Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 3

LES: VIA

LES 2

Een verpleegkundig theorie of model geeft een visie op verpleging. Het zet je aan om in een
bepaalde richting te denken. Er zit niet veel verschil in. Bij model wordt er meer gebruik
gemaakt van tekeningen. Bij theorie wordt er meer geschreven.

Een classificatiesysteem is een gestandaardiseerde terminologie die wordt gebruikt om het


verpleegkundige proces vast te leggen. Met een classificatie leg je gegevens vast en orden je
ze in bepaalde categorieën.

Classificatiesystemen: systematische ordening van processen, verschijnselen of objecten in


logische en vaste categorieën op grond van hun relatie.

Te gebruiken bij:
Gordon en ICF  anamnese
NANDA en ICF en OMAHA  diagnose
Carpenito, NIC EN NOC diagnoses
NOC en OMAHA  resultaten
NIC en OMAHA  interventies

NANDA
LABEL (PROBLEEM)
DEFINITIE (WAT BETEKEND HET PROBLEEM, HOE ONTSTAAT DIT PROBLEEM)
SAMENHANGENDE FACTOREN (OORZAKEN)
BEPALENDE KENMERKEN (SYMPTOMEN)

LES 4

Opbouw verpleegplan
Titelblad
Inleiding (korte beschrijving casuïstiek)
Levensverhaal
Anamnese
Verpleegkundige diagnoses
Verpleegkundige resultaten
Verpleegkundige interventies
Evaluatie
Literatuurlijst
(peer)feedback

Verpleegkundige diagnoses
Een verpleegkundige diagnose = een klinische uitspraak
De diagnose is afhankelijk van de kwaliteit van de anamnese

Beschrijft actuele of potentiele gezondheidsproblemen, ten aanzien waarvan de


verpleegkundige op grond van haar/zijn opleiding hulp en bijstand kan en mag verlenen.
Label  probleem (P is jip en janneke uitleg over het ziektebeeld)  etiologie  signs &
symptomen

P:
Een korte, heldere beschrijving van: iemands feitelijke, dreigende of potentiele gevolgen van
lichamelijke en/of geestelijke ziekte processen, handicaps, ontwikkelingsstoornissen en hun
behandeling voor de fundamentele levensverrichtingen van het individue.

E:
Een opsomming van factoren die:
- Oorzakelijke- of samenhangende factoren zijn
- Bijdragen aan het ontstaan of In stand houden van feitelijke, dreigende of potentiele
gevolgen van lichamelijke en/of geestelijke ziekteprocessen, handicaps,
ontwikkelingsstoornissen en hun behandeling

S:
Deze bepalende kenmerken zijn aanwijzingen die
- Als samenhangend geheel het klinische beeld vormen
- Een beschrijving zijn van kenmerken als een complex van bijbehorende klachten en
verschijnselen en gedragingen
Signs: zijn objectieve, voor de verpleegkundige waarneembare bevindingen, verschijnselen
dus
Symptoms: zijn subjectieve, voor de patiënt waarneembare bevindingen, klachten dus

Naast de structuur van de formulering worden er eisen gesteld aan de inhoud van de
diagnose: de omschrijving moet vallen binnen het verpleegkundige domein
Parkinson is geen diagnose  freezing (klachten van Parkinson) wel

Je gebruikt een bronvermelding bij citaten (letterlijk kopiëren en plakken) en parafraseren


(eigen woorden vertellen van wat iemand bedoeld).
Je geeft een bronvermelding in de tekst en literatuurlijst weer

De NOC is een classificatie van zorgresultaten. Verpleegkundige zorgresultaten beschrijven


de toestand, gedragingen, opvattingen of belevingen van een patiënt die het gevolg van
verpleegkundige interventies.

OP 4
Een verpleegkundig zorgresultaat is opgebouwd uit de volgende componenten: een
resultaatlabel, een definitie, resultaatindicatoren en een beoordelingsschaal.

RUMBA
R= relevance
U= Understandable
M= Measurable
B= Behavior
A= Attainable
Verpleegkundige zorgresultaten beschrijven de toestand, gedragingen, opvatringen of
belevingen van een patient, die het gevolg zijn van verpleegkundige interventies.

Verpleegkundige interventies
3 soorten:
- Onafhankelijke interventies
- Afhankelijke interventies
- Onderling afhankelijke interventies = in samenwerking met andere disciplines

Afhankelijk van de aard van de vp diagnose zal je een vp interventies kiezen die gericht is op
observatie, preventie, behandeling of gezondheidsbevordering.

De PICO-methode is een hulpmiddel om een probleem of kwestie om te zetten in een


onderzoekbare vraagstelling voor onderzoek
Voor als je een best practice interventie wilt vinden in de literatuur  bijvoorbeeld wanneer
je 2 interventies met elkaar wilt vergelijken.

P = PATIENT
I = INTERVENTIE
C = COMPARISON (WAARMEE WORDT INTERVENTIE VERGELEKEN)
O = OUTCOME (WAT GA JE MET DE INTERVENTIE BEREIKEN DAT ER IETS VERBETERD
WORDT)

Hoe kun je methodisch aan de slag gaan als je je handelen wilt baseren op EBP
1. Een klinische onzekerheid vertalen naar een beantwoorden vraag  pico
2. Zoeken naar de beste evidence
3. Het kritisch beoordelen van de evidence
4. Beslissen wat het beste gedaan kan worden op basis van de evidence en de behoefte
van de individuele patiënt
5. Regelmatig evalueren van de kwaliteit van dit proces

You might also like