben de potentie (door de goede bereikbaarheid, het reeds aanwezige voorzieningenaanbod of de land- Dichtheid: Voor de stationskwartieren en de stedelijke centra is verdichting een belangrijke
schappelijke kwaliteit) om tot stedelijke plek uit te groeien. Soms zijn ze al van grote betekenis voor de stad (zoals de Amsterdamse opgave. Aan de ene kant omdat het centraal gelegen plekken zijn met uitstekende ontsluiting
Poort en de Zuidas) en gaat het om de uitbreiding van die betekenis. Deze plekken komen in principe als eerste in aanmerking als een per openbaar vervoer, waardoor ze bij uitstek geschikt zijn voor hoge dichtheden. Aan de andere Kwalitatieve
openbare ruimte
locatie voor een grootstedelijke voorziening wordt gezocht. kant omdat de dichtheid van wonen en werken het voorzieningenaanbod en dus de stedelijke die aansluit op de
omgeving
kwaliteit van deze plekken ondersteunt.
Opgaven voor plekken met stedelijke betekenis
De plekken hebben een aantal opgaven om de stedelijke betekenis te vergroten. Per type plek verschilt de mate waarin die opga- Verbindingen: Aansluiten op de directe omgeving en de stad. Al deze plekken moeten goed Opgaven voor plekken met
ven gelden. Hieronder zijn de opgaven beschreven. bereikbaar zijn, zodat mensen er gebruik van kunnen maken. De stationskwartieren hebben stedelijke betekenis
juist potentie door hun ‘gestapelde bereikbaarheid’ vanuit stad, regio en nationaal. De opgave is

112 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 113


Plekken met stedelijke betekenis Plekken met stedelijke betekenis
hier vooral een betere aansluiting op de stad en omliggende buurten met fietsroutes, stadsstraten
en stadslanen. Voor stedelijke centra geldt ook een opgave om ze goed te verbinden met fietsroutes,
stadsstraten en stadslanen. Door in de voetgangersgebieden in de centra ruimte te maken voor de
fiets worden ze veel meer onderdeel van hun omgeving. De groen-blauwe hotspots ontlenen hun
kwaliteit aan de landschappelijke omgeving, die vaak juist niet ingebed is in een netwerk van straten
en lanen. Waar ze in groengebieden liggen is het de opgave om ze goed bereikbaar te maken per fiets,
ov, boot en te voet. Wel kunnen de hotspots spectaculaire beëindigingen zijn van straten en lanen
die ze met de stad verbinden.

Openbare ruimte: Een inrichting die uitnodigt tot verblijven en bewegen. Al deze plekken
ontlenen hun aantrekkelijkheid aan de combinatie van het voorzieningenaanbod met de verblijfs-
kwaliteit in de openbare ruimte. Er is daarom in straten en pleinen veel ruimte en aandacht voor
groen, water en ontmoeting. Voor de pleinen is een inzet op verbijzonderde kwaliteit gevraagd.
Een groene inrichting, met water en speelaanleidingen kan van deze pleinen centrale ontmoetings-
plekken maken voor de hele omgeving. De functie als ontmoetingsplek vraagt ook om publieks-
trekkende voorzieningen zoals cultuur, horeca en educatie.
Impressie stationskwartier

Stations- Stedelijk Kennis- Groen-blauwe


kwartier centrum kwartier hotspot

Plek
Opgave

Impressie stedelijk centrum.

De mate waarin dit een opgave is

niet veel

Impressie groen-blauwe hotspot. Opgaven per voor plekken met stedelijke betekenis.

114 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 115


Economische structuur Economische structuur

Betekenis van deze kaart: Richtinggevend Typen economie, menging en gebouwtypen


aan projecten. Bij verandering van de Stationskwartier: Deze knooppunten van openbaar vervoer met een hoge kwaliteit in de openbare ruimte zijn logische vestigingsloca-
situatie zijn de hier uitgezette lijnen het ties voor grotere kantoren en publiekstrekkende voorzieningen. Ze bieden daarnaast ruimte aan kleinschalig werken, zoals detailhandel,
uitgangspunt. horeca en maatschappelijke voorzieningen.

Stedelijk centrum: De stadsdeelcentra in Nieuw-West, Zuidoost en Noord ontwikkelen zich tot gemengde stedelijke gebieden, waar
ook ruimte is voor bedrijvigheid en beperkt voor grotere kantoren.

Kenniskwartier: Hier staan kennisontwikkeling, onderzoek en innovatie centraal. Er is een gemengd aanbod van klein- en grootschalige
werkruimtes en ruimte voor onderzoek en onderwijs. Daarnaast is er plek voor wonen, werken en voorzieningen. Randvoorwaarden voor
concentratie en netwerkvorming zijn een ‘anchor’ (een groot kennisintensief bedrijf of instelling) en een netwerk van kleinschalige toele-
veranciers en klanten eromheen. Vaak zijn dit start-ups en spin-offs. Ook hebben sterke kenniskwartieren een bepaalde schaal nodig ten
behoeve van uitwisseling, gedeelde voorzieningen en zichtbaarheid.

Centrumgebied: De centrale buurten in Centrum, West, Zuid en Oost zijn gezochte vestigingsmilieus voor specialistische dienstverle-
ners. Hier is wonen gemengd met kleinschalige en soms ook grootschalige kantoren. In het centrumgebied vind je stadsverzorgende
bedrijvigheid, horeca, detailhandel en publiekstrekkende voorzieningen, waaronder grote cultuurinstellingen en overheidsgebouwen.

Gemengde gebieden: Wonen en kleinschalig werken is in deze stadsbuurten van oudsher meer fijnmazig gemengd. Je vindt er bedrij-
vigheid in gebouwplinten, atelierwoningen, bedrijfsverzamelgebouwen en losstaande bedrijfsgebouwen. Deze ruimtes zijn opgenomen
in de stedelijke bouwblokken. Het gaat om verschillende typen werk, zoals kleinschalig kantoorachtig werk, detailhandel en horeca,
maar ook maatschappelijke voorzieningen en productieve bedrijvigheid.

Luwe gebieden: In deze buurten staat de woonfunctie centraal. De ruimte voor werken is geconcentreerd op een aantal plekken: in de
stedelijke centra, langs enkele stadsstraten, rondom kruisingen van grotere straten en in bestaande bedrijfsgebouwen en gebouwplinten.

Stadsstraten en winkelpleinen: In de vooroorlogse stad concentreren detailhandel en horeca zich langs stadsstraten. In de naoorlogse
stad vind je deze concentraties ook aan winkelpleinen.

Productieve wijk: In deze nieuwe gemengde stadsbuurten is naast woningbouw ruimte voor behoud van bestaande en voor nieuwe
productieve bedrijvigheid.

Binnenstedelijke bedrijventerreinen: Op deze bedrijventerreinen is plek voor maakbedrijven en stadsverzorgende bedrijvigheid.


Ze worden geïntensiveerd en verduurzaamd, waarbij de bedrijfsruimte bereikbaar en betaalbaar moet blijven. Er is hier geen ruimte voor
woningbouw.

Bedrijvigheid en logistiek: Deze bedrijventerreinen zijn gericht op een efficiënte bevoorrading van de stad door ruimte te bieden aan
distributiecentra en groothandel. De opgave is om ze te intensiveren en verduurzamen. Er is hier geen ruimte voor woningbouw.

De economie van Amsterdam is de afgelopen decennia sterk gegroeid door de opkomst en sterke groei van de Pilotgebied grootschalige intensivering: Bedrijvenstrook Amstel III biedt kansen voor grootschalige intensivering met gestapelde
kennis- en innovatie economie. Maar naast een sterke kenniseconomie streeft Amsterdam naar een gevarieerde en bedrijfsgebouwen, om zo meer bedrijven een plek te bieden. Om de intensivering te stimuleren kan als gebiedsspecifieke oplossing een
diverse economie die adaptief en weerbaar is bij economische verandering. Op dit moment telt Amsterdam ongeveer klein deel van het terrein (grenzend aan en aanvullend op ArenApoort) op termijn doorontwikkelen naar een gemengd stedelijk gebied.
600.000 arbeidsplaatsen. Tot 2050 maken we ruimte voor ten minste 200.000 extra banen, dit is de helft van de verwachte Hier wordt de ontwikkeling van kennisintensieve bedrijvigheid en eventueel wonen mogelijk, mits dit geen negatief effect heeft op de
werkgelegenheidsgroei in de Metropoolregio Amsterdam. In 2050 wordt in alle Amsterdamse buurten naast gewoond logistieke en productieve functies in de andere delen van de bedrijvenstrook. Het toevoegen van wonen kan niet plaatsvinden zonder
ook gewerkt, en worden tevens de economische kwaliteiten van de Metropoolregio Amsterdam optimaal benut. dat er eerst een verdichting met bedrijfsruimte op het bedrijventerrein plaatsvindt, waarbij er per saldo meer bedrijfsruimte komt.

Havengebied en industrie: In dit gebied is ruimte voor logistiek, industrie, nutsfuncties. De haven heeft een belangrijke rol in de duur-
Waar is ruimte voor 200.000 banen in de stad?
zame energie-opwek en -opslag en de circulaire economie van de regio. In verband met de nabijgelegen stedelijke ontwikkeling wordt
In de gevarieerde economie die Amsterdam wil behouden, kunnen verschillende economische groepen – kenniswerkers,
het gebied gezoneerd. Naar het westen is een grote milieucontour mogelijk. In de haven is geen ruimte voor woningbouw.
dienstverleners en vakgeschoolden – economisch van elkaar profiteren. Deze economische diversiteit komt tot uiting in de ruim-
telijk economische structuur van Amsterdam die een grote variëteit aan vestigingsmilieus biedt en via gebiedsontwikkeling nieuwe Havengerelateerde bedrijvigheid en logistiek: In het Atlaspark richt de bedrijvigheid en logistiek zich op de activiteiten in de haven.
tot ontwikkeling brengt. Deze vestigingsmilieus, nader uitgewerkt in Ruimte voor de Economie van Morgen (2017), bieden ener-
Afgestemde ontwikkeling Haven-Stad en de haven: De bedrijven aan de oostkant van het havengebied houden rekening met de
zijds ruimte voor de groeiende stedelijke economie die het beste gedijt in gebieden met interactiemogelijkheden en waar nabijheid
nabijgelegen stedelijke gebieden. De snelheid van de ontwikkeling en de stedenbouwkundige opzet van Haven-Stad wordt afgestemd
van voorzieningen optimaal is. Dit zijn met name gemengde woon-werkmilieus zoals kenniskwartieren rond kennisinstellingen,
op de activiteiten in de haven.
en stationskwartieren rond ov-knooppunten, maar ook productieve wijken die ontstaan bij transformatie en integratie van bedrijvig-
heid in deze woon-werkmilieus. Anderzijds heeft Amsterdam ook bedrijventerreinen en een sterk haven- en industriegebied dat,

116 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 117


Economische structuur Economische structuur
conform de Gemeentelijke Visie Haven 2020 – 2040 in toenemende mate belangrijk wordt voor hoge werkconcentraties, omdat veel werknemers deze locaties in relatief korte tijd kunnen berei-
de economische transities: duurzame energieopwekking en de opkomst en ontwikkeling van ken. Kantoorontwikkeling en andere grootschalige functies passen op deze multimodale knopen
circulaire economie. zoals Zuidas, Amstelstation, ArenApoort, Sloterdijk en Centraal Station. De komende jaren gaat
het knooppunt Duivendrecht ook ruimte bieden aan grootschalige economische functies, en bij de
Menging van wonen en werken ziet er in de verschillende delen van de stad anders uit. In het doortrekking ervan biedt station Haven-Stad/Hemknoop kansen op de ontwikkeling van groot-
centrumgebied, stationskwartieren, kenniskwartieren, in stedelijke centra is ruimte voor grotere schalige economische functies. Kleinere stationskwartieren liggen rond metro-/treinstations
kantoren. Deze gebieden zijn met ov goed bereikbaar vanuit de hele stad en metropoolregio en de Lelylaan, Holendrecht en op langere termijn Muiderpoort.
rest van ons land. De openbare ruimte is ingericht op de toestroom van grote groepen werknemers.
In andere buurten is er vooral ruimte voor kleinschaliger werken, zoals diensten, detailhandel, Productieve wijken
horeca, maatschappelijke voorzieningen en stadsverzorgende bedrijvigheid. Dit geldt voor de buur- Door grootschalige transformatie van bedrijventerreinen voor de ontwikkeling van
ten binnen de ring, ten zuiden van het IJ, en de verdichtingsgebieden in de naoorlogse stad. In deze woon-werkgebieden verliest Amsterdam veel van zijn bedrijventerreinen. Voor een inclusieve
buurten vinden bedrijven onderdak in gebouwplinten, atelierwoningen, bedrijfsverzamelgebou- Amsterdamse economie waar iedereen in een stad economisch van elkaar kan profiteren moet er
wen en losstaande bedrijfsgebouwen. Het gaat om verschillende soorten werk, zoals kleinschalig voldoende ruimte blijven voor bedrijven die passen in stedelijke woon-werkgebieden. Conform
kantoorachtig werk, diensten, detailhandel, horeca, maatschappelijke voorzieningen en productieve de Bedrijvenstrategie Amsterdam (2020) ligt bij transformatie van bedrijventerreinen naar woon-
bedrijvigheid. Met name de laatste twee vragen expliciete aandacht, omdat deze dreigen te verdwij- werk een specifieke ambitie om passende bedrijvigheid te integreren in gebiedsontwikkeling.
nen door de druk op de ruimte. Dit vraagt bescherming in de bestaande stad en bij nieuwe ontwik- Dit leidt tot de ontwikkeling van productieve wijken, waarbij met name op de begane grond ruimte
keling het expliciet opnemen in het programma. is voor ambachtelijke bedrijvigheid, en kleinschalige industriële en logistieke bedrijven die passen
in de stad. Niet alleen dragen deze wijken in de toekomst bij aan de sociaal-economische samenhang
De naoorlogse gebieden bestaan voor het grootste deel uit woningen. De ruimte voor werken is in Amsterdam, deze kleinschalige productieruimtes dragen ook bij aan een de circulaire transitie
geconcentreerd op een aantal plekken: in de stedelijke centra, langs enkele stadsstraten, rondom de waar meer producten lokaal gemaakt, hersteld, gerecycled of hergebruikt moeten worden.
kruisingen van stadslanen en in de oorspronkelijke bedrijfsgebouwen en plinten. Ook bieden bestaande
onderwijsgebouwen, waar ze die functie niet meer hebben, soms ruimte voor bedrijvigheid. Ook hier Bedrijventerreinen
zijn, net als in de gemengde gebieden, allerlei verschillende soorten van werken te vinden. Waar kantoormilieus gebaat zijn bij menging van functies en concentratie, is dit voor
bedrijfslocaties en bedrijventerreinen minder het geval. Veel grootschalige productie, logistiek en
Kenniskwartieren ondersteunende diensten als schoonmaak- en bouwbedrijven zijn meer gebaat bij een bereikbare en
Economische toegevoegde waarde komt in deze tijd steeds meer voort uit innovatie. Innovatie betaalbare plek dan bij een gemengde, centrale locatie. Daarom wijzen we een aantal plekken in de
komt voort uit kennis- en ideeënontwikkeling die zeer goed gedijt in grote steden. De afgelopen stad aan waar bedrijvigheid niet met woningbouw wordt gemengd.
jaren is een nieuw type werkmilieu ontstaan: innovatiedistricten of kenniskwartieren. Kennis-
kwartieren zijn werkgebieden in de stad waar kennisontwikkeling, onderzoek en innovatie centraal Het grootste deel van de bestaande bedrijventerreinen in de stad (die nog niet aangewezen zijn
staan. Een aantal kenniskwartieren in Amsterdam is ontstaan rond wetenschappelijke kennisinstel- als transformatiegebied) blijft behouden om ruimte te behouden in de stad voor bedrijven die een
lingen zoals de Knowledge Mile – rond UVA Roeterseiland en HVA Wibautstraat, Sciencepark bij functie vervullen in de stedelijke economie. Wel is ook op deze terreinen een opgave om efficiënt
de Bètafaculteit van de UVA, kenniskwartier Zuidas rond de VU, en het health & medical cluster met de ruimte om te gaan en indien mogelijk de werkfunctie flink te verdichten. Dat betekent com-
in de Bijlmer rond het AUMC. In het verleden waren dit voornamelijk campuslocaties, maar ze pacte bebouwing en een differentiatie in terreinen, afhankelijk van de ligging in de stad.
ontwikkelen zich steeds meer als stedelijke gebieden waar interactie wordt bevorderd en ruimte is
voor innovatieve bedrijven die academische kennisontwikkeling benutten voor nieuwe business- De haven
modellen. Amsterdam heeft de ambitie de economische kracht van kenniskwartieren ruimtelijk te Het havengebied ten oosten van de A10 transformeert als Haven-Stad geleidelijk naar
versterken, en werkt via de gebiedsontwikkeling aan twee nieuwe kenniskwartieren in Riekerpolder gemengd stedelijk gebied. Het havengebied ten westen van de A10 blijft haven- en industriegebied.
en op het Marineterrein, met o.a. veel ruimte voor interactie en talentontwikkeling. Dit gebied is nodig voor logistiek, industrie en nutsfuncties en als hub voor duurzame energie en
circulaire economie. De gewenste ontwikkelingen in het havengebied vragen ook om milieuruimte.
In kenniskwartieren is er ruimte voor werken, wonen en voorzieningen, en de ambitie is om Om de combinatie met de ontwikkeling Haven-Stad ten westen van A10 mogelijk te maken, is een
de interactie te bevorderen. Wel bieden ze, anders dan gemengde stadsbuurten, plek aan grote zonering van het havengebied nodig. Waarbij de activiteiten aan de oostzijde van het havengebied
werkgebouwen, onderzoeks- en onderwijsinstellingen. Maar altijd in combinatie met kleinschali- meer rekening moeten houden met stedelijke gebieden in de buurt. Aan de westzijde van het haven-
ger werkplekken en vrije ruimte voor experimenten. Veelal hebben de gebieden een ‘anchor’ (een gebied zijn activiteiten met grotere milieucontour mogelijk. Andersom geldt ook dat de snelheid
groot kennisintensief bedrijf of instelling) en een netwerk van kleinschalige bedrijven eromheen. van de ontwikkeling van Haven-Stad en de stedenbouwkundige opzet afgestemd moeten worden
Vaak zijn dit start-ups en spin-offs. Dit stimuleert de concentratie en netwerkvorming. Ook hebben op activiteiten in het havengebied. Globaal kent Haven-Stad de volgende fasering:
kenniskwartieren een bepaalde schaal nodig ten behoeve van uitwisseling, gedeelde voorzieningen
en zichtbaarheid. • De eerste gebieden zijn nu al in ontwikkeling.
• Rond 2030 kan ook in het pas-op-de-plaatsgebied gestart worden met bouwen van
Stationskwartieren woningen.
Multimodale knooppunten of stationskwartieren zijn door de aanwezigheid van meerdere • Na 2040 kan het laatste deel, de Coen- en Vlothaven, ontwikkeld worden. Tot die tijd
verkeersmodaliteiten zoals trein, metro, tram en autowegen, goed verbonden met zowel de stad vervult dit deel van de haven nog een belangrijke rol in het haven-industriële complex.
als de metropoolregio. Door de optimale bereikbaarheid zijn deze locaties uitermate geschikt voor

118 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 119


Energie- en warmtesysteem Energie- en warmtesysteem

Betekenis van deze kaart: Richtinggevend Zon, wind, datacenters en elektriciteit


aan projecten. Bij verandering van de Voorkeursgebied windenergie op Amsterdams grondgebied: Op deze locaties zal de gemeente onder voorwaarden
situatie zijn de hier uitgezette lijnen het medewerking verlenen aan initiatiefnemers van windprojecten. Hier zal een integrale afweging gemaakt worden ten opzichte
uitgangspunt. van andere functies en iedere plaatsing vraagt een zorgvuldige inpassing. De veiligheid en gezondheid van mens en natuur
mogen hierdoor niet in het gedrang komen.

Zoekgebied zonne-energie op Amsterdams grondgebied: Hier geldt het ja-mits-principe. Aan initiatieven voor de
plaatsing van zonnepanelen in dit gebied bieden wij in principe medewerking, indien deze ruimtelijk en ecologisch goed
inpasbaar zijn en er voldoende ruimte beschikbaar blijft voor andere functies.

Extra zoekgebied zonne-energie op Amsterdams grondgebied: Voor deze gebieden geldt het nee-tenzij-principe.
Er wordt pas naar dit gebied gekeken wanneer de ambitie niet op de daken en via dubbel ruimtegebruik gerealiseerd
kan worden.

Warmtebron: Datacenters

Potentieel verwarmingsgebied datacenters

Bestaand onderstation

Uitbreiding onderstation: Om de groei van de vraag naar elektriciteit aan te kunnen, worden de komende decennia de
meeste van bestaande (22) onderstations in Amsterdam uitgebreid en vernieuwd.

Zoeklocatie nieuw onderstation: Op deze plekken moeten onderstations worden ingepast in de stedelijke omgeving.

Zoekgebied nieuwe onderstations: In Zuidoost ligt een opgave voor drie nieuwe onderstations en voor één onderstation in
het gebied Havenstad Noord (Cornelis Douwesterrein) en een in de omgeving van de Lutkemeer.

Bestaand elektriciteitsnet

Uitbreiding elektriciteitsnet: Naast de bovengrondse uitbreiding is voor een robuust energiesysteem de aanleg van nieuwe
ondergrondse elektriciteitskabels nodig.

Circulaire hub: Hier concentreren zich bedrijven die zich richten op de transitie naar een circulaire economie.

Energiehub Hemweg: Op deze locatie wordt energie en warmte duurzaam opgewekt.

Hub energieopslag: Op deze locatie wordt duurzame energie en warmte duurzaam opgeslagen.

Met de groei van de stad groeit ook de vraag naar elektriciteit en warmte. Amsterdam wil zo veel mogelijk schone gebieden voorkeursgebieden aangewezen. Hier gaat de gemeente onder voorwaarden medewerking verlenen aan initiatiefnemers van
energie opwekken en opslaan op eigen grondgebied en slim gebruikmaken van nieuwe en bestaande warmtebronnen. windprojecten.
Door zonnepanelen op grote en kleine daken, en door windturbines. Dat zijn op dit moment de meest bewezen technieken Om tot de voorkeursgebieden te komen is een afweging gemaakt op basis van vier criteria, die voortkomen uit het nationaal afwe-
voor grootschalige opwekking, de inzet ervan is afgesproken in het nationaal Klimaatakkoord. Hoe en waar die komen is gingskader voor de RES: de hoeveelheid duurzame elektriciteit die opgewekt kan worden, maatschappelijk en bestuurlijk draagvlak,
onderdeel van de ruimtelijke opgaven die op de stad afkomen. natuur- en milieubelangen in combinatie met de mogelijkheden voor een ruimtelijke inpassing, en de efficiëntie van het energiesys-
Een robuust elektriciteits- en warmtesysteem vraagt om een slimme boven- en ondergrondste inpassing. teem.

Elektriciteitsnetwerk Om de afweging tussen die verschillende belangen te kunnen maken, zijn voor de RES verschillende aspecten onderzocht. De
Een toekomstbestendig elektriciteitsnetwerk is een randvoorwaarde voor de groei en verduurzaming van Amsterdam. Tot 2050 uitgangspunten die daaraan ten grondslag liggen, blijven van kracht, ook in het vervolg bij het komen tot voorkeurslocaties, en bij uit-
zal de vermogensvraag toenemen naar 3 tot 4 keer de vermogensvraag van nu. Dat is een vraag van 3.000 à 4.000 MW in 2050, in eindelijke plaatsing. Iedere locatie vraagt een integrale afweging ten opzichte van andere functies en iedere plaatsing een zorgvuldige
plaats van circa 1.000 MW in 2020. Om tijdig in de snelgroeiende vraag naar elektriciteit te kunnen blijven voorzien, werken we aan inpassing. De veiligheid en gezondheid van mens en natuur mogen hierdoor niet in het gedrang komen.
de uitbreiding van de elektriciteitsinfrastructuur.
Uitgangspunten voor een integrale afweging:
Windenergie • We kijken vanuit de regionale schaal en sluiten aan bij logische ruimtelijke structuren. Denk aan bestaande grote weg- en
Amsterdam heeft de ambitie om in 2030 minstens 127 megawatt vermogen windenergie te realiseren. Hiervoor zijn circa spoorinfrastructuur en kanalen, of bestaande industriële gebieden, zoals de haven.
17 nieuwe windmolens van 3 megawatt nodig. Amsterdam heeft daarvoor in de concept-Regionale Energiestrategie (concept-RES) • Groepering heeft de voorkeur boven een enkele windmolen, om een versnipperd beeld te voorkomen, en om de impact op de
zeven zoekgebieden, en een reservezoekgebied benoemd. In de RES 1.0 zijn de zoekgebieden verkleind en worden binnen die zoek- landschappelijke kwaliteit en ecologische waarde zo veel mogelijk te beperken.

120 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 121


Energie- en warmtesysteem
• Bij de plaatsing houden we rekening met de invloed op cultuurhistorische elementen,
zoals Unescogebied, beschermde dorps- en stadsgezichten, rijksmonumenten en belang-
rijke landschappelijke cultuurhistorische elementen.
• We houden tussen de windmolens en geluidgevoelige stedelijke functies voldoende
afstand, zodat onaanvaardbare hinder door bijvoorbeeld geluid of slagschaduw wordt
voorkomen.
• We houden rekening met geplande stedelijke ontwikkeling, zowel binnen Amsterdam als
in onze buurgemeenten.
• We beperken zo veel mogelijk verstoring van natuur in gebieden van ecologische waarde
en kijken daarbij ook naar vlieg- en trekroutes van vogels.
• We houden rekening met (hoogte)beperkingen in verband met Schiphol.
• We houden rekening met externe veiligheid.
• De gemeente gaat onder voorwaarden medewerking verlenen aan initiatiefnemers van
windprojecten.

Zon
Amsterdam wil 400 megawatt zonne-energie op grote daken en dubbelgebruik van stedelijke
ruimtes opwekken. Daarnaast willen we 150 megawatt op kleine daken realiseren, zodat in 2030
de helft van alle geschikte daken voor zonne-energie wordt gebruikt. De gemeente richt zich voor
2050 op alle geschikte daken. Daarnaast wordt gezocht naar locaties waar dubbel ruimtegebruik
toegepast kan worden, bijvoorbeeld op parkeerlocaties, langs infrastructuur (zowel op taluds,
geluidsschermen, of bijvoorbeeld metrostations) en op tijdelijk braakliggende terreinen. Er zijn
extra zoekgebieden voor zon op veld en water aangewezen. Voor de Noorder IJplas geldt het ja-mits-
principe. Hier wordt medewerking aan initiatieven verleend, indien zij ruimtelijk en ecologisch goed
inpasbaar zijn en er voldoende ruimte is voor andere functies. Voor de overige extra zoekgebieden
zonne-energie geldt het nee-tenzij-principe. Er wordt pas naar deze gebieden gekeken wanneer de
ambitie niet op de daken en via dubbel ruimtegebruik gerealiseerd kan worden.

Warmtebronnen
De gemeente Amsterdam wil in 2040 helemaal aardgasvrij zijn. Daarbij vindt de gemeente
het belangrijk dat het alternatief duurzaam is, de overstap betaalbaar en dat verschillende bronnen
de benodigde warmte kunnen leveren. De stad wordt aardgasvrij met de duurzame warmte die er
al is. Bovendien verkent de gemeente nieuwe warmtebronnen. Om te voorzien in de toekomstige
warmtevraag en om de opwek hiervan te verduurzamen, moeten alternatieve bronnen ontwikkeld
worden, zoals aardwarmte (geothermie), lagetemperatuurwarmte uit aquathermie en restwarmte
uit datacenters. Er is niet één type warmtebron/techniek die kan voorzien in de toekomstige warm-
tevraag: er is een slimme combinatie van technieken nodig om te komen tot een optimale mix van
betaalbaar, duurzaam en leveringszekerheid.
Amsterdam heeft de grootste concentratie van datacenters in Europa. Dat betekent veel
locaties, veel vermogen aan servers en dus veel restwarmte. Deze restwarmte kan in de toekomst
een belangrijke rol spelen voor de Amsterdamse warmtevoorziening. Veel van de Amsterdamse
datacenters zijn geclusterd in en rond Science Park Amsterdam, Haven-Stad, Schinkelkwartier
en Amstel III (bedrijvenstrook). Rond die locaties is vaak ook grootschalige gebiedsontwikkeling
mogelijk.

Zie voor meer informatie het deel WAT, hoofdstuk 13, Duurzame stad

122 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 123


8
Stadsdelen
De Omgevingsvisie Amsterdam 2050 gaat over de stad als geheel, in de context van de
wijdere omgeving. De opgaven, keuzes en richtingen die beschreven zijn in deel I slaan op
verschillende manieren neer in de verschillende delen van de stad. In dit hoofdstuk wordt
de stadsbrede visie met gebiedspecifieke opgaven en richtingen uitgewerkt per stadsdeel.
Bovendien wordt in beeld gebracht wat het ruimtelijk-programmatisch kader betekent in
de stadsdelen. Voor elk stadsdeel is een overzicht gemaakt van de belangrijkste elementen
op de stadsdeelkaart. De bestaande kwaliteiten van de stad zijn vertrekpunt bij de verdere
ontwikkeling van Amsterdam. De stadsdelen kennen elk unieke kwaliteiten die gekoesterd
moeten worden. Ze vormen een mooie en onmisbare basis waarop de meerkernige kwaliteit
van Amsterdam verder kan groeien. Een meer gebiedsgerichte en van onderop gevoede
manier van werken aan de stad agenderen we daarom als onderdeel van Deel IV HOE.

De stadsdelen van Amsterdam die in de hieropvolgende pagina’s


beschreven worden. Havenstad is meegenomen in het kaartbeeld van
stadsdeel West en stadsdeel Noord om de ruimtelijke samenhang
inzichtelijk te maken. Het havengebied wordt niet als apart gebied
beschreven, omdat het al aan bod is gekomen op pagina 116 t/m 119.

124 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 125


Legenda voor alle stadsdeelkaarten op de hieropvolgende pagina’s van dit hoofdstuk. Stedelijke ontwikkeling Potentie groen-blauwe hotspot: Deze stedelijke plekken heb-
Luwe stadsbuurt: Ontwikkeling van woonbuurten met een relatief ben een uitzonderlijke landschappelijke kwaliteit. Ze zijn bij uitstek
lage dichtheid, een beperkt aandeel niet-woonfuncties en veel geschikt voor vrijetijdsfuncties als sportparken, strandjes, buiten-
ruimte voor groen. theaters en musea. De nadruk ligt op buitenactiviteiten en de pro-
grammaring en inrichting van de openbare ruimte. Eventueel hoort
Gemengde stadsbuurt: Ontwikkeling van woonbuurten met een daar gebouwd programma bij, maar altijd zorgvuldig in het groen en
stedelijke dichtheid en een flink aandeel niet-wonen (vooral in plin- water ingepast.
ten en af en toe in een groter gebouw). Groen krijgt een plek in de
straten, parkjes en langs watergangen. Groen-blauwe kralenketting: De noordoever van het IJ is een
Basis aaneenschakeling van kleinere en grotere groen-blauwe hotspots.
Hoogstedelijke buurt: Ontwikkeling van woonbuurten met een Het is een verzameling van stedelijke plekken aan het water, met een
Beschermde stadsgezichten: Deze buurten en gebieden hebben Metro met station: Onder- of bovengronds metrotracé.
hoogstedelijke dichtheid en veel ruimte voor niet-wonen. Groen verschillend karakter (bijvoorbeeld industrieel of groen). Ze zijn aan
een hoge cultuurhistorische waarde. Er wordt altijd een zorgvuldige
Hoogwaardig openbaar vervoer: Snelle en hoogfrequente bus- en krijgt een plek in de straten, pocketparkjes en grote stadsparken. elkaar geschakeld door langzaamverkeerroutes die soms langs het
afweging gemaakt tussen behoud en klein- of grootschalige door-
tramlijnen, die de agglomeratie intern en met de regio verbinden. water liggen en soms meer landinwaarts.
ontwikkeling. Bij eventuele ontwikkeling zijn bestaande kwaliteiten Hoogstedelijk centrum: Ontwikkeling van buurten met naast wonen,
het uitgangspunt. Spoorweg met station: Spoorwegen voor internationale treinen, het grootste aandeel werken en kennis, voornamelijk in grootscha- Het centrumgebied: De binnenstad en de aangrenzende buurten in
intercity’s en sprinters. liger gebouwen. De buurten hebben een hoogstedelijke dichtheid, Oost, Zuid en West vervullen binnen de stad en ver daarbuiten een
Park, landschapspark, landschap: In de parken is ruimte voor
meestal op een klein oppervlak. Groen krijgt een plek in de straten, unieke en onvervangbare rol als centrumgebied. Hier ligt een grote
recreatie en ontspanning. Landschapsparken bestaan uit recreatiege- Verdeelring A10: Aan de oost-, zuid en westzijde van de stad wordt
buurtparkjes en grote stadsparken. opgave om de balans te bewaren tussen de stedelijke, nationale en
bieden, sportlandschappen, ruigtegebieden en landbouwgrond met de A10 de verdeelring voor de buurten binnen de ring. De A5-A9 is
fiets- en wandelroutes. Het landschap bestaat uit landbouwgrond en de hoofdroute voor het regionale en nationale autoverkeer en wordt Pilotgebied grootschalige intensivering: Bedrijvenstrook Amstel internationale centrumfunctie en de lokale betekenis voor bewoners
natuurgebieden. de verdeelring voor Zuidoost en Nieuw-West. III biedt kansen voor grootschalige intensivering met gestapelde en mensen die er werken.
bedrijfsgebouwen, om zo meer bedrijven een plek te bieden. Om
Sportpark: In de sportparken wordt optimaal intensief gebruik Rijksweg met afslag
de intensivering te stimuleren kan als gebiedsspecifieke oplossing Energie en duurzaamheid
mogelijk gemaakt, om zo efficiënt mogelijk de opgave voor geor-
Veerverbinding: Veer voor voetganger en fiets. een klein deel van het terrein (grenzend aan en aanvullend op
ganiseerde sport een plek te geven. De sportparken hebben een Havengebied en industrie: In dit gebied is ruimte voor logistiek,
ArenApoort) op termijn doorontwikkelen naar een gemengd stedelijk
groene omlijsting. Brug over het IJ: Een brug voor voetganger, fiets en ov. industrie, nutsfuncties. De haven heeft een belangrijke rol in de duur-
gebied. Hier wordt de ontwikkeling van kennisintensieve bedrijvig-
zame energie-opwek en -opslag en de circulaire economie van de
Opgave sportlandschap: Op deze plekken wordt sport ingepast in Indicatie oeververbinding: Een mogelijke vaste verbinding op lange heid en eventueel wonen mogelijk, mits dit geen negatief effect
regio. In verband met de nabijgelegen stedelijke ontwikkeling wordt
een landschappelijke omgeving met veel natuurwaarde. Uitgangs- termijn. heeft op de logistieke en productieve functies in de andere delen
het gebied gezoneerd. Naar het westen is een grote milieucontour
punt is dat sport een positieve bijdrage levert aan de beleving en van de bedrijvenstrook. Het toevoegen van wonen kan niet plaats-
Regiohub - P+R bestaand: Bestaand knooppunt gericht op overstap mogelijk. Er is hier geen ruimte voor woningbouw.
deze zorgvuldig is ingepast, zodat het karakter van het specifieke vinden zonder dat er eerst een verdichting met bedrijfsruimte op het
van auto naar ov, fiets of deelmobiliteit voor bezoekers, net buiten
landschap niet wordt aangetast. De nadruk ligt op meer extensief bedrijventerrein plaatsvindt, waarbij er per saldo meer bedrijfsruimte Afgestemde ontwikkeling Haven-Stad en haven: De bedrijven aan
en in de buitenste delen van de agglomeratie.
georganiseerde sporten en de ongeorganiseerde, individuele spor- komt. de oostkant van het havengebied houden rekening met de nabijge-
ten. Eventuele sportterreinen, faciliteiten en sportvelden hebben een Potentie regiohub auto-ov: Indicatie knooppunt gericht op legen stedelijke gebieden. De snelheid van de ontwikkeling en de
Kleinschalige ontwikkeling en transformatie: Vernieuwing, verdich-
groene en zo openbaar en toegankelijk mogelijke inrichting. overstap van regionaal autoverkeer naar openbaar vervoer, fiets of stedenbouwkundige opzet van Haven-Stad wordt afgestemd op de
ting of verduurzaming van buurten, zonder structurele verandering
deelmobiliteit voor bezoekers. Gelegen net buiten of in de buitenste activiteiten in de haven.
Potentie stadsstrand: Openbare plekken met recreatiemogelijk- van een gebied.
randen van de agglomeratie.
heden in of langs het water. Voorkeursgebied windenergie op Amsterdams grondgebied:
Binnenstedelijk bedrijventerrein: Op deze bedrijventerreinen is
Potentie stadshub: Indicatie knooppunt waar overstap van het Op deze locaties zal de gemeente onder voorwaarden medewerking
plek voor maakbedrijven en stadsverzorgende bedrijvigheid. Ze
(inter)nationale/regionale vervoersniveau naar het stedelijke ver-
Verbindingen worden geïntensiveerd en verduurzaamd, waarbij de bedrijfsruimte
verlenen aan initiatiefnemers van windprojecten. Hier zal een inte-
voersniveau plaatsvindt, gelegen in de (hoog)stedelijke delen van grale afweging gemaakt worden ten opzichte van andere functies en
Stadsstraat: Hier concentreren zich publieksvoorzieningen en is bereikbaar en betaalbaar moet blijven. Er is hier geen ruimte voor
de agglomeratie. iedere plaatsing vraagt een zorgvuldige inpassing. De veiligheid en
naast verkeer veel ruimte voor ontmoeting en groen. We sturen woningbouw.
gezondheid van mens en natuur mogen hierdoor niet in het gedrang
Potentie logistieke hub: Indicatie locatie hub op wijk- of stads-
door gebouwplinten en de inrichting van de openbare ruimte op Bedrijvigheid en logistiek: Deze bedrijventerreinen zijn gericht op komen.
niveau die primair gericht is op overslag van goederen. Transport van
voldoende ruimte voor publieke functies. Via het omgevingsplan een efficiënte bevoorrading van de stad door ruimte te bieden aan
beschermen we ruimte voor winkels, horeca en maatschappelijke
goederen de stad in is mogelijk via het water of met kleine uitstoot- Warmtebron: Datacenters
distributiecentra en groothandel. De opgave is om ze te intensiveren
vrije voertuigen.
functies. en verduurzamen. Er is hier geen ruimte voor woningbouw. Circulaire hub: Hier concentreren zich bedrijven die zich richten op
Verbinding stad en landschap: Deze stadsranden aan het land- de transitie naar een circulaire economie.
Stadslaan: De stadslanen hebben een stevige groene inrichting en Zoekgebied Passenger Terminal Amsterdam: Ter ontlasting van het
schap worden voorkanten, door infrastructuurbarrières te slechten,
een sterke bomenstructuur. Ruimte voor voorzieningen is er vooral centrum en om bruggen over het IJ mogelijk te maken, onderzoeken Energiehub Hemweg: Op deze locatie wordt energie en warmte
de buurten naar het landschap te richten en met het landschap te
rondom de kruispunten. Er kan goed aan de lanen gewoond worden. we de verplaatsing van de PTA. De exacte locatie ligt nog niet vast. duurzaam opgewekt.
verbinden.
Ontbrekende verbinding: Gewenste verbinding voor voetgangers Uitbreiding bestaand onderstation
Verkleinen barrière: Het verkleinen van de barrièrewerking van
en fietsers. Onderzoek naar mogelijkheid en inpassing van tram of Plekken met stedelijke betekenis
de A9 tussen de buurten in Bullewijk is een projectoverstijgende Zoeklocatie nieuw onderstation
bus op lange termijn.
opgave. Stationskwartier: De directe omgeving van de grotere stations
Zoekgebied nieuwe onderstations: In Zuidoost ligt een opgave
Lange-lijnen-fietsnetwerk: Bovenop het fijnmazige fietsnetwerk van wordt buurten met een hoogstedelijke dichtheid en een gemengd
Schakelpunten: Plekken waar verschillende buurten of gebieden met voor drie nieuwe onderstations en voor een onderstation in het
Amsterdam ligt het lange-lijnen-fietsnetwerk. Het netwerk bestaat uit voorzieningenaanbod, waaronder grootstedelijke voorzieningen.
de ruggen tegen elkaar liggen en vaak voornamelijk een verkeers- gebied Havenstad Noord (Cornelis Douwesterrein) en één in de
logische en hoogwaardige fietsroutes over lange afstanden door de
functie hebben. Ze hebben de potentie om een centrale en verbin- Kenniskwartier: Op deze plekken staan kennisontwikkeling, onder-
stad en de rest van de regio. omgeving van de Lutkemeer.
dende rol te spelen. De (complexe) opgave is om prettige en bij de zoek en innovatie centraal.
Plusnet fiets: Fijnmazig netwerk in de stad met lange en kortere omgeving horende plekken te maken door een integrale benadering Tegengaan bodemdaling, vergroten biodiversiteit: Door kring-
Stedelijk centrum: In de stedelijke centra concentreren zich lokale
routes, waar de fiets de hoogste prioriteit heeft. van bebouwing, openbare ruimte, infrastructuur en programma. looplandbouw en natuurontwikkeling wordt bodemdaling tegenge-
en stedelijke voorzieningen. Ze hebben een verzorgende rol voor
gaan en de biodiversiteit vergroot.
Ontbrekende schakels fietsnetwerk: Indicatie van verbindingen die omliggende buurten en het stadsdeel (boodschappen, dienstverle-
gemaakt moet worden om het fietsnetwerk continu te maken. ning en ontmoeting).

126 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 127


den is een opgave. De opgave wordt door de groei van het aantal baar vervoer. Tegelijkertijd blijft er vrije ruimte in leegstaand vast-
inwoners urgenter. In heel Nieuw-West speelt verduurzaming en goed en aan de randen van de buurten. In stadsdeel Nieuw-West
kwaliteitsverbetering van woningen een belangrijke rol. Betaal- maken we onder de noemer Masterplan Nieuw-West langjarige
baarheid is daarbij een belangrijk aandachtspunt. afspraken met externe samenwerkingspartners om de leefbaarheid
en veiligheid in het stadsdeel structureel te verbeteren.
Om het hele stadsdeel te laten meeprofiteren van nieuwe
ontwikkelingen in Slotervaart, Slotermeer, het Schinkelkwar- Verduurzaming en vernieuwing staan soms op gespannen
tier, Haven-Stad en Sloterdijk is het versterken van doorgaande voet met de erfgoedwaarde van buurten. De samenhang tussen
routes nodig. Dat kan door in te zetten op groene wandel- en gebouwen, buurtgroen en stadsdeelgroen vraagt om ingrepen die
fietsverbindingen en door van drukke verkeersroutes stadsstra- de opzet eer aan doen. Op die manier kunnen bestaande kwa-
ten en stadslanen te maken. Sommige van die stadsstraten en liteiten versterkt worden en nieuwe kwaliteiten worden toege-
stadslanen bieden ook plek aan nieuwe ontwikkelingen, zoals voegd die tegemoetkomen aan de wensen van huidige en nieuwe
Lelylaan, Burg. Roëllstraat en Johan Huizingalaan. Ze sluiten aan bewoners.
op metro- en treinstations en verbinden Nieuw-West veilig en
vanzelfsprekend met het centrum, nieuwe ontwikkelgebieden en Belangrijkste elementen op de stadsdeelkaart
de centrumgebieden in het stadsdeel zelf. Langs de Oude Haagse • Osdorpplein wordt ontwikkeld tot stedelijk centrum:
Weg en de Anderlechtlaan is ruimte voor ontwikkeling. Deze verdichting, meer (grootstedelijke) voorzieningen, zoals
vergroot de kwaliteit van het aanliggende groen en de openbare een nieuw theater.
ruimte, maar blijft buiten de hoofdgroenstructuur. • Kop Sloterplas mogelijkheid tot groen-blauwe hotspot:
integrale opgave van openbare ruimte, ov- en fietsverbin-
Verdichting van Nieuw-West gaat hand in hand met meer dingen en publieksvoorzieningen.
kwaliteit van het groen. Deels door in parken te investeren en • Mogelijkheid voor een groen-blauwe hotspot aan de Nieuwe
deels in buurten en straten. De Sloterplas wordt het hoogwaardig Meer nabij een nieuwe metrohalte: vergroten van de
ingerichte groene hart van Nieuw-West. Om de bomenstructuur publieke betekenis door bijvoorbeeld horeca, sportvoorzie-
de drager van de straten en lanen te maken, is investering in de ningen of een culturele instelling.
ondergrond nodig. In verdichtingsgebieden richten we de open- • Versterken noord-zuid en oost-west gerichte routes, die het
bare ruimte groen en autoluw in. gebied intern verbinden en doorlopen in de grote ontwikke-
lingen van het Schinkelkwartier en Sloterdijken.
Een speciale opgave ligt er in de wijkwinkelcentra. Hier • Stationskwartieren Lelylaan en Sloterdijk: stevige ver-
wordt gezocht naar menging met meer wonen en voorzieningen dichting, ruimte voor wonen, werken en (grootstedelijke)
en een betere aansluiting op de omliggende buurten. Osdorpplein voorzieningen, zoals onderwijsinstellingen.
Betekenis van deze kaart: ontwikkelt zich van stadsdeelcentrum tot stedelijk centrum, met • Met een vergaande verandering van het autonetwerk en
agenderend en richtinggevend aan projecten. meer wonen en werken en culturele voorzieningen met stedelijke autogebruik in de stad kan een nieuwe aansluiting op de A5
De aanduiding voor stedelijke ontwikkeling uitstraling, waaronder een theater aan de Sloterplas. Gestreefd nodig zijn.
is indicatief en duidt niet de specifieke wordt naar een goede mix aan aanbod van bedrijvigheid en ver- • Spieringhorn in de Brettenzone wordt getransformeerd naar
grens van de betreffende ontwikkeling aan. Nieuw-West schillende typen winkels en horeca. een sportlandschap.
Bij verandering van de situatie zijn de hier • Schakelpunten die verschillende buurten met elkaar kunnen
uitgezette lijnen het uitgangspunt. Nieuw-West kent een prettige afwisseling tussen stedelijke Op lange termijn kan het aanleggen van een oost-west- verknopen, met een integrale opgave van openbare ruimte,
en rustige plekken. Kenmerkend is een uitgekiende samenhang metro de positie van Osdorpplein nog verder versterken. Verdere infrastructuur, ov- en fietsverbindingen, bebouwing en
tussen gebouwen, buurtgroen en stadsdeelgroen, met Sloterplas verdichting met werken en voorzieningen is mogelijk rondom de voorzieningen zijn het Lambertus Zijlplein en Belgiëplein.
en Sloterpark als middelpunt. Op basis van deze kenmerken stations Lelylaan en Sloterdijk. Deze stationskwartieren vragen
kan het stadsdeel zich met een sterke eigen kwaliteit verder wel om een betere inbedding in de stad door de ontwikkeling van
ontwikkelen. aanliggende straten tot stadsstraat of stadslaan. “Je kunt nu wel vanuit mijn
buurt fietsend of met de
Nieuw-West groeit dankzij de koppeling van gebiedstrans- De verduurzaming van woningen en het verbeteren van de tram naar het centrum.
formatie van het Schinkelkwartier, Sloterdijk en Haven-Stad woonkwaliteit, waarbij onder andere vergaande verkamering van Maar er is geen aansluiting.
en herontwikkeling van bestaande woongebieden uit tot een woningen moet worden tegengegaan, kan hand in hand gaan met Ik vind het idee om echte
stadsdeel met een meer regionale functie als stedelijk centrum. het vergroten van de diversiteit in woningtypen in verschillende straten te maken tussen
De dynamiek draagt bij aan de verbetering van de leefbaarheid en buurten. Bewoners moeten wooncarrière kunnen maken in hun Nieuw-West en het centrum
wijkeconomie en helpt om segregatie en kansenongelijkheid te eigen buurt. Verdichting en toevoegen van andere woningtypen daarom goed”
verkleinen. Het verbeteren van de sociale cohesie, het vreedzaam zijn in veel buurten onmisbaar voor het op peil houden van de
naast en liefst met elkaar leven van diverse culturen en leeftij- leefbaarheid, het voorzieningenniveau en het aanbod aan open- Leila Badaou | Stadsdeel Nieuw-West

128 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 129


Bijlmer-West wordt ook een verbinder tussen de Bijlmermeer een knelpunt in Zuidoost, niet alleen binnen het stadsdeel, maar
Betekenis van deze kaart: en de Amstelscheg. ook tussen het stadsdeel en stadsdeel Oost.
agenderend en richtinggevend aan projecten. Amsterdamse Poort groeit samen met de Arenaboulevard
De aanduiding voor stedelijke ontwikkeling binnen Amsterdam uit tot een centrum met regionale en (inter-) De Gaasperplas is, samen met het Noorderpark, een van
is indicatief en duidt niet de specifieke nationale aantrekkingskracht. De uitstekende bereikbaarheid van de twee Amsterdamse parken met een metrostation. Het kan
grens van de betreffende ontwikkeling aan. het gebied, samen met de grootstedelijke functies als de Johan uitgroeien tot groen-blauwe hotspot. Dat houdt in dat, naast
Bij verandering van de situatie zijn de hier
Cruyff ArenA en concertzalen, zijn hiervoor al ingrediënten. bestaande voorzieningen, zoals de waterspeeltuin, er ruimte is
uitgezette lijnen het uitgangspunt.
Station Bijlmer als een volwaardig intercitystation en het aan- voor nieuwe. Zij moeten passen bij het landschappelijke karakter.
sluiten op het nachtnet kan helpen om van ArenAPoort een Voorzieningen als horeca en een passend museum zijn voorbeel-
echt stedelijk centrum te maken. den, evenals een nieuwe en veilige zwemplek en het opknappen
van het voormalige Floriadeterrein. Zuidoost heeft een zeer
In de Bijlmermeer en in Gaasperdam liggen grote opgaven beperkt oppervlak aan sportparken. Er zijn mogelijkheden voor
ten aanzien van het verbeteren van de leefbaarheid en veiligheid. het toevoegen van sportvelden in ontwikkelgebieden of onder-
Dit kan hand in hand gaan met het versterken van de wijkeco- zoekslocaties. In de Bijlmerweide en het centrale park Gaasper-
nomie. Dat vraagt vooral om een slimme verdichting van de dam zijn onderzoekslocaties opgenomen, dicht bij de buurten
buurten, met behoud van het groene en rustige karakter. De van de Bijlmer en Gaasperdam/Amstel III. Sportvelden moeten
vernieuwing van de Bijlmer wordt afgerond. Er worden niet alleen landschappelijk zorgvuldig worden ingepast. We zoeken daarbij
woningen toegevoegd, maar ook werkfuncties die de wijkecono- ook de samenwerking met omliggende gemeenten.
mie moeten versterken. In zowel de Bijlmer als in Gaasperdam
zijn mogelijkheden voor verdichting. Langs de af te waarderen Belangrijkste elementen op de stadsdeelkaart
en te verlagen Gooiseweg en langs diverse dreven is ruimte voor • Stationskwartieren Amsterdam Bijlmer ArenA en Holen-
nieuwe woningen. De fiets- en autoverkeersstructuren zijn in drecht: stevige verdichting, ruimte voor wonen, werken en
deze wijken nu nog van elkaar gescheiden: auto’s rijden over de (grootstedelijke) voorzieningen, zoals leisure of in relatie
dreven, fietsers over vrij liggende fietspaden die de dreven meestal met het kenniskwartier van het AUMC.
ongelijkvloers kruisen. • Mogelijkheid voor een groen-blauwe hotspot aan de
Gaasperplas nabij de metrohalte: vergroten van de publieke
De dreven kunnen straks een hoofdnetwerk van lanen vormen, betekenis door bijvoorbeeld horeca, sportvoorzieningen of
waar verschillende soorten verkeer gebruik van maken. Bovendien een culturele instelling.
zou een groot deel van het publieke leven zich er kunnen afspe- • Verminderen van de barrièrewerking van de A2 van stad
len door er aangename verblijfsruimtes van te maken. Er zijn ook naar landschap en van de A9 tussen de buurten in Amstel III,
plekken waar fietsers, ov en auto’s nu al samen komen en waar die vooral voor fietsers.
kwaliteit uitgebouwd kan worden. Onder andere bij de centra van • De dreven als verbinders. Omvormen van autoroutes en
de wijken rond de metrostations. Daar kan verdere verdichting barrières naar prettige straten en lanen, waarlangs ruimte is
met voorzieningen en werkfuncties (en wonen) plaatsvinden. In voor verdichting.
Gaasperdam ligt de focus nu op de aanpak van Holendrecht en • Gooiseweg als stadslaan. Een autoluwe stad biedt mogelijk-
Zuidoost Reigersbos en in de nabije toekomst op de ontwikkeling langs heden voor een nieuwe betekenis voor de Gooiseweg. Deze
de overkluisde A9. Ook kan aan de zuidzijde van de Gaasperplas route verandert van stadssnelweg tot een prettige laan die
Zuidoost is binnen Amsterdam qua ruimtelijke opzet, met grote publiekstrekkers, beide nagenoeg zonder bewoners. In woningbouw worden toegevoegd. Niet om grote aantallen te halen, Zuidoost ook voor fietsers met het centrum verbindt. Dank-
bebouwing en de relatief grote afstand tot de rest van de stad dit nieuwe Amstel III/Bijlmer-West worden de komende jaren maar wel om de Gaasperplas beter te verbinden met de wijk. De ver- zij woningbouw en nieuwe groene plekken richten buurten
bijzonder. Dat geldt zeker ook voor de unieke culturele diversi- tienduizenden nieuwe woningen gebouwd, met behoud van de dichting en transformatie van de Bijlmer en van Bijlmer-West gaat zich naar deze nieuwe laan.
teit, die er in de afgelopen decennia is ontstaan. Zuidoost zal de werkfunctie. De kantorenstrook verandert in een heel nieuw stuk gepaard met investeringen in nieuw groen, zoals het Hondsrugpark. • Spoorzone als ruggengraat. Langs het spoor ligt een integrale
komende jaren uitgroeien tot een sterke stedelijke kern met een stad, met levendige straten en volop groen en voorzieningen. opgave voor verdichting, het versterken van de stationsom-
duidelijk eigen karakter. Daarbij zullen de bestaande buurten in Zuidoost is bovenal een groen stadsdeel, dat aan drie zijden gevingen, het verbeteren van routes en het verknopen van
de Bijlmer, Gaasperdam en Gein samen met nieuwe buurten in Op de bedrijvenstrook gaat flink verdicht worden om plek grenst aan het landschap van de Diemer- en Amstelscheg en het de beide kanten van het spoor.
Bijlmer-West een herkenbare en onderscheidende eenheid gaan te bieden aan voldoende bedrijfsruimte, waaronder ook bij- Utrechtse landschap van de polder Gein. De drie groene fiets- • In het Gaasperpark wordt nieuwe ruimte voor sport gemaakt.
vormen. De komende jaren gaan we daar met Masterplan Zuid- voorbeeld logistieke hubs. Aan de noordkant, grenzend aan en routes van oost naar west, van scheg naar scheg, zijn belangrijke
oost invulling aan geven. als aanvulling op ArenAPoort, kan een beperkt deel op termijn verbindingen. De Diemer- en de Amstelscheg zijn vanuit Zuid-
verkleuren naar een gemengd stedelijk gebied, als de gewenste oost niet goed bereikbaar. De A2 en de Provinciale Weg langs de “Ik voel me thuis in Zuidoost, omdat ik
De delen van Zuidoost aan weerszijden van het spoor zijn intensivering met gestapelde bedrijfsgebouwen succesvol is Gaasp vormen barrières die er om vragen geslecht te worden. me kan herkennen in de verschillende
nu nog twee zeer verschillende. Aan de oostkant van het spoor lig- verlopen. De spoorlijn, met trein- en metrostations en goede Nieuwe groene routes kunnen de buurten in Zuidoost met elkaar mensen die er wonen”
gen de groene woonwijken Bijlmer en Gaasperdam. Aan de west- onderdoorgangen, moet van scheidslijn een ruggengraat en met het landschap verbinden. Daarnaast zijn van noord naar
kant het kantoren- en bedrijvengebied Amstel III en ArenAPoort worden, om segregatie en kansenongelijkheid te verkleinen. zuid goede en sociaal veilige fietsroutes belangrijk. Dat is nu nog Rachel Tokromo | Stadsdeel Zuidoost

130 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 131


In ontwikkelbuurten als de Banne liggen kansen voor ver-
Betekenis van deze kaart: dichting. Nadrukkelijk met mede als inzet nieuwe groene kwali-
agenderend en richtinggevend aan projecten. teit. Ook kunnen de naoorlogse buurten rondom het Buiksloter-
De aanduiding voor stedelijke ontwikkeling meerplein via aantrekkelijke straten beter aangesloten worden op
is indicatief en duidt niet de specifieke het vernieuwde Buikslotermeerplein.
grens van de betreffende ontwikkeling aan.
Bij verandering van de situatie zijn de hier
Dankzij de behouden polders binnen de stad, de Water-
uitgezette lijnen het uitgangspunt.
landse Zeedijk, de Noord-Hollandse kanaalzone en het open
veenweidegebied in Waterland is Noord het meest landschap-
pelijke stadsdeel van Amsterdam. Door rekening te houden met
zichtlijnen brengen we waar het kan het water meer in beeld.
Ook de groene kwaliteiten verdienen versterking. Binnen de stad
door sport, ecologie en ontspanning te verenigen. In landelijk
Noord willen we bodemdaling tegengaan en de landschappelijke
kwaliteit en biodiversiteit vergroten door een stevige inzet op
kringlooplandbouw.

Belangrijkste elementen op de stadsdeelkaart


• Buikslotermeerplein groeit uit tot stedelijk centrum dankzij
verdichting met woningen en (grootstedelijke) voorzieningen.
• Twee bruggen over het IJ. Hierbij zijn de aanlandingen, de
omliggende openbare ruimte en bebouwing en de verkno-
ping met toevoerende routes onderdeel van de integrale
opgaven op dit schakelpunt.
• Bij metrostations Noord en Noorderpark ligt een integrale
opgave voor verdichting, verbindingen, de inrichting van de
openbare ruimte en de aansluiting op de directe omgeving.
• De noordoever van het IJ wordt nog sterker een aaneen-
schakeling van plekken met een stedelijke betekenis (cul-
tuurgebouwen, horeca, parken, standjes en festivallocaties).
Deze plekken zijn met elkaar verbonden door routes langs
het water en parallel aan de oever en met de rest van Noord
dankzij groene routes.
• Door stedelijke ontwikkeling, verbindingen en nieuwe
ov-verbindingen wordt de relatie met Zaandam versterkt.
Noord • De Noorder IJ-plas wordt een publieke, groene plek met
ruimte voor sport en waterrecreatie.
Noord is een overwegend luw en groen stadsdeel, dat bestaat Noord straks ook de verbinding aan met Zaandam. Nieuwe hoog- waaraan parken, culturele instellingen, erfgoed, zwemplekken en • Het Sixhavengebied krijgt een groene inrichting. Als in de
uit buurten en tuindorpen met een heel eigen karakter. De dijken, waardige openbaarvervoerlijnen en fietsroutes verbinden Noord andere publieke functies liggen. Ze vormen een parelketting die toekomst wordt besloten een metrostation te realiseren,
polders en het Noordhollandsch Kanaal geven Noord ook een uit- en de haltes van de Noord/Zuidlijn met deze buurgemeente. Een voor heel Noord een aantrekkelijke bestemming en ontmoetings- wordt opnieuw gekeken naar de gewenste inrichting van het
gesproken landschappelijke kwaliteit. Tegelijk wordt Noord met de schaalsprong in het ov is noodzakelijk en zeker in dit stadsdeel plek wordt. gebied.
ontwikkeling van de IJ-oevers meer onderdeel van Amsterdam. De onlosmakelijk verbonden met de opgave voor autoluw. Op lan- • In Waterland zorgt een omschakeling naar kringloopland-
twee heel verschillende werelden van de tuindorpen en de IJ-oe- gere termijn kan een nieuwe metroverbinding via Haven-Stad en Langs de Noord/Zuidlijnstations is nog ruimte voor extra bouw voor het tegengaan van bodemdaling, meer land-
vers gaan in de toekomst meer voor elkaar betekenen. Heel Noord de westelijke IJ-oevers naar Zaandam gemaakt worden. woningen en voorzieningen. Het Buikslotermeerplein bij schappelijke kwaliteit en een grotere biodiversiteit.
voor alle Noorderlingen vraagt om betere verbindingen en nieuwe metrostation Noord zal uitgroeien tot het hart van heel stadsdeel
voorzieningen en werkplekken, die de IJ-oevers en het Buiksloter- Direct tegen de ontwikkelgebieden aan de IJ-oevers lig- Noord. Het winkelcentrum verandert in een compacte stadsbuurt
meerplein voor het hele stadsdeel betekenis zullen geven. gen bestaande buurten: de tuindorpen en naoorlogse wijken, met wonen, werken, winkels en voorzieningen voor de omlig- “Het zou goed zijn als de gemeente
doorsneden door de oude IJ-dijk. De opgave is inwoners van die gende buurten. Het wordt een experimentele ontwikkeling, met bepaalde industrieterreintjes weet te
Twee nieuwe bruggen over het IJ brengen Noord en Amster- bestaande buurten mee te laten profiteren van de ontwikkeling ruimte voor nieuwe ontwikkelvormen en bijzondere (werk-) behouden met een verzameling van
dam ten zuiden van het IJ dichter bij elkaar. Hierover gaan ook van hun stadsdeel. In de nieuwe buurten aan het IJ blijft ruimte functies. Hier is ook plek voor een nieuwe culturele trekker voor bedrijfjes bij elkaar”
regionale fietsroutes lopen. Dankzij de ontwikkelingen op voor productieve bedrijvigheid. Parallel aan de noordelijke IJ-oe- heel Amsterdam. Een nieuw plein bij metrostation Noord kan
NDSM, Cornelis Douwes en de Zaanse Achtersluispolder gaat ver komt een doorlopende fiets- en voetgangersroute te lopen, een centrale ontmoetingsplek voor Noord worden. Peter Kuijl | Stadsdeel Noord

132 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 133


ningen in stand waar ook Amsterdammers gebruik van maken en teruggedrongen, waarbij wel rekening wordt gehouden met de
Betekenis van deze kaart: ondersteunt het internationale en open karakter van de stad. De logistiek. In de hele binnenstad komen voetgangers en fietsers
agenderend en richtinggevend aan projecten. komst van bezoekers die van onze stad genieten is begrijpelijk. op de eerste plaats, met zeker langs de grachten minder ruimte
De aanduiding voor stedelijke ontwikkeling De binnenstad huisvest een deel van de belangrijkste culturele voor parkeren. Hierdoor ontstaat meer ruimte voor verblijven en
is indicatief en duidt niet de specifieke instellingen van het land, sommige zelfs met een internationale groen in de openbare ruimte. Het aantal zoeklocaties voor fiets-
grens van de betreffende ontwikkeling aan. reputatie. Ook staat de binnenstad bekend om haar cultuurhis- parkeren wordt vergroot en we zoeken naar mogelijkheden voor
Bij verandering van de situatie zijn de hier
torie met onder meer de grachtengordel als Unesco Werelderf- het realiseren van inpandige of ondergrondse fietsenstallingen.
uitgezette lijnen het uitgangspunt.
goed, ruim 6000 rijksmonumenten en zo’n 1000 gemeentelijke Een knip in de Weesperstraat, onderdeel van de Agenda Autoluw,
monumenten. vergroot in de oostelijke binnenstad de leefbaarheid en kwaliteit
van de openbare ruimte. De omgeving van het Oosterdok biedt
Maar de bezoekerseconomie brengt ook complexe uitdagin- plek aan cultuur en grootschalige kantoren. Op het Marineterrein
gen met zich mee die we het hoofd moeten bieden. De veiligheid werken we aan een nieuw kenniskwartier, met een stedelijke mix
en leefbaarheid staat in sommige delen onder druk. We willen een van wonen en ruimte voor innovatieve bedrijvigheid en educatie.
bezoekerseconomie stimuleren die waarde voor de binnenstad Aan het Oosterdok komt een stedelijk park. Defensie behoudt
en haar inwoners toevoegt, die duurzaam is en de leefbaarheid hier een basis.
verbetert. Vernieuwing en creatief ondernemerschap staan onder
druk, met name door oplopende vastgoedprijzen en verdringing Ten slotte vraagt de verduurzaming van stadsdeel Centrum
door andere functies. Het moet mogelijk worden innovatieve in relatie tot de cultuurhistorische waarden van het erfgoed
ondernemers meer ruimte te bieden. Een breder cultuuraanbod en om innovatieve en specifieke oplossingen. Gevelisolatie en het
voorzieningen zoals apotheken of huisartsen zijn nodig. We wil- zoeken naar mogelijkheden voor het vergroenen van openbare
len samen met partners gemeenschappelijke belangen bepalen en ruimtes en gebouwen moet passen binnen het Unesco Werel-
zo sturen op een duurzamer, beter en meer divers gebruik van het derfgoed met zijn grote historische waarde. Dit geldt ook voor het
vastgoed. De binnenstad wil spannend en vernieuwend blijven, dubbelgebruik van daken. Om de binnenstad klimaatbestendiger
onder andere met een kwalitatief en inclusief nachtaanbod. We te maken, onderzoeken we of, gekoppeld aan de inzet op autoluw,
willen meer aandacht voor kunst, cultuur en identiteit. in het verleden gedempte grachten weer uitgegraven kunnen
worden.
Nauwkeurig bestemmen en maatwerk moet de overlast van
massatoerisme en ondermijning terugdringen. Daarbij wordt Belangrijkste elementen op de stadsdeelkaart
onder meer gekeken naar de mogelijkheden om buiten de bin- • Het centrum wordt vergaand autoluw, waardoor er ruimte
nenstad een erotisch centrum of ‘prostitutiehotel’ te vestigen, om komt voor de voetganger, groen in de openbare ruimte en de
zo het Wallengebied te ontlasten. Bewoners zijn onmisbaar als fiets.
het gaat om leefbaarheid, vitaliteit, sfeer en betrokkenheid. We • De opgave is om de balans van functies in het centrum te
willen daarom meer bewoning in de binnenstad mogelijk maken, herstellen: ook gericht op bewoners, andere Amsterdam-
in samenwerking met corporaties, beleggers, verenigingen van mers en ruimte voor kantoren.
eigenaren, individuele pandeigenaren en ontwikkelaars. • Het Marineterrein ontwikkelt zich tot toonaangevend ken-
Centrum niskwartier met ruimte voor werken, wonen en kennisin-
Stadsdeel Centrum blijft een aantrekkelijke vestigingsplek stellingen.
De afgelopen jaren voelden veel Amsterdammers zich niet is vergroend, waar overlast en drukte zijn teruggedrongen en waar voor kantoren en bedrijven. Een versterking van de werkfunctie • Schakelpunten die verschillende buurten met elkaar kunnen
altijd meer thuis in hun binnenstad. De toestroom van interna- de economische diversiteit is toegenomen. Straks sluit het winkel- kan ook bijdragen aan een betere balans in de binnenstad. De verknopen, met een integrale opgave van openbare ruimte,
tionale en nationale bezoekers en dagjesmensen leidde er tot een en horeca-aanbod meer aan bij de vraag van Amsterdammers en recente transformatie van leeggekomen warenhuizen aan het infrastructuur, ov- en fietsverbindingen, bebouwing en
gevoel van vervreemding, ingegeven door drukte, ongewenst minder bij de verwachting van bezoekers. Er wordt meer gewerkt Rokin naar ruimte voor kennisintensieve kantoren is daar een bijzonder programma zijn het Mr. Visserplein, de IJtunnel-
gedrag of sfeer. Tijdens de crisis werd pijnlijk zichtbaar welke in de binnenstad, dankzij ruimte voor de formele en informele goed voorbeeld van. mond, de kruising Hoogte Kadijk - Sarphatistraat.
buurten te afhankelijk zijn geworden van bezoekers en waar de economie. Maar er wordt ook meer gewoond, dankzij een divers
woonfunctie onder druk staat. Het sterkt de overtuiging dat we woningaanbod voor verschillende doelgroepen. Dezelfde ver- De binnenstad kent een veelheid aan openbare ruimtes,
moeten werken aan een meer diverse binnenstad, met herkenbare scheidenheid is terug te vinden in het karakter van maatschap- zoals grachten, straten, hofjes, pleinen, kleinere parken, maar ook
en weerbare buurten. De komende jaren zullen we hier met de pelijke en commerciële voorzieningen, het aanbod van culturele nieuwere plekken, zoals het haventje van het Marineterrein of de
Aanpak Binnenstad invulling aan geven. instellingen en de identiteit van buurten. Alle zijn meer gericht op recent ingerichte ontmoetingsplekken langs de Oude Turfmarkt “Zonder sturing trek je dezelfde
de Amsterdammers. en het Oosterdokseiland. De schaarse openbare ruimte wordt mensen en hou je wat je hebt:
De ambitie voor de binnenstad is om de leefbaarheid en het intensief gebruikt. De behoefte aan een autoluwe binnenstad en massatoerisme, Nutellawinkels
buurtgevoel terug te brengen, de openbare ruimte zo in te richten Stadsdeel Centrum heeft een grote aantrekkingskracht op meer verblijfsruimte is daarom groot. Ook om verder te vergroe- en coffeeshopbezoekers”
dat deze uitnodigt tot ontmoeting en voorzieningen voor bewo- bezoekers, talent en bedrijven. De bezoekerseconomie zorgt voor nen en voorbereid te zijn op toename van bewoners, bedrijven
ners te behouden. We willen bovendien een binnenstad die verder banen en inkomsten, draagt bij aan vernieuwing, houdt voorzie- en bezoekers. Gemotoriseerd verkeer wordt daarom vergaand Anna Bogman | Stadsdeel Centrum

134 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 135


West
Betekenis van deze kaart:
agenderend en richtinggevend aan projecten. Stadsdeel West heeft zich snel ontwikkeld tot een geliefde In sommige buurten vraagt de leefbaarheid meer aandacht.
De aanduiding voor stedelijke ontwikkeling plek voor wonen, winkelen en uitgaan. In de meeste buurten is Dat geldt dus niet alleen voor ontwikkelbuurten, maar voor alle
is indicatief en duidt niet de specifieke de balans tussen rust en drukte en dure en betaalbare woningen buurten met een vergelijkbare opgave, zoals bijvoorbeeld De
grens van de betreffende ontwikkeling aan. redelijk op orde. Maar er zijn ook buurten waar bewoners zich Kolenkitbuurt, Spaandammerbuurt en Jan Maijenbuurt.
Bij verandering van de situatie zijn de hier
zorgen maken over de opmars van vakantieverhuur, liberalisering
uitgezette lijnen het uitgangspunt.
van sociale huurwoningen en de opmars van horeca. In West Belangrijkste elementen op de stadsdeelkaart
vestigen zich steeds meer cafés en restaurants. Zolang dat in de • Verknoping van Haven-Stad met Bos en Lommer en de
drukke stadsstraten gebeurt, geeft dat weinig problemen. Rond Staatsliedenbuurt door nieuwe noord-zuidverbindingen
de Hallen heeft het bezoekersgebied zich echter uitgebreid naar voor langzaam verkeer en op termijn ov.
de tussenliggende buurt. De opgave is om de balans tussen rustig • Stationskwartier Hemknoop: stevige verdichting, ruimte
wonen en reuring om de hoek te behouden. De prettige afwisse- voor wonen, werken en (grootstedelijke) voorzieningen.
ling tussen levendige stadsstraten en pleinen en rustige woon- • Mogelijke verplaatsing van de Passenger Terminal Amster-
straten wordt bewaakt. dam naar de Coenhaven.
• Mogelijkheid voor een groen-blauwe hotspot in het nieuwe
In de buurten direct rond het centrum is veel bouwdyna- Haparandadampark: vergroten van de publieke betekenis
miek. Huizen worden vergroot en verbouwd. Duidelijke regels door bijvoorbeeld horeca, sportvoorzieningen of een cultu-
voor de bouwdynamiek in het omgevingsplan moeten overlast rele instelling.
tegengaan en groen en cultuurhistorische waarden beschermen. • Een oeververbinding die de Coenhaven met het Cornelis
Vanwege de druk op de woningmarkt is het behoud van betaal- Douwesterrein verbindt.
bare woningen een extra uitdaging. • Een nieuwe oost-westfietsverbinding over het Foodcenter-
terrein en langs het Erasmuspark.
Aan de randen van West, langs de A10 en in Haven-Stad, • Schakelpunten die verschillende buurten met elkaar kunnen
worden veel nieuwe woningen gebouwd. Het is van groot belang verknopen, met een integrale opgave van openbare ruimte,
dat bestaande buurten in West voor fietsers en met openbaar infrastructuur, ov- en fietsverbindingen, bebouwing en
vervoer goed verbonden zijn met de nieuwe buurten, zodat ze programma zijn het Bos en Lommerplein en Surinameplein.
onderdeel van het stadsdeel en de stad worden. De verbinding
tussen Bos en Lommer en Haven-Stad vraagt vooral aandacht.
Een speciale rol is daarbij weggelegd voor de doorlopende straten
in het stadsdeel. Deze lange lijnen kunnen als stadsstraten en
-lanen levendige verbindingen vormen binnen de stad. Verkeers-
pleinen zoals het Surinameplein en het Bos en Lommerplein
kunnen een sterkere verblijfsfunctie krijgen.

Door klimaatveranderingen komen heftige regenbuien


steeds vaker voor. Vanwege de hoge mate van verharding, de
hydrologische kenmerken (gemengd rioolstelsel en polderri-
oolstelsel) en de ligging van een aantal buurten in lagergelegen
polders zijn delen van West kwetsbaar voor extreme neerslag.
Door toevoeging van groen en water aan de buurt en in de open-
bare ruimte en het tegengaan van verdere verharding wordt deze
kwetsbaarheid gereduceerd.

In West is behoefte aan meer groen. Plek daarvoor kan “Om Amsterdam een
gevonden worden door het beter inrichten en openbaarder maken gemengde stad te
van bestaand groen in het stadsdeel. In Haven-Stad vinden we houden, zijn betaalbare
aan het water ruimte voor twee nieuwe stadsparken, een park op jongerenwoningen
de Haparandadam en een park in de Coen- en Vlothavens. Auto- noodzakelijk”
luwere inrichting van straten en pleinen wordt gekoppeld aan
vergroening, waarbij een grote rol is weggelegd voor zelfbeheer. Soe van Dijk | Stadsdeel West

136 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 137


Goede bereikbaarheid vormt de sleutel tot de ontwikkeling route, die Rembrandtpark, Schinkeloevers, Zuidas, Beatrixpark en
van dit hoogstedelijke gebied. Met de realisatie van Zuidasdok Amsteloevers verbindt met de Watergraafsmeer. Om de leefbaar-
zal station Zuid uitgroeien tot het belangrijkste (overstap)station heid in de bestaande wijken te behouden, zijn goede ov-verbin-
van het noordelijk deel van de Randstad voor trein, metro, bus en dingen belangrijk, in het bijzonder ook voor de ouderen.
tram. Het is dan een van de grootste stations van Nederland en
de belangrijkste internationale toegangspoort van buitenlandse Belangrijkste elementen op de stadsdeelkaart
treinen. De internationale bereikbaarheid van deze locatie maakt • Stationskwartieren Zuid en RAI: stevige verdichting, ruimte
dat Zuidas een belangrijke rol heeft in de veelzijdige economie voor wonen, werken en (grootstedelijke en internationale)
van Amsterdam. Zuidas groeit kortom door als hét centrum voorzieningen, bijvoorbeeld in relatie met het kennis-
voor internationaal zakendoen en als integraal onderdeel van het kwartier van de VU. Op straat veel ruimte voor bus- en
stedelijk weefsel, een bestemming voor alle Amsterdammers. In tramverkeer, fietsers, voetgangers en verblijfskwaliteit.
de omgeving van het station wordt de openbare ruimte hierop • Versterken noord-zuid en oost-west gerichte routes, die de
ingericht door ruimte te maken voor het verbeteren van bus- en Zuidas intern verbinden en verknopen met de omliggende
tramverkeer en voor fietsers en voetgangers. Het Zuidas Dokpark buurten.
ten slotte wordt een nieuwe, centrale, groene plek in het gebied. • Een nieuwe fietsbrug van de Zuidas naar de Schinkel als
onderdeel van het Schinkelbruggencomplex.
Het verbinden van Zuidas met de omliggende wijken is • Een nieuwe fietsburg van de Zuidas naar de Oeverlanden.
een belangrijke opgave, zowel ruimtelijk als programmatisch. • Doortrekken Westlandgracht.
De barrièrewerking van de aanwezige infrastructuur dient • Schakelpunten die verschillende buurten met elkaar kunnen
verminderd te worden. Het deels ondergronds brengen van de verknopen, met een integrale opgave van openbare ruimte,
A10 (Zuidasdok) zal Plan Zuid en Buitenveldert beter met elkaar infrastructuur, ov- en fietsverbindingen, bebouwing en
te verbinden. Dit maakt het mogelijk om de Beethovenstraat en programma zijn de knoop Vlaardingenlaan - Rijnsburgstraat
Parnassusweg-Buitenveldertselaan in te richten tot levendige - Aalsmeerweg, omgeving onderdoorgang Ringweg Zuid bij
stadsstraten met (veel) meer ruimte voor groen, lopen en fietsen. de Europaboulevard, omgeving Strawinskylaan.
Ook de mogelijkheden voor het slechten van andere fysieke
barrières – en daarmee het versterken van het stationscarré – wor-
den verkend, waaronder het vergroten van de oversteekbaarheid
van de Amstelveenseweg en het verlagen van de Parnassusdreef.
Betekenis van deze kaart: Stadsdeel Zuid is een zeer populaire woonplek. In het hele
agenderend en richtinggevend aan projecten. stadsdeel is daardoor sprake van grote bouwdynamiek. Wonin-
De aanduiding voor stedelijke ontwikkeling gen worden onderkelderd, uitgebouwd en opgetopt. Dit zorgt
is indicatief en duidt niet de specifieke voor veel overlast in de woonbuurten en gaat soms ten koste
grens van de betreffende ontwikkeling aan. van groen en architectonische kwaliteit. Het stadsdeel wil de
Bij verandering van de situatie zijn de hier bouwdynamiek aan heldere regels binden. Daarbij is behoud van
uitgezette lijnen het uitgangspunt. bestaande kwaliteiten, de leefbaarheid, het groen en kleinschalige “Het zou mooi zijn als het
voorzieningen, met ruimte voor mogelijkheden voor transforma- imago van Amsterdam
tie het uitgangspunt. Investeren in bestaande buurten blijft hard verschuift van toeristenstad
nodig. In de kwaliteit van woningen, het groen en de openbare naar creatieve, duurzame
Zuid ruimte en in de verbindingen, zoals stadsstraten en stadslanen. stad waar mensen wonen en
Deze smeden het stadsdeel immer aaneen en verankeren Zuid werken”
Delen van Zuid worden steeds meer onderdeel van het Verderop in Zuid ontstaat rond het station Zuid juist een in de omliggende stad. Zuid kent veel bijzonder groen. Zo ligt er
stadscentrum. De Noordpijp en het Museumkwartier trekken nieuw centrum van Amsterdam: de Zuidas ontwikkelt zich ver- een aantal hoogwaardige parken en zijn de twee entrees naar de Ard van der Veldt | Stadsdeel Zuid
bezoekers uit de hele stad en de regio en zijn ook voor toeristen der tot hoogstedelijke kern – met een clustering van kennis- scheggen een belangrijke kwaliteit.
een belangrijke bestemming. Mensen komen er om uit te gaan en intensieve bedrijven – en als stationskwartier, waar gewerkt,
te winkelen. Het Museumplein is een van de toeristische top- gestudeerd en gewoond wordt en waar lokale, stedelijke en De verbinding van buurten in Zuid en van Zuid met aan-
locaties van Europa geworden. De opgave in deze gebieden is om grootstedelijke voorzieningen te vinden zijn. Denk hierbij aan grenzende stadsdelen en het landschap wordt verbeterd. Deels als
het beheer van de openbare ruimte op niveau te houden en om de maatschappelijke voorzieningen, zoals scholen en zorgvoorzie- onderdeel van gebiedsontwikkelingen, zoals door het afwaarderen
leefbaarheid en de balans tussen rust en reuring te bewaken. Zuid ningen en grootstedelijke voorzieningen zoals de OBA Next, van de A2 vanaf de Utrechtsebrug en het aansluiten van de
is een sterk stadsdeel, maar kent ook sociaaleconomsich kwets- Sporthallen Zuid en nieuwe culturele initiatieven. Zuidas speelt Stadionweg-Laan van de Hesperiden over de Schinkel naar
bare buurten. In die buurten zal worden geïnvesteerd om ervoor steeds meer een rol van betekenis voor de omliggende gebieden, Nieuw-West en de Nieuwe Meer. Deels zetten we gericht in op
te zorgen dat iedereen mee kan doen. het functioneren van de stad als geheel en de economische posi- het verbeteren van routes, zoals door het inrichten van een fiets-
tie van de regio. ring over de Van Baerlestraat-Ceintuurbaan en een groene fiets-

138 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 139


fiteren van de nieuwe ontwikkelingen. Doordat bewoners over de Belangrijkste elementen op de stadsdeelkaart
Betekenis van deze kaart: buurtgrenzen heen gebruikmaken van de verschillende kwalitei- • Vergroenen van sterk stenige openbare ruimtes, zoals de
agenderend en richtinggevend aan projecten. ten en voorzieningen wordt de leefbaarheid in de afzonderlijke kades in het Oostelijke Havengebied.
De aanduiding voor stedelijke ontwikkeling buurten versterkt. De opwaardering van de Amsterdamsebrug • De brug over het IJ vanaf het Azartplein. Hierbij is de aan-
is indicatief en duidt niet de specifieke leidt tot een verknoping van het Zeeburgereiland, de Sluis- landing, de omliggende openbare ruimte en bebouwing en
grens van de betreffende ontwikkeling aan. buurt, het Flevopark en de Indische Buurt. De ontwikkeling van de verknoping met toevoerende routes onderdeel van de
Bij verandering van de situatie zijn de hier
Amstelkwartier/Overamstel biedt kansen voor de verbinding integrale opgave op dit schakelpunt.
uitgezette lijnen het uitgangspunt.
tussen ‘oude’ en ‘nieuwe’ Watergraafsmeer. De inzet op com- • Afslag 113 aansluiten naar Science Park Amsterdam.
plete buurten vraagt ook om een investering in het centrum van • Pontverbinding Sporenburg – Sluisbuurt.
de nieuwe gebieden op IJburg. De afwaardering van de Gooise- • Stationskwartieren Amstel en Muiderpoort (op termijn):
weg en de A2-zone biedt uitstekende mogelijkheden tot verdich- stevige verdichting, ruimte voor wonen, werken en (groot-
ting met veel groene kwaliteit in de gebieden eromheen. stedelijke) voorzieningen, zoals onderwijsinstellingen.
• Mogelijkheid voor een groen-blauwe hotspot op kop
De ontwikkelingen vragen om betere openbaarvervoerver- Javaeiland, kop Sluisbuurt en Buiteneiland: vergroten van
bindingen. Bijvoorbeeld een hov-verbinding naar het Zeeburger- de publieke betekenis door bijvoorbeeld horeca, sportvoor-
eiland en IJburg is nodig om deze nieuwe gebieden veel beter te zieningen, waterrecreatie of culturele instellingen. Op deze
ontsluiten. Ook vragen de ontwikkelingen om logische routes plekken ligt de nadruk op buitenactiviteiten. Eventueel
voor fietsen en lopen. Een voorbeeld zou de lijn Amstelstroom- hoort daar gebouwd programma bij, maar verdichting is hier
laan-Bajesbuurt, Kruislaan kunnen zijn, die Amstelkwartier, geen opgave.
Watergraafsmeer en Science Park Amsterdam met elkaar ver- • Gooiseweg als stadslaan. Een autoluwe stad biedt mogelijk-
bindt. Daarnaast is de verbinding van IJburg met het centrum, heden voor een nieuwe betekenis voor de Gooiseweg. Deze
maar ook met Diemen en Zuidoost een belangrijke opgave. route verandert van stadssnelweg tot een prettige laan die
De waterplas Het Nieuwe Diep is ook zo’n kruispunt van ver- Zuidoost met het centrum verbindt. Dankzij woningbouw
bindingen die door toename van het gebruik goed moet worden en nieuwe groene plekken richten buurten zich naar deze
aangehaakt bij de gebiedsontwikkelingen eromheen. nieuwe laan.
• Verstevigen van het kenniskwartier Science Park Amster-
De toegankelijkheid van het groen in Oost kan beter. De dam door verdichting, functiemenging, aandacht voor groen
Diemerscheg is een belangrijk groengebied voor Oost, maar door en de inrichting van de openbare ruimte en een goede aan-
infrastructuur is het groen totaal versnipperd. Dit gebied vraagt sluiting op de omgeving.
om een impuls aan kwaliteit, toegankelijkheid, met aandacht • Stadsstrand in het Flevopark.
voor klimaatbestendigheid, zodat het beter benut kan worden • Schakelpunten die verschillende buurten met elkaar kunnen
voor recreatie in een verdichtende stad. Routes naar de Amstel- verknopen, met een integrale opgave van openbare ruimte,
scheg en Diemerscheg worden aantrekkelijk en veilig ingericht. infrastructuur, ov- en fietsverbindingen, bebouwing en
We zoeken naar meer gebruiksmogelijkheden in de parken en in programma zijn Kruising IJburglaan - Zuiderzeeweg, de
de koppen van de scheggen. Op IJburg maken we op het buiten- aanlanding Amsterdamsebrug met tram bij het Flevopark,
Oost eiland een nieuw stadspark. Op IJburg en op de kop van het omgeving Prins Bernhardplein – kop Gooiseweg.
Zeeburgereiland kun je aan het water recreëren. De kop van het
Stadsdeel Oost is een mozaïek van zeer verschillende buur- van deze wijken zoveel mogelijk versterken door vergroening Javaeiland behoudt zijn open karakter en krijgt als blauw-groene
ten met een eigen karakter en te koesteren kwaliteiten. In de Oos- van de openbare ruimte, met aandacht voor toegankelijkheid en hotspot een belangrijke recreatiefunctie.
terparkbuurt, Dapperbuurt en Indische Buurt zijn de opgaven verblijf en ontmoeting. Het stadsdeel krijgt met vergrijzing te
heel anders dan in het Oostelijk Havengebied en op IJburg. Oost maken en dat betekent veel voor de eisen die we aan de leefom- Oost kent een aantal zeer populaire groene gebieden aan het
bestaat enerzijds uit zeer stedelijke buurten, via straten en lanen geving stellen. De nabijheid van voorzieningen is voor ouderen water die recreanten uit de gehele stad trekken. De randen van
nauw verweven met de stad als geheel, en deels is het stadsdeel bijvoorbeeld erg belangrijk. Net als voldoende plekken om elkaar het water worden overal belangrijker als plek waar je verkoeling “Ik vind het fijn dat er in de
een archipel van meer opzichzelfstaande woongebieden. In Oost spontaan te ontmoeten. kan zoeken. Dit heeft een grote impact op de groene oevers en de Javastraat zoveel nieuwe
is sprake van een fijne woonomgeving, met een mix aan wonen, woonbuurten waar deze plekken liggen, omdat deze plekken niet winkels bij zijn gekomen.
werken en groen, met een veelzijdig voorzieningenniveau. De In Oost zijn veel nieuwe ontwikkelingen. Op het Zeeburger- zijn toegerust op een dergelijke toestroom van bezoekers. Dit Ik vind de diversiteit goed,
opgave is om de levendigheid op peil te houden en de midden- eiland, IJburg II en in het Amstelkwartier verrijzen de komende vraagt om het goed doordenken van recreatie langs het water in het was niet goed dat er alleen
groep en gezinnen voor het stadsdeel te behouden en bestaande jaren duizenden nieuwe woningen, terwijl langs de Wibautas de stad met aandacht voor de inrichting en het beheer. supermarkten en belwinkels
kwaliteiten te versterken. de campus van de Hogeschool van Amsterdam bijna klaar is. zaten. Ik vind dat mijn buurt
Stadsdeel Oost ziet de grootschalige ontwikkeling van nieuwe In Oost zijn veel actieve bewonersnetwerken. Het stadsdeel echt vooruitgaat”
De oude wijken van Oost laten een goede balans zien tussen gebieden als belangrijke kans voor betere verbindingen tussen de wil samen met deze netwerken onder andere invulling geven aan
bebouwing en openbare ruimte. Het stadsdeel wil de kwaliteit verschillende buurten. Op die manier kan het hele stadsdeel pro- het lokaal opwekken van duurzame energie. Fadma | Stadsdeel Oost

140 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 141


9
(Buiteneiland). Transformatie van Overamstel en de Bijlmerbajes • NDSM-oost
wordt voortgezet. In Bijlmer-West transformeert Groene invulling aan het water van oostelijk deel van de
Bullewijk tot gemengde en hoogstedelijke buurt. Op de Noorde- NDSM-werf.

Een samenhangende
lijke IJ-oever transformeren het Hamerkwartier, Buiksloterham • Buiteneiland IJburg
en NDSM tot gemengde stadsbuurten. Hier hoort de hov-lijn over Nieuw park als onderdeel van IJBurg-II.
de Klaprozenweg bij en nieuw groen op de NDSM-werf. Rond het

en adaptieve fasering
Buikslotermeerplein begint de ontwikkeling tot gemengde stads- Fase 2: 2031 – 2040
buurt. Haven-Stad gaat op de Sloterdijken van start met de trans- Om in de tweede fase van 2031-2040 te kunnen door-
formatie van Sloterdijk-Centrum en Sloterdijk 1 tot gemengde groeien is direct aan het begin van deze fase het gereedkomen van
stadsbuurten. Rond station Sloterdijk ontstaat een hoogstedelijk de eerste twee metro-uitbreidingen nodig. Deze bieden de ruimte
centrum met stationskwartier. Aan de zuidwestzijde van de stad in het vervoersysteem om aan de westzijde van Amsterdam met
gaat de transformatie van het Schinkelkwartier van start, aanslui- diverse ontwikkelingen een volgende fase in te gaan. De Sloter-
tend op de lopende ontwikkelingen in Slotervaart. dijken en Schinkelkwartier-Oeverlanden zijn daarvan de belang-
Met de omgevingsvisie laat Amsterdam zien tot 2050 De invulling van de fasering is gebaseerd op de huidige rijkste. De gesloten metroringlijn zorgt ook voor extra capaciteit
ruimte te kunnen bieden aan zeker 150.000 woningen, bestuurlijke prioriteiten, beleidsinzetten en de afspraken die Gekoppeld aan de groei van de stad doen we investeringen op de Geinlijn. Hierlangs start in Zuidoost een volgende fase van
200.000 arbeidsplaatsen, inclusief bijbehorende voorzienin- we met rijks- en regiopartners gemaakt hebben. De belang- in de kwaliteit van het landschap. We vormen het Diemerbos om transformaties in Bijlmer-West en verdichting in Bijlmer-Cen-
gen en infrastructuur voor grote transities. Gebiedsontwikke- rijkste zijn de volgorde in uitbreiding van het metrosysteem, tot Groot Nat Klimaatbos en verbeteren de recreatieve kwaliteit trum tot stedelijk centrum. Langs de westelijke Noordelijke
ling, -transformatie en verdichting hangen samen met grote het beleid ten aanzien van de geleidelijke transformatie van van het Amsterdamse Bos en vooral van de Oeverlanden, waarbij IJ-oevers begint de transformatie van het Cornelis Douwester-
investeringen. Op termijn is de groei van de stad zonder een bedrijventerreinen, het stap voor stap uitrollen van autoluw bestaande natuurwaarden versterkt worden. Met de verbetering rein. In Noord verdichten we langs doorgaande wegen rondom
aantal van die investeringen niet vol te houden. Om die reden en de bruggen over het IJ. Deze fasering op hoofdlijnen geeft van Waterland wordt ook gestart. het Buikslotermeerplein. In Nieuw-West start de ontwikkeling
wordt de koppeling tussen ontwikkelingen en investeringen aan wat de gemeente nastreeft in de verschillende fasen. De rondom de Burg. Roëllstraat en de Lelylaan.
onderdeel van de tweejaarlijkse monitoring. besluiten over daadwerkelijke investeringen moeten te zijner Oplevering infrastructuur
tijd worden genomen. • Hov Zaan-IJ De Zuidoostflank vraagt om een betere verbinding met het
Uit ervaring weten we dat waar en wanneer we groeien Busverbindingen vanaf metrohaltes Noorderpark en Noord landschap van de Amstelscheg en verbeteren van de recreatieve
op de langere termijn niet goed te voorspellen is. Niet alles Met deze fasering geven we vanaf het begin invulling richting Zaandam. waarde. Afhankelijk van de uitkomsten van de Regionale Ener-
kan tegelijk en er zijn grenzen aan het groeitempo dat de stad aan de strategische keuze voor meerkernige ontwikkeling. • Hov IJburg giestrategie kijken we naar mogelijke inpassing van duurzame
aankan. Amsterdam laat met deze omgevingsvisie zien dat Rondom de stedelijke centra Osdorpplein, Amsterdamse Gekoppelde trams tussen Centraal Station en IJburg II. Vol- energieopwek. In Waterland stimuleren we de ontwikkeling tot
de stad zijn aandeel kan nemen in de woningbouwopgave en Poort, Buikslotermeerplein en in verschillende stationskwar- waardige ov-verbinding IJburg-Amsterdam-Oost. Amsterdam Wetlands. Inzetten zijn omschakelen naar land-
economische groei van de regio en ons land. Maar daarmee is tieren bouwen we aan nieuwe stedelijke kwaliteit en realise- • Snelle busverbindingen schapsinclusieve landbouw, stoppen bodemdaling, verhogen
die groei nog niet geregeld. ren we stedelijke voorzieningen, zoals een nieuw theater De Met omliggende kernen, waarmee we met relatief lage biodiversiteit en vergroten van het waterbergend vermogen.
Meervaart en een bibliotheek in Zuidas. kosten betrouwbare, snelle en hoogfrequente verbindingen Gecombineerd met het geleidelijk en passend vergroten van
Ondanks de vele afhankelijkheden en onzekerheden is tussen stad en regio creëren. mogelijkheden recreatief medegebruik.
het belangrijk in dit hoofdstuk een faseringsbeeld te laten zien Fase 1: 2021–2030 • Eerste brug over het IJ
tot 2050. De fasering is opgebouwd uit projecten met bijbeho- De eerste fase van 2021 tot 2030 omvat grofweg de ont- • Investeringen in NS-stations en omgevingen Oplevering infrastructuur
rende grote investeringen. Deze vormen ontwikkelingen die wikkelingen waarvan de principefase al gestart is of waarover Lelylaan, Zuid, Amstel, Sloterdijk, Bijlmer ArenA om betere • Zuidasdok
in samenhang bezien moeten worden. De fasering die we hier al een principebesluit is genomen. Het zwaartepunt van de spreiding van treinreizigers mogelijk te maken. Ondergronds brengen van de A10-Zuid en capaciteitsuit-
presenteren is in zoverre aanpasbaar, dat bij veranderende inzet- ontwikkeling ligt aan de oost- en zuidoostzijde van Amster- breiding Station Zuid.
ten of ontwikkelsnelheden verschillende ontwikkelingen eerder dam. Wel gaan grote ontwikkelingen aan de westzijde al van Groen • Metro Ringlijn sluiten Isolatorweg-Centraal Station
dan wel later uitgevoerd kunnen worden of zelfs geheel achter- start. Aan de IJ-oevers werken we door aan de lopende projec- • Waterland Aansluiten van de oostbuis op doorgetrokken Ringlijn.
wege kunnen blijven. Uitgangspunt is dat binnen de ruimtelijke ten. In de eerste fase vinden grote projectgebonden investe- Verduurzamen Landschap Landelijk Noord en tegengaan Maakt een intensievere bediening van de Oostlijn en de Ring-
kaders van de omgevingsvisie een jaarlijkse bouwambitie van ringen in bereikbaarheid, groen en openbare ruimte plaats. stikstofproblematiek. lijn mogelijk en ontsluit ontwikkellocaties in Haven-Stad.
ca. 5.500 woningen in Amsterdam mogelijk is. Toch kan Amsterdam nog vooruit zonder systeemuitbreiding. • Landschapspark Amstelscheg • Metro Noord/Zuidlijn verlengen naar Hoofddorp
Een eerste aanzet daartoe vormt de start bouw van Zuidasdok. Vergroten recreatieve waarde en toegankelijkheid en ver- Ontlasten intercityknoop Schiphol en spoor, waardoor
Ook starten we met de grote systeemuitbreiding voor Fase beteren stad-landverbindingen op basis van huidige land- ruimte voor meer intercity’s en internationale treinen
Fasering op hoofdlijnen II, de Noord/Zuidlijn naar Hoofddorp en het sluiten van de schappelijke kwaliteiten. ontstaat. Nieuwe halte bij Schinkelkwartier/SADC-strook
Tot 2050 onderscheiden we drie stappen van telkens Ringlijn via Centraal Station. Deze metrolijnen hebben voor • Landschapspark Diemerscheg langs de A4 maakt ontwikkelingen hier mogelijk.
tien jaar waarin oplevering van investeringen in openbaar Amsterdam prioriteit omdat ze randvoorwaardelijk zijn voor Omvormen tot een Groot Nat Klimaatbos. • Metro IJmeer
vervoer en groen randvoorwaardelijk samenhangen met verdere ontwikkeling van stad en regio na 2030. • Landschapspark Oeverlanden-Amsterdamse Bos Aansluiting van Almere op het Amsterdamse metronet ont-
ontwikkelingen: Vergroten recreatieve en ecologische waarde in relatie tot sluit nieuwe ontwikkellocaties aan de westzijde van Almere
Fase 1: 2021–2030 De ontwikkelingen op IJburg II en op Zeeburgereiland Schinkelkwartier en Zuidas. en ontlast het nationaal spoor tussen Almere en Amsterdam.
Fase 2: 2031–2040 worden gerealiseerd, met bijbehorende investeringen in open- • Hondsrugpark • Tweede brug
Fase 3: 2041–2050 baar vervoer (IJ-tram, Amsterdamsebrug) en nieuw groen Nieuw stadspark in Bijlmer-West. • Hov Zaan-IJ

142 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 143


Eventuele ombouw van de zuidelijke busverbinding over de • Park Noorder IJplas
Klaprozenweg tot hoogwaardige, snelle bus of gekoppelde Nieuw park rond de Noorder IJplas, gekoppeld aan ontwik-
sneltram. keling van de Achtersluispolder en Cornelis Douwes II.

Groen
• Landschapspark Waterland – Amsterdam Wetlands Samenhangende ontwikkelingen
Omschakelen naar kringlooplandbouw, beperken bodem- en investeringen
daling en verbeteren van de biodiversiteit. Geleidelijk en De fasering is ingedeeld in ontwikkelingen en grote inves-
eerste brug over passend vergroten van de recreatieve mogelijkheden. teringen in bereikbaarheid en groen. Deze ontwikkelingen vallen
het IJ
• Landschapspark Scheg van West weer in gebieden waarbinnen ontwikkelingen een sterke onder-
parken & landschapsparken:
Uitbouwen van Tuinen van West tot samenhangend land- linge ruimtelijke samenhang kennen. Als doorwerking van de
Hondsrugpark, Buiteneiland,

2021-2030
park NSDM-Oost, schapspark. omgevingsvisie zullen we op basis van een indeling in gebieden
Amsterdamse Bosscheg,
Diemerscheg • Haparandadampark samen met projecten en de stadsdelen onderzoeken hoe we die
• Zuidasdokpark ruimtelijke samenhang richting 2050 kunnen borgen en koppel-
Nieuw stadspark op de ondergronds gebrachte A10-Zuid. kansen tussen ontwikkelingen kunnen verzilveren.

Fase 3: 2041–2050 Ontwikkelingen per gebied


In de laatste fase liggen de belangrijkste ontwikkelingen in • Zuidoost
Haven-Stad en opnieuw in Zuidoost. Een metro-uitbreiding a. Bijlmer-West en Bijlmer-Centrum
richting Zaandam kan het spoor richting Noord-Holland-Noord b. Gooiseweg
metro: sluiten ontlasten en biedt extra ontwikkelkansen in de laatste fasen van c. Overamstel-Weespertrekvaart
Ringlijn, verlengen
Noord/Zuidlijn
Haven-Stad en in Zaandam. Zuidoost komt met de ontwikkeling • Noordoost
van de strook langs de A2 te liggen aan het landschap van de a. Science Park Amsterdam
metro IJmeerlijn
Amstelscheg. In Zuidoost ontstaat dankzij de uitrol van de auto- b. Zeeburgereiland en IJburg-II
tweede brug over luwe stad de mogelijkheid langs de Gooiseweg een nieuwe ontwik- c. Muiderpoortstation
het IJ
keling te starten. In Nieuw-West biedt de autoluwe stad eveneens d. IJ-oevers Oost
autoluw: vooroor- verdere mogelijkheden langs de Lelylaan. Rondom Osdorpplein e. Nieuw-Noord
logse stad (exclusief
Noord) vindt verdere verdichting plaats tot gemengde stadsbuurt en stede- • Noordwest
lijk centrum, eventueel in combinatie met een Oost/Westlijn. a. Geuzenveld, Slotermeer
parken & landschaps-
b. Sloterdijken

2031-2040
parken: Haparanda-
dampark, Oplevering infrastructuur c. IJ-oevers West
Amstelscheg,
Waterlandscheg, • Metro Zaan/Amstellijn d. Coen- en Vlothaven-Cornelis Douwes II
Scheg van West Aftakking van de gesloten Ringlijn vanaf de Hemknoop via • Zuidwest
de Coen- en Vlothavens, C. Douwes en Achtersluispolder a. Lelylaan-Osdorpplein
naar Zaandam-Oost. Deze metrolijn ontlast de treinver- b. Slotervaart
bindingen door de Hemtunnel, ontsluit nieuwe ontwikkel- c. Zuidas
locaties langs de westelijk IJ-oevers en verbindt bestaande d. Schinkelkwartier-Oeverlanden
buurten in Zaandam met het economisch kerngebied aan de
zuidzijde van de agglomeratie. De grote investeringen
• Metro Oost/Westlijn In de afstemmings- en samenwerkingstrajecten met onze
Verbinding tussen Osdorp en Muiderpoort/Science Park. rijks- en regiopartners hebben we de afgelopen jaren afspraken
Ontlast het binnenstedelijk tramnet en maakt betere verde- gemaakt over een gezamenlijke inzet op grote investeringen in
ling van treinreizigers over Amsterdamse stations mogelijk. bereikbaarheid, groen en voorzieningen. Hierbij is steeds de afwe-
metro: Oostlijn verlengen Lijn kan westelijk verlengd worden naar Schiphol en ooste- ging gemaakt op basis van maatschappelijke urgentie en een meer-
naar Zaanstad,
Oost-westlijn lijk aangesloten worden op een metro richting Almere. voudige werking van investeringen. Naast regionale investeringen
Samenhang ontwikkeling en in bereikbaarheid doen we ook investeringen in groen, openbare
investeringen in 3 stappen: autoluw: Groen ruimte, stedelijke bereikbaarheid – fiets, hov, dragend openbaar
naoorlogse stad
2021-2030, 2031-2040, 2041-2050. • Landschapspark Spaarnwoude vervoer –, die direct gekoppeld zijn aan ontwikkelingen.
Omdat de fasering de koppeling Vergroten van de groene kwaliteit en aanwijzen plekken
2041-2050

parken & landschaps-


tussen groei en investeringen laat parken: Park Haven- voor intensieve vormen van recreatie. Financiering
Stad, Noorder IJplas,
zien, gaat het bij beide om de Spaarnwouderscheg • Park Haven-Stad Deze omgevingsvisie combineert ruimtelijke inrichting met
periode van oplevering. Nieuw park in de Coen- en Vlothavens. doelen op groen, wonen, werk, duurzaamheid en leefomgeving.

144 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 145


10
Ruimtelijke
reserveringen
Amsterdam heeft meerdere stadsbrede ambities die op middellange en lange termijn
strategische ontwikkelruimte vragen. De stad is tegelijkertijd volop in ontwikkeling. Zo zullen er
nieuwe stukken stad verrijzen in de komende decennia, terwijl andere delen transformeren in vorm
of bestemming. In de stad is er onvoldoende ruimte om deze ambities naast elkaar te realiseren.
Verschillende ambities kunnen daarom ruimte vragen op dezelfde locatie. Ruimtelijke reserveringen
zijn nodig om ruimte te bewaren voor het eventueel realiseren van cruciale infrastructuur op de
lange termijn. Hierdoor blijft strategische ontwikkelruimte voor Amsterdam beschikbaar, zodat
de stad ook in de toekomst wendbaar blijft om mee te bewegen met de behoeften vanuit de
maatschappij.

Een ruimtelijke reservering is een reservering of ontwikkeling van de stad. Daarnaast zijn er reserve-
bestemming voor de fysieke aanleg van toekomstige ringen vanuit onder andere Amsterdamse mobili-
(hoofd)infrastructuur, bijvoorbeeld ten behoeve teitsplannen, het advies van Commissie-D’Hooghe
van een metrolijn, fietsbrug of een tunnel. Reserve- en de Metrostudie 2030 toegevoegd. Deze docu-
ringen kunnen dienen voor het handhaven van het menten richten zich op het mogelijk maken van
bestaande infrastructuurnetwerk of voor het waar- gebiedsontwikkeling in specifieke delen van de stad
borgen van de mogelijkheden voor uitbreidingen voor de korte en middellange termijn. ov-stations
hiervan. Het reserveren van ruimte voor infrastruc- zijn in het startpakket niet apart opgenomen, zij
tuur betekent niet per definitie de ambitie om deze zijn onderdeel van de reservering van de ov-lijn. Dit
Vier gebieden met sterke ruimtelijke samenhang, Veel van de ambities in deze omgevingsvisie kunnen we realiseren met ook te realiseren, verschillende reserveringen zijn geldt wel voor hubs, aangezien deze niet nood-
daarbinnen de grote ontwikkelingen. Per gebied is de lokale partijen: burgers, instellingen, bedrijven en gemeente. Maar de hier noodzakelijk om met voldoende keuzeruimte te kun- zakelijk gekoppeld zijn aan ov-lijnen en ook een
bandbreedte van de ontwikkelruimte voor woningen geschetste ontwikkel- en beheeropgaven zijn ook van een bovenstedelijk, nen inspelen op mogelijk veranderende inzichten rol vervullen voor de omgeving en de rest van het
aangegeven, rekening houdend met ruimte voor groen, regionaal en nationaal belang. Realisatie van de ambities uit de omgevings- in de toekomst. Er gelden naast reserveringen voor mobiliteitsnetwerk.
sport, werken en maatschappelijke voorzieingen. visie is daarom mede afhankelijk van de samenwerking met het Rijk, de uitbreidingen en aanpassingen aan de infrastruc- Het startpakket is niet volledig, achter veel
provincies en de regiopartners. Uiteindelijk zijn de grote investeringen tuur ook strategische reserveringen voor regionale reserveringen ligt veel verdiepende informatie over
randvoorwaardelijk voor de uitvoering van projecten en de haalbaarheid van en nationale infrastructuur, zoals spoorlijnen en de inhoud, vorm en omvang die niet geschikt is
de groeiopgave als geheel. Bij financiële doorwerking van de omgevingsvisie snelwegen. Beheer en eigendom hiervan valt buiten om in de omgevingsvisie integraal weer te geven.
zijn drie aspecten van bijzonder belang: de gemeentelijke organisatie. De reserveringen zijn Het startpakket is ook niet uitputtend, maar vormt
wel bepalend voor de mogelijk- en onmogelijkheden een startpunt. Verschillende projecten en thema’s
“Een uitgebreid ov-netwerk 1. De financierbaarheid van niet alleen grote, maar ook projectoverstij- van ruimtelijke ontwikkeling op het grondgebied van vragen nog verdere afstemming en uitwerking.
brengt je snel overal naartoe, gende investeringen in infrastructuur, openbare ruimte en voorzienin- Amsterdam. Amsterdam houdt zich aan bestaande Dit geldt bijvoorbeeld voor reserveringen in nog
zowel binnen de stad als gen. en anticiperende reserveringen van Rijkswaterstaat, verder uit te werken mobiliteitsplannen en voor
in de regio. Je hebt geen 2. De beheerkosten van infrastructuur, openbare ruimte, water en groen. ProRail en de Vervoerregio Amsterdam. reserveringen voor het elektriciteitsnetwerk, het
spoorboekje nodig omdat 3. Het verdienvermogen van de ruimtelijke ontwikkeling. In de omgevingsvisie is een startpakket opge- warmtenet en groenvoorzieningen. Deze mogelijke
trams, metro, treinen, nomen van 120 reserveringen, inclusief abstracte reserveringen werkt de gemeente uit in een later
elektrische bussen en veren Het verkennen van nieuwe benaderingen rond deze financieringsvraag- kaarten van hun ligging in en rondom Amsterdam. stadium na de vaststelling van de omgevingsvisie in
af en aan rijden/varen” stukken zal parallel plaatsvinden naast het werken met bestaande werkwij- Dit zijn enerzijds reserveringen uit de Structuur- samenwerking met haar partners. Dit uitwerkings-
zen en financieringssystematieken. Dit is van groot belang, omdat op dit visie Amsterdam 2040. Deze reserveringen zijn spoor biedt ook de ruimte om de reserveringen uit
Ethel van Kesteren | Stadsdeel Oost moment de financiën ontoereikend zijn voor de ambities. geactualiseerd en onverminderd relevant voor de het startpakket in meer detail te beschrijven.

146 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 147


Reserveringen spoorinfrastructuur S22 Spoor Spooruitbreiding Zuidtak tussen Riekerpolder – station RAI/Duivendrecht Zuid Na 2040
S23 Spoor Uitbreiding emplacement Watergraafsmeer Oost Na 2040
S24 Spoor Uitbreiding station Science Park Oost Na 2040
S25 Spoor Goederenwachtsporen Holendrecht Zuidoost Na 2040
S26 Spoor Keersporen Holendrecht en AMC Zuidoost Na 2040
S27 Spoor Spooraanpassing tussen Amstel Business Park Zuid – Duivendrechtseveld, inclusief keersporen Zuidoost Na 2040
S28 Spoor OV-Saal spoortunnel of -aquaduct Weesp Weesp Na 2040

Reserveringen ov-infrastructuur

Nummer Cluster Titel Reservering Gebied Termijn


S1 Spoor Airportsprinter tussen station Hoofddorp – Schiphol – Centraal Station Stedelijk Tot 2040
S2 Spoor Spooraansluiting Transformatorweg en stamlijn richting Westhaven Stedelijk Tot 2040
S3 Spoor Diemerboog bij Overdiemerpolder naar emplacement Watergraafsmeer Stedelijk Na 2040
S4 Spoor Ombouw Venserpolderboog bij station Duivendrecht naar ongelijkvloerse kruising Stedelijk Na 2040
S5 Spoor Spooruitbreiding vanaf station Muiderpoort richting Zuidtak Amsterdam en Weesp Stedelijk Na 2040
S6 Spoor Spooruitbreiding tussen station Bijlmer ArenA – station Duivendrecht – station Amstel Stedelijk Na 2040
S7 Spoor Spooruitbreiding tussen station Zaandam – station Sloterdijk – Zaanstraat Stedelijk Na 2040
S8 Spoor Spooruitbreiding Zuidtak tussen station Duivendrecht - Overdiemerpolder, inclusief station Nummer Cluster Titel Reservering Gebied Termijn
Duivendrecht laag Stedelijk Na 2040 OV1 OV Hov-busverbinding IJburg - Zuidoost Stedelijk Tot 2030
S9 Spoor Behoud ruimte voor 10e spoor Centraal Station Centrum Na 2040 OV2 OV Hov-busverbinding tussen station Sloterdijk - Centraal Station Stedelijk Tot 2030
S10 Spoor Aansluiting Haarlemlijn - Westtak via Hemboog Nieuw-West Na 2040 OV3 OV Ov-verbinding over het IJ tussen Johan van Hasseltweg – Azartplein Stedelijk Tot 2040
S11 Spoor Aziëhavenboog tussen emplacement Aziëhavenweg en Haarlem Nieuw-West Na 2040 OV4 OV Verbinding tussen Ringlijn – Oostlijn tussen metrostation Isolatorweg – Centraal Station Stedelijk Tot 2040
S12 Spoor Spooruitbreiding Westtak tussen Riekerpolder – Transformatorweg Nieuw-West Na 2040 OV5 OV Verlenging Noord/Zuidlijn naar Schiphol en station Hoofddorp Stedelijk Tot 2040
S13 Spoor Spoorverdubbeling Haarlemlijn Nieuw-West Na 2040 OV6 OV Verlenging tramlijn 5 tussen Marnixstraat – Houthavens – Coen- en Vlothaven, inclusief brug
S14 Spoor Westrandspoorlijn/Bypass West Nieuw-West Na 2040 tussen Minervahaven – Coenhaven Stedelijk Tot 2040
S15 Spoor Zuidwestboog voor verbinding tussen Noord-Holland – station Sloterdijk – station Zuid – OV7 OV Oost/Westmetrolijn tussen Schiphol – station Lelylaan – station Muiderpoort –
station Duivendrecht & Utrecht Nieuw-West Na 2040 Zeeburgereiland of Science Park Stedelijk Na 2040
S16 Spoor Achteringang emplacement Aziëhavenweg Westpoort Tot 2040 OV8 OV Ov-verbinding over het IJ tussen Haparandaweg – NDSM – Klaprozenweg Stedelijk Na 2040
S17 Spoor Aanleg en uitbreiding reizigersemplacement Westhavenweg Westpoort Na 2040 OV9 OV Hov-busverbinding tussen station Sloterdijk – Noord – Schellingwouderbrug Noord tot 2040
S18 Spoor Ongelijkvloerse kruising Schiphollijn en aansluiting Transformatorweg Westpoort Na 2040 OV10 OV Hov-verbinding tussen Zaanstad - Johan van Hasseltweg Noord Tot 2040
S19 Spoor Ongelijkvloerse verbindingsboog tussen emplacement Westhavenweg en de Westtak: OV11 OV Metrostation Sixhaven Noord Tot 2040
Westhavenboog Westpoort Na 2040 OV12 OV Ov- en fietsverbinding tussen Johan van Hasseltweg – Zuiderzeeweg, inclusief brug over
S20 Spoor Spooruitbreiding stamlijn Siciliëweg Westpoort Na 2040 Zijkanaal K: Schellingwouderlaan Noord Tot 2040
S21 Spoor Uitbreiding goederenemplacement Aziëhavenweg Westpoort Na 2040 OV13 OV Verplaatsing metro opstelplaats Noord Noord Tot 2040

148 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 149


OV14 OV Tramverbinding over Contactweg en/of Bos en Lommerweg West Na 2040 W3 Weg Aanpassing op- en afrit A10 - S116: N247 Noord Tot 2030
OV15 OV Busstation noordzijde station Sloterdijk aan het Piarcoplein Nieuw-West Tot 2040 W4 Weg Aanpassing op- en afrit A10 - S117: Ijdoornlaan - Vorticellaweg Noord Tot 2030
OV16 OV Verschuiving metrostation Henk Sneevlietweg Nieuw-West Tot 2040 W5 Weg Aanpassing op- en afrit A10 - S118: Verlengde Stellingweg - Molenaarsweg Noord Tot 2030
OV17 OV Kabelbaan Haven-Stad tussen Minervahaven – Cornelis Douwesgebied Westpoort Tot 2030 W6 Weg Reconstructie aansluiting Johan Van Hasseltweg – Nieuwe Leeuwarderweg:
OV18 OV Verplaatsing en uitbreiding metro opstelplaats Isolatorweg Westpoort Tot 2040 Johan van Hasseltzone Noord Tot 2040
OV19 OV Verlenging tramlijn 24 naar station Zuid Zuid Tot 2040 W7 Weg Verbreding A10-Noord tussen knooppunt Coenplein – knooppunt Watergraafsmeer Noord Tot 2040
OV20 OV Verlenging tramlijn 4 naar station Zuid Zuid Tot 2040 W8 Weg Verbreding A4 tussen knooppunt Badhoevedorp – knooppunt De Nieuwe Meer Nieuw-West Tot 2040
OV21 OV Verlenging tramlijn 5 naar Gelderlandplein Zuid tot 2040 W9 Weg Behoud mogelijkheid tot aanpassen A10-West tussen de S103 – S107 Nieuw-West Na 2040
OV22 OV Noordoosttangent tussen Amsterdam Noord – Zeeburgereiland – station Amstel Oost Tot 2030 W10 Weg Parkstad aansluiting Westrandweg: Nieuwe op- en afrit A5 ten zuiden van Osdorperweg Nieuw-West Na 2040
OV23 OV Definitieve tramstalling op Zeeburgereiland Oost Tot 2040 W11 Weg Aanpassing op- en afrit A10 - S101: Nieuwe Hemweg Westpoort Tot 2040
OV24 OV Verlenging IJtram naar IJburg II Oost Tot 2040 W12 Weg Uitbreiding Nieuwe Hemweg tussen Contactweg – op- en afrit A10 Westpoort Tot 2040
OV25 OV Verlenging tram tussen station Amstel – Science Park Oost Tot 2040 W13 Weg Zuidasdok Zuid Tot 2040
OV26 OV Verlenging tramlijn 1, 3 en/of 14 naar Zeeburgereiland: De Verbinding Zeeburgereiland Oost Tot 2040 W14 Weg IJtram ongelijksvloers maken of verplaatsing noordzijde bij kruising oprit A10 -
OV27 OV IJmeer metroverbinding inclusief twee stations op IJburg Oost Na 2040 S114 IJburglaan: Cruciale Mijl IJburg Oost Tot 2030
OV28 OV Verlenging tram tussen Victorieplein – Overamstel Oost Na 2040 W15 Weg Nieuwe verbinding tussen A10-Oost – Science Park via Mac Gillavrylaan en Voorlandpad Oost Tot 2030
OV29 OV Verlenging tramlijn 19 naar station Diemen Zuid Oost Na 2040 W16 Weg Uitbreiding op- en afrit A10 – S111: Johannes Blookerweg, inclusief kruisingen met de van
OV30 OV Vertramming Noordoosttangent tussen Amsterdam Noord – Zeeburgereiland – station Amstel Oost Na 2040 Markwijk Kooijstraat en Spaklerweg Oost Tot 2030
OV31 OV Uitbreiding busstation Bijlmer ArenA Zuidoost Tot 2030 W17 Weg Uitbreiding op- en afrit A10 - S114: IJburglaan Oost Tot 2030
OV32 OV Hov-busverbinding tussen station Bijlmer-Arena – station Haarlem & IJmuiden Zuidoost Tot 2040 W18 Weg Inpassing A2 bij Overamstel: Nieuwe A2 Entree Oost Tot 2040
OV33 OV Uitbreiding metro opstelterrein Gaasperplas Zuidoost Tot 2040 W19 Weg Uitbreiding IJ-boulevard tussen Centraal Station – A10-Oost – Ijburg Oost Tot 2040
OV34 OV Verplaatsing metro opstelterrein Gein Zuidoost Tot 2040 W20 Weg Uitbreiding op- en afrit A2 - Burgemeester Stramanweg  Zuidoost Tot 2030
W21 Weg Uitbreiding op- en afrit A9 – S111: Muntbergweg Zuidoost Tot 2040
Reserveringen weginfrastructuur W22 Weg Verbinding tussen Lemelerbergweg - Snijdersbergweg Zuidoost Tot 2040
W23 Weg Uitbreiding op- en afrit A2 & A9 – S111: Meibergdreef & Tafelbergweg Zuidoost Na 2040

Reserveringen fietsinfrastructuur

Nummer Cluster Titel Reservering Gebied Termijn


W1 Weg Verbreding A5 tussen knooppunt Coenplein – knooppunt Raasdorp Stedelijk Na 2040
W2 Weg Aanpassing op- en afrit A10 - S115: IJdoornlaan Noord Tot 2030

150 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 151


Nummer Cluster Titel Reservering Gebied Termijn IJ5 IJ Gedeeltelijke verplaatsing Ponthaven naar Cornelis Douweskanaal-West Noord Tot 2030
F1 Fiets Fietsverbinding langs de Kostverlorenvaart Stedelijk Tot 2030 IJ6 IJ Passenger Terminal Amsterdam Coenhaven (PTA) Westpoort Tot 2040
F2 Fiets Fietsverbinding tussen Eendrachtspark – Foodcenter Stedelijk Tot 2030 IJ7 IJ Pontverbinding tussen Zeeburgereiland - Sporenburg Oost Tot 2030
F3 Fiets Fiets- en voetgangersverbinding langs de Noordelijke IJ-oever Noord Tot 2030 IJ8 IJ T-vormige strekdam Kompaseiland Oost Na 2040
F4 Fiets Fietsenstalling Buikslotermeerplein Noord Tot 2030
F5 Fiets Fietsparkeren Buiksloterwegveer in Noord Noord Tot 2030
F6 Fiets Fietsparkeren IJpleinveer in Noord Noord Tot 2030 Nummer Cluster Titel Reservering Gebied Termijn
F7 Fiets Fietsparkeren metrostation Noorderpark Noord Tot 2030 H1 Hubs Regiohub Coentunnelcircuit – Melkweg Noord Tot 2040
F8 Fiets Uitbreiding fietsenstallingen Centraal Station Centrum Tot 2030 H2 Hubs Stadshub metrostation Noord - Buikslotermeerplein Noord Tot 2040
F9 Fiets Fietsenstalling noordzijde station Sloterdijk  Nieuw-West Tot 2040 H3 Hubs Logistieke hub Ookmeerweg – Osdorp Business Park Nieuw-West Tot 2040
F10 Fiets Fietsenstalling zuidwestzijde station Sloterdijk Nieuw-West Tot 2040 H4 Hubs Stadshub Anderlechtlaan - Oude Haagseweg Nieuw-West Tot 2040
F11 Fiets Fietsverbinding tussen Sloterweg - Laan der Hesperiden, inclusief brug over de Schinkel Nieuw-West Tot 2040 H5 Hubs Regiohub Parkstad aansluiting Westrandweg A5 – Ookmeerweg – Bedrijvenpark Lutkemeer Nieuw-West Na 2040
F12 Fiets Fietsverbinding tussen Zuidas – Oeverlanden, inclusief brug over de Schinkel Nieuw-West Tot 2040 H6 Hubs Stadshub Zeeburgereiland Oost Tot 2040
F13 Fiets Fietsverbinding tussen het Schinkelkwartier en Haven-Stad langs de Ringspoorzone Nieuw-West Na 2040 H7 Hubs Logistieke hub Zeeburgereiland Oost Na 2040
F14 Fiets Uitbreiding fietsenstallingen station Zuid Zuid Tot 2040 H8 Hubs Regiohub metrostation Gaasperplas Zuidoost Tot 2030
F15 Fiets Uitbreiding fietsenstallingen station Amstel Oost Tot 2030 H9 Hubs Stadshub metrostation Holendrecht Zuidoost Tot 2030
F16 Fiets Uitbreiding fietsenstalling als onderdeel van vernieuwing station Muiderpoort Oost Tot 2040
F17 Fiets Fietsenstalling ArenA Evenementengebied nabij Villa ArenA Zuidoost Tot 2030
F18 Fiets Uitbreiding fietsenstalling station Bijlmer ArenA Zuidoost Tot 2030

Reserveringen IJ-infrastructuur

Nummer Cluster Titel Reservering Gebied Termijn


IJ1 IJ Pontverbinding tussen Kop van Java – Hamerkwartier Stedelijk Tot 2030
IJ2 IJ Brug over de oostzijde van het IJ, inclusief aanlanding: De Oostbrug Stedelijk Tot 2040
IJ3 IJ Brug over de westzijde van het IJ, inclusief aanlanding: De Westbrug Stedelijk Na 2040
IJ4 IJ Voetgangerspassage tussen Centraal Station - Noord Stedelijk Na 2040

152 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel II | Waar 153


154 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 155
Deel III
Wat

Een beleidsagenda richting 2050 158


Inclusieve stad 160
Duurzame stad 168
Vitale stad 181
Gezonde stad 199
Leefbare stad 208
Compacte stad 222
Genoemde beleidsdocumenten en
uitwerkingsopgaven 233

“We zouden baat hebben


bij leuke horeca, dan
gaan we ook minder het
stadsdeel uit en kunnen
we hier echt leven”
Ravenna Burgzorg | Stadsdeel Zuidoost

156 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool II | | Waar


Deel III Wat 157
11
Een beleids-
agenda
richting 2050
In Deel I VISIE is uiteengezet hoe Amsterdam de groei van de stad en de metropool- Een beleidsagenda aan
regio wil aanwenden om een betere stad te worden en richting te geven aan transities de hand van zes ambities De zes ambities gekoppeld aan 12 kernwaarden
en deze waar mogelijk te versnellen. De keuzes voor Meerkernige ontwikkeling, Groeien Om recht te doen aan een meer integrale
binnen grenzen, Duurzaam en gezond bewegen, Rigoureus vergroenen en Samen stad- benadering van het beleid, is deze beleidsagenda • Inclusieve stad: inclusief 159
maken vragen deels om nieuwe richtingen in het Amsterdamse beleid voor de fysieke gestructureerd aan de hand van zes ambities. • Duurzame stad: klimaatneutraal, klimaatbestendig en circulair 168
leefomgeving. Dit deel biedt een overzicht van al het Amsterdamse beleid voor de fysieke Deze ambities zijn gelinkt aan de twaalf kern- • Vitale stad: economisch vitaal en bereikbaar 181
leefomgeving en bevat voorstellen voor uitwerking en aanpassing daarvan. Daarmee waarden die we gebruiken om de komende • Gezonde stad: gezond, veilig en milieukwaliteit 199
vormt dit deel van de omgevingsvisie een samenhangende agenda voor vernieuwing en jaren de doorwerking van de omgevingsvisie te • Leefbare stad: leefbaar en natuurlijk 208
uitwerking. Het is geen vervanging van het bestaande beleid. beoordelen. Zie hiervoor ook het beoordelings- • Compacte stad: ruimtelijke kwaliteit 222
kader dat onderdeel is van het omgevingseffect-
Het Amsterdamse beleid voor de fysieke rapport (o.e.r.). Bij de indeling van beleids-
leefomgeving is grotendeels op orde en actueel. thema’s onder zes ambities zijn pragmatische
Sinds het vaststellen van de Structuurvisie keuzes gemaakt.
Amsterdam 2040 is veel beleid in overeenstem-
ming gebracht met het bouwen aan een inten- Onder Inclusieve stad is het beleid voor
sief bebouwde en gemengde, compacte stad. Kansengelijkheid, Onderwijs & cultuur,
Maatschappelijke voorzieningen en Wonen
Toch ontstaan er steeds weer spanningen beschreven. Onder Duurzame stad is het

“Een stad die zich


en kansen tussen de verschillende beleidsthe- beleid voor Klimaatneutraal, Klimaatbestendig,
ma’s. Een reden daarvoor is de doorgaande groei Energie en Circulair beschreven. Onder Vitale
stad is het beleid voor Economie, Mobiliteit en
beschermt tegen
van de stad en de oplopende druk op de ruimte.
Daarnaast vragen relatief nieuwe opgaven, ruimte, Luchthaven en Zeehaven beschreven.
Onder Gezonde stad is het beleid voor Volks-
de grote macht
zoals de energietransitie en circulaire economie,
om een meer integrale benadering, die vaak gezondheid, Sport, spel & bewegen, Voedsel &

van het kapitaal en


lastig past bij de bestaande sectorale indeling stadslandbouw, Omgevingsveiligheid, Lucht-
in beleidsthema’s. Wat ook meespeelt, is dat kwaliteit en Geluid beschreven. Onder Leef-
bare stad is het beleid voor Openbare ruimte,
zorgt dat woningen
er nieuwe inzichten zijn, bijvoorbeeld over
kansengelijkheid en ruimtelijke segregatie, die Water, Groen, Volkstuinen & begraafplaatsen,

betaalbaar blijven
doorwerken in verschillende beleidsthema’s. Landschap, recreatie & landbouw, Dierenwel-
Deze ontwikkelingen vragen om uitwerking zijn en ecologie beschreven. Onder Compacte
stad is het beleid voor Welstand & ruimtelijke
voor nieuwe en
en aanpassing van beleid vanuit een integraal
perspectief, maar ook om ruimtelijke keuzes op kwaliteit, Cultuurhistorie & archeologie, Hoog-

oude bewoners”
stedelijk niveau. In het Deel II WAAR wordt al bouw, Daken en de Ondergrond beschreven.
een aantal keuzes op stedelijk niveau toegelicht
en uitgewerkt in een ruimtelijk-
programmatisch kader. Dineke Stam | Stadsdeel Oost

158 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 159
12
27,29. Wij willen de negatieve gevolgen van schappelijk dat ze van onderop zijn ontstaan
segregatie op stedelijk niveau tegengaan. Dat en collectief zijn vormgegeven. Het zijn plek-
kan gevolgen hebben voor de financiële uit- ken waar mensen elkaar ontmoeten, waar ze

Inclusieve stad
gangspunten van gebiedsontwikkeling of voor reflecteren en waar ze kunnen experimenteren.
afspraken met woningcorporaties over gebruik De kracht van deze vorm van ruimtegebruik is
en verkoop van de sociale huurvoorraad. dat het initiatief bij burgers ligt, in de luwte van
marktwerking en overheidsbeleid.
Segregatie manifesteert zich nadrukkelijk
op buurt- en wijkniveau. Nu heeft ongeveer We willen bestaande vrije ruimte bescher-
een kwart van de inwoners van Amsterdam een men en nieuwe vrije ruimte beschikbaar stellen
lage SES-score. Hoe meer dat per wijk verschilt, voor Amsterdammers, zowel in gebouwvorm
hoe meer segregatie er is. De verschillen per als in de openbare ruimte. Deze Vrije Ruimte
wijk mogen dus niet te groot worden en groeien maakt initiatieven mogelijk op allerlei terreinen:
Amsterdam wil een inclusieve stad zijn. Een stad waar Amsterdammers en nieuwkomers liefst toe naar het stedelijk gemiddelde. Daar- (nacht)cultuur, duurzaamheid, ecologie, bewe-
zich kunnen thuis voelen en die kansen biedt om je te ontwikkelen. Een inclusieve stad is voor ontwikkelen we per wijk streefcijfers, met gen, voedselproductie, experimentele woon- en
ook een ongedeelde stad. Dat betekent dat kansen om je te ontwikkelen overal in de stad inachtneming van de mogelijkheden en beper- werkvormen – of nog iets heel anders. Het kan
even groot zijn. Het betekent ook dat we grote verschillen in ervaren kwaliteit van leven en kingen die we (en andere partijen in de wijken, gaan om initiatieven met verschillende duur:
concentraties van achterstanden en maatschappelijke problemen tegengaan. zoals corporaties) hierin hebben. Als ordenings- voor een nacht, een weekend, een seizoen, een
principe helpt het streven naar “homogene stra- aantal jaar of permanent.
Gemeentelijk ruimtelijk beleid kan inclu- zo hoog worden dat de middenklasse de stad ten in heterogene buurten”. Dat zijn dus diverse
siviteit en kansengelijkheid niet rechtstreeks uit trekt, terwijl wachttijden voor sociale huur buurten met daarbinnen straten waarin mensen Vrije ruimte moet op deze manier een
waarborgen. Daarvoor is het ook een te breed steeds langer worden, omdat de verschillen wonen met ongeveer dezelfde sociaal-economi- belangrijk onderdeel van de stedelijke leefomge-
begrip. Die waarborging verloopt via tiental- tussen binnen en buiten de Ring te groot wor- sche status. Met dit niveau van menging wordt ving worden en deze op allerlei manieren leven-
len vormen van sectoraal beleid, zoals onder- den, omdat er in steeds meer delen van de stad het negatieve buurteffect geminimaliseerd. diger, schoner, kleurrijker en socialer maken.
wijsbeleid, woonbeleid dat sociale huur in alle nauwelijks nog vrije ruimte te vinden is, omdat Aan de randen, maar ook binnen de stad. Juist
stadsdelen beschermt, beleid voor de openbare kleine maakbedrijfjes in de stad geen plek meer Vrije ruimte in een verdichtende en zorgvuldig geplande
ruimte, economisch beleid dat ruimte reserveert kunnen vinden, omdat er op sommige plek- Amsterdam kent al vele jaren broedplaat- stad zoals Amsterdam, geeft het ‘onbestemde’
voor maakbedrijven en werk voor alle oplei- ken vervoersarmoede optreedt, omdat er voor sen. Ze zijn, zoals de naam al zegt, gericht op en soms rommelige karakter van vrije ruimte
dingsniveaus, of sportbeleid dat regelt dat in de burgerinitiatief weinig ruimte over blijft. Het beginnende maatschappelijke, economische, adem- en leefruimte.
hele stad kan worden gesport. Deze en andere tegengaan van kansenongelijkheid is daarom culturele of kunstzinnige groeperingen die het
vormen van inclusief beleid zijn in deze omge- een belangrijk doel. Deze omgevingsvisie wil in het spel van vrije krachten nog niet redden. Van nature heeft vrije ruimte – als ini-
vingsvisie terug te vinden in de betreffende daar ruimtelijk aan bijdragen. Het Deel IV HOE Via de gemeente krijgen ze onderdak of ander- tiatief vanuit onderop – een ongereguleerd
hoofdstukken. Inclusieve doelstellingen worden gaat hier ook uitgebreid op in. soortige hulp om op te starten en te groeien tot karakter. Dit staat haaks op de actieve rol die
vrijwel allemaal overgenomen in deze omge- een hopelijk succesvolle formule. Broedplaat- wij als gemeente nemen in het beschermen en
vingsvisie en hier en daar zelfs van een extra Nieuwe richtingen sen dragen op deze wijze bij aan een diverse, beschikbaar maken hiervan. De essentie van
accent voorzien. inclusieve stad met kansen voor groot én klein vrije ruimte is echter dat dit samen opgaat: de
Tegengaan gevolgen segregatie initiatief. Deze omgevingsvisie onderstreept het gemeente speelt vrij, de initiatiefnemers vullen
Een manier om kansenongelijkheid tegen belang van het broedplaatsenbeleid. Het is daar- in. Het huidige landschap van vrije ruimte in
Kansengelijkheid te gaan, is zorgen voor gemengde wijken. Segre- bij belangrijk dat broedplaatsen in alle stads- Amsterdam weerspiegelt nog niet voldoende de
Groei moet leiden tot een betere stad gatie is niet de hoofdoorzaak van kansenonge- delen zijn te vinden en ook een plek krijgen in diversiteit van Amsterdam en zijn bewoners.
voor alle Amsterdammers, met meer banen, lijkheid, maar versterkt deze wel. Dat gaat via nieuwe gebiedsontwikkelingen. We willen vrije ruimte beschikbaar en toegan-
voorzieningen en ontmoetingsmogelijkhe- buurteffecten (gebrek aan rolmodellen, grotere kelijk maken voor een bredere groep Amster-
den. Maar het succes van de stad heeft ook een kans op probleemgedrag, leefbaarheidsproble- Onder de naam Expeditie Vrije Ruimte dammers. Bij de toewijzing van ruimte moet er
keerzijde: de strijd om de ruimte leidt zonder men) en schooleffecten (lagere leerprestaties, introduceren we ook een breder programma dus extra oog zijn voor initiatieven die aanvul-
ingrijpen tot een uitsortering van lagere en lagere sociale cohesie). In Amsterdam is woon- voor broedplaatsen. Verspreid door de stad zijn lend zijn op het huidige aanbod.
middeninkomens en minder rendabele functies segregatie naar sociaal-economische status talloze bijzondere culturele, sociale en groene
richting randen van de stad en regiogemeen- (SES-index) in internationaal opzicht laag, maar plekken te vinden die zijn vormgegeven en wor- Er komt nog een pakket aan maatregelen
ten. Er ontstaat een tweedeling. Delen van sinds 2014 neemt het wel toe. De SES-index den beheerd door burgers en maatschappelijke en initiatieven voor vrije ruimte. Onderdeel
de stad en regiogemeenten worden sociale en geeft weer in hoeverre bevolkingsgroepen organisaties: van Ruigoord, tot buurtcentrum hiervan is het voornemen om in Amsterdam
economische monoculturen. De stad wordt gescheiden wonen. Een score van 0 betekent Ru Paré, en (tijdelijk) stadslandbouwproject ruimte te maken voor een grote experimentele
minder inclusief. En het inclusieve karakter van complete menging, een score van 100 betekent Noordoogst. Deze vrije ruimtes hebben vele woon-werkgemeenschap.
Amsterdam staat al onder druk. Omdat prijzen complete segregatie. Momenteel is deze score verschijningsvormen, maar hebben gemeen-

160 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 161
Digitale omgeving topsport en cultuur. Zij hebben een functie voor In Deel II Waar van deze omgevingsvisie Vergrijzing
Amsterdam heeft in 2019 een Agenda de hele stad, het land en soms zelfs mondiaal. worden verscheidene nieuwe typen stadsmi- De vergrijzing vereist de komende jaren
Digitale Stad opgesteld, met daarin drie ambi- Daarmee bepalen ze mede de aantrekkelijk- lieus voorgesteld, die afhankelijk van locatie, meer aandacht. Er komen 80.000 oudere
ties. De eerste is een vrije digitale stad: tech- heid van Amsterdam en de metropoolregio als ontsluiting, dichtheid en mate van functiemen- Amsterdammers bij tot 2050. Uitgangspunt
nologie moet de vrijheid van meningsuiting geheel. Voorzieningen voor sport en spel komen ging een eigen programma aan maatschappelijke van het Rijksbeleid voor wonen en zorg is dat
koesteren. Een vrije en eerlijke toegang tot verderop in de beleidsagenda uitgebreider aan voorzieningen vergen. De referentienormen mensen tot op hoge leeftijd zelfstandig blijven
de digitale omgeving moet worden gegaran- bod in het hoofdstuk Gezonde stad. zullen worden gespecificeerd naar deze beoogde wonen.
deerd. Ten tweede de inclusieve digitale stad: stadsmilieus. In de dichtheid van de milieutypo-
hier staat voorop dat de digitale omgeving alle Referentienormen logieën in deze omgevingsvisie is daar ruimtelijk De vergrijzing en het rijksbeleid ten aan-
Amsterdammers helpt om zich te ontwikkelen. De zorg voor maatschappelijke voorzienin- al rekening mee gehouden. Vooralsnog komen zien van langer zelfstandig wonen hebben een
Toegang tot informatie en educatie is hierbij gen is verankerd in beleid voor onderwijs, sport, de financiële lasten van een compleet voorzie- enorme impact op het woon-zorglandschap.
cruciaal. De derde ambitie is de creatieve digitale zorg, kunst en cultuur, en basisvoorzieningen. ningenniveau vooral terecht bij de gemeente. Er is sterke behoefte aan woningen waar
stad: hier leggen we de verbinding met kunst en De meeste ruimtelijke consequenties voor de We gaan onderzoeken of deze lasten gelijkma- ouderen met een ondersteunings- en/of zorg-
cultuur. Creativiteit moet in de stad de ruimte groei van de stad zijn vastgelegd in de in 2018 tiger verdeeld kunnen worden over ontwikke- behoefte in een veilige omgeving zelfstandig
krijgen, en kunnen bijdragen aan oplossingen vastgestelde Referentienormen voor maat- lende partijen, zowel ruimtelijk als financieel. kunnen wonen mét eenvoudige toegang tot
voor maatschappelijke problemen, inclusief die schappelijke voorzieningen, groen en spelen. zorg en (extra) ondersteuning. Een omgeving
van de technologie zelf. Doel is de groei van de stad gelijk op te laten Naoorlogse wijken waar bovendien gemakkelijk sociale contacten
gaan met een voldoende, gespreid en fijnmazig In met name Nieuw-West, Zuidoost en kunnen worden aangegaan.
Digitalisering is een van de grootste maatschappelijk programma, zowel binnen- als delen van Noord kunnen de ruimtelijke rand-
transities van deze tijd. De i-Amsterdammer buitenvoorzieningen. De referentienormen voorwaarden voor een inclusieve stad nog Het is daarom belangrijk om bij de
gedraagt zich heel anders dan de Amsterdam- zijn gekoppeld aan financiering en blijven van aanmerkelijk worden verbeterd. Door onder inrichting van wijken de samenhang tussen
mer van weleer, met steeds meer gevolgen voor kracht. Daarnaast biedt een scala aan beleid andere een eenzijdige sociale woningvoorraad is wonen, woonomgeving, welzijn, zorg, econo-
de fysieke stad: in de detailhandel, in de open- kaders voor maatschappelijke voorzieningen er ruimtelijke segregatie naar sociaal-economi- mie en mobiliteit als uitgangspunt te nemen.
bare ruimte, bij bibliotheken, het onderwijs, van de 21e eeuw. Van de Sportvisie 2025, het sche status en congregatie naar herkomst. Lage Deze aspecten komen samen in het concept
in de mobiliteit, de manier waarop we werken Actieplan Age Friendly City tot de Amster- woningdichtheden, dalende huishoudensgroot- van woon-zorgzones. Naast voldoende aan-
enzovoorts. Al die effecten, positief en nega- damse Impuls Schoolpleinen. tes en vergrijzende inwoners veroorzaken een gepaste of levensloopbestendige woningen
tief, zijn direct en indirect terug te vinden in uitholling van het draagvlak voor voorzieningen met mogelijkheid tot domotica, kenmerkt een
vele hoofdstukken van deze omgevingsvisie, Nieuwe richtingen en wijkeconomie. Het ontbreken van een rijke woonzorgzone zich door een verhoogd voorzie-
maar kunnen ook vaak nog niet goed op waarde voorzieningenmix ondergraaft de aantrekkelijk- ningenniveau van ondersteunings-, welzijns-
worden geschat. Daarom is het des te belangrij- Woningen en voorzieningen gaan samen heid van buurten en zorgt voor een toenemend en zorgdiensten. Het resultaat is een woon- en
ker dat het maatschappelijk debat daarover de We bouwen niet enkel woningen, maar isolement van mensen. leefomgeving waar mensen lang zelfstandig,
komende jaren blijft worden gevoerd. we maken stad. Dat betekent dat we sturen op veilig en prettig kunt wonen. Zie ook de para-
de totale functiemix, in plaats van woningen In deze wijken blijven we investeren graaf over Wonen verderop in dit hoofdstuk.
programmeren en de benodigde voorzieningen bestaande kwaliteiten: mensen, voorzieningen
Maatschappelijke er pas daarna uit afleiden. Maatschappelijke en ruimte voor lokale initiatieven. Maar we Zelforganisatie en eigenaarschap
voorzieningen voorzieningen staan centraal. Ook moeten we moeten ook bouwen aan meer draagvlak voor Het zijn vooral gevestigde professionele
Maatschappelijke voorzieningen worden die mix vaker bezien op het niveau van de wijk een zo breed mogelijk scala aan voorzieningen, partijen die maatschappelijke voorzieningen
in de regel niet door de markt gerealiseerd en en de stad als geheel, in plaats van programme- met verdichting, meer en diversere wonin- realiseren en exploiteren. Tegelijkertijd groeit de
beheerd. De zorg voor maatschappelijke voor- ren in losse projecten. Het uitgangspunt voor gen voor middengroepen, meer ruimte voor vraag vanuit bewoners voor meer zeggenschap
zieningen is deels een wettelijke taak, zoals bij stadsontwikkeling wordt daarmee scherper: werkfuncties, met aantrekkelijke, verbindende over hun eigen leefomgeving, inclusief voorzie-
onderwijshuisvesting, bibliotheken en verplich- indien de complete voorzieningenstructuur niet stadsstraten met ruimte en kansen voor lokaal ningen. Die wensen moeten de ruimte krijgen.
tingen die volgen uit de Wet maatschappelijke kan worden gerealiseerd, dan kunnen ook de ondernemerschap. Soms kan ook de vestiging Voor een deel kan dat in broedplaatsen en vrije
ondersteuning en de Jeugdwet. Maar Amster- woningen niet worden gebouwd. van grootstedelijke voorzieningen hieraan ruimtes, maar ook in het voorzieningenbeleid
dam heeft ook zelf de ambitie een complete stad bijdragen, omdat de rest van de stad vaker naar zelf moet meer ruimte komen voor nadere invul-
te zijn, in bestaande en nieuwe buurten. Daar Wij constateren dat huisartsenposten zich de buurt komt. De vestiging van grootstedelijke ling door cocreatie en lokale initiatieven. Ook al
horen voorzieningen bij als scholen, en jeugd-, vanwege stijgende huren moeilijker in verschil- voorzieningen op centrale plekken buiten het is dat in planvorming vaak moeilijk, gebiedsont-
zorg-, opvang-, buurt-, wijk-, cultuur-, sport- lende Amsterdamse buurten kunnen vestigen centrum wordt daarom een belangrijk uitgangs- wikkelingen zouden niet op voorhand volledig
en speelvoorzieningen, in bestaande en nieuwe of handhaven. Als gemeente willen we dat deze punt, als onderdeel van de strategische keuze moeten worden dicht gepland. Zie ook Agenda
buurten. Naast kleine voorzieningen in buurten voorzieningen, ook al vallen ze onder markt- voor meerkernige ontwikkeling. Overigens voor Samen stadmaken in Deel IV HOE.
en wijken kent Amsterdam veel grootstede- regels, voor alle buurten behouden blijven. blijft ruimte voor cultuurvormen op buurt-
lijke voorzieningen, zoals voor middelbaar en We zoeken naar manieren om dit mogelijk te niveau net zo belangrijk, in alle wijken van Uit ervaring blijkt dat sterke, enkelvou-
hoger onderwijs, geestelijke gezondheidszorg, maken. de stad. dige functies de beste kansen bieden op goed

162 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 163
gebruik en een sterk gevoel van eigenaarschap Iedere twee jaar wordt onderzoek gedaan voelen zich eigenaar van hun buurt en dragen ook van ontwikkeling biedt vooral in de naoorlogse
bij gebruikers. Dat betekent dus geen grote naar de leefbaarheid in Amsterdamse buurten zelf bij aan de kwaliteit van de leefomgeving. We wijken een mogelijkheid om met verdichting
diversiteit aan functies onder één dak en achter (WiA). De indicatoren zijn buurttevredenheid, hebben hiermee eigenlijk geen woningbouwop- blijvend betaalbare huurwoningen voor mid-
één voordeur, maar juist eigen ingangen en zelf- ervaren overlast, schoon en heel, veiligheid en gave, maar een opgave voor stadmaken. deninkomens toe te voegen. De aard van deze
standig beheer. De ligging van maatschappelijke prettig samenleven. Sociale cohesie in een buurt Nabijheid als ordenend principe is hierbij ontwikkelvorm versterkt betrokkenheid bij de
voorzieningen in de buurt past bij de functie. speelt een belangrijke rol bij het prettig samen- heel belangrijk. Dit betekent dat voorzieningen eigen woning en woonomgeving.
Dat betekent dat scholen en voorzieningen voor leven, maar voor de leefbaarheid is veiligheid nabij de woning gelegen zijn. Hierdoor zijn In de stad zijn diverse ouderengroepen die
sommige kwetsbare groepen in de luwte liggen, en het onderhoud van de openbare ruimte ook mensen, en vooral kwetsbare groepen, eerder gemeenschappelijke vormen van wonen willen
terwijl meer publieke functies juist heel goed op belangrijk. De jaarlijkse rapportcijfers voor de geneigd zijn naar buiten te gaan. Dit draagt bij realiseren. Deze groepen zoeken een locatie, een
drukke plekken als stadsstraten en plekken met woonomgeving spreken duidelijke taal: waar- aan het tegengaan van eenzaamheid en nodigt pand, een corporatie of een particuliere inves-
een stedelijke betekenis passen, waar ze bijdra- deringen van 7 of 8 in een ruim centrumgebied uit tot alledaags bewegen: lopend of fietsend teerder die wil ontwikkelen. Het is belangrijk
gen aan levendigheid in de openbare ruimte en en lagere waarderingen in de naoorlogse wijken. naar winkel, buurthuis of het groen. deze groepen te ondersteunen en te faciliteren bij
draagvlak voor ondernemers. De opgave voor de toekomst is om die verschil- het opzetten van deze woongemeenschappen.
len te verkleinen. Prettige woningen
Het uitgangspunt dat een woning is om Ouderenhuisvesting
Wonen Nieuwe richtingen in te wonen blijft ook de komende jaren van De Amsterdamse bevolking vergrijst. Het
kracht. Meer regulering moet de uitwassen van hedendaagse uitgangspunt is dat ouderen tot
Algemeen Een meer regionale blik onder meer speculatie, verkamering en vakan- op hoge leeftijd zelfstandig blijven wonen. Zo
Steden als Amsterdam zijn populair. De Deze omgevingsvisie hanteert nadrukkelijk tieverhuur verminderen. Alleen dan kunnen mogelijk worden bestaande seniorenwonin-
druk op de ruimte vertaalt zich bij woningen een regionaal perspectief, ook als het gaat om buurten vitaal worden en blijven. Verder verdie- gen geschikt gemaakt voor langer passend en
in lange wachttijden voor sociale huur, een wonen. De metropoolregio biedt een rijk palet nen bouwkundige staat en binnenklimaat van prettig wonen van ouderen. Daarnaast zullen er
groot gebrek aan middeldure woningen en sterk aan leefmilieus en woningtypen en Amsterdam Amsterdamse woningen de komende jaren meer echter ook bestaande woningen voor ouderen
gestegen prijzen in de vrije sector. Woningzoe- levert daar een bijdrage aan. We ondersteunen aandacht, zoals voldoende oppervlak, flexibi- zijn die niet geschikt te maken zijn voor oude-
kenden vinden tegenwoordig alleen met lang de regio bij het bouwen aan meer stedelijkheid liteit in de indeling, buitenruimte, daglicht en ren, gegeven de te hoge kosten voor verbete-
wachten en veel geld of geluk nog een woning in de regiokernen, zodat deze in een deel van de doorluchting. Daarvoor zijn drie redenen. Ten ring. Ouderen die hier wonen, zullen moeten
in Amsterdam. Ook op regionaal niveau is er vraag naar stedelijk wonen kunnen voorzien. eerste verandert het klimaat, kansen op extreme verhuizen naar een meer geschikte woning. Het
schaarste, maar niet overal evenveel. Het is niet Daarom kiezen we voor meerkernige ontwik- hitte, wateroverlast en droogte nemen toe. Dat is belangrijk ouderen goed te informeren over
aannemelijk dat op lange termijn de druk op de keling: de stedelijke kwaliteiten van kansrijke vereist steeds meer aanpassingen aan daken, de mogelijkheden van doorstroming naar een
stad minder groot wordt. Daarmee blijft er ook gebieden, ook buiten de gemeente Amsterdam, afwatering, zonweringen, funderingen enzo- andere, meer geschikte woning, al dan niet een
grote vraag naar woningen. kunnen daarmee omhoog worden gebracht: voorts. Zie ook de paragraaf Klimaatbestendig geclusterde ouderenwoning.
verdichting met hoge kwaliteit, meer menging in het hoofdstuk Duurzame stad. Ten tweede Daar moeten meer geschikte woonvormen
Toegang tot de stad, betaalbaarheid, met andere functies, meer verblijfkwaliteit in de maakt de populariteit van Amsterdam dat ook voor komen, bijvoorbeeld geclusterd wonen
omgaan met schaarste, tegengaan van negatieve openbare ruimte. Met betere ov- en fietsverbin- slechte woningen goed verhuurbaar zijn. Goed voor contact, onderlinge hulp en zorg op maat.
effecten van segregatie woningkwaliteit: woon- dingen en een regionaal werkende huursector. onderhoud, het wegwerken van achterstallig Ook de openbare ruimte in buurten moet meer
beleid is en blijft een belangrijk instrument voor De Woondeal tussen Rijk en Metropoolregio onderhoud en goed verhuurderschap moeten op ouderen worden toegesneden dan we tot
het behalen van veel doelen in deze omgevings- Amsterdam uit 2019 vormt hiertoe een begin. dan vaker worden afgedwongen. De Amster- nu toe gewend zijn, met veilige looproutes,
visie. Het Amsterdamse woonbeleid omvat We groeien toe naar een evenwichtiger regio met damse woningcorporaties en particuliere bankjes en fijnmazige voorzieningen om de
onder andere de in 2017 vastgestelde Woon- fysiek en sociaal gemengde wijken, zodat meer verhuurders zijn hierin belangrijke partners. hoek. Moderne combinaties van wonen en zorg
agenda 2025, de Huisvestingsverordening mensen een passende(r) woning kunnen vinden Tot slot heeft de corona-epidemie extra duide- worden de komende tijd uitgewerkt in een spe-
Amsterdam 2020, de Doelgroepenverordening in het woonmilieu van hun keuze. lijk gemaakt dat de tendens tot meer thuiswer- cifieke woon-zorgvisie.
Woningbouw Amsterdam, de Actualisatie ken gevolgen kan hebben voor basiseisen die Geclusterd wonen draagt bij aan kwaliteit
Bestuursopdracht Ontwikkelbuurten 2019- Vitale buurten we stellen aan woningen. Details en sturings- van leven, het vergroten van de zelfredzaam-
2022 en Samenwerkingsafspraken 2020-2023 Met deze omgevingsvisie wil Amsterdam mogelijkheden zijn nog niet helder, maar er zijn heid, het verminderen van eenzaamheid en
met de Amsterdamse Federatie van Woningcor- een betere stad worden voor alle inwoners. In veel zeker redenen voor meer beleidsmatige aan- daardoor aan een afname van zorg en onder-
poraties en de Amsterdamse huurderskoepels. buurten moet er een nieuwe balans komen tussen dacht voor dit punt in de toekomst. steuningsbehoefte. Geclusterde woonvormen
wonen, werken en recreëren. Uitgangspunt voor ouderen stellen ouderen in staat langer
Het samen werken aan een ongedeelde stad daarbij zijn complete buurten, dus gemengde, Eigen zeggenschap en verantwoordelijk- zelfstandig te wonen, in elkaars nabijheid, met
doen we met enig realisme: de grote druk die stedelijke wijken als sociaal veilige leefgemeen- heid geven vaak de beste beheerresultaten. omkijken naar elkaar en met meer woonplezier.
wordt uitgeoefend op de Amsterdamse woning- schappen, met maatschappelijke functies, Daarom vormen wooncoöperaties in verschil- Onder geclusterde ouderenwoningen valt een
voorraad door nieuwkomers, het toerisme, werkfuncties, winkels, cultuur, mogelijkheden lende varianten belangrijke concepten voor de brede variatie aan woonvormen, maar het gaat
de platformeconomie, speculanten en andere voor kinderen om er fijn op te groeien. Bewoners toekomst. Zie ook het hoofdstuk Agenda voor om minimaal vijf woningen, waar ouderen
factoren vragen om scherpe beleidskeuzes. kunnen voor veel in hun eigen buurt terecht. Ze Samen stadmaken in Deel IV HOE. Deze vorm zelfstandig wonen, gebruik kunnen maken van

164 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 165
een gemeenschappelijke ruimte en een beroep Daarnaast heeft de stad een fijnmazig netwerk Ontwikkelbuurten
kunnen doen op zorg en ondersteuning in de van basisvoorzieningen, zoals huizen van de In buurten waar verschillende uitdagingen
nabijheid. wijk, buurthuizen en andere locaties voor ont- tegelijk aan de orde zijn, werkt de gemeente
Geclusterd wonen past ook goed in het moeting, activiteiten en dagbesteding. samen met corporaties, bewoners en overige
concept wooncirkel waar ook zorginfrastruc- betrokkenen aan kwaliteitsverbetering van
tuur aanwezig is. Een wooncirkel is een cirkel Ook is er aandacht voor de jongeren. Dit is woningen, woonomgeving en gebouwde voor-
getrokken om een kern in een gewone buurt. een diverse doelgroep: praktisch of theoretisch zieningen. Ook verbetering van de leefbaarheid
Kern van de wooncirkel is een intramurale 24 opgeleid, werkend of studerend, Amsterdams of en van de sociaal-economische positie van de
uurszorgvoorziening voor verpleeg- en verzor- van buiten de stad. De studenten vormen hier huidige bewoners zijn een belangrijk doel. De
ging. In de cirkel wonen mensen zelfstandig, op een subgroep van. 32 ontwikkelbuurten liggen in Noord, Nieuw-
maximaal 10 minuten afstand van de kern. Als De woningcorporaties zijn een belang- West en Zuidoost en worden verdicht met extra
zij zorg of ondersteuning nodig hebben, kunnen rijke partner in de huisvesting van deze doel- woningen in verschillende woonsegmenten
zij een beroep doen op de zorg en ondersteu- groepen en van de groepen die geen woning en voorzieningen en ruimte voor lokaal onder-
ning in de kern. kunnen vinden op de ‘vrije’ woningmarkt. De nemerschap. De komende jaren zetten wij
Marktpartijen kunnen zich ook inzetten samenwerkingsafspraken met corporaties en dit beleid versterkt voort met een scherp oog
om de doorstroming in de stad te bevorderen de huurderskoepels zijn mede gericht op de voor de positie van de huidige bewoners, die
door het nieuwe aanbod van woningen primair betaalbaarheid van woningen voor de lage en per saldo baat moeten hebben bij verdichting.
te richten op Amsterdammers die een woning middeninkomens, op een eerlijke verdeling van Wederkerigheid tussen oude en nieuwe bewo-
achterlaten in de bestaande voorraad. het woningaanbod en een evenwichtige sprei- ners en belangen staat centraal. Zie hiervoor ook
ding in de stad en het behoud of uitbreiding van de strategische keuze Meerkernige ontwikkeling
Betaalbaar wonen de sociale huurwoningen. in Deel I VISIE en het ruimtelijke-programma-
De betaalbaarheid van het wonen is een Om voldoende betaalbare woningen te rea- tisch kader in Deel II WAAR.
belangrijk onderdeel van de beleidsagenda. liseren, moeten er woningen bijgebouwd wor-
Voor woningzoekenden met een laag of mid- den, maar dat alleen is niet voldoende. Ook moet Duurzaamheid en inclusiviteit
deninkomen is het erg moeilijk om een betaal- geïnvesteerd worden in de bestaande woning- Vrijwel alle Amsterdamse woningen krij-
bare woning te vinden. Amsterdam is een onge- voorraad, en een eerlijke verdeling plaatsvinden gen te maken met de energietransitie. Gemeente
deelde stad waar iedereen welkom is, ongeacht van de bestaande woningen. De gemeente zal en corporaties hebben gezamenlijk de ambitie
inkomen, opleiding, leeftijd of huishoudenssa- hiervoor al haar beschikbare middelen aanwen- om in 2050 een CO2-neutrale woningvoorraad
menstelling. Daarbij is het van belang dat voor den. Dit kan bijvoorbeeld bij nieuwbouw via te hebben, zie de paragraaf Klimaatneutraal in
alle doelgroepen betaalbare en kwalitatief goede tenders (percentage woningbouwcategorieën) het hoofdstuk Duurzame stad. De gevolgen zijn
woningen zijn in alle wijken. of afspraken met ontwikkelaars bij transforma- echter niet voor iedereen gelijk. Sommige inwo-
tie of een zelfbewoningsplicht. Voor de betaal- ners of buurten zijn kwetsbaarder of profiteren
Voor bepaalde doelgroepen is extra aan- baarheid van de bestaande woningvoorraad kan minder van de kansen die de energietransitie
dacht, zoals beroepsgroepen die belangrijk zijn gedacht worden aan meewerken aan bestem- biedt. Uitgangspunt is dat de woonlasten voor
voor het goed functioneren van de stad. Denk mingswijzingen, andere woonvormen te stimu- huishoudens met lage en middeninkomens niet
aan leraren, politieagenten of zorgmedewerkers. leren zoals wooncoöperaties of door passende stijgen als gevolg van de kosten van de energie-
Daarnaast hebben specifieke kwetsbare groepen woningen aan te bieden door verhuisregelingen transitie.
passende huisvesting en aandacht nodig: sociaal- zoals bijvoorbeeld het stimuleren dat mensen
medisch urgenten, versnelde uitstromers uit met een (te) grote woning verhuizen naar een De grootste en meest ingewikkelde opgave
maatschappelijke opvang of beschermd wonen, kleine(re) woning om zodoende de doorstroom van de energietransitie ligt in de bestaande
statushouders. De huisvesting van deze doel- te bevorderen. woningvoorraad. Vaak zijn dit kleine en slecht
groepen geschiedt verspreid over de stad en geïsoleerde woningen. Besluitvorming over
steeds vaker in bijzondere woonconcepten met Voor omwonenden van nieuwe gebieds- investeringen is lastig in de vele kleine vve’s
gemengde groepen en beheervarianten. Amster- ontwikkelingen denken we na over het kunnen en in gemengde vve’s met zowel corporaties
dam heeft een richtlijn Aanpasbaar Bouwen, bieden van woonvoorrang voor een deel van de als eigenaar-bewoners of andere verhuurders.
waarin basiseisen en -maten voor aanpasbare nieuwe huurwoningen. Een bepaalde woon- Welke keuzes daar ook uit volgen, een klimaat-
woningen zijn vastgelegd, zoals minimale draai- voorrang voor omwonenden kan bijdragen aan bestendige woning voor iedereen is een leidend
cirkels en minimale breedtes van de deuren. Met een inclusieve stad, draagvlak voor verdichting principe.
de woningcorporaties is afgesproken dat ten en samen stadmaken. Zie ook ‘Samen stadma-
minste 90% van de woningen aanpasbaar wordt ken’ elders in deze omgevingsvisie.
gebouwd. Voor woningen in de marktsector
wordt dit eveneens gestimuleerd.

166 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 167
13
van aardgas naar duurzame warmte en elek- niak, vragen om veel risicoruimte. Zie ook
triciteit. In 2040 moet Amsterdam aardgas- thema omgevingsveiligheid.
vrij zijn. De wijkaanpak en het programma

Duurzame stad
aardgasvrij leveren een flinke bijdrage: De gemeente Amsterdam heeft in de
maximaal 400 kiloton minder CO2. Routekaart Amsterdam Klimaatneutraal 2050
• Bij mobiliteit een verschuiving van fossiele een nee-tenzij-beleid ten aanzien van de ver-
brandstoffen naar elektriciteit en invoering branding van biomassa geformuleerd.
milieuzones: 500 kiloton minder CO2.
• Bij industrie volgen we de nationale trend, Infrastructuur
en maken we het Afval Energie Bedrijf De elektriciteitsinfrastructuur zal sterk
(AEB) duurzamer. Het AEB zet in op moeten groeien, vanwege de toenemende
carbon capture storage (CCS) of usage elektriciteitsvraag als gevolg van datagebruik en
(CCU). Dat betekent dat de CO2 uit de elektrificatie van warmte en mobiliteit. Boven-
Amsterdam neemt met een ambitieuze inzet op klimaatneutraliteit, duurzame energie en schoorsteen wordt afgevangen en getrans- dien beïnvloeden keuzes elkaar. Een groter
een circulaire stad zijn verantwoordelijkheid in het tegengaan van klimaatverandering. Tegelijk porteerd voor ondergrondse opslag of warmtenetwerk reduceert bijvoorbeeld de elek-
dwingt onze kwetsbare ligging ons tot een stevige inzet op klimaatadaptatie. De gevolgen hergebruikt voor chemie en tuinbouw. triciteitsvraag en dus de vorm van het elektrici-
van klimaatverandering zijn nu al merkbaar, met pieken in hitte en droogte, extremere neer- Besparing: 450 kiloton CO2. teitsnet. Elektriciteitsnetwerken zijn in de stad
slag en op termijn ook zeespiegelstijging. Het klimaatbestendig maken van de bestaande stad • Opwek van duurzame energie. Amsterdam redelijk inpasbaar, maar leiden bij onderstations
vraagt om meer ruimte voor bijvoorbeeld waterberging en verkoelend groen. doet een bijdrage met 127 megawatt wind- soms wel tot lastige ruimtelijke keuzes in woon-
energie in 2030; 550 MW zon in 2030 en wijken. Warmtenetten vragen echter beduidend
Wat betreft de energietransitie heeft het nader vorm. Ook de Strategie Amsterdam 1.100 MW zon (= 640 hectare) in 2050. meer ruimte. Daarnaast wordt de ondergrondse
stadsbestuur stevige ambities geformuleerd. Circulair is hierbij van belang. Samen levert dat 600 kiloton CO2-bespa- infrastructuur voor waterstof, stoom en CO2
We streven naar een vermindering van de CO2- ring op. uitgebreid, vooral in en van/naar energiehub
uitstoot in Amsterdam met 55% in 2030, en Amsterdams en landelijk beleid Westpoort. Deze regionale en landelijke infra-
95% in 2050. Voor 2040 moet de stad aard- De Amsterdamse CO2-uitstoot mag in Het elektriciteitsgebruik gaat de komende structuur hangt nauw samen met andere ruim-
gasvrij zijn en over 10 jaar mag er alleen nog 2030 nog maar 1.710 kiloton zijn. Dat is 3.250 decennia fors omhoog. Die toename moet wor- teclaims en vraagt mede daarom om intensieve
uitstootvrij vervoer over de weg en over het kiloton minder dan de 4.960 kiloton in 2018. den beperkt door energiebesparing en efficiën- samenwerking in het Noordzeekanaalgebied,
water. Bijdragen aan een duurzame wereld bete- Deze scherp dalende lijn moet na 2030 worden tere technieken. waar Rijk en provincie een belangrijke rol hebben
kent ook een transitie naar circulaire processen. voortgezet, zodat in 2050 klimaatneutraliteit bij het vormgeven van dit NOVI-gebied.
Oftewel van lineaire ketens van productie, wordt bereikt. Dat betekent dus ook na 2030 Gevolgen voor de Amsterdamse omgeving
consumptie en afval, naar een circulaire omgang meer energiebesparing, meer windenergie, Wat betreft elektriciteit en warmte gaat
met grondstoffen en materialen. Het gedachte- meer zonne-energie, verdere elektrificatie, meer Bronnen het om de volgende opgaven:
goed van de donut-economie van Kate Raworth CO2-opslag en -hergebruik, meer waterstof. Alle duurzame bronnen van energie vragen
speelt hierbij een centrale rol: Amsterdam als veel ruimte: Elektriciteit
stad waar geleefd en gewerkt wordt binnen De Amsterdamse besparingsopgave tot • De opwek van zonne- en windenergie • Meer ondergrondse hoofdtracés voor elektra.
planetaire en sociale grenzen. 2030 van 3.250 kiloton wordt voor bijna de vraagt het meeste nieuwe oppervlak; zie de • 7 extra onderstations (van 2.000 tot 5.000
helft (1.450 kiloton) bereikt door een landelijke zoekgebieden wind en zon in de paragraaf m2 per stuk), van 25 nu naar 32 in 2030,
vergroening van de elektriciteitsvoorziening, Regionale Energiestrategie. en daarna verder.
Klimaatneutraal waarvan een flink deel via windmolens op zee. • Duurzame opwek van warmte zal in de • Verdubbeling van het aantal middenspan-
Amsterdam neemt zijn verantwoordelijk- Hieruit blijkt hoe het Amsterdamse en lande- toekomst meer decentraal en op verschil- ningsruimtes (van 6 tot 10 m2 per stuk).
heid en levert een maximale bijdrage aan het lijke beleid onlosmakelijk met elkaar zijn ver- lende locaties plaatsvinden (zie verder in Amsterdam telt er nu 2.300. Nu zijn er
behalen van de doelen van het Klimaatakkoord bonden. De landelijke toename van duurzame dit hoofdstuk over WKO, geothermie en gemiddeld voor 1 wijk van 3.600 wonin-
van Parijs. We werken hierin samen met veel elektriciteit is alleen zinvol als warmte en aquathermie). De opwek van duurzame gen met bedrijven 9 nodig. Dat aantal zal
partijen. De gemeente neemt de regie. In de mobiliteit ook worden geëlektrificeerd. warmte gebeurt nu nog op twee plekken, ongeveer moeten verdubbelen, afhankelijk
Routekaart Amsterdam Klimaatneutraal 2050 Andersom is elektrificatie van warmte en namelijk het AEB en de Diemercentrale. van de wijze waarop de warmte en mobi-
staan de langetermijnvisie op de Amsterdamse mobiliteit alleen zinvol als meer elektriciteits- Het westelijk havengebied heeft een liteit worden verduurzaamd. Voor elke
energietransitie, de strategie en acties voor de opwek duurzaam wordt. belangrijk rol in de energietransitie. wijkbewoner wordt dat merkbaar. Uit-
korte termijn. Er worden vier transitiepaden Hier ontstaat een duurzame energiehub. gangspunt bij positionering is dat kinderen
beschreven: Gebouwde omgeving, Mobiliteit, Routekaart naar een klimaatneutrale stad Een belangrijk aandachtspunt daarbij tot 15 jaar niet langdurig aan elektromag-
Elektriciteit en Haven en industrie. In onder Het Amsterdamse klimaatbeleid bestaat in zijn de veiligheidsrisico’s die hiermee netische velden van meer dan 0,4 micro-
andere de Transitievisie warmte en de Regionale hoofdlijnen uit de volgende elementen: samenhangen, want sommige duurzame tesla worden blootgesteld. Zie ook het
Energiestrategie (RES) krijgen deze activiteiten • Bij de gebouwde omgeving een verschuiving energiedragers, zoals waterstof en ammo- hoofdstuk Gezonde stad.

168 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 169
g m rda -R kan A
polder Ri vaa
Lutkemeer- brandt-
Rem-
Lelylaan Amsterdam
dok
Artis Muiderpoort Science Diep Park AMSTERDAM
s m ij

tel
Zuid Nieuwe
Lijnden ng rt Amstel Amsterdam Am terd -R nka aalBuiten IJ

st st s
Boesingheliede

va v
Sl Sl

ar
Sloterpark park Vondelpark Centrum Oost Amsterdam

rl
Ko Ko Ko
er
v
AMSTERDAM

l nkeilnkeilnkel el
polder Ri aar brandt- Amsterdam Muiderpoort Science Diep
Park

ve
st am ijnk naaBuiten IJ
Lutkemeer- Osdorp Artis

ot
Lelylaan Diemen

chSch chink
Zuid Nieuwe
Amstel Amsterdam

Am AmAm Am Am
Boesingheliede Lijnden ng t Sloterpark park Olympisch
Vondelpark Centrum e
v Amsterdam Diep rd -R an l
Amstel Muiderpoort AMSTERDAM

re n re n
polder Ri aar Osdorp Nieuw-West brandt- Diemen

as as
Lelylaan stadion Nieuwe am ijn aa

stel stelstel stel stel mste


Boesingheliede Lijnden ng t Sloten Rem- Olympisch Zuid Amsterdam

S
Vondelpark

pl pl
park -R kan l

rlo rlo
va Nieuw-West Amsterdam
Oost Muiderpoort Diep
Amsterdam Am

er er
a Sloten Lelylaan
Rem-
stadion
Olympisch
Amstel Science
Nieuwe Diemen
Park ijnDiema

ve ve
Lutkemeer- Zuid Artis

ot ot
Boesingheliede rt Vondelpark RAI st ka al
park Amsterdam

Sl Sl
Nieuw-West stadion Oost
Amsterdam Diep Am er
Diemen Dinaem
polder
Lutkemeer- Sloten Lelylaan
brandt- Olympisch Amsterdam Zuid Artis
Amstel Science Park AMSTERDAM
st dam

hiS
Ri RAI al

st st
Lijnden ng Vondelpark Oost Amsterdam Amsterdam Am er

nkce
Nieuw-West
polder stadion
RAIAmsterdam
Amsterdam Zuid RAI AMSTERDAM

Ko Ko
Ri vaar Sloten brandt- Olympisch Muiderpoort Science Diemen
Park s da Ri
- Diem Over-D

nkelnkelnkelnkelnkel SchiS
Boesingheliede Badhoevedorp Lijnden ng t Nieuw-West park stadion
Zuid
AmsterdamAmsterdam
Zuid Oost
RAIAmsterdam Amsterdam
Muiderpoort
Nieuwe
Amsterdam Am ter m- jnka
Ri vaa Science Diep Park ste dam Rijnk nem Di Over-
Warmte De huidige warmtebronnen
Boesingheliede zijn op lange
Badhoevedorp Lijnden De warmtetransitie in Amsterdam
ng rt
v
Sloten
Lelylaan
park Zuid
Vondelpark
RAI
AmsterdamAmsterdam
Zuid RAIAmstel
Oost
Nieuwe
Amsterdam
Diep Am r
d -R Di
a
a al Over-
Ri aar Lelylaan Olympisch VUmc Zuid RAI Amsterdam Science Park
Diemen
Diemen st am ijnk nem aa
RAIAmstel

A Am
Badhoevedorp Lijnden ng t Vondelpark
• Ondergrondse ruimte in de bestaande termijn niet voldoende en niet duurzaam genoeg. Amsterdam er
da Rij na l

SchSinchin SchiSchiSchiSchiSchi
v Nieuw-West Nieuwe meer VUmc Amsterdam Zuid Amsterdam - a Over-
Ri aar Sloten stadion
Diemen
Diemen
Badhoevedorp Lijnden ng t
Nieuw-West Nieuwe meer
Olympisch Zuid
Amsterdam Amstel
RAIAmsterdam W m nk al
- a
va stadion VUmc Duivendrecht
Oost Amsterdam Ameesper Ri n
Diemen
Diemen Over-

lstel
ar Sloten Olympisch Zuid Amstel Science Park sd jn Diem
aa
stad, omdat het gasnet grotendeels wordt De toekomstige verdeling van warmtebron- Badhoevedorp
Haarlemmermeerpolder
t
Sloten
Nieuwe meer stadion VUmc
Amsterdam Zuid
RAI
Oost
Duivendrecht
Amsterdam
Diemen-Zui
Amsterdam
Science
AW
Diemen
Diemen
Park er er kan l
m etesp
stdda Diem
Olympisch
Amstel Diemen-Zui aa

tre t t
Ri Nieuwe meer RAI W
Haarlemmermeerpolder
Lijnden ng Nieuwe
Sloten Meer RAI Duivendrecht e e
esp m l

kv rek rek rek rek


rd er-R Diem
RAI Amsterdam
stadion VUmc
vervangen door een warmtenet (zie ook nen wordt gezamenlijk met de buurgemeenten Ri vaa Bosb
aan Amsterdam Zuid Diemen-Zui Diemen
Diemen
Wed am ijn
Over-

aa va va va va
Olympisch
Lijnden
Haarlemmermeerpolder ng rt Nieuwe Meer Nieuwe meer Zuid Duivendrecht
Badhoevedorp esper-R ka Gemeen-

r t ar ar ar ar
va
Bosb
aan stadion Amsterdam Amsterdam
Zuid RAIAmsterdam Di Over-
Wed
ar Sloten Zuid RAI Diemen-Zui ijn naem
Transitievisie warmte). afgestemd in de Regionale Structuur Warmte Haarlemmermeerpolder
Badhoevedorp t
Schiphol- Nieuwe Meer aan Amsterdam RAIAmstel
DuivendrechtDuivendrecht esper kan al Gemeen- schaps-

t t t
kel kel
Bosb Amsterdam Zuid Amsterdam Over-

t
VUmc
d Diaem
Badhoevedorp
Haarlemmermeerpolder Noord
Schiphol- Nieuwe Meer Nieuwe meer Olympisch RAI
Am Amstel Duivendrecht Diemen-Zui Diemen
Diemen a l Gemeen- schaps-
polder
Bosb
aan VUmc Amsterdam Amsterdam
Zuid RAI Diemen Over-

t
stadion s Diemen
RAI Duivendrecht Duivendrecht Diemen Weesper Diem Gemeen-
Sloten Meer Olympisch
Am tel polder
schaps-
• Hulpwarmtecentrales (variërend in grootte (RSW). Deze RSW maakt deel uit van de RES.
Badhoevedorp Noord
Schiphol- Nieuwe
Sloten
Nieuwe meer
B osba
an stadion VUmc Amsterdam st Over-
polder
Badhoevedorp Noord
Schiphol- Nieuwe meer RAI Am el Duivendrecht Diemen-Zui Wed Gemeen- schaps-

t
Haarlemmermeerpolder VUmc ste Duivendrecht esper
van 30 x 15 meter tot 60 x 40 meter): een Amsterdam zet daarbij in op nieuwe duurzame Amsterdam Zuid Diemen
Wed
Diem polder

tre tre tre tre tre


Haarlemmermeerpolder Luchthaven
Noord
Schiphol- Nieuwe Meer Nieuwe meer
RAI Am l
Duivendrecht Duivendrecht Diemen-Zui schaps-

kv kv kv kv kv
Amsterdam Zuid esper
Bosb
aan VUmc Amsterdam
Middelpolder
ste RAI Diemen
Diemen-Zui Wed
Over-
polder

aa aa aa aa aa
Haarlemmermeerpolder Schiphol Noord Am l ArenA
Nieuwe Meer Nieuwe meer
groei van acht in 2020 naar waarschijnlijk en betaalbare warmtebronnen zoals geothermie, Luchthaven Amsterdam RAI Duivendrecht Gemeen-

rt rt rt rt rt
Badhoevedorp aan Middelpolder ste esper G Over-
Bosb
Badhoevedorp
Haarlemmermeerpolder Luchthaven
Schiphol Schiphol- Nieuwe Meer Amsterdamse aan
l
Middelpolder
ArenA
Bijlmer
Duivendrecht Duivendrecht ArenAWed
Diemen-Zui esper
aa
G sp
Gemeen- schaps-
Schiphol Bosb VUmc onder ArenA
Diemen-Zui
Bijlmer Diemen
ArenA d aa
tien in 2040. restwarmte van datacenters en aquathermie.Haarlemmermeerpolder Schiphol
Schiphol Noord
Luchthaven
Schiphol- Nieuwe Meer Nieuwe meer
Amsterdamse
Bosb
aan VUmc onder
Middelpolder
Am
st
Duivendrecht
ArenA Diemen
G sp
Gemeen-
aa
polder
schaps-
Driemond
Noord
Luchthaven
Schiphol Schiphol- Nieuwe Meer Nieuwe meer
Amsterdamse Am el Bijlmer
Duivendrecht ArenA We G sp
Gemeen- polder
schaps-
Schiphol aan onder
Middelpolder Duivendrecht ArenA aa
• Warmte-overdrachtsstations (circa 30 x Noord Schiphol- Bosb Amstelveen
st
Am el Bijlmer
Duivendrecht Duivendrecht
ArenA
Diemen-Zui Wed
esper
G sp
Gemeen-
Driemon
polder
schaps-
Gemeente HaarlemmermeerpolderSchiphol Schiphol Schiphol-
LegendaOost
Amsterdamse onder
Amstelveen ste
Diemen-Zui
Bijlmer ArenA d
esper Gaasperplas aa Driemon
polder

tre tre
Noord Schiphol- Am l Duivendrecht sp schaps-
15 meter), een groei van de huidige twee Wind en zon in Amsterdam Gemeente Haarlemmermeerpolder Luchthaven Legenda
Schiphol- Nieuwe Meer Bos
Amsterdamse Gaasperplas

kv kv
Schiphol Oost aan onder
Amstelveen
Middelpolder ste Driemon
Bosb
Amsterdam
Schiphol- polder

aa aa
Gemeente
Noord
Legenda Nieuwe Meer en particuliere Bos Am l ArenA
Gaasperplas
Luchthaven City
City Deal-buurten
Deal-buurten en particuliere
initatieveninitiatieven Gemeen-

rt rt
Schiphol Oost aan ste G Driemon
Bosb
Amsterdam Schiphol- Bos Amstelveen
Middelpolder ArenA aa
naar mogelijk vier. Om de ambitie voor windenergie te realise-
Gemeente Luchthaven Legenda
Schiphol Schiphol- OostCity
All Deal-buurten
Electric: gestaag enaardgasvrij
particuliere
AMSTELVEEN
Amsterdamse initatieven
tussen 2020 en 2040
l
Ouderkerk a/d Amstel Duivendrecht Bijlmer ArenA Zuidoost Gemeen-
Gaasperplas G sp schaps-

Amsterdam Schiphol Schiphol- Bos Middelpolder


onder
Amstelveen Ouderkerk a/d Amstel ArenA aa
Duivendrecht Bijlmer ArenA
Amsterdam schaps-
Gemeente Legenda
Noord City Deal-buurten enaardgasvrij
particuliere initatieven Zuidoost Gaasperplas G sp polder

Gei Gei Gei GeiGein


Luchthaven
Schiphol Schiphol- All AMSTELVEEN Am Holendrecht
AllElectric: gestaag
Electric: gestaag tussen
aardgasvrij
Amsterdamse 2020 en2020
tussen 2040
toten 2040
• Regelkamers (ook wel ‘kleine WOS’ Amsterdam
ren zijn circa 17 nieuwe windturbines van 3 Oost
Aardgasvrij gasnet: gestaag tot onder
Middelpolder aa
Schiphol- Schiphol Noord Bos 70% gasbesparing 2040 A
ste
Ouderkerk a/d Amstel ArenA
Bijlmer Amsterdam
ArenA
Zuidoost G sp
Driemon
polder
Luchthaven
Schiphol City
All Deal-buurten
Electric:
Schinkelpolder
Aardgasvrij gestaag
gasnet: engestaag
particuliere
AMSTELVEEN
aardgasvrij initatieven
tot tussen
Amsterdamse
70% 2020 en 2040
gasbesparing tot 2040 onder ms l Holendrecht
Amsterdam
De Hoek Zuid
Schiphol- Schiphol Middelpolder tel
Ouderkerk a/d Amstel ArenA Amsterdam a Driemon
Hoofddorp Al (bijna)
Schiphol- volledig op het warmtenet Amstelveen Bijlmer HolendrechtGaasperplas Gaasp
ArenA
Zuidoost
genoemd; één per 300 tot 400 wonin- megawatt nodig. Hiervoor Gemeente
heeft de gemeenteSchiphol- in Legenda CityElectric:
All Deal-buurten
Schinkelpolder gestaag engestaag
particuliere
AMSTELVEEN
aardgasvrij initatieven
tot tussen
Amsterdamse 2020gasbesparing
en 2040
Schiphol AMC
De Hoek
Transitiekaart Zuid Schiphol OostAardgasvrij
Aardgasvrij
Al (bijna) gasnet:
gasnet:
volledig op hetgestaag
warmtenet70% totgasbesparing
70% tot 2040 tot 2040 onder
Amstelveen Ouderkerk a/d Amstel Amsterdam as Driemon
Hoofddorp Lokale
Schiphol- bronnetten enaardgasvrij
warmtenet:
Bos gestaag aardgasvrij tussen 2020 en 2032 Bijlmer ArenA
Zuidoost
Gemeente
AMC Holendrecht
De Hoek
Transitiekaart Zuid
Schiphol- Luchthaven Legenda Schinkelpolder
All
Al Electric:
Aardgasvrij
(bijna) gestaag
gasnet:
volledig op AMSTELVEEN
gestaag
het tot
warmtenettussen
Amsterdamse
70% 2020 en 2040
gasbesparing tot 2040 onder Gaasperplas p
Driemon
Schiphol Oost Amstelveen AMC Amsterdam
Amsterdam Lokalebronnetten:
bronnetten en warmtenet: gestaag aardgasvrij Middelpolder
gen; grootte: 5 x 3 meter), een groei van Hoofddorp
het voorjaar 2020 zoekgebieden aangewezen. Schiphol-
entussen
2040 2020 en 2032 Middelpolder
Gemeente
Bos ArenA
Luchthaven LegendaSchinkelpolder
Lokale gestaag aardgasvrij tussen 2020tot Holendrecht
Transitiekaart
De Hoek Zuid
schaal 1:90.000 opSchiphol- Schiphol OostCity
Al Deal-buurten
Aardgasvrij
Al(bijna)
(bijna) gasnet:
volledig en
op
volledig particuliere
Bovenkerk
gestaag
het
op warmtenet
het initatieven
totwarmtenet
70% gasbesparing 2040 Ouderkerkerplas Gaasperplas G
Driemon
Amsterdam Lokale bronnetten en warmtenet: gestaag aardgasvrij tussen 2020 en 2032Amstelveen
A4 Schiphol- ArenA a
Hoofddorp
0 4 km Lokale bronnetten: gestaag Bos
aardgasvrij tussen 2020 en 2040
Gemeente Legenda Schinkelpolder Bovenkerk Ouderkerk a/d Amstel Ouderkerkerplas Bijlmer
AMC ArenA
Zuidoost a
Gaasperplas Ga sp
Transitiekaart
De Hoek schaal 1:90.000 op Zuid Schiphol Warmtenetbuurt:
City
All Deal-buurten
Electric: gestaaggefaseerd aardgasvrij
enaardgasvrij
particuliere
AMSTELVEEN tussen
initatieven
tussen 2020 en2020
2040en 2030
omstreeks 800 tot 2040, een vervijfvoudi- OostAl (bijna) volledig op Amsterdamse
het warmtenet
Amsterdam
0 A4 4Schiphol
km Lokale bronnetten en warmtenet: gestaag aardgasvrij tussen onder
2020 en 2032Amstelveen as A
Hoofddorp Lokale
Schiphol- bronnetten: gestaag aardgasvrij
Bos tussen 2020 en 2040 Ouderkerk a/d Amstel Ouderkerkerplas Bijlmer ArenA
AMC Amsterdam
Gemeente
Transitiekaart Oude Meer Legenda Warmtenetbuurt:
City Deal-buurten
Warmtenetbuurt:
All Electric: gestaag gefaseerd
en aardgasvrij
Bovenkerk
particuliere
Amsterdamse
gefaseerd aardgasvrij
AMSTELVEEN
aardgasvrij tussen tussen
initatieven
tussen
2020 2020
en2022
2040 en2032
en 2030 onder
Zuidoost
Holendrecht Gaasperplas p
DriemonA

Gei Gei Gei Gei Gei


schaal 1:90.000 op A4
Amsterdam
0 Schiphol- 4Schiphol
km Oude Meer OostAardgasvrij
Lokale
Lokale gasnet:
bronnetten
bronnetten gestaag
en en tot
warmtenet: 70%
warmtenet: gasbesparing
gestaag gestaag tot
aardgasvrij 2040
aardgasvrij
tussen tussen
2020 2020
en 2032
City bronnetten:
Warmtenetbuurt:
Deal-buurten gestaag
gefaseerd aardgasvrij
Bos
aardgasvrij
Bovenkerk
engestaag
particuliere tussen
tussen
initatieven 2020
2020 en
en 2040
2030 Ouderkerk a/d Amstel Ouderkerkerplas Amsterdam
Zuidoost
ging ten opzichte van nu. Van zoekgebieden
november 2020
naar
De Hoekvoorkeurs- Zuid
schaal 1:90.000 op A4 Warmtenetbuurt:
All Electric:
Schinkelpolder
Warmtenetbuurt:
Aardgasvrij gestaag
gasnet: gefaseerd
gefaseerd aardgasvrij
AMSTELVEEN
aardgasvrij
tot tussen
starten
70% vanaf tussen
2020 en 2022
2030
gasbesparing 2040 en2040
tot 2032 Holendrecht DriemonA
Amsterdam
0 Schiphol-
Rozenburg 4 km Oude Meer Al (bijna) volledig op het warmtenet Ouderkerk a/d Amstel Ouderkerkerplas Amsterdam
Hoofddorp
november 2020 Lokale bronnetten:
Warmtenetbuurt:
enElectric:
Schiphol- 2032 gestaag gestaag
gefaseerd aardgasvrij
aardgasvrij
Bovenkerk tussen
tussen 2020
2020
2022 en
en 2040
2030
2032 Amstelveen Zuidoost
AMC Holendrecht
Gemeente City Deal-buurten engestaag
particuliere initatieven
Programma Amsterdam Aardgasvrij Schiphol- Legenda All AMSTELVEEN
aardgasvrij tussen 2020 enfasering
2040

st st st st stel
De Hoek schaal Zuid Schinkelpolder
Warmtenetbuurt:
Aardgasvrij gasnet: gefaseerd starten
tot 70% vanaf 2030
gasbesparing tot 2040 A
0
gebiedenHoofddorp Transitiekaart 1:90.000 Rozenburg
op A4
Schiphol- 4 km
Schiphol- Oude Meer Nieuwbouw-
OostAl (bijna)
Schiphol-
Lokale en transformatiegebied:
volledig
bronnetten op
enhet warmtenet
warmtenet: volgt
gestaag de
aardgasvrij van
entussende2020
gebiedsontwikkeling
en 2032Amstelveen Ouderkerk a/d Amstel AMC Amsterdam
Gaasperplas

Gemeente
november 2020 Rijk Legenda Warmtenetbuurt: gefaseerd aardgasvrij tussen 2020 2030 Zuidoost

Am Am Am Am Am
Programma Amsterdam Aardgasvrij Zuid Bos 2022 2032de Holendrecht

el el el el
Meer informatie:
De https://www.amsterdam.nl/aardgasvrij
Hoek Schinkelpolder
Warmtenetbuurt:
All Electric: gestaag gefaseerd starten
AMSTELVEEN
aardgasvrij tussenvanaf
20202030
enfasering
2040 Ho Abcoude Gaasperplas A
Transitiekaart Rozenburg
Schiphol- OostAardgasvrij
Nieuwbouw-
Al (bijna) gasnet:
en
volledig opgestaag
het tot
warmtenet70%
transformatiegebied: gasbesparing
volgt de tot tussen
2040
van gebiedsontwikkeling le nd Amsterdam
Amsterdam Grotendeels
Lokale onbebouwd
bronnetten en warmtenet: gestaag aardgasvrij 2020 en 2032
Hoofddorp
november
Programma 2020
Amsterdam Aardgasvrij Rijk
Schiphol- Oude Meer Bos t Abcouder-
Meer informatie: https://www.amsterdam.nl/aardgasvrij
aardgasvrij@amsterdam.nl Lokale
Lokale bronnetten:
bronnetten:
Schinkelpolder
Warmtenetbuurt: gestaag
gefaseerd aardgasvrij
gestaag
aardgasvrij
starten
Bovenkerk vanaftussen
aardgasvrij
tussen
2030 2020
tussen
2022 en
en 2040
2020
2032 en 2040 Ho re ch AMC
Holendrecht AbcoudeGei n
De zoekgebieden Transitiekaart
zijnDe Hoek
voor de RegionaleZuid City Deal-buurten
Nieuwbouw-
Aardgasvrij
Al (bijna) gasnet:
volledig en
op particuliere
en transformatiegebied:
gestaag
het tot 70%
warmtenet initatieven
volgtaardgasvrij
de fasering
gasbesparing van de2020
tot tussen
2040 gebiedsontwikkeling Ouderkerkerplas meer
Amsterdam
0november schaal 1:90.000 Rozenburg
Schiphol-
op A4 Rijk Grotendeels
Lokale onbebouwd
bronnetten en warmtenet: gestaag en 2032 le n
dr c h t
Hoofddorp
Programma
Meer Amsterdam
informatie:
2020 Aardgasvrij
https://www.amsterdam.nl/aardgasvrij 4 km
Schiphol- Een
Lokaleaanzienlijk deel
bronnetten: van warmteaansluitingen
gestaag aardgasvrij tussen nog
2020op kookgas
en 2040 Ouderkerk a/d Amstel Ouderkerkerplas
Ho AMC Abcouder- Zuidoost
AbcoudeGei n

Warve r
aardgasvrij@amsterdam.nl City Deal-buurten en particuliere initatieven e
©2020 Gemeente
De Amsterdam,
Transitiekaart
Hoek Basisinformatie/OIS
Zuid - DataPunt Warmtenetbuurt:
Schinkelpolder
Nieuwbouw-
All Electric: endeelgefaseerd aardgasvrij
Bovenkerk
starten
transformatiegebied:
gestaag AMSTELVEEN
aardgasvrij tussenvanaf tussen
volgt
20202030
de
en 2020 en
fasering
2040 2030
van de2020
gebiedsontwikkeling le nd meer

Duurzaam Grotendeels onbebouwd


0Programma schaal 1:90.000 Rozenburg
op A4 Rijk Al (bijna)
Lokale volledig
bronnetten op
en het warmtenet
warmtenet: gestaag aardgasvrij tussen en 2032 r e c ht Abcouder- A
Hoofddorp
Meer
©2020informatie: https://www.amsterdam.nl/aardgasvrij
aardgasvrij@amsterdam.nl
Amsterdam Aardgasvrij 4 km Oude Meer
Schiphol- Een
Lokale aanzienlijk
bronnetten:
Warmtenetbuurt: van warmteaansluitingen
gestaag
gefaseerd aardgasvrij
aardgasvrij tussen
tussennog
2020open
2020 kookgas
en 2040
2030
Ouderkerk a/d Amstel Ouderkerkerplas
Ho
Polder Waardassacker Amsterdam AbcoudeGei n
Zuidoost
Energie Strategie Noord-Holland
Gemeente
Zuid
Amsterdam,
1:90.0001.0
op A4 (RES
Basisinformatie/OIS - DataPunt Warmtenetbuurt: gefaseerd
Bovenkerk aardgasvrij tussen 2020 en 2030 AMC meer

Gein
Warve
0 Transitiekaart
schaal All Electric:
Warmtenetbuurt:
Nieuwbouw-
Grotendeels
Aardgasvrij
Een gestaag
aanzienlijkendeel
onbebouwd
gasnet: AMSTELVEEN
aardgasvrij
gefaseerd
gestaag
van tot tussen
aardgasvrij
transformatiegebied:
70% 2020 en
tussen
volgt de
gasbesparing
warmteaansluitingen nog2040
2022
op en
fasering
tot 2032de2020
van
2040
kookgas gebiedsontwikkeling le nd t Holendrecht Abcoude A
Schiphol- Rijk 4 km Lokale
Lokale bronnetten en
bronnetten:gefaseerdwarmtenet:
gestaag aardgasvrij gestaag
tussen aardgasvrij
2020 en 2040 tussen en 2032 en Holendrecht
Polder r ech
Waardassacker Amsterdam
Abcouder- Polder
n

Gein
Amsterdam, Basisinformatie/OIS - DataPunt Oude Meer
aardgasvrij@amsterdam.nl
©2020informatie:
Meer Gemeente https://www.amsterdam.nl/aardgasvrij Warmtenetbuurt: aardgasvrij
Bovenkerk tussen 2020 en 2030 Ho Holendrecht AbcoudeGei

r ve
Ouderkerkerplas
energiesysteem
november 2020 meer
De Hoek
Aalsmeerderbrug Zuid
schaal 1:90.000 op A4
Schiphol- Warmtenetbuurt:
Schinkelpolder
Aardgasvrij
Warmtenetbuurt:
Grotendeels gefaseerd
gasnet: gestaag
gefaseerd
onbebouwd aardgasvrij
tot 70%vanaf
starten tussen
gasbesparing
2030 2022 en2040
tot 2032 Polder de Rondehoep le nd
en Holendrecht Abcoude Polder A
0 4 km Een aanzienlijk deel van warmteaansluitingen nog op kookgas r e c ht Baambrugge-

Wa
1.0) verkleind en geprioriteerd. De Amster-
©2020 Gemeente Amsterdam,
aardgasvrij@amsterdam.nl
Hoofddorp Rozenburg
Basisinformatie/OIS Schiphol- Oude Meer
- DataPunt Al (bijna)
Lokale volledig
bronnetten:
Warmtenetbuurt: op hetBovenkerk
warmtenet
gestaag
gefaseerd aardgasvrij
aardgasvrij tussen 2020
Bovenkerker
tussen 2020 en
en 2040
2030 Polder Waardassacker Abcouder- in

Wrave
november
Programma 2020
Amsterdam Aardgasvrij Warmtenetbuurt:
Schinkelpolder gefaseerd aardgasvrij 2022
tussen 2032 en 2032
2022 Ouderkerkerplas meer Ge

el el el el el
De Hoek
Transitiekaart
Aalsmeerderbrug Zuid
schaal 1:90.000 Rozenburg
op A4 Warmtenetbuurt:
Al (bijna)
Nieuwbouw- volledig gefaseerd
op
endeel het starten
warmtenet
transformatiegebied: vanaf 2030
volgtPolder
denog
fasering van de Polder de Rondehoep
gebiedsontwikkeling enStokkelaarsbrug
Holendrecht
AMC Abcoudeoostzijde
Polder
Baambrugge- A

st st st st st
0 4 km Een aanzienlijk van warmteaansluitingen op
Bovenkerker kookgas Polder Waardassacker
Hoofddorp Schiphol- Oude Meer
Rijk Lokale bronnetten en
Warmtenetbuurt: gefaseerdwarmtenet:
gefaseerd startengestaag
aardgasvrij aardgasvrij
tussen 2020 tussen
en 2030 2020 en 2032

Am Am Am Am Am
©2020 Gemeente
november 2020 Amsterdam, Basisinformatie/OIS - DataPunt AMC

War ve r Wave
Programma
Meer Amsterdam
informatie:
TransitiekaartAardgasvrij
https://www.amsterdam.nl/aardgasvrij
Aalsmeerderbrug Warmtenetbuurt: vanaf 2030 2022 2032de Polder de Rondehoep Stokkelaarsbrug
Ho Abcoude
Abcoude oostzijde A
Regionale Energiestrategie damse gemeenteraad heeft op 26 mei 2021 Rozenburg Rijk
Schiphol- Oude Meer
Nieuwbouw-
Lokale
Grotendeels
Lokale
en transformatiegebied:
bronnetten en
onbebouwd
bronnetten: warmtenet:
gestaag
volgtaardgasvrij
gestaag
aardgasvrij
de faseringtussen
Polder
Bovenkerker
tussen
van gebiedsontwikkeling
2020 en 2032 en Holendrecht
Polder le nd
Waardassacker
r e c ht Abcouder-
Baambrugge-
Polder
de 2020 en
en 2040
november
Programma 2020
Amsterdam
Meer informatie: Aardgasvrij
https://www.amsterdam.nl/aardgasvrij
aardgasvrij@amsterdam.nl aardgasvrij tussen 2022 2032de gebiedsontwikkeling Stokkelaarsbrug
Ho in
Aalsmeerderbrug Rozenburg
schaal 1:90.000 op A4 Rijk Warmtenetbuurt:
Warmtenetbuurt:
Nieuwbouw-
Grotendeels gefaseerd
gefaseerd
Bovenkerk starten
starten
en transformatiegebied:
onbebouwd vanaf
volgt vanaf
2030 2030
fasering
Polder
Bovenkerker van Polder de Rondehoep Ouderkerkerplas
en Holendrecht
le nd
r e c ht
meer Abcoude
AbcoudeGe oostzijde
Baambrugge-
Polder
0november
Programma Amsterdam
2020
Meer informatie: Aardgasvrij
https://www.amsterdam.nl/aardgasvrij 4 km
Schiphol- Lokale
Een bronnetten:
aanzienlijk deel gestaag aardgasvrij
vanBovenkerk tussen
warmteaansluitingen 2020
nog open 2040
kookgas Abcouder-
In het nationale Klimaatakkoord heb- ingestemd met de RES 1.0. In alle zoekgebieden
0
aardgasvrij@amsterdam.nl
©2020 Gemeente Amsterdam,
Aalsmeerderbrug Basisinformatie/OIS
schaal 1:90.000 op A4
Rozenburg
- DataPunt
Rijk 4 km
Warmtenetbuurt:
Nieuwbouw-
Grotendeels en gefaseerd aardgasvrij
starten vanaf
transformatiegebied:
onbebouwd
Een aanzienlijk deel
tussen
volgt
van warmteaansluitingen
2030
de 2020 en
fasering
Polder
Bovenkerker
nog open
2030de gebiedsontwikkeling
van
kookgas
Polder de Rondehoep Stokkelaarsbrug
Ho
Ouderkerkerplas
le nd
r e c ht
meer
Abcouder-
AbcoudeGei n oostzijde
Baambrugge- A
Meer
©2020informatie:
Programma
Gemeente https://www.amsterdam.nl/aardgasvrij
Amsterdam
aardgasvrij@amsterdam.nl Aardgasvrij
Amsterdam, Schiphol-
Basisinformatie/OIS - DataPunt Oude Meer Warmtenetbuurt: gefaseerd aardgasvrij tussen 2020 2030 Polder Waardassacker
Ho
Stokkelaarsbrug meer AbcoudeGei n

Warve
Nieuwbouw-
Warmtenetbuurt:
Nieuwbouw-
Grotendeels en en transformatiegebied:
gefaseerd aardgasvrij
transformatiegebied:
onbebouwd tussen
volgt devolgt
2022 de
en
fasering
Polder
Een aanzienlijk deel van warmteaansluitingen nog op kookgas fasering
2032
van de van de
gebiedsontwikkeling le nd
r e c ht Abcoude oostzijde A
ben de lokale overheden en de partners van is een grens gehanteerd van ten minste 350
aardgasvrij@amsterdam.nl
Meer
©2020informatie:
2020 https://www.amsterdam.nl/aardgasvrij
Gemeente Rijk
Amsterdam, Basisinformatie/OIS - DataPunt Oude Meer
Warmtenetbuurt: gefaseerd
gefaseerd starten
aardgasvrij tussen 2022 en 2032
en Holendrecht
Polder Waardassacker
Ho
Abcouder- in Polder

r ve
november Polder de Rondehoep
meer Abcoude Ge
Abcoude
Aalsmeerderbrug Rozenburg Warmtenetbuurt:
Grotendeels
Een onbebouwd
aanzienlijk vanaf
deel van warmteaansluitingen
gebiedsontwikkeling 2030nog op kookgas en le nd
Holendrecht r e c ht Baambrugge-
Polder

Wa
Bovenkerker Polder Waardassacker Abcouder- in
november 2020
©2020 Gemeente Amsterdam,
aardgasvrij@amsterdam.nl Basisinformatie/OIS - DataPunt

Wrave
Programma Amsterdam Aardgasvrij Schiphol- Warmtenetbuurt: gefaseerd starten vanaf 2030 meer Ge

el el
Stokkelaarsbrug Abcoude
het Rijk afgesproken dat dertig energieregio’s meter afstand vanaf geluidsgevoelige bestem-
Aalsmeerderbrug Rozenburg Nieuwbouw- endeel
transformatiegebied: volgtBovenkerker
denog
fasering Polder de Rondehoep
van de gebiedsontwikkeling en Holendrecht oostzijde
Polder
Baambrugge-

st st
Rijk
Schiphol- Een aanzienlijk van warmteaansluitingen Polder op kookgas Polder Waardassacker

Am Am
Programma Amsterdam
©2020informatie:
Gemeente Aardgasvrij
Amsterdam, Basisinformatie/OIS - DataPunt

vearve r Wave
Meer https://www.amsterdam.nl/aardgasvrij Polder de Rondehoep Stokkelaarsbrug
Ho Abcoude
Aalsmeerderbrug Nieuwbouw-
Grotendeels en transformatiegebied: volgtBovenkerker
onbebouwd de fasering van de gebiedsontwikkeling
Polder en Holendrecht
le Abcoude oostzijde
Baambrugge-
Polder
informatie: https://www.amsterdam.nl/aardgasvrijRijk Grotendeels onbebouwd Polder Ho ndr e c h t
Waardassacker Abcouder-
in Nederland een Regionale Energiestrategie mingen, zoals woningen. Vanwege de wette-
Meer
aardgasvrij@amsterdam.nl
Aalsmeerderbrug Grotendeels onbebouwd Polder
Bovenkerker
Polder de Rondehoep Stokkelaarsbrug
le nd
en Holendrecht r e c ht
meer
Abcouder-
Abcoude in
Abcoude
Ge oostzijde
Baambrugge-
Polder
aardgasvrij@amsterdam.nl
©2020 GemeenteAalsmeerderbrug
Amsterdam, Basisinformatie/OIS - DataPunt Een aanzienlijk deel van warmteaansluitingen nog op kookgas Polder de Rondehoep Stokkelaarsbrug meer Ge
in
oostzijde
Polder Baambrugge-
(RES) opstellen. Overheden, netbeheerders, het lijke geluidsnormen zijn binnen of op die grens
©2020 Gemeente Amsterdam, Basisinformatie/OIS - DataPunt Een aanzienlijk deel van warmteaansluitingen nog op
Bovenkerker kookgas
Een aanzienlijk deel van de warmteaansluitingen nog op kookgas Polder Waardassacker
Stokkelaarsbrug

WaW
Polder oostzijde
Abcoude
en Holendrecht
Polder Waardassacker Polder
bedrijfsleven en waar mogelijk bewoners maken windturbines zo goed als onmogelijk.
Aalsmeerderbrug Polder de Rondehoep en Holendrecht Abcoude
Polder
Baambrugge-
Bovenkerker
Aalsmeerderbrug Polder de Rondehoep Stokkelaarsbrug Baambrugge-
oostzijde
Bovenkerker
Polder
regionaal gedragen keuzes voor duurzame RES-kaart wind Amsterdam Polder
Stokkelaarsbrug oostzijde

opwek van 35 terawattuur aan elektriciteit. Daarnaast is voor elk zoekgebied een
Ook de warmtetransitie en de daarvoor beno- belangenafweging gemaakt. Welke aspecten per
digde infrastructuur hoort daarbij. Alles wordt zoekgebied doorslaggevend zijn geweest is te
vertaald naar gebieden en projecten. Na vast- lezen in de RES 1.0. De belangenafweging heeft
stelling van de eerste RES door gemeenteraden, geleid tot een prioritering van de gebieden in
Provinciale Staten en de algemeen besturen van voorkeursgebieden, reservegebieden en extra
de waterschappen in 2021, wordt de RES om de reservegebieden.
twee jaar geactualiseerd. Amsterdam valt onder
de RES-regio Noord-Holland Zuid, waarin de De groene gebieden zijn de voorkeursge-
stad een eigen deelregio vormt en dus zelf een bieden. Hier wil Amsterdam zo spoedig moge-
energiebod doet. lijk medewerking onder voorwaarden verlenen Gemeentegrens
aan initiatiefnemers. Waarschijnlijk kan de
Amsterdam heeft de ambitie om in 2030 windambitie binnen de voorkeursgebieden
Zoekgebieden wind:
minstens 127 megawatt vermogen windenergie gerealiseerd worden. Zo niet, dan wordt naar de
Bestaande windturbine
te realiseren, en 400 megawatt zonne-energie gele gebieden gekeken. De rode gebieden komen
op grote daken en dubbelgebruik van stede- pas aan bod als de ambitie niet gehaald wordt in LIB hoogtelijnen Schiphol
lijke ruimtes. Daarnaast wil de gemeente 150 de groene en gele gebieden. Hoogspanningsmasten
megawatt op kleine daken realiseren, zodat in
Voorkeursgebied
2030 de helft van alle geschikte daken voor zon- Nieuwe dialoog in de tussenfase
Reservegebied
ne-energie wordt gebruikt. Voor zon zijn extra Na vaststelling van de RES 1.0 wordt een
zoekgebieden opgenomen, met de toevoeging tussenfase ingelast. De gemeente zal in deze tus- Extra reservegebied
“nee, tenzij”. senfase samen met het betreffende stadsdeel en Contour geluidsgevoelig
eventueel initiatiefnemer(s) in gesprek gaan met object Havengebied

170 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 171
bewoners(groepen) en andere belanghebbenden is dit jaar vastgesteld. Deze TVW wordt verder energiesystemen. De komende jaren verwach- ringsinstallaties wordt gebruikt voor het
over hoe windenergie het beste gerealiseerd uitgewerkt in buurtuitvoeringsplannen, die ten wij een flinke groei in bodemenergiesyste- verwarmen van de gebouwde omgeving.
kan worden in de zoekgebieden, welke andere vervolgens worden vastgelegd in omgevings- men, vooral in nieuwe gebiedsontwikkelingen • Thermische energie uit drinkwater (TED):
opgaven tegelijkertijd onderdeel kunnen worden plannen. De doelstellingen van de TVW zijn: en transformatiegebieden. De potentie van de warmte of koude uit grote drinkwaterlei-
van de uitwerking en waar de ruimte zit voor • Alle nieuwbouw in Amsterdam aard- ondergrond willen we daarbij benutten, met een dingen wordt gebruikt voor het verwar-
optimalisatie. Ruimtelijke wensen zoals voor- gasvrij. Tot op heden ligt de nadruk op goede gemeentelijke regie, waarbij we eventuele men van de gebouwde omgeving.
keurslocaties zijn onderdeel van het gesprek. gebieden met grootschalige nieuwbouw negatieve effecten op de omgeving voorkomen. De potentie van aquathermie in Amster-
of transformatie. In de nabije toekomst zal Daartoe zijn er binnen Amsterdam nu zeven dam is groot, vooral die uit oppervlaktewater.
Ook worden belangen zoals (toekomstige) ook sloop/nieuwbouw van een individueel interferentiegebieden vastgesteld; dit aantal zal In de transitievisie warmte (TVW) is berekend
gebiedsontwikkeling, landschappelijke, recre- gebouw aardgasvrij moeten worden gerea- worden uitgebreid. dat voor 46 Amsterdamse wijken een bronnet
atieve en natuurwaarden, en cultureel erfgoed liseerd, ook als de wijk zelf nog met aardgas het voorkeurssysteem is. Door de warmte van
(UNESCO Werelderfgoed zoals de grachtengor- wordt gevoed. Geothermie een aquathermie-bron op te waarderen wordt de
del en Stelling van Amsterdam) meegewogen • Alle bestaande bouw gaat planmatig de Er is nog weinig bekend over de potentie warmte ook geschikt voor minder goed geïso-
tijdens de nadere uitwerking. Zie ook de RES stap naar aardgasvrij maken, in het ritme van geothermie in de Amsterdamse regio. Seis- leerde woningen via een warmtenet (40° of 70°).
1.0, waarin per voorkeursgebied aandachtspun- van de TVW en met de preferente techniek misch onderzoek wijst naar verwachting eind Dit kost extra elektrische capaciteit bij de bron en
ten beschreven worden. voor de betreffende buurt. 2021 uit of en waar de ondergrond geschikt is vooral bij de 40°-wijken een reële optie.
• De energie-infrastructuur zal in alle is. Op basis van deze informatie zal worden
Van voorkeurslocatie naar initiatief straten worden vernieuwd. De ruimte- bepaald waar op welke diepte aardwarmte kan Aquathermie door middel van een bronnet
De gemeente, initiatiefnemer(s), bewoners lijke inpassing hiervan, gecombineerd worden gewonnen: < 500 m levert warmte tot is lokaal zeer geschikt voor het verwarmen en
en belanghebbenden ontwikkelen vervolgens met de andere opgaven die ruimte vragen, 30 °C, 500 m – 4000 m tot 120 °C, of >4000 koelen van nieuwbouwwoningen en utiliteit
samen een participatieplan voor het gebied. In vormt een grote uitdaging. Ondergronds is m meer dan 120 °C. Dit onderzoek bepaalt (kantoren hebben naast warmte- ook een kou-
het participatieplan wordt beschreven hoe het ruimte nodig voor warmtenetten, wko’s en daarmee sterk de locatie en diepte van de ruim- devraag). Grootschalige nieuwbouw en trans-
participatieproces (samenwerking tussen initia- geothermie. Daarnaast is ruimte en regu- telijke reservering in de ondergrond. formatiegebieden zoals Haven-Stad, maar ook
tiefnemers en omwonenden) wordt vormgege- lering belangrijk om interferentie tussen Een aardwarmtebron kan het beste nabij gebieden met veel kantoren, zijn zeer geschikt
ven. Gezamenlijk wordt besloten hoe bewoners warmtebronnen te voorkomen. Zie ook de een warmtenet liggen. Dit bespaart kosten voor aquathermie-toepassingen. Bronnetten
betrokken en geïnformeerd willen worden. paragraaf Ondergrond. Op het maaiveld en warmteverlies. Bovengrondse ruimtelijke zijn lokaal, dus er zijn ruimteclaims te verwach-
In elke fase van het lokale participatieproces zijn meer warmteoverdrachtstations en reserveringen voor geothermie zullen dus ten rondom de grote waterlopen en meren in de
kunnen bewoners vragen stellen, adviseren, warmteregelkamers nodig. voornamelijk aan de randen van de stad komen buurt van kantoorgebieden en gebiedsontwik-
en soms ook meebeslissen. Bewoners kunnen te liggen, nabij het warmtenet. De bovengrondse kelingen (zie kaart hieronder). Een aquather-
onderwerpen inbrengen waarover ze willen De kaart hiernaast geeft de meest prefe- minimale benodigde ruimte voor geothermie in mie-installatie bestaat uit een inlaat, uitlaat en
worden geïnformeerd. Het college moet het par- rente techniek voor aardgasvrij, en de planning de gebouwde omgeving bedraagt een half tot één een regelcentrale met apparatuur.
ticipatieplan goedkeuren voordat er het lokale in de tijd. Deze opgave wordt nog uitgewerkt. voetbalveld voor boring, opslagruimte, logistiek
participatieproces gestart wordt en verdere en veiligheidszone. Als we in 2040 voor 20% van
uitwerking van een wind-initiatief mogelijk is. De bodem als energiefabriek het warmteaanbod gebruik willen maken van Klimaatbestendig
De Amsterdamse ondergrond heeft een geothermie, dan zullen er zo’n twintig boorloca- Amsterdam en waterbeheer gaan al eeuwen-
De gemeente verbindt voorwaarden aan grote potentie voor het bufferen en leveren van ties van gemiddeld 10 MW ontwikkeld moeten lang samen. Vanaf het moment dat de dam in
de medewerking van initiatieven. Ook in dit warmte en koude. Er zijn verschillende syste- worden. De komende jaren zullen er opsporings- de Amstel werd gelegd, werden maatregelen
stadium staan de gezondheid en veiligheid men: open warmte-en-koudeopslagsystemen vergunningen worden aangevraagd. genomen om wonen en werken in een moeras-
van mens en natuur voorop. Een initiatiefne- (wko) in watervoerende lagen, gesloten bodem- gebied mogelijk te maken: het graven van sloten
mer is verplicht onderzoek te doen naar onder energiesystemen (bodemwarmtewisselaars, Aquathermie en grachten, het aanleggen van dijken en pol-
andere de effecten op de ecologie, ruimtelijke GBES), aquathermie en geothermie. Aquathermie is een bron die de gebouwde ders, het ophogen van land. Klimaatverandering
inpassing, geluid, slagschaduw en veiligheid. omgeving kan verwarmen via warmtenetten (70°, brengt nieuwe problemen met zich mee. De zee-
Dit onderzoek moet uitwijzen of een locatie Wko 40°). Daarnaast kan aquathermie nieuwbouw en spiegel stijgt, het weer wordt onvoorspelbaarder,
mogelijk is, en er wordt verplicht een milieu- Bodemenergie is de warmte-en-koudewin- utiliteitsector verwarmen én koelen via een bron- extremen worden extremer.
effectrapportage gemaakt. Bij het komen tot ning en -opslag in de ondergrond tot 500 meter. net (20°). Aquathermie bestaat uit drie typen:
locaties wordt opnieuw rekening gehouden met Een bodemenergiesysteem heeft een warme • Thermische energie uit oppervlaktewater Deze nieuwe uitdagingen zijn onderverdeeld
de uitgangspunten voor een integrale afweging. en koude bel van grondwater die reageert op de (TEO): warmte of koude uit oppervlak- in vier thema’s, met ieder een eigen doelstelling:
Zie het deel WAAR, hoofdstuk 7. bovengrondse vraag (in de winter warmte en tewater zoals een meer of gracht wordt 1. Wateroverlast. De laatste jaren is er een
in de zomer koude). Een bodemenergiesysteem gebruikt voor het verwarmen of koelen van trend van steeds meer extreme buien.
Transitievisie warmte moet in balans blijven en wordt daardoor vaak de gebouwde omgeving. De regenwaterknelpuntenkaart laat zien
Iedere gemeente stelt een eigen transitie- geregenereerd door een bron. Amsterdam telt • Thermische energie uit afvalwater (TEA): op welke plekken in Amsterdam dat tot
visie warmte (TVW) op. Die van Amsterdam al honderden open wko-systemen en gesloten warmte uit persriolen of rioolwaterzuive- schade leidt. Het doel is om schade te voor-

172 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 173
komen en tegelijkertijd regenwater te laten kan schade veroorzaken aan stedelijk groen op de vitale en kwetsbare infrastructuur van kennis van klimaatverandering, aan de hand
bijdragen aan een aantrekkelijke, comforta- en funderingen. Ook veroorzaakt het veen- de MRA. van het Klimaatsignaal ’21, een strengere norm
bele en leefbare stad. oxidatie, slechtere (zwem)waterkwaliteit, bui introduceren, te differentiëren per gebied,
2. Overstromingen. Overstromingen kun- verzilting en bodemdaling en kan droogte Vergroenen waardoor rekening gehouden moet worden met
nen nu in Amsterdam optreden vanuit de het proces van verzakkingen met bescha- Veel klimaatadaptieve maatregelen houden een hogere norm aan hemelwateropvang en met
Noordzee (via IJmuiden), het Markermeer, digingen aan leidingen en netwerkkabels verband met het vergroenen van de stad, omdat bijhorende ruimtelijke consequenties.
de Lek en de regionale watersystemen. versnellen. Het doel is om Amsterdam beter groen water vasthoudt en hittestress tegengaat.
Voor het watersysteem komen de limieten bestand te maken tegen langdurige perioden Niet voor niets is klimaatadaptatie een van de Overstromingen
in zicht. Het doel is om de kans op over- van droogte en het voorkomen en beperken vier hoofdredenen om Amsterdam groener en De zorg voor veilige waterkeringen en zo
stromingen te verkleinen en de gevolgen van schade aan gebouwen, groen, infrastruc- natuurinclusiever te maken; zie ook de strate- laag mogelijke overstromingskansen ligt bij de
bij een eventuele overstroming te beperken. tuur, water en dijken. gische keuze Rigoureus vergroenen in Deel I waterbeherende partijen. De gemeente heeft
3. Hitte. Het huidige klimaat meet gemiddeld VISIE en de paragraaf Groen in het hoofdstuk hierbij de verantwoordelijkheid dat binnen
twintig zomerse dagen in de regio Amster- Nieuwe richtingen Leefbare stad. ruimtelijke projecten de huidige primaire en
dam. Dit aantal gaat flink oplopen. Op De strategie klimaatadaptatie uit 2020 Ook watermanagement vervult een sleu- regionale keringen niet doorsneden of verzwakt
tropische dagen is de stad een hitte-eiland, zet een stip op de horizon van 2050 voor een telrol bij klimaatadaptatie. Door goed lokaal worden, en er voldoende ruimte blijft voor
tot twaalf graden hoger dan het ommeland. klimaatbestendige stad en wat daarvoor nodig gebruik van regenwater via onder meer infiltra- toekomstige versterkingen.
Hittestress kan leiden tot tal van fysieke en is. In 2021 volgt een uitvoeringsagenda. tie en berging, waarbij rekening wordt gehou-
geestelijke problemen bij de mens en kan Klimaatbestendigheid is de komende jaren den met het lokale grondwaterpeil, kan schade Amsterdam maakt deel uit van een
maatschappelijk ontwrichtend zijn. Het een prioriteit bij ruimtelijke investeringen, door wateroverlast, hitte én droogte worden regionaal watersysteem. Het Noordzeeka-
doel is om Amsterdam beter bestand te beheer en onderhoud. In de MRA werken we verminderd. Zie met name de paragraaf Onder- naal-IJ-Amsterdam-Rijnkanaal is onderdeel
maken tegen hitte. samen in het programma klimaatadaptatie aan grond in het hoofdstuk Compacte stad. van het hoofdwatersysteem en is daarin de
4. Droogte. Regenbuien nemen toe, maar de bovenregionale opgaven van klimaatbesten- hoofdtransportas, met de gemalen IJmuiden en
droogte tussen de buien door ook. Droogte dige nieuwbouw en gebiedsontwikkeling en Rainproof Zeeburg als spuimogelijkheden voor overtol-
Amsterdam Rainproof is een netwerkaan- lig water. De boezemwatersystemen, zoals
pak van meer dan honderd partijen in de stad. de Amstel en de Amsterdamse grachten,
Gezamenlijk doel: Amsterdam beter bestand zijn hierop aangesloten. Aanvoerroutes naar
maken tegen hoosbuien. Rainproof gaat over de genoemde gemalen, waaronder dus de grach-
hele stad: private en publieke ruimte. Daarvoor ten, dienen voldoende vrije ruimte te bieden
wordt hemelwater tijdens hoosbuien tijdelijk voor berging en doorstroming van water.
opgevangen en via de oppervlakte afgevoerd, Zeespiegelstijging zet de afvoer binnen dit hele
dus bovengronds verwerkt, wegens betere watersysteem onder druk. In de toekomst kan
effectiviteit en doelmatigheid dan bij volledige het nodig zijn om in het Noordzeekanaal, maar
verwerking in de riolering ook het IJmeer en het Markermeer, meer ruimte
in verticale zin in te bouwen. Het huidige
Hemelwaterverordening streefpeil voor het Noordzeekanaal is -0,40
De gemeente heeft wettelijk de zorg om m NAP en het maximaal toelaatbare peil is nu
afvloeiend hemelwater te verwerken. Het 0,00 m NAP. In de toekomst is het verhogen
Gemeentelijk Rioleringsplan Amsterdam van het maximaal toelaatbare peil naar +0,20
(GRPA) 2016-2021, vastgesteld in 2016, m NAP mogelijk nodig. Voor het IJmeer is
geeft hieraan invulling. Het GRPA formuleert na 2050 mogelijk een extra peilopzet van 30
de ambitie dat de stad, op zowel privaat als cm ten opzichte van het huidige peilbesluit
publiek terrein, een bui met een herhalings- nodig. Het is wenselijk om hiermee rekening
kans van 1 keer per 100 jaar (toen zijnde een te houden bij de bepaling van maaiveldhoogtes
bui van 60 mm in 1 uur) kan verwerken zonder en inrichting van de ondergrond in ruimtelijke
schade aan huizen en vitale infrastructuur. ontwikkelingen langs de genoemde wateren en
Hiertoe is in de Hemelwaterverordening een in de vrijwaringszones van primaire keringen.
verplichting ingesteld om bij nieuwe bouwwer- Ook werkt peilverhoging onder meer door
ken het hemelwater op eigen perceel te bergen. in de doorvaarthoogten van de bruggen in de
Voor alle fysieke projecten van de gemeente binnenstad, de Schellingwouderbrug en (in de
zelf is dit een bindende norm. De opvolger van toekomst) de bruggen over het IJ. Hierover zul-
de GRPA, het Omgevingsprogramma Riole- len in de daarvoor bestemde trajecten nadere
ring 2022 – 2027, zal op basis van de actuele afspraken gemaakt moeten worden.

174 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 175
We wapenen we ons de komende decennia keringen langs de hoofdwateren voor kanaal en Noordzeekanaal minder streng thema’s hitte, droogte, wateroverlast en biodi-
op vier manieren tegen overstromingen: Amsterdam: de Lekdijk, IJmuiden en de geworden. Toch is het vanwege klimaat- versiteit in één integraal project worden meege-
1. Handhaving huidige keringen. Enkele jaren Markermeerdijk. Daarmee zijn de eisen aan verandering belangrijk om ook deze kerin- nomen. Weer-, water-, dak- en gebruikersdata
geleden is prioriteit gelegd bij de primaire de keringen langs het Amsterdam-Rijn- gen in de huidige staat te handhaven. worden slim gecombineerd, zodat water op
2. Meer ruimte voor het watersysteem. Het wijkniveau op basis van de weersvoorspellingen
Noordzeekanaal / IJ krijgt steeds meer kan worden vastgehouden of geloosd. Door
water te verwerken. Oplossingen in het verschillende daken met elkaar te verbinden
ruimtelijke domein zijn: het vasthouden ontstaat een nieuwe vorm van watermanage-
van water in de veenpolders, het toevoegen ment. Waterdoorlatende kademuren maken het
van ruimte in watersysteem, droogmake- mogelijk oppervlaktewater te gebruiken om het
rijen en stad, het mogelijk maken van een grondwater aan te vullen in tijden van droogte.
peilverhoging in het systeem, het extra
bergen van water in bergingsgebieden en Ruimtelijke principes
het afvoeren van water met extra pompen Hittestress wordt verminderd door zon-
en gemalen. wering, verkoelende luchtstromen, evapotrans-
3. Gevolgbeperking. Overstromingsrisi- piratie van vegetatie en schaduw. Droogte
co’s zijn in Amsterdam niet overal gelijk. treden we tegemoet met onder meer droogte-
Daarom is op kaart gezet in welke catego- resistente, zouttolerante en diverse beplanting.
rie een gebied valt, en welke maatregelen Op het schaalniveau van de agglomeratie heeft
kunnen worden genomen. De gebieden Amsterdam met zijn groene scheggen een groot
met een egale arcering kennen een grotere voordeel in het tegengaan van hittestress. Door
overstromingskans (meer dan eens in de groene, schaduwrijke routes naar koele gebie-
3.000 jaar). De gevolgen van een overstro- den te maken, kunnen ventilatiecorridors
ming kunnen worden beperkt door aange- naar gebieden met een stedelijk warmte-
past bouwen, evacuatieroutes en shelters, eiland ontstaan. Voor (nieuwe) gebouwen zijn
en veilige locatiekeuzes voor vitale en vele bouwregel-aanscherpingen denkbaar ten
kwetsbare functies, zoals ziekenhuizen en behoeve van een betere woningkwaliteit en
installaties voor elektriciteit, data en ICT. meer bescherming tegen hitte. In het stedelijk
Deze maatregelen zijn extra van belang in ontwerp zijn schaduwrijke groene plekken
het licht van zeespiegelstijging op de lange nodig. Sowieso is veel vergroening nodig tegen
termijn. hittestress: in straten, op en langs gebouwen,
4. Verdichtingslocaties. Voor de verdich- langs grachten.
tingslocaties in Amsterdam is bekend
welke maatregelen kunnen worden geno-
men voor waterveilige projecten. Ook
aangrenzende gebieden in de bestaande
stad kunnen daardoor veiliger worden.

“Faciliteer ruimtes die


Hitte en droogte
Nederland, dus ook Amsterdam, heeft een

experimenteren met
lange geschiedenis met de klassieke waterta-
ken. Wateroverlast en overstromingsrisico’s

circulaire economie,
zijn daarbij als gevolg van klimaatverandering
urgenter geworden. De thema’s hitte en droogte

waar duurzaamheid
hebben een kortere historie. In de hiervoor
genoemde strategie Klimaatadaptatie krijgen de

toegankelijk en tastbaar
thema’s hitte en droogte daarom nadrukkelijk
een plek.

Overstromingen: Voorbeelden van oplossingen zijn de bouw wordt”


preventie en beperken van blauw-groene daken en infiltratieriolen. Bij
gevolgen. de aanleg van blauw-groene daken kunnen de Tamara Streefland | Stadsdeel Centrum

176 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 177
Circulaire economie In een circulaire economie consumeren we transformatie) en openbare ruimte geba- gen, transformaties en openbare ruimte
Amsterdam is in 2050 een circulaire stad. minder en produceren we veel efficiënter. Ook seerd op circulaire criteria. in Amsterdam gebaseerd op circulaire
We willen de aarde niet langer uitputten. Want zorgen we ervoor dat organische grondstoffen • In 2023 zijn alle uitvragen in de gebouwde criteria. Daaronder verstaan we materi-
we gebruiken grondstoffen momenteel alsof ze zoals voedsel en (drink)water terugvloeien in omgeving vanuit de gemeente circulair. aalgebruik met weinig milieudruk en een
oneindig voorradig zijn. Dat legt een te grote het ecosysteem. En we gebruiken materialen lange levensduur, of adaptief en demon-
druk op het klimaat, gebieden, samenlevingen, langer en telkens opnieuw, zodat hun waarde Waardeketens, ambities en branches tabel bouwen om wisselende functies te
maar ook op onze economie in de toekomst. wordt behouden en afval wordt voorkomen. ondersteunen. Denk hierbij aan bouwen
1. Voedsel & organische reststromen. Bij met hout en andere biobased materialen en
Het belang van de circulaire economie Als samenleving gaan we fundamenteel deze waardeketen draait het om de voed- bouwen met secundaire bouwmaterialen
komt terug in het donutmodel van de Britse anders consumeren en produceren. De circu- selkringloop: het duurzaam lokaal verbou- die vrijkomen bij sloop en renovatie. De
econoom Kate Raworth. Zie figuur. Daarin laire economie levert veel kansen op. Allereerst wen en maken van producten die worden ambitie om waarde te behouden, zowel
Het donutmodel van wordt de bandbreedte beschreven waar we stelt het ons in staat om de waarde van schaarse geconsumeerd in de stad, waarbij organi- materieel als immaterieel, draagt ook bij
Kate Raworth beschrijft als samenleving in moeten zien te komen. De grondstoffen en materialen op grote schaal te sche reststromen zo hoogwaardig moge- aan het behoud van bijzondere Amster-
de bandbreedte waar we ondergrens is de welvaart die nodig is voor een behouden. Dit vergroot de beschikbaarheid lijk worden verwerkt en terugkeren in de damse plekken zoals pleinen, parken en
als samenleving in moeten sociaal rechtvaardige, bloeiende samenleving. van producten die we nodig hebben voor onze keten. Consumenten en bedrijven vermin- wijken. We streven naar waarde-inventari-
zien te komen. De onder- De bandbreedte loopt door tot aan de buiten- welvaart en technologische vooruitgang, maar deren de voedselverspilling vóór 2030 met saties volgens de genoemde donutmetho-
grens is de welvaart die kant van de donutring, die staat voor de ecologi- ook om de energietransitie kracht bij te zetten. ten minste 50%. Amsterdam test nieuwe, diek, om op zowel stedelijk als gebiedsni-
nodig is voor een sociaal sche grenzen van de planeet. Denk aan klimaat- Daarnaast gaat het hergebruik van materialen, innovatieve manieren om organisch afval veau te kunnen sturen. In de hoofdstukken
rechtvaardige, bloeiende verandering, stikstofverzadiging en verlies van grondstoffen en goederen zorgen voor meer in te zamelen en te verwerken. We stimu- Leefbare stad en Compacte stad komen veel
samenleving. De buiten- biodiversiteit. Dit is het ecologische plafond, lokale werkgelegenheid in de reparatie- en ver- leren stadslandbouw om voedsel dichter van deze onderwerpen terug.
kant van de donut staat waarmee we rekening houden om mensen werkingssector. bij de Amsterdammers te krijgen. De
voor de ecologische elders in de wereld dezelfde brede welvaart te gemeente koopt regionaal geproduceerd 4. Branches. Binnen de branchegerichte
grenzen van de planeet. gunnen. Met de strategie Amsterdam Circulair voedsel in. We ondersteunen kringloop- aanpak is een tweedeling gemaakt. De
2020-2025 zetten we concrete stappen richting landbouw en werken samen met duurzame eerste pijler richt zich op branches met een
een circulaire economie. Dit doen we in samen- ketenpartijen om productie en consump- maatschappelijk nut, zoals musea, scholen,
werking met veel partijen in de stad en de metro- tie van regionaal en duurzaam voedsel te universiteiten en ziekenhuizen. De tweede
poolregio. Hierbij geven we uitvoering aan de vergroten. Dit sluit aan bij de ambities voor pijler richt zich op de zakelijke markt:
door het Rijk geformuleerde doelstellingen: voedsel en stadslandbouw zoals beschre- niet-industriële bedrijven in voornamelijk
ven in het hoofdstuk Gezonde Stad. het midden- en kleinbedrijf, en grootzake-
• In 2030 gebruiken we in Amsterdam 50% lijke bedrijven. Voor de circulaire transitie
minder nieuwe grondstoffen. 2. Consumptiegoederen. Hierbij draait het kan Westpoort zich ontpoppen tot een
• In 2050 is onze stad 100% circulair. om ons koop-, gebruik- en afdankgedrag circulair ecosysteem. Hier kunnen bedrij-
van producten, zoals elektronica, textiel en ven reststromen van elkaar en van elders
Samen met onze partners hebben we meubels. Hoe behouden we hun waarde benutten. Daarnaast kunnen er circulaire
drie waardeketens geselecteerd waar wij als langer, hoe voorkomen we dat de grond- innovaties opbloeien tot op industriële
gemeente een positieve invloed op uitoefe- stoffen en materialen als afval worden schaal. We richten ons op de productiezijde
nen. Daarnaast bestaat er een branchegerichte verbrand en hoe zorgen we ervoor dat we (van chemisch element tot materiaal) en op
aanpak voor maatschappelijke instellingen en meer gaan repareren en met elkaar gaan de verwerkingszijde (hoogwaardig herge-
het bedrijfsleven, en voor haven en industrie. delen? In de paragraaf over economie in bruik materialen, grondstoffen en reststro-
Een aantal van deze organisaties werkt al aan de het hoofdstuk Vitale stad wordt de rol van men). De rol van Westpoort bij de transitie
circulaire transitie. reparatiebedrijven benoemd. Als gemeente naar een circulaire economie wordt verder
geven we het goede voorbeeld door vanaf beschreven in het hoofdstuk Vitale Stad.
Voor belangrijke stappen richting de 2030 alleen nog maar circulair in te kopen
landelijke doelstellingen heeft de gemeentelijke en willen we onze consumptie met ten De overgang naar een circulaire economie
organisatie zichzelf tussentijdse doelen opge- minste 20% verminderen. is ingrijpend, met gevolgen voor de logistiek in
legd. De belangrijkste zijn: de stad en de gebouwde omgeving. De circulaire
3. Gebouwde omgeving. Hiermee verwij- transitie is gekoppeld aan andere duurzaam-
• In 2022 is 10% van de gemeentelijke zen we naar het ontwerp, de bouw en de heidsthema’s en sociaal-inclusieve thema’s. Ter
inkoop circulair, en ten minste 50% in renovatie van woningen, gebouwen en ondersteuning is een circulaire monitor ontwik-
2025. alles in de openbare ruimte, inclusief de keld met data over materiaalstromen die de stad
• Vanaf 2022 zijn alle nieuwe ontwerpen ondergrond. Vanaf 2022 zijn alle nieuwe binnenkomen, hier blijven en de stad – meestal
voor gebiedsontwikkelingen (inclusief ontwerpen voor gebiedsontwikkelin- als afval – weer verlaten.

178 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 179
14
Circulaire gebieds- momentum. Door nieuwe technische moge-
ontwikkeling lijkheden en de positieve eigenschappen en
Het raamwerk CGO (Circulaire Gebieds- prestaties willen we met het bouwen met hout

Vitale stad
ontwikkeling) [zie afbeelding] geeft een over- opschalen. Hout slaat CO2 op en kent, uitgaande
zicht van de belangrijkste onderdelen waarover van duurzame bosbouw, een veel circulairder
beslissingen moeten worden genomen in de productie- en bewerkingsproces dan bijvoorbeeld
gebiedsontwikkeling. Door criteria te stellen, beton. Houtbouw draagt daarmee bij aan het
worden de nieuwe ontwerpen voor gebiedsont- behalen van klimaatdoelstellingen en vermindert
wikkeling en transformatie circulair gemaakt. de behoefte aan primaire grondstoffen. Daarnaast
Ook socialere aspecten zoals identiteit, aan- is houtbouw flexibeler en levert het lokale werk-
wezigheid hechte gemeenschappen, specifieke gelegenheid op. Hout kan worden toegepast in de
functies, toegankelijkheid, samenwerkingspart- openbare ruimte en in veel gebouwen, tot hoog-
ners, leefbaarheid en deelmobiliteit worden in bouw aan toe. Specifiek voor woningen werken
dat overzicht meegenomen.  we in de Metropoolregio Amsterdam toe naar een Amsterdam wil een economisch vitaal en goed bereikbaar onderdeel van de metropool-
Green Deal die ertoe leidt dat vanaf 2025 mini- regio zijn. Belangrijke randvoorwaarden voor een vitale economie zijn een hoogwaardige
Opschalen van bouwen met hout maal 20% van de woningproductie in hout wordt kennisinfrastructuur, aantrekkelijke en diverse stedelijke milieus en werkmilieus, vrije
De mogelijkheden van bouwen met hout uitgevoerd. De komende tijd zal worden verkend ruimte (zie ook het hoofdstuk Inclusieve stad), een goed ondernemersklimaat, een goede
zijn groot en krijgen wereldwijd steeds meer wat dit voor Amsterdam gaat betekenen. relatie tussen onderwijs en arbeidsmarkt en goede infrastructuurnetwerken, ook onder de
grond. Digitalisering heeft daarbij steeds verdergaande effecten op ons leven, economisch
en sociaal. Vanzelfsprekend gaan circulaire economische activiteiten de komende jaren
een steeds grotere rol spelen. Voor wat betreft mobiliteit en ruimte maakt Amsterdam
in een verdichtende stad een keuze voor duurzaam en gezond bewegen. Minder ruimte
voor onder andere de auto geeft de mogelijkheid efficiënter met de schaarse ruimte
om te gaan. De stad biedt daarmee een gezondere, groenere leefomgeving en meer
ruimte voor ontmoeting. Om de regionale en landelijke samenhang te versterken en
om vervoersarmoede tegen te gaan, zijn daarvoor grote investeringen in de fiets en het
openbaar vervoer nodig.

Economie reparatiebedrijven of logistiek hebben een


Amsterdam wil zijn sterke positie in de lokale, stadsverzorgende functie.
wereldeconomie behouden en de welvaarts-
groei, groei in de werkgelegenheid en daling De geconcentreerde economische ont-
van werkloosheid in de laaggeschoolde sectoren wikkeling van de afgelopen decennia in
bestendigen. Daarbij streven we wel naar brede Amsterdam leidt niet automatisch tot sociale
welvaart, waarbij materiële rijkdom niet de ongelijkheid en uitsortering. Ons ruimte-
enige maatstaf is voor een goed leven. Het gaat lijk-economisch beleid is daarop mede van
bijvoorbeeld ook om welzijn, om voldoende invloed. Ons beleid in Ruimte voor de Eco-
vrije tijd, om een goede gezondheid, een pret- nomie van Morgen uit 2017 laat onder andere
tige leefomgeving en om ruimte voor persoon- zien hoe we ongelijkheid en uitsortering voor-
lijke groei. komen. We willen ingrijpen op de ongelijkma-
Amsterdam wil meer dan voorheen de eco- tige economische ontwikkeling van Amster-
nomische dynamiek in de kennis- en innovatie- dam en de rest van de regio door kansrijke
economie aanwenden om een betere stad te vestigingsmilieus buiten het Amsterdamse
worden voor alle Amsterdammers. Dat betekent centrum en in de regiokernen verder helpen
gelijke sociaal-economische kansen, tegen- te ontwikkelen, uitgaande van lokale identi-
gaan van ruimtelijke segregatie en ruimte voor teiten. Dat versterkt de economische kracht
persoonlijke ontwikkeling en ondernemer- van de deelregio’s van de metropoolregio en
schap. Behoud en inpassing van bedrijvigheid draagt bij aan een efficiënter gebruik van het
in nieuwe gemengde wijken is daarbij cruciaal, vervoerssysteem. Amsterdam wil meewerken
juist ook voor praktisch geschoolde werkgele- aan het opstellen van een regionale economi-
genheid. Veel bedrijfsfuncties zoals bakkerijen, sche strategie waarbij mensen in de hele regio

180 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 181
profiteren van de economische dynamiek. dichtingsopgave. Doel is om in ontwikkelin- dammers van alle opleidingsniveaus en willen verstedelijking, zeker omdat we open landschap
Inclusie, innovatie, en interactie moeten daarin gen ook kleinschalige werkruimte te realise- we daarom stimuleren. Ze zorgen met creatief zo veel mogelijk willen sparen. Dit moet wel
een centrale plek krijgen. ren. Dat doel wordt vertaald naar realistische en innovatief ondernemerschap voor een brede op een verantwoorde manier gebeuren. Ver-
streefgetallen per gebiedsontwikkeling, op en diverse economische basis, waarmee de stad dringing van kwetsbare economische functies
Bedrijvigheid in de duurzame, circulaire basis van marktonderzoek en de koppeling beter in staat is om golfbewegingen en schokken, moet worden voorkomen. De omgevingsvisie
en digitale sectoren gaat in belang toenemen. aan lokaal onderwijs en arbeidsaanbod. zoals de coronacrisis, op te vangen. Bovendien is bouwt wat dit betreft voort op bestaand beleid,
Het gaat hierbij om ruimte voor bedrijven die • We willen op allerlei manieren rekening ruimte voor productieve bedrijvigheid cruciaal dat recent is ingezet met de ‘Bedrijvenstrategie
onze energie van de toekomst opwekken en houden met de ruimtelijke effecten van de bij het verduurzamen en circulair maken van 2020-2030’ (2020) om bedrijfsruimte in de
verwerken, en om bedrijven die slim omgaan opkomst van de zzp’er. Er wordt veel meer Amsterdam: denk aan het aardgasvrij maken stad te behouden en (her)ontwikkelen. Onder-
met de producten die we (her)gebruiken en met vanuit huis gewerkt, digitalisering en ‘third van gebouwen, zorgen voor emissievrij verkeer deel hiervan zijn behoud of herontwikkeling
de wijze waarop we onze stad bouwen. Zie hier- places’ (tussen huis en bedrijf/kantoor) en het opwaarderen van reststromen tot nieuwe van 500.000 m2 bedrijfsruimte in gemengde
voor ook het hoofdstuk Duurzame stad. voor zakelijk contact spelen een steeds gro- producten. Tot slot is ruimte voor een goed- wijken, reservering van de laatste kavels voor uit
tere rol, en het onderscheid tussen woon- georganiseerde stadslogistiek noodzakelijk om transformatiegebieden verplaatsende bedrijven
Nieuwe richtingen gebieden, werkgebieden en ontmoetings- instellingen, bedrijven en huishoudens onder en een bedrijvenloods die bedrijven helpt bij
Op het brede terrein van de economie plekken vervaagt. De inzet op verdichting elke omstandigheid te bevoorraden. het vinden van een nieuwe geschikte ruimte.
moeten de volgende nieuwe richtingen worden in gemengde milieus sluit hier naadloos op De ontwikkeling van de bedrijvigheid en werk-
genoemd: aan. Zie verder in Deel II WAAR. De groei van Amsterdam maakt dat de gelegenheid in de betrokken gebieden worden
• Complexe economische en innovatieve • Stadsstraten, met daarlangs ruimte voor ruimte voor bedrijvigheid onder druk staat. nauwlettend gemonitord.
activiteiten concentreren zich steeds talrijke economische functies, zijn een Amsterdam heeft met Koers 2025 en de ont-
meer in grote steden. Amsterdam zet, in belangrijke drager voor nieuwe stedelijke wikkelstrategie Haven-Stad de wens uitgespro- Nieuwe richtingen
samenwerking met de Metropoolregio kwaliteit. Steeds vaker ook buiten de ring ken om grootschalig woningen toe te voegen Gezien het belang van bedrijven voor
Amsterdam, in op economische variëteit A10 in de grote transformatiegebieden. in bestaand stedelijk gebied, waardoor tot 2050 een inclusief Amsterdam zetten we in deze
en verstedelijking op regionaal niveau. Ze bieden hier ook plek voor lokaal onder- 450 hectare bedrijven en haventerrein zal trans- omgevingsvisie extra in op het tegengaan van
• Amsterdam biedt meer ruimte aan inno- nemerschap. Zie verder hoofdstuk 7 over formeren. Dit, samen met een groeiende vraag economische verdringing. De Bedrijvenstrategie
vatieve, kennisintensieve bedrijven die het ruimtelijk-programmatisch kader in naar bedrijfsruimte, leidt tot een oplopend uit 2020 is voor de middellange termijn rich-
gedijen in een stedelijke omgeving. Die Deel II WAAR. Amsterdams tekort van minimaal 150 hectare tinggevend voor de ontwikkelingen op bedrij-
bedrijven genereren niet alleen banen • Amsterdam wil bedrijfsfuncties behouden bedrijventerrein in 2040. Hoewel nog met een venterreinen en de integratie van bedrijvigheid
voor hoogopgeleiden, maar ook voor het voor lager en praktisch geschoolden, zodat grote onzekerheid omgeven, lijkt er in Amster- in woon-werkwijken. Met de omgevingsvisie
middenkader en lager opgeleiden. Plek ook banen voor praktisch opgeleiden in de dam en omstreken vooral een flinke vraag naar zetten we vol in op de realisatie van gemengde
hiervoor maken we vooral in stationskwar- nabijheid van wijken voorhanden blijven. bedrijfsruimte te ontstaan van bedrijven die woon-werkwijken, zoals in Haven-Stad.
tieren, kenniskwartieren, gemengde stede- We kijken ook samen met onze buurge- vanwege hun grootte en milieuhinder niet in Behoud van werkgelegenheid in de productieve
lijke milieus nabij de grotere NS-stations. meenten naar plekken voor deze bedrijfs- gemengd stedelijk gebied passen, maar ook economie heeft daarbij onze speciale aandacht.
Zie verder in Deel II WAAR in de paragraaf functies. niet in of rond de haven. Dit gegeven vraagt om Daarnaast spannen we ons in om het tekort aan
Verkeer en vervoer. • Aan het water beschermen we de ruimte meer regionale sturing. bedrijventerreinen richting 2050 niet verder
• Naast welvaartsgroei ligt de nadruk op voor watergebonden bedrijvigheid en de op te laten lopen. Uitgangspunt daarbij is dat
het tegengaan van (kansen)ongelijkheid. waterroutes ernaartoe, anders nemen de Hoe groot de schaarste aan ruimte wordt, Amsterdam ruimte blijft bieden aan de pro-
Daarom werken we aan uitbreiding van kansen voor transport over water af. hangt af van het succes van integreren van ductieve economie, waarbij de regio het niveau
hoogwaardige gemengde stadsmilieus, • Voorrang voor circulaire bedrijvigheid. bestaande en nieuwe lichte vormen van bedrij- wordt voor ruimtelijke strategie en vestigings-
zodat meer Amsterdammers daarvan Circulaire bedrijfsvoering zal steeds meer vigheid (ambachten, kleinschalige productie, vraagstukken. Daarom komen we met nieuw
kunnen profiteren. De drie stadsdeelcen- worden gestimuleerd en afgedwongen. Zie distributie en reparatiebedrijven) in de geplande instrumentarium om de ruimtevraag in stad en
tra Buikslotermeerplein, Osdorpplein en verder in het hoofdstuk Duurzame stad. woon-werkwijken en het verdichten van regio in goede banen te leiden.
Amsterdamse Poort ontwikkelen zich tot bedrijventerreinen. Dit vergt een blijvende • Amsterdam spant zich in om op basis van
stedelijke centra. Ze worden verdicht en Bedrijven inspanning. Al sinds de structuurvisie uit 2011 de regionale strategie voor bedrijventer-
gemengd met meer wonen en fijnmazige Amsterdam doet zijn best om de produc- sturen wij hierin, maar de doelen worden daar- reinen tot regionale afspraken te komen
bedrijvigheid, ook in betaalbare catego- tieve economie plaats te blijven bieden in de bij slechts ten dele behaald, omdat autonome en de regionale uitvoeringsorganisatie te
rieën. Zie ook de strategische keuze Meer- stad. Voldoende ruimte voor dit type bedrijvig- krachten sterk zijn. Het is een flinke uitdaging versterken. Zodat er duidelijkheid komt
kernige Ontwikkeling in Deel I VISIE en heid – daar waar goederen gemaakt, gerepareerd, die mét de markt, ondernemers en betrokkenen over beschikbare ruimte voor verhuizende
hoofdstuk 7 over het ruimtelijk-program- op- of overgeslagen worden – in de stad is van gerealiseerd moet worden. bedrijven en deze ondernemers waar nodig
matisch kader in Deel II WAAR. essentieel belang voor een inclusief, vitaal en begeleid worden naar nieuwe locaties.
• We scherpen ons beleid aan om kleinscha- duurzaam Amsterdam in 2050. Ambachten, Het is in een snelgroeiende stad als Amster- • Pilot grootschalige intensivering op
lige bedrijvigheid te integreren in primair op maakindustrie en logistieke ondernemingen zor- dam onvermijdelijk dat ruimte-extensieve func- Amstel III bedrijvenstrook. Bedrijven-
wonen gerichte stadsbuurten met een ver- gen voor een divers werkaanbod voor Amster- ties zoals bedrijventerreinen plaatsmaken voor strook Amstel III biedt kansen voor groot-

182 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 183
schalige intensivering met gestapelde Kantoren innovatiedistricten benoemd als belangrijke we wat regionaal de beste plek is voor nieuwe
bedrijfsgebouwen, om zo meer bedrijven Kantoorontwikkeling in Amsterdam is plekken voor de stedelijke economie. De datacenters.
een plek te bieden. Om de intensivering gebonden aan het beleid zoals verwoord in gebieden zijn divers; de nadruk kan liggen op Digitalisering betekent ook een toename
te stimuleren kan bij wijze van pilot en als het ‘Kantorenplan 2019-2026’. Dit in 2019 onderwijs en kennisdeling, wetenschap en van glasvezelnetwerken en ‘small cells’ (kleine
gebiedsspecifieke oplossing een klein deel vastgestelde beleid ging na jaren van leegstand onderzoek of ondernemerschap en start-ups. antennes). Elke straat krijgt in de toekomst
van het terrein (grenzend aan ArenApoort) uit van meer krapte op de kantorenmarkt in de In alle gebieden ligt de focus op het stimuleren meerdere small cells; deze worden bij voorkeur
op termijn doorontwikkelen naar een komende jaren. van interactie en het ontwikkelen van kennis geïntegreerd in bijvoorbeeld straatmeubilair.
gemengd stedelijk gebied. Het toevoegen en ideeën. Verdere ontwikkelingen van deze
van wonen kan niet plaatsvinden zonder dat Nieuwe richtingen gebieden vindt op drie manieren plaats. Detailhandel
er eerst een verdichting met bedrijfsruimte Hoewel de coronacrisis de onzekerheid 1) Fysieke inrichting van het gebied moet inter- Voor de coronacrisis ging het goed in de
op het bedrijventerrein plaatsvindt, waarbij van kantoorontwikkelingen vergroot, is de actie stimuleren. Functiemening, bereikbaar- meeste detailhandel in Amsterdam. Omzetten
er per saldo meer bedrijfsruimte komt. leegstand in Amsterdam eind 2020 historisch heid en de inrichting van de openbare ruimte stegen, het aantal banen groeide, relatief weinig
• We ontwikkelen een strategie om overige laag. Met de voorspelde groei van de stad is het met plek voor experimenten zijn daarbij van winkels stonden leeg en de huren ontwikkelden
bedrijventerreinen te verdichten en inten- reëel uit te gaan van aanhoudende vraag naar groot belang. 2) Ruimte bieden aan innovatieve zich veelal marktconform. Veel wijkwinkelcen-
siever te gebruiken, zodat er voldoende kantoorruimte. Hierbij zullen we marktont- bedrijven en instellingen die elkaar versterken. tra zijn vernieuwd en profiteren van de bevol-
plek blijft voor bedrijven en diensten die wikkelingen nog scherper monitoren. Deze 3) Bouwen aan een netwerk tussen bedrijven kingsgroei. Winkelen is nog steeds populair,
gebonden zijn aan de stad. De dichtheid omgevingsvisie noemt de belangrijkste ruimte- en instellingen gericht op het ontwikkelen en maar wordt veelal gecombineerd met bezoek
van bedrijventerreinen moet structureel lijke principes waarmee Amsterdamse kantoor- uitwisselen van ideeën. Door de combinatie van aan horeca, een museum of een kapper. Dat
omhoog als we de stad willen laten groeien ontwikkelingen de komende jaren te maken de drie bovenstaande onderdelen ontstaat een laat onverlet dat er ook problemen zijn in de
met behoud van het groene buitengebied. hebben. Deze principes hebben zich bewezen in innovatief ecosysteem. detailhandel. Het gaat minder goed in enkele
Het is onmisbaar hier een realistische doel- de praktijk en dragen bij aan veel andere doelen buurtwinkelstrips en in de stadsdeelcentra
stelling en financiële onderbouwing voor te in deze omgevingsvisie: Nieuwe richtingen Buikslotermeerplein, Amsterdamse Poort en
hebben. 1. Kantoren worden bij voorkeur op goed Gezien het belang van de kenniskwartieren Osdorpplein. Ook sommige perifere winkelge-
• We ontwikkelen een plan voor naoorlogse per openbaar vervoer bereikbare loca- voor de ontwikkeling van de stedelijke econo- bieden met bouwmarkten en woninginrichters
wijken om in de stedelijke vernieuwing ties gebouwd. Daarbij geldt: hoe beter de mie gaan we de komende jaren hier verder op staan onder druk. De gebieden zijn niet aantrek-
meer ruimte te krijgen voor verschillende ov-ontsluiting, hoe groter de kantoor- inzetten. Dat doen we door de visie ‘Ruimte kelijk genoeg en kennen leegstand.
vormen van bedrijvigheid. Hierbinnen volumes mogen zijn. Bij Zuidas of Sloter- voor de Economie van Morgen’ (2017) specifiek
onderzoeken we de haalbaarheid van dijk zijn er dus grootschaliger kantooront- voor het onderdeel kenniskwartieren/innova- De kern van het Amsterdamse ‘Detailhan-
bedrijfsverzamelgebouwen/makersdistric- wikkelingen mogelijk dan bijvoorbeeld tiedistricten verder uit te werken. In die uitwer- delsbeleid 2018-2022’ betreft twee doelen.
ten gericht op ambacht en maakindustrie. rondom een willekeurige metrohalte. Zie king nemen we naast de ruimtelijke component Ten eerste moeten inwoners op redelijke
Dit plan vervangt op termijn de richtlijn uit ook Stationskwartieren in Deel II WAAR. ook de niet-ruimtelijke componenten van die afstand van de woning dagelijkse boodschap-
de vorige structuurvisie om in gebiedsont- 2. Kantoren worden bij voorkeur toege- gebieden mee. We brengen in beeld wat het pen kunnen doen. Het tweede doel is meerdere
wikkelingen per nieuwe woning 5m2 klein- voegd in gemengde woon-werkmilieus. economische belang van deze gebieden is voor aantrekkelijke winkelgebieden, ook buiten de
schalige bedrijfsruimte te ontwikkelen. Monofunctionele kantorenparken worden de economie en hoe we dit kunnen vergroten. binnenstad, waar je kunt winkelen voor produc-
• Met betrekking tot transformatiegebieden niet meer gerealiseerd, en verschillende De belangrijkste locaties komen qua profiel en ten die je niet elke dag koopt. Deze twee hoofd-
gaan we nadrukkelijker communiceren bestaande monofunctionele kantoorge- ambitie aan de orde en we kijken ook naar net- doelen blijven de komende jaren overeind. Ze
over het bedrijvenloket transformatie voor bieden worden liefst getransformeerd naar werken en governance. Daarnaast werken we zijn uitgewerkt in richtlijnen, zoals bevordering
verplaatsende bedrijven, betrekken we gemengd gebruik. de komende jaren verder aan de ontwikkeling van diversiteit van het winkelaanbod, clustering
ondernemersorganisaties meer bij onder- 3. In overleg met regiopartners wordt kan- van twee nieuwe kenniskwartieren in de stad: van winkels, extra winkels alleen bij groeiend
zoek, pilotprojecten en monitoring van toorontwikkeling in gemengde stedelijke Riekerpolder/Nieuwe Meer en Marineterrein. draagvlak door woningbouw, transformatie van
de totstandkoming van de productieve gebieden rondom regionale ov-knooppun- minder kansrijke winkelgebieden en verminde-
wijken. Daarnaast passen we de opgedane ten gestimuleerd. Datacenters, small cells ren van PDV-locaties.
ervaring toe in toekomstige transformaties, 4. Duurzaamheidsdoelstellingen in deze Wat betreft digitalisering spelen vooral
zoals Haven-Stad. omgevingsvisie, zoals klimaatneutraliteit, datacenters een aanzienlijke rol in de sterke Amsterdam is een echte marktstad, met
• We verweven het ruimtelijke beleid voor klimaatbestendigheid, adaptief en demon- vraag naar energie. De uitrol van 5G zal dit nog meer markten dan de andere vier grote ste-
bedrijven met arbeidsmarktbeleid, zodat er tabel bouwen en circulair materiaalge- eens versterken. Doordat deze vraag steeds meer den samen. Daarmee zijn de markten naast
een zo veel mogelijk geïntegreerde aanpak bruik, zijn ook van toepassing op nieuwe gaat knellen, is er op middellange termijn nog de winkels een belangrijke pijler van de totale
ontstaat om praktische werkgelegenheid of te renoveren kantoren. beperkte groei van datacenters mogelijk, onder detailhandel. Markten vormen een belangrijke
te behouden in de stad. De opzet van een strenge voorwaarden. We verwijzen hierbij schakel in een diverse voedselvoorziening en
netwerk tussen praktisch onderwijs, stagebe- Kenniskwartieren naar het ‘Vestigingsbeleid datacenters 2020 – hebben een belangrijke sociale ontmoetings-
drijven en ruimteaanbieders voor startende In de visie ‘Ruimte voor de Economie van 2030: Amsterdam Duurzaam Digitaal’. Binnen functie. Het gewenste toekomstige stelsel van
bedrijvigheid kan hier een voorbeeld van zijn. Morgen’ (2017) worden kenniskwartieren/ de Metropoolregio Amsterdam onderzoeken markten is geschetst in de Marktvisie Amster-

184 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 185
dam 2018 – 2026. Bij gebiedsontwikkelingen voor lokaal ondernemerschap, zowel fysiek als hotelontwikkelingen die lokaal waarde toe- ook tot uitdrukking gebracht in de paragraaf
wordt rekening gehouden met de voor markten juridisch. Dat draagt hopelijk ook bij aan een voegen. In 2016 is het Amsterdamse deel van Wonen in het hoofdstuk Inclusieve stad.
benodigde ruimte. voorspoedig herstel van wijkeconomieën en de regionale hotelstrategie herzien: ‘Van hotel-
detailhandel na de coronapandemie en aan een beleid naar overnachtingsbeleid’, met als doel Horeca
Nieuwe richtingen door velen gewenst diverser winkelaanbod. om de groei van het aantal hotels af te remmen. Voorafgaand aan de coronapandemie werd
Deze omgevingsvisie legt voor de komende Ondanks de huidige crisis is de verwachting dat de stad steeds drukker en was er grote vraag
jaren enkele nieuwe accenten die raken aan Tot slot: onze stevige ambities bij Gezonde op lange termijn de interesse voor hotelontwik- naar horeca, gebruik van openbare ruimte door
detailhandel. Ten eerste zet de Omgevings- stad kunnen de komende jaren gevolgen hebben keling zal blijven bestaan. Het strenge over- terrassen en vervaging van de grenzen tussen
wet in op een meer integrale benadering in het voor ons beleid voor sommige vormen van nachtingsbeleid blijft de komende jaren dan ook horeca, detailhandel, cultuur en dienstverle-
ruimtelijk domein. Detailhandel is een van de detailhandel. Vooral bij supermarkten preva- overeind. ning. Het vigerende horecabeleid bood onvol-
functies in centrumgebieden en stadsstraten en leert gemak op vele manieren boven gezond- doende mogelijkheden om hierin mee te gaan
profiteert van de nabijheid van andere functies, heid. Wij verwachten en wensen dat daar de Nieuwe richtingen en tegelijk een aanvaardbaar woon- en leefkli-
zoals horeca, maatschappelijke voorzienin- komende jaren een kentering in komt. Een belangrijk doel van deze omgevings- maat te garanderen.
gen en consumentgerichte dienstverlening en visie is een evenwichtiger verdeling van onder
vice versa. Gemengde gebieden met een keur Toerisme en overnachtingsbeleid meer werkgelegenheid, voorzieningen en toe- Na corona blijft horeca belangrijk voor
aan functies zijn aantrekkelijk. Door functies De afgelopen jaren is door de stormachtige risten in de metropoolregio. Met de vaststelling onze stad, voor ontmoeting, ontspanning en –
meer in samenhang te bezien, werken we toe groei van het toerisme de leefbaarheid en de van het MRA ontwikkelkader verblijfsaccom- steeds vaker – als werkplek. We zoeken daarom
naar toekomstbestendige gebieden. Het hui- balans tussen bewoners en bezoekers in delen modaties in 2020 is hierop al ingezet. naar een evenwicht tussen ruimte voor hore-
dige detailhandelsbeleid biedt hiervoor al veel van de stad onder druk komen te staan. Voor de Amsterdam en de regiogemeenten hechten caondernemers, gastvrijheid, en een prettig
handvatten, maar we kijken in de omgevings- komende jaren wensen wij een evenwichtiger belang aan realisatie van hoogwaardige en leefklimaat voor bewoners.
visie verder vooruit. Zo beoogt onze strategi- stad met minder toeristendominantie in het gebiedsversterkende hotels in de regio.
sche keuze voor meerkernige ontwikkeling de centrum en een steviger positie van bewoners. Nieuwe richtingen
transformatie van stadsdeelcentra Buiksloter- De herpositionering van de binnenstad als De komende jaren gaan we verkennen In de loop van 2021 stellen we een nieuw
meerplein, Osdorpplein en Amsterdamse Poort plek waar bezoekers én Amsterdammers zich welke extra mogelijkheden de Omgevings- beleidskader horeca vast, dat inspeelt op
ArenAPoort naar gemengde stedelijke centra. thuis moeten voelen, in plaats van waar bezoe- wet biedt om de groei van het aantal hotels in vernieuwingen in de markt en een relatie legt
Door deze drie centra te verdichten met wonen kers zich ten koste van Amsterdammers thuis Amsterdam te beperken. We zoeken daarbij met aanpalende beleidsthema’s. Het bestaat
en werken en beter te integreren in het omlig- voelen krijgt een stevige impuls met de Aanpak aansluiting bij twee doelen van de Omgevings- uit drie pijlers:
gende weefsel van de stad hopen we de gebie- Binnenstad en het bijbehorende uitvoerings- wet: beter inzicht in wat op bepaalde plekken 1. Beperking van overlast voor bewoners.
den een nieuwe toekomst te bieden. Een vrijere programma. wel en niet mag en meer samenhang in beleid, 2. Eenduidige regels met herleidbare
menging en uitwisseling tussen detailhandel besluitvorming en regelgeving. afwegingen voor ondernemers.
en overige functies is daarbij belangrijk, temeer Het toerisme moet kwalitatief hoogwaar- 3. Uniforme regulering voor de stad.
daar de groei van internetwinkelen de toekom- diger worden en zich meer verspreiden over Tijdelijke vakantieverhuur van reguliere
stige omvang van detailhandel extra onzeker stad en regio. Daarom willen we het aantal woningen heeft via grootschalige internationale We stellen de volgende wijzigingen voor
maakt. toeristenattracties in het centrum de komende vakantieverhuurplatforms in de jaren vooraf- ten opzichte van het oude beleid:
jaren langzaam verminderen, en in wijken bui- gaand aan de COVID-19-crisis een zodanig 1. Een nieuwe onderverdeling van horeca-
Ook andere delen van de stad kunnen ten de ring A10 en de regio juist vergroten. Dat hoge vlucht genomen dat beperkingen nodig categorieën, beter toegepast op de heden-
baat hebben bij het vloeiender maken van het sluit goed aan op onze strategische keuze voor waren. In drie Amsterdamse wijken is de toe- daagse praktijk, generiek toepasbaar voor
onderscheid tussen detailhandel en overige een meerkernige stad. ristische draagkracht het meest in het geding heel Amsterdam.
niet-woonfuncties, met name in (nieuwe) gebleken: Burgwallen-Oude Zijde, Burgwal- 2. Een duidelijker keuze uit instrumenten
stadsstraten. Onze Agenda Samen stadmaken Een van de maatregelen om de overlast len-Nieuwe Zijde en Grachtengordel-Zuid. De ter regulering van horeca, zoals de APV,
wil op verschillende, nader te bepalen plek- van toerisme in de hand te houden is beper- overige wijken met relatief hoge toeristische het omgevingsplan, algemene regels,
ken in buurten meer ruimte bieden aan lokaal king van de groei van het aantal hotelkamers en druk bevinden zich in Centrum en Zuid. In de meldingsplicht, vergunningsplicht enzo-
ondernemerschap van velerlei aard; zie ook aanscherping van regels voor vakantieverhuur drie genoemde wijken is vakantieverhuur vanaf voorts.
het betreffende hoofdstuk. Dat kunnen maak- van woningen. De huidige coronacrisis heeft 2020 verboden er geldt er een vergunningplicht 3. Een inhoudelijk kader dat antwoord geeft
bedrijfjes zijn, culturele of dienstverlenende veel impact op de hotelbranche en hoe zij uit de in de overige wijken. De vergunningplicht geldt op de vraag waar welke vormen van hore-
bedrijfjes, horeca, maar ook kleinschalige crisis zal komen is nog onzeker. Enkele hotels ook voor bed-and-breakfastadressen. Vanaf ca(-activiteiten) wel of niet gewenst zijn.
detailhandel, of mengvormen daarvan. Wij verkennen tijdelijk wonen in hotelkamers. 2021 treden er extra controlemogelijkheden in
agenderen vernieuwing van ons detailhan- werking, zoals een registratieplicht van vakan- Daarnaast introduceert het stedelijk
delsbeleid op dit punt als uitwerkingsopgave Met de vaststelling van de Regionale Hotel- tieverhuurders. beleidskader handvatten om de stedelijke
voor de komende jaren. Het zou mooi zijn als strategie 2016-2022 wordt al sinds 2013 niet regels lokaal en maatwerkgericht toe te kunnen
detailhandel daarmee integraal onderdeel wordt meer ingezet op een algemene stimulering van Het aangescherpte uitgangspunt dat passen, met bijvoorbeeld gebiedstypologieën.
van flexibelere en inclusievere mogelijkheden hotelontwikkeling, maar regionaal ingezet op woningen vooral zijn om in te wonen, wordt Maatwerk vindt verder plaats in horeca-ambi-

186 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 187
tieplannen. Daarin wordt per gebied, buurt of Deel II WAAR komen alle verkeersnetwerken dankzij parkeernormen en -tarieven, aanleg van Nieuwe richtingen
wijk beschreven welke functies er thuishoren en aan bod, in kaarten met toelichtingen. P+R-voorzieningen, investeringen in fiets en
welke relevante ontwikkelingen het gebied de In deze beleidsparagraaf beperken we ons openbaar vervoer, herinrichtingen en circulatie- Sturen in de mobiliteitstransitie
komende jaren doormaakt. Met een dergelijke daarom tot algemene uitgangspunten van beleid maatregelen met name het aantal korte autorit- In onze verdichtende stad is het noodzake-
analyse wordt het mogelijk om passende keuzes voor de komende jaren. Voor de meeste deelter- ten (-60%) en autoritten van bezoekers (-50%) lijk om de druk van mobiliteit op de openbare
te maken, zodat iedere horecavestiging op een reinen van mobiliteit is al vastgesteld beleid: flink gedaald. Tegelijk zagen we vanwege de ruimte te verlagen. We willen meer en fraaiere
positieve wijze bijdraagt aan de buurt. groei van de stad een stijging van bedrijfsmatig ruimte waarin kan worden geleefd en gespeeld,
• Ruimte voor de voetganger verkeer, vooral van het aantal taxiritten en logis- waar mensen elkaar kunnen ontmoeten. Met
In het nieuwe beleidskader horeca komt • Beleidskader Verkeersnetten tieke ritten. Logistiek verkeer bedraagt nu zo’n ruimte voor groen, beweging, klimaatadaptatie
ook aandacht voor een gezondere voedselomge- • Agenda Amsterdam Autoluw 15% van alle verkeer in Amsterdam. en allerlei noodzakelijke voorzieningen, zowel
ving in Amsterdam. • Nota Deelmobiliteit boven- als ondergronds. Een stad ook waarin
• Agenda Autodelen Op dit moment gaat nog altijd bijna 60% iedereen mee kan doen: jong en oud, arm en
Evenementen • Agenda Touringcar 2020-2025 van de woon-werkverplaatsingen door bewo- rijk, goed en slecht ter been. Ook hebben we
Evenementen horen bij de stad en bren- • Meerjarenplan Fiets ners en bezoekers met de auto. Ondanks een oog voor de kwetsbare historische infrastruc-
gen Amsterdammers een rijk en breed aanbod, • Nota parkeernormen auto laag autobezit van gemiddeld 0,4 per Amster- tuur van de stad.
verbinden mensen, bieden kansen voor nieuw • Nota parkeernormen fiets en scooter dams huishouden is de auto nog een grote
talent en maken deel uit van de identiteit van • Meerjarenplan Verkeersveiligheid ruimtegebruiker. In sommige delen van de stad De mobiliteitstransitie betekent vooral
Amsterdam. In veel gevallen vervullen eve- 2016-2021 nemen parkeerplaatsen tot 20% van de verharde een verschuiving van autogebruik naar andere
nementen ook een functie voor de regio en • Actieplan Schone Lucht openbare ruimte in. Van alle geparkeerde auto’s manieren van vervoer. Daarbinnen zijn de
ver daarbuiten. Evenementen in de openbare • Nota Varen II op straat in de avonduren zijn 9 van de 10 van belangrijkste ontwikkelingen:
ruimte kunnen ook overlast geven. Hoewel • Actieplan Kademuren en bruggen een bewoner.
in de afgelopen jaren veel is geïnvesteerd in 1. Van fossiel naar uitstootvrij: de ambitie
overlastbeperkende maatregelen, neemt in de Al dit beleid blijft de komende jaren in De toenemende druk op de stad en de van Amsterdam is om in 2030 alleen nog
openbare ruimte de spanning tussen behoefte principe van kracht. Voor details verwijzen autoluwmaatregelen hebben als risico dat de uitstootvrije mobiliteit te hebben.
aan rust en de overlast van evenementen eerder we naar de betreffende documenten. Hier overlast van de auto zich verplaatst naar wijken 2. Van groot naar klein: er komen steeds meer
toe dan af. Dit is het gevolg van de verdere gaan we in op enkele hoofdlijnen en nieuwe buiten het centrum. Maar ook in die gebieden kleine voertuigen voor logistiek en perso-
verdichting van de stad en daarmee toenemende richtingen. is de komende jaren ruimte nodig voor verdere nenvervoer.
concurrentie in het gebruik van de openbare verdichting en zetten we in op autoluwe kernen. 3. Van bezit naar gebruik: er wordt steeds
ruimte. Dit maakt dat we voor evenementen Metropoolvorming en Door de verdichting van centra in Zuidoost, meer deelmobiliteit aangeboden voor met
de komende jaren een delicate middenkoers mobiliteitsverschillen Nieuw-West en Noord kunnen ook omliggende name auto en fiets.
moeten bewandelen, met oog voor beide kanten Tot 2050 maken we in deze omgevings- gemeenten meer last krijgen van ‘Amsterdamse’ 4. Van unimodaal naar multimodaal: ver-
van de zaak. Bij vernieuwing van het evenemen- visie ruimte voor minimaal 150.000 nieuwe parkeerders. Amsterdam is zich hiervan bewust plaatsingen gaan straks vaker met over-
tenbeleid zal deels worden aangesloten op de woningen en 200.000 extra arbeidsplaatsen en wil hier samen met de buurgemeenten mee stappen tussen verschillende vervoermid-
strategische keuze voor meerkernige ontwikke- in Amsterdam. Aangezien ook de rest van de aan de slag. delen.
ling in deze omgevingsvisie. Dat wil zeggen dat metropoolregio groeit, neemt de mobiliteit in
vergunningverlening en spreiding van evene- de hele regio toe. Maar de onderlinge verschillen Zonder extra maatregelen zal het aantal De mobiliteitstransitie draagt bij aan een
menten vaker op het niveau van de hele metro- zijn groot. In de stedelijke en verdichtende delen autoverplaatsingen van, naar en in Amsterdam inclusieve, duurzame, vitale, gezonde, leef-
poolregio zal worden bezien. van de regio, met name Amsterdam zelf, gaat het tot 2050 naar verwachting met ruim 20% toe- bare, en compacte stad en regio. Het zorgt voor
steeds vaker om voetgangers, fietsers, ov-reizi- nemen. Voor logistiek verkeer geldt dat ook. Het minder CO2-uitstoot, minder geluidsoverlast en
gers en kleine vrachtbusjes. Andere delen van de aantal ov-reizigers neemt naar verwachting toe een betere luchtkwaliteit. Zie hiervoor ook de
Mobiliteit en ruimte regio blijven van de auto afhankelijk. Dat sluit met bijna 25% tot 2050, en het aantal fietsers desbetreffende hoofdstukken.
Mobiliteit is een opgave op alle schaal- niet vanzelfsprekend op elkaar aan. Omgaan met met 15%. De grootste stijgingen zien we in
niveaus, van internationale verbindingen tot die verschillen door middel van overstappunten, Noord, Oost en Zuidoost, waar de grootste toe- Ontwikkelen op basis van nabijheid
aan de toegankelijkheid van de voordeur. Deel hubs, regiolijnen, parkeermaatregelen en derge- name van inwoners en banen wordt verwacht. Mobiliteit ontstaat doordat mensen
I VISIE van deze omgevingsvisie geeft met de lijke is een belangrijk thema in het Amsterdamse Als we geen groei van autoverkeer willen, dan functies en activiteiten zoeken. Hoe meer deze
strategische keuze voor duurzaam en gezond en regionale mobiliteitsbeleid. moet het aantal fietsers en ov-reizigers veel ster- functies bij elkaar liggen, hoe groter de kans
bewegen richting aan de inzet op een autoluwe ker toenemen dan genoemde percentages. Dat dat mensen kleinere afstanden afleggen op een
stad, waar gezond bewegen vanzelfsprekend is. Ondanks de groei van Amsterdam is het vergt op allerlei manieren forse inspanningen manier die passend is bij de stad. Nabijheid is
In deze beleidsagenda zijn belangrijke opmer- autoverkeer in de stad de afgelopen 20 jaar om dat voor elkaar te krijgen, ook op regionaal dus een belangrijke manier om de stad duur-
kingen over verkeer ook te vinden in de paragra- licht afgenomen. Amsterdam heeft conse- niveau. Sowieso zijn er stevige investeringen in zaam, leefbaar en inclusief te houden. In nieuw
fen Klimaatneutraal, Haven, Schiphol, Open- quent beleid gevoerd om de druk van de auto infrastructuur voor openbaar vervoer en fiets te ontwikkelen gebieden komt daarom een
bare ruimte, Water, Luchtkwaliteit en Geluid. In op de stad te verminderen. Sinds 2000 is mede noodzakelijk. goede mix van wonen, werken en voorzienin-

188 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 189
gen. Uitgangspunt is dat alle Amsterdammers teit zal in de toekomst ook steeds belangrijker heid. De vraag is dus ook waar ze moeten rijden: kansen voor het beperken van logistieke
zoveel mogelijk functies op loop- of fietsafstand worden. Bij de inrichting van de stad hanteren op het fietspad of op de weg. stromen. Zo kunnen ondernemers in
van hun huis moeten hebben. we onderstaande prioriteitsvolgorde: bepaalde gebieden hun bevoorrading en
Nabijheid betekent ook dat bevoorrading, Zelfrijdende auto’s kunnen in de toekomst afvalinzameling bundelen, waardoor min-
(pakket)bezorging en afvalinzameling tot diep 1. voetgangers, voor sommigen kansen bieden, bijvoorbeeld in der voertuigen nodig zijn. We bekijken de
in de wijken doordringt. Door dat te concen- 2. fietsers, delen van de stad met minder openbaar vervoer. komende jaren graag met ondernemers de
treren in hubs, en verder kleinschalig te doen, 3. openbaar vervoer, Maar ook zelfrijdend nemen auto’s veel ruimte mogelijkheden hiervoor.
blijven de wijken leefbaar. 4. (privé)auto’s. in, en veel veiligheidsvragen zijn nog niet
beantwoord. Voetgangers, fietsers en ov blijven • Beprijzing, intelligente toegang. Een
Mobiliteit voor iedereen Om de aansluiting met de meer van de daarom passender in de stad. Ons uitgangspunt ander potentieel belangrijk instrument is
Mobiliteit is voor iedereen in de stad auto afhankelijke regio te behouden, stimule- blijft om automobiliteit te beperken, ook als het beprijzing van automobiliteit. Door op
belangrijk om mee te kunnen doen. Uitgangs- ren we deelmobiliteit en creëren we hubs in en zelfrijdend wordt. toeleidende wegen of in de stad rijdend
punt is dat iedereen zich moet kunnen verplaat- om de stad. Met deze prioriteiten kunnen we verkeer te beprijzen, kan stevig worden
sen: mensen met een beperking, mensen met de meeste mensen mobiliteit bieden met het Verder ontstaan er steeds meer digitale gestuurd op omvang, tijd en locatie van
een kleine portemonnee, kinderen, ouderen. minste ruimtebeslag en hinder. Ook leidt de mogelijkheden om constant veranderende autostromen. Amsterdam onderzoekt
Dat uitgangspunt hoort bij een inclusieve stad, mobiliteitstransitie naar verwachting tot min- verkeersstromen in de stad te regisseren. Met graag samen met de regio en het Rijk de
maar het levert soms ook dilemma’s op. Meer der ernstige verkeersongelukken. We streven data kunnen modellen worden gemaakt om mogelijkheden hiervoor. Amsterdam
ruimte op de stoep betekent dat we minder naar 0 verkeersdoden in 2050. in te schatten wat er gaat gebeuren, scenario’s verkent verder de mogelijkheden voor
ruimte geven aan een andere functie, vaak de worden gemaakt om daar snel op te kun- intelligente toegang, waarmee specifieke
auto. Maar dat kan weer betekenen dat mensen Bij logistiek vervoer blijft gemotoriseerd nen sturen en te evalueren. Er kan worden doelgroepen of voertuigcategorieën ergens
die afhankelijk zijn van de auto zich minder wegverkeer veel belangrijker dan bij personen- gestuurd op auto’s, ov, fietsers, voetgangers en kunnen worden toegelaten of niet.
goed kunnen verplaatsen. Meer hoogwaardige vervoer, maar bouwverkeer, goederenvervoer multimodale opties. Er komt straks wellicht
ov-lijnen maken de regio beter bereikbaar, maar en afvalinzameling mogen de komende jaren een mobiliteitscentrale van de toekomst, een • Mobility as a Service (MaaS). Tegelijker-
kan het openbaar vervoer in bepaalde wijken vaker over het water (zie verderop). Belangrijk publiek-privaat ecosysteem met 24/7 inzicht tijd creëren we overstappunten in wijken
minder fijnmazig maken. Sommige keuzes ver- is verder dat logistiek verkeer in de stad vaker en sturing op basis van data, een integrale en aan de randen van de stad. Hiermee zor-
oorzaken ongewild vervoersarmoede bij men- in kleine busjes moet, onder meer vanwege de blik op het gehele mobiliteitssysteem, slimme gen we ervoor dat we nieuwe dragers van
sen. Daarom formuleren we hier als uitgangs- kwetsbaarheid van de bruggen en kademuren beschikbaarheid van de openbare ruimte, stedelijke ontwikkeling creëren: fiets, ov,
punt dat alle burgers tegen redelijke kosten – in in de stad. Voor aansluiting met de rest van de capaciteitsmanagement en specifieke infor- deelmobiliteit en hubs. Ontwikkelingen
termen van geld, tijd en moeite – de vervoersbe- regio worden goederenhubs, waar van grote op matievoorzieningen en sturingsmiddelen naar op het gebied van Smart Mobility dragen
wegingen moeten kunnen maken die nodig zijn kleine vrachtwagens kan worden overgeladen, gebruikers. Hiermee kunnen we ook de inrich- daarnaast ook bij aan het verder vergroten
voor volwaardig meedoen in de samenleving. steeds belangrijker. ting van het autonetwerk slim vormgeven, met van de mobiliteitsopties. Digitalisering
Naast aantrekkelijk openbaar vervoer helpt een beperkte toegang, beprijzen en extra inzet bij van mobiliteit stelt de stad in staat om
goed, sociaal veilig ontwerp van de openbare Ten behoeve van uitstootvrije mobiliteit calamiteiten. mobiliteit beter te managen, gebruikers te
ruimte hierbij, evenals aandacht voor betaal- zorgen we voor een dekkend netwerk aan elek- informeren en keuzes te geven. Mobility as
baarheid. Belangrijk is verder dat verdichting trische laadpunten en eventueel waterstofstati- Pieken verkleinen, mobiliteitsopties a Service (MaaS) vergemakkelijkt multi-
– een van de belangrijkste doelstellingen van ons voor alle modaliteiten in de stad. Het aantal vergroten modaal reizen door reizigers in staat te
deze omgevingsvisie – in veel wijken buiten de benzinestations in de stad zal de komende jaren We noemen hier enkele ideeën en ontwik- stellen in één keer een multimodale reis te
ring A10 het draagvlak voor fijnmazig openbaar afnemen. kelingen die nog lang niet volledig zijn benut, plannen, boeken en betalen.
vervoer verbetert. En dat is goed voor iedereen. maar waar we wel positief tegenover staan,
Nieuwe technologieën zeker in combinatie met elkaar. Deze kunnen Mengen van verkeer voor meer ruimte
Schone, veilige en slimme mobiliteit Zojuist genoemde ontwikkelingen in de de komende jaren in de mobiliteitstransitie een Met minder auto’s, kleinere voertuigen en
In Amsterdam krijgen efficiënte, schone mobiliteitstransitie worden ondersteund door belangrijke rol gaan spelen. lagere snelheden in de stad is het mogelijk om
en veilige vormen van vervoer prioriteit. We steeds meer technologische mogelijkheden, verkeerssoorten meer te mengen. Dat levert een
stellen eisen aan de voertuigen die onze stad maar daarmee zijn dat nog geen wondermid- • Thuis werken, verspreid werken. spontanere stad en meer ruimte op. De voet-
binnenkomen. De milieuzones worden steeds delen. Zo stoten elektrische auto’s minder uit, De coronacrisis heeft ons geleerd dat wer- ganger en de fietser zijn wel altijd het uitgangs-
groter en strenger, totdat in 2030 verbrandings- maar nemen nog even veel stedelijke ruimte ken op afstand ook voordelen biedt. Door punt voor de inrichting van de straat. Zeker met
motoren niet meer de bebouwde kom in mogen. in. En light electric vehicles (LEV’s) hebben een ook beter verspreid in de tijd te werken en logistiek verkeer is ook veiligheid een belangrijk
Door voldoende alternatieven te bieden, zorgen positief effect op de stad als ze auto- en vracht- te reizen, kunnen spitspieken worden ver- uitgangspunt. Dat in aanmerking genomen, zijn
we ervoor dat de inclusiviteit en de bevoorra- mobiliteit vervangen, maar een negatief effect kleind. Dat kan onder meer via afspraken er de volgende mengingsopties:
ding van de stad gewaarborgd blijven. als ze gezonde fietsverplaatsingen vervangen. met grote werkgevers en onderwijsvoor- • Mengen van fiets en auto: in straten met
Bij personenvervoer geven we voorrang LEV’s zorgen voor klein en uitstootvrij vervoer, zieningen. veel fietsers en relatief weinig auto’s kun-
aan actieve vormen van vervoer. Deelmobili- maar zorgen op het fietspad voor meer onveilig- • Bundelen van goederen. Er zijn veel nen fiets en auto samen. In zo’n ‘fietsstraat’

190 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 191
is de fiets de dominante weggebruiker, de Schaalsprong voor het openbaar vervoer • Er komen niet alleen fysieke aanpassingen Ter stimulering van transport over water
auto past zich aan. Het openbaar vervoer in en naar Amster- in het hoofdwegennet, maar ook andere gaan we de komende jaren het volgende
• Mengen van auto en ov (vaak tram): in dam is meestal goed. De verbinding met delen vormen van regulering, zoals doelgroepen- doen:
straten met relatief weinig auto’s kan de van de regio buiten Amsterdam is echter minder beleid, passageheffingen of circulatiemaat- • Uitbreiding van laad- en loslocaties, zowel
auto op de trambaan. Voordeel voor fietsers optimaal. Ook dreigen er op verschillende lijnen regelen. nieuwe locaties als medegebruik van op-
is dat zij een vrije baan hebben, nadeel is capaciteitsproblemen te ontstaan bij een verdere • Autoverkeer gaat zich door onze aanpak en afstaplocaties van de passagiersvaart.
dat de tram vertraging kan ondervinden groei van de vraag naar openbaar vervoer. steeds meer concentreren op een beperkt • Invoeren venstertijden en aanpassen
van meerijdende auto’s. Daarom is er een regionale schaalsprong aantal wegen. Uitstootvrije auto’s en ligtijden, zodat er vooral gevaren wordt
• Mengen in tijd: venstertijden voor bevoor- in het openbaar vervoer nodig. Zie hierover het snelheidsverlagingen gaan helpen om de als andere gebruikers (passagiersvaart en
rading en andere functies. hoofdstuk Metropoolregio Amsterdam in Deel negatieve effecten hiervan te beperken. pleziervaart) minder actief zijn.
• Mengen van stilstaand verkeer: service- II WAAR. Door fietsverbindingen van en naar Het uiteindelijke doel is dat er steeds meer • Inzet op uitstootvrij transport over water
stroken voor laden/lossen, halterende stations te verbeteren en ook de fietsparkeerca- en grotere autoluwe gebieden ontstaan. per 2025. Daarvoor vergroten we de tech-
touringcars en taxi’s. paciteit op orde te hebben, kan het bereik van • Uiteraard moet de kwaliteit van het res- nische mogelijkheden, vooral wat betreft
stations flink worden vergroot. Met het aan- terende autonetwerk goed zijn. Dit moet laadpunten of tanken van emissievrije
Ruimte voor de voetganger bieden van meer deelmobiliteit op dergelijke extra robuust worden gemaakt om kwets- brandstof.
De voetganger is de belangrijkste modali- knooppunten vergroten we ook hier het aantal baarheid van het systeem te voorkomen. • Ontwikkelen van (juridische) kaders voor
teit in de stad. Of er nu gebruik wordt gemaakt mobiliteitsopties in de stad. • Voor taxi’s, touringcars en logistiek transport over water, zodat er duidelijke
van het openbaar vervoer, de fiets of de auto: de vervoer kan het netwerk op maat worden richtlijnen zijn voor gemeente en markt.
laatste meters zijn we altijd voetganger. Maar Voor het stedelijk ov-netwerk blijven we aangepast aan de behoeften om toegan-
verplaatsingen worden vaak ook geheel gedaan inzetten op een fijnmazige dekking. Dit bete- kelijkheid van de stad te garanderen voor Programma kades en bruggen
als voetganger. kent niet altijd dat er een directe verbinding is, deze vervoervormen. De komende decennia gaan we veel achter-
De voetganger neemt de minste ruimte in maar wel een halte op redelijke loopafstand. Bij • Voor logistiek verkeer en nood- en hulp- stallig onderhoud doen aan kades en bruggen in
van alle modaliteiten, maar heeft wel ruimte de uitbreiding van metrolijnen kijken we goed diensten vormen circulatiemaatregelen Amsterdam. Ruim 200 kilometer kades en 850
nodig om een aantrekkelijke optie te kunnen naar de effecten op het bus- en tramnetwerk. zoals venstertijden soms een obstakel. bruggen worden onderzocht en indien nodig
zijn. Voor een inclusieve stad is dat belangrijk. Op routes waar openbaar vervoer gemengd met We blijven lokaal kijken naar oplossingen aangepakt, terwijl de stad moet blijven functi-
Ook voor lichamelijk of visueel gehandicapten auto’s rijdt, kan de snelheid van trams en bussen hiervoor, zoals aangepaste venstertijden en oneren. Dat gaat regelmatig wrijvingen geven,
is meer ruimte nodig, met minder obstakels. de komende jaren wat lager worden. uitzonderingen voor nood- en hulpdien- ook op belangrijke hoofdaders in de stad. Veel
Zie ‘openbare ruimte’ voor meer hierover. sten en alternatieve vormen van bevoor- kades en bruggen zijn aangetast door intensief
Veel van het openbaar vervoer in Amster- rading. en zwaar verkeer. Een reden temeer om de stad
Ruimte voor de fiets dam is bovengronds. Dit kan knellen met de de komende decennia steeds meer van zwaar
De fiets is, naast de voetganger, het wens om grote aaneengesloten verblijfsgebie- Vervoer over water vrachtverkeer te ontdoen.
belangrijkste en meest ideale vervoermiddel den te maken. Hierbij hanteert Amsterdam het Het vervoer van goederen, afval, bouw-
in de stedelijke mobiliteit. Daarom blijven we uitgangspunt dat de ruimtetoedeling plaats- materialen en bevoorrading over water mag de Parkeren
de komende jaren de fietsinfrastructuur in de vindt op basis van de meest ruimte-efficiënte komende jaren toenemen. Dit ontlast bij- In de openbare ruimte van Amsterdam
stad verbeteren. Om de (elektrische) fiets ook modaliteit. In het ontwerp van de openbare voorbeeld kwetsbare bruggen en kademuren. liggen ongeveer 250.000 autoparkeerplaatsen.
op langere regionale afstanden te stimuleren, ruimte wordt extra aandacht gegeven aan over- Ook kan transport over water bijdragen aan Met de Agenda Amsterdam Autoluw kiezen we
zetten we in op een schaalsprong in het fietsnet- steekbaarheid. emissieloze mobiliteit. Transport over water ervoor om tot 2025 in drukke gebieden 10.000
werk: meer fietssnelwegen en doorfietsroutes bedraagt nu nog maar 1% van de vaarbewegin- parkeerplaatsen weg te halen, om ruimte te
voor afstanden tot 15 kilometer. We stellen de Het autonetwerk gen op het water. Wat ons betreft neemt dat de scheppen voor voetgangers, fietsers, openbaar
komende jaren steeds hogere eisen aan fietsin- Met de Agenda Amsterdam Autoluw komende jaren toe. Het moet als vervoerwijze vervoer, groen en laad- en losvoorzieningen.
frastructuur, omdat niet alleen het aantal fietsen nemen we al maatregelen om de instroom van volwaardig gaan meedoen bij afwegingen over Aangezien we de mobiliteitstransitie willen
groeit, maar ook het aantal bakfietsen, speed- de auto in de stad te verminderen en de impact mobiliteitsoplossingen in de stad. blijven stimuleren voor meer leefbaarheid in
pedelecs en cargobikes. van de auto te verkleinen. Dat doen we met de stad, gaan we ook na 2025 door met het
allerlei afremmende maatregelen, gecombineerd Maar ook op het water is het druk en verminderen van autoparkeerplaatsen. Dat bete-
In principe moet er overal veilig en com- met het aanbieden en verbeteren van alternatie- moeten er keuzes worden gemaakt. Overslag kent dat we minder parkeervergunningen gaan
fortabel kunnen worden gefietst. Of we aan ven. Deze lijn zetten we door. In het hoofdstuk van kade naar water en vice versa kost ruimte. afgeven, gecombineerd met prijsbeleid en het
genoemde nieuwe fiets-achtige vervoermidde- WAAR wordt uiteengezet wat dit betekent Logistieke processen moeten hierop worden stimuleren van deelmobiliteit. Door tegelij-
len (denk ook aan LEV’s, zie elders) altijd op het voor het autonetwerk in de stad. Verder zijn de aangepast, onder andere door de bouw van goe- kertijd werk te maken van meer locaties waar
fietspad ruimte kunnen bieden, is nog onder- volgende punten hierin nog van belang: derenhubs. Niet elk water is hiervoor geschikt, bewoners en bezoekers hun auto op afstand
werp van discussie. • We streven naar maximaal 30 km per uur omdat watertransport vaak niet samengaat met kunnen parkeren, ontstaat er meer ruimte in
als norm in stedelijk gebied. ecologische doelstellingen. Zie het hoofdstuk de stad. Bestaande bezoekersgarages zetten we
‘Water’ elders in deze beleidsagenda. daarom zoveel mogelijk in om de parkeervraag

192 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 193
van de straat op te vangen. Bewoners gaan dus en regionale ov-systeem en de stad. Verkeers- sterke sociale, economische en verzorgende wordt het gebruik van het gebied beperkt tot
steeds meer in garages parkeren. Bezoekers van- stromen en verblijfskwaliteit komen hier functie hebben voor de stad en haar buurten. industrie, havenfuncties en bedrijven die deel
gen we meer af aan de rand van de stad, waar- samen: er zijn veel reizigers, maar het is ook Door de beperkte ruimte is er in stadsstraten zijn van de transities naar duurzame energie en
door er meer ruimte ontstaat in deze garages. prettig om er te zijn. Stationskwartieren zijn spanning tussen activiteiten, voorzieningen en een circulaire economie. Op dit moment maakt
We willen deze maatregelen goed afstemmen de Amsterdamse vertaling van het internatio- verkeersstromen. Dit maakt ze aantrekkelijk en ook Sloterdijk West (Sloterdijken 2, 3 en 4)
met de gemeenten in de rest van de regio. nale principe ‘Transit Oriented Development’ dynamisch, maar het maakt ook stevige keuzes onderdeel uit van deze aanwijzing. Dat staat
(TOD): stations dragen bij aan stedelijke kwa- noodzakelijk, zeker in een verdichtende stad. de verdichting van de Sloterdijken in de weg,
In nieuw te ontwikkelen gebieden beper- liteit en bereikbaarheid, en stedelijkheid draagt In veel succesvolle stadsstraten binnen de in het bijzonder bij Sloterdijk 2, dat ook deel
ken we het parkeren in de openbare ruimte op haar beurt bij aan de kwaliteit en het gebruik ring A10 moet de ruimte beter worden ver- uitmaakt van de knooppuntontwikkeling rond
eveneens. Hier komen parkeeroplossingen in van stations. deeld. We willen de ruimte voor stilstaande station Sloterdijk. De visie van de gemeente
wijkhubs, waar we combinaties maken met objecten (auto- en fietsparkeren) verminderen is dan ook anders. De Sloterdijken zijn, naast
deelmobiliteit en andere voorzieningen. Ook Stationskwartieren zijn: ten gunste van (1) verblijf en voetgangers, (2) industrieterrein, ook een stedelijk bedrijven-
logistieke oplossingen zijn hier denkbaar, bij- • Hoogstedelijke, gebruiksintensieve gebie- fietsers, (3) openbaar vervoer en (4) logistiek. terrein dat plek biedt voor stadsverzorgende
voorbeeld wat betreft pakketbezorging en win- den met hoge verblijfskwaliteit. bedrijvigheid en andere stedelijke functies.
kelbevoorrading. Voor publieke professionals • Gebieden waarin het ov-station goed is In de naoorlogse stad willen we nieuwe Enkele delen van Sloterdijk 3 en 4, langs de
in met name onderwijs en zorg is soms ruimte geïntegreerd in het stedelijk weefsel. stadsstraten laten ontstaan, als aantrekkelijke Westpoortweg, vormen ook onderdeel van
voor parkeeroplossingen op maat. • Gebieden die door stedelijke functiemen- schakels tussen buurten en stadsdelen. Nieuw te het havenindustrieel complex en passen wel
ging de hele dag door worden gebruikt. ontwikkelen stadsstraten bevinden zich vooral binnen de aanwijzing. De stikstofproblematiek
Vervoershubs in de naoorlogse stad. Hier is omschakeling is hier voor bedrijven wel een uitdaging.
Hubs zijn schakelpunten in de mobiliteit In Deel II WAAR staan de verschillende nodig van de dominerende verkeersfunctie naar
voor mensen en goederen. Daarnaast kunnen typen Amsterdamse stationskwartieren meer ruimte voor voetgangers, verblijf, voorzie- De haven is voor benzine en diesel de
personenhubs dienen als locatie voor voorzie- beschreven. Hoe prominenter de positie van ningen en groen. In het ruimtelijk-programma- belangrijkste opslaglocatie in Noordwest-
ningen als pakketdiensten, winkelbevoorrading het station in het vervoersnetwerk, hoe hoger tisch kader in Deel II WAAR staat beschreven Europa. Voorts is de haven van Amsterdam, na
en het opladen van voertuigen. Hubs worden de de ambities voor het stationskwartier. Dit geldt over welke stadsstraten en welke delen van de Rotterdam, de grootste steenkolenhaven van
komende jaren belangrijk om de autoluwe stad boven op het basisprincipe dat iedere gebieds- stad we het hebben. Europa. Deze steenkolen worden per spoor en
met de meer van de auto afhankelijke delen van ontwikkeling rondom welk trein- of metrosta- binnenvaart doorgevoerd. Naar aanleiding van
de regio te verbinden. Voor de planning en het tion dan ook de betekenis van het station dient het Klimaatakkoord van Parijs (2015) heeft het
aanwijzen van locaties voor hubs gaan we graag te vergroten en er een verbinding mee aan dient Zeehaven havenbedrijf in 2016 besloten om op- en over-
in gesprek met omliggende gemeenten. te gaan. We gaan dat de komende jaren op basis De haven is een van de belangrijke pijlers slag van steenkolen uit te faseren en uiterlijk in
van een goede inhoudelijke leidraad in samen- van de gediversifieerde economie van Amster- 2030 te beëindigen. De Hemwegcentale is per
De Amsterdamse ambitie ten aanzien van werking met railbeheerders, vervoerders en dam, vergelijkbaar bijvoorbeeld met Schiphol, 1 januari 2020 stilgelegd, een besparing van 1
hubs staat beschreven in Deel II Waar in hoofdstuk andere gerelateerde partijen uitwerken. de dienstverlenende / financiële sector, de miljoen ton steenkool.
7 over het ruimtelijk-programmatisch kader. kennisinstellingen, en de creatieve en culturele
Stadsstraten sector. De huidige haven is vrijwel volledig Visie op de toekomst
Hubs moeten voor het overgrote deel nog In steden als Amsterdam gaan op veel plek- gelegen in het gebied Westpoort en maakt deel De toekomst van de Amsterdamse haven
worden gepland en opgericht. In gebiedsont- ken verkeer en verblijf hand in hand. Dat geldt uit van de haven- en industrieterreinen van is geschetst in de Gemeentelijke Visie Haven
wikkelingen wordt daar op vele plekken in de zeker voor drukke straten met veel verschil- het Noordzeekanaalgebied tot aan IJmuiden. (GVH), waarbij deze omgevingsvisie aansluit.
stad de komende jaren geschikte ruimte voor lende voorzieningen. Deze noemen we stads- Amsterdam behoort tot de zogenaamde Euro- Er worden vijf belangrijke publieke belangen
gereserveerd. Door hubs te combineren met straten. Ze zijn een bijzonder soort openbare pese Core Network Ports en is van strategisch gedefinieerd:
ander ruimtegebruik zoals busremises of sport- ruimte. Hier vallen verkeersstromen samen met belang voor de TEN-T-corridors (Trans-Euro- 1. duurzaamheid: klimaatneutraal en
velden kunnen we werk maken van meervoudig functies die publiek aantrekken en versterken pean Transport Network). Amsterdam heeft via circulair;
ruimtegebruik in de stad. ze elkaar. Als lange lijnen door de stad en de de haven toegang tot drie van de negen Euro- 2. de haven als nautisch en logistiek
rest van de agglomeratie verbinden zij verschil- pese corridors. De nieuwe zeesluis in IJmuiden knooppunt;
Stationskwartieren lende buurten met elkaar. Samen vormen zij maakt overslaggroei en ontvangst van grotere 3. het havengebied als industrieterrein;
Amsterdam heeft nu 11 treinstations en een netwerk van straten waarlangs mensen zich schepen, en daarmee een optimaal gebruik van 4. verstedelijking: hoogstedelijke woon-
38 metrostations. De stad wil de potentie van prettig, efficiënt en flexibel door de stad kunnen deze vervoersnetwerken mogelijk. De Amster- werkmilieus;
de belangrijkste van deze stations goed benutten bewegen. Voorbeelden zijn de Van Woustraat, damse haven is voor wat betreft tonnage de 5. veilig gebruik van de nautische ruimte.
en tegelijk hun betekenis voor de stad vergroten. Middenweg en Overtoom. vierde haven van Europa.
Stationslocaties worden stationskwartieren: Stadsstraten zijn belangrijk bij het aanha- 1. Duurzaam
prettige, intensief bebouwde stedelijke omge- ken van nieuwe stadsdelen aan het bestaande Het havengebied ten westen van de A10 Samen met het Havenbedrijf Amsterdam
vingen rondom grotere stations. Stationskwar- stedelijk weefsel. Stadsstraten zijn divers in is door de provincie aangewezen als indus- streven we ernaar om op- en overslag van
tieren vormen de schakel tussen het landelijke alle opzichten, waardoor stadsstraten een trieterrein van provinciaal belang. Daarmee fossiele brandstoffen voor 2050 uit te faseren.

194 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 195
De Routekaart Amsterdam Klimaatneu- infaseren, maar de uitfasering moet voldoende nieuwe openbare bibliotheek en het conserva- Door geluidsoverlast en de uitstoot van schade-
traal (AKN) geeft vier transitiepaden, waarvan bijblijven, zodat deze dubbele ruimtevraag kan torium in het Oosterdoks-eiland. Met de komst lijke stoffen zoals CO2 conflicteert het vliegver-
er één ‘Haven en industrie is’. Deze bestaat worden beperkt. van Haven-Stad zal deze ontwikkeling ook meer keer echter steeds sterker met het belang van
uit vier pijlers, waarmee de haven kan trans- westelijk in het havengebied verder gaan. Naast een gezonde leefomgeving, klimaatbeleid en
formeren naar een duurzame energiehub. De In het havengebied is in beginsel alleen de grote en professionele vaart wordt er ingezet ruimtelijke claims.
belangrijkste pijlers zijn: de transformatie van plaats voor bedrijven die havengerelateerd op het bevorderen van het (openbaar) vervoer
de haven als duurzame batterij; de ontwikkeling zijn of werkzaam zijn in de energietransitie of en de bevoorrading over water, met een goede Amsterdam zet in op een duurzame, vei-
van een groene waterstofeconomie; het ontwik- circulaire economie. Andere bedrijven, ook te bereikbaarheid voor privéboten, watertaxi’s en lige en selectieve beweging van Schiphol naar
kelen van CCSU (Carbon Capture Storage and verplaatsen bedrijven, kunnen elders in de regio ponten. multimodale hub. De effecten op de volksge-
Utilization); de reductie van CO2-uitstoot van landen, zoals op bedrijventerreinen in Amster- zondheid van omwonenden van de luchthaven
de industrie en opwek duurzame energie. Het dam, Almere, Haarlemmermeer, Lelystad en Amsterdam herbergt een aantal nauti- worden hierbij betrokken. Bij selectieve ontwik-
Havenbedrijf moet in 2030 10 MW extra wind- Purmerend. Bedrijvigheid met de grootste sche rijkswaterwegen, waarvan het IJ en het keling moet er voorrang zijn voor vluchten met
energie gerealiseerd hebben. Verder moeten alle risicocontouren gaat in beginsel zoveel mogelijk Amsterdam-Rijnkanaal de belangrijkste zijn. de grootste waarde voor de kwaliteit van het
geschikte daken worden benut voor zonnepane- naar de Amerika- en Afrikahaven. In de visie Deze twee waterwegen vormen tezamen een bestemmingennetwerk en daarmee de Neder-
len, net als in de rest van de stad. Noordzeekanaalgebied 2040 is een eventuele essentiële goederentransportas die de zeehavens landse economie. Het belang van Schiphol is
uitbreiding van het havenareaal voorzien in de van het Noordzeekanaalgebied verbindt met het gelegen in internationale connectiviteit, zowel
De Strategie Amsterdam Circulair Noordelijke Houtrakpolder. Deze mogelijkheid Nederlandse en Europese achterland. Vanuit per vliegtuig als per trein. Hierbij past een visie
beschrijft de ambitie om in 2050 een circu- komt echter pas in beeld na maximale optima- duurzaamheidsoverwegingen zal het ver- waarbij alle modaliteiten in samenhang met
laire stad te zijn. Amsterdam Circulair ver- lisatie en intensivering van bestaande terreinen voer over water in de toekomst toenemen. De elkaar worden bekeken.
eist een structurele systeemverandering, een en afstemming met ruimte op terreinen in de gemeente zet daarom in op een toekomstvaste,
nieuw economisch model. Belangrijkste pijlers metropoolregio. De gemeente Haarlemmer- vrije en robuuste vaarweg die een groei in de Een stop voor internationale treinen op
zijn: prioriteit bij vestigingen voor circulaire meer, waar de Houtrakpolder ligt, is bovendien binnenvaart kan faciliteren, zoals wordt geadvi- Schiphol versterkt de internationale hubfunctie
bedrijven; ondersteuning bestaande bedrijven tegen deze uitbreiding. seerd in het rapport “Genereus Verbonden” van en de internationale connectiviteit van Neder-
richting circulariteit; opbouw innovatie-eco- de commissie-D’Hooghe. land. Inzet is om korte vluchten waar mogelijk
systeem door het aanwijzen van opstartlocaties 4. Verstedelijking: hoogstedelijke woon- te vervangen door treinverbindingen. Daarom is
met experimenteerruimte. werkmilieus. Haven-Stad De vrijetijdseconomie op en rond het het van belang dat treinstation Schiphol zich kan
In het havengebied binnen de ring A10 water neemt in belang toe, en dat heeft zijn ontwikkelen. Om alle reizigers aan te kunnen,
2. Logistiek knooppunt wordt de komende decennia Haven-Stad als beslag op de ruimte. De (commerciële) plezier- moet bij station Schiphol en station Amster-
Duurzame logistiek draagt bij aan een grote gemengde woon-werkwijk ontwikkeld. vaart, watersport-industrie en jachthavens zijn dam-Zuid de capaciteit worden vergroot. Tot
sterkere internationale concurrentiepositie. Ten noorden van het Noordzeekanaal worden de afgelopen decennia fors gegroeid. De groei 2030 wordt er daarom zowel aan de weg als aan
De omslag naar duurzaam kan worden bereikt ook de Achtersluispolder en het Hembrugter- van watertoerisme is een internationale ont- het spoor gewerkt. Op Schiphol wordt de over-
door een verschuiving in goederenstromen rein in Zaanstad getransformeerd. De A10 is de wikkeling. Amsterdam is een populaire bestem- stap voor reizigers verbeterd, de A10-zuid wordt
van weg naar binnenvaart, spoor en buis; het toekomstige oostelijke grens van Westpoort, ming. Sinds de ingebruikname van de PTA in verbreed en in een tunnelbak gelegd en station
realiseren van hubs; stimuleren emissieloos bin- conform de Transformatiestrategie uit 2017 2000 is er elk jaar – tot aan de coronacrisis – een Zuid wordt grondig vernieuwd, met twee
nenvaartvervoer, bijvoorbeeld door voldoende en de Visie Noordzeekanaalgebied 2040. Deze vrijwel doorlopend stijgende lijn in het aantal sporen voor internationale treinen.
ligplaatsen voor de binnenvaart. Er is een reser- A10-grens wordt in deze omgevingsvisie beves- bezoekende zeecruiseschepen. Meer drukte op
vering voor extra spoor langs de snelweg A5 tigd. Het Havenbedrijf houdt rekening met de het water kan zorgen voor een grotere kans op Luchthaven en kwaliteit van leefomgeving
opgenomen om goederenvervoer om Amster- ontwikkeling van Haven-Stad en tevens houden ongelukken. Dat betekent dat een goede afstem- Luchthaven Schiphol legt een aanzienlijke
dam te leiden. de ontwikkelingen in Haven-Stad rekening met ming nodig is tussen veel partijen met verschil- ruimtelijke claim op de omgeving in de vorm
de benodigde milieuruimte van de bedrijvigheid lende belangen. van geluid- en veiligheidscontouren, hoogtebe-
3. Ruimte voor circulaire economie aan de westkant van de A10. perkingen en luchtverontreiniging. Het samen-
Het uitfaseren van fossiele activiteiten spel tussen de regels voor het luchtvaart-spoor
biedt ruimte voor het ‘infaseren’ van hernieuw- 5. Veilig gebruik van de nautische ruimte Luchthaven (Luchthavenverkeerbesluit) en het ruimtelijke
bare energiedragers (opwek, opslag en distri- Het water in de stad en haven wordt op Schiphol draagt bij aan de internationale spoor (Luchthavenindelingbesluit) moet de
butie). Dat wil zeggen dat de fysieke ruimte die allerlei manieren en steeds intensiever gebruikt. verbondenheid van Amsterdam. Het is een omgeving van Schiphol beschermen tegen
nu ingenomen wordt door kolen en vloeibare Dat is bijvoorbeeld goed te zien aan het IJ. Dat multimodaal knooppunt met een uitgebreid hinder en ruimte bieden voor ontwikkeling.
brandstoffen op termijn kan worden ingezet was vroeger een lege ruimte achter het CS, een netwerk van (inter)continentale bestemmin- Deze regels moeten goed op elkaar zijn afge-
voor productie en opslag van hernieuwbare oversteekplaats. Nu ontwikkelt het zich tot een gen. Met name dit netwerk is van groot belang stemd. Dit is in het belang van een zorgvuldige,
energiedragers. Deze processen van in- en binnenstedelijk waterplein en zijn er nieuwe voor de internationale positionering van de transparante en uitlegbare afweging over ruim-
uitfaseren lopen parallel, maar zullen niet altijd ‘Ankers aan het IJ’: het Muziekgebouw, het Metropoolregio Amsterdam. Het zorgt voor telijke ontwikkelingen. Amsterdam pleit voor
direct aansluiten. Soms zal er sprake zijn van Paleis van Justitie in het IJdok, het Eye Film- veel werkgelegenheid en is belangrijk voor de het terugdringen van de milieucontouren van
een dubbele ruimtevraag. De nadruk ligt op museum, de NDSM-werf, de Tolhuistuin, de economische ontwikkeling van de metropool. Schiphol om negatieve gezondheidseffecten in

196 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 197
15
de omgeving te beperken en voldoende ruimte
te bieden voor ruimtelijke ontwikkelingen in
de regio. In dat kader is het van belang dat

Gezonde stad
de consequenties van keuzes in het lucht-
vaart-spoor en het ruimtelijke spoor in onder-
linge samenhang in beeld worden gebracht.

Bereikbaarheid Schiphol
Een goede en veilige landzijdige bereik-
baarheid van de luchthaven moet hier ook in
worden meegewogen. Het doortrekken van de
Noord/Zuidlijn naar Schiphol en Hoofddorp
en het aanleggen van de ontbrekende schakel
in de Ringlijn van de metro tussen Isolatorweg Amsterdam wil een gezonde stad zijn waar mensen gezond kunnen leven. Dat betekent
en Centraal Station zijn effectieve en urgente dat mensen gestimuleerd worden tot gezond gedrag, zoals bewegen, sporten en gezond
oplossingen voor de bereikbaarheidsknelpunten eten en drinken. En het betekent dat de zorginfrastructuur op orde is, ook gezien de
en verstedelijkingsopgaven aan de westkant doorgaande vergrijzing. En dat de luchtkwaliteit voldoende is en mensen zo min mogelijk
van Amsterdam. Door het uitbreiden van het geluidsoverlast ervaren van wegverkeer, luchtverkeer en industrie.
metronet worden reizigersstromen anders
verdeeld over trein, bus en tram, waarmee meer
ruimte ontstaat voor treinverkeer op het (inter-) Gezondheid algemeen (Wmo) waar de gemeente verantwoordelijk
nationale netwerk. Dit faciliteert de geplande De inrichting van ruimte en gebouwen voor is, onder druk. De vraag naar zorg groeit en
woningbouw en de groei in werkgelegenheid en heeft invloed op de gezondheid van mensen. er is een groeiend tekort aan zorgprofessionals.
draagt bij aan het internationale vestigings- Een goed ingerichte leefomgeving draagt bij aan Dat geldt niet alleen voor Amsterdam, maar ook
klimaat. De regio werkt samen met het Rijk een gezondere levensstijl en aan het voorko- landelijk. Waar nu nog 1 op de 7 mensen in de
in het MIRT-gebied ZWASH (Zuidwestkant men van ziekten. Wij zien het ontwikkelen van zorg werkt, zal dat in 2040 1 op de 4 worden.
Amsterdam Schiphol Hoofddorp) en SBaB een gezonde stad als een kernopgave en maken Door de demografische ontwikkeling dreigen
(Samen Bouwen aan Bereikbaarheid) aan de gezondheid een vast onderdeel van de belan- ook toenemende tekorten aan mantelzorgers,
ontwikkeling van deze kerncorridor als de inter- genafweging in ruimtelijk beleid. We staan voor vrijwilligers en professionals in zorg en welzijn.
nationale entree van Nederland. enkele grote gezondheidsopgaven. Op de korte
termijn speelt de ontwrichtende impact van de Ongezond gedrag is verantwoordelijk voor
corona-epidemie. bijna 25 procent van de ziektelast. Roken veroor-
zaakt nog steeds de grootste gezondheidsschade.
Tot 2050 stijgt het aantal Amsterdamse Het aantal mensen met overgewicht en mensen

“Voor een gifvrij


65-plussers van 105.000 in 2018 tot 180.000 die weinig bewegen neemt toe. De fysieke leef-
in 2050. Bijna de helft van deze stijging komt omgeving is ook een bron van ziektelast: op dit

Amsterdam moet
door toename van het aantal ouderen met een moment kan minstens 4 procent van de ziekte-
niet-westerse herkomst in Amsterdam. De last in Nederland verklaard worden door lucht-

de stad nu echt
verwachting is dat deze groep tot 2040 zal verontreiniging en geluidsoverlast. Daarom wil-
verdrievoudigen, terwijl deze groep vaker te len we ook bij de inrichting van de stad bronnen

doorpakken
maken krijgt met chronische ziekten in verge- van ongezondheid minimaliseren en gezonde
lijking met autochtone 65-plussers. Het aantal keuzes tot de makkelijke keuzes maken.

om schadelijke
ouderen neemt niet alleen toe, maar mensen
bereiken ook steeds vaker een hoge leeftijd, ook Amsterdam vitaal & gezond

stoffen uit onze


wel dubbele vergrijzing genoemd. Vanwege de Tegen deze achtergrond is in 2020 gestart
hoge leeftijd krijgen meer mensen te maken met Amsterdam Vitaal & Gezond in 2040.

leefomgeving
met chronische aandoeningen zoals hart- en Amsterdam Vitaal & Gezond is een stadsbrede
vaatziekten, COPD, diabetes en dementie. Ook aanpak waarin het college samenwerkt met

te weren”
stijgt het aantal mensen dat met meerdere aan- Zilveren Kruis, zorgaanbieders en cliëntenor-
doeningen tegelijk kampt. Tegelijkertijd staat ganisaties aan een gezonde weerbare stad met
de zorg, zowel de verzekerde zorg als de zorg die gelijke kansen op goede gezondheid voor alle
Annelies den Boer | Stadsdeel West onder de Wet maatschappelijke ondersteuning Amsterdammers. Als het gaat over de toekomst

198 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 199
van de zorg, staan we voor een grote opgave. De knelpunten aan te pakken. Centraal daarbij is op het water in en rond de stad, of bij particuliere daarin is dat alle sportcapaciteit meegroeit met
zorgvraag verandert, de stad groeit, de kosten dat gezond en vitaal ouder worden afhankelijk sportscholen. Tegelijkertijd groeit het aandeel de groei van de stad. De sportnorm is onderdeel
stijgen en de arbeidsmarkt staat onder druk. is van een groot aantal factoren en die reiken kinderen dat sport in georganiseerd verband, van de ‘Referentienormen voor Maatschappe-
Bovendien nemen de gezondheidsverschillen in verder dan het individu en het gezin waarin je veelal bij de verenigingen op de Amsterdamse lijke Voorzieningen, Groen en Spelen’. Deze
onze stad toe. opgroeit. Ook sociale, ruimtelijke en economi- sportparken. Sport en bewegen zijn gezond en geven normen voor het toevoegen van sport en
Daarom zetten we meer in op preventie sche factoren spelen een rol. De WHO heeft op leuk, dus dat krijgt de ruimte in Amsterdam. Zie spelen in de openbare ruimte, sporthallen en
onder andere door goede verbindingen tus- basis van deze factoren een gids opgesteld aan hiervoor ook het hoofdstuk Inclusieve stad, para- (anders) georganiseerde buitensport en zwem-
sen het medische en het sociale domein. Door de hand waarvan samen met ouderen gewerkt graaf Maatschappelijke voorzieningen. baden, met de groei van de stad.
samen met Amsterdammers en professionals kan worden aan een stad waarin je gezond en
oplossingen te ontwikkelen; actuele data en vitaal ouder kunt worden. Beweegvriendelijke stad Belangrijk beleid zoals de Groenvisie, de
wetenschappelijke inzichten toe te passen. Bewegen in het dagelijkse leefritme is Agenda Autoluw, de Visie Openbare Ruimte,
Amsterdam Vitaal & Gezond brengt partijen Om gezondheid onderdeel te maken van voor de gezondheid het belangrijkst. Daarom het Actieplan Age Friendly City, het programma
en mensen samen in een stadsbrede aanpak de ruimtelijke ontwikkeling van de stad, is er stimuleren we actieve vormen van vervoer: een Amsterdam Rainproof en de Amsterdamse
waarin gewerkt wordt aan de opgave van de toe- de Amsterdamse Gezondheidslogica. Die bevat radicale keuze voor de transitie van auto naar Aanpak Gezond Gewicht biedt kaders bij de
komst. Thema´s zijn: groei van de groene stad, twaalf logische principes voor een gezonde openbaar vervoer, lopen, fietsen en combinaties groene en duurzame invulling van sportieve
arbeidsmarkt en onderwijs, data en technologie, leefomgeving. De komende jaren wordt de daarvan. De gezondheidsvoordelen van actief ruimte in de stad. De brede boodschap hiervan
acute en crisiszorg. Gericht op de vier groepen: Gezondheidslogica gebruikt bij de plannen voor vervoer zijn veelvuldig: bewegen, schone lucht, blijft van kracht.
ouderen, GGZ, Jeugd en Gezin en mensen met gebiedsontwikkeling en verder verbeterd op gezonder gewicht, mentale gezondheid en
chronische aandoeningen. basis van ervaring en nieuwe inzichten. minder geluidsoverlast. Nabijheid en fijnmazig- Nieuwe richtingen
heid van voorzieningen helpt bij de stimulering Amsterdam verdicht en wil het landschap
Samen werken we via de aanpak aan de Mentale gezondheid ervan. Ook op andere manieren stimuleren we zoveel mogelijk ontzien. Toevoeging van bui-
uitdagende einddoelen: Alle Amsterdammers Ontmoeting en zelfbeheer in een aange- mensen op allerlei natuurlijke manieren tot tensport is daarom ingewikkeld. Waarborging
gelijke kansen op goede gezondheid en tien name, groene openbare ruimte zijn belangrijk bewegen. De inrichting van straten, pleinen, van voldoende sportaanbod in de open lucht
gezonde levensjaren extra in 2040! voor de mentale gezondheid en gaan eenzaam- trappen, gebouwen, parken enzovoorts bepaalt doen we in drie stappen: het inpassen van sport
heid tegen. In een inclusieve sociale leefomge- sterk hoeveel mensen bewegen. Ontwerp en in de nieuwe buurten, het optimaliseren en uit-
Gezondheid werkt door in alles ving voelen mensen zich thuis, wonen ze veilig, inrichting moeten beweging bevorderen. breiden van het bestaande areaal en het toevoe-
Het Amsterdamse gezondheidsbeleid is krijgen ze steun en is de samenhang in de buurt gen van nieuwe locaties voor sport.
vastgelegd in de Nota Volksgezondheid Amster- groot. Elkaar (her)kennen is soms al genoeg Groeiende sportbehoefte
dam. Deze dateert uit 2017, maar wordt in voor buurtbinding en vormt de eerste stap voor De bouw van 150.000 nieuwe woningen Inpassen, optimaliseren
2021 vernieuwd en aangescherpt op basis van contact. De kleinste dingen zijn hier al belangrijk: leidt naar verwachting tot de groei van de stad sportlandschappen
de laatste, deels landelijke prioriteiten. Op basis schoolpleinen, de stoep, parken en speeltuinen, met 250.000 Amsterdammers, van wie bij In de (nieuwe) buurten maken we com-
van dit algemene beleid zijn er uitvoerings- pleintjes, uitlaatplekken voor honden, gemeen- een gelijkblijvende sportparticipatie ongeveer pacte ‘parken voor sport’. Gecombineerd met
programma’s zoals de Amsterdamse Aanpak schappelijke trappenhuizen of entrees. Voorts het 150.000 actief (wekelijks) zullen sporten. De openbare speelvoorzieningen en urban sports
Gezond Gewicht, programma Gezonde stad mogelijk maken van zelfbeheer van de openbare ruimtelijke sportopgave bestaat uit voldoende in een groene omlijsting bieden deze parken
en Amsterdam Rookvrij. Het bevorderen en ruimte door bijvoorbeeld ruimte te bieden aan en aantrekkelijke (groene) openbare gebruiks- ook plek voor georganiseerd sportaanbod. Dit
beschermen van de gezondheid is ook een basis (eigen) bankjes voor de deur en (moes)tuinen. en verblijfsruimte in buurten en wijken, die is vooral van belang voor kinderen en andere
voor de Groenvisie, het programma Lucht- uitnodigt tot sportieve activiteiten en sportief buurt- en wijkbewoners die voor hun sportbe-
kwaliteit, Amsterdam Autoluw, het Meerja- medegebruik van pleinen, plekken en routes. hoefte afhankelijk zijn van sport om de hoek.
renprogramma Fiets, het Actieplan Geluid, Sport, spel en bewegen Daarnaast voldoende en goed gespreid aanbod Bij de ontwikkeling van nieuwe stadsbuurten
Amsterdam Age Friendly City, Sportvisie 2025 Amsterdammers hebben een scala aan aan sportterreinen voor georganiseerde bui- groter dan 1000 woningen, realiseren we min-
en het nieuwe Horeca- en terrassenbeleid. Ook faciliteiten voor top- en breedtesport tot hun tensport. Tegelijk moet het bestaande areaal stens de helft van de sportnorm voor buiten-
is er Amsterdams Geluidsbeleid en de strategie beschikking en maken hier veel gebruik van. De aan sportterreinen continu worden beheerd, sport binnen de buurt. Daarbij zoeken we naar
Klimaatadaptatie. De essentie van al dit beleid sportparticipatie van Amsterdammers is hoger ontwikkeld en verduurzaamd. De hiervoor de goede functie op de goede plek. Buurt, wijk
is terug te vinden op verschillende plaatsen dan die van Nederlanders: de Amsterdammer benoemde opgaven voor sportterreinen gelden en landschap bieden elk ruimte aan verschil-
in deze omgevingsvisie en wordt hier dus ook sport vaker en diverser. Sportieve activiteiten ook voor de zwembaden en de bijbehorende lende soorten sportvoorzieningen We zoeken
bekrachtigd. worden zowel binnen als buiten, in georgani- terreinen. Dit doen we voor en samen met bovendien naar innovatieve oplossingen, zoals
Amsterdam is sinds 2015 toegetreden seerd verband als ongeorganiseerd ondernomen. sportaanbieders, sporters, Amsterdammers en sport op daken en boven en onder spoor- en
tot het wereldwijde netwerk van Global Age- maatschappelijke partners. metrolijnen en wegen.
friendly Cities van de Wereldgezondheidsor- Volwassen Amsterdammers sporten steeds
ganisisatie (WHO). De WHO heeft een werk- vaker individueel, met vrienden of familie, op het Sportnormen De tweede stap is het optimaliseren van
wijze ontwikkeld om de mogelijkheden van de moment dat het hun uitkomt. Ze doen dat boven- In de Sportvisie 2025 zijn de uitgangspun- bestaande sportterreinen die binnen vijftien
ouder wordende bevolking een plek te geven en dien steeds meer op openbare plekken; in parken, ten voor het sportbeleid vastgesteld. Basisidee minuten fietsen van nieuwe ontwikkelingen

200 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 201
liggen. Voorwaarde voor deze aanpak is behoud deze poorten naar het landschap nóg aantrekke- voedselsysteem. Daartoe onderscheiden we zes • afval scheiden en voedselverspilling tegen-
van het bestaande areaal aan sportterrein, en lijker maken om te sporten en bewegen. actielijnen: gaan (zie ook elders).
inclusief de locaties waarop in de vorige struc- 1. de sociale functie van voedsel als verbinder
tuurvisie woningbouw is voorzien. Optimali- Uitgaande van dit continuüm aan vrije- tussen mensen; Nieuwe richtingen
sering van het gebruik kan ook worden bereikt tijdsvoorzieningen voor spelen, sporten en 2. minder afval en voedselverspilling; Genoemde inspanningen zijn niet genoeg
door de omlijsting van sport met bebouwing, recreëren, moeten we anders gaan kijken naar 3. een gezonde voedselomgeving; om de soms ambitieus geformuleerde doelen
zodat het park meer onderdeel wordt van de sportparken. Van oudsher zijn sportterreinen 4. regionale productie en distributie; op dit vlak te halen. De komende jaren wordt
buurt en de stad. Daarmee worden sociale vei- vooral gericht op verhuur aan sportaanbieders. 5. ondernemerschap; daarom, in samenhang met het detailhandelsbe-
ligheid, bereikbaarheid en mogelijkheden voor Dit blijft een belangrijke functie, maar gezien 6. dierenwelzijn en eiwittransitie. leid, uitgewerkt welke andere inspanningen en
sportief, maatschappelijk en recreatief medege- de ontwikkelingen in de sportbeoefening en instrumenten nog aan de orde komen. Amster-
bruik vergroot. de toenemende gebruiksdruk op het groen in De gemeente wil een gezondere voedsel- dam onderzoekt bijvoorbeeld samen met enkele
en rond de stad, willen we de grotere Amster- omgeving in Amsterdam, waarin het aanbod andere gemeenten de juridische mogelijkheden
Extra sportcapaciteit op nieuwe locaties is damse sportparken verder ontwikkelen tot van gezond en duurzaam voedsel de norm van gemeenten om de voedselomgeving gezon-
aan de orde als sport in de buurt en optimalise- parken om in te sporten, bewegen, spelen en wordt. In woongebieden en vooral rondom der te maken. Het is niet duidelijk hoever we
ring van bestaande sportparken niet voldoende recreëren. Daartoe is het afgelopen decennium scholen dient het aanbod van fastfood, gemaks- kunnen gaan binnen de huidige wet- en regel-
zijn voor de sportvraag van nieuwe bewoners. een belangrijke stap gezet, door niet langer voedsel en winkels met calorierijke snacks te geving, die vooral het belang beschermt van
Dan kan er een stedelijk of innovatief sportpark sportparken integraal te verhuren, maar alleen worden beperkt. Gemeentelijke inspanningen ondernemers die ongezonde voeding aanbie-
komen, of een sportpark in het groen. We kun- de gebruiks-uren van de velden. Daarmee is het op dit vlak betreffen nu vooral voorlichting, den. Op rijksniveau is inmiddels benadrukt dat
nen denken aan nieuwe, aantrekkelijk vormge- gebruik door andere sportaanbieders, maat- bewustmaking en ondersteuning, en soms con- corona bewijst dat gezondheidsbevordering in
geven sport- en beweeglandschappen, uiteraard schappelijke partijen en particulieren mogelijk venanten en subsidies. We zoeken en agenderen onze leefomgeving meer aandacht verdient en
zorgvuldig ingepast. geworden en zijn de gemeentelijke sportparken de komende jaren krachtiger instrumenten om dat de definitieve NOVI op dit punt waar nodig
openbaar toegankelijk gemaakt voor publiek hierop te sturen. In de paragraaf ‘Detailhandel’ zal worden aangescherpt. Deze omgevingsvisie
Vele functies komen straks samen en recreatief medegebruik. De ontwikkeling (zie ‘Vitale Stad’) wordt dit punt daarom sluit zich daar bij aan.
Deze omgevingsvisie ziet de grenzen tus- en transformatie van sportparken naar parken nadrukkelijk genoemd als een van de nieuwe
sen veel stedelijke functies graag zachter wor- om in te sporten, bewegen, spelen en recreë- richtingen voor de toekomst. Ook in het te ver-
den, ook wat betreft sport en bewegen. Er kan ren vergt maatwerk en zal tot stand komen in nieuwen horecabeleid wordt dit een punt van Omgevingsveiligheid
gesport en gespeeld worden in niet daarvoor samenspraak met gebruikers en omliggende aandacht. Meer inwoners, banen en voorzieningen
geprogrammeerd groen, en andersom moeten buurten. Ook het gemeentelijke inkoopbeleid houdt door verdichting, maar ook klimaatadaptatie,
specifieke voorzieningen als speelplekken en rekening met gezond, sociaal en duurzaam. het vooroplopen in de energietransitie en het
sportvelden natuurinclusief en klimaatadap- In een mondiaal voedselsysteem met multina- omschakelen naar een circulaire economie
tief worden vormgegeven. Sportpark Laan van Voedsel en stadslandbouw tionale spelers en belangen is de gemeentelijke vragen om meer aandacht voor omgevingsvei-
Spartaan is een goed voorbeeld van dat laat- Voedsel is een bouwsteen voor een invloed bescheiden, maar juist in het directe ligheid. Binnen de fysieke leefomgeving raakt
ste. Kortom: verschillende functies en doelen gezonde en duurzame stad, het vormt net als contact met bewoners/consumenten belangrijk. veiligheid al deze aspecten en vormt daarom
grijpen in elkaar. Zie hiervoor ook de paragraaf gezonde lucht en schoon water de basis van ons een integraal onderdeel hiervan. Net als van alle
Groen, waarin een nieuwe hoofdgroenstructuur leven. Amsterdammers weten vaak niet wat de Qua ruimtelijke omgeving zijn er de ontwikkelingen waarvan de risico’s of de impact
wordt gepresenteerd. Kleinschalige sport- en impact van voedsel op hun gezondheid is en volgende aandachtspunten: op de fysieke leefomgeving nog niet (volledig)
speelvoorzieningen horen onderdeel te zijn van wat de impact van productie- en distributieme- • verduurzaming van het voedselproduc- bekend zijn. Een belangrijke notie bij het thema
de woonomgeving, vooral voor buurtbewoners thoden is op de omgeving. Voedsel wordt sterk tielandschap; veiligheid is dat een volledig veilige stad niet
die afhankelijk zijn van de nabijheid van voor- bewerkt met zout, suiker en vetten, wat obesi- • ruimte bieden aan stadslandbouw en mogelijk is. Veiligheid als absolute doelstelling
zieningen. tas, suikerziekte en andere ernstige aandoe- moestuinen (zie ook hoofdstuk ‘Groen’); kan niet en zou tot een onleefbare stad leiden.
ningen veroorzaakt. De kosten van verlies van • gezonde voedselomgeving; Deze omgevingsvisie juicht beweging, menging,
Parken bieden naast ruimte om te spelen biodiversiteit, ontbossing, zoetwaterschaarste • ruimte voor voedsel, in distributie en interactie – kortom: stedelijkheid – in principe
en te sporten ook ruimte voor verblijfsrecre- en uitstoot van broeikasgassen wordt niet zicht- logistiek, bewerking en bereiding door toe en tot op zekere hoogte horen risico’s daarbij.
atie en natuurwaarden, terwijl de groene en baar gemaakt in de prijs van voedsel. Boeren lokale initiatieven;
actieve verkeersroutes door de stad en richting verdienen te weinig aan gezond en duurzaam • ruimte voor innovatieve productie van Veiligheidsbeleid moet ervoor zorgen dat:
de scheggen aantrekkelijke routes vormen om geproduceerd voedsel. Herkomst van voedsel voedsel door technologisch geconditio- • onnodige risico’s worden geëlimineerd;
te wandelen, joggen en fietsen (alle drie in de is in de stad nauwelijks zichtbaar, waardoor we neerde omstandigheden (vertical farming); • ongewoon grote risico’s worden vermeden;
top 10 van meest beoefende sporten in Amster- ook geen verantwoordelijkheid meer voelen • eetbaar groen in de openbare ruimte (zie • het aanvaardbaarheidsniveau van risico’s
dam!). De ontwikkeling van de scheggen staat voor de milieu- en gezondheidsbelasting. ook groen); wordt benoemd.
vooral in het teken van landschapsontwikke- • voor zover mogelijk tegengaan van Bij ruimtelijke ontwikkelingen denken we
ling. Op de overgang tussen stad en landschap, Amsterdam wil bijdragen aan een voedsel- ongezond voedselaanbod in met name daarom vooraf na over de beperking van onge-
in de koppen van de groene scheggen, willen we transitie naar een gezond, sociaal en duurzaam schoolomgevingen; wenste (fysieke) veiligheidsrisico’s en nemen

202 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 203
we benodigde maatregelen in het ontwerp op. De routes gevaarlijke stoffen worden fysieke vestigingsruimte betreft, maar ook de tekend. De belangrijkste doelen en ambities
Dat betekent dat we ook ruimte maken voor de mogelijk nog belangrijker in de toekomst. Van- bijbehorende risicoruimte (waaronder ook de daarin zijn:
vestiging van hulpdiensten als politie en brand- wege de energietransitie zullen andere niet-fos- aandachtsgebieden) zal dit mogelijk ook naast-
weer. Dit doen we samen: met de burger, de siele brandstoffen nodig zijn, zoals waterstof. gelegen groen- en werkgebieden raken, ook over 1. dat alle aangesloten partijen toewer-
ondernemer, de veiligheidsregio. Door dialoog Deze zullen ook via deze routes getransporteerd gemeentegrenzen. ken naar het in 2030 realiseren van de
en een goede belangenafweging dragen we zorg worden en ook daar zal in de omgeving van deze advieswaarden die de World Health Orga-
voor bescherming tegen risico’s van branden, routes rekening mee worden gehouden. Al deze Alle risicovolle activiteiten in een risico- nization (WHO) hanteert voor stikstofdi-
rampen en crises en waarborgen we de hulpver- routes en bedrijven hebben behalve een risico- gebied worden benaderd alsof het één risico- oxide en fijnstof, en
lening en nazorg van slachtoffers bij incidenten. contour (waarbinnen maar beperkt kan worden volle activiteit is, waarvan de risicocontour is 2. dat partijen zich ten doel stellen om lande-
gebouwd) straks ook een aandachtsgebied. gelegen op de begrenzing van het risicogebied. lijk ten opzichte van 2016 in 2030 mini-
Het Dekkingsplan, het Regionaal Risico- Aandachtsgebieden zijn gebieden waar Binnen het risicogebied zijn geen (zeer) kwets- maal 50% gezondheidswinst te behalen
profiel en het Crisisplan van de veiligheidsre- extra aandacht nodig is om mensen te bescher- bare objecten toegestaan en beperkt kwetsbare voor de negatieve gezondheidseffecten van
gio zijn bij dit alles het uitgangspunt. Hierbij men tegen mogelijke incidenten bij activitei- objecten onder voorwaarden. Rondom risicobe- binnenlandse bronnen.
nemen we de volgende minimale kernwaarden ten met gevaarlijke stoffen. Voorbeelden van drijven en de risicogebieden gelden aandachts-
in acht: die ongevallen zijn warmtestraling (brand), gebieden. Bovengenoemde doelen sluiten goed
• het bepalen en afwegen van de fysieke vei- overdruk (explosie) en concentratie van giftige aan bij het Amsterdamse Actieplan Schone
ligheidsrisico’s. Hierbij wordt aangesloten stoffen in de lucht (gifwolk). Voor het industriegebied waar de haven Lucht uit 2019. Dit actieplan beoogt het wegne-
op het risicoprofiel van de stad; deel van uitmaakt, Westpoort, is gebiedsgericht men van zoveel mogelijk vervuilingsbronnen,
• veilig bouwen, rekening houdende met Activiteiten met gevaarlijke stoffen krijgen beleid gemaakt (Gebiedsvisie EV Westpoort vooral daar waar de gemeente de meeste invloed
zelfredzaamheid; aandachtsgebieden voor die drie hoofdscena- 2009). Dit beleid wordt ook in de komende op heeft: het wegverkeer, de passagiers- en ple-
• goede bereikbaarheid en adequate inci- rio’s (brand, explosie en gifwolk). Deze aan- jaren geactualiseerd. ziervaart en de mobiele werktuigen. Daarnaast
dentbestrijding. dachtsgebieden variëren in omvang, afhankelijk wordt houtstook in Amsterdamse huishoudens
van de activiteit. Ook zullen deze aandachts- Vervoer gevaarlijke stoffen van aangepakt en zijn mogelijkheden daarvoor in
Van externe veiligheid naar omgevings- gebieden deels over stedelijk gebied komen te en naar het havengebied nieuwbouw niet meer toegestaan. De maatre-
veiligheid liggen en soms de gemeentegrens overschrijden. De energietransitie leidt mogelijk tot een gelen moeten ervoor zorgen dat Amsterdam zo
Met de Omgevingswet wordt veilig- De wijze waarop in dergelijke gebieden om toename van het vervoer van gevaarlijke stoffen snel mogelijk voldoet aan de Europese normen
heid een belangrijk thema waarmee het reeds wordt gegaan met deze risico’s en welke risico’s over de weg, het spoor, water en buisleidingen. voor luchtkwaliteit. Bovendien willen we voor
bestaande begrip externe veiligheid wordt daar aanvaardbaar zijn, moet nog verder worden Een goede bereikbaarheid van het havengebied 2030 de strengere advieswaarden van de World
uitgebreid. Externe veiligheid gaat over activi- uitgewerkt. voor dit transport is daarom belangrijk. Zowel Health Organization (WHO) halen. Deze
teiten met gevaarlijke stoffen die tot rampen Het huidige Uitvoeringsbeleid Externe bij de keuze voor risicovolle activiteiten in het doelen lijken haalbaar, al was het maar omdat
kunnen leiden waarvan de potentiële schade Veiligheid zal in de komende jaren worden havengebied als bij de ontwikkeling van gebieden andere doelen in deze omgevingsvisie – met
voor mens en maatschappij zeer groot is. Samen geactualiseerd. Dit beleid geldt voor de hele langs de transportroutes moeten daarom afwegin- name klimaatneutraal, aardgasvrij, circulair –
met de Veiligheidsregio gaan we kijken welke stad (met uitzondering van Westpoort) en is gen worden gemaakt om de risico’s te beperken. daarbij helpen.
andere onderwerpen in de fysieke leefom- vooral gericht op de spoorwegen, rijkswegen, Voor grotere transportstromen wordt ingezet op
geving extra aandacht nodig hebben om de buisleidingen en vaarwegen. Langs deze routes het ontwikkelen van buisleidingen voor gevaar- De meeste maatregelen ten behoeve van de
veiligheid van de fysieke leefomgeving te ver- zal in de komende 30 jaar ook worden getrans- lijke stoffen. Buisleidingen zijn over het algemeen luchtkwaliteit zullen gelden voor het verkeer,
groten. Dat geldt bijvoorbeeld voor innovaties formeerd en verdicht. In het beleid wordt veiliger, maar vragen ook ruimte in de ondergrond zowel over de weg als over het water. Met een
als elektrische auto’s en houtbouw, waarbij de uitgewerkt op welke manier deze ontwikkelin- en reservering van te ontwikkelen tracés. combinatie van stimuleren, reguleren, com-
bestaande wetgeving, zoals het Bouwbesluit, gen zo veilig mogelijk kunnen worden gerea- municeren en faciliteren moet de hele stad stap
nog niet altijd voldoende is om een veilige leef- liseerd. voor stap in 2030 uitstootvrij worden. Om dat
omgeving te borgen. Luchtkwaliteit mogelijk te maken, komen er heel veel laadpalen
Aanwijzen risicogebied en aandachtsge- Schone lucht is een voorwaarde voor de voor elektrische voertuigen bij. Andere gevol-
Onder Omgevingsveiligheid vallen uiter- bieden externe veiligheid havengebied gezondheid van Amsterdammers en bezoekers. gen voor het wegverkeer worden beschreven in
aard ook de traditionele aspecten van externe In het havengebied zijn risicobedrijven Gezondheid is een prioriteit, zie hiervoor ook de paragraaf Verkeer en vervoer.
veiligheid, namelijk activiteiten met gevaarlijke gevestigd en zullen ook nieuwe risicobedrijven Gezondheid, hierboven in dit hoofdstuk.
stoffen. Door Amsterdam liggen belangrijke zich vestigen voor de energietransitie. Om de De huidige luchtkwaliteit voldoet meestal aan Amsterdamse richtlijn gevoelige bestem-
regionale en nationale routes (Basisnet) voor vestiging van deze bedrijven mogelijk te maken, de wet, maar niet aan de advieswaarden van mingen luchtkwaliteit
gevaarlijke stoffen. Dit zijn routes via alle moda- is het belangrijk om één of meer risicogebieden de World Health Organization. Met name in Mensen met een kwetsbare gezondheid
liteiten: buisleidingen, (rijks)wegen, spoor- en aan te wijzen voor de delen van het havengebied de stad binnen de ring A10 is de lucht op dienen extra te worden beschermd. Daarom
vaarwegen. Daarnaast zijn er bedrijven die waar deze risicobedrijven gewenst zijn. Dat veel plekken nog te vervuild. In 2020 heeft mogen in Amsterdam langs drukke wegen geen
vanwege het gebruik en opslag van gevaarlijke kan een groter gebied betreffen dan de huidige de gemeente Amsterdam daarom het lande- nieuwe voorzieningen worden gerealiseerd
stoffen als risicobron gelden. veiligheidscontour. Omdat het niet alleen de lijke Schone Lucht Akkoord (SLA) onder- voor ouderen of mensen met een kwetsbare

204 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 205
gezondheid en voor onderwijs of opvang voor deropvangplaatsen, te situeren in de specifieke • Deze uitgangspunten worden uitgewerkt besluit geluid Omgevingswet en de Aanvullings-
minderjarigen. Deze Amsterdamse richtlijn is zone. Zoals ook in het advies vanuit het Rijk is in een stedelijk geurbeleidskader. regeling geluid Omgevingswet. Met de inwer-
vastgesteld in 2010, geldt stadsbreed en wordt opgenomen is er mogelijk een verband aanwezig kingtreding van de Omgevingswet vervalt de
in deze omgevingsvisie doorgezet. tussen het optreden van leukemie bij kinderen Regelgeving rond geur is straks voor een mogelijkheid hogere waarden vast te stellen.
en de magnetische velden van bovengrondse deel opgenomen in standaard landelijke regel- Bij het toelaten van woningen op een bepaalde
De landelijke regelgeving heeft exclusief hoogspanningsverbindingen. Het gaat dan om geving voor elk gemeentelijk omgevingsplan. locatie moet de aanvaardbaarheid van de
betrekking op rijkswegen en provinciale wegen. een langdurig verblijf in ‘gevoelige bestemmin- Daarnaast heeft Amsterdam de beleidsvrijheid geluidkwaliteit van de woningen aanvaardbaar
De Amsterdamse richtlijn biedt gevoelige groe- gen’ binnen die zone. Onder het begrip ‘gevoe- voor extra regels en maatwerk voor bepaalde zijn.
pen ook langs drukke binnenstedelijke wegen lige bestemming’ wordt verstaan een woning, gebieden. Geur is echter gecompliceerd. In
extra bescherming tegen luchtverontreiniging. school, crèche en kinderopvangplaats. ‘Langdu- tegenstelling tot geluid en luchtkwaliteit is geur Het hogerewaardenbeleid zal hierop
rig’ wil hier zeggen minimaal 14 tot 18 uur per lastig meetbaar. Geur wordt veroorzaakt door moeten worden aangepast. Uitgangspunt hierbij
Het eerste uitgangspunt van de richtlijn dag gedurende minimaal één jaar. veel verschillende moleculen en is bovendien zal zijn dat het een beleidsneutrale aanpassing
is dat er geen nieuwe gevoelige bestemmingen een kwestie van persoonlijke beleving. Dit bete- van beleid zal zijn en dat de materiële eisen uit
mogen worden gerealiseerd langs snelwegen De minister heeft laten weten dat er regel- kent dat het op te stellen geurbeleidskader een het geluidbeleid zoveel mogelijk onveranderd
(aan weerszijden een zone van 300 meter) en geving komt, ook voor ondergrondse hoogspan- ingewikkelde opgave is die goed moet aanslui- zullen blijven.
provinciale wegen (aan weerszijden 50 meter). ningsverbindingen. Want ook de ondergrondse ten bij de menselijke ervaring en bij de verschil-
Het tweede uitgangspunt is dat er – ongeacht hoogspanningsleidingen hebben een elektro- lende gebiedskenmerken in de stad. 2. Via het Actieplan Geluid gaan we
de luchtkwaliteit – geen nieuwe gevoelige magnetische straling. ernstige geluidshinder in de stad tegen.
bestemmingen mogen worden gerealiseerd in Amsterdam is op grond van de Europese
de 1e-lijnsbebouwing binnen een afstand van De kern van het beleid is dat er in nieuwe Geluid richtlijn Omgevingslawaai verplicht om in een
50 meter van stedelijke wegen met meer dan situaties naar wordt gestreefd dat kinderen niet Geluid hoort bij een levendige, Actieplan Geluid aan te geven wat de gemeente
10.000 motorvoertuigbewegingen per etmaal. langdurig verblijven op plaatsen waar de jaar- bruisende stad, maar te veel geluid leidt tot doet om ernstige geluidsoverlast in de stad
Het gaat hier om de grotere drukke wegen. De gemiddelde magnetische fluxdichtheid hoger is hinder, slaapverstoring en bij langdurige te beperken. In het Actieplan Geluid gaat de
richtlijn geldt alleen voor nieuw te realiseren dan 0,4 microtesla (μT). Dat betekent dat er in belasting tot ernstige gezondheidsklachten. meeste aandacht uit naar verkeersgeluid, maar
gevoelige voorzieningen die afwijken van de gel- principe geen nieuwe gevoelige functies waar Zeker in een verdichtende stad is dit een er is ook aandacht voor andere geluidsbronnen.
dende bestemming. Van de Amsterdamse richt- kinderen langdurig kunnen verblijven (zoals belangrijk aandachtspunt. We willen ernstige Bij het verkeer gaat het onder meer om
lijn kan alleen worden afgeweken als bijzondere woningen, kinderdagverblijven en scholen) op geluidsbelasting tegengaan en zorgen voor geluidsisolatie van zwaar geluidsbelaste
omstandigheden en belangen hiertoe aanleiding die plaatsen worden gerealiseerd. genoeg plekken waar bewoners zich kunnen woningen langs hoofdwegen, aanleg van
geven, zulks ter beoordeling aan de GGD. De onttrekken aan drukte. Dit doen we op de geluidsreducerend asfalt en het bevorderen van
transitie naar elektrisch vervoer kan aanleiding Geur volgende manieren. stille plekken in de stad, aansluitend bij het
worden om deze richtlijn de komende jaren aan Net als geluid hoort geur bij de stad. De con- groenbeleid.
te passen. centratie van mensen en hun bedrijvigheid maakt 1. Via het genoemde hogerewaardenbeleid
geur deels onvermijdelijk en soms zelfs prettig. in het in 2019 geactualiseerde ‘Amsterdams 3. Overigens hebben onze autoluwe en
Elektromagnetische straling Geuroverlast en stank kunnen de leefbaarheid Geluidbeleid 2016, hogere waarde Wet emissieloze doelstellingen voor verkeer (zie de
Hoogspanningsleidingen hebben een en het woonplezier van stadsbewoners ook geluidhinder’ verbinden we bij bouwprojecten paragraaf Verkeer en vervoer in het hoofdstuk
elektromagnetische straling. Met het oog hierop flink in de weg zitten en zelfs leiden tot gezond- voorwaarden aan de verlening van ‘hogere Vitale stad) een bijzonder gunstig effect op
is vanuit het Rijk beleid ontwikkeld en is een heidsschade. Het is een gemeenschappelijke waarden’: dat zijn geluidswaarden boven geluid. We verwachten dan ook dat maximale
advies aan gemeenten en provincies gezonden opgave van gemeente, bedrijven en bewoners de wettelijke voorkeurswaarde, maar onder benutting van de wettelijke mogelijkheden
over hoogspanningsverbindingen in de nabij- om een balans te vinden tussen bescherming de maximale waarde. Omdat we het vooral voor geluidsbelasting in de toekomst minder
heid van gevoelige bestemmingen in verband tegen overlast en ruimte geven aan economische belangrijk vinden dat mensen met het raam vaak nodig is. Voorts heeft onze ruimtelijke
met gezondheidsrisico’s (hierna: het magneet- activiteiten. We willen daarom voor de hele stad open rustig kunnen slapen, worden in beginsel hoofdstructuur van stadsstraten (zie Deel II
veldvoorzorgsbeleid). Het advies houdt in om aanvaardbare basisgrenzen voor geuroverlast alleen hogere waarden vastgesteld als de woning WAAR, hoofdstuk Ruimtelijk-programmatisch
bij ruimtelijke plannen met tracés van boven- vastleggen. Uitgangspunten zijn daarbij: ook een stille kant heeft, bijvoorbeeld in een kader) als gunstig neveneffect dat de stad
grondse hoogspanningslijnen zoveel als redelij- • In delen van de stad met veel bedrijvig- gesloten bouwblok. Een stille gevel is een gevel grote verschillen in geluidsbelasting kent. Dat
kerwijs mogelijk is te vermijden dat er nieuwe heid, verkeer en/of horeca vinden we meer met een geluidsbelasting van ten hoogste de betekent dat de stad verschillende woonmilieus
situaties ontstaan waarbij kinderen langdurig geuroverlast aanvaardbaar dan bijvoor- voorkeursgrenswaarde. biedt, van druk tot rustig. Langs een stadsstraat
verblijven in het gebied onder bovengrondse beeld in een rustige woonbuurt. vind je gezelligheid en veel geluid, een
hoogspanningsverbindingen waarbinnen het • In gebieden waar verdicht wordt en woon- Met de inwerkingtreding van de achterliggende straat is daarvan grotendeels
jaargemiddelde magneetveld hoger is dan 0,4 functies en bedrijvigheid steeds dichter bij Omgevingswet, naar verwachting 1 juli 2022, gevrijwaard.
microtesla (de magneetveldzone). Er wordt elkaar komen te liggen, zullen ook minder zal de Wet geluidhinder overgaan in de
geadviseerd zo weinig mogelijk gevoelige strenge normen gaan gelden dan het stads- Omgevingswet, meer specifiek de Aanvullings-
bestemmingen, zoals woningen, crèches en kin- brede basisniveau. wet geluid Omgevingswet en het Aanvullings-

206 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 207
16
Nieuwe richtingen De belangrijkste dingen eerst
Aangezien we uitgaan van een verdere Schaarse openbare ruimte is dus vaak
verdichting van de stad, wordt openbare ruimte goed, maar dan moeten we wel kiezen waar we

Leefbare stad
schaarser en waardevoller en willen we een ruimte voor bieden. Bij het (her)inrichten van de
groenere inrichting. We moeten dus des te openbare ruimte zetten we onze prioriteitsvolg-
scherpere keuzes maken. We zetten de belang- orde versterkt door: voetganger, fietser, openbaar
rijkste nieuwe richtingen en consequenties voor vervoer, autorijdend, en tot slot parkeren op
de komende decennia hier op een rij. straat. Door Amsterdam autoluw te maken, blijft
er juist meer ruimte voor motorvoertuigen die
Schaarste als kans voor de stad noodzakelijk zijn, zoals bevoorra-
Schaarste is in de openbare ruimte geen dings-, bouw- en onderhoudsverkeer, en nood-
slechte zaak. Krappere openbare ruimtes in en hulpdiensten. De openbare ruimte wordt ook
Amsterdam wil een leefbare stad zijn voor mens en dier. Daarbij gaat het vooral om de dichtbebouwde stadswijken functioneren gebruikt voor commerciële doeleinden, zoals
kwaliteit van, en de betrokkenheid bij, de directe leefomgeving en het inperken van overlast, sociaal en economisch vaak uitstekend en zijn kiosken, staanplaatsen, uitstallingen, straatarties-
onder andere van uitgaanspubliek en toeristenstromen. Aantrekkelijke ontmoetingsplekken, geliefd. Juist vanwege die schaarste is het er ten en terrassen. We willen zorgvuldig omgaan
met goede maatschappelijke voorzieningen en kwalitatief groen in de buurt. Een leefbare sociaal veilig en levendig en voel je je er ‘gebor- met de schaarse openbare ruimte. Daarom komt
stad voor dieren betekent dat Amsterdam een sterke en diverse groenstructuur kent van gen’. Hoge bebouwingsdichtheid biedt draag- er beleid voor de economische activiteiten, voor
landschappen, parken, tuinen, groene verbindingen en natuurinclusieve gebouwen, met een vlak voor een rijke mix aan nabije voorzieningen betere afwegingen tussen de baten en de lasten.
grote biodiversiteit en klaar voor het klimaat van morgen. in publieke straatplinten. Het zijn ingrediënten
voor een leefbare en inclusieve stad, waar veel Meer bruikbare openbare ruimte
verschillende soorten mensen elkaar in de We hoeven minder te kiezen als we open-
Openbare ruimte Visie Openbare Ruimte 2025 doet dat en vormt openbare ruimte tegenkomen. bare ruimte efficiënter of meervoudig kunnen
De Amsterdamse openbare ruimte speelt dan ook de basis voor de inrichting en het gebruiken, dus dat proberen we de komende
een hoofdrol in het sociale en economische beheer van onze openbare ruimte. De ambities Wij zien dit succes graag op meer plek- jaren ook. Zelfs in een verdichtende stad zijn
succes van de stad. In deze ‘huiskamer van de uit deze visie zijn uitgewerkt in onder meer de ken in de stad: vandaar de strategische keuzes er mogelijkheden om openbare ruimte toe te
stad’ komt alles samen, hier zijn we allemaal Standaard voor het Amsterdamse Straatbeeld, Groeien binnen grenzen en Meerkernige ont- voegen of beter te benutten. Er zijn nog allerlei
welkom en moeten we ons veilig en thuis voe- het Beleidskader Verlichting en het Stedelijk wikkeling. Ook stadsstraten en centrumgebie- ruimtes in de stad, zoals sportparken, volks-
len. Hier wordt gerecreëerd, ontmoet, gewerkt, Kader Buitenreclame. En uiteraard de Agenda den buiten de ring A10 gaan zich op deze wijze tuincomplexen, zwembadterreinen, golfbanen
gedemonstreerd, of je bent er onderweg. In de Autoluw, waarmee we ruimte maken. Al het ontwikkelen, met meer menging en dichtheid, en schooltuinen, die meer betekenis kunnen
21e-eeuwse stad, met veel alleenstaanden en geldende beleid voor de openbare ruimte is en schaarsere en hoogwaardiger openbare krijgen voor meer Amsterdammers. Veel van die
activiteiten die meer en sneller in elkaar overlo- opgenomen in het digitale Handboek Inrichting ruimtes. Deze wijken, die nu nog vaak soci- ruimtes worden de komende jaren dus open-
pen, wordt de openbare ruimte des te intensie- Openbare Ruimte (https://hior.amsterdam.nl). aal-economisch minder succesvol zijn, krijgen baarder, met recreatiepaden door volkstuinen,
ver en onverwachter gebruikt. Er wordt op het daarmee stap voor stap ook de ruimtelijke bruikbare oevers of boardwalks langs wateren,
terras gewerkt, in het park gesport of ontmoet, De hoofdpunten uit de genoemde Visie voorwaarden die de rest van de stad zoveel en soms bijvoorbeeld (sport)parken op daken.
bij de tramhalte appjes gestuurd, enzovoorts. Openbare Ruimte worden overgenomen in deze succes hebben gebracht. De gebruiksintensiteit Zie hierover ook de betreffende paragrafen.
Ook bezoekers beoordelen een stad grotendeels omgevingsvisie. Dat zijn: zal toenemen en het belang van de openbare
op basis van de openbare ruimte, het is het visi- ruimte als ontmoetingsruimte en als bind- Vergroenen van de openbare ruimte
tekaartje van de stad. Het belang ervan kan dus • Prioriteit voor verblijfsfuncties, voetgan- middel voor bestaande en nieuwe bewoners, De keuze voor rigoureus vergroenen van
nauwelijks worden overschat. gers en fietsers. bezoekers en werknemers wordt groter. de stad krijgt voor een flink deel zijn beslag in
• Weinig statische functies, veel flexibel de openbare ruimte. Groen in straten en op
De Amsterdamse openbare ruimte omvat gebruik. Wel is daarbij van belang dat mensen ook pleinen dient meerdere doelen. Het draagt bij
veel: wegen, pleinen, trottoirs, plantsoenen, • Mooi en goed onderhouden. de rust kunnen blijven opzoeken. Het onder- aan de leefbaarheid, klimaatbestendigheid en
water, bruggen, parken, sportvelden, speeltui- • Groen en uitnodigend tot bewegen. scheid tussen drukke en rustige openbare ruim- geeft ruimte voor ontspanning. Groen wil-
nen. Veel van deze onderdelen komen elders • Duurzaam en klimaatbestendig. tes wordt de komende jaren daarom versterkt. len we daarom altijd een plek in de openbare
in deze omgevingsvisie aan de orde, met name • Meer openbaar toegankelijk. Tussen de drukke stadsstraten, stationskwar- ruimte geven. We doen dit waar het goed gedijt.
in de paragrafen Groen, water, gezond, sport • Duidelijk onderscheid tussen levendigheid tieren en stadsdeelcentra blijven luwe woon- Daarbij streven we niet alleen naar perkjes en
en Verkeer en vervoer. Keuzes die daarin vaak en rust. buurten en rustige zijstraten dus nadrukkelijk plantsoenen, maar vooral ook naar meer straat-
terugkomen, zijn meer ruimte voor groen en • Eén ontwerpstandaard: de zogenaamde behouden. Zie ook de paragrafen Geluid en het bomen en gevelgroen. Inrichtingsprincipes
verblijf, meer openbaarheid, uitnodigend tot Puccinimethode. ruimtelijk-programmatisch kader in Deel II hiervoor staan beschreven in Puccini Handboek
beweging, en minder uitnodigend voor de auto. • Ontwerp in samenhang met de ondergrond. WAAR. Groen. Uiteindelijk maken we op straatniveau
Maar we moeten de openbare ruimte ook • Ontwerp en beheer gaat samen en demo- altijd afwegingen. De voetganger moet immers
in samenhang zien. De in 2017 vastgestelde cratisch. gewoon door de straat kunnen, de fietser heeft

208 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 209
ruim baan nodig en het ov willen we laten door- Kades en bruggen camera’s in de openbare ruimte die ons gedrag (2016), Welstand op het water (2018), Nota
stromen. Veel kades en bruggen in de stad verkeren monitoren. Dit biedt kansen, maar extreme Varen deel 1 (2019) en deel 2 (2020). In de
in slechte staat. De komende decennia worden voorbeelden uit bijvoorbeeld China laten ook watervisie is meer ruimte voor groei en sprei-
Voetgangersbeleid onderhoudsachterstanden ingehaald die in de zien dat we hier kritisch op moeten zijn. Gezien ding van functies op het water. Met de nota’s
Naarmate de stad verder verdicht, verdient hele stad tot overlast zullen leiden. Straten, de zeer snelle ontwikkelingen op dit vlak doet Varen ligt de nadruk op de aanpak van drukte,
de voetganger meer aandacht: lopen is immers kades en oevers zullen tijdelijk buiten gebruik deze omgevingsvisie hierover nog geen stellige beperking van overlast, ambitie voor emissievrij
gezond, duurzaam én het vraagt weinig ruimte. worden gesteld. Voor zover dat logistiek haal- uitspraken, behalve dat inclusiviteit, vrijheid en varen en meer goederenvervoer over het water.
Amsterdam moet een stad worden waar het baar is, combineren we renovaties van kades en rechtvaardigheid de perspectieven zijn waar- De grote lijn in het waterbeleid tot nu toe is
overal aantrekkelijk en comfortabel is om te bruggen altijd met andere doelen in deze omge- mee wij deze ontwikkelingen blijven beoor- behoud van evenwicht tussen de verschillende
lopen. Daarom stelt Amsterdam op korte ter- vingsvisie, zoals de agenda autoluw, klimaat- delen. Zie het hoofdstuk Inclusieve stad voor functies en behoud van kwaliteit. Deze lijn
mijn nieuw voetgangersbeleid vast, met onder adaptieve maatregelen of voorzieningen ten meer hierover. wordt in deze omgevingsvisie voortgezet. Veel
meer aandacht voor trottoirs en loopcomfort. behoeve van de energietransitie. Voorts pogen punten uit de Watervisie Amsterdam 2040
Het is wenselijk om ook oversteektijden hierin we de directe omgevingen tijdens renovaties en de bijbehorende uitvoeringsagenda zijn
mee te nemen. leefbaar te houden. Dit uitgangspunt geldt voor Water nog actueel. Voor de uitvoeringsagenda is een
alle bouwwerkzaamheden in de stad, hoe lastig Amsterdam staat al eeuwen bekend als beperkte actualisatie gewenst.
Nieuwe objecten in de openbare ruimte dat soms ook is. waterstad en heeft een van de grootste havens
We krijgen de komende jaren te maken van Europa. De variatie in watersystemen Veel beleid over woonboten is gebieds-
met nieuwe objecten in de openbare ruimte, Inclusief en democratisch maakt Amsterdam uniek: van de grachtengor- gericht in bestemmingsplannen verwerkt. In
zoals onderstations, middenspanningsruimtes, Omdat we een inclusieve stad willen zijn del (Unesco Werelderfgoed) tot het nieuwe het omgevingsplan worden terminologie en
warmtestations, gescheiden afvalfaciliteiten, en de openbare ruimte van iedereen is, willen IJburg in het IJmeer, van de grote plassen tot het meetmethodes geharmoniseerd, met behoud
pakketpunten, oplaadpunten, parkeerplaatsen we inrichting en beheer samen met gebruikers waterrijke gebied in landelijk Noord. Behoud en van de gebiedsgerichte accenten. Veel beleid
voor nieuwe deelmobiliteit en zenders voor doen. Dominant gebruik door één groep is versterking van dit DNA of het ‘ blauwe goud’ over oevergebruik is door stadsdelen ontwik-
mobiele telecommunicatie. Ten eerste willen onwenselijk, we moedigen diverse vormen van van Amsterdam is een vanzelfsprekend uit- keld. Actualisatie en harmonisatie zijn gewenst,
we alleen objecten die bijdragen aan doelen in gebruik aan. Amsterdam bestaat uit een rijk gangspunt, dat in dit hoofdstuk wordt uitge- om meer toegankelijke ruimte op de oever en
deze omgevingsvisie. Daarnaast kijken we eerst palet van wijken en buurten met verschillende werkt. Andere functies van oppervlaktewater, meer zicht op het water te krijgen. De gehar-
of objecten inpandig of ondergronds kunnen bevolkingssamenstelling en dus ook verschil- zoals de rol in het drink-, afval- en grondwater- moniseerde regels worden te zijner tijd in het
worden ingepast. Daarna pas in de openbare lende wensen ten aanzien van inrichting en systeem via peilbeheer en waterkeringen, zijn omgevingsplan opgenomen.
ruimte, liefst in combinatie met andere objec- gebruik. Door daar oog en oor voor te hebben, te vinden bij de hoofdstukken Ondergrond en
ten. Door ontwerp van boven- en ondergrond bevorderen we betrokkenheid bij de eigen leef- Klimaatbestendig. Veel ambities voor water gaan samen op
als één integrale ontwerpopgave te zien, kan omgeving. Zie ook het hoofdstuk Agenda voor met groen, vanwege natuurbehoud, recreatie,
hier ruimte worden gewonnen. Verder zullen Samen stadmaken in Deel III HOE. Druk op het water ecologie, habitat voor dieren of gezonde lucht.
we beleid opstellen ten behoeve van de inpas- De groei van Amsterdam heeft geleid tot Zie ook de paragraaf Groen. Waar water daar
sing van nieuwe objecten. Inclusiviteit betekent ook oog hebben toenemende druk op het water. De recente niet expliciet is genoemd, kan bijna overal na
voor mensen die zich minder vaak laten horen. coronacrisis heeft die druk wat verminderd, maar groen ‘en water’ worden toegevoegd. In dit
Natuurinclusief, klimaatbestendig, circulair Zo vinden wij de openbare ruimte op veel we moeten er rekening mee houden dat allerlei hoofdstuk wordt verder ingegaan op vijf belang-
Nog een reden om een meer integrale plekken nog kind- en senioren-onvriendelijk. vormen van scheepsverkeer, recreatie, oever- rijke functies van het water en wat we daar in de
ontwerppraktijk na te streven is het feit dat De komende jaren willen we daar langzaam gebruik, evenementen enzovoorts toch weer toekomst mee willen.
duurzaamheid steeds meer aan de basis komt te verbetering in brengen. Tot slot is er ruimte gaan toenemen. Dat vergt keuzes, ook omdat
liggen van het inrichten van de Amsterdamse voor kunst in de openbare ruimte: bij nieuwe een onbelemmerde waterdoorstroming grenzen Nieuwe richtingen
openbare ruimte. Een van de strategische keuzes gebiedsontwikkelingen worden hier via een stelt aan wat we op het water doen. De grachten
van deze omgevingsvisie is rigoureus vergroe- percentageregeling middelen voor gereser- tussen de Amstel, Gemaal Zeeburg, Singelgracht Water als ruimte en landschap
nen. De komende jaren neemt het oppervlak aan veerd. en Nieuwe Herengracht zijn hoogwaterbema- Veel Amsterdams water heeft landschap-
verharde openbare ruimte dus af. Er komen meer lingsgebied ten behoeve van de afwatering van de pelijke en cultuurhistorische waarde. Met
groenstroken, bomen, graskeien, wadi’s, gevel- Digitalisering, privacy Amstelboezem. Al het water uit het Amstelland alle druk op het water bestaat het risico dat
tuinen. De openbare ruimte wordt natuurin- De samenleving digitaliseert in hoog moet door de grachten heen. Er is veel achter- het water verrommelt. Pogingen tot exclusief
clusiever en klimaatbestendiger, met meer tempo, met allerlei consequenties voor de stallig onderhoud aan kades en bruggen. Aanpak gebruik nemen toe, zoals uitdijende, te dicht op
circulaire materialen. Zie Duurzame stad en de fysieke openbare ruimte, ons gedrag daarin daarvan legt nog jarenlang beperkingen op aan elkaar liggende woonboten, private terrassen
paragraaf Groen. Dit alles betekent dat onze Puc- en ook onze privacy. Denk aan afhaalpunten gebruiksmogelijkheden van het water. en steigers of oevergebruik achter hoge schut-
cinistandaard voor inrichting van de openbare voor internetwinkelen, routeplanners die onze tingen. Veel van deze ruimte wordt bewust of
ruimte hier voldoende mogelijkheden voor moet gang door de stad steeds meer bepalen, open- Gebruik van het water: beleid tot nu toe onbewust aan de openbaarheid onttrokken.
blijven bieden. De Puccinihandboeken dienen bare wifi in winkelgebieden, handhaving met Er is al het nodige waterbeleid vastgesteld. Handhaving is gebrekkig. De komende jaren
dan ook regelmatig te worden geactualiseerd. automatische kentekenscanners, steeds meer Recent zijn de Watervisie Amsterdam 2040 leggen we daarom de volgende accenten:

210 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 211
1. We gaan behoeften per gebied in samen- 1. Ter verbetering van de kwaliteit van de daarom staan. Behoud van historische woonbo- besef is bij veel Amsterdammers op dit punt nog
spraak met bewoners en andere betrokke- IJ-oever in het centrumgebied moeten ten heeft een breed draagvlak. te mager. Nieuwe accenten worden:
nen inventariseren. Waar is meer zicht op riviercruiseschepen worden verspreid naar
het water gewenst? Waar is behoefte aan de flanken van de stad. Ook voldoende De laatste bedrijventerreinen aan het 1. De ecologische waterkwaliteit in veel
groene oevers, oplaadpunten voor ple- ligplaatsen voor de binnenvaart in haven- water worden in rap tempo vervangen door vijvers en sloten is slecht, onder andere
ziervaart, wisselplekken voor woonboten, water zijn belangrijk. kantoren, woningen en hotels. Daar moeten doordat bladval en voedselresten het
steigers voor goederenvervoer of zwem- 2. Ruimte voor meer recreatieve veerver- we zorgvuldig mee omgaan, want die ruimte water te voedselrijk maken. Met betere
plekken? Waar hinderen de betrokkenen bindingen over het IJ, bijvoorbeeld een hebben we nodig voor watergebonden bedrij- oeverinrichting, baggeren en visstand-
elkaar? Een beeld daarvan maakt goede oost-westverbinding over het IJ. vigheid, onze ambities om de passagiers- en beheer kan de ecologische kwaliteit
afwegingen mogelijk. 3. Er komt beleid voor toeristenvervoer en pleziervaart te verduurzamen en om goederen- worden verbeterd.
2. We overwegen een ‘Puccini Blauw’, als partyschepen op het IJ. Ook is een visie vervoer over het water te stimuleren. Nieuwe 2. Aanwijzen van rustgebieden waar de
catalogus voor de inrichting van openbare nodig op de chartervaart op IJmeer en accenten worden: waterecologie zich kan ontwikkelen,
ruimte rond water. Standaardisatie is hier IJsselmeer, met aandacht voor regionale bijvoorbeeld de Ringvaart van de Water-
gewenst, bijvoorbeeld voor inrichting van recreatieve veerverbindingen. De Passen- 1. Toekomstbestendige jachthavens, met graafsmeer en de Westlandgracht. Voor
kades en oevers en walkasten voor nuts- en ger Terminal Amsterdam wordt mogelijk vooral forse investeringen in laadinfra- deze wateren wordt onderzocht of er
toegangsvoorzieningen voor woonboten. verplaatst naar de Coenhaven. structuur voor duurzame boten. ruimte is voor ondieptes en meer glooiend
3. Met gebiedsgericht maatwerk wordt het 4. Binnenwater dient te worden toegewezen 2. Nieuwe waterverbindingen. Met de ont- watertalud. Een uitdaging zou ook zijn om
zicht op het water vergroot. Handhaving aan functies en activiteiten die daaraan wikkeling van nieuwe woongebieden ont- dit te doen in één of meer nader te bepalen
van illegale schuttingen en betere afspra- gebonden zijn. Functies die zijn gericht op staat de uitdaging om deze via het water te grachten in het centrum. In rustgebieden
ken over zichtlijnen bij onder voorwaarden activiteiten in de regio of in havenwater verbinden met de rest van de stad. Zo kan komen dan beduidend minder mogelijkhe-
verhuurde oevers zijn daarvan onderdeel. kunnen beter worden verplaatst. bij de ontwikkeling van Haven-Stad een den voor ander gebruik.
Bij nieuwe ruimtelijke ingrepen worden de 5. Het binnenwater vormt een belangrijk nieuwe vaarverbinding tussen de Vlotha- 3. Aanleg van meer natuurvriendelijke
inrichting en het openbare gebruik van de netwerk met mogelijkheden voor bevoor- ven en het westelijk Marktkanaal in West oevers, zowel onder als boven water. Ook
oever liefst hersteld. rading tot diep in de stad. Het netwerk is interessant zijn. Ook het doortrekken van in stadsparken en bij kadeherstel gaan we
4. Voor duurzame energieopwekking wordt vastgelegd in doorvaartprofielen, waarbij de Westlandgracht blijft een optie. Daar- meer ruimte bieden aan vegetatie en paai-
ook gekeken naar locaties op water. In de met name op de A- en B-profielen vervoer naast willen we knelpunten in sloepennet- en schuilgelegenheid.
regionale energiestrategie is het grootscha- van grotere goederen en bouwmaterialen werken oplossen en stedelijk met landelijk 4. Meer verbindingen tussen groen-blauwe
lig opwekken van zonne-energie op water mogelijk is, indien de bruggen niet te laag noord verbinden. gebieden in de stad, voor meer mogelijk-
als ‘nee, tenzij’ benoemd. Indien wind- zijn. Door knelpunten in doorvaarthoogte 3. Nieuw water in nieuwe wijken wordt vol- heden voor planten en dieren om zich
molens in het IJmeer of zonnepanelen op op te lossen en laad- en loslocaties te ont- gens ecologische principes ontworpen en te ontwikkelen, schuilen, paaien, paren,
water noodzakelijk zijn, dan dient de wate- wikkelen en in te richten, vergroten we de aangelegd. Het water is dan direct geschikt broeden en van leefgebied naar leefgebied
recologie en het recreatieve gebruik van het bruikbaarheid van dit netwerk. voor mens en natuur. te trekken. Ook watergangen zijn goede
water zo min mogelijk te worden geschaad. 6. Inrichting van voldoende binnenstedelijke 4. De transformatie van voormalig industri- verbindingszones. Zie verder Hoofdgroen-
Zie hiervoor ook de delen over klimaat en overslagplekken aan het water ten behoeve eel gebied in woongebied vraagt vaak om structuur, paragraaf Groen.
energie in deze omgevingsvisie. van goederen- en afvaloverslag, in ver- sanering van (water)bodemvervuiling of 5. Gebruik van diep oppervlaktewater
schillende delen van de stad. betere kwaliteit van het oppervlaktewater, voor koudeopslag voor stadskoeling. Nu
Water voor transport en verbinden om recreatie of natuurontwikkeling moge- worden alleen de Nieuwe Meer en de in de
Amsterdam heeft een grote en groeiende Water voor wonen en werken lijk te maken. gemeente Ouder-Amstel gelegen Ouder-
haven, met het IJ, IJmeer en het Amster- Wonen en werken in of aan het water is kerkerplas hiervoor gebruikt, maar de
dam-Rijnkanaal als verbinding naar het achter- populair. Woonboten willen graag uitbreiden, Water en natuur, ecologie en komende jaren wordt gezocht naar meer
land. Transport over water wordt gestimuleerd met ook vlonders rondom de boot en ruimte duurzaamheid mogelijkheden hiervoor. Zie verder de
omdat het duurzamer kan zijn, maar vooral als op de oever. Cafés en restaurants willen graag Veel Amsterdams water is ecologisch paragraaf Warmte- en koudenetten in het
alternatief voor zwaar transport over zwakke een terras aan het water, op een steiger, of zich belangrijk, onder meer vanwege de combinatie hoofdstuk Duurzame stad.
kades en bruggen. Omdat de stad groeit, willen vestigen op een boot. Kantoren vinden uitzicht van zoet/zout/brak water. De biodiversiteit is 6. Opzet van een waternatuurcentrum, met
meer mensen het IJ oversteken. Allerlei vor- op het water een verrijking. Maar dergelijke er hoog, onder meer met trekvissen. Intensie- informatie over de bijzondere ecologische
men van recreatief passagiersvervoer kunnen ontwikkelingen belemmeren wel steeds meer ver ruimtegebruik tast ecologische waarden en waarde van het water in en om Amsterdam
weer gaan toenemen, ook buiten het centrum: uitzicht op het water, de doorstroom en de verbindingen echter aan. Zo veroorzaken meer (haring in het IJ, Natura 2000-gebied Mar-
zee- en riviercruises, recreatieve veerverbindin- waterkwaliteit. We willen deze waarden beter motorboten troebeler water en geven grotere kermeer & IJmeer, natuurontwikkelings-
gen, chartervaart, enzovoorts. We noemen de beschermen en herstellen. Het huidige beleid woonboten, terrassen en steigers meer scha- projecten, vistrekroutes, mosselbanken,
volgende accenten voor de komende jaren: om het aantal woonboten niet uit te breiden, om duw, met negatieve effecten op de ecologie. De enzovoorts).
via kleinschalige herschikkingen knelpunten op kwaliteitsdoelen van de Kaderrichtlijn Water
te lossen en overtredingen te handhaven, blijft worden dan misschien niet gehaald. Kennis en

212 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 213
Water voor sport en recreatie een enorm areaal aan water met nu nog voor de planning van nieuw groen in gebieds- 2. Groen draagt bij aan zoveel
De groei van de stad betekent dat meer beperkte mogelijkheden voor watersport ontwikkelingen. Veel bestaand groen is vast- mogelijk opgaven
mensen op of in het water willen sporten. Nu en -recreatie. De IJ-oevers krijgen zo voor gelegd in de Hoofdgroenstructuur, die al veel Groen kan een positieve bijdrage leveren
de kwaliteit van het water beter wordt, willen heel Noord en het westelijk deel van de langer bestaat. Deze Hoofdgroenstructuur deed aan veel doelen in deze omgevingsvisie. Het
meer mensen binnen de stad zwemmen. Er stad een recreatieve functie. en doet goed haar werk, maar wordt op enkele draagt bij aan klimaatadaptatie, door water vast
komen meer plezierboten en kano’s. We zien 4. Nieuwe laad- en onderhoudsinfrastructuur punten vernieuwd; zie hiervoor Deel II WAAR te houden en zo pieken in wateroverlast en
Amsterdammers suppen, fly- en wakeboarden. voor uitstootvrije motoren van plezier- en en de paragraaf hierna. droogte te verminderen. Wel dient men zich in
Veel hardlopers doen ‘een rondje om de plas’. passagiersvaartuigen in jachthavens. gebieden met houten paalfunderingen reken-
De meeste watersport of -recreatie past bij een Referentienormen en hoofdgroenstruc- schap te geven van de waterverdampende eigen-
gezonde stad, is kleinschalig en daarom wel- tuur zijn onderdelen van een nieuwe brede visie schappen van groen. Droogteresistente beplan-
kom. Op steeds meer plaatsen ontstaan echter Groen op groen in en om de stad, die in 2020 heeft ting verdampt minder, geschikte soorten staan
conflicten. Roeiers op de Amstel hebben last Groen is voor veel Amsterdammers van geresulteerd in vaststelling van de ambitieuze beschreven in Handboek Puccini Groen. Groen
van drukte en golfslag van andere recreanten, grote waarde. Door de eeuwen heen heeft groen Groenvisie, waarvan de kern wordt overge- verlaagt ook hittestress, wat weer voor gezond-
zwemmers in open water zijn slecht zichtbaar de stad gestructureerd en identiteit gegeven en nomen in deze Omgevingsvisie. Gezondheid, heidswinst zorgt. Groen biedt ruimte voor
voor vaarverkeer. Recreatie langs groene oevers dat doet het nog steeds. De unieke structuur van natuur/biodiversiteit, klimaatadaptatie en soci- beweging, recreatie, rust en gemeenschappelijke
brengt extra beheeropgaven met zich mee. de stad in lobben en scheggen zorgt dat iedere aal welzijn zijn daarin de vier grootste belangen (moes)tuinen. Groen speelt een rol in de voedsel-
Nieuwe accenten worden: Amsterdammer op fietsafstand toegang heeft van Amsterdams groen. We maximaliseren de voorziening, ook kleinschalig door bijvoorbeeld
tot groen. Daarnaast wordt het steeds belangrij- positieve effecten van een groene omgeving voedselbossen aan te planten.
1. Meer ruimte voor sport op, in en langs ker dat we kunnen spelen, sporten, bewegen en voor mens en dier. Daarvoor maken we gebruik
het water vraagt soms om bescherming elkaar ontmoeten op koele, groene plekken in van vier principes: Bij inrichting en beheer van groen kiezen
of scheiding van functies. Wellicht zullen de directe woonomgeving. Een aanzienlijk deel we voor behoud of versterking van zoveel moge-
daarom meer wateren worden gereser- van de stadbewoners, vooral kinderen, ouderen 1. We zorgen voor genoeg gevarieerd lijk groene waarden. Maar niet overal op dezelfde
veerd voor ongemotoriseerde watersport en andere kwetsbare groepen, zijn van buurt- groen voor iedereen manier. In het groen is voor ieder wat wils, maar
en -recreatie. Bijvoorbeeld de Gaasperplas, groen afhankelijk. Maar alle Amsterdammers Meer inwoners betekent dat er meer stads- en buurtparken kunnen zich specialiseren
een deel van het Beneden Diep of mis- besteden hun vrije tijd steeds vaker op groene beschikbaar en hoogwaardig groenareaal moet in gebruiksmogelijkheden, waardoor elk stads-
schien een nader te bepalen gracht in de plekken dicht bij huis. komen. Dat kan openbaar of privaat groen park een eigen karakter krijgt. Daarbij zoeken
centrale stad. Datzelfde kan gelden voor zijn. Onderzocht zal worden welke juridische we naar innovatieve oplossingen, zoals tiny
recreatieve vaarroutes voor ongemotori- De groei van de stad door verdichting maakt mogelijkheden er zijn om private ruimtes, zoals forests, voedselbossen en natuurvriendelijker
seerd vaarverkeer, bijvoorbeeld kanorou- groen in de stad steeds belangrijker. Klimaat- daken of tuinen, te vergroenen. Openstellingen bermbeheer. Ook dubbel gebruik als verticaal
tes. Heel specifieke sporten krijgen een adaptatie komt daar nog eens bij. Het gebruik van gaan uiteraard op gepaste wijze en in goed over- groen, meer groen langs het spoor, daken van
eigen, veilige plek. het Amsterdamse groen neemt de laatste jaren leg met de huidige gebruikers. Zie voor volks- abri’s en gebouwdaken. We stimuleren dat tegels
2. We willen meer zwemlocaties in natuur- flink toe, dus we kunnen ons geen ‘verspilling’ tuinen ook verderop in deze omgevingsvisie. uit tuinen gaan, en halen tegels uit zeer brede
water mogelijk maken. De provincie blijft van groen meer veroorloven. We moeten groen Tegenover meer openbare toegankelijkheid staat trottoirs. Voor vogels en insecten maken we de
ook onder de nieuwe Omgevingswet het beschikbaar maken voor zoveel mogelijk Amster- het beschermen van stadsnatuur: de rust- en stad aantrekkelijk met nestkasten, zwaluw- en
bevoegd gezag voor de officiële zwemlo- dammers, waarbij groen zoveel mogelijk doelen ruigtegebieden in en rond de stad, waar ecologi- ijsvogelwanden, takkenrillen, en dood hout in
caties die voldoen aan alle wettelijke eisen dient. Want stadsgroen heeft heel veel functies: sche waarden en natuurbeleving voorop staan. groengebieden en infra-passages.
van veiligheid, hygiëne, waterkwaliteit en biodiversiteit, plaagonderdrukking, wind- en
inrichting van de infrastructuur. In overleg geluiddemping, klimaatregulering, voedselpro- We beogen groene routes van voordeur 3. De stad wordt natuurinclusief aangelegd
met de provincie bepalen we welke zwemlo- ductie, vastlegging CO2, sociale en emotionele tot landschap. Dit betekent buurtgroen in de en beheerd
caties door het treffen van voorzieningen en functies, gezondheid, economie, recreatie, directe woon- of werkomgeving, een parkgebied Wereldwijd neemt de biodiversiteit af.
treffen van veiligheidsmaatregelen geschikt bodemvruchtbaarheid en educatie. Genoeg op tien minuten lopen, en een groter groenge- Dit speelt ook in het landelijk gebied, door
te maken zijn. Op een aantal plekken blijft redenen voor stevige, groene, natuurinclusieve bied of ruiger landschapspark aan de rand van monoculturen in de landbouw. In de stad zijn
(wild)zwemmen verboden. De wildzwem- ambities in het verdichtende Amsterdam van de stad, binnen vijftien minuten fietsen. Dit mogelijkheden om de biodiversiteit juist te
mende recreant is zelf verantwoordelijk voor de toekomst. Water in de stad vervult in veel heeft gevolgen voor de plek van nieuwe wijken vergroten. Door natuurinclusief te bouwen,
risico’s; Amsterdam probeert die risico’s te opzichten dezelfde functies als groen. Rigoureus en nieuwe stadsparken, waaronder een stads- te ontwerpen, in te richten en te beheren,
beperken. Een aanpak om overlast voor de vergroenen is daarom met recht een van de stra- bos. Ook de inrichting van vele routes door de maken we een stad waar misschien wel meer
omgeving te beperken en een ander beheer- tegische keuzes van deze omgevingsvisie. bestaande stad gaat veranderen: meer groenop- plant- en diersoorten kunnen gedijen dan nu in
regime is daarbij gewenst. pervlak ten koste van verharding, meer groen veel gebieden buiten de stad. Natuur kan vaak
3. Nieuwe stadsbuurten aan het water zoals Groenbeleid op en aan gebouwen, meer ruimte voor gezonde worden gecombineerd met wonen, recreëren,
in Haven-Stad, bieden ruimte voor meer De in 2018 vastgestelde referentienormen straat- en pleinbomen. ‘Groen, tenzij’ wordt het infrastructuur en bedrijvigheid. Amsterdam
watersport en -recreatie. Daar is nu nog voor groen, sport en andere maatschappelijke basisprincipe bij de inrichting van het grondop- wordt een natuurinclusieve stad door toepas-
weinig druk. Ook stadsdeel Noord heeft voorzieningen vormen een belangrijk ijkpunt pervlak van de stad. sing van tien punten:

214 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 215
1. Een aaneengesloten ecologische structuur, ecologie en water wordt beter gedeeld. Een en ankerd in het Omgevingsplan. Daarmee wordt De Amsterdamse hoofdgroenstructuur
met hoge biodiversiteit. Deze is opgeno- ander wordt de komende jaren uitgewerkt in het groen in de hoofdgroenstructuur beschermd bestaat uit groen:
men in de nieuwe Hoofdgroenstructuur uitvoeringsprogramma’s. tegen verharding, bebouwing of andere ontwik- • nu of te realiseren in de toekomst;
(zie hierna). kelingen die de groene functie van deze gebie- • met een wijkoverstijgende functie;
2. Een verplicht puntensysteem natuurinclu- Hoofdgroenstructuur als groene basis den bedreigen. Maar omdat de stad verandert en • dat van grote waarde is voor het gebruik,
sief bouwen bij nieuwbouw en renovatie. Om groen in een zich ontwikkelende grote mensen veranderen, moet de hoofdgroenstruc- gezondheid, natuur, duurzaamheid of
Dit betreft legio dingen, zoals vleermuis- stad als Amsterdam goed te beschermen, werd tuur ook kunnen mee veranderen. vanwege hoge esthetische, stedenbouw-
kasten, groene daken en inheemse planten- in 1996 het instrument ‘Hoofdgroenstructuur’ Daarom zorgen we ervoor dat de hoofd- kundige of cultuurhistorische waarden;
soorten. (HGS) geïntroduceerd. Dit werd daarna steeds groenstructuur de komende jaren per saldo • dat een cruciale verbindende of structure-
3. Een integraal dakenplan voor de bestaande beter geïntegreerd in de opvolgende structuur- groeit en dat de waarde van de hoofdgroenstruc- rende functie vervult;
stad, waar naast biodiversiteit ook blauwe visies. Alle grotere groengebieden van de stad tuur voor de stad op allerlei vlakken toeneemt. • of op een andere wijze bijzonder of zeld-
en gele daken een plek krijgen. vallen onder het regime van de Hoofdgroen- Denk aan ecologie, sport en spel, klimaat- zaam is.
4. Groene(re) particuliere terreinen, via sti- structuur. Hier mag niet gebouwd worden, adaptatie, gezondheid en ontmoeting. In de Dat betekent dat alle stadsparken onderdeel
muleringsmaatregelen. en mogelijke ingrepen worden door een onaf- grote gebiedsontwikkelingen worden nieuwe blijven van de hoofdgroenstructuur. Op locaties
5. Een natuurlijk groen-blauw netwerk in elk hankelijke technische adviescommissie (TAC) stadsparken en groene verbindingen aangelegd waar buurtparken essentiële schakels vormen in
nieuw wijkontwerp, in zowel openbare als beoordeeld. die deel gaan uitmaken van de hoofdgroenstruc- de groene lijnen en linten van de hoofdgroen-
particuliere ruimte. tuur. Ook in de bestaande stad gaan we stenige structuur worden deze toegevoegd. Hetzelfde
6. Ecologisch beheer van het openbaar groen, Niet al het Amsterdamse groen valt in gebieden vergroenen en toevoegen aan de geldt voor waterpartijen en randen. Samen met
waarbij de ecologische kwaliteit wordt de hoofdgroenstructuur. Het beleid hiervoor hoofdgroenstructuur. toevoeging van de groene lijnen en ecologische,
gemonitord. is flexibeler, maar ook bij keuzes in overig recreatieve en bomenlinten wordt zo de hoofd-
7. Een flink deel natuurlijk groen en rustge- groen geldt natuurinclusiviteit als belangrijk Deze omgevingsvisie telt meer ambities groenstructuur als geheel vergroot.
bied in parken. Dit is aandachtspunt bij uitgangspunt. die om ruimte vragen, zoals sportvoorzienin-
onderzoek naar de identiteit van de parken gen, windmolens, onderstations of fietsroutes. Verder blijven alle begraafplaatsen en
in de komende jaren. Een vernieuwde Hoofdgroenstructuur Soms krijgen die een plek in de hoofdgroen- volkstuinparken deel uitmaken van de hoofd-
8. Regelmatige metingen van de biodiversi- We handhaven en versterken het instru- structuur. We hanteren daarbij het uitgangs- groenstructuur. Hetzelfde geldt voor de groene
teit van Amsterdam. ment van de Hoofdgroenstructuur en blijven punt dat inpassing van deze ruimtevragers sportparken en stedelijke sportparken met
9. Inrichting van zonnige oevers met een gebruikmaken van de adviezen van een onaf- leidt tot een versterking van de waarde van de groene omlijstingen, gezien hun essentiële posi-
flauw talud met inheemse oeverbeplanting. hankelijke adviescommissie. Wel wordt de hoofdgroenstructuur. Denk aan het inpassen tionering binnen deze stedelijke groenstructuur.
Kades worden natuurinclusief ingericht Hoofdgroenstructuur met deze omgevings- van sport in combinatie met het versterken van De waarborging van deze groenfuncties in de
met onderwatertalud en muurvegetatie. visie op een aantal onderdelen vernieuwd. Er de ecologische waarden van de groene omlijs- stad wordt gelegitimeerd vanuit een grotere
10. Bij herprofilering van openbare ruimte zijn twee grote wijzigingen ten opzichte van ting van sportvelden. Bij periodieke herijkingen toegankelijkheidsopgave.
staat natuurinclusiviteit voorop, met de Hoofdgroenstructuur in de Structuurvisie van de omgevingsvisie en het omgevingsplan
betere boomgroeiplaatsen en veel variatie 2040: het wordt een groen-blauw raamwerk en zullen we de wenselijke wijzigingen aan de raad Ingrepen in de hoofdgroenstructuur
in biotopen en beheervormen. hij wordt dynamischer. voorleggen. worden door een toetscommissie op inpasbaar-
heid beoordeeld. De beoordelingscriteria per
Bij het ontwerp van nieuwe gebieden 1. Een samenhangend groen-blauw Instrumentarium groentype worden nog uitgewerkt en dienen als
moeten we wel rekening houden met het raamwerk In tegenstelling tot in de vigerende Struc- kader voor het omgevingsplan. Daarin staat per
voorkomen van dierplagen. Advies bij het team De Hoofdgroenstructuur gaat zich de tuurvisie maakt het instrumentarium van de groentype aangegeven welke ingrepen wel en
dierplaagbeheersing van de GGD Amsterdam is komende jaren ontwikkelen van een mozaïek hoofdgroenstructuur geen deel uit van de omge- niet zijn toegestaan.
altijd mogelijk. bestaande uit losse onderdelen naar een aaneen- vingsvisie. Dit wordt richting omgevingsplan
gesloten groen-blauw raamwerk bestaande uit uitgewerkt. Het huidige instrumentarium zoals Wat gaan we nog uitwerken?
4. Aan groen werken we samen grote groengebieden die onderling met elkaar opgenomen in de Structuurvisie 2040 blijft van In deze omgevingsvisie hebben we de visie
Verschillende opgaven raken elkaar steeds worden verbonden door ecologische en recrea- kracht totdat een nieuw instrumentarium voor op de ontwikkeling van de hoofdgroenstructuur
meer en samenwerking wordt steeds belang- tieve verbindingen. Zie hiervoor het hoofdstuk de Hoofdgroenstructuur is vastgesteld. Dit geldt beschreven en in kaart gebracht. Na vaststelling
rijker, ook bij groen. Een groene stad maak je WAAR van deze omgevingsvisie. zo lang ook voor de gebiedsvisies die als uit- van de omgevingsvisie wordt deze op de vol-
samen. We zetten in op meer samenwerking zonderingen zijn aangewezen om in plaats van gende wijze uitgewerkt:
met bewoners, ondernemers, corporaties, ken- 2. Een dynamischer hoofdgroenstructuur de Structuurvisie als primair toetsingskader te
nisinstellingen en andere organisaties. Daar zijn Een hoofdgroenstructuur in een zich sterk dienen in gebieden binnen de hoofdgroen- Verankering in het omgevingsplan
altijd gesprekken over mogelijk. En we zetten in ontwikkelende stad blijft een stevige juridisch- structuur. In de basis continueren we hierbij het Om de visie op de hoofdgroenstructuur de
op duidelijke rollen en verantwoordelijkheden planologische bescherming nodig hebben. vigerende hoofdgroenstructuurbeleid, hier en juridische status te geven die zij verdient, zal
binnen de gemeente, waarbij samen aan het- Daarom wordt de nieuwe Hoofdgroenstructuur, daar geactualiseerd met nieuwe stedelijke opga- deze opgenomen worden in het omgevingsplan.
zelfde doel wordt gewerkt. Kennis over groen, als uitwerking van deze Omgevingsvisie, ver- ven en ontwikkelingen. Daarvoor is het nodig om:

216 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 217
• de exacte grenzen van de hoofdgroenstruc- Volkstuinen, informatiebijeenkomsten. Duurzaamheid is een Landschap, recreatie en
tuur te bepalen en te verwerken tot een begraafplaatsen, thema, bijvoorbeeld door bij de renovatie van landbouw
‘toetskaart’; crematoria paden grindkoffers aan te brengen om water Amsterdam ligt midden in een gevarieerd
• de verschillende groentypen binnen de te bergen en af te voeren en door de gebouwen landschap van grote schoonheid. Het gaat om
hoofdgroenstructuur te actualiseren en toe Volkstuinen natuurinclusiever te maken en te zorgen voor natuurgebieden, meren en plassen, oer-Hol-
te wijzen aan de verschillende groenonder- In en direct tegen de stad ligt 300 hectare goede groeiomstandigheden voor groen. Ook landse veenweiden, ingerichte recreatiegebie-
delen van de hoofdgroenstructuur, zoals aan volkstuinparken. Dat is in oppervlak meer begraafplaatsen gaan we steeds meer ecologisch den, landgoederen, akkerbouwgebieden en
parken, stadsnatuur, volkstuinparken, dan alle parken in de dichtstbevolkte delen van beheren, met bijvoorbeeld natuurvriendelijke ‘nieuwe wildernis’. In het landschap liggen
sportparken en verbindingen; Amsterdam gecombineerd. De tuinparken zijn oevers. We betrekken omwonenden en nabe- bovendien twee Unesco Werelderfgoed-gebie-
• de beleidsregels per groentype op te stel- belangrijk voor Amsterdam: voor tuinders, staanden bij het onderhoud van het groen. den: de Stelling van Amsterdam en de Beemster.
len: dit geeft duidelijkheid over wat er wel voor andere Amsterdammers, voor dieren en Het landschap is van iedereen en tegelijk van
of niet inpasbaar is binnen de verschillende planten. Het is groen met een uniek, eigen Crematoria niemand. Het landschap kent altijd een eigenaar,
groentypen. karakter. We willen deze cultuurhistorisch en Voor het stichten van nieuwe crematoria maar vertegenwoordigt ook collectieve waar-
ecologisch waardevolle parken, die al ruim hon- op bestaande begraafplaatsen kan alleen den. Werken aan het landschap vraagt daarom
Opgavenkaart Hoofdgroenstructuur derd jaar bij de stad horen, behouden voor de medewerking worden verleend na een stads- bij uitstek samenwerking tussen publieke en
We gaan de visie op de hoofdgroenstruc- toekomst. Daarbij is het belangrijk dat er samen en regiobrede afweging over noodzaak en private partijen. Amsterdam heeft beperkt
tuur voor de lange termijn vertalen naar de met de tuinders wordt gezocht naar mogelijk- rentabiliteit, om overaanbod te voorkomen. zeggenschap over het landschap en volgt hierin
belangrijkste opgaven voor de korte en mid- heden om meer Amsterdammers van de parken Bij nieuwe crematoria wordt de hoofd- landelijk en provinciaal beleid. Toch nemen wij
dellange termijn. In een uitwerking brengen te laten meegenieten. Het volkstuinenbeleid uit groenstructuur ontzien. Er zijn combinaties verantwoordelijkheid om regionaal actief samen
we de grootste en belangrijkste opgaven voor 2005 zal in samenwerking met tuinverenigin- denkbaar met culturele voorzieningen zoals te werken aan beheer en ontwikkeling van een
de komende tien jaar in woord en beeld. We gen worden geactualiseerd, met als intentie om museum, tentoonstellingsruimte of buurt- toekomstbestendig landschap. Achterover-
maken een opgavenkaart 2030, waarop te zien de tuinparken te behouden voor de toekomst centrum, en kleinschalige horeca. Elektrisch leunen is geen optie, omdat de kwaliteiten van
is waar de prioriteit ligt in het versterken van de en de toegankelijkheid en het maatschappelijk cremeren op een bedrijventerrein is een moge- het landschap, onderdeel van de kwaliteit van
hoofdgroenstructuur. Op de kaart zullen kwan- medegebruik op alle tuinparken te laten toene- lijkheid om de druk op de hoofdgroenstructuur onze leefomgeving, daarmee te veel achteruit-
titatieve opgaven (nieuwe parken en ontbre- men. De volkstuinen binnen de stad dragen op te beperken, als er behoefte is aan meer crema- gaan. In de omgevingsvisie beschrijven wij onze
kende verbindingen) en kwalitatieve opgaven die manier bij aan meer groene ruimte voor alle toria. Vanuit duurzaamheidsoogpunt wordt inzet, niet als af plan, maar als richting voor
(zoals versterking van ecologische, recreatieve, Amsterdammers en vormen zo een broodno- elektrisch cremeren bij bestaande crematoria deze samenwerking.
gezondheidswaarden, vergroten toegankelijk- dige aanvulling op de soms overbelaste stads- gestimuleerd.
heid) zichtbaar zijn. Zo wordt richting gegeven parken. We streven naar een duurzaam en met
aan investeringsprogramma’s en initiatieven Nieuwe richtingen de stad verbonden landschap van hoge
die gericht zijn op een kwaliteitsimpuls van de Begraafplaatsen De huidige Amsterdamse begraaf- en kwaliteit:
hoofdgroenstructuur. Er komt ook aandacht In Amsterdam zijn verschillende begraaf- crematiecapaciteit volstaat om in de toekom- • Duurzaam landschap is houdbaar land-
voor nieuwe sport- en beweegmogelijkheden in plaatsen. Sommige zijn in gemeentelijk stige behoefte van verschillende bewoners- schap: landschap dat niet wordt ‘opge-
samenhang met ecologische waarden. eigendom (De Nieuwe Ooster en De Nieuwe groepen te voorzien. Toch ontstaat er een maakt’ of onomkeerbaar aangetast of
Noorder), andere zijn in particulier bezit bij groeiende vraag naar een nieuw soort capaciteit, gebruikt.
Organisatie en werkwijze een stichting. Begraafplaatsen hebben vaak vooral vanuit nieuwe culturen. Deze worden • Met de stad verbonden landschap is vanuit
Een stedelijke structuur van groen en een lange historie en dragen als cultuurhisto- zo goed mogelijk op de bestaande locaties de stad gemakkelijk bereikbaar landschap
water die naast bescherming ook om ontwikke- rische en boomrijke monumenten bij aan de gefaciliteerd. De coronacrisis in 2020 heeft waarvan de stedeling vindt dat “het erbij
ling vraagt, heeft een daarbij passende organi- ruimtelijke kwaliteit en leefbaarheid van de door de beperkingen op het begraven in landen hoort” en waar hij trots op is.
satie, werkwijze en beheer- en financieringsme- stad. Alle begraafplaatsen maken deel uit van van herkomst de vraag naar begraven met • Hoge kwaliteit gaat onder andere om gave
thodiek nodig. Hoe zorgen we voor structurele de hoofdgroenstructuur. We waarderen en eeuwigdurende grafrust in een stroomversnel- ontginningspatronen, hoge biodiversi-
investeringen in de groei van de hoofdgroen- beschermen de begraafplaatsen als plekken met ling gebracht, met name vanuit moslims. teit, per landschapstype onderscheidende
structuur? Hoe zorgen we dat het beheer aan- een belangrijke maatschappelijke functie en De verwachting is dat dit een blijvend effect kernkwaliteiten en een hoogwaardig net-
sluit bij de gewenste beleving en het gewenste een hoge natuurwaarde. Met beperkte midde- zal hebben op de vraag naar ruimte voor werk van fiets- en wandelpaden.
gebruik? We ontwikkelen een voorstel voor len willen we de toegankelijkheid voor bezoek eeuwigdurende grafrust. De wenselijkheid en We hanteren de volgende uitgangspunten:
wijze van invulling en nieuwe samenstelling iets vergroten. Denk hierbij aan verruiming mogelijkheden daartoe worden onderzocht.
van de toetsingscommissie in lijn met de vereis- van de bezoektijden, het aanleggen van fietspa- In samenwerking met omringende gemeen- 1. Respect voor flora & fauna en
ten van de Omgevingswet. Aanpassing van de den langs de begraafplaatsen, en door langs de ten wordt gekeken naar mogelijkheden voor cultuurhistorie.
TAC-verordening maakt hier deel van uit. randen service aan bezoekers te bieden, zoals nieuwe begraafplaatsen (of uitbreidingen van We richten ons op de belangen van men-
een horecavoorziening of museum. Voorts bestaande), met ruimte voor grafrust voor sen én op die van dieren en planten. Herstel
kan de drempel iets worden verlaagd door het onbepaalde tijd voor verschillende geloofsrich- en behoud van ecologische waarden zijn van
organiseren van rondleidingen, lezingen en tingen. belang. Daarom richten we ons op natuurin-

218 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 219
clusief bouwen, natuurinclusieve kringloop- belangrijke schakels tussen stad en landschap. atieve opgave met biodiversiteit, klimaat- vocht en voortplantingsmogelijkheden
landbouw en robuuste natuurgebieden en Een ontwikkeling naar landschapspark, denk adaptatie, energietransitie, circulariteit, beschikbaar zijn. In de stad vinden ze
natuurverbindingen. Ook de cultuurhistorische aan aanleg van een tweede Amsterdamse Bos, landbouwtransitie en/of gezonde leefom- die mogelijkheden in gebouwen, tuinen,
waarden, denk bijvoorbeeld aan oude dijkjes en ligt daar dan ook voor de hand. geving. parken, sloten, natuur- en recreatiegebieden
slootpatronen, beschermen en herstellen we, • Bekostiging en aansturing van het land- enzovoorts. Deze mogelijkheden willen we in
waar mogelijk. 4. Heldere grenzen. schap. We brengen de investerings- en stand houden en verbeteren. Bij bouwplannen
Hoewel stad en land bij elkaar horen, is het beheeropgave in het landschap in beeld, of veranderingen in de openbare ruimte nemen
2. Kostbaarheid. niet goed als ze op elkaar gaan lijken. De behoeften zoeken nieuwe financieringsmodellen en we de zorg voor dieren zo vroeg mogelijk
We beschouwen en behandelen de voor- van de stedeling in het landschap (de beleving van verbeteren de aansturing van het landschap. mee in keuzes en afwegingen. Er worden
raad landschap als niet-hernieuwbaar en rust en groene of blauwe ruimte, waarin recreatie, • Voedselstrategie. We werken aan ver- bijvoorbeeld fauna-uittreedplaatsen aangelegd,
kostbaar goed, waar we zuinig op moeten zijn. natuur en landbouw vanouds thuishoren) zijn mindering van ‘foodmiles’, een grotere zodat dieren veilig het water in en uit kunnen.
We richten ons op zoveel mogelijk voorkomen anders dan de behoeften in de stad. Een heldere betrokkenheid van burgers bij voedselpro-
van areaalverlies, voorkomen van onomkeerbare stad-landgrens en heldere ruimtelijke ordening ductie en niet-agrarische verbreding van de Gehouden dieren hebben recht op genoeg
aantasting, herstel en ontwikkeling van land- zijn daarom nuttig en nodig. landbouw. openbare ruimte om vrij te kunnen bewegen.
schapswaarden, hernieuwbaar gebruik en grote 5. Kernkwaliteiten. • Bereikbaarheid van het landschap. Na de Daarom dienen er voldoende, goed over de
openbare toegankelijkheid en beleefbaarheid De kernkwaliteiten van de landschappen uitvoering pilot ‘buitenpoort’ Santpoort- stad verspreide losloopgebieden voor honden
van het landschap. verschillen van open water tot bos en van Noord volgt opschaling naar vijf extra te zijn. Overlastgevende dieren zoals duiven
groot- tot kleinschalig. Amsterdam juicht landschapspoorten. Realisatie van een en ratten beheersen we in Amsterdam op een
3. Publieke zaak. ontwikkelingen toe die de kernkwaliteiten van metropolitaan fietsnetwerk en een afwisse- diervriendelijke manier.
Het landschap is van levensbelang voor een landschap versterken en gaat ontwikkelin- lend wandelnetwerk.
Amsterdam en vraagt daarom meer sturing gen tegen die deze kwaliteiten aantasten. De • Communicatie. We ontsluiten de verhalen Landbouw en veehouderij dienen
en meer inzet door de gemeente, liefst in provinciale Omgevingsverordening beschrijft van het landschap en dragen deze uit. (uiteindelijk) duurzaam te zijn en rekening te
samenhang met hogere bijdragen van andere gedetailleerd de kernkwaliteiten van de land- houden met dierenwelzijn. Landbouwdieren
overheden en inzet van private partijen en schappen in heel Noord-Holland, en is hierin Door vanuit deze nieuwe richtingen slim horen de ruimte te hebben en te beschikken
burgers. Amsterdam kan zijn doelen niet alleen leidend. aan te sluiten bij programma’s van andere over schuilmogelijkheden tegen extreme
en niet top-down realiseren: we hebben de partijen en koppelingen te maken met andere weersomstandigheden. Daarom voorzien
inzet van anderen nodig om het doel van een Nieuwe richtingen doelen van de omgevingsvisie kan veel bereikt wij in planologische mogelijkheden voor
duurzaam, met de stad verbonden landschap In samenwerking met andere partijen gaan worden met een beperkte inzet. bijvoorbeeld schuilstallen en (semi-)
van hoge kwaliteit te realiseren. Samenwerking, we aan de slag met de volgende thema’s: natuurlijke schuilgelegenheden. Intensieve
cocreatie en participatie is een onlosmakelijk • Bodemdaling en biodiversiteit in Water- veehouderij op Amsterdams grondgebied is
deel van de manier waarop we werken. land. Doel: beperken bodemdaling en ver- Dierenwelzijn ongewenst.
groten biodiversiteit. Het gaat hierbij om Amsterdam biedt een leefomgeving voor
4. Verbondenheid. een transitie die sommige boerenbedrijven vele organismen. In de stad leven zo’n 6.000
Om de compacte stad gezonder te maken hard raakt en tijd kost. verschillende soorten dieren in het wild.
en gezond te houden is ook goed landschap • Recreatie. Doel: adequate en duurzame Het samen leven van mens en dier in de stad

“Het voortbestaan van


nodig. Stad en landschap zijn van elkaar recreatievoorzieningen bieden en de orga- vraagt om rekening houden met elkaar, ook bij
afhankelijk en vormen samen meer dan de nisatie en aansturing daarvan verbeteren. ruimtelijke ingrepen. Dat is van belang voor de

allerlei leven op aarde


som der delen. Groen en blauw in de stad Dit kan betekenen dat de gemeente meer dieren én de mensen, want natuurinclusiviteit
en het landschap buiten de stad vormen een middelen vrij moet maken, omdat de recre- en biodiversiteit zijn levensvoorwaarden voor

hangt af van de keuzes


samenhangend netwerk. Verbondenheid atiedruk toeneemt en extra voorzieningen ons allen.
betekent ook dat de producten uit het landschap nodig blijken. Dierenwelzijn gaat over de kwaliteit van

die wij nu maken”


bij de boer of in de stad te koop zijn. • Klimaat en landschap. Doel is een land- leven zoals die door het dier wordt ervaren.
schappelijk goed ingepaste bijdrage te We willen voldoen aan de natuurlijke
5. Behoud scheggenstructuur. leveren aan de transitie naar duurzame behoeften van het dier en we willen dat
De structuur van stadslobben en energie, het vermijden van CO2-uitstoot, een dier vrij is van (fysiek of geestelijk) Esther Jansen | Stadsdeel Centrum
groene scheggen maakt het mogelijk dat elke vastleggen van CO2, klimaatadaptatie en ongemak. Het gaat hierbij over gehouden
Amsterdammer binnen 15-20 minuten in het waterberging. dieren (huisdieren en landbouwdieren) én vrij
landschap is. Routes tussen stad en landschap • Ontwikkeling van de scheggen. Doel is om levende dieren.
lopen zoveel mogelijk via of door de scheggen. uitgaande van de kernkwaliteiten, ont-
Nabij de scheggen groeit de stad bovendien wikkelingen te realiseren die de betekenis Vrij levende dieren kennen geen
hard en de recreatieve drukte in de scheg van de scheg voor de stad vergroten. We grenzen. Ze zoeken de voor hen meest ideale
neemt toe. Deze ‘koppen van de scheggen’ zijn zoeken naar combinaties tussen de recre- leefomstandigheden op waar dekking, voedsel,

220 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 221
17
digen, cultuurhistorici, landschapsarchitecten en is bepalend voor hoe bewoners en bezoekers de
ontwerpers openbare ruimte. De CRK is daarmee stad beleven.
qua werkwijze en samenstelling geschikt voor Door de eeuwen heen zijn unieke plek-

Compacte stad
kwaliteitsadvisering onder de Omgevingswet. ken ontstaan die ieder op eigen wijze bijdra-
gen aan de kwaliteit van de stad en waarmee
Nieuwe richtingen mensen zich verbonden voelen. Niet alleen de
Om optimaal gebruik te maken van de beschermde stadsgezichten als de grachtengor-
kansen die de Omgevingswet biedt, wordt del, Plan Zuid van H.P Berlage, een deel van de
de samenstelling en werkwerkwijze van de Westelijke Tuinsteden en de vele gebouwde
commissie steeds bekeken in samenhang met monumenten in de stad hebben cultuurhistori-
maatschappelijke vraagstukken en uitdagingen sche waarde. Ook historische landschappelijke
waar de stad voor staat. Om die reden wordt structuren en elementen zoals waterwegen, dij-
geëxperimenteerd met regiemodellen waarin ken en archeologische resten in de bodem zijn
Amsterdam wil een mooie, compacte stad zijn. Dat betekent dat ruimte in de stad slim supervisie, CRK en ontwerpers intensief samen waardevol. Hetzelfde geldt voor de ruimtelijke
benut wordt en het geheel ruimtelijke kwaliteit oplevert. Daarbij maken we onderscheid optrekken om in een open en transparant proces opbouw van Amsterdam als lobbenstad, gelegen
tussen de kwaliteit van architectuur, stedenbouw, landschap en cultuurhistorisch erfgoed. voor de stad te werken aan een optimaal resul- te midden van waardevolle cultuurlandschap-
Het gaat daarbij zowel om functionele als esthetische kwaliteit. En een mooie, compacte taat. Begeleiding door de CRK staat in dat model pen. Ten slotte is ook de rijke traditie van inte-
stad betekent ook een slim benutten van de ruimte onder de grond, zodat op het maaiveld garant voor een openbaar proces en publieke graal stedenbouwkundig ontwerpen in Amster-
meer leefruimte over blijft. Inpassing van nutsvoorzieningen en netwerken voor energie en verantwoording. dam een vorm van (immaterieel) erfgoed.
afval worden in een verdichtende stad steeds lastiger en vragen om zorgvuldige planning en Om de enorme opgave van verduurzaming
goede afstemming. optimaal te kunnen begeleiden, is de commissie Erfgoed versterkt het imago van Amster-
versterkt met specialisten op het gebied van dam in de wereld en is daarmee een belangrijke
energietransitie en circulair bouwen. Daarin meerwaarde voor de aantrekkelijkheid van de
Ruimtelijke kwaliteit vrijheden worden gevierd. De zeer gevarieerde wordt bijvoorbeeld door middel van het project stad. Bovendien is het een bron van inspiratie.
Er is op projectniveau dan veel aandacht en nog steeds bejubelde grachtengordel is eigen- ‘Mooi Verduurzamen’ nadrukkelijk de samen- Amsterdam heeft een stedenbouwkundige
voor ruimtelijke kwaliteit. Die aandacht is er lijk op eenzelfde wijze ontstaan. werking gezocht met corporaties en vve’s. traditie die gebruikmaakt van de historische
veel minder op het niveau boven en tussen de ondergrond. De bestaande opbouw van de stad,
projecten, de cruciale schakels en lijnen van de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit (CRK) Wat moet nader worden uitgewerkt? met herkenbare groeiringen en een stevige
stad. Dat is vooral zichtbaar in de zones waar De Omgevingswet vraagt om een nieuwe 1. Verankering van de welstandsnota en basisstructuur van straten, lanen, water en
verschillende bouwperiodes, bouwtypen of omgang met de beoordeling van bouwplannen. waarderingskaarten in het omgevingsplan; groen, is uitgangspunt voor verdere ontwik-
infrastructuur samenkomen en waar projec- Amsterdam kent een traditie van meer dan hon- door het maken van (gebiedsgerichte) keling. Dit zorgvuldig voortbouwen op wat
ten (letterlijk of figuurlijk) met de ruggen naar derd jaar waarin een ontwerp voor een gebouw regels voor veelvoorkomende kleine bouw- er is maakt Amsterdam tot een leefbare stad.
elkaar of hun omgeving staan. Deze omge- of een nieuw stuk stad door een onafhankelijke plannen (pv-panelen, warmtepompen, De lange lijnen van de geschiedenis zijn op
vingsvisie is de start van een nieuwe manier commissie wordt beoordeeld om te zien of het dakkapellen en ingrepen aan de binnen- verschillende schaalniveaus in de stad terug te
van werken, waarbij de ruimtelijke samenhang voldoende kwaliteit toevoegt en of het past in zijde van gesloten bouwblokken) worden vinden. Elke buurt, elk gebouw en elke plek,
van de stad en een onderbouwd idee over de zijn omgeving. De criteria die de commissie deze vergunningvrij en hoeven niet meer onder en boven het maaiveld, maakt deel uit van
ontwikkelkansen in de stad vertrekpunten gebruikt zijn vastgelegd in de welstandsnota getoetst te worden. Daardoor komt voor dat grotere geheel.
zijn. Het ruimtelijk-programmatisch kader ‘De Schoonheid van Amsterdam’ (2016, herzien de CRK ruimte vrij voor advisering aan
uit Deel II WAAR biedt een basis waarop we 2019) en in ‘Waarderingskaarten architecto- de voorkant in plaats van toetsing aan de Veel gebouwen en buurten hebben daarom
meer gebiedsgericht verder kunnen werken aan nische en stedenbouwkundige kwaliteit’. In achterkant. een beschermde status via de Erfgoedwet of de
ruimtelijke kwaliteit. Amsterdam moet zo tot 2017 is de oude Commissie voor Welstand en 2. Door de raad moet worden aangegeven gemeentelijke erfgoedverordening. Het Beleids-
een stad worden waar mensen met nog meer Monumenten omgevormd tot een Commissie welke bouwplannen en stedenbouwkun- kader Monumenten geeft aan of en hoe aanpas-
genoegen doorheen kunnen wandelen en fiet- Ruimtelijke Kwaliteit. De belangrijkste wijzi- dige ingrepen worden voorgelegd aan singen aan monumenten mogelijk zijn, waar-
sen, met zo min mogelijk plekken die men het ging ten opzichte van de oude commissie is de de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit of onder verduurzamingsingrepen. Bij ingrepen
liefste mijdt. toevoeging van een subcommissie Integrale Omgevingskwaliteit. in de archeologische ondergrond gelden via het
Ruimtelijke Kwaliteit. Deze adviseert het bestuur omgevingsplan voorschriften die voor ontwik-
Meer richting geven aan ruimtelijke én initiatiefnemers van bouwprojecten in een kelaars duidelijk maken of vooraf onderzoek
kwaliteit gaat prima samen met ruimte bieden vroeg stadium van de planvorming over de Cultuurhistorie en nodig is. Het Amsterdamse erfgoedbeleid is
aan allerlei vrije vormen van stadmaken, een kansen en beperkingen die een initiatief met zich archeologie getrapt van opzet. Zo betekent archeologisch
andere prioriteit van deze omgevingsvisie. Meer meebrengt. Om tegemoet te komen aan de wens Erfgoed bepaalt in hoge mate de identiteit onderzoek in eerste instantie een bureaustudie,
richting geven betreft vooral het grotere geheel van integrale advisering is de commissie breed en de kwaliteit van Amsterdam. De cultuur- die alleen waar nodig wordt gevolgd door een
en de begrenzingen. Daarbinnen kunnen vele samengesteld uit architecten, stedenbouwkun- historisch rijke en bijzondere woonomgeving opgraving of fysieke bescherming. Waar het om

222 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 223
bovengrondse waarden gaat, zijn er belangrijke stadmaken streven we naar meer diversiteit en kunnen nieuwe ontwikkelingen in samenhang spel met de gebieden van bijzondere waarde.
raakvlakken met het beleid voor ruimtelijke meer onderscheidende kwaliteiten binnen de een plek krijgen. Bovendien is in de afgelopen Rondom de spoorlijnen en langs het IJ kan
kwaliteit, onder meer vanwege de waarderings- stad. Erfgoed kan naast inspiratiebron ook een jaren gebleken dat meer specifieke richtlijnen, hoogbouw bijdragen aan de verdichtingsop-
kaarten die onderdeel zijn van het welstands- startpunt van het gesprek met de stad en de duidelijkheid over waar wel en waar niet, de gave. In het bijzonder biedt hoogbouw rondom
beleid. Kern van dit beleid is behoud en gebruik buurt zijn. Daarbij is bij uitstek aandacht voor planvorming van en de besluitvorming met een aantal ov-stations een goed antwoord op
van erfgoedwaarden. Voorts is uitgangspunt dat het erfgoed van arm en rijk, voor joods erfgoed betrekking tot hoogbouw zou vergemakkelijken de inzet om op goed bereikbare plekken hoge
erfgoed vroeg wordt betrokken bij ruimtelijke en het koloniaal verleden. Op die manier kan en aan de voorkant meer helderheid en houvast dichtheden te realiseren. Het zijn Sloterdijk,
ontwikkelingen, zodat erfgoed in alle afwegin- erfgoed nog meer een verbindende kracht zijn zou geven. De hoofdlijnen uit de vigerende visie Amstel, Zuid, Amsterdam RAI, Lelylaan,
gen wordt meegenomen. voor de identiteit van Amsterdam. blijven van kracht. Duivendrecht, Amsterdam Bijlmer-Arena,
Bullewijk, Science Park en de Hemknoop (in
Nieuwe richtingen Verdichting en hoogbouw Haven-Stad). Eventueel kan hoogbouw hier als
Deze omgevingsvisie formuleert een Hoogbouw Amsterdam groeit binnen zijn grenzen en baken voor het station fungeren en zo bijdragen
stevige ambitie voor het verduurzamen, ver- De Hoogbouwvisie uit 2011, onderdeel daarmee werken we aan een compacte stad. Dat aan de leesbaarheid van de stad. Ook in de ste-
dichten en vergroenen van de bestaande stad. van de Structuurvisie Amsterdam 2040, sluit vraagt op sommige plekken om buurten met delijke centra (Osdorp-Centrum, Amsterdamse
De komende decennia raakt bijna alle ruimte- aan op de vier grote bewegingen uit die Struc- hoge dichtheden. Deze omgevingsvisie geeft op Poort en Buikslotermeerplein) kan hoogbouw
lijke ontwikkeling in Amsterdam daarom aan tuurvisie: uitrol binnenstad, het waterfront, hoofdlijnen richting aan verdichting, concentra- bijdragen aan de verdichtingsopgave en de plek
bestaande cultuurhistorische waarden. Het de zuidflank en het metropolitane landschap. tie en functiemenging. Hoogbouw kan worden markeren.
meest pregnant is dat het geval in naoorlogse Een belangrijk uitgangspunt van de visie is dat gebruikt om zeer hoge dichtheden te realiseren Langs het IJ en in Haven-Stad geven hogere
wijken in Nieuw-West, Zuidoost en Noord. het Unesco-gebied beschermd wordt. In de op plekken waar de druk op de ruimte hoog clusters en accenten van hoogbouw samen met
Maar ook in transformatiegebieden als Amstel visie wordt hoogbouw gestimuleerd op plek- is en die goed zijn ontsloten door openbaar de open ruimte van het water en de toekomstige
III, Schinkelkwartier en langs de IJ-oevers is ken met hoge dynamiek en ontwikkeldruk vervoer en fiets, terwijl er ook ruimte blijft voor bruggen het stadsbeeld vorm.
waardevol erfgoed te vinden. In veel ontwik- (locaties direct grenzend aan het centrum en bij groene plekken in een buurt. In het havengebied zijn geen beperkingen
kelgebieden kunnen bestaande kwaliteiten als ov-knooppunten). Bovendien wordt hoogbouw op de bouwhoogte, waar het gaat om installaties
uitgangspunt of inspiratie dienen voor vernieu- ingezet ter accentuering van de koppen van de Richting vernieuwd beleid als windmolens, kranen en schoorstenen. In
wing. Dat vraagt op sommige plekken om een scheggen en ter bescherming van de landschap- De belangrijkste uitgangspunten voor andere delen van de stad gaan we terughouden-
meer ontwikkelgerichte benadering van erfgoed pelijke kenmerken rondom het IJ. Hoogbouw nieuw Amsterdams hoogbouwbeleid zijn, der om met hoogbouw.
bij verduurzamen, verdichten en vergroenen. staat aan de open ruimtes van de scheggen en in lijn met het vigerende beleid:
We maken nieuwe ruimtelijke kwaliteit die een het IJ altijd in de ‘tweede linie’ om het open 1. We spreken van hoogbouw bij gebouwen Binnen de ring A10 ten zuiden van het IJ,
passende en waardevolle toevoeging vormt aan karakter te behouden. hoger dan 30 meter. op IJburg en in Buitenveldert is hoogbouw zeer
het bestaande. Tegelijk zijn er veel plekken waar Daarnaast zijn de ruimtelijke karakteristie- 2. Bij elke bouwvorm staat de kwaliteit van beperkt mogelijk. Het zijn uitzonderingen in
erfgoedbeleid meer gericht zal zijn op behoud ken van de verschillende ‘ruimtelijke systemen’ de openbare ruimte en het leven op straat een stad die overwegend uit laagbouw en mid-
en versterken van de huidige waarden. (de stedenbouwkundige en architectonische voorop. delhoogbouw bestaat. In Noord, Nieuw-West
opzet van de verschillende gebieden in de stad) 3. We willen flink verdichten op plekken met en Zuidoost is hoogbouw mogelijk langs de
De komende jaren willen we de positie beschreven. Bij elk ruimtelijk systeem hoort een hoge dynamiek en ontwikkeldruk. Dit zijn lange doorgaande straten en lanen en aan grote
van erfgoed in de Amsterdamse verduurza- eigen inpassing van hoogbouw. Dit alles zonder locaties direct grenzend aan het centrum parken, mits goed ingepast in de stedenbouw-
mings-, verdichtings- en vergroeningsopgave inbreuk te doen op de het Unesco-gebied, en rondom de grote ov-stations. Hoog- kundige structuur. Ten slotte blijven we terug-
helderder maken. Dat doen we door in deze andere gebieden van bijzondere waarde en het bouw kan een geschikte gebouwvorm zijn houdend op plekken van bijzondere waarde
visie al aan te geven waar en welke bestaande waardevolle omliggende landschap. om te verdichten. waar met hoogbouw een grote schaalbreuk zou
waarden in de stad aanwezig zijn, zie hier- 4. Rondom het IJ, een centrale open plek in ontstaan. De bestaande kwaliteiten van de stad
voor de paragraaf Bestaande kwaliteiten als Nieuwe richtingen de stad, wordt hoogbouw ingezet om het zijn uitgangspunt voor de ontwikkeling van de
vertrekpunt in Deel II WAAR. De eventuele De ontwikkeling van de stad gaat sneller stadslandschap leesbaar te maken en het stad. In sommige gebieden past hoogbouw daar
meerwaarde van cultuurhistorie bij verduur- dan was voorzien in 2011, toen de vigerende stadsbeeld vorm te geven. niet bij.
zamen, verdichten en vergroenen willen we hoogbouwvisie werd vastgesteld als onderdeel 5. We beschermen gebieden en landschappen
onderzoeken in een Bestuursopdracht erfgoed van de Structuurvisie. Dat is onder andere terug van bijzondere waarde, in het bijzonder het Om richting te geven aan het schaalniveau
in een dynamische stad. Ook in gebieds- te zien in de toename van de ontwikkeling van Unesco-erfgoed. van het gebouw en de buurt kunnen een
programma’s kunnen bestaande waarden in hoogbouw. Daarnaast zijn in de huidige visie 6. Elke stedenbouwkundige opzet vraagt om aantal principes houvast bieden:
verband gebracht worden met ontwikkelopga- voor een aantal gebieden de ruimtelijke kaders een specifieke inpassing van hoogbouw. 1. Hoogbouw levert een bijdrage aan de
ven en -kansen. Verder worden archeologische in relatie tot hoogbouw nog niet benoemd (bijv. kwaliteit van de openbare ruimte.
bouw- en aanlegregels voor iedereen beter Haven-Stad). De versnelling van de ontwik- Dit heeft verschillende consequenties voor 2. Hoogbouw maakt op een mooie manier
inzichtelijk gemaakt met een waardekaart. keling van hoogbouw is aanleiding voor een de verschillende delen van de stad. In een aantal deel uit van het stadssilhouet.
Toch blijft het inzetten van en de omgang met vernieuwing van het hoogbouwbeleid. gebieden is hoogbouw heel goed mogelijk, 3. Er is een aangenaam verblijfsklimaat op het
erfgoed vooral maatwerk. In het Amsterdamse Door actualisatie van het hoogbouwbeleid onder voorwaarde van een zorgvuldig samen- maaiveld rondom hoogbouw.

224 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 225
4. Het is fijn wonen en werken in hoogbouw. den tot ernstige problemen met het grondwater, zijn de Regionale Energiestrategie, de Strategie • opname van ‘multifunctionele daken’ als
5. Hoogbouw draagt bij aan een klimaatneu- worden regels hier streng en via bestemmings- Klimaatadaptatie Amsterdam, Amsterdam Rain- criterium in het Plaberum;
trale en circulaire stad. plannen (en later het omgevingsplan) juridisch proof, de Groenvisie, de Hemelwaterverordening, • intensiveren van bestaande programma’s,
waterdicht gemaakt. Zie hiervoor de paragraaf en de dakeninventarisatiekaart Zonnepanelen en bijvoorbeeld het actief benaderen van
Bovenstaande uitgangspunten en princi- Ondergrond. erfgoed. Wat dat laatste betreft: een monumen- nieuwprojecten;
pes dienen te worden uitgewerkt in vernieuwd Ook bovengrondse aanbouwen worden tenstatus is dus niet op voorhand een belemme- • ruimhartige beoordeling van vergunning-
hoogbouwbeleid. Tot dat vernieuwde beleid is weer vaker vergunningplichtig. De voor- ring voor meervoudig gebruik van het dak. aanvragen voor multifunctioneel gebruik
vastgesteld geldt het vigerende beleid van de waarden voor een bouwvergunning worden van daken;
Structuurvisie 2011. bovendien verscherpt. Er komen meer regels Het dak verandert van kostenpost naar • subsidiëring.
voor onder meer bouwveiligheid, plaatsing mogelijk verdienmodel. De enkelvoudige,
van bouwmaterialen in de openbare ruimte, oorspronkelijke, beschermende functie levert
Bouwdynamiek hijszones en communicatie met de omgeving. niets op, maar zonnepanelen of dakterrassen Ondergrond
Verdichting van de stad gebeurt niet alleen Hemelwaterverwerking op eigen terrein wordt wel. ‘Verdienen’ kan ook anders worden opge- Al in de zestiende eeuw werd in Amster-
in gebiedsontwikkelingen, maar vindt ook vanwege klimaatbestendigheid verplicht. vat: door afwatering op eigen kavel verplicht te dam slim gebruikgemaakt van de ondergrond.
spontaan plaats via kleinschalig opbouwen, stellen, kan een juiste benutting van het dak een Boomstammen werden toen de grond in gesla-
aanbouwen en onderkeldering van panden in Bestemmingsplannen in de stadsdelen goedkope en effectieve manier zijn om aan die gen om ervoor te zorgen dat gebouwen niet op
bestaande wijken. Dat doen mensen natuurlijk Zuid en West, en later het Amsterdamse omge- plicht te voldoen. de slappe veenlaag rustten, maar op de stevigere
vooral met het oog op hun eigen belang, maar vingsplan, zullen op deze nieuwe richtingen zandlaag daaronder.
tot voor kort was daar ook vanuit maatschap- worden toegesneden. Zij worden conserveren- Het is vooral belangrijk dát daken meer-
pelijk belang niet zoveel tegenin te brengen: der, ook wat uitbouwen in binnenterreinen voudig worden gebruikt, van secundair belang In tegenstelling tot de 16e eeuw ligt de
het gebeurde mondjesmaat en verdichting op betreft. Soms kan een buurt zelfs als beschermd is de wijze waarop dat gebeurt. Alle geschikte ondergrond van Amsterdam tegenwoordig vol
zichzelf is prima. Daarom was het beleid voor stadsgezicht worden aangewezen. Vanwege de daken moeten kunnen worden benut. De met infrastructuur: kabels, leidingen, onder-
afwijkingen van het bestemmingsplan gericht gebiedsspecifieke kenmerken spelen de stads- vastgoedeigenaar en/of het bouwproject beslist grondse parkeerruimtes en afvalcontainers,
op beperking van regeldruk. delen een grote rol in beleid, uitvoering en erover en is daarbij van vele factoren afhanke- kelders en daarnaast ruimte voor infiltratie van
handhaving van bouwdynamiek. lijk, zoals de locatie in de stad (een dakterras in regenwater en boomwortels. Dit zijn zaken die
Hoewel vooral in naoorlogse stadsdelen de binnenstad is lastiger dan een dakterras in vaak niet gemakkelijk zijn te verplaatsen. Tege-
deze woninguitbreidingen bij kunnen dragen Zuidoost); de eigenschappen van de locatie (de lijkertijd zijn de ambities van Amsterdam hoog.
aan vergroten van het wooncomfort, veroor- Daken Rivierenbuurt vraagt meer wateropvang dan De komende jaren wordt in Amsterdam hard
zaakt het in de meer dichtbebouwde stadsdelen De druk op de stad neemt toe, in de onder- Nieuw-West); de hellingshoek van het dak; gewerkt aan bijvoorbeeld klimaatbestendigheid,
steeds vaker problemen. De ‘bouwdynamiek’, grond, op maaiveldniveau uiteraard, maar ook de bouwkundige staat van het gebouw enzo- circulariteit, aardgasvrij en digitalisering. Al
zoals we dat nu noemen, is met name in de op het dakenlandschap. Amsterdamse daken voorts. deze ambities hebben een ondergronds ruimte-
stadsdelen Zuid en West zeer sterk toegenomen. worden tot nu toe voornamelijk gebruikt als beslag en leggen dus meer druk op de al krappe
Vanwege de concentratie van grote aantallen bescherming tegen regen en wind voor de ver- Stimuleren van vele partijen ruimte in de ondergrond. Daar komt de woning-
verbouwingen in een paar wijken ervaren bewo- dieping eronder. Daar kunnen we veel meer mee Luchtfoto’s van Amsterdam gaan er de bouwopgave nog bij, die veelal in transforma-
ners overlast van stof, lawaai en gebruik van de doen. Daken kunnen bijdragen aan belangrijke komende jaren gaandeweg anders uitzien. tiegebieden plaatsvindt, waar weinig ruimte is
openbare ruimte. Daarnaast worden privacy en doelen van deze omgevingsvisie, zoals: Aangezien de meeste daken geen gemeentelijk voor extra ondergrondse infrastructuur. Voorts
daglichttoetreding van bewoners steeds vaker • klimaatadaptatie, door wateropvang, ver- eigendom zijn, werken we hierin samen met speelt de vervangingsopgave van kademuren en
aangetast. Ook leidt bouwdynamiek tot wijzi- traagde waterafvoer en isolatie; woningcorporaties, huurderskoepels en vele bruggen en van de riolering. Kortom: er is sprake
gingen in de ruimtelijke structuur van de stad, • biodiversiteit, door het toevoegen van groen; andere gebouweigenaren. In de ‘Samenwer- van ruimteconcurrentie in de ondergrond.
met consequenties voor bijvoorbeeld de klimaat- • energietransitie, door het plaatsen van zon- kingsafspraken 2020-2023 voor de volkshuis-
bestendigheid van buurten. Ten slotte verandert nepanelen; vesting’ zijn afspraken gemaakt over het verder Verder is het stedelijk bodem- en grondwa-
het aangezicht van de stad, zowel aan de straat- • sociale functies, met dakterrassen of sport, benutten van daken. De Dakdokters is een tersysteem door menselijk handelen historisch
als aan de tuinzijde. We moeten een nieuwe spel en bewegen; organisatie die zich specifiek richt op het beter belast en niet meer in topconditie. De bodem
balans vinden tussen de wens tot verdichting en • verdichting van de bestaande stad, door het gebruiken van dakoppervlakken. is plaatselijk verontreinigd, bijvoorbeeld met
de negatieve gevolgen ervan. optoppen met extra verdiepingslagen. lood of PFAS, en ook de bodembiodiversiteit is
Er komt voorlopig geen nieuw, geïnte- slechter dan vroeger. Voorts hebben we, vooral
Nieuwe richtingen Het dakenlandschap wordt onderdeel van greerd dakenbeleid. Meervoudiger gebruik van in Amsterdam-Noord, te maken met bodem-
De komende jaren worden de regels voor de ruimtelijke ordening van de stad. Amster- daken is als doel immers al in genoemde pro- daling.
verbouwingen en vergrotingen van bestaande dam gaat regelgeving zodanig aanpassen dat het gramma’s verankerd, en nu ook via deze omge-
panden in de stad verscherpt. Wat betreft meervoudig gebruik van daken wordt gestimu- vingsvisie. We zetten dus in op versterking van Algemene strategie
onderkelderingen is die afweging het gemakke- leerd. Inmiddels komt dat terug in vele vormen de uitvoering via bijvoorbeeld: Zorgpunten genoeg dus, maar we treden
lijkst. Aangezien onderkelderingen kunnen lei- van thematisch beleid. De voornaamste daarvan • kennisvermeerdering en -deling; ze ambitieus tegemoet. We willen toe naar een

226 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 227
duurzaam beheerde vitale stadsbodem, die de via grondbanken. Langetermijnreserveringen Deze aanpak biedt alle betrokkenen concrete • warmte- en koudenetten, vaak in combi-
door de stad gevraagde functies kan vervullen. worden goed afgewogen tegen kortetermijn- handvatten om tot een afgestemd ontwerp en natie met wko of aquathermie als buffer en
Meer regie op de ondergrond is daarvoor ingrepen. realisatie te komen. Dat gebeurt op het juiste warmte- of koudebron;
een harde noodzaak. Het volwaardig meene- De ondergrond, het bodem- en grondwa- schaalniveau, voor een toekomstvaste duur- • uitbreiding en verzwaring van het elektri-
men van de ondergrond in afwegingen is echter tersysteem eindigen tot slot niet bij de gemeen- zame inrichting, voor innovatieve oplossingen citeitsnetwerk;
complex door de onzichtbaarheid en onbekend- tegrens. Voor bijvoorbeeld geothermie (zie die vormgeven aan de energietransitie, klimaat- • ondergrondse inzameling en transport van
heid ervan, en de traagheid van het bodem- en Duurzame stad) kijken we op het niveau van adaptatie en biodiversiteit. afval;
grondwatersysteem. metropoolregio of provincie. • vervanging van gietijzeren gasleidingen,
Regie voeren op de ondergrond riolering en andere ondergrondse assets;
We hebben uitgangspunten geformuleerd Slimmer ontwerpen, ondergrond Als eigenaar van de grond, als integraal • aanleg van glasvezel en de uitrol van 5G.
voor goede afwegingen in de toekomst. Zo moe- als uitgangspunt ontwerper en beheerder van de openbare
ten nut en noodzaak van gebruik van de onder- Uitgangspunt is dat bij elke nieuwe ruimte en als belangrijke ontwikkelaar van de Andere ontwikkelingen leiden misschien
grond worden onderbouwd, en gaan combina- ruimtelijke ontwikkeling de bovengrond en stad is de gemeente de aangewezen regisseur tot minder leidingen, maar per saldo is de ten-
ties van functies voor enkelvoudige functies. Bij de ondergrond vanaf het begin in samenhang voor de ondergrond. Dat wil niet zeggen dat de dens: meer en grotere leidingen. Dit vraagt om
het programma ‘Kademuren en bruggen’ wordt worden bezien. Driedimensionale ruimtelijke gemeente overal eigenaar van is, maar wel dat kabels en leidingen in meer gebundelde vorm en
nagedacht over de inpassing van extra functies. ordening dus, waarbij het maaiveld als grens de gemeente eigendom en beheer van onder- daarvoor is samenwerking nodig. Op deze wijze
tussen onder- en bovengrond steeds meer ver- grondse assets in beeld brengt en houdt. is er ruimte voor nieuwe netwerken en vaak
Voorts staan de kenmerken en identiteit valt. Daarnaast moeten we steeds de samenwer- ook nog voor een fraai maaiveld met bomen en
van gebieden centraal. Activiteiten vinden king zoeken tussen verschillende programma’s De gemeentelijke regisseur kan veel: waterberging.
liefst plaats op plekken waar de natuurlijke en thema’s, want dan past er meer. We hebben prioriteren, gebieden aanwijzen, de ligging van
omstandigheden daarvoor het meest geschikt hiervoor een Integrale Ontwerpmethode voor kabel- en leidingnetwerken bepalen, medege- Het werken aan de onder- en boven-
zijn. We streven naar circulariteit met een de Openbare Ruimte ontwikkeld, die in de bruik van voorzieningen opleggen en de samen- grondse (nuts)infrastructuur in de openbare
gesloten grondbalans voor de stad, onder meer toekomst steeds meer tot standaard zal worden. werking organiseren. ruimte maakt onlosmakelijk deel uit van het
Idealiter wordt de ondergrond integraal stedelijk leven. Tegelijkertijd leiden deze werk-
onderdeel van bestaande programma’s, zoals zaamheden tot verstoring van het functioneren
Driedimensionale stad klimaatadaptatie en de energietransitie (zie van de stad. Integrale programmering én inte-
Duurzame stad). Dit kan vaak goed via een grale inrichting is nodig om de stad te voorzien
gebiedsgerichte aanpak, zoals dat al gebeurt op van betrouwbare en duurzame voorzieningen,
het Centrumeiland of in de Sluisbuurt op het het voorkomen van een wildgroei aan boven- en
Zeeburgereiland. Daar worden ambities voor ondergrondse voorzieningen en een hausse aan
energie, afval, rainproof en nutsvoorzienin- voortdurende, ingrijpende wegwerkzaamhe-
gen in samenhang boven- en ondergronds op den. Doordachte kabel- en leidingensystemen
een hoger niveau getild. In de bestaande stad (gecombineerde bovengrondse voorzieningen,
is regievoering op de ondergrond een grotere mantelbuizen, kabelgoten, leidingentunnels
uitdaging, maar evengoed een harde noodzaak. enzovoorts) en samenwerking tussen de ver-
Regievoering is ook cruciaal voor de diepere schillende netbeheerders zijn hierbij belangrijk.
ondergrond, bijvoorbeeld op de positionering De gemeente als grondeigenaar en WIOR-ver-
van warme en koude bronnen van wko-syste- gunningverlener voert regie.
men. Het datadossier Ondergrond helpt hierbij,
omdat het inzicht geeft in de eigenschappen van Binnen de huidige werkwijze komen nuts-
de ondergrond en de in de ondergrond aanwe- partijen vanuit hun eigen opgave met een voorge-
zige assets. steld tracé, dat binnen het Amsterdamse coördina-
tiestelsel wordt besproken. In de toekomst willen
Nutsinfrastructuur we afwegingen en keuzes over een tracé voor een
Onder de stad ligt meer dan 10.000 km aan nutsvoorziening niet meer reactief vanuit één
kabel- en leidingnetwerken. De netwerken zijn nutsvoorziening maken, maar vanuit het geheel
bovengronds herkenbaar door vele trafokasten, aan opgaven en bovendien op een hoger schaal-
verdeelstations, antennes, warmteoverdracht- niveau. Daarom komt er een strategische netwerk-
stations, gemalen enzovoorts. planning op stadsschaal en wordt onderzocht
De energietransitie, een circulaire econo- hoe de ongestoorde ligging van deze strategische
mie en digitalisering leiden tot nieuwe onder- ondergrondse hoofdinfrastructuur kan worden
grondse infrastructuur: geregeld via het omgevingsplan. In gebieden met

228 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 229
meerdere opgaven en veel nutsvoorzieningen trale zuivering. In samenwerking met het water- Milieuhygiënische bodemkwaliteit tatie (zie Duurzame stad). Dat kan alleen als er
gaan we ‘Gebiedsplannen Ondergrond en Nuts- schap worden zo alle bruikbare componenten Door de eeuwenlange invloed van de mens in de ondergrond ruimte wordt gereserveerd
voorzieningen’ op gebiedsniveau opstellen. aan het afvalwater onttrokken en hergebruikt is de bodem van Amsterdam verontreinigd voor drainage- en infiltratieriolering. Een hoger
of vermarkt. Wat niet kan worden hergebruikt, geraakt. De afgelopen jaren zijn veel bodem- maaiveld vormt ook een betere basis voor
Drinkwater wordt, na eventueel behandeld te zijn, (lokaal) verontreinigingslocaties gesaneerd en zijn de groenontwikkeling. Voor de gewenste ontwate-
We hebben de zorgplicht voor de beschik- in het milieu teruggebracht. Dankzij duurzame risico’s van bodemverontreinigingen sterk ringsdiepte, dus de afstand tussen maaiveld en
baarheid en kwaliteit van drinkwater voor een terugwinning tegen acceptabele kosten, levert gereduceerd. Maar bodemverontreiniging blijft grondwaterstand, gaan we een maat van 0,90
groot deel van de Metropoolregio Amsterdam. de circulariteit van afvalwater een belangrijke veel aandacht vragen. m hanteren bij de ontwikkeling van nieuwe
Daarvoor laten we de vaak ondergrondse win-, bijdrage aan het verduurzamen van de samenle- Het milieuhygiënische bodembeleid is (binnendijkse) gebieden. Dit vereist veelal
productie- en distributiecapaciteit meegroeien ving (zie ook Duurzame stad). vastgelegd in de Amsterdamse Nota Bodem- ophoging, wat bovendien veiliger is in het licht
met de drinkwatervraag. We beheren en beheer uit 2019. Dit beleid zoekt een balans van verwachte waterspiegelstijging. Daarom
beschermen de benodigde gebieden, vestigin- Naar een Omgevingsprogramma Riolering tussen benutten en beschermen van de bodem. gebeurt dit waar mogelijk met ophoogmateria-
gen en systemen voor drinkwater goed. Daar- Het beleid over afvalwater is beschreven Hoofddoel is dat de milieuhygiënische bodem- len die de bodemdaling niet verder versterken.
voor werken wij samen met overheden uit de in het Gemeentelijk Rioleringsplan Amsterdam kwaliteit niet mag verslechteren (standstillprin-
regio’s waar ons drinkwater van afhankelijk is. 2016-2021. Hierin is onder andere opgenomen cipe) en liefst wordt verbeterd. Grote delen van Amsterdam staan op diepe
Zo behouden wij de continuïteit, kwaliteit en dat Amsterdam inzet op het behoud van een Sinds 2018 is de loodverontreiniging in veengrond die gevoelig is voor bodemdaling.
betaalbaarheid van schoon drinkwater. robuust en goed functionerend rioolstelsel; zoveel de bodem beter in beeld gebracht. Alle plekken Deze publieke én private opgave speelt het
De huidige waterwinlocaties, waar mogelijk scheiding aan de bron realiseert, mede in de openbare ruimte waar kinderen tot zes meest in Amsterdam-Noord, zowel het stede-
Amsterdams drinkwater van afhankelijk is, vra- voor het hergebruik van grondstoffen; een ‘ver- jaar spelen, worden indien nodig gesaneerd. lijke als het landelijke gebied. De bodemdaling
gen om capaciteitsuitbreiding. Die uitbreiding zorgde’ onderhoudsstatus van de riolering beoogt, Mogelijk wordt de loodaanpak uitgebreid naar bedraagt hier tot wel vijf millimeter per jaar.
kan nog voor lange tijd op de huidige locaties met bijpassende maatschappelijke kosten en risi- particuliere tuinen in gebieden met een risico Door klimaatverandering, met langere perio-
plaatsvinden, maar er wordt al onderzoek co’s; en samenwerkt met het waterschap AGV om op hoge loodgehaltes. Verder zijn de beleids- den van droogte en lagere grondwaterstanden,
gedaan naar een extra waterwinlocatie. de waterzorgtaken op elkaar af te stemmen. regels over PFAS erg in beweging. Voorts gaan wordt dit proces versneld. Ook verlaging van
In een groeiende en verdichtende stad moet we zeer zorgwekkende stoffen beter in kaart waterpeilen zorgt voor extra bodemdaling.
het drinkwaterdistributiesysteem meer leveren Het Gemeentelijk Rioleringsplan 2016- brengen. Bodemdaling willen we beperken, al was het
binnen een krappere ondergrondse ruimte, zon- 2021 zal worden opgevolgd door het Omge- maar omdat daarbij broeikasgassen vrijkomen.
der dat dit ten koste mag gaan van de tempera- vingsprogramma Riolering 2022-2027. Deze Verbetering van de bodemkwaliteit Andere mogelijke nadelige gevolgen zijn rotting
tuur, druk, continuïteit en kwaliteit. We zullen opvolger geeft uitwerking aan opgaven en ambi- streven we vooral na op natuurlijke momen- van paalfunderingen, verwrongen en afbre-
moeten voorkomen dat door klimaatverande- ties zoals geformuleerd in de omgevingsvisie en ten, bijvoorbeeld wanneer een gebied wordt kende rioleringen en verzakking van wegen en
ring en de aanleg van hogetemperatuur-warm- wordt een nieuw uitvoeringsgericht beleidska- herontwikkeld. Ook gaan we aan de slag met stoepen, die vooral optreden bij verschillen in
tenetten de drinkwaterleidingen opwarmen tot der voor de uitvoering van gemeentelijke water- de programmatische aanpak spoedlocaties funderingswijze.
boven de toegestane grens van 25 o C. taken rond stedelijk afvalwater, hemelwater en Amsterdam (PASA).
Daarnaast krijgt drinkwater mogelijk een rol grondwater. Voor het stedelijk gebied is van belang dat
in het transporteren van koude voor andere Voor de openbare ruimte willen we de het grondwaterpeilverschil tussen de huizen en
functies, zoals het momenteel koude aflevert bij Een vitaal bodem- en bodemkwaliteitskaart verbeteren. Waardevolle een aantal parken niet mag toenemen. De hui-
de bloedbank. grondwatersysteem ecologische gebieden, maar ook bijvoorbeeld zen lopen het risico dat de houten funderingen
Een vitaal bodem- en grondwatersysteem voedselbossen, moeten schoon en vitaal blijven. worden aangetast als het grondwater naar de
Afvalwater kent meerdere facetten die tot nu toe vaak los Hier willen we daarom beter zorgen voor een parken sijpelt. De bomen in de parken hebben
Er zijn weinig zaken crucialer voor de van elkaar zijn beschouwd, zoals opnamecapaci- gezonde bodem. Sowieso is dit van belang als minder overlevingskans als de dieper gelegen
gezondheid van Amsterdammers dan een goede teit en hoogte van de bodem, milieuhygiënische we de stad rigoureus willen vergroenen. parken natter worden. Soms is ophoging van
riolering. De zorg voor een robuust riolerings- bodemkwaliteit, kwaliteit en kwantiteit van het tuinen en parken een oplossing, hoewel niet
systeem is dan ook een prioriteit. De gemeen- grondwater, bodemdiversiteit onder stadsgroen Robuust maaiveldniveau en bodemdaling gemakkelijk.
telijke taken op dit vlak worden hierbij efficiënt enzovoorts. Dat moet meer samenkomen. De We beogen een goede zorg voor het grond-
uitgevoerd, met een goede balans tussen maat- ambities op het gebied van groen en klimaat- water en een robuust maaiveldniveau voor de In landelijk gebied willen we onderzoeken
schappelijke kosten en acceptabele risico’s. adaptatie, stadslandbouw (zie Duurzame stad stad, dat voldoende boven het grondwater ligt hoe we bodemdaling kunnen beperken, bijvoor-
en Leefbare stad) geven al wat meer richting. om alle functies toekomstbestendig mogelijk beeld door het waterpeil zelfs te verhogen. De
Afvalwater is rijk aan grondstoffen en De komende jaren gaan we aan de slag met de te maken, zoals bebouwing, wegen, bomen. oplossing moet niet alleen natuurwaarden ver-
energie. Transport en zuivering zijn op elkaar ontwikkeling van een soil health index (SHI) Dit doen we onder andere door het toepassen sterken, maar ook agrarische functies behouden.
afgestemd om het systeem als geheel goed te om de vitaliteit van de bodem inzichtelijk te van actief grondwaterbeheer. Een voldoende Hier en daar breiden we natuur uit, waar dat
laten functioneren. Terugwinning gebeurt waar maken. Vervolgens zal de huidige kwaliteit van hoog maaiveld ten opzichte van de grondwa- urgent is vanwege veenbehoud of voor de biodi-
dit het meest duurzaam en efficiënt kan: bij de de stadsbodem in beeld worden gebracht, als terstand geeft mogelijkheden om hemelwater versiteit. Op die plekken kan het waterpeil veel
bron, in het transportsysteem en/of op een cen- ijkpunt voor een betere toekomst. te infiltreren en draagt zo bij aan klimaatadap- sterker stijgen of met de seizoenen variëren.

230 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 231
18
Bodem voor bomen Hard uitgangspunt is dat kelders voortaan
We gaan de stad vergroenen, met meer en grondwaterneutraal moeten worden aangelegd.
vitalere bomen. Zie Leefbare stad, hoofdstuk Dat betekent dat door de bouw van de kelder

Genoemde
Groen. Dan is er dus ook ondergrondse ruimte de grondwaterstanden en -stromingen niet
nodig voor boomwortels. Globaal genomen heeft mogen wijzigen. Omdat de samenstelling van
het ondergrondse wortelstelsel een vergelijkbare de ondergrond en de grondwatersituatie per

beleidsdocumenten
omvang als de kruin van een boom. We gaan de buurt kan verschillen, verschillen de regels per
bodem- en groeiplaatscondities voor bomen verbe- buurt of stadsdeel ook. Op sommige plekken
teren. Door te kiezen voor een robuust maaiveld- kan er niets, op andere plekken moeten bij

en
niveau wordt de bewortelingsdiepte voor bomen kelderbouw speciale technische maatregelen
vergroot. Hoe beter de bodemcondities, hoe worden getroffen, op weer andere plekken
groter de boom, hoe groter het positieve effect op kunnen kelders geen kwaad. Deze verschillende

uitwerkingsopgaven
bijvoorbeeld hittestress. Groeiruimte voor bomen uitgangsposities zijn in kaart gebracht in het
kan echter botsen met nabijgelegen ondergrondse genoemde afwegingskader. Wij achten hier het
nutsinfrastructuur. Door een integraal ontwerp te belang voor het grondwater zo groot, dat regels
maken van de openbare ruimte en ondergrond kan over ondergronds bouwen spoedig worden
er ruimte worden gevonden voor boomwortels, vastgelegd in alle bestemmingsplannen en
klimaatbestendigheidsmaatregelen, ondergrondse daarna in het omgevingsplan van Amsterdam. Deze omgevingsvisie wordt vastgesteld in de aanloop naar de nieuwe Omgevingswet.
afvalinzameling en nutsinfrastructuur. Toepassing Hiermee wordt de juridische afdwingbaarheid De Omgevingswet vereist onder meer een omgevingsplan als opvolger van alle bestem-
van groeiplaatsvoorzieningen, boomkratten of van grondwaterneutraal ondergronds bouwen mingsplannen, en een omgevingsvisie als opvolger van de structuurvisie. Uitgangspunt
een gecombineerde aanleg van kabels en leidingen duurzaam geregeld. is dat deze overgangen beleidsneutraal plaatsvinden, tenzij anders vermeld. Dat geldt dus
(mantelbuisputconstructies, gestapeld leggen) ook voor de beleidsagenda in dit WAT-hoofdstuk. Op allerlei thema’s is gerefereerd aan
kan nodig zijn om voor alle opgaven een plek te vigerende beleidsdocumenten, waarvan de belangrijkste nog eens op een rij zijn gezet. Dit
vinden, zeker in smalle straten. Ondergronddata neemt niet weg dat gedurende de looptijd van de omgevingsvisie nieuwe beleidsdocumenten
vormen de basis kunnen worden vastgesteld.
Ondergronds bouwen en onderkeldering Voor een integrale inrichting, het
In een dichtbevolkte stad als Amsterdam is maken van de juiste afwegingen en meer
de druk op de beschikbare ruimte groot. Daarom regie op de ondergrond is toegankelijker Genoemde beleidsdocumenten
worden steeds meer functies ondergronds gere- en betrouwbaarder informatie over
aliseerd, zoals parkeergarages, verkeerstunnels, de ondergrond noodzakelijk. Daarom Inclusieve stad
gasstations en ondergrondse woonruimtes. Deze wordt een datadossier Ondergrond • Referentienormen Maatschappelijke Voorzieningen, groen en spelen (2018)
ondergrondse bouwwerken kunnen echter grote ontwikkeld, dat ondersteunend is aan • Hoofdlijnen kunst en cultuur 2021-2024 (2019)
gevolgen hebben voor stromend grondwater. Bij alle beleidsdoelen en helpt bij het maken • Strategisch Huisvestingsplan Ruimte voor Kunst en Cultuur (2019)
aaneengesloten ondergrondse bouwwerken kan van afwegingen. Zo zijn er kaartlagen/ • Strategisch Huisvestingsplan Jeugd, Zorg en Basisvoorzieningen (2019)
grondwater niet weg- of toestromen en verandert informatieproducten ontwikkeld voor de • Integraal Huisvestingsplan Onderwijs (2017)
de grondwaterstand. Het gevolg is dat het te nat ligging van niet-gesprongen explosieven • Woonagenda 2025 (2017)
of juist te droog wordt. Bomen kunnen daardoor (CE-bodembelastingskaart ofwel bom- • Actualisatie Bestuursopdracht Ontwikkelbuurten 2019-2022
doodgaan, kruipruimtes kunnen nat wor- menkaart) of bodemkwaliteit. • Samenwerkingsafspraken 2020-2023 met AFWC en Huurderskoepels
den, houten funderingen kunnen gaan rotten.
Kortom: hier moeten regels voor zijn. Voor het datadossier Ondergrond zie Duurzame stad
https://data.amsterdam.nl/dossiers/ • Routekaart Amsterdam Klimaatneutraal (2019)
Tot voor kort ging onderkeldering gemak- dossier/ondergrond/58792cf6-8780- • Regionale Energiestrategie, bod deelregio Amsterdam (2021)
kelijk en gebeurde het dan ook steeds vaker. De 4edb-b456-cc9315598e76/ • Transitievisie Warmte (2020)
komende jaren worden we een stuk strenger. • Amsterdam Circulair 2020-2025 (2020)
Amsterdam hanteert vanaf 2021 een Afwe- Het datadossier Ondergrond heeft • Strategie Klimaatadaptatie Amsterdam (2020)
gingskader Grondwaterneutrale Kelders voor een relatie met het Digitaal Stelsel
grote en kleine kelders onder publiek en privaat Omgevingswet (DSO) en de Basis Vitale stad
terrein. Kelderbouw kan alleen onder voorwaar- Registratie Ondergrond (BRO). Onder- • Nota Ruimte voor de Economie van Morgen (2017)
den, en is in bepaalde gebieden niet toegestaan. grondinformatie is nodig voor de ont- • Visie Noordzeekanaalgebied 2040 (2014)
Grotere ondergrondse bouwwerken vergen wikkeling van 3D-Amsterdam, • Bedrijvenstrategie 2020-2030 (2020)
meer maatwerk, onder andere in de vorm van een digitale tweeling van de fysieke stad. • Kantorenplan 2019-2026 (2019)
een geohydrologisch rapport. • Vestigingsbeleid datacenters 2020 – 2030: Amsterdam Duurzaam Digitaal (2020)

232 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 233
• Detailhandelsbeleid 2018-2022 (2018) Uitwerkingsopgaven
• Marktvisie Amsterdam 2018 – 2026
• Agenda Amsterdam Autoluw (2020) Al het thematische beleid in deze documenten wordt, zoals meestal direct erbij vermeld,
• Havenvisie (concept, 2020) ongewijzigd overgenomen. In de overgang naar de Omgevingswet blijft het vigerende beleid voor
• Overnachtingsbeleid (2017) de fysieke leefomgeving dus overeind. Deze beleidsagenda beoogt echter meer dan deze basis
• Aanpak Binnenstad en uitvoeringsprogramma (2020) alleen en zet ook aan tot vernieuwing. De beleidsagenda dient drie doelen:
• Ruimte voor de voetganger (2020)
• Beleidskader Verkeersnetten (2018) 1. Een samenvatting van al het huidige relevante thematische beleid voor de fysieke leefomgeving
• Nota Deelmobiliteit (2019) en een bevestiging van de vigerende status ervan. Zeker in de overgang naar de nieuwe Omge-
• Agenda Autodelen (2019) vingswet is een dergelijk totaaloverzicht van belang. Hiermee wordt ook invulling gegeven aan
• Agenda Touringcar 2020-2025 (2019) de bredere reikwijdte van de Omgevingswet.
• Meerjarenplan Fiets (2017)
• Nota parkeernormen auto (2017) 2. Het leggen van onderlinge verbanden en verbanden met het grote verhaal van deze omgevings-
• Nota parkeernormen fiets en scooter (2018) visie. Zo wordt benadrukt dat thematisch beleid niet op zichzelf staat, maar ook andere the-
• Meerjarenplan Verkeersveiligheid 2016-2021 (2016) matische doelen kan dienen. De omgevingsvisie wordt hiermee meer een geheel en er wordt
• Actieplan Schone Lucht (2019) invulling gegeven aan de integrale doelstellingen van de Omgevingswet.
• Nota Varen II (2019)
• Actieplan Kademuren en bruggen (2019) 3. Het benoemen van nieuwe richtingen in thematisch beleid. Deze nieuwe richtingen vloeien
voort uit het grote verhaal van deze omgevingsvisie of uit beleidsthema’s die onderling schu-
Gezonde stad ren. De benoemde nieuwe richtingen zijn niet meteen vigerend, maar moeten worden gezien
• Nota Volksgezondheid Amsterdam (2017) als aankondigingen voor uitwerkingen, bijvoorbeeld in de vorm van nieuwe omgevingspro-
• Sportvisie 2025 (2016) gramma’s.
• Strategisch Huisvestingsplan Sport 2020-2023 (2019)
• Actieplan Schone Lucht (2019) Naar aanleiding van punt drie worden hier de belangrijkste thematische uitwerkingsopgaven
• Amsterdamse richtlijn gevoelige bestemmingen luchtkwaliteit (2010) op een rij gezet, zoals die voortvloeien uit de beleidsagenda.
• Amsterdams Geluidbeleid 2016, hogere waarde Wet geluidhinder (2019)
• Actieplan Geluid 2020-2023 (2020) Onderstaande lijst bevat zowel voorstellen voor nieuw beleid, zoals een geurbeleidskader of
een woon-zorgvisie, als aanpassing van bestaand beleid, zoals de actualisering woonbeleid, en
Leefbare stad de uitwerking detailhandelsbeleid. Met een deel van de hieronder genoemde opgaven is parallel
• Visie Openbare Ruimte 2025 (2017) aan het opstellen van de omgevingsvisie al een begin gemaakt. Naast onderstaande thematische
• Watervisie Amsterdam 2040 (2016) uitwerkingsopgaven komen uit de omgevingsvisie ook gebiedsgerichte en procesmatige uit-
• Welstand op het water (2018) werkingsopgaven voort. In een nog op te stellen Uitvoeringsagenda Omgevingsvisie worden al
• Nota Varen deel 1 en 2 (2019, resp. 2020) deze uitwerkingsopgaven nader geprioriteerd en concreter gemaakt.
• Ecologische visie (2012)
• Groenvisie (2020) Inclusieve stad
• Nota Duurzaam Landschap (2019) • Woon-zorgvisie
• Strategisch Huisvestingsplan Schooltuinen (2019) Visie op het mogelijk maken van woon-zorgcombinaties in de toekomst en wat daarvoor nodig is
• Uitwerking ruimte voor kansengelijkheid
Een integrale uitwerking van de ruimtelijke condities voor kansengelijkheid en het tegengaan
van ongelijkheid in de stad, met concrete voorstellen om kansengelijkheid te bevorderen
• Actualisatie woonbeleid
Een actualisatie van bestaand woonbeleid gekoppeld aan strategische keuzes in de omgevings-
visie, veranderend rijksbeleid en veranderende marktomstandigheden
• Vrije ruimte
Een uitwerking van de in de omgevingsvisie geformuleerde inzet om te zorgen voor voldoende
vrije ruimte in de stad, in samenwerking met initiatiefnemers en experts

Duurzame stad
• Omgevingsprogramma Duurzame energie
Een uitvoeringsgericht ruimtelijk kader gericht op een goede ruimtelijke inpassing van wind-
molens en zonnepanelen, het optimaal benutten van duurzame bodemenergie (geothermie
en warmte-koudeopslag) en het stimuleren of opleggen van duurzame energievoorzieningen

234 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 235
in de gebouwde omgeving (bv. zonnepanelen op daken). Daarbij wordt een goede koppeling Vernieuwing en verbreding van het beleid voor een veilige fysieke leefomgeving. Met uitwer-
gelegd met het omgevingsplan en andere instrumenten die de gemeente hanteert (verordenin- kingen in relatie tot opslag, transport en verwerking van gevaarlijke stoffen. En daarbij speciale
gen, subsidies) aandacht voor het havengebied en transportroutes voor gevaarlijke stoffen
• Geluidsbeleid
Vitale stad Met de inwerkingtreding van de Omgevingswet vervalt de mogelijkheid hogere waarden
• Uitwerking intensivering en verduurzaming bedrijventerreinen vast te stellen. Dit vergt een aanpassing van het hogerewaardenbeleid. Bij het toelaten van
Een uitwerking van de Bedrijvenstrategie 2020-2030 gericht op intensivering van het ruim- woningen op een bepaalde locatie moet de geluidkwaliteit van de woningen aanvaardbaar zijn.
tegebruik op binnenstedelijke bedrijventerreinen. En op bijdragen aan een circulaire economie Uitgangspunt is een beleidsneutrale aanpassing, waarbij de materiële eisen uit het huidige
en aan een klimaatneutrale en klimaatbestendige stad. Voor deze ambities worden realistische geluidbeleid zoveel mogelijk onveranderd zullen blijven.
doelstellingen, aanpak en financiële onderbouwing uitgewerkt
• Uitwerking kenniskwartieren Leefbare stad
Een uitwerking van de kenniskwartieren in de omgevingsvisie en innovatiedistricten in • Omgevingsprogramma Groenvisie
Ruimte voor de Economie van Morgen. Deze uitwerking gaat in op het economische belang Een uitwerking van de Groenvisie in beleidsregels, projecten, maatregelen, financierings-
van de kennisintensieve economie en op welke manieren we dit kunnen versterken. Daarbij modellen en samenwerking met belanghebbenden. Een belangrijk onderdeel van dit omge-
komen het profiel en de ambitie van de belangrijkste locaties aan de orde en de netwerken en vingsprogramma is de vernieuwing van de hoofdgroenstructuur, met een opgavenkaart voor
governance de komende tien jaar en een instrumentarium, inclusief nieuwe mogelijkheden voor sport en
• Uitwerking stationskwartieren bewegen in samenhang met ecologische waarden
Een uitwerking van stationskwartieren in de omgevingsvisie, met basisprincipes en instru- • Omgevingsprogramma riolering
menten voor gebiedsontwikkelingen rondom de grotere stations en welke functiemenging Een uitvoeringsgericht beleidskader voor de uitvoering van gemeentelijke watertaken rond
daarbij gewenst is stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater als opvolger van het Gemeentelijk Riolerings-
• Uitwerking detailhandelsbeleid plan
Uitwerking van het detailhandelsbeleid wat betreft de benodigde flexibiliteit voor lokaal en • Actualisatie Uitvoeringsagenda Watervisie
inclusief ondernemerschap Een uitwerking van de Uitvoeringsagenda Watervisie Amsterdam 2040 gericht op een aantal
• Horecabeleid actuele opgaven, die raakvlak hebben met de ruimtelijke opgaven uit de Omgevingsvisie.
Een nieuw beleidskader horeca, met onder meer aandacht voor horecacategorieën, instrumen- Voorbeelden zijn de uitwerking van (meer legale) zwemmogelijkheden in de stad en de zoek-
tarium en gezonde voedselomgeving tocht naar meer tijdelijke ligplaatsen voor woonboten die nodig zijn voor de uitvoering van het
• Nachtvisie programma bruggen en kademuren
Een visie op de condities voor een 24 uurseconomie en het versterken van de nachtcultuur,
met onderwerpen als ov-diensten in de nacht, locaties met 24 uursvergunningen en culturele Compacte stad
locaties met nachtprogrammering • Vernieuwing hoogbouwbeleid
• Mobiliteitsvisie Vernieuwing van het bestaande hoogbouwbeleid uit de Structuurvisie Amsterdam 2040, met
Een visie op de gewenste mobiliteitstransitie die nodig is om een verdichtende stad bereikbaar een nadere bepaling van de mogelijkheden, locaties en voorwaarden voor hoogbouw in woord
en toegankelijk te houden, inclusief aandacht voor mobiliteitsarmoede, nabijheid en verken- en beeld
ning verlaging parkeernormen • Bestuursopdracht erfgoed in een dynamische stad
• Hubsvisie Verkenning naar het inzetten en wegen van erfgoed voor de groei en de toekomst van de stad
Een visie op de ontwikkeling van mobiliteitshubs, met aandacht voor functies, locaties in de • Omgevingsprogramma ondergrond
stad en rollen hierin voor gemeente en markt Een uitvoeringsgericht beleidskader dat het mogelijk maakt om te sturen en toetsen op de
• Economische dynamiek in naoorlogse wijken inpassing van alle benodigde functies in de ondergrond, zoals kabels en leidingen voor warmte
Uitwerking van ‘Ruimte voor de economie van Morgen’, gericht op het ruimte bieden aan, en en (duurzame) energie, maar ook fietsenstallingen, kelders en tunnels
stimuleren van, economische dynamiek en lokaal ondernemerschap in naoorlogse woonwijken
en productieve wijken.

Gezonde stad
• Uitwerkingen gezonde stad
Uitwerkingen binnen het Programma Gezonde Stad rond de volgende onderwerpen: gezonde
voedselomgeving, geluid en stilte in de stad en de gevolgen van houtstook voor een gezonde
luchtkwaliteit
• Uitwerking sport- en beweegstructuur
Een uitwerking van de Sportvisie 2025 met een integraal perspectief op de samenhang van
groen en sport in de context van een groeiende stad, met concrete voorstellen voor toekomstige
uitbreiding en versterking van de sport- en beweegstructuur
• Beleid omgevingsveiligheid

236 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel III | Wat 237
238 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 239
Deel IV
Hoe

Hoe we aan de stad werken 242


Onderdeel van de beleidscyclus 247
Agenda Samen stadmaken 250
Samenwerking over de gemeentegrenzen 260
Maakproces OVA2050, verantwoording en lessen 263
De omgevingseffectrapportage 267

In dit deel maken we onderscheid tussen gemeentelijke processen, gekoppeld


aan de beleidscyclus, en externe processen, gekoppeld aan samen stadmaken en de
samenwerking met andere overheden. We beginnen met een analyse van de vernieuwing
in hoe we aan de stad werken. Daar komen vijf veranderopgaven uit voort. Daarna
laten we zien hoe de omgevingsvisie doorwerkt in de verschillende onderdelen van de
beleidscyclus. We geven met de agenda Samen stadmaken een impuls aan een betere
publiek-collectieve samenwerking. We laten zien hoe we de samenwerking met andere
overheden willen versterken en wat onze inhoudelijke inzet daarbij is. We blikken terug
op het maakproces van de omgevingsvisie en trekken daar lessen uit. Ten slotte staan
we stil bij de omgevingseffectrapportage (OER) en hoe deze rapportage heeft
bijgedragen aan de omgevingsvisie en de daarin gemaakte keuzes.

“Uitbreiding van toffe broed-


plaatsen zoals Cinetol, die
echt wat nieuws en positiefs
de buurt in brengen!”
Sarah | Stadsdeel Zuid

240 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel IV | Hoe 241


19
Van een vergelijkbare omvang en impact is de ren en andere identiteiten. Zo wordt het steeds
mobiliteitstransitie, die niet alleen vraagt om knellender dat de stad vooral is ontwikkeld
nieuwe verbindingen, maar ook om nieuwe vanuit mannelijke behoeften, met te weinig

Hoe we aan
concepten als hubs. De werking van dit systeem aandacht voor het vrouwelijk perspectief. Met
overstijgt project- en zelfs gemeentegrenzen. de behoeften van mensen met een beperking,
kinderen en ouderen wordt niet vanzelfspre-

de stad werken
2. Behoefte aan integrale sturing kend rekening gehouden. Daar meer ruimte
De tweede aanleiding raakt aan het voor bieden betekent niet dat de stad een
visiedeel, maar is meer intern gericht en optelsom wordt van voorkeuren van indivi-
organisatorisch van aard. Amsterdam kent in duen en kleinere en grotere groepen. Maar het
de ruimtelijke ontwikkeling een sterke projec- betekent wel dat die meerstemmigheid moet
tencultuur. De projecten stellen ons in staat doorklinken in het proces van stadmaken.
om binnen helder omschreven kaders aan de Als mensen zich herkennen in de stad en in
De Omgevingsvisie Amsterdam 2050 vervangt, na vaststelling door de stad te bouwen. En daarin zijn we bijzonder hun eigen leefomgeving ontstaat een grotere
gemeenteraad, de Structuurvisie Amsterdam 2040 als richtinggevend kader voor de succesvol geweest. Met de versnelde groei van mate van eigenaarschap en verantwoordelijk-
ontwikkeling van de stad. De omgevingsvisie zal vanaf dan doorwerken in verschillende de stad en de verschuiving van grootschalige heid. Een belangrijk trend is de toegenomen
planningspraktijken. Denk aan infraprojecten, herinrichting van de buitenruimte, uitbreiding en verdichting naar kleinschaliger zelforganisatie in de stad. De samenleving is
gebiedsontwikkeling, beleidsprogramma’s, regionale samenwerking, bottom- transformatie en inbreiding is het sturen op zelfredzamer en ondernemender geworden.
upinitiatieven en regelgeving in het omgevingsplan. Dit wordt uitgewerkt in een nader stedenbouwkundige samenhang en kwaliteit Inwoners, ondernemers, al dan niet georgani-
vast te stellen Uitvoeringsagenda omgevingsvisie Amsterdam. van de stad via de projecten alleen niet meer seerd in collectieven, vragen om ruimte voor
voldoende. Tegelijk is er sprake van een stape- het ontplooien van hun initiatieven. Van die
ling van stedelijke beleidsdoelen en eisen, die kracht in de stad, de collectieve intelligentie
Nieuwe opgaven in Amsterdamse ontwikkelopgaven om ver- binnen projecten nauwelijks op te lossen is. van Amsterdammers, wil Amsterdam maxi-
het stadmaken nieuwing van hoe we aan de stad werken. We maal gebruikmaken. Het biedt de kans om in
Amsterdam heeft een rijke traditie in willen op stedelijke schaal en gebiedsniveau Deels ligt de oplossing in een meer de verhouding tussen overheid, burgers en
stadsplanning en stadmaken, die veel heeft steviger richting geven aan kwaliteit en samen- integrale manier van werken en maken van markt een verschuiving teweeg te brengen.
opgeleverd. Niet eerder is er in een structuur- hang en tegelijk de praktijken van gebiedsont- afwegingen binnen projecten. Maar er is ook
plan of -visie zo expliciet aandacht besteed aan wikkeling diverser en lokaler maken en hier een groeiende noodzaak om op stedelijke
de vraag hoe de visie dichterbij te brengen. Dat andere vormen van ontwikkeling en waarde- schaal keuzes te maken over omvang van
hier zo expliciet aandacht aan wordt besteed creatie naast zetten. De vernieuwingsopgave ontwikkelingen, fasering, grote investeringen
is geen toevalligheid, maar kent verschillende spreekt ook uit de strategische keuze Samen en ruimtelijke samenhang. We willen steviger
aanleidingen. Kern hiervan is dat het verwe- stadmaken. Aanleiding hiervoor zijn een sturen op de samenhang tussen tijdige investe-
zenlijken van de in deze visie neergelegde zevental ontwikkelingen. ringen in openbaar vervoer en fietsverbindin-
ambities en transities in de huidige context gen en grote ontwikkelingen. De instrumenten
alleen mogelijk is door anders, meer integraal, 1. Veelvormige ambities en organisatiestructuur om dat structureel te
op een opener manier, aan de stad te werken. De afgelopen decennia zijn gebieds- doen ontbreken nu nog. Ook gaat de versnip-
Daarmee is het hoe-deel onlosmakelijk ver- ontwikkeling, infrastructurele werken en perde besluitvorming over projecten en secto-
bonden met en randvoorwaardelijk voor het in openbare ruimteprojecten de grote stuwende rale beleidsthema’s ten koste van de sturings-
praktijk brengen van de andere delen van deze krachten achter de transformatie van de stad mogelijkheden van bestuurders en maakt het
omgevingsvisie. geweest. Met de in het visiedeel geschetste de gemeenteraad lastig om zijn controlerende
opgaven komen hier andersoortige projec- en agenderende functie te vervullen.
Anders betekent niet dat we de huidige ten bij. De verduurzaming van de bestaande
praktijk overboord gooien. Er zijn veel aspec- stad leidt tot een transformatieopgave voor 3. Grotere diversiteit en zelforganisatie
ten van die planningstraditie die we koeste- bestaande stadsbuurten. In de centrale delen in de stad
ren. Onder ander de kennis, eigenwijsheid, van de stad komt hier een gecombineerde De derde aanleiding komt voort uit de
betrokkenheid en samenwerkingsgerichte opgave voor autoluw en verbetering van de dynamiek van de stad. De voornaamste aanlei-
houding van veel Amsterdammers en profes- (groene) kwaliteit van de openbare ruimte bij. ding goed naar de Amsterdamse praktijk van 4. Zorgen over het verdienvermogen van
sionals. Daar borduren we juist op voort! Ook In naoorlogse gebieden wordt dit gekoppeld het stadmaken te kijken, is verandering van de de stad op de lange termijn
nemen we geen afscheid van de praktijk van aan een sociale en verdichtingsopgave. Dit is samenleving. Een steeds diversere bevolking De vierde aanleiding komt voort uit de
projectmatige integrale gebiedsontwikkeling een veelvormig ambitie in complexe stukken vraagt om een grotere diversiteit in de manier noodzaak de ambities te kunnen bekostigen.
en stedelijke verevening. Tegelijkertijd vra- stad, die zich niet in de traditionele systema- waarop we de stad vormgeven. De stad biedt De wijze waarop Amsterdam in samenwerking
gen ontwikkelingen in de samenleving en de tiek van gebiedsontwikkeling laat vangen. plek aan een grote variatie in leefstijlen, cultu- met de markt op kwaliteit stuurt, staat onder

242 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel IV | Hoe 243


druk. Binnen de kaders van marktwerking en neer nieuwe inwoners geen plek meer kunnen Vijf veranderopgaven wen en samen programmeren van gebouwen en
samenwerking met de markt probeert Amster- vinden en ondernemers geen plek kunnen Om kort te gaan wil de gemeente Amster- de openbare ruimte. Er wordt nu al volop geëx-
dam betaalbaarheid van woningen, duurzaam- vinden om hun bedrijf te starten? Dan wordt dam op sommige punten meer richting geven perimenteerd met werkwijzen, onder andere
heid, architectonische kwaliteit te garanderen. de functie van emancipatiemachine bedreigd en op andere punten meer ruimte bieden aan in zogenaamde commons. Burgers, al dan niet
Aan die samenwerking verdient de stad ook en staat kansengelijkheid onder druk. maatschappelijk initiatief en meer eigenaar- georganiseerd in collectieven of coöperaties,
geld, vooral door gronduitgifte in erfpacht. schap en verantwoordelijkheid leggen bij zouden deels de rol van de markt kunnen over-
Hiermee wordt onze kwetsbare stad in stand 6. De doorgaande digitalisering Amsterdammers. Dit samen stadmaken sluit nemen. Bouwgroepen, wooncoöperaties en
gehouden en investeren we in bijvoorbeeld Digitalisering heeft nu al een grote impact aan bij de mogelijkheden die de Omgevingswet werkcollectieven kunnen een aandeel krijgen in
voorzieningen, groen en bereikbaarheid. De op het stedelijk leven en het functioneren van biedt en geeft invulling aan de verbeteropga- de ontwikkeling van de stad. Zij realiseren dan
afgelopen jaren blijkt het in toenemende mate stedelijke systemen. Positief en negatief. Nega- ven die in de wet geagendeerd worden. Daar- duurzaam betaalbare huurwoningen en werk-
lastig om tegelijk de gewenste kwaliteit te rea- tief is de vervreemding die het smartphone- naast biedt ook de digitalisering kansen voor ruimtes, die rust en continuïteit brengen in de
liseren en voldoende opbrengsten voor markt gebruik met zich meebrengt en de ontwrich- het beter combineren van richting geven en dynamiek van Amsterdam. Democratisering
en overheid te realiseren. tende werking van online platforms als Uber ruimte bieden en het creëren van een gelijke werkt op verschillende schaalniveaus op een
en Airbnb. Maar voor het samen werken aan de informatiepositie. andere wijze. In gesprek met de stad moeten we
toekomst van de stad biedt digitalisering ook langetermijnafwegingen maken en de hoofdlij-
kansen voor het delen van kennis en het toe- Dit leidt tot vijf aan elkaar gerelateerde nen bepalen. Op het niveau van buurt en straat
gankelijker maken van het invloed uitoefen op veranderopgaven: is juist ruimte voor meer directe en korte-
gemeentelijke besluitvorming. De online par- termijn-cocreatie.
ticipatietools op OpenStad zijn daar een mooi 1. Waarde creëren en behouden Daarom legt deze omgevingsvisie een
voorbeeld van. De rijksoverheid werkt samen Het samenwerken met de markt en de ambitieuze agenda neer voor Samen stadma-
met andere overheden aan een Digitaal Stelsel huidige praktijk van grondexploitaties hebben ken, zie het hoofdstuk Agenda voor Samen
Omgevingswet. Positief geformuleerd kan Amsterdam veel gebracht. Maar het systeem stadmaken.
digitalisering bijdragen aan versnellen en het staat onder druk. Erfpacht is ooit bedacht om
toegankelijker maken van ontwikkelprocessen. lang-cyclisch waarde terug te laten vloeien 3. Stedelijk sturen op ruimteclaims en
naar de samenleving. Op die manier zouden ruimtelijke kwaliteit
7. De invoering van de Omgevingswet we opnieuw naar waardecreatie kunnen kijken. De energietransitie, klimaatopgaven, de
Een laatste aanleiding is gelegen in het De overheid kan zich opstellen als intermedi- oplopende druk op woon- en werkruimte en
planologisch-juridisch domein. Momenteel air tussen kapitaal op zoek naar rendement en een schaarste aan middelen leiden op project-
wordt gewerkt aan een Omgevingswet. Deze vastgoedontwikkeling. Dat zou in de prak- niveau tot onoplosbare dilemma’s. Projecten
wet zorgt voor een samenhangende aanpak van tijk betekenen dat de gemeente de leningen zijn bovendien veel kleiner en veelvormiger
de leefomgeving, ruimte voor lokaal maatwerk verstrekt waarmee vastgoed op in erfpacht dan voor de crisis. Het sturen op samen-
en betere en snellere besluitvorming. Met de uitgegeven gemeentegrond ontwikkeld wordt. hang, het benutten van kansen en het maken
wet, die naar verwachting in 2022 in werking Dit levert een langjarig rendement op vast- van keuzes op projectoverstijgend niveau is
treedt, wordt het bestaande stelsel van ruimte- goed op, zoals dat nu al uit de erfpacht wordt daarom noodzaak geworden. Dat vraagt om
lijke regels volledig herzien. Daarnaast wordt verkregen. Het ligt voor de hand hiervoor waar stedelijk sturen op kwaliteit middels een stevig
5. Noodzaak de stad betaalbaar te houden participatie bevorderd. Met de Omgevingswet mogelijk met nieuwe partners te werken. Col- ruimtelijk-programmatisch kader. Opdracht-
Een vijfde aanleiding is de manier waarop doen ook een aantal nieuwe ruimtelijke planfi- lectieven die zich richten op de ontwikkeling geverschap, beslismacht en verantwoorde-
het huidige ontwikkelmodel mede leidt tot guren hun intrede. De omgevingsvisie is er daar van betaalbare woon- en werkruimtes zouden lijkheid hiervoor moeten stevig bij het stads-
prijsopdrijving van vastgoed. Steden zijn een van, maar daarnaast is iedere gemeente ver- interessante partijen kunnen zijn. bestuur liggen, dat daarbij voortdurend en in
gewilde beleggingsobjecten geworden. Inter- plicht een omgevingsplan op te stellen en biedt Deze en andere denkrichtingen zullen intensieve samenwerking met de stad, de koers
nationale kapitaalstromen maken aan de ene de wet de mogelijkheid voor omgevingspro- als uitwerking van de omgevingsvisie verder uitzet en bijstelt. Dat betekent dat afwegingen
kant grote investeringen in steden als Amster- gramma’s. Dit betekent een nieuwe wettelijke worden verkend. over projectoverstijgende investeringen en
dam mogelijk, en helpen zo bij de ontwikke- context: een grote verandering in de regelge- infrastructuur niet meer op het projectniveau
ling van de stad. Tegelijk is de toevloed van ving en het beleid voor de fysieke leefomge- 2. Samen stadmaken gemaakt worden. Projecten zijn daarmee ook
kapitaal op zoek naar rendement zodanig dat er ving. Deze nieuwe context is bepalend voor hoe Samen stadmaken betekent zowel wat niet verantwoordelijk voor de financiering
sprake is van een sterk prijsopdrijvend effect. de omgevingsvisie haar doorwerking vindt in voor de professionele partijen als voor gewone ervan of het voeren van de maatschappelijke
Het leidt ertoe dat veel steden simpelweg omgevingsplan en -programma’s, maar ook wat Amsterdammers. Het gaat erom dat de verant- discussie. Dit anders regelen vraagt om het
onbetaalbaar dreigen te worden voor inwoners hiervan de consequenties zijn voor ruimtelijke woordelijkheid voor de toekomst van de stad opnieuw doordenken van de wijze waarop de
en ondernemers. Dit vormt een reële bedrei- projecten en vergunningverlening. breed gedragen wordt en dat het meebouwen en Amsterdamse ruimtelijke sector is georgani-
ging voor het functioneren van steden als invloed uitoefenen op de stedelijke besluitvor- seerd, hoe fondsen en financiering werken en
Amsterdam. Hoe kun je als stad door interactie ming laagdrempeliger wordt. Democratisering hoe rollen en verantwoordelijkheden ambtelijk
en innovatie economisch succesvol zijn wan- is meer dan meepraten. Het gaat om meebou- ingevuld worden.

244 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel IV | Hoe 245


20
Dit komt tot uiting in een periodieke ste- Daarmee is deze omgevingsvisie een uit-
delijke monitoring en evaluatie van de doelen drukkelijke uitnodiging aan andere overheden
van de omgevingsvisie en in gebiedsgerichte en doet deze een voorstel over hoe de samen-

Onderdeel van
omgevingsprogramma’s die richting geven werking te vernieuwen. Zie ook hoofdstuk
aan integrale ruimtelijke afwegingen. Zie ook Samenwerking met andere overheden.
hoofdstuk Omgevingsvisie onderdeel van de

de beleidscyclus
beleidscyclus. 5. Dienstverlenend en toegankelijk
Bij samen stadmaken hoort een open en
4. Samenwerking met andere overheden toegankelijke houding. We streven naar een
Metropolen vormen wereldwijd magneten gelijke informatiepositie voor alle initiatief-
voor jong talent en internationale bedrijven. nemers. De gemeentelijke expertise wordt zo
Voor een snel vergrijzend land als Nederland ook ter beschikking gesteld aan andere partijen
vervult Amsterdam dan ook een belangrijke dan alleen gemeentelijke en professionele.
functie als demografische en economische Dat doen we door alle informatie op een zo De omgevingsvisie maakt deel uit van een zogeheten beleidscyclus. De Omgevings-
motor. De tijd dat Amsterdam op eigen kracht, eenvoudig mogelijke manier toegankelijk te wet maakt onderscheid in vier fasen: beleidsontwikkeling, beleidsdoorwerking, uitvoering
en soms tegen het rijksbeleid in, kon groeien is maken, waarbij we de mogelijkheden van digi- en terugkoppeling. Op basis van terugkoppeling (monitoring en evaluatie) kan de cyclus
voorbij. Zonder hulp uit Den Haag en zonder talisering ten volle benutten. Ook verbeteren opnieuw worden doorlopen. In de beleidscyclus krijgt het sturen op ruimtelijke kwaliteit
overeenstemming in de regio is een schaal- we onze dienstverlening naar zowel professio- en samenhang tussen projecten en op het niveau van de stad en de regio vorm.
sprong van de stad onmogelijk en zelfs onwen- nele partijen als andere Amsterdammers. Daarnaast maakt het ook de samenhang tussen omgevingsvisie, omgevingsprogramma,
selijk. Stad en Rijk moeten daarom tot een Procedures, data en instrumentarium wor- omgevingsplan en ruimtelijke projecten inzichtelijk. Dit moet in samenhang gezien worden
gezamenlijke doelstelling komen. Amsterdam den zo toegankelijk mogelijk gemaakt, zodat met meer organisch samen stadmaken en met de samenwerking met andere overheden.
zal daarvoor de samenwerking met de provin- Amsterdammers die actief willen stadmaken
cie, regio en zeker ook met de agglomeratie- niet af hankelijk zijn van een grote eigen De omgevingsvisie vormt een belangrijke
gemeenten, moeten zoeken. Het op regionale inbreng in tijd of expertise. Waar initiatiefne- stap in de beleidsontwikkeling en doet dit van-
schaal slim investeren in de energietransitie, mers hulp nodig hebben om de informatie te uit integraal perspectief. De richtinggevende
stedelijke kwaliteit als groen, openbare ruimte, vinden of te interpreteren, bieden we deze aan. uitspraken in de omgevingsvisie werken door
voorzieningen en duurzame mobiliteit en het in de andere kwadranten van de beleidscyclus
afstemmen van de stadsontwikkeling op deze (zie af beelding). In dit hoofdstuk gaan we in op:
investeringen staat daarbij voorop. • doorwerking in beleid en programma’s;

“Laat ruimte
• doorwerking in projecten en experimenten;
• relatie omgevingsplan;

over voor de
• monitoring en herijking omgevingsvisie.

mensen in Doorwerking in beleid


en programma’s
Amsterdam
Thematische programma’s
om zelf te Momenteel kent de gemeente Amsterdam

bedenken en
al een breed palet aan beleid en programma’s
voor de fysieke leefomgeving. De beleids-

te creëren”
agenda in Deel II WAT biedt een overzicht van
dit beleid vanuit een integrale benadering en
agendeert nieuwe accenten en uitwerkopgaven.
Nicole Oosterveer | Stadsdeel Noord Deels is dit beleid gekoppeld aan program- Integrale gebiedsgerichte programma’s
ma’s zoals de Agenda Autoluw. Veel van deze Daarnaast vragen de ambities uit de
programma’s combineren het formuleren van omgevingsvisie om sturing op integrale
concrete beleidsdoelstellingen met een uitvoe- gebiedsgerichte programma’s. Dit biedt de
ringsprogramma. mogelijkheid om integrale ruimtelijke en
programmatische afwegingen tussen pro-
jecten te maken en te sturen op de samen-
hang van verschillende ontwikkelingen en

246 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel IV | Hoe 247


de directe omgeving. Ook hier gaat het om en gebiedsgerichte programma’s gebruikt en te maken over strategische uitgangspunten en jaar een hele nieuwe visie ontwikkeld wordt.
een combinatie van het formuleren van een wordt de koppeling gelegd met de ontwikkelin- geeft duidelijkheid naar betrokken partijen. Het idee is dat de visie met de vijf strategische
gebiedsvisie met een ontwikkelstrategie en gen die vanuit markt en maatschappij auto- De verwachting is dat daarmee in de latere keuzes en de ruimtelijke en programmatische
uitvoering. Binnen Amsterdam onderzoeken noom plaatsvinden. procesfasen minder interne afstemming en hoofdstructuur, zeker voor een periode van
we of we op gebiedsniveau ontwikkelingen, onderzoek nodig zal zijn. Pas in latere pro- tien jaar houvast moeten kunnen bieden.
kansen en opgaven periodiek met elkaar in Zowel gebiedsgerichte als thematische jectfasen wordt op sectoraal beleid en op het
verband kunnen brengen. Hiervoor zoeken programma’s kennen een participatietraject kaderstellend advies getoetst, waardoor ook De gemeente kent een groot aantal pro-
we naar een schaalniveau waarop duidelijk en worden door B en W als uitwerking van de de toetsing eenvoudiger is. Indien zich grote ducten waarin over de voortgang van beleids-
ruimtelijke af hankelijkheden bestaan tussen omgevingsvisie vastgesteld. Wanneer deze veranderingen in een project voordoen, is een ambities wordt gerapporteerd. Maar voor de
ontwikkelingen, nieuwe kansen en opgaven in fundamentele beleidswijzigingen of investe- aangepast kaderstellend advies op basis van de evaluatie en herijking van de omgevingsvisie
bestaande buurten. Een eerste aanzet hiertoe ringsbeslissingen vragen, is dit een bevoegd- omgevingsvisie wenselijk. is een aanvullende monitoring nodig. Zeker
vormt de gebiedsindeling uit het hoofdstuk heid van de gemeenteraad. gezien de stevige koppeling die we in de visie
over de fasering. Waar nodig kunnen gebieds- maken tussen ontwikkelingen en bijbehorende
gerichte programma’s ook in samenwerking Relatie omgevingsplan investeringen in voorzieningen, bereikbaarheid,
met Rijk en regio worden opgezet. Het werken Doorwerking in projecten Het omgevingsplan gaat na invoering van openbare ruimte en groen. Verkend wordt of het
met gebiedsgerichte programma’s kan bijdra- De omgevingsvisie werkt via gebieds- de Omgevingswet op een nieuwe manier alle OER, net als de omgevingsvisie, kan worden
gen aan een betere samenwerking tussen het gerichte en sectorale programma’s door in regelgeving van de gemeente voor de fysieke doorontwikkeld tot een ‘levend’ document.
fysieke, sociale en economische domein. ruimtelijke projecten. Maar de omgevingsvisie leefomgeving structureren. Dit betekent dat Het beoordelingskader, met de twaalf kern-
fungeert ook direct als startpunt en kader voor de komende jaren alle gemeentelijke bestem- waarden gekoppeld aan het sociaal fundament
uitwerking in stedenbouwkundige en open- mingsplannen zullen moeten worden omge- en het ecologisch plafond, speelt daarin een
bareruimteplannen. Bij die doorwerking in zet naar het omgevingsplan. Op het moment belangrijke rol; zie af beelding. Het OER kan een
projecten maken we op het moment van vast- van inwerkingtreding van de wet (voorzien monitoringsinstrument voor de Amsterdamse
stelling van de omgevingsvisie onderscheid 1 januari 2022) vormen de dan geldende fysieke leefomgeving als geheel worden, dat
tussen lopende projecten en nieuwe initiatieven. bestemmingsplannen een omgevingsplan van inzichtelijk maakt hoe waarden, analyses en
rechtswege. Geleidelijk zullen deze worden beleidskeuzes met elkaar samenhangen.
Lopende projecten omgezet naar de vorm en vereisten van het
De doorwerking van de omgevingsvisie in omgevingsplan. Dit gebeurt enerzijds door Naast monitoring op kwantitatieve ambi-
lopende projecten is indirect. De omgevingsvi- middel van een set van generieke, voor de stad ties is daarbij van belang dat ook kwalitatievere
sie kan aanleiding geven om sommige lopende als geheel geldende regels, en anderzijds door ambities gemonitord worden. In hoeverre geeft
projecten te herijken of aan te passen of van gebiedsspecifieke regels. Op het moment dat Amsterdam invulling aan de ambities stads-
extra urgentie te voorzien. De omgevingsvisie ook gebiedsspecifieke regels aan het omge- ontwikkeling meer participatief te maken?
agendeert een aantal nieuwe ontwikkelingen vingsplan worden toegevoegd, kunnen hieraan Welke signalen ontvangen we uit de stad over
en is het richtinggevend kader hiervoor. Daar- ook de uit de omgevingsvisie voortvloeiende hoe die zich ontwikkelt? Vraagt dit om andere
naast biedt de omgevingsvisie een afwegings- regels worden toegevoegd. accenten of instrumenten? Ook dergelijke
kader om nieuwe initiatieven te beoordelen, vragen zijn onderdeel van de monitoring en
zowel van de gemeente als van externe partijen. Van belang in deze overgangsperiode is uiteindelijke herijking van de omgevingsvisie.
de mogelijkheid om af te kunnen wijken van
Integraal stedelijk programma Nieuwe projecten het bestemmingsplan, de zogenaamde buiten-
Om op de voortgang van stedelijke doelen De wijze waarop de omgevingsvisie als planse omgevingsplanactiviteiten. Belang-
Natuurlijk
te sturen en stedelijke samenhang tussen secto- basis dient voor nieuwe projecten gaan we rijke grond voor een dergelijke afwijking is de
rale en gebiedspecifieke beleidsdoorwerking te onderzoeken. Gedacht wordt aan beknopt omgevingsvisie. De mate waarin ontwikke-
bewaken, wordt een integraal stedelijk omge- advies dat als kader meegegeven wordt in de lingen bijdragen of afdoen aan de in deze visie
vingsprogramma opgesteld. Hierin wordt de initiatieffase. Dit advies geeft ruimtelijke en geformuleerde kernwaarden vormen hierbij
optelsom van ingrepen in de leefomgeving voor programmatische uitgangspunten mee voor een belangrijk toetsingskader.

Milieukwaliteit
de stad inzichtelijk gemaakt en het bestuur om een project, gebaseerd op de omgevingsvisie en

Circulair
keuzes gevraagd. Hiermee wordt ook bijgedra- daarbinnen op het ruimtelijk-programmatisch
gen aan monitoring en evaluatie van de omge- kader, de Hoofdgroenstructuur en ruimtelijke Monitoring en herijking

Veilig
vingsvisie. Het stedelijk programma wordt reserveringen voor infrastructuur en openbare omgevingsvisie
vierjaarlijks (aan het begin van een collegeperi- ruimte. Van belang is dat dit advies in samen- De omgevingsvisie wordt een dynamisch
ode) opgesteld. Het beschrijft de ambities uit de werking met het fysieke, sociale en economi- document dat tweejaarlijks gemonitord wordt
omgevingsvisie voor de middellange termijn. sche domein wordt opgesteld. Dit advies helpt en op basis daarvan een update kan krijgen.
Hiervoor worden opbrengsten van sectorale om aan het begin van het project goede keuzes Daarbij is het niet de bedoeling dat om de twee Klimaatneutraal

248 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel IV | Hoe 249


21
Samen stadmaken met
(semi)professionele partijen

Agenda Brediuslocatie in de Spaarndammerbuurt, stadsdeel West


Voor het project Bredius zijn kavelregels opgesteld in overleg

Samen stadmaken
met buurtbewoners. De regels gaan onder andere over doorstroming
vanuit sociale woningbouw en duurzaamheid. Op een aantal punten
van duurzaamheid zijn de regels zelfs ambitieuzer dan het gemeente-
lijk beleid. Ze zijn als leidende principes overgenomen in het bestem-
mingsplan. Alle stappen zijn bovendien onder toeziend oog van de
bewoners gezet. De kavelregels zijn vertaald in de tenderbrochure.
De bewoners krijgen stevige invloed op de selectie van de ontwikke-
Met Samen stadmaken willen we meer ruimte voor diversiteit en eigenheid in de manier sionele partijen aan de lat om het tempo en de laar, waarbij op één criterium zelfs 100%. Dat is het criterium ‘duur-
waarop we aan de stad bouwen. We hebben een open en nieuwsgierige houding en zijn kwaliteit van de woningbouw en vastgoedont- zame relatie’ van de inschrijver met de buurt, waarbij wordt gevraagd
gericht op goede samenwerking. We werken samen met professionele partijen, zoals de wikkeling hoog te houden. De gemeente werkt dat de projectontwikkelaar zich duurzaam verbindt aan de buurt.
woningbouwcorporaties, projectontwikkelaars, beleggers en grote instellingen, maar zijn intensief samen met projectontwikkelaars,
tegelijk op zoek naar het verbreden van het ontwikkelpalet. Een uitdrukkelijke wens is om woningcorporaties, architecten, beleggers en K-buurt, stadsdeel Zuidoost
Amsterdammers een meer actieve en gelijkwaardige rol te geven. Dat geldt voor beheer en bouwbedrijven. In de K-buurt is de gemeente samen met het buurtplatform
programmering van de eigen leefomgeving, ruimte voor lokaal ondernemerschap, maar ook We gaan deze vertrouwde samenwerking ver- Hartvoordekbuurt en de corporaties een stedenbouwkundig plan aan
bij het daadwerkelijk bouwen aan de stad en het invulling geven aan de energietransitie. der optimaliseren. Daarnaast zetten we nieuwe het maken. De buurt zit aan het stuur en de ambtenaren faciliteren
richtingen uit in het stadmaken. De gemeente en produceren. Belangrijk daarbij is dat het plan niet alleen woningen
Kort gezegd zijn er drie aanleidingen voor sche besluitvorming. We willen meer gebruik- daagt zichzelf en professionele partijen uit oplevert voor nieuwe bewoners, maar ook de huidige bewoners veel
de Agenda Samen stadmaken. Ten eerste is de maken van collectieve kennis en ondersteunen om de toenemende betrokkenheid van lokale brengt. Daarnaast wil de buurt haar eigen DNA behouden. De buurt
komst van de Omgevingswet een belangrijke lokale visievorming. ondernemers en bewoners nog beter tot haar heeft gestreden en van het bestuur een sterke positie gekregen in de
aanjager. Deze daagt ons uit met een nieuwe recht te laten komen. Het gaat hierbij om een plannenmakerij. Ook hebben zij zich geprofessionaliseerd omdat er
blik te kijken naar het bouwen aan de stad. De De agenda benoemt vijf voorwaarden rijke diversiteit van betrokkenen en initiatief- binnen een jaar een SP moet liggen. Er is financiële ruimte geschapen
opgave is om de stadsontwikkeling te demo- voor het samen stadmaken: nemers, klein en groot, individueel en collec- om professionals in te huren als dat nodig is. Het SP wordt uitein-
cratiseren en een gelijke informatiepositie voor 1. ruimte maken voor diverse partijen; tief. Hiermee kunnen we de ontwikkelpraktijk delijk door het buurtplatform gepresenteerd aan de gemeenteraad,
burgers te garanderen. Ten tweede willen we 2. open ontwerpen; van de toekomst nog diverser maken. waarbij het plan bestaat uit een goede basis met extra’s of opties.
meer ruimte bieden aan initiatief ‘van onderop’ 3. instrumentarium voor samen stadmaken;
in de bouw en meer ruimte voor variatie in 4. waardecreatie voor en door lokale We maken onderscheid tussen de grotere Klaprozenbuurt, stadsdeel Noord
woonwensen en exploitatievormen binnen de gemeenschappen; nieuwbouwopgaven in te transformeren gebie- In de Klaprozenbuurt in Amsterdam-Noord heeft een groep
reguliere ontwikkelaarsbouw. Ten derde is er de 5. democratische besluitvorming op basis den enerzijds en kleinschalige ontwikkelingen bewoners uit de buurt een belangrijke rol gehad in de plannen voor
noodzaak om met stadsontwikkeling te bou- van collectieve kennis. in het bestaande stedelijke weefsel anderzijds. de verandering van het gebied. Omdat ze niet tevreden waren over de
wen aan gemeenschapswelzijn en waardecre- Voor beide geldt de zoektocht naar meer eige- plannen die de gemeente presenteerde, kwamen ze zelf met een visie
atie voor en door lokale gemeenschappen. Een Elke voorwaarde wordt toegelicht en naarschap van omwonenden en meer lokale op de nieuwe buurt. De gemeente is daarin meegegaan. Gemeente en
belangrijk aspect hierbij is de betaalbaarheid van gekoppeld aan verbeterdoelen en actiepunten. waardecreatie, maar de accenten verschillen. buurt hebben de architecten Auguste van Oppen van BETA, Han-
wonen en stedelijk leven in Amsterdam. Al met Aan het eind van de agenda staan ze op een rij. In nieuwe gebiedsontwikkeling staat de nah Schubert van Bureau B+B en Tjeerd Haccou van space&matter
al vraagt dit om nieuwe richtingen in het stad- Voor deze agenda laten we ons onder andere woningbouwproductie centraler dan bij pro- ingeschakeld om samen met de buurt en de gemeente een ontwerp
maken. Eigenaarschap staat hierbij centraal. inspireren door de ervaringen uit het maak- jecten in de bestaande stad en is het zaak te zor- voor de nieuwe Klaprozenbuurt te maken. De drie architecten wonen
proces van de omgevingsvisie. De wijze van gen voor de goede aansluiting met omliggende zelf in de buurt.
Meer eigenaarschap voor Amsterdammers vroegtijdig en gelijkwaardig samenwerken met buurten. In de bestaande stad ligt de focus
vergroot de betrokkenheid bij, verantwoor- verschillende groepen Amsterdammers, zoals sterker op gemeenschapsbouw. Jonas IJburg, stadsdeel Oost
delijkheid voor en vertrouwen in de toekomst de vrouwenadviesraad WomenMakeTheCity, Met intensieve bewonersbetrokkenheid is het project Jonas tot
van de stad en de buurt. Deze wens tot meer is zeer waardevol gebleken. Professionele partijen stand gekomen. Ontwikkelaars Amvest en SITE Urban Development
eigenaarschap voor Amsterdammers kan in De samenwerking tussen de gemeente en hebben veel tijd en energie gestopt in het creëren van draagvlak in en
nieuwe ontwikkelvormen gestalte krijgen, professionele partijen in de gebiedsontwikke- betekenis voor de buurt. Dit heeft geleid tot het plan voor een ener-
waar Amsterdammers als stadmakers meebou- Ruimte maken voor ling kent een rijke geschiedenis. Met de markt gieneutraal gebouw, maar er is ook ingezet op sociale duurzaamheid.
wen aan betaalbare woningen en werkruimtes. diverse partijen zijn we in staat gebleken grote aantallen wonin- In het gebouw komen gemeenschappelijke ruimtes voor nieuwe
Naast nieuwe ontwikkelvormen maken we De ontwikkelopgave in Amsterdam is gen te bouwen. De mechanismen van stadma- voorzieningen in de buurt.
ruimte voor het verbeteren van de democrati- groot. Samen met de gemeente staan profes- ken met professionele partijen zijn inmiddels

250 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel IV | Hoe 251


goed geolied. Als gemeente nodigen we de pro- sel en stadslandbouw uit de beleidsagenda en en ideeën om te zetten naar acties, met onder Waken voor elitair gehalte stadmaken
fessionele partijen uit met ons te verkennen hoe de wens om kwetsbare wijken tot meer eco- andere de gemeente als partner. Om te voorkomen dat het speelveld van
het samen stadmaken verder vorm te geven. nomische bloei te laten komen. Verschillende samen stadmaken slechts een kleine groep
De ontwikkeling van de stad gaat de afgelopen uitwerkingsopgaven die in deze omge- Buurtbewoners, stadmakers en Amsterdammers aanspreekt, is het van belang
jaren namelijk zo snel dat dit bij verschillende vingsvisie worden geagendeerd, zullen creatieve makers plan- en besluitvorming toegankelijker te
groepen in de samenleving leidt tot vervreem- mede zijn gericht op deze doelstellingen. Met de omgevingsvisie willen we de stad- maken en de informatiepositie gelijkwaardiger.
ding. Het thuisgevoel staat onder druk. Het Zie hiervoor bladzijde 227. makerscultuur en de hoge mate van zelforga- We realiseren ons dat meedoen aan het proces
is daarom van belang omwonenden en lokale nisatie in Amsterdam versterken. De Agenda van samen stadmaken niet vanzelfsprekend
ondernemers meer eigenaarschap te geven over Coöperaties Samen stadmaken maakt de ruimte hiervoor voor iedereen is weggelegd. Dit heeft te maken
toekomstige ontwikkelingen. Hierbij is de sleu- Er komt ook meer ruimte voor woon- en groter en gelijkwaardiger. Uiteindelijk is met de afstand tussen de overheid en sommige
tel meer gelijkwaardigheid tussen betrokkenen. energiecoöperaties en verschillende vor- iedereen die actief bijdraagt aan de stad een groepen in de samenleving. Taalbarrières en
We laten ons inspireren door voorbeelden men van collectief zelf beheer (commons, zie stadmaker. Er zijn stadmakers die zich hebben cultuurverschillen staan goede samenwerking
waarin (semi)professionele partijen met lokale kader). Stadslandbouw, woon- en energieco- ontwikkeld tot (semi)professionele sleutelfi- vaak in de weg. Bovendien zijn veel groepen in
betrokkenen tot gezamenlijke projectontwik- öperaties zijn voorbeelden van hoe bewoners guren die zeer betrokken zijn bij lokale ont- de stad niet bezig met lokale besluitvorming
keling komen. Denk aan Jonas op IJburg en verantwoordelijkheid kunnen nemen voor wikkelingen en initiatieven. Zij zijn in staat te omdat werk, mantelzorg of het sociale leven
Bredius in de Spaarndammerbuurt. Hierdoor de directe leefomgeving. Ruimte maken voor schakelen tussen de formele wereld van plan- en soms overleven (om de eindjes aan elkaar
geïnspireerd gaan we verder onderzoeken hoe collectief zelf beheer in de stad betekent niet en besluitvorming en de informele wereld van
betekenisvolle, lokale betrokkenheid verzekerd alleen ruimte maken voor lokale netwerken en de alledaagse praktijk in de buurten. Ook zijn
kan worden bij particuliere initiatieven. coöperatieven, ook maken we daarmee ruimte creatieve makers nodig om complexe, maat-
voor democratische vernieuwing en sociale schappelijke uitdagingen, zoals gebiedsont-
Lokaal ondernemerschap innovatie, met meer gezamenlijke vormen van wikkeling, mede het hoofd te bieden. Zij zijn
We gaan meer ruimte bieden aan initia- publieke waardecreatie in de wijk en de buurt. in staat met innovatieve werkwijzen anders
tieven van velerlei aard. Dit is een voorwaarde Daarom verbindt deze Agenda Samen stadma- te kijken naar problemen en oplossingen. De
voor het laten bloeien van de lokale wijkecono- ken zich met de democratiseringsagenda van gemeente gaat daarom nauwer samenwerken
mie. Het gaat hierbij om innovatieve (ambach- het college, waarin afspraken gemaakt worden met de Sociaal Creatieve Raad.
telijke) maakbedrijven, horeca, detailhandel over de samenwerking tussen de gemeente en
en sociaal, circulaire bedrijven en cultureel lokale coöperatieven om de publiek-collectieve Als gemeente gaan we met de stadmakers-
ondernemerschap. En uiteraard alle mengvor- samenwerking te verankeren. beweging en creatieve makers uit van het prin-
men hiervan. Kleine ontwikkelingen moeten cipe dat alle deelnemers (van buurtbewoner tot
in de stad kunnen ontstaan en groeien. Lokaal Concreter zullen we ook kleinere, bot- projectontwikkelaar) aan het samen stadmaken
ondernemerschap krijgt ruim baan. Het helpt tom-up-initiatieven ondersteunen en volgen, experts zijn, allen op verschillende manieren.
als in de buurten meer kleinschalige, betaal- zoals de Community Land Trust Bijlmer (CLT). Dit komt onder andere tot uiting in het veran-
bare en flexibele ruimtes zijn. Ook planolo- In de H-buurt in Zuidoost is een collec- keren van organisch ontwikkelen met buurt-
gisch-juridisch is ruimte nodig. Ruimte voor tief bezig met het realiseren van duurzame, focus. In aansluiting op de grotere vormen van
ondernemers draagt ook bij aan de doelen uit betaalbare woningen voor en door de lokale gebiedsontwikkeling is het met name in de
de paragrafen over Kansengelijkheid en Voed- gemeenschap. Groepen als deze pionieren op toekomst nodig om de aandacht te verschuiven te knopen) voorgaan. Hierover gaat het in de
het gebied van nieuwe, collectieve vormen van uitleg van de stad naar zorgvuldige ingre- paragraaf Benutten collectieve kennis en verbe-
van eigenaarschap en zeggenschap over zowel pen in de bestaande stad. Organisch ontwik- teren democratische besluitvorming. Daarnaast
Toelichting commons vastgoed en grond, als ‘losgoed’ (spullen) en kelen met buurtfocus gaat over het koesteren moedigt de gemeente collectieven en buurt-
De commons is een wetenschappelijke en wat diensten (denk o.a. aan beheer). In dit soort van wat waardevol is, de kleinere ingrepen die groepen aan om het organiserend vermogen
abstracte term voor een organisatievorm. Commons zijn projecten wordt ook het belang van capa- als kantelpunt werken, de alledaagse praktijk te vergroten door samen te werken met maat-
democratische zelforganisaties waarbij de deelnemers citeitsopbouw erkend. Dit is nodig om op van beheer en onderhoud, sociale veiligheid, schappelijke instellingen als woningbouwcor-
samen zorg dragen voor een collectief goed. Denk bijvoor- langere termijn een mate van zelforganisatie toegankelijkheid, het organiseren en uitlokken poraties en met de stadmakersbeweging.
beeld aan kennis, energie, voedsel, duurzaam waterbeheer, bij brede groepen te ontwikkelen, om dingen van ontmoeting, het alledaagse werk van bewo-
zorg, en meer. Een heel oud voorbeeld in Nederland zijn de effectief voor elkaar te krijgen, ook (of juist) nerscommissies enzovoort. Het gaat om met
waterschappen. Recentere voorbeelden zijn Wikipedia en voor burgers bij wie dit nu niet zo vanzelf- een liefdevolle en verfijnde blik kijken naar wat Open ontwerpen
energiecoöperaties. De commons zijn onderdeel van een sprekend is (zoals nieuwkomers, burgers er al is en groeit en hoe buurtbewoners beteke- Open ontwerpen staat voor de gezamen-
wereldwijde beweging, ook wel de coöperatieve beweging met beperkingen en/of achterstand t.o.v. de nis aan hun eigen leven en leefomgeving geven. lijke opgave een open stad te maken. Dat geldt
genoemd, omdat deze vaak in coöperatie-vorm wordt ‘gemiddelde Amsterdammer’). Een investering In de Visie op de Binnenstad van Amsterdam zeker in de bestaande stad en in delen van de
georganiseerd. Maar ook in stichtingen, in verenigingen of aan de voorkant verdient zich op die manier 2040 wordt dit uitgelegd als ‘tuinieren’. Met stad waar gebieden met veel ontwikkeling in
meer informele samenwerkingsverbanden. op termijn terug, want bewoners kunnen zelf deze benadering blijven we dichter bij de leef- verbinding staan met aangrenzende buurten
aan de slag en weten effectief wensen, zorgen wereld van buurten en lokaal initiatief. en hun bewoners. Belangrijk is dat in deze

252 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel IV | Hoe 253


nieuwe stukken stad ook een mate van open- minder dwingend voorzieningen en openbare daar invloed op uit kunnen oefenen. Daarnaast
heid en onaf heid blijft, die ruimte biedt voor ruimtes te programmeren, kan ruimte door verkennen we het opzetten van een ‘trans- Mogelijke uitwerking
bewoners en ondernemers om op in te haken. buurtbewoners en gebruikers zelf ingevuld wor- parantieportaal’ waarin contracten tussen buurtbatenovereenkomst
De fysieke leefomgeving moet in staat zijn om den. In buurten is veel kans voor het ontwikke- gemeente en derden te vinden zijn. • Er is sprake van wezenlijke invloed op de plannen in een vroegtijdig
in de tijd veranderende behoeften een plek te len van nieuwe vormen van eigenaarschap. Er is stadium vanuit de buurt, zodat zij kunnen helpen het plan beter te
geven, zodat de geplande stad ruimte biedt aan volop ruimte voor meebeslissen, zachte vormen b) Samenwerken gebeurt op basis van maken vanuit het perspectief van de buurt.
de geleefde stad. Zo houden we vast aan de eco- van toe-eigening en meebouwen aan de stad. Er een gelijke informatiepositie • Het plan draagt bij aan de omgevings- en leefkwaliteit in de buurt
nomische en culturele diversiteit van Amster- wordt een aantal projecten aangewezen waarbij De gemeente stelt actief aan iedereen alle (denk aan investeren in de publieke ruimte en meeliften moestuin-
dam. De stad als markt- en broedplaats voor op grote schaal geëxperimenteerd wordt met data en informatie die er over de leefomgeving project van bewoners met het plan).
allerlei spontane en onvoorspelbare functies, andere ontwikkelvormen zoals wooncoöperaties is ter beschikking. Dit komt niet alleen ten • Het plan helpt om een aantal sociale doelen in de wijk te realiseren,
ontmoetingen en activiteiten. De stedelijke en het bieden van zeggenschap vanuit de omge- goede aan de actieve Amsterdammer, die met zoals het principe van social return, maar bv ook realiseren van buurt-
ruimte laat ruimte voor improvisatie, waar- ving en de toekomstige bewoners. die informatie beter weet wat er gebeurt en wat huiskamers.
door lokale en unieke kwaliteit kan ontstaan. er mogelijk is in de leefomgeving. Het zorgt • Het plan draagt bij aan de buurteconomie. Dat kan variëren van ont-
Werken aan de geleefde stad ook voor efficiëntere samenwerking in de keten wikkelaars die hun materialen en onderaannemers uit de buurt halen
Uiteindelijk komt open ontwerpen neer Daarvoor is openheid naar de collectieve van planvorming tot uitvoering en beheer. tot het terugvloeien van een deel van de winst naar de buurt.
op een nieuwsgierige houding en procesmen- kennis uit de stad nodig. We dagen onszelf als Het is de verantwoordelijkheid van de
taliteit. Daarbij hebben we alle betrokken gemeente en professionele partijen uit manie- gemeente dat zij geen informatievoorsprong Voor deze 4 vormen van win-win zijn de georganiseerde buurtbewo-
partijen nodig. De brede toegankelijkheid tot ren te zoeken om de geplande stad beter te laten heeft en snel kan reageren op de aanvullende ners de gesprekspartner voor de ontwikkelende partij. Afhankelijk van de
plan- en besluitvorming is hierbij cruciaal. aansluiten op de geleefde stad. De planners, ont- informatievragen van Amsterdammers. netwerken in de buurt wordt in samenspraak met de gemeente en de ont-
Evenals steviger verankerde, voortdurende werpers, bouwers en ontwikkelaars van de stad wikkelende partij bekeken hoe je dat praktisch organiseert.
dialoog met de stad. Daarover meer in de vol- zijn hierin partners met onmisbare expertise c) Plan-, ontwerp- en rekeninstrumentarium
gende paragrafen. en capaciteiten. Om dit te oefenen gaan we aan is voor de stad
de hand van de nieuwste inzichten over plan- Bij het werken aan de leefomgeving wordt Wederkerigheid
Groeiende onbetaalbaarheid ningsprocessen het experiment aan in een nader gebruikgemaakt van technieken en modellen Om tot gezamenlijke waardecreatie
De open ontworpen stad is ook mede een te bepalen ruimtelijk project (werktitel voor het voor het rekenen en tekenen aan de stad. We met diverse partijen te komen ligt de focus
antwoord op de groeiende onbetaalbaarheid experiment: Werken aan de geleefde stad). streven ernaar dit instrumentarium zoveel nadrukkelijker op de verbinding tussen
van de stad. Een groter wordende groep heeft mogelijk ter beschikking te stellen aan Amster- gebiedsontwikkeling en omliggende buurten.
steeds minder toegang tot de stad. Het beter dammers. Waar traditioneel een flinke mate Een belangrijk principe daarbij is wederke-
tegemoetkomen aan de behoeften van groepen Instrumentarium voor van expertise nodig was voor het bedienen van righeid. We doen het samen, dus moeten we
die niet als vanzelfsprekend meepraten en samen stadmaken reken- en tekenprogramma’s, is het door de ook samen met diverse partijen bepalen in
-beslissen schept kansen voor ondernemer- Onderdeel van het bredere ‘ontwik- toegenomen rekenkracht van computers steeds hoeverre en op welke manier het algemeen
schap en maatschappelijk initiatief in kwets- kelpalet’ van het samen stadmaken is nieuw eenvoudiger geworden om complexe bereke- belang bediend wordt met verschillende
bare wijken. gemeentelijk instrumentarium. Een meer ningen snel te maken en direct te laten zien wat ontwikkelingen. We vragen alle initiatieven
actieve rol van Amsterdammers vraagt van de het betekent voor de leefomgeving. Dit instru- om iets terug te geven aan de stad dat in ver-
Buurten bouwen gemeente actief aanmoedigen en ondersteunen. mentarium kunnen Amsterdamse stadmakers houding staat tot het profiteren van de stad.
Binnen de stad vind je zeer verschillende We stellen data, instrumenten en expertise ter gebruiken om de collectieve kennis in de stad Het wederkerigheidsprincipe maakt nieuwe
buurten. Ieder vragen ze om een eigen bena- beschikking aan de stad en zoeken actief naar te vergroten en hun eigen plannen en visies te afspraken mogelijk over het combineren
dering, die voortkomt uit maatschappelijke en reactie op gemeentelijke voornemens in wijken onderbouwen. van individueel belang en collectief belang
economische ontwikkelingen. Identiteit ontstaat en buurten. We benutten de mogelijkheden van en voorkomt dat individuen of organisaties
niet op een tekentafel en is niet afdwingbaar en digitalisering om andere onderdelen van onevenredig profiteren van de stad. Wie iets
bovendien veranderlijk. Door voldoende, maar de Agenda Samen stadmaken te ondersteunen. Waardecreatie wil in Amsterdam, moet dus laten zien dat
We ontwikkelen dit instrumentarium op basis voor en door lokale de stad daar ook wat aan heeft. Dat kan, zoals
van de volgende uitgangspunten: gemeenschappen nu ook gebeurt, met veel regels en kaders op
Toelichting community wealth building De ontwikkeling van Amsterdam gaat in allerlei terreinen, maar het kan misschien ook
Community wealth building is een economisch model dat al in wer- a) De gemeente is zo transparant mogelijk de eerste plaats over mensen en de gemeen- door er een algemeen principe van te maken.
king is in steden als Cleveland (VS), Preston (VK) en Mondragon (Spanje). Nieuwe plannen en verleende vergunnin- schappen waarin zij leven. De directe leefom- En het vervolgens aan individuele bewoners,
Hierbij worden de werelden van semipublieke instellingen (ankerinstitu- gen met derden die impact hebben op de wijk, geving van Amsterdammers wordt gevormd ontwikkelaars en buurten over te laten hoe
ties) en lokaal initiatief kortgesloten, zodat een meer op publieke waarde(n) worden openbaar en vindbaar gemaakt. Geïn- door buurten. Het is daarom belangrijk om op die wederkerigheid wordt vormgegeven.
gebaseerd economisch systeem ontstaat, gestut door een grote coöperatieve teresseerden en belanghebbenden kunnen zich dat schaalniveau de waardevermeerdering te Want met wederkerigheid wordt meer waarde
beweging. In deze benadering worden grond en vastgoed als publieke goe- bijvoorbeeld abonneren op een alert-functie, organiseren die bouwprojecten en gebiedsont- opgebouwd voor de stad. Daarmee winnen
deren behandeld en ontstaat een lokaal gewortelde economie. waarmee ze op de hoogte worden gesteld van wikkeling met zich meebrengt. langetermijnbelangen weer terrein terug ten
de plannen en besluiten in hun buurt en hoe ze opzichte van kortetermijnbelangen.

254 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel IV | Hoe 255


Zo zoeken we naar een manier waarde-ex- is uit te leggen als sociale winst. We zullen nele ruimtes te bouwen. Dit zou een verbreding beginnen. In verschillende vormen kunnen
tractie uit de buurten te voorkomen, en juist samen met Bureau Social Return op zoek gaan van het huidige palet aan ontwikkelvormen werkateliers begonnen worden in directere
waardecreatie in de buurten te bevorderen. naar een aantal verschillende projecten om dit betekenen, met grote maatschappelijke meer- verbinding met de straat. Hiermee haal je op
Een interessant experiment om te ondersteu- instrument toe te passen en te verbreden naar waarde, zeker in de verdichtingsgebieden in de laagdrempelige wijze de kennis en ervaringen
nen vanuit deze agenda is de actielijn Commu- ‘sociale impact in gebiedsontwikkeling’. naoorlogse stad. Daarnaast onderzoeken we de uit de buurt binnen. Deze ingreep kan ook wer-
nity Wealth Building (vrij vertaald: bouwen optie van een regionaal investeringsfonds. ken als middel tegen het werken in silo’s van de
aan gemeenschapswelzijn) van het Fearless Beoordelingskader gemeentelijke organisatie. Door je als project-
Cityprogramma van de gemeente. Om tot een breed palet te komen aan Vrije ruimte groep te vestigen in de buurt bereik je eerder
vormen van bouwen aan de stad kan financi- Zoals uitgelegd in hoofdstuk Inclusieve een integrale benadering vanuit de realiteit van
ële waarde niet langer hoofdzakelijk leidend stad kent vrije ruimte vele verschijningsvor- lokale bewoners en ondernemers.
zijn. Er is daarom een bredere waardebepaling men, met als gemeenschappelijk kenmerk Met het uitgaan van het wederkerig-
nodig. De omgevingsvisie benoemt twaalf dat vrijeruimte-initiatieven van onderop zijn heidsprincipe is een gelijkwaardige informa-
kernwaarden. Deze zijn uitgewerkt in een ontstaan en collectief zijn vormgegeven. Het tiepositie cruciaal. Het is van belang hierbij op
beoordelingskader met indicatoren in het zijn plekken waar mensen elkaar ontmoeten, verschillende dingen te letten. Taal (denk aan
omgevingseffectrapport (OER), gekoppeld aan reflecteren en kunnen experimenteren. De laaggeletterdheid, jargon), tijd (effectief betrok-
het gedachtegoed van econoom Kate Raworth kracht van deze vorm van ruimtegebruik is dat ken zijn kan tijdsintensief zijn) en digitale
van het donutmodel. Dit beoordelingskader zal het initiatief bij burgers ligt, in de luwte van behendigheid (er zijn grote niveauverschillen in
in ieder geval gebruikt worden bij de moni- marktwerking en overheidsbeleid. Dit betekent online behendigheid tussen Amsterdammers).
toring van de ontwikkeling van de stad en de kansen voor lokale waardecreatie. Daarom zal De gemeente neemt daarom haar verantwoor-
doorwerking van de omgevingsvisie. een duurzame, coöperatieve samenwerking delijkheid in het ontsluiten en actief aanbieden
worden opgericht tussen de gemeente, gebrui- van informatie, waardoor de Amsterdammers
Tegelijkertijd wordt de maatschappelijke kers en experts, ter bevordering van vrije en andere partners op basis van gelijkwaar-
meerwaarde van collectieve zelforganisaties ruimte. In een leeromgeving gaan we expe- digheid met elkaar kunnen samenwerken. Er
beter zichtbaar gemaakt met het nog te ont- rimenteren en onderzoeken hoe vrije ruimte wordt gewerkt aan een open, digitaal instru-
Voor een versterking van de wederkerig- wikkelen ‘Waarderend Kader’. Zo zal lokaal op de langere termijn een vast onderdeel kan mentarium. Inspiratie hiervoor is te vinden in
heid tussen nieuwe gebiedsontwikkelingen en initiatief gewaardeerd worden op basis van de worden in de planvorming van de stad. Hamburg, met het ‘transparantieportaal’ zijn
omwonenden denken we na over woonvoor- maatschappelijke, economische, democrati- de overeenkomsten die de gemeente sluit terug
rang voor een deel van de nieuwe huurwonin- sche én duurzame waarde. Daarbij wordt ook te vinden voor burgers. Deze vorm van open
gen. Voor een project in Zuidoost is hiervoor gebruikgemaakt van het donutmodel. Uitein- Democratische toegang draagt bij aan het vertrouwen in over-
al een intentieovereenkomst gesloten. Ook delijk willen we maatschappelijke meerwaarde besluitvorming op basis heidshandelen en democratische deelname.
in andere stadsdelen kan een bepaalde woon- zichtbaar maken én meer ruimte bieden. Dit van collectieve kennis
voorrang voor omwonenden bijdragen aan betekent dat in de toekomst maatschappelijke, Goede plannen voor de ontwikkeling
wederkerigheid, draagvlak voor verdichting en sociale en duurzame criteria zwaarder gaan van de stad zijn gestoeld op het benutten van
samen stadmaken. wegen bij aanbestedingen. collectieve kennis en toegankelijke besluitvor-
Het is dus zoeken naar de balans tussen ming. Deze paragraaf komt met een reeks denk-
geven en nemen. Hoe geven we daar invul- Nieuwe financieringsconstructies richtingen en acties om deze te bevorderen.
ling aan? In het Maatschappelijk Akkoord van Om publieke waardecreatie op een
2019 staat wellicht het antwoord: het idee van krachtige manier te ondersteunen, gaan we Vergroten toegankelijkheid plan-
de buurtbatenovereenkomst (in het Engels verkennen wat de mogelijkheden zijn van een en besluitvorming
beter bekend als Community Benefits Agree- woningbouwfonds voor coöperaties, met Samen stadmaken valt of staat bij de
ment). Een buurtovereenkomst waaruit de als uitgangspunt dat betaalbare woningen en toegang tot besluitvorming. Hierbij is de
consensus blijkt over het algemeen nut van een werkruimtes binnen werkbare financiële kaders gemeente aan zet. Deels kunnen het eenvou-
specifiek project in de betreffende buurt. Bij moeten kunnen worden aangeboden. Als onder- dige ingrepen zijn. Zoals het neerzetten van
zo’n overeenkomst (behoudens vastgestelde deel van het eindrapport Aan de slag met Woon- een informatiebord op plekken waar iets staat
wettelijke ruimte) blijkt voldoende draagvlak coöperaties worden ook al een leningsfaciliteit te gebeuren. Dit is een simpele en effectieve
in de buurt en mag het project doorgaan. In uitgewerkt voor wooncoöperaties en de moge- manier om bewoners in een vroegtijdig sta-
veel wijken zijn buurtplatforms, Huizen van lijkheid van een solidariteitsfonds onderzocht. dium op de hoogte te brengen van aanstaande
de Wijk en buurtraden goede contractpartners. Het geeft bovendien de mogelijkheid met par- veranderingen die in meer of mindere mate de
Een overeenkomst is ook een goed middel om tijen van eigen keuze te werken. Dit betekent dat buurt kunnen raken. Tot slot verkennen we hoe de invoering
het instrument social return bij bouwpro- zelf bouwinitiatieven zoals wooncollectieven en van buurtrechten bij kan dragen aan het creë-
jecten op buurtniveau in te laten vullen door coöperaties een serieuze mogelijkheid worden We nemen ons ook voor om zo veel als ren van een gelijker speelveld tussen gemeente,
ondernemers en initiatiefnemers. Social return om middeldure huurwoningen en multifunctio- mogelijk planvorming fysiek in de buurt te professionele partijen en buurtgroepen en ini-

256 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel IV | Hoe 257


tiatieven van onderop. Mogelijke buurtrechten Een steeds diversere bevolking vraagt om samen leren in gebiedsgerichte projecten vorm bestaande en nieuwe projecten komt de focus
zijn: 1) Het recht om uit te dagen - Bewoners- een grotere diversiteit in de manier waarop we te geven en in te richten. Deze tijd vraagt er te liggen op samen leren door betrokkenen:
groepen krijgen het recht om lokale dienstver- de stad vormgeven. De stad biedt plek aan een meer dan ooit om. bewoners, ondernemers, ambtenaren en
lening vorm te geven en uit te voeren. 2) Het grote variatie in leefstijlen, culturen en andere Het leertraject vindt o.a. plaats in het bestuurders. Leren gebeurt o.a. aan de hand
eerste biedingsrecht – georganiseerde bewo- identiteiten. Zo is er steeds meer aandacht voor kader van de nieuwe Omgevingswet en de van inspirerende praktijkvoorbeelden en de
ners en maatschappelijke ondernemers mogen bijvoorbeeld het vrouwelijk perspectief en de leeromgeving van Vrije Ruimte. In een aantal lessen zullen breed gedeeld worden.
als eerste bieden op grond en vastgoed. Zo zor- behoeften van mensen met een beperking,
gen we ervoor dat lokale initiatieven niet door kinderen en ouderen. Daar meer ruimte voor
kapitaalkrachtige marktpartijen weggedrukt bieden betekent niet dat de stad een optelsom Actiepunten Agenda Samen stadmaken
worden. 3) Het recht om te plannen – bewoners wordt van voorkeuren van individuen en klei- We hebben de verschillende acties en aandachtspunten in onderstaande opsomming verdeeld in drie categorieën. In de
krijgen het recht om zelf ruimtelijke plannen te nere en grotere groepen. Maar het betekent wel ‘licht’-categorie staan de snelle acties. Het zijn punten die niet veel extra kosten en/of omdat ze relatief weinig extra organisatie
initiëren. 4) Het buurtplatformrecht – buurt- dat die meerstemmigheid moet doorklinken in vergen (deels omdat sommige punten al belegd zijn).
groepen krijgen de ondersteuning om zich te het proces van stadmaken. Om deze reden heb-
organiseren als lokale vertegenwoordiging. ben we in het maakproces van de omgevingsvi- In de ‘medium’-categorie zijn de acties terug te vinden die meer organisatie, voorbereiding of onderzoek vergen. We onder-
sie de WomenMakeTheCity-vrouwen- zoeken hoe we deze op de middellange termijn kunnen uitvoeren. De ‘zwaar’-categorie staat voor de acties en aandachtspunten die
Buurtomgevingsvisies adviesraad opgericht. Zie het hoofdstuk ingrijpender en fundamenteler zijn voor de organisatie. Dat heeft met juridische, financiële en politieke aspecten te maken.
Met buurtomgevingsvisies willen we Verantwoording proces. Hun bijdrage heeft
buurten mobiliseren om onder de paraplu van een verrijking van de visie opgeleverd. We gaan Licht
de stedelijke omgevingsvisie een eigen visie daarom door met deze samenwerking bij de • Experiment met community wealth building
te ontwikkelen. Door lokale visievorming uitvoering en evaluatie van de omgevingsvisie. • Nauwere samenwerking met Sociaal Creatieve Raad
te ondersteunen worden gemeenschappen Daarnaast gaan we verkennen welke projecten • Uitwerken sociale impact bij bouwprojecten en gebiedsontwikkeling met Bureau Social Return
verenigd en kan er een goede uitwisseling en programma’s nog meer op deze manier het • Neerzetten van informatieborden bij aanvang planvorming
ontstaan met stedelijke vraagstukken. Momen- vrouwelijke perspectief een plek kunnen geven. • Verdere ondersteuning Buurtomgevingsvisie Sierpleinbuurt en mobilisatie andere buurten
teel loopt al een dergelijk experiment in de • Voortzetten WMTC-vrouwenadviesraad
Sierpleinbuurt in Nieuw-West; dit wordt Tot slot geloven we in het structureel • Verankeren publiek-collectieve samenwerking t.b.v. coöperaties (in verbinding met
voortgezet. We gaan verkennen welke buurten maken van de betrokkenheid van kinderen democratiseringsagenda) en commons
hiervoor nog meer interessant zijn. en jongeren. De jonge generatie in Amsterdam • Experiment ‘Werken aan de geleefde stad’ (Designing Disorder)
heeft maar weinig stem in de ontwikkeling van • Oprichting Leertraject Amsterdams Stadmaken
Nieuwe vormen van continue dialoog de stad. Dit terwijl zij de toekomstige gebrui-
Op stedelijk niveau en regionaal niveau kers zijn. De inbreng van kinderen en jongeren Medium
gaan we experimenteren met nieuwe vormen helpt bij het stellen van doelen en prioriteiten. • Nieuwe accenten t.b.v. lokaal ondernemerschap, onder meer bij het horecabeleid, detailhandelsbeleid, bedrijvenbeleid
van invloed en zeggenschap van bewoners in de Sinds 2019 heeft Amsterdam een kinderraad • Uitwerken en verankeren van organisch ontwikkelen met buurtfocus
vorm van continue dialoog. Daarvoor gaan we die bestaat uit veertien raadsleden en een • Verkennen community benefits agreement-instrument (buurtbatenovereenkomst)
verschillende vormen ontwikkelen. Het burger- kinderburgemeester. Deze kunnen we actief • Verkenning opzetten van ‘transparantieportaal’ (naar Hamburgs voorbeeld)
beraad (geïnspireerd op het internationaal mee laten denken in het stadmaken. Daarnaast • Openbaar maken plan-, ontwerp- en rekeninstrumentarium
beproefde idee van de citizens’ assembly) is daar zijn er talloze organisaties in Amsterdam die • Ondersteuning duurzame, coöperatieve samenwerking met diverse partijen t.b.v.
een van. We gaan beginnen met het opzetten zich bezighouden met jongerenparticipatie. De vrije ruimte
van een wisselende burgeradviesraad die op gemeente kan van deze infrastructuur gebruik- • Organiseren planvorming fysiek in de buurt
complexe, ruimtelijke thema’s adviezen geeft maken om geregeld dilemma’s met jongeren te • Optimaliseren gelijkwaardige informatiepositie (digitalisering)
aan het bestuur van de stad. Zogeheten citizens’ bespreken. Zo maken we het voor de jongere • Oprichting inclusief en transparant burgerberaad
assemblies hebben al een doorslaggevende rol generaties mogelijk om zich de toekomst van • Verankeren betrokkenheid kinderen en jongeren
gespeeld in bijvoorbeeld Frankrijk over het Amsterdam meer eigen te maken. Ten slotte • Uitwerken mogelijkheden om betekenisvolle, lokale betrokkenheid te bewerkstelligen bij particulier initiatief
klimaatbeleid en in Ierland over abortuswetge- heeft dit ook didactische waarde. Kinderen en (als onderdeel van te ontwikkelen participatiebeleid)
ving. Ze kunnen helpen bij het doorbreken van jongeren bekend maken met collectieve besluit-
Zwaar
“De stad is gebaat
politieke impasses en het vinden van draagvlak vormingsprocessen betekent dat zij een beter
voor oplossingen voor zeer complexe proble- begrip krijgen van hoe de wereld om hen heen • Onderzoek buurtrechten

bij verbinding van alle


men. Voorwaarde bij het oprichten van een gevormd wordt en op welke manieren je daar • Ontwikkeling waarderend kader
burgerberaad is dat dit inclusief en transparant invloed op kan uitoefenen. • Verkenning woningbouwfonds voor coöperaties

sociale klassen”
gebeurt. Goede, ambtelijke ondersteuning is • Verkenning regionaal investeringsfonds
nodig om het voor elke Amsterdammer daad- Samen leren
werkelijk mogelijk te maken om ten volle mee Het leertraject Amsterdams Stadma-  
te doen. ken biedt een omgeving om samenwerking en Panni Pintér | Stadsdeel Oost

258 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel IV | Hoe 259


22
internationale schaal scharen we ons achter de Ook werken we met de Metropoolregio
sustainable development goals van de Verenigde Amsterdam en het Rijk samen in het regionale
Naties, die tot 2030 lopen. De SDG’s bieden bereikbaarheidsprogramma Samen Bouwen

Samenwerking
een gemeenschappelijk en internationaal erkend aan Bereikbaarheid (SBAB). Om de bestaande
kader om gemeenschappelijke uitdagingen fiets-, openbaarvervoer- en autonetwerken tot
het hoofd te bieden. In Europa proberen we de een samenhangend regionaal mobiliteitsnet-

over gemeente-
uitdagingen waar grote steden voor staan zo goed werk te vormen is het enerzijds noodzakelijk
mogelijk over het voetlicht te brengen, net als om in samenwerking met de verschillende
onze ambities. Ook helpen we de Europese ambi- netwerkbeheerders zoals NS, ProRail, en het

grenzen heen
ties te realiseren, bijvoorbeeld voor de Europese ministerie van Infrastructuur en Waterstaat
Green Deal, een routekaart om de economie van nader ontwerponderzoek te doen. Vooral de
de EU duurzaam te maken. We trekken daarbij transformatie van het rijkswegennetwerk
samen op met gelijkgezinde steden en metro- rondom Amsterdam en de ontwikkeling van
poolregio’s binnen Europa. Gezamenlijk laten hubs binnen en buiten de agglomeratie voor
wij onze stem horen, en onderbouwen we onze zowel personen- als goederenvervoer vragen
boodschap met best practices en innovatief onder- om een stevig onderzoeksprogramma. Ander-
Mensen trekken zich in hun dagelijks leven weinig aan van gemeentegrenzen. En grote zoek. Ook kijken we in het samenwerkingsver- zijds is het noodzakelijk om de uitvoering
opgaven als regionale bereikbaarheid en ruimte voor economie, de energietransitie en band SURE Eurodelta of het denken in megare- samen met de regionale en rijkspartners ter
klimaatverandering overstijgen ze per definitie. Amsterdam werkt daarom samen met gio’s, die grensoverschrijdend zijn, helpt om ook hand te nemen. Dit doen we door middel van
partijen over de gemeentegrenzen heen. Met buurgemeenten, binnen de Metropoolregio internationaal onze krachten te bundelen. de Uitvoeringsagenda SBaB.
Amsterdam, maar ook met hogere overheden zoals de provincie Noord-Holland en het Rijk,
en met andere publieke en private partijen zoals de waterschappen en netbeheerders. Nationaal Ook de uitwerking van het klimaatakkoord
De Nationale Omgevingsvisie is het lan- pakken we regionaal op. Samen met de regio
delijke kader voor onze omgevingsvisie. Hierin Noord-Holland Zuid hebben we een concept-
Een cultuur van samenwerken Samenwerking per benoemt het Rijk het belang van de Neder- Regionale Energiestrategie (RES) aan het Rijk
Goede samenwerking begint met de vraag schaalniveau landse metropoolregio’s voor het internationaal aangeboden, waarin we aangeven wat deze regio
wat Amsterdam voor een ander kan beteke- De grote transities die op de wereld, onze vestigings- en ondernemersklimaat. Omdat kan betekenen voor de opwek van duurzame
nen. We zijn ons bewust van onze bijzondere regio en daarbinnen op onze stad afkomen, lossen er meerdere nationale belangen in onze regio energie. De uitkomsten hiervan zullen landen in
positie in de regio en daarmee van onze ver- we niet in ons eentje op. De verschillende kwa- samenkomen, én er een complexe verstedelij- ons eigen omgevingsbeleid.
antwoordelijkheid naar onze buurgemeenten, liteiten die aanwezig zijn binnen Nederland, de kingsopgave op de Amsterdamse metropoolre-
onze regiopartners en andere regio’s in Neder- metropoolregio, de agglomeratie en de stad kun- gio afkomt, werken we samen met het Rijk en Naast de MRA voeren we samen met G4,
land. We zijn ons ook scherp bewust van onze nen we inzetten om samen bij te dragen aan een de partners van de Metropoolregio Amsterdam de vier grootste steden van Nederland, met het
afhankelijkheid van andere gemeenten. Zaanse oplossing. We willen daarom uitgaan van ieders (MRA) aan een verstedelijkingsstrategie. De Rijk het gesprek over specifieke grootstedelijke
leerkrachten bemensen Amsterdamse scholen, eigenheid en kracht. Vanuit die gedachte kijken we verstedelijkingsstrategie is een bouwsteen voor opgaven, en samen met alle gemeenten van
op hete dagen maken Amsterdammers dankbaar ook naar wat Amsterdam het beste bij kan dragen. de door het Rijk op te stellen omgevingsagenda. Nederland in de Vereniging van Nederlandse
gebruik van het Zandvoortse strand en meer De verantwoordelijkheden zijn tussen de ver- Er worden regionaal keuzes gemaakt op het Gemeenten (VNG) over opgaven waar gemeen-
dan de helft van de huidige inwoners is niet in schillende overheden en andere partners verdeeld. gebied van wonen, werken, bereikbaarheid, ten voor staan.
Amsterdam geboren. We hebben allemaal eigen bevoegdheden, waar- landschap, klimaatadaptatie en energietransitie.
door ieder van ons een deel van de puzzel in han- Die keuzes moeten zich verhouden tot elkaar, Regionaal
Vanuit de overtuiging dat we samen meer den heeft. Amsterdam is voor wet- en regelgeving maar ook tot de bijzondere kwaliteiten van een De MRA is een samenwerkingsverband van
weten, betrekken we partners en belanghebben- en financiële middelen bijvoorbeeld afhankelijk evenwichtige polycentrische metropool (zowel de provincies Noord-Holland en Flevoland, 32
den in een vroeg stadium. Dat doen we bij geza- van het Rijk en van Europa. Tegelijkertijd zijn zij in sociaal-maatschappelijk als economisch gemeenten en de Vervoerregio Amsterdam. De
menlijke opgaven of als een maatregel binnen voor de uitvoering van dat beleid afhankelijk van opzicht) in een uniek en cultuurhistorisch waar- MRA-agenda, waarin we inzetten op een toe-
Amsterdam gevolgen kan hebben voor anderen. gemeenten als Amsterdam. En om die uitvoering devol landschap. komstbestendige en evenwichtige metropool, is
Een strenger parkeerregime kan bijvoorbeeld de voor elkaar te krijgen, hebben we regionale part- de inhoudelijke basis voor deze samenwerking.
parkeerdruk in de omliggende gemeenten ver- ners nodig. Zowel overheden als andere publieke Om het woningtekort aan te pakken heb- Via verschillende programma’s wordt er gewerkt
groten en bij groei zullen meer Amsterdammers en private partijen, denk aan Rijkswaterstaat, ben de MRA en het Rijk in 2019 de Woondeal aan regionale opgaven. Zo worden kantoorloca-
in de omliggende groengebieden recreëren. We Staatsbosbeheer, netbeheerders of de NS. MRA gesloten, een startpunt voor een langjarig ties en bedrijventerreinen regionaal met elkaar
hebben oog voor deze mogelijke effecten buiten samenwerkingstraject waarin we de krachten afgestemd en kijken we hoe we ons regionaal
de gemeentegrenzen en wegen in beslissingen Internationaal bundelen om de woningbouwproductie en het kunnen voorbereiden op de veranderende
de mening en belangen van buurgemeenten en Met wie we samenwerken is afhankelijk functioneren van de woningmarkt structureel te weersomstandigheden en zeespiegelstijging.
andere belanghebbenden mee. van de vraag en de schaal waarop deze speelt. Op verbeteren, samen met de leefbaarheid.

260 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel IV | Hoe 261


23
Met de provincie Noord-Holland werken Bestuursplatform Energietransitie, en is het
we nauw samen op thema’s als binnenstedelijke door het Rijk benoemd als NOVI-gebied.
verdichting en het versterken van het landschap.

Maakproces
Samen met de provincie en andere betrokken De duurzame ontwikkeling van Schiphol
gemeenten werken we binnen de recreatie- bepleiten we in de Bestuurlijke Regie Schiphol,
schappen bijvoorbeeld aan de ontwikkeling een samenwerkingsverband van 4 provincies en

OVA2050,
en het beheer van verschillende scheggen. We 56 gemeenten. Hierin bespreken we de ontwik-
zetten ze beter op de kaart en maken ze beter keling van de luchtvaart en luchthaven in relatie
toegankelijk. tot de omgeving.

In de samenwerking met de 15 gemeen-


ten van de Vervoerregio Amsterdam staat de
Gelegenheidscoalities
De afgelopen tijd hebben we in verschil- verantwoording
en lessen
bereikbaarheid van de regio centraal. Ook op lende gelegenheidscoalities aan gerichte opga-
stedelijk niveau werken we met de vervoerregio ven in de regio gewerkt. Bijvoorbeeld samen
aan het mobiliteitssysteem, waarbij de vervoer- met Almere, de provincie Flevoland en het Rijk
regio onder andere een rol vervult bij de aanleg in het Handelingsperspectief Oostflank MRA,
van (regionale) infrastructuur en de governance met Schiphol, NS en ProRail aan de bereik-
rondom het openbaar vervoer. baarheid van de westzijde van Amsterdam,
en met Rijkswaterstaat en het ministerie van Een omgevingsvisie komt tot stand door beschikbare kennis en kunde te benutten
Infrastructuur en Waterstaat aan de Oeverver- in samenspraak met veel verschillende gesprekspartners binnen de gemeentelijke
bindingen Rijkswateren Amsterdam. Ook in organisatie en belangenbehartigers daarbuiten. Volgens dat beproefde proces zijn in het
de toekomst blijven we graag op deze manier verleden ook onze structuurplannen en -visies van de stad gemaakt. Onderscheidend in
samenwerken. Bijvoorbeeld aan een hov-lijn het proces van het opstellen van deze omgevingsvisie is dat we vanaf de start bewust
naar Zaanstad, over het versterken van het actief samen hebben gewerkt met partners in de stad.
ondernemersklimaat in Almere of aan de econo-
mische kracht en leefbaarheid aan de zuidwest-
kant van Amsterdam. Werken op basis van ideeën die naar voren komen en doordat we al
drie principes doende leren.
Bij het ontwikkelen van deze visie staan
Nieuw: de agglomeratie twee hoofddoelen voorop: een goed functio- Deze drie principes hebben we in de prak-
Op de meeste schalen is de samenwer- nerende omgevingsvisie voor Amsterdam en tijk vormgegeven door: samenwerkingen aan
king formeel of informeel dus al georganiseerd. een cultuur van samenwerken en debat over te gaan met partners, aan te sluiten bij wat er al
Op de schaal van de agglomeratie is dat niet de toekomst van Amsterdam. Om deze doelen gebeurt, door fysieke en online bijeenkomsten
het geval. Hierin werken we per windrichting te realiseren, werken we volgens drie princi- te organiseren via een trektocht door de stad en
in verschillende projecten en programma’s, pes aan de visie: inclusief, open en organisch. door online inzichten te verzamelen. Halver-
bijvoorbeeld met Zaanstad aan de regiodeal Hiermee werken we in de geest van de Omge- wege ons traject heeft corona de plannen danig
en met Ouder-Amstel en Amstelveen aan de vingswet en sluiten we aan bij de Democratise- door de war geschopt, maar ons zeker niet
Amstelscheg. Omdat er voor de agglomeratie ringsagenda van dit college. ontmoedigd om input vanuit de stad te blijven
veel gezamenlijke ruimtelijke en functionele verzamelen. We hebben daarin bewust voor
opgaven liggen, en omdat we steeds sterker met ‘Inclusief ’ betekent dat deelnemers met kwaliteit boven kwantiteit gekozen: beteke-
elkaar verweven raken, onderzoekt Amsterdam diverse achtergronden met elkaar in gesprek nisvolle, effectieve participatie is waardevol
In het Bestuursplatform Noordzeekanaal- hoe we ook op die schaal meer kunnen samen- gaan en dat we aandacht hebben voor tegenge- in een tijd waarin mensen participatiemoe en
gebied werken we, onder regie van Noord-Hol- werken. Daarbij kunnen we voortbouwen op luiden en voor belangen van partijen die niet door corona gepreoccupeerd zijn.
land, samen met gemeenten langs het Noord- de kansen voor de agglomeratie die we al eerder fysiek aan tafel zitten.
zeekanaalgebied, het Rijk, de havenbeheerders met de andere gemeenten uit de agglomeratie
en de beheerder van de infrastructuur om in de hebben verkend. ‘Open’ betekent dat we transparant zijn Partners en activiteiten
gebieden rond het Noordzeekanaalgebied een over tussenstappen en resultaten van bijeen- De cultuur van samenwerken hebben we
goede afweging te maken tussen wonen, werken komsten en dat we aansluiten bij lopende initia- vormgegeven door allianties aan te gaan met
en groen. Omdat het Noordzeekanaalgebied tieven en netwerken in stad en metropoolregio. actieve burgers en ondernemers in de stad.
een sleutelrol heeft in de energietransitie, is de De Club2050 bestaat uit een diverse groep
samenwerking uitgebreid met onder andere ‘Organisch’ betekent dat het proces gelei- Amsterdamse stadmakers en buurtkenners
netbeheerders en energieproducenten in het delijk concreter wordt en vorm krijgt met de die met ons meewerkt aan het invullen van

262 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel IV | Hoe 263


cocreatie en dialoog bij het opstellen van de Zo organiseerde de gastcurator Tanja den Doorninck. Met kunstenaars praatte ze sociaal-economische afstand tussen de stad
omgevingsvisie. Van ideeën voor citizen’s Broeder sessies die ons hebben gevoed met bijvoorbeeld over de vrije ruimte in de stad, binnen en buiten de ring te overbruggen;
assemblies tot leergangen en bijeenkomsten ideeën over onder andere wonen, de circulaire met ondernemers over de economie, met • de beschikbaarheid van betaalbare ruimte
met jongerennetwerken. economie en voedsel. Studenten, lectoren stadslandbouwers over groen en landbouw voor startende ondernemers;
en onderzoekers van de Hogeschool van in de stad. We hebben met Amsterdamse • vrije ruimte in de stad laten om te kunnen
Een vrouwenadviesraad vanuit het Amsterdam hebben het gastcuratorschap in jongeren gepraat over hun ideeën en wensen experimenteren;
speciaal hiervoor opgerichte netwerk Women- coronatijd overgenomen en zijn online verder voor de toekomst. • zeggenschap en eigenaarschap: geef
MakeTheCity adviseert ons en denkt mee. gegaan met hun visie op de toekomst van de burgers en ondernemers de ruimte om
De adviesraad bestaat uit vrouwen van diverse stad, bijeenkomsten over o.a. commons en In samenwerking met de Chief Science mede te kunnen bepalen wat er in hun
achtergrond en uit verschillende stadsdelen. onderwijs in de toekomst. Officer is een toekomstestafette van start omgeving gebeurt, ondersteuning van
Zij organiseerden online werksessies waarbij gegaan. In de 7 stadsdelen hebben 7 verhalen- stadmakers en initiatieven, ruimte en
zij met ruim 80 vrouwen uit verschillende Samen met Arcam organiseerden wij een vangers samen ruim 150 korte verhalen aandacht voor alternatieve vormen van
stadsdelen spraken over de toekomst van ontwerpmanifestatie over de toekomst van verzameld over wat mensen nodig hebben in stads- en woningbouwontwikkeling zoals
de stad aan de hand van de Just City Index, Amsterdam, die een vervolg heeft gekregen de toekomst. De verschillende onderwerpen commons.
een ontwerpmethode die de waarden van de in een tentoonstelling in de OBA. Hiermee die als rode draden door de verhalen heen
gebruikers van de stad vooropstelt. willen we het gesprek over Amsterdam met lopen zijn van bijzondere waarde. Ze laten zien In de delen WAAR, WAT en HOE hebben
de stad gaande houden. De architectenbureaus wat mensen belangrijk vinden, wat zij nodig we aangegeven hoe we met deze thema’s
Architectenbureau Studio L A die verschillende verstedelijkingsvarianten hebben en wat hen raakt. omgaan.
ontwierp een methode waarbij (ervarings-) hebben uitgewerkt voor de discussie, zijn
deskundigen uit verschillende stadsdelen hierin bijgestaan door een meedenktank van
en met verschillende netwerken hun visie burgers en stadmakers. Opbrengsten
over de toekomst van de stad deelden. Deze De samenwerking met onze allianties,
gesprekken hebben geleid tot input voor de Naast het werken met deze partners, de gesprekken en bijeenkomsten, de online
omgevingsvisie. Studio L A is ook samen met sloten en sluiten we bewust aan op de bijdragen hebben een veelheid aan gedachten,
‘Discussiëren Kun Je Leren’ de buurten en Amsterdamse cultuur van maatschappelijk ideeën en thema’s voor de toekomst van
scholen ingegaan om thema’s en ideeën op debat over de stad. Amsterdam opgeleverd.
te halen in een door Studio L A ontworpen Rode draden daarin zijn gedeelde waarden
gespreksruimte. Over allerhande thema’s vinden over het belang van de gemeenschap en je
uiteenlopende initiatieven en discussies in de kunnen thuis voelen in je stad en zeggenschap
In onze vaste gesprekslocatie, het Atelier stad plaats, georganiseerd door de gemeente willen hebben over je eigen buurt. Daarnaast
der Verbeelding, werken we met gastcuratoren. of organisaties en debatcentra in de stad. staat de waarde van veerkracht: een duurzame
Amsterdam Circulair en Klimaatneutraal, stad en samenleving, die crisisbestendig is
Ma.ak020, de Superjongerenraad, Huis van en de condities levert om zelfredzaam te
de Stad, Pakhuis de Zwijger en Platform31 kunnen zijn. Amsterdam moet een stad zijn
zijn daar voorbeelden van. Waar nodig die inclusief is, waar mogelijkheden zijn voor
hebben we zelf gesprekken over die thema’s ontplooiing en emancipatie.
georganiseerd om aanvullende ideeën te Deze waarden worden vertegenwoordigd
krijgen die aansluiten op de ruimtelijke in de onderwerpen die regelmatig terug-
schaal van de omgevingsvisie. Deels kwamen in alle gesprekken:
waren dat fysieke bijeenkomsten, deels
online. Denk aan thema’s als Ruimte voor • de betekenis van ontmoetingsplekken in
de Zorg en Ruimte voor de economie van gebouwen en in de openbare ruimte; Lessen voor het vervolg
Morgen. We luisterden mee en leverden • de sociale en recreatieve betekenis van het Door inclusief, open en organisch te werk
input voor de ambtswoninggesprekken groen in de stad; te gaan wilden we een aantal doelen bereiken.
over relevante thema’s voor de toekomst en • het belang van korte voedselketens en Een goed functionerende omgevingsvisie en
Amsterdam Spreekt (wethouders in gesprek ruimte maken voor stadslandbouw; een bijdrage aan een cultuur van samenwer-
met 750 Amsterdammers) van het team • bouwen aan een duurzame woningvoor- king en debat in de stad.
Democratisering. raad die toegankelijk en betaalbaar is Door samen te werken versterken we
voor huidige en nieuwe inwoners, zodat elkaars initiatieven en creëren we nieuwe
We organiseerden stadsgesprekken: Amsterdam een inclusieve stad kan zijn; ideeën. Daarmee zorgen we ook voor draag-
een 6-wekelijkse reeks van bijeenkomsten • goede en veilige fiets- en ov-verbindingen vlak en legitimiteit van de plannen in de
met wethouder Ruimtelijke Ordening Van tussen alle delen van de stad, ook om de omgevingsvisie.

264 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel IV | Hoe 265


24
Met de open en organische aanpak zijn der Verbeelding – een nieuwe locatie –
er steeds nieuwe mensen, organisaties en concurreerde met dat aanbod. Om die
netwerken in beeld gekomen waar we met een concurrentie aan te gaan is geld, tijd en energie

De omgevings-
beperkter en strakker proces geen oog voor nodig voor communicatie hierover. Die hebben
zouden hebben gehad. Op deze manier hebben we niet altijd kunnen geven. En de vraag is of
we lokale kennis kunnen benutten. die inzet in verhouding zou hebben gestaan

effectrapportage
met het effect. De opkomst voor de workshops
Dat is de grote meerwaarde van de in het Atelier was laag, hoewel de kwaliteit en
samenwerking met onze allianties als de de intensiteit van de gesprekken er niet onder
Club2050 en de vrouwenadviesraad. De leden. De vraagt rijst wel wat de legitimiteit
tijdsinvestering in het opbouwen van een band dan is van de uitkomsten van de workshops.
met verschillende stadmakers, doelgroepen Tegelijkertijd zijn deze onderwerpen ook
en netwerken in de stad heeft geleid tot veel omhooggekomen bij andere bijeenkomsten
energie in het proces. Die is omgezet in een met verscheidene doelgroepen. Bij het opstellen van een omgevingsvisie is het verplicht ook een m.e.r.-procedure
betere samenwerking met de stad, meer kennis te doorlopen. Amsterdam heeft vanwege het integrale karakter van de omgevingsvisie
van wat er speelt en meedenkkracht in het Corona gooide flink roet in het eten: alle voor een breder dan gebruikelijk milieueffectrapportage gekozen: een omgevinsgeffect-
zoeken naar oplossingen. Al met al vertaalt dat fysieke bijeenkomsten die we hadden gepland rapportage (o.e.r.). Deze o.e.r. heeft bijgedragen aan het opstellen van de omgevingsvisie
zich in een breder gedragen visie. moesten we omvormen. We zijn online gegaan. en daarin gemaakte keuzes door inzicht te geven in aandachtspunten op diverse
Het nadeel daarvan is het gemis van de kracht kernwaarden en door verbetervoorstellen aan te dragen voor aanscherping van beleid.
van de fysieke ontmoeting: het onverwachte, de Door het iteratieve proces tussen visie en o.e.r. laat de uiteindelijke beoordeling in het
vonk die overspringt, de geboorte van nieuwe omgevingseffectrapport (OER) zien dat de plannen uit de omgevingsvisie leiden tot een
creatieve plannen en ideeën. duidelijke verbetering van de fysieke leefomgeving.

Het voordeel is wel dat we met de online In het OER is de kwaliteit van de fysieke lair. Inspiratie voor de wijze van beoordeling
uitzendingen via de livecast van Pakhuis de leefomgeving voor de huidige situatie (2020), is opgedaan bij de ‘donuteconomie’ van Kate
Zwijger van bijvoorbeeld WomenMakeTheCity, de referentiesituatie in 2050 (beleid zonder Raworth, die uitgaat van een sociaal fundament
de jongerenbijeenkomsten en het slot van de omgevingsvisie) en het Voorkeursalternatief en een ecologisch plafond.
Ontwerpmanifestatie een groter publiek hebben (beleid inclusief de omgevingsvisie) in beeld
bereikt dan met een fysieke bijeenkomst. Deze gebracht en beoordeeld. In het OER zijn naast In het OER komt naar voren dat Amster-
uitzendingen zijn ook later terug te zien. traditionele milieueffecten (zoals luchtkwali- dam zijn beleidsagenda voor de meeste kern-
teit, geluid en bodem) ook de effecten op andere waarden goed op orde heeft. Dit leidt tot posi-
We misten ook de inzet van de zogenaamde kernwaarden, zoals inclusief & tieve impulsen op de meeste kernwaarden in de
gemeentelijke communicatiekanalen om de betaalbaar, economisch vitaal, leef baar, gezond, referentiesituatie ten opzichte van de
Impressie van het door Wij zien deze samenwerking als een online bijeenkomsten onder de aandacht te klimaatbestendig, klimaatneutraal en circu- huidige situatie. Er zijn wel diverse aandachts-
buurtbewoners gemaakte investering in een blijvende professionele brengen. Deze kanalen stonden in de eerste
ontwikkelplan voor de relatie met organisaties en individuen die maanden in het teken van de communicatie Vergeleken met de huidige
Klaprozenbuurt in Noord. bijdragen aan de ontwikkeling van de stad. over corona. Voor specifieke doelgroepen, zoals situatie en de referentie-
De impact van corona op het functioneren de jongeren, hebben we via onze netwerken situatie scoort het voor-
van de stad en het welbevinden van alle wel nieuwe kanalen aangeboord, zoals spotjes keursalternatief van de
Amsterdammers maakt duidelijk dat we op FunX en filmpjes op Instagram van jonge Omgevingsvisie Amsterdam
alle handen nodig hebben om te werken aan influencers. 2050 op bijna alle waarden
een bloeiende toekomst voor Amsterdam. hoger.
Het gesprek over de omgevingsvisie houdt Het organische proces leek soms wat
niet op als deze is vastgesteld, maar vraagt ongeregeld en dat werd het af en toe ook als
continue aandacht, juist bij de uitvoer ervan, gevolg van corona, maar hierdoor leerden
dus laten we het continueren. Belangrijk we des te meer de kracht kennen van de
aandachtspunt hierin is dat naast de aanwezige opgebouwde contacten en netwerken,
kennis bij stafmakers en netwerken ook waardoor we gerichte en kwalitatieve inbreng
organisatiekracht aanwezig is. konden ophalen.
Er is veel gaande in de stad over de
stad: debatten, workshops, filmavonden,
etc. De programmering van het Atelier

266 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel IV | Hoe 267


punten rondom de situatie in wijken en
buurten in Nieuw-West, Zuidoost en Noord
geconstateerd op het gebied van gezondheid
(voeding, overgewicht, roken en minder bewe-
gen) en leef baarheid. Ook speelt hier, maar ook
Amsterdambreed, dat de betaalbaarheid en
beschikbaarheid van woningen (zwaar) onder
druk staat.
De strategische hoofdkeuzes, ingrepen
en verdichtings- en transformatielocaties uit
de omgevingsvisie bieden veel kansen om
een impuls aan de fysieke leefomgeving van
Amsterdam te geven en veel van de gestelde
ambities te behalen. In de figuur is te zien (met
de blauwe balken) dat de omgevingsvisie leidt
tot een verbetering op alle kernwaarden ten
opzichte van de situatie in 2050 zonder omge-
vingsvisie (de gestippelde balken).

Natuurlijk geldt voor vrijwel alle kern-


waarden dat er een bepaalde (soms zelfs
aanzienlijke) mate van onzekerheid is en
worden niet voor alle kernwaarden ambities
behaald. Dit vraagt dus om blijvende aandacht
en samenwerking met andere beleidsterrei-

“Zie de meerstemmigheid van Amsterdam


nen. Ook is een stevige doorwerking van dit
strategische beleid naar programma’s, plan-

als een kracht en haal nieuwe perspectieven


nen en besluiten cruciaal. De verankering in
de ruimtelijke besluiten (omgevingsplannen,

en kennis op in het vormen van beleid.


vergunningen, etc.) dient verbeterd te worden
ten opzichte van de huidige praktijk. Denk

Dat moet de nieuwe standaard worden voor


hierbij aan een andere wijze van omgang met
mobiliteit: meer sturen op een gewenste modal

de samenwerking met de bewoners van


split, maar ook aan het specifiek opnemen van
kernwaarden/thema’s als klimaatadaptatie,

Amsterdam”
gezonde leefomgeving (inclusief voeding) en
biodiversiteit in de concrete ruimtelijke plan-
nen en besluiten.
Astrid Elburg | Stadsdeel Zuid
Tot slot wordt verkend of het OER, net als
de omgevingsvisie, kan worden doorontwik-
keld tot een ‘levend’ document. Het wordt dan
een monitoringsinstrument voor de Amster-
damse fysieke leefomgeving als geheel, dat
inzichtelijk maakt hoe waarden, analyses en
beleidskeuzes met elkaar samenhangen. Daar-
mee kan het ondersteunend zijn bij evaluatie
en herijking van de omgevingsvisie.

268 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel IV | Hoe 269


Colofon

De Omgevingsvisie Amsterdam 2050 is opgesteld in Projectteam


opdracht van het gemeentebestuur van Amsterdam en Frank van den Beuken (Ruimte en Duurzaamheid), Errik Buur-
is 8 juli 2021 door de gemeenteraad van Amsterdam sink (Ruimte en Duurzaamheid), Caroline Combé (Ruimte en
vastgesteld. Duurzaamheid), Simcha Goudsmit (Ruimte en Duurzaamheid),
Petra Groot, (Ruimte en Duurzaamheid), Marije Harmsen
Contact (Communicatiebureau), Ellen van Herk (GGD), Evert Jan Hete-
Gemeente Amsterdam, Ruimte en Duurzaamheid brij (Ruimte en Duurzaamheid), Geertje Kuijt (Projectmanage-
Postbus 2758 mentbureau), Martin van der Maas (Ruimte en Duurzaamheid),
1000 CT Amsterdam Anne Meijer (Onderwijs, Jeugd, Zorg en Diversiteit), Flora
omgevingsvisie@amsterdam.nl Nycolaas (Ruimte en Duurzaamheid), Marthe Singelenberg
https://www.amsterdam.nl/omgevingsvisie (zelfstandig projectleider), Max Smit (Ruimte en Duurzaamheid),
Lida van Tilburg (Beaumont Communicatie & Management),
Projectleiding Rick Vermeulen (Ruimte en Duurzaamheid), Miriam Verrijdt
Frank van den Beuken (Ruimte en Duurzaamheid), (Ruimte en Duurzaamheid), Remco Verschoor (zelfstandig
Geertje Kuijt (Projectmanagementbureau) projectleider), Mireille Vos (Ruimte en Duurzaamheid),
Fabie Vrisekoop (Projectmanagementbureau).
Redactieteam
Frank van den Beuken (Visie en hoofdredactie), Errik Buursink Dank aan alle betrokkenen
(Visie en eindredactie), Simcha Goudsmit (Stad en samenleving), De Omgevingsvisie Amsterdam 2050 is middels een open en
Miriam Verrijdt (Regionale uitwerking), Flora Nycolaas integrale werkwijze tot stand gekomen, in opdracht van het
(Ruimtelijke en programmatische uitwerking), Martin van der college van B en W. De directie Ruimte en Duurzaamheid heeft
Maas (Beleidsagenda), Rob van Kemmeren (Beleidsagenda), daarbij een trekkende rol gehad en verschillende perspectieven en
Remco Verschoor (Stadsdelen), Rick Vermeulen (Beleidscyclus), kennisvelden betrokken. Er is zowel tussen verschillende direc-
Max Smit (Agenda voor Samen stadmaken), Caroline Combé ties binnen de gemeente, als tussen de gemeentelijke organisatie
(Maakproces), Jelle van der Meer (Publiekssamenvatting) en partijen in de stad en de regio, intensief samengewerkt.
De directie Ruimte en Duurzaamheid dankt alle betrokkenen bij
Ruimtelijk onderzoek, kaarten en tekeningen de totstandkoming van deze omgevingsvisie.
Flora Nycolaas (coördinatie), Thomas Galesloot, Paul van Hoek,
Martin Hopman, Brenda van Keimpema, Onno Moorman,
Tanja Potezica, Dirk Iede Terpstra (V&OR), Nasiem Vafa, Jurian
Voets, PosadMaxwan (visiekaart regio)

Vormgeving
Edith van Beek (Beaumont Communicatie & Management)

Illustratie omslag
Romualdo Faura

Fotografie
Theo Baart, Thomas Schlijper en Fotobank Gemeente Amsterdam

Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool 271


Deel I | Visie 273
274 Omgevingsvisie 2050 | Een menselijke metropool Deel I | Visie 275
Omgevingsvisie Amsterdam 2050
www.amsterdam.nl

You might also like