Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 26

HANDLEIDING GEÏNTEGREERDE LESSENREEKS

De bib

1. Brainstorm
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

2. Omschrijving van de focus


 Omschrijf kort welk aspect uit de leef- en/of belevingswereld van de kinderen je kiest voor deze
geïntegreerde lessenreeks.
De lessenreeks gaat over de bieb.

 Ik kies voor een…

☒ een multidisciplinaire aanpak

☐ een interdisciplinaire aanpak

Indien je kiest voor een interdisciplinaire benadering dan formuleer je hier je centrale
probleemstelling:

3. Leerinhoud

Leerinhouden Leeractiviteit
Richtlijnen: 1 2 3
- Je omschrijft de leerinhoud volledig, duidelijk en op het niveau van de
leerlingen.
- Je duidt aan in welke leeractiviteiten je werkt aan de leerinhoud.
o Breng je nieuwe leerinhoud aan dan zet je een A van aanbreng
in de kolom.
o Werk je verder aan een leerinhoud, dan zet je een kruisje (X) in
de kolom.
De soorten boeken: A
o Infoboek: Dit boek kan je nemen als je iets meer wil te weten
komen over planeten, vogels, auto’s enzovoort. Je zoekt er
informatie op.

o Kookboek: Dit boek staat vol recepten om eten mee te maken.

o Strip: In dit boekje wordt een verhaal verteld met kleine tekeningen.
De personages spreken met elkaar via tekstballonnen.

o Leesboek: Dit is een boek waarin je zelf een mooi verhaal kan lezen.

o Tijdschrift: Dit boekje kan ik elke week of maand kopen. In sommige


bladen kan je meer lezen over acteurs of popsterren. In andere lees
je meer over mode en over gezondheid.

o Reisboek: Dit is een boek waarin informatie staat over een land of
steden die je wilt bezoeken.

o Prentenboek: In dit boek staat niet veel tekst. Het wordt veel
voorgelezen voor peuters en kleuters. Ze kijken graag naar de
tekeningen.

2
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

o Gedichtenboek: Een boek met versjes en rijmpjes.

 Pictogrammen: A

Landen

Sprookjes

Koken

Strips

Gedichten

Wat kan je allemaal doen in de bib: boeken lezen, muziek luisteren, boeken A
uitlenen, …

A
Afspraken verkeer:
o Jullie lopen per twee op het voetpad.

o Je kijkt heel goed uit dat je niet op de baan loopt en past op voor
auto’s.

o Als er andere voetgangers komen, ga je even achter elkaar lopen.


Daarna kunnen jullie

terug per twee lopen.


o Als we oversteken kijk je naar links en naar rechts of er geen auto’s
komen.
Kenmerken fantasietekenen: A
o Ik kan zowel dingen tekenen die bestaan, als dingen die niet
bestaan.

o Ik moet heel goed weten waarover mijn verhaal gaat.

3
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

o Ik moet nadenken over wat de belangrijkste dingen zijn in het


verhaal.

o Vanuit mijn eigen fantasie maak ik een tekening over de


belangrijkste aspecten uit het verhaal.

Wat vertel ik over mijn boek? A


o Je legt uit wat er op jouw affiche staat.

o Je legt kort uit waarover het boek gaat.

o Je vertelt waarom dit jouw favoriete boek is.

4
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

4. Doelenlijst
Je noteert bovenaan de titel van het leerplan en het onderwijsnet. Vervolgens vul je de tabel verder
aan. Je noteert de code van het leerplandoel, het leerplandoel (indien van toepassing met leerinhoud
en de leerstap). Koppel het leerplandoel aan een eindterm (indien mogelijk). Duid aan bij welke
leeractiviteiten je werkt aan het leerplandoel.

Leerplan: ZILL Leeractiviteit


code. LP-doel

nr. eindterm

Leerplandoel (+ indien van toepassing leerinhoud) 1 2 3

Wetenschappen en techniek – techniek + wetenschappen en techniek – natuur


OWte3 2.8. Eenvoudige bestaande technische systemen uit de omgeving X X
hanteren, bebrijpen, vergelijken, (de)monteren, evalueren en
onderhouden.
OWna8 1.1. Natuurlijke verschijnselen en gangbare materialen waarnemen, X
onderzoeken en herkennen in de omgeving.
Mens en maatschappij – ruimte
OWru7 4.15 Als vaardige voetganger of fietser de verkeersregels kennen X
. entoepassen en de veiligheid van verkeerssituaties in de
omgeving inschatten.
Nederlands – schriftelijke taalvaardigheid
TOsn1 3.4. Een schriftelijke boodschap verwerken. X X
Sociale vaardigheden
Ikwn2 1.3 Gewetensvol en verantwoord handelen. X
Muzische vorming – beeld
Muva3 1.5 De technische en expressieve vaardigheden die nodig zijn om X
zich muzisch uit te drukken in beeld, muziek, dans en drama
verfijnen.
Nederlands – mondelinge taalvaardigheid
TOmn2 2.1 Een mondelinge boodschap overbrengen. X

5
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

5. Lesvoorbereidingen geïntegreerde lessenreeks

Les 1

Naam student: Winne Van Cauwenberge Leergroep OLO3 A1

Naam mentor: Marieke Bombeke Klas 1LA Aantal lln.: 20

School: Vrije Basisschool Sint Vincentius

…DAG 23/11/202 Handtekening mentor + datum:


1

Van 10u55 tot 11u50

Leergebied(onderdeel): Wereldoriëntatie

Lesonderwerp: De soorten boeken

Leerplandoelen: Leerplan: ZILL – OVSG – GO! – andere

 OWte3 Eenvoudige bestaande technische systemen uit de omgeving hanteren, begrijpen,


vergelijken, (de)monteren, evalueren en onderhouden.
o 2.5-12j Eenvoudige technische systemen hanteren, monteren en demonteren – veilig,
nauwkeurig, hygiënische en zorgzaam werken met materialen, producten en
gereedschappen.
 OWna8 Natuurlijke verschijnselen en gangbare materialen waarnemen, onderzoeken en
herkennen in de omgeving.
o 4-12j Gangbare materialen ordenen aan de hand van eenvoudige, zelfgekozen criteria.

Leerinhoud:

6
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

 De soorten boeken:
o Infoboek: Dit boek kan je nemen als je iets meer wil te weten komen over planeten,
vogels, auto’s enzovoort. Je zoekt er informatie op.
o Kookboek: Dit boek staat vol recepten om eten mee te maken.
o Strip: In dit boekje wordt een verhaal verteld met kleine tekeningen. De personages
spreken met elkaar via tekstballonnen.
o Leesboek: Dit is een boek waarin je zelf een mooi verhaal kan lezen.
o Tijdschrift: Dit boekje kan ik elke week of maand kopen. In sommige bladen kan je meer
lezen over acteurs of popsterren. In andere lees je meer over mode en over gezondheid.
o Reisboek: Dit is een boek waarin informatie staat over een land of steden die je wilt
bezoeken.
o Prentenboek: In dit boek staat niet veel tekst. Het wordt veel voorgelezen voor peuters
en kleuters. Ze kijken graag naar de tekeningen.
o Gedichtenboek: Een boek met versjes en rijmpjes.

Lesdoelen:

De leerlingen kunnen…

1. Respectvol omgaan met materiaal. (OWte3)


2. Verschillende boeken met elkaar vergelijken. (OWna8)
3. Verwoorden welk soort boek het is. (OWna8)

Beginsituatie specifiek voor deze les:

Situering in het leerproces: aanbrengen inoefenen

Waarop bouwt deze les verder?

 De leerlingen hebben nog niet geleerd welke soorten boeken er zijn.


Leerling specifieke gegevens + acties:

 Remi, Mathieu, Lucien en Lander zijn nogal ‘speelvogels’. Ik ga ze goed in de gaten moeten
houden dat ze respectvol omgaan met het materiaal en dat ze de opdracht uitvoeren die van
hen gevraagd wordt.

Bronnen: volgens de APA-normen

 klasCemtent info@klascement.net. (2020, 9 maart). Verschillende soorten boeken:


Combineeroefening en coöperatieve werkvorm. KlaCement. Geraadpleegd op 7 november 2021,
van https://www.klascement.net/downloadbaar-lesmateriaal/102074/verschillende-soorten-
boeken-combineeroefening-en-cooperatieve-werkvorm/?previous
 “Boeken lezen is een feest!” – Kapitein Winokio (Jeugdboekenmaand 2021). (2021, 6 maart).
[Video]. YouTube. https://www.youtube.com/watch?v=a9rXuJhCphE

7
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Bijlagen: bordschema, ingevulde werkbladen, teksten …

 /

Materiaal / locatiewijziging:

 Verschillende soorten boeken

Lesopbouw

1. Klassikaal: het verhaal inleiden.


oriënteren verwerven verwerken afronden

Organisatie

Ik ga een verhaal dat ik ga vertellen inleiden.

Opdracht – richtvragen

‘Ik ga een verhaal vertellen.’

‘Als jullie het boek zo zien, waar denken jullie dat het over zal gaan?’

2. Klassikaal: verhaal vertellen + onderwijsleergesprek: de verschillende soorten boeken.


oriënteren verwerven verwerken afronden

1. De leerlingen kunnen respectvol omgaan met materiaal.


2. De leerlingen kunnen verschillende boeken met elkaar vergelijken.
3. De leerlingen kunnen verwoorden welk soort boek het is.
Organisatie

Ik lees het verhaal voor. Daarna houden we een onderwijsleergesprek over de verschillende soorten
boeken.

Opdracht – richtvragen

‘Wat vonden jullie van het verhaal?’

‘Wat vonden jullie er leuk aan? Wat vonden jullie er minder leuk aan?’

‘Vinden jullie boeken leuk? Waarom wel/waarom niet?’

8
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

‘Welke boeken vinden jullie leuk?’

‘Jullie zien hier in de klas verschillende boeken verspreid liggen. Jullie mogen nu rustig rondstappen

in de klas en bij het boek gaan staan dat er voor jou het leukst uitziet.’ (Dit bespreken en vragen

waarom ze dat het leukste boek vinden.)

‘Maar let op, je gaat voorzichtig om met de boeken. De boeken zijn van de bib en deze moet ik in

perfecte staat kunnen terugbrengen. We zorgen er dus voor dat we geen bladeren gaan

kreuken of dat we ze niet laten vallen.’

‘Waarom zouden de boeken verspreid liggen in verschillende groepjes?’ (Omdat het verschillende

soorten boeken zijn.)

‘Jullie mogen nu nog eens naar de verschillende groepjes met boeken kijken en terwijl denken jullie

eens na welk soort boek het zou kunnen zijn. ’ (Ik loop rond om aan de leerlingen te vragen welk

soort boek ze denken dat het is.)

3. Quiz: soorten boeken.


oriënteren verwerven verwerken afronden

3. De leerlingen kunnen verwoorden welk soort boek het is.

Organisatie

Ik verdeel de leerlingen in groepjes. Ik hou een korte quiz om de soorten boeken te bespreken.

Opdracht – richtvragen

‘Ik ga jullie in groepjes verdelen en jullie mogen jullie samen zetten.’

‘We gaan een quiz houden rond de verschillende soorten boeken.’

‘Ik steek straks telkens een boek omhoog en lees de titel voor. Daarna geef ik drie mogelijke
antwoorden 1, 2 of 3. Het is de bedoeling dat jullie in jullie groepje nadenken welk soort boek het
zou kunnen zijn.’

(Bv. Ik steek een kookboek in de lucht en zeg de antwoorden 1. een prentenboek, 2. een kookboek of
3. een reisboek. De leerlingen raden, daarna geef ik het juiste antwoord en leg ik uit wat een
kookboek is. Dit doe ik voor alle soorten boeken.)

9
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

4. Liedje: boeken lezen is een feest.


oriënteren verwerven verwerken afronden

Organisatie

Ik laat het liedje ‘boeken lezen is een feest’ horen aan de leerlingen.

Opdracht – richtvragen

‘We gaan naar een liedje luisteren over boeken.’

Les 2

10
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Naam student: Winne Van Cauwenberge Leergroep OLO3NA1

Naam mentor: Marieke Bombeke Klas 1LA Aantal lln.: 20

School: Vrije Basisschool Sint Macharius

…DAG 22/11/202 Handtekening mentor + datum:


1

Van 14u40 tot 15u30

Leergebied(onderdeel): Nederlands, wetenschappen en techniek (techniek), wereldoriëntatie


(verkeerseducatie)

Lesonderwerp: Op bezoek in de bib

Leerplandoelen: Leerplan: ZILL – OVSG – GO! – andere

 TOsn1 Een schriftelijke boodschap verwerken.


o 4-6j Frequente pictogrammen in de klasomgeving ‘lezen’ – ervaren en inzien dat
bepaalde symbolen een boodschap overdragen.
o 6-9j Steeds complexere talige en niet-talige boodschappen, afgestemd op interesse,
leefwereld en leesniveau, verwerken.
 OWru7 Als vaardige voetganger of fietser de verkeersregels kennen en toepassen en de
veiligheid van verkeerssituaties in de omgeving inschatten.
o 2.5-12j De verkeersregels en aanwijzingen van een gezagsdragende figuur begrijpen en
correct naleven.
o 4-12j Zich ervan bewust worden dat het verkeer risico’s inhoudt en daarom als
weggebruiker preventief kiezen voor een veilige uitrusting en veilig gedrag in het
verkeer.
 OWte3 Eenvoudige bestaande technische systemen uit de omgeving hanteren, begrijpen,
vergelijken, (de)monteren, evalueren en onderhouden.
o 2.5-12j Eenvoudige technische systemen hanteren, monteren en demonteren – veilig,
nauwkeurig, hygiënische en zorgzaam werken met materialen, producten en
gereedschappen.
 IKwn2 Gewentensvol en verantwoord handelen.
o 2.5-12j Kennismaken met eenvoudige afspraken, (spel)regels en omgangsvormen –
onder begeleiding tot afspraken en regels komen – zich onder begeleiding aan regels en
afspraken houden – nagaan en aangeven in welke mate anderen regels en afspraken
nakomen.

Leerinhoud:

11
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

 Pictogrammen:

Landen

Sprookjes

Koken

Strips

Gedichten

 Wat kan je allemaal doen in de bib: boeken lezen, muziek luisteren, boeken uitlenen, …
 Afspraken verkeer:
o Jullie lopen per twee op het voetpad.
o Je kijkt heel goed uit dat je niet op de baan loopt en past op voor auto’s.
o Als er andere voetgangers komen, ga je even achter elkaar lopen. Daarna kunnen jullie
terug per twee lopen.

o Als we oversteken kijk je naar links en naar rechts of er geen auto’s komen.

Lesdoelen:

12
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

De leerlingen kunnen…

1. Zelf aangeven of boeken te moeilijk zijn voor hen of niet. (TOsn1)


2. Verwoorden waar de verschillende pictogrammen op de boeken voor staan. (TOsn1)
3. Boeken vergelijken op basis van de taal. (OWte3)
4. Verwoorden wat je allemaal kan doen in de bib. (IKwn2)
5. Zich veilig verplaatsen in het verkeer. (OWru7)

Beginsituatie specifiek voor deze les:

Situering in het leerproces: aanbrengen inoefenen

Waarop bouwt deze les verder?

 Dit is de eerste les die de leerlingen krijgen rond het thema ‘de bib’.
Leerling specifieke gegevens + acties:

 Als Mathieu, Lucien, Lander en Remi bij elkaar in een groepje zitten, zal dit leiden tot heel wat
kabaal en zal het gevaar bestaan dat ze andere dingen zullen doen dan de opdrachten. Bij het
maken van de groepjes moet ik er dus op letten dat ik hen niet bij elkaar zet.

Bronnen: volgens de APA-normen

 /

13
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Bijlagen: bordschema, ingevulde werkbladen, teksten …

 Bundel met opdrachten

Materiaal / locatiewijziging:

 Bundel met opdrachten

Lesopbouw

1. Klassikale uitleg begeleid spel.


oriënteren verwerven verwerken afronden

Organisatie

Nadat we naar de bib zijn gewandeld, geef ik de klassikale uitleg aan de leerlingen wat de bedoeling
is.

Opdracht – richtvragen

‘Jullie gaan straks opgedeeld worden in groepjes. Elk groepje gaat met een begeleider mee. Dus een
groepje zal met juf Maya en juf Bo, een groepje gaat mee met juf Marieke, een groepje gaat mee met
de meneer van de bib en een groepje gaat met mij mee. Na 7 minuten gaan jullie doorschuiven naar
een andere begeleider.’

‘De bedoeling is dat jullie in jullie bundel opdrachten maken. De juffen of de meneer van de bib zal
jullie uitleggen welke opdracht je bij hen moet maken.’

14
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

2. Groepjes: opdrachten in bundel maken.


oriënteren verwerven verwerken afronden

1. De leerlingen kunnen zelf aangeven of boeken te moeilijk zijn voor hen of niet.
2. De leerlingen kunnen verwoorden waar de verschillende pictogrammen op de boeken
voor staan.
3. De leerlingen kunnen boeken ordenen op basis van de taal.
4. De leerlingen kunnen verwoorden wat je allemaal kan doen in de bib.
Organisatie

De leerlingen maken de opdrachten in hun bundel. Per opdracht krijgen ze ongeveer 7 minuten.

Opdrachten:

o 5-vingertest: de leerlingen krijgen 5 boeken en moeten aan de hand van de test bepalen
of het boek geschikt is voor hen of niet.
o Pictogrammen: in de bundel krijgen de leerlingen 5 pictogrammen. Ze gaan zelf op stap
om te onderzoeken waarvoor de pictogrammen staan.
o Taalinitiatie: de leerlingen moeten boeken in verschillende talen ordenen op basis van
de taal. Daarna zoeken ze 3 woorden in een andere taal die ze proberen omzetten naar
het Nederlands.
o Wat kan je allemaal doen in de bib: in hun bundel duiden ze aan wat ze allemaal kunnen
doen in de bib en wat niet. Hiervoor krijgen ze eerst uitleg van de meneer van de bib.

Opdracht – richtvragen

‘Mattias, Lucien, Ninel, Nanou en Amrik jullie gaan mee met juf Maya en juf Bo.’

‘Arthur, Bavo, Emilia, Estee en Remi jullie gaan mee met de meneer van de bib.’

‘Violet, Lander, Leon, Roxanne en Julien jullie gaan mee met juf Marieke.’

‘Quinn, Mathieu, Esmee, Helena en Lotte jullie gaan met mij mee.’

‘Na 7 minuten schuiven jullie door.’

3. Samen terug naar school.


oriënteren verwerven verwerken afronden

5. De leerlingen kunnen zich veilig verplaatsen in het verkeer.

Organisatie

We gaan terug naar school. De leerlingen doen opnieuw hun fluovest aan en we maken afspraken

voor op de openbare weg.

Opdracht – richtvragen

‘Doe maar allemaal jullie fluovestje aan.’

15
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

‘We gaan terug naar school. Jullie lopen per twee op het voetpad. Je kijkt heel goed uit dat je niet op
de baan loopt en past op voor auto’s. Als er andere voetgangers komen, ga je even achter elkaar
lopen. Daarna kunnen jullie terug per twee lopen. Als we oversteken kijk je naar links en naar rechts
of er geen auto’s komen.’

16
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Bijlage

Les 3

Naam student: Winne Van Cauwenberge Leergroep OLO3 A1

Naam mentor: Marieke Bombeke Klas 1LA Aantal lln.: 20

School: Vrije Basisschool Sint Vincentius

17
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

…DAG 24/11/202 Handtekening mentor + datum:


1
25/11/202
1

Van 11u20 11u45


tot
10u30 11u20

Leergebied(onderdeel): Muzische vorming (beeld), Nederlands (spreken)

Lesonderwerp: Mijn favoriete kinderboek: affiche + vertellen over boek.

Leerplandoelen: Leerplan: ZILL – OVSG – GO! – andere

 MUva3 De technische en expressieve vaardigheden die nodig zijn om zich muzisch uit te
drukken in beeld, muziek, dans en drama verfijnen.
o 5-10j Oefenen in het fantasietekenen met verschillende materialen.
 TOmn2 Een mondelinge boodschap overbrengen.
o 4-7j Kennismaken met spreekstrategieën op initiatief van en met hulp van de leraar:
 Materiaal verzamelen dat je nodig hebt om de boodschap over te brengen.
 De inhoud van de boodschap vooraf bedenken.
o 7-9j Boodschappen overbrengen met
 Gepaste woordkeuze en correcte zinsbouw.
o 7-9j Steeds complexere boodschappen voor een gevarieerd luisterpubliek
(leeftijdsgenoten) overbrengen:
 Onderwerpen uit de eigen leefwereld.
 TOsn1 Een schriftelijke boodschap verwerken.
o 2.5-12j Boekenkeuze en leesbeleving bespreken en/of creatief uiten.

Leerinhoud:

 Kenmerken fantasietekenen:
o Ik kan zowel dingen tekenen die bestaan, als dingen die niet bestaan.
o Ik moet heel goed weten waarover mijn verhaal gaat.
o Ik moet nadenken over wat de belangrijkste dingen zijn in het verhaal.
o Vanuit mijn eigen fantasie maak ik een tekening over de belangrijkste aspecten uit het
verhaal.
 Wat vertel ik over mijn boek?
o Je legt uit wat er op jouw affiche staat.
o Je legt kort uit waarover het boek gaat.
o Je vertelt waarom dit jouw favoriete boek is.

Lesdoelen:

18
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

De leerlingen kunnen...

1. De kenmerken van fantasietekenen verwoorden. (Muva3)


2. Een affiche ontwerpen door middel van fantasietekenen. (MUva3)
3. Met kleurpotloden fantasietekenen. (Muva3)
4. Met behulp van een affiche een boodschap overbrengen. (TOmn2)
6. De kern van een zelfgekozen boek vertellen aan leeftijdsgenoten. (TOmn2)
7. Hun boekenkeuze bespreken. (TOsn1)

Beginsituatie specifiek voor deze les:

Situering in het leerproces: aanbrengen inoefenen

Waarop bouwt deze les verder?

 De leerlingen hebben al vaak vrij gekleurd/getekend. Wat ze tekenen is meestal vanuit fantasie
maar hier is nog nooit echt bij stil gestaan. Dit is meestal wanneer ze in de klas binnen komen ’s
morgens. Dan mogen ze nog even tekenen. Hier is dus nog nooit bewust bij stil gestaan.
 Een affiche hebben ze nog nooit gemaakt.
 De leerlingen hebben nog nooit iets moeten voorstellen voor heel de klas.
Leerling specifieke gegevens + acties:

 Amrik steekt vaak haar vinger in de lucht maar durft dan niet te antwoorden. Ik denk dus dat zij
het misschien ook moeilijk zal hebben om haar boek voor te stellen aan de klas.  Ik zal haar
gerust stellen en vragen proberen stellen zodat ze wat los komt.
 Lucien is niet erg creatief. Wanneer het hem ‘niet lukt’, stopt hij gewoon en weigert hij om
verder te doen. Ik zal dus hem proberen helpen en hem aanmoedigen.

Bronnen: volgens de APA-normen

 /

19
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Bijlagen: bordschema, ingevulde werkbladen, teksten …

 Eigen affiche

Materiaal / locatiewijziging:

 Het favoriete kinderboek van de leerlingen


 Potloden

Lesopbouw

1. Kringgesprek: favoriete kinderboek


oriënteren verwerven verwerken afronden

Organisatie

Ik ga met de kinderen in gesprek over hun favoriete kinderboek.

Opdracht – richtvragen

‘Jullie hebben vandaag allemaal jullie favoriete kinderboek meegenomen.’

‘Ga maar allemaal flink achter jullie stoel staan met jullie boek. We gaan even naar boven. Het rijtje van Remi mag naar boven, het rijtje van …’

‘Oké, ik zou graag eens kort van jullie allemaal willen horen wanneer er altijd wordt voorgelezen bij jullie thuis, bv. nadat je je tanden hebt gepoetst of voor
het slapen gaan.’

20
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

‘Oké, Ninel we beginnen bij jou.’

‘Oké, we gaan terug naar beneden en we gaan op een rustige manier gaan zitten.’

2. Onderwijsleergesprek: een affiche.


oriënteren verwerven verwerken afronden

1. De leerlingen kunnen de kenmerken van fantasietekenen verwoorden.


Organisatie

Ik ga met de leerlingen in gesprek over hoe een affiche eruitziet en waarvoor het dient.

Opdracht – richtvragen

‘Jullie gaan straks over jullie favoriete kinderboek dat jullie meegenomen hebben een affiche maken.’
‘Wie kan mij eens vertellen wat dat is, een affiche? Wie weet dat?’  

‘In de klas hangen allemaal voorbeelden van affiches.’ 


‘Wie kan mij nu al eens meer vertellen wat een affiche is?’  
‘Ja, heel goed. Een affiche is eigenlijk een grote tekening over een film, over een boek, over een evenement zoals bijvoorbeeld een toneelvoorstelling of een
dansvoorstelling.’  
‘En waarvoor zou zo’n affiche gemaakt worden?’  
‘Ja, inderdaad. Een affiche wordt eigenlijk gebruikt om reclame te maken. Dus als er bijvoorbeeld een affiche wordt gemaakt van een boek, dan is de
bedoeling om dat boek te verkopen. Of als er een affiche wordt gemaakt van een toneelvoorstelling, dan is dat om ervoor te zorgen dat mensen naar de
toneelvoorstelling zullen komen kijken.’ 
‘Ik heb zelf ook een affiche gemaakt door fantasietekenen te doen. Ik heb een gemaakt over het boek waaruit ik gisteren heb voorgelezen. Als jullie deze
affiche nu zien, wie zou mij eens kunnen vertellen wat fantasietekenen is?’

‘Ja, je gaat eigenlijk gaan tekenen vanuit jouw fantasie. Dus je kan dingen tekenen die niet bestaan, maar het kunnen ook dingen zijn die wel bestaan. Zoals
bij mijn affiche bijvoorbeeld. Biggetjes met kleren aan bestaan natuurlijk niet, maar huizen bestaan wel.’

‘Het is ook heel belangrijk dat je heel goed weet waarover jouw verhaal gaat. Je zal ook moeten nadenken over wat de belangrijkste dingen zijn die in jouw
verhaal gebeuren. En dan maak je vanuit jouw eigen fantasie, dus alles wat jij denkt bij het verhaal, een tekening.

21
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

‘Ik heb ook de belangrijkste dingen getekend uit mijn verhaal.’

3. Individueel: affiche maken van hun favoriete kinderboek.


oriënteren verwerven verwerken afronden

2. De leerlingen kunnen een affiche ontwerpen door middel van fantasietekenen.

3. De leerlingen kunnen met kleutpotloden fantasietekenen.

Organisatie

De leerlingen gaan aan de slag om hun affiche te maken. Ze krijgen van mij allemaal een A4 blad.

De leerlingen hebben zelf potloden die ze kunnen gebruiken.

Opdracht – richtvragen

‘Jullie gaan nu zelf een affiche maken van jullie favoriete kinderboek dat jullie hebben meegenomen.

Jullie mogen jullie kleurpotloden gebruiken. Je mag alles tekenen wat je wil, want het is vanuit jouw

fantasie. Maar het moet wel te maken hebben met jouw boek. Denk aan wat we daarnet besproken

hebben. Je tekent de belangrijkste dingen uit jouw verhaal zoals ik heb gedaan bij mijn affiche.’

 Ik loop rond en kijk of ze echt aan het fantasietekenen zijn.

4. Klassikaal: vertellen over het favoriete kinderboek aan de hand van de affiche.
oriënteren verwerven verwerken afronden

22
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

4. De leerlingen kunnen met behulp van een affiche een boodschap overbrengen.
5. De leerlingen kunnen de kern van een zelfgekozen boek vertellen aan leeftijdsgenoten.
6. De leerlingen kunnen hun boekenkeuze bespreken.
Organisatie

Ik vertel aan de leerlingen dat ze straks zullen vertellen over hun boek. Ik bespreek wat ze zeker allemaal moeten vertellen.

Opdracht – richtvragen

‘Jullie gaan straks vertellen over jullie boek aan de hand van jouw affiche die je gemaakt hebt.’

‘Je vertelt eerst kort waarover het verhaal gaat. Dan vertel je wat je op jouw affiche hebt getekend en wat dus de belangrijkste dingen zijn die in jouw
verhaal zijn gebeurd. En dan vertel je nog waarom dit jouw favoriete boek is.’

 Ik laat dan iedere leerling vooraan staan. Ik help hen door vragen te stellen zodat ze zeker alles vertellen wat ze moeten vertellen.

5. Klassikaal: favoriete kinderboek promoten aan de hand van de zelfgemaakte affiche.

oriënteren verwerven verwerken afronden

1. De leerlingen kunnen de kenmerken van fantasietekenen verwoorden.


Organisatie

Ik bespreek met de leerlingen of alle affiches getekend zijn volgens het fantasietekenen.

Opdracht – richtvragen

‘Wat vonden jullie van elkaars affiche?’

‘Wie kan nog eens zeggen wat zo belangrijk was bij fantasietekenen?’ (Ik kan zowel dingen tekenen die bestaan, als dingen die niet bestaan. Ik moet heel
goed weten waarover mijn verhaal gaat. Ik moet nadenken over wat de belangrijkste dingen zijn in het verhaal. Vanuit mijn eigen fantasie maak ik een
tekening over de belangrijkste aspecten uit het verhaal.)

‘Waren alle affiches getekend volgens het fantasietekenen?’

23
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Bijlage

24
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

25
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

26

You might also like