Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 4

H11WB1 Temperatuurstraling van een zwarte straler

In de natuurkunde bedoelen we met een zwarte straler een object dat alleen maar
(elektromagnetische) straling uitzendt ten gevolge van zijn eigen temperatuur en GEEN
opvallende straling weerkaatst. Hij absorbeert dus alle straling die eventueel op het object
valt. Omdat zwarte voorwerpen veel straling absorberen worden deze voorwerpen dus
zwarte (vanwege het absorberen van alle opvallende straling) stralers (vanwege de straling
die uitgezonden wordt afhankelijk van de temperatuur) genoemd.
Ideaal wordt dus alle opvallende straling geabsorbeerd. Nu zijn er buiten laboratoria geen
ideale zwarte stralers. Maar er zijn wel een aantal voorwerpen die maar een heel klein
beetje straling weerkaatsen en in de praktijk dus als zwarte stralers beschouwd kunnen
worden.
1) Leg van onderstaande voorwerpen uit waarom ze beschouwd mogen worden als
zwarte stralers. Tip: leg uit waarom ze maar een heel klein beetje straling
weerkaatsen.
a) Sterren
b) Gloeidraad van een gloeilamp
2) De maan is (deels) te beschouwen als een zwarte straler. Leg uit of we de voorkant of
de achterkant van de maan als zwarte straler kunnen beschouwen.
3) Ga naar https://phet.colorado.edu/sims/html/blackbody-spectrum/latest/blackbody-
spectrum_nl.html en beantwoord met behulp van deze applet onderstaande vragen:
a) Stel de thermometer rechts in op de stand `gloeilamp’. De grafiek wordt
daardoor erg klein, dat kun je aanpassen door op de `+’ en `-‘
vergrootglazen bij de assen te drukken.
i. Bij welke golflengte heeft de grafiek zijn maximum?
ii. Welke soort elektromagnetische straling (UV-straling, zichtbaar
licht of infraroodstraling) zendt de gloeidraad van een
gloeilamp het meeste uit? Daarvoor kun je `labels’ aanvinken.
iii. Leg uit waarom het glas van de gloeilamp zo heet wordt.
iv. Leg uit of gloeilampen een hoog of een laag rendement
hebben.
b) Wat gebeurt er met de vorm van de grafiek als je de temperatuur van laag
naar hoog verandert? Benoem twee veranderingen.
c) Wat gebeurt er met de golflengte waarbij de grafiek zijn maximum heeft
als je de temperatuur van laag naar hoog verandert?
d) De ster Rigel in het sterrenbeeld Orion is blauw van kleur, de ster
Betelgeuze in hetzelfde sterrenbeeld is rood van kleur.
i. Welke van deze twee sterren heeft een
oppervlaktetemperatuur van 11000 K? Leg je antwoord uit.
ii. De andere ster heeft een oppervlaktetemperatuur van 3650 K.
Welke golflengte wordt het meest uitgezonden door deze ster?
Je kunt hiervoor `waarden grafiek’ aanvinken.
e) Stel de thermometer rechts in op een temperatuur van 500 K. Vink ook
`intensiteit’ aan.
i. Met het aanvinken van intensiteit wordt het oppervlak onder
de grafiek bepaald in W/m2. Laat aan de hand van de eenheden
die bij de horizontale en verticale as staan zien of het oppervlak
onder grafiek in de goede eenheid bepaald is.
ii. Bepaal achtereenvolgens de oppervlaktes onder de grafiek bij
de temperaturen in onderstaande tabel.

Temperatuur (K) Oppervlakte onder grafiek (W/m2)


500
1000
2000
4000
8000

iii. Er is geen sprake van een rechtevenredig verband tussen de


temperatuur en de oppervlakte onder de grafiek. Leg dat aan
de hand van een voorbeeld met waardes uit de tabel uit.

Temperatuur (K) Temperatuur4 (K4) Oppervlakte onder de


grafiek (W/m2)
500
1000
2000
4000
8000

iv. Laat zien dat er wel een rechtevenredig verband is tussen de


temperatuur tot de vierde macht en de oppervlakte onder de
grafiek.
v. Bepaal de evenredigheidsconstante in W/(m2K4)
vi. Zoek de constante van Stefan Boltzmann (σ) op. Vergelijk deze
met de waarde die je bij v.) gevonden hebt.
De bijbehorende formule is dan: P / A = σ T4 . Deze formule wordt ook wel de wet van Stefan
Boltzmann genoemd en wordt meestal geschreven in de vorm: P = σ A T4.
4) Beantwoord met behulp van de wet van Stefan Boltzmann de volgende
meerkeuzevragen:
a) Een ster met een 2x zo hoge temperatuur straalt per seconde ……… maal
zoveel energie uit.
i. 2
ii. 4
iii. 16
b) Hoe groter een ster hoe ……… het uitgestraalde vermogen.
i. kleiner
ii. groter
iii. maakt niets uit
c) De zon heeft een oppervlaktetemperatuur van 5800 K en een straal van
6,96 * 108 m. Hoe groot is het uitgestraald vermogen?
i. 3,91 * 1026 W
ii. 2,07 * 1015 W
iii. 2,07 * 1014 W

Een ster zendt een bepaalde hoeveelheid stralingsenergie uit per seconde (het vermogen
Pster). De intensiteit aan stralingsenergie (in W/m2) die je op een bepaalde plek van die ster
ontvangt hangt af van de afstand tussen jou en de ster. Hoe groter die afstand is, hoe meer
de stralingsenergie zich verspreid heeft en hoe minder energie er dus nog door 1 m 2 komt,
zie de tekening hieronder.

5) Vul in en kies de juiste:


a) Als de afstand tot de ster S 2x zo groot wordt, wordt het oppervlak waar
het licht door gaat ……x zo groot / klein.
b) Als de afstand tot de ster S 2x zo groot wordt, wordt de lichtintensiteit ……
x zo groot / klein.
c) Als de afstand tot ster S 3x zo groot wordt, wordt het oppervlak waar het
licht door gaat ……x zo groot / klein.
d) Als de afstand tot ster S 3x zo groot wordt, wordt de lichtintensiteit ……x
zo groot / klein.
6) Waarom zijn de oppervlaktes in de tekening licht gekromd getekend? Leg je
antwoord uit.

Uitlegvideo’s:
- Zwarte straler, planckkromme en wet van Wien: https://www.youtube.com/watch?
v=Dk8JSf0g13c&list=PL9ngJuVeW8kcn9eLgH0hP2o3fcoUFuvbV&index=11
- Wet van Stefan Boltzmann: https://www.youtube.com/watch?
v=48AWYk8jD4k&list=PL9ngJuVeW8kcn9eLgH0hP2o3fcoUFuvbV&index=12
- Kwadratenwet: https://www.youtube.com/watch?
v=1PLwClVH_fM&list=PL9ngJuVeW8kcn9eLgH0hP2o3fcoUFuvbV&index=13

You might also like