Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 5

Hoofdstuk 2:

Hoofdvraag: Hoe kun je de leefbaarheid van Nederland verbeteren door de inrichting te


veranderen?

Deelvraag §1: Hoe kun je de inrichting van het stadscentrum verbeteren?

 Weten hoe de stadsdriehoek van Rotterdam ontstond


 Weten welke kenmerken de twee perioden van stedelijke vernieuwing in de
historische binnenstad hebben
 Weten wat de kenmerken zijn van de stedelijke vernieuwing in de oude
havengebieden
 Weten waarom vernieuwing van het station nodig was
 Weten waarom re-urbanisatie voor een hele stad heel belangrijk is.

Begrippen bij lesboek §1: binnenstad, centrale zakenwijk, commerciële dienstverlening,


herinrichting, quartaire sector, re-urbanisatie, schaalniveau, stadscentrum, stedelijke
vernieuwing, toerisme, voorziening.

Basisboeknummers bij §1: B8, B164, B166, B167, B168

Begrippen bij de basisboeknummers van §1: binnenstad, central business district (cbd),
centrale zakenwijk, cityvorming, compacte stad-beleid, oude woonwijk, re-urbanisatie,
ruimtegebruik, stadscentrum, stedelijke vernieuwing, woningdichtheid.

Deelvraag §2: Hoe kan stedelijke vernieuwing de leefbaarheid van achterstandswijken


verbeteren?

 Weten hoe de Afrikaanderwijk en andere woonwijken in Rotterdam-Zuid


ontstonden
 Weten waardoor de Afrikaanderwijk en andere woonwijken in Rotterdam-Zuid
achterstandswijken werden
 Weten hoe de stedelijke vernieuwing van de Afrikaanderwijk verloopt.

Begrippen bij lesboek §2: achterstandswijk, arbeidsmigrant, automatisering,


inrichting, leefbaarheid, niet-westerse allochtoon, oude woonwijk, renovatie,
selectieve migratie, stedelijke vernieuwing, voorziening, werkloos.

Basisboeknummers bij §2: B170, B171, B172, B 173, B174, B175 en figuur 5.40

Begrippen bij de basisboeknummers van §2: achterstandswijk, buurtprofiel, gentrificatie,


leefbaarheid, probleemwijk, renovatie, restauratie, sloop en nieuwbouw, stedelijke
vernieuwing.
Deelvraag §3: Met welke maatregelen is de bereikbaarheid van stedelijke gebieden te
verbeteren?

 Je moet de groei van mobiliteit sinds 1960 kunnen beschrijven en


verklaren
 Weten welke soorten maatregelen er zijn bedacht om files te
verminderen (benutten, bouwen, betalen, combinatie ov-auto, inrichting,
gedrag)

Begrippen bij lesboek §3: compacte stad-beleid, file, forens, infrastructuur, mobiliteit,
openbaar vervoer, Randstad, relatieve afstand, stedelijk gebied, suburbanisatie, woon-
werkverkeer.

Basisboeknummers bij §3: B 160, B196, B197, B198, B199, figuur 6.20

Begrippen bij de basisboeknummers van §3: agglomeratie, automobiliteit, centrale stad, file,
filedruk, filezwaarte, forens, inrichting, megalopolis, mobiliteit, modal split, openbaar
vervoer, spits, stadsgewest, stedelijk gebied, suburb, suburbanisatie, woon-werkverkeer.

Deelvraag §4: Hoe kun je bij een daling van het aantal inwoners de leefbaarheid
verbeteren?

 Weten waardoor de bevolking van Nederland langzaam groeit


 Weten waardoor de demografische druk wordt versterkt
 Weten waardoor in sommige gebieden demografische krimp voorkomt
Weten waardoor demografische krimp de leefbaarheid vermindert
 Weten hoe in een krimpgebied (bijvoorbeeld de Eemdelta) de
leefbaarheid toch wordt verbeterd.

Begrippen bij lesboek §4: aantrekkingsfactor, beroepsbevolking, demografische krimp,


landelijk gebied, leefbaarheid, ontgroening, Randstad, vergrijzing.

Basisboeknummers bij §4: B144 (met berekening!), B169, B203, B204.

Begrippen bij de basisboeknummers van §4: bestemmingsplan, demografische druk,


draagvlak, drempelwaarde, grijze druk, groene druk, ontgroening, reikwijdte, ruimtelijke
ordening, vergrijzing
Hoofdstuk 3:
Hoofdvraag: Wat is in Chili de invloed van de natuurlijke omgeving op het ingerichte landschap?

Deelvraag §1: Waarom wordt Chili regelmatig getroffen door zware aardbevingen?

 Beschrijven en verklaren waarom Chili vaak wordt getroffen door zware


aardbevingen
 Beschrijven en verklaren wat er gebeurt bij subductie van een oceanische
plaat
 Beschrijven en verklaren hoe het Andesgebergte is gevormd.
 Werkboek W2: subductie van een oceanische plaat onder een continentale
plaat
 Werkboek W5: hoogteprofiel langs de Steenbokskeerkring
 Werkboek W6: hoogtegordels in Zuid-Amerika

Begrippen bij lesboek §1: aardbeving, breuk, continentale plaat, convergentie, epicentrum,
magma, naschok, oceanische plaat, plooiingsgebergte, schaal van Richter, seismisch gat,
seismoloog, subductie, trog, tsunami.

Basisboeknummers bij §1: B41, B67, B68, B73, B77, B78, B80. Figuur 3.4

Begrippen bij de basisboeknummers van §1: aardbeving, boomgrens, breuk, continentale


plaat, convergentie, divergentie, epicentrum, hooggebergte, hoogtegordel, hypocentrum,
oeanische plaat, plooiingsgebergte, relief, subductie, trog.

Deelvraag §2: Waarom liggen er veel actieve vulkanen in Chili?

 Weten wat er gebeurt als de Nazcaplaat wegduikt onder de Zuid-


Amerikaanse plaat
 Weten wat de eigenschappen zijn van explosief vulkanisme en
stratovulkanen
 Weten waarom er soms midden op platen vulkanen liggen
 Werkboek W7: gesteentekringloop
 Werkboek W9: subductie van de Nazcaplaat

Begrippen bij lesboek §2: aardbeving, aardmantel, archipel, basalt, convectiestroom,


divergentie, effusieve uitbarsting, explosieve uitbarsting, graniet, hotspot, kraterpijp, lava,
magma, mantelpluim, plaat, pyroclastische stroom, schildvulkaan, stollingsgesteente,
stratovulkaan, subductie

Basisboeknummers bij §2: B66, B70, B72, B109

Begrippen bij de basisboeknummers van §2: aardkern, aardmantel, afzettingsgesteente,


caldeiravulkaan, convectiestroom, eruptie, gesteentekringloop, hotspot, magma,
mantelpluim, metamorf gesteente, pyroclastische stroom, schildvulkaan, stollingsgesteente,
stratovulkaan.
Deelvraag 3: Welke factoren bepalen de klimaten in Chili? (laatste paragraaf 3.4 VERVALT)

 Weten waarom Chili een unieke ligging heeft


 Weten welke factoren van invloed zijn op het klimaat van Chili
 Weten wat El Niño is en hoe het ontstaat
 Werkboek W11: loodrechte zonnestand gedurende een jaar
 Werkboek W12: stuwingsregens in het Andesgebergte
 Werkboek W13 klimaten van Zuid-Amerika
 Werkboek W14: klimaatgrafieken Chili
 Werkboek W15: El Niño en de normale situatie

Begrippen bij lesboek §3: aanlandige wind, El Niño, hogedrukgebied, hooggebergteklimaat,


klimaat, mediterraan klimaat, regenschaduw, stuwingsregen, subtropisch maximum,
waterdamp, zeeklimaat, zeestroom.

Basisboeknummers bij §3: B35, B37, B39, B45, B36, B49

Begrippen bij de basisboeknummers van §3: aardas, breedteligging, keerkring, lijzijde,


loefzijde, luchtstreek, regenschaduw, stuwingsregen, temperatuurfactor, zeestroom.

Tot slot nog wat Youtube-tips - ja met veel graaf geo- en andere linkjes:

Hoofdstuk 2:

https://www.youtube.com/watch?v=ctAKXdd_k9k

https://www.youtube.com/watch?v=eARgfLlioKA

https://www.youtube.com/watch?v=2EOOnubMEVI

https://parallel.co.uk/netherlands/#12.56/51.91427/4.44603/0/40

https://wijkprofiel.rotterdam.nl/nl/2016/rotterdam/feijenoord/afrikaanderwijk

https://www.youtube.com/watch?v=ddODkGTr5ZM

Hoofdstuk 3:

https://www.youtube.com/watch?v=BZYOzsSjRPo

https://www.youtube.com/watch?v=w_InUScUM88

https://www.youtube.com/watch?v=_iSbmWtsRDw

https://www.youtube.com/watch?v=FX4Qg9XUgSA

https://www.youtube.com/watch?v=YkL0aGHn3Ek

https://www.youtube.com/watch?v=Ccg8xk6bs0Q

https://www.youtube.com/watch?v=5lO0fOOGxWQ

You might also like