Les: Bewegingsexpressie

Ramskapelle: graadsklas 3 en 4
Vrijdag 4 september

Leerplan doelen:
Bewegingsopvoeding:
New games -> Lichaamsbeheersing -> Samenwerking

Bewegingsexpressie:
2. Kinderen kunnen zichzelf met een zekere dynamiek in bewegingen aanvoelen en
organiseren.
2.1. spelen met evenwicht in houdingen en bewegingen.
2.2. de lichaamsruimte aanvoelen en gebruiken.
2.3. bewegingsenergie weten te doseren
Lesdoelen:
lln kunnen:
- zich aan de afspraken houden
- samenwerken
Lesverloop:

afspraken:
- als de leerkracht praat, ben je stil, als ik drie keer moet zeggen tegen jou dat je
stil moet zijn, ga je eventjes aan de kant zitten.
- je bent voorzichtig met de parachute

opwarming:
De kdn lopen rond op de speelplaats.
Als lkr 1x klapt = stilstaan
2x klapt = hurkzit
3x klapt = buiklig
4x klapt = ruglig
Het tempo wordt telkens versneld.

verschillende oefenvormen met de parachute:

1. Kdn nemen een lus vast van de parachute, we lopen rond in wijzerzin. Als lkr zegt
“changer”, veranderen we van richting. Loop niet te snel en let goed op.

2. Nu gaan we golfbewegingen maken.

3. Om de namen goed te leren kennen spelen we een spelletje:

1 kind krijgt een bal en legt die op de parachute. Dit kind mag een naam zeggen van
een ander kind, door de golfbewegingen moet de bal bij het kind, waarvan de naam
genoemd werd, geraken.

4. Op de golven legt de juf een bal, het is de bedoeling dat de bal op de parachute blijft.

5. Nu moeten er zoveel mogelijk punten gescoord worden door de bal door de opening
te laten vallen.

6. Hetzelfde als bij 4, maar nu met 2 ballen. De ene bal is de bal van de kinderen van de
 linkerkant van de parachute, de andere bal, de bal van de rechterkant van de kinderen
van de parachute. De kdn maken golfbewegingen, welke ploeg krijgt de bal het vlugst
door de opening? Elke ploeg heeft 1 ballenvanger die rond de parachute loopt om de
bal op te vangen en terug op de parachute te leggen. De lkr is de lijnrechter en telt de
punten.

7. Nu brengen we op hetzelfde moment de parachute van de grond naar omhoog en

langzaam terug naar beneden.

8. Wanneer de parachute op zijn hoogste punt is, wordt de parachute losgelaten en

1x klappen in je handen
2x klappen in je handen
1x rond jezelf draaien
2x rond jezelf draaien
ondertussen houden de 2 juffen de parachute vast.

9. De kdn hurken neer, staan tegelijkertijd recht en strekken hun armen zodat de
parachute gevuld wordt met lucht. Als de parachute op z’n hoogste punt is, rennen de
kdn naar het midden en gaan daar zitten, de parachute daalt langzaam over hen neer.

10. Tent maken: alle leerlingen brengen de parachute omhoog. Wanneer de parachute op
zijn hoogste punt is, doen alle leerlingen een stap voorwaarts. De leerlingen houden
de parachute stevig vast en brengen hem achter zich op de grond en gaar erop zitten.
De parachute wordt pas losgelaten wanneer de leerlingen erop zitten.
In de tent mag 1 leerling een (deftige) mop vertellen.

11. Citroen, citroen: de kdn krijgen de naam van een fruitsoort ingefluisterd door de lkr.
Alle lln brengen de parachute omhoog. De lkr roept een fruitsoort. Alle leerlingen
met die fruitsoort gaan onder de parachute met elkaar van plaats verwisselen.

12. Hetzelfde als 7, maar nu springen de kinderen met 2 voeten samen.

13. Zijn er kdn die nog spelletjes kennen om met de parachute te spelen?

Slot om wat rustig te worden:

moordenaar, detective, burger

Kinderen zitten in kleermakers zit, met hun hoofd op hun billen.

Lkr loopt rond en geeft de kinderen tikjes.
1 tikje = burger
2 tikjes = detective
3 tikjes = moordenaar

De kdn lopen rond. De moordenaar knipoogt naar de kinderen die hij/zij tegenkomt. Als een
burger een knipoogje gekregen heeft, telt hij/zij in het hoofd tot 10 en gaat vervolgens op de
grond liggen. Als de detective een knipoogje krijgt, gaat hij/zij aan de leerkracht zeggen wie
er geknipoogd heeft.