BIOFYSICA – PRAKTISCHE OPDRACHT

HAVO 4

Naam: Dima Alsafadi – Kawsar Rahimi – Samira Asmati – Sintia Tachaji

Klas: H4D – H4A
Datum: 20-05-2022
Docent: M. Stout-Jansen
Vak: Natuurkunde

INHOUDSOPGAVE

1
Inleiding…………………………………………………………………...……………….blz3

Theorie………………………………………………………………..……………………blz4

Methode……………………………………………………………………………………blz5

Resultaten…………………………………………………………………………………blz6

Conclusie…………………………………………………………………………………blz13

Discussie…………………………………………………………………………………blz13

Bronvermelding………………………………………………………………………….blz14

INLEIDING

2
De aanleiding van dit onderzoek is het verschil uitzoeken tussen lopen en rennen.
Ook de gangen bij mensen zijn belangrijk, lopen, rennen of huppelen bijvoorbeeld.
Om bewegingen van dieren of mensen te vergelijken gebruiken we het getal van
Froude. Het heeft dus een bepaalde snelheid als een mens of dier van lopen
overgaat op rennen. Dit getal hangt ook af van de lengte van de been of poot. Bij
lopen en rennen maak je totaal verschillende bewegingen en dat proberen we in dit
verslag te onderzoeken. Mensen bewegen anders als ze rennen dan als ze lopen. In
dit experiment onderzoeken we het verschil tussen twee bewegingsmodaliteiten met
behulp van videobeelden. Je wilt aandacht besteden aan grondcontact, paslengte en
verticale beweging van je lichaam. De onderzoeksvraag die we gaan proberen te
beantwoorden is bij welke snelheid een persoon of dier over van lopen naar rennen
gaat. Als hypothese verwachten wij dat de snelheid steeds meer zal toenemen.

THEORIE

3
Mensen en dieren hebben verschillende beenlengtes. Dit betekent dat mensen met
korte benen op een lagere snelheid zullen rennen. Biofysici, die zich bezighouden
met de manier waarop mensen en dieren bewegen, willen verschillende beenlengtes
vergelijken. Ze kunnen dit doen met Froude-nummers. Het Froude-getal staat voor
de verhouding tussen snelheid en beenlengte. Het Froude-getal kan worden
berekend met behulp van de onderstaande formule.

𝒗𝟐
𝑭𝒓 =
𝒈∙𝒍

Hierin is:

Fr = het getal van Froude

v = de snelheid in m/s
l = Lengte van een been in meter
g = de valversnelling in m/s²

Belangrijke eigenschappen van de loopcyclus zijn:

 De stapfrequentie: het aantal stappen per tijdseenheid.

 De staplengte: de afstand die tijdens elke stap wordt afgelegd.
 De stapbreedte: afstand tussen waar de linker- en rechtervoet worden gezet in
de bewegingsrichting.

Als het zwaartepunt het hogere punt is gepasseerd, gebeurt het omgekeerde. Er is
geen energie nodig als de benen heen en weer vrij kunnen bewegen. Hoe langer de
staplengte, hoe sneller en het zwaartepunt aan het einde van een stap steil naar
beneden beweegt. De benodigde energie neemt toe. Wanneer je in kleine stappen
loopt, is de verandering in het zwaartepunt minimaal. Mensen doorlopen de
frequentie van kleine stapjes niet. Om een optimale staplengte en -frequentie te
krijgen, moet je lichaam een beslissing nemen, grote stappen omdat dan te veel
energie nodig is om het zwaartepunt te veranderen en te veel kleine stappen dan
duurt het veel energie om op te voeren van de frequentie van benen.

METHODE

4
 1. Meet de lengte van het been van de persoon in
meters, dus vanaf het draagvlak tot het scharniergewricht waar het bovenbeen
eindigt.
2. Plaats het meetlint 6 meter op de grond in een rechte lijn
en maak een markering op elke meter 0 tot 10 meter met pen.
3. Laat de proefpersoon steeds sneller lopen totdat hij een ren van ongeveer 5
meter bereikt.
4. Zet de camera op een vaste punt
5. Film dit en zie hoeveel meter de persoon gelopen heeft tijdens
de tweede keer dat lopen overgaat in rennen. Dit is de snelheid in meters per
seconde waarmee de persoon de overgang maakt.
6. Controleer of je genoeg bruikbare opnames hebt

Benodigdheden:
- Laptop
- Camera
- Timer
- 4 personen (waarin eentje normaal loopt, een hardloopt en de ander rent)
- Rekenmachine voor eventueel een berekening
- Voorwerp

RESULTATEN

5
We hebben de volgende resultaten afgeleid en vervolgens in grafieken (met behulp
van coach 7) en tabellen verwerkt. Hieronder ziet u de geanalyseerde videometingen
van ons tijdens het lopen, hardlopen en rennen.

Het getal van Froude bij:

Lopen: tot 0,5
Rennen: 0,5 tot 2,5
Onregelmatig: vanaf 2,5

LOPEN
Videometing 1
v2= snelheid in m/s = 1,25 m/s
g= valversnelling in m/s2 = 9,81 m/s2
l= lengte been in m = 55 cm = 0,55 m
Fr = 1,25 : (9,81 x 0,55) = 0,23

Videometing 4
v2= snelheid in m/s = 1,05 m/s
g= valversnelling in m/s2 = 9,81 m/s2
l= lengte been in m = 50 cm = 0,50 m
Fr = 1,05 : (9,81 x 0,50) = 0,21

6
Videometing 7
v2= snelheid in m/s = 0,7 m/s
g= valversnelling in m/s2 = 9,81 m/s2
l= lengte been in m = 65 cm = 0,65 m
Fr = 0,7 : (9,81 x 0,65) = 0,11

Videometing 10
v2= snelheid in m/s = 0,54 m/s
g= valversnelling in m/s2 = 9,81 m/s2
l= lengte been in m = 63 cm = 0,63 m
Fr = 0,54 : (9,81 x 0,63) = 0,1

7
HARDLOPEN
Videometing 2
v2= snelheid in m/s = 1,43 m/s
g= valversnelling in m/s2 = 9,81 m/s2
l= lengte been in m = 55 cm = 0,55 m
Fr = 1,43 : (9,81 x 0,55) = 0,27

Videometing 5
v2= snelheid in m/s = 1,17 m/s
g= valversnelling in m/s2 = 9,81 m/s2
l= lengte been in m = 50 cm = 0,50 m
Fr = 1,17 : (9,81 x 0,50) = 0,24

8
Videometing 8
v2= snelheid in m/s = 1,21 m/s
g= valversnelling in m/s2 = 9,81 m/s2
l= lengte been in m = 65 cm = 0,65 m
Fr = 1,21 : (9,81 x 0,65) = 0,19

Videometing 11
v2= snelheid in m/s = 1,15 m/s
g= valversnelling in m/s2 = 9,81 m/s2
l= lengte been in m = 63 cm = 0,63 m
Fr = 1,15 : (9,81 x 0,63) = 0,186

9
RENNEN
Videometing 3
v2= snelheid in m/s = 2,50 m/s
g= valversnelling in m/s2 = 9,81 m/s2
l= lengte been in m = 55 cm = 0,55 m
Fr = 2,50 : (9,81 x 0,55) = 0,46

Videometing 6
v2= snelheid in m/s = 2,20 m/s
g= valversnelling in m/s2 = 9,81 m/s2
l= lengte been in m = 50 cm = 0,50 m
Fr = 2,20 : (9,81 x 0,50) = 0,45

10
Videometing 9
v2= snelheid in m/s = 4,95 m/s
g= valversnelling in m/s2 = 9,81 m/s2
l= lengte been in m = 65 cm = 0,65 m
Fr = 4,95 : (9,81 x 0,65) = 0,78

11
Videometing 12
v2= snelheid in m/s = 3,43 m/s
g= valversnelling in m/s2 = 9,81 m/s2
l= lengte been in m = 63 cm = 0,63 m
Fr = 3,43 : (9,81 x 0,63) = 0,55

12
CONCLUSIE
Bij lopen en hardlopen hebben we gemerkt dat de snelheid van alle metingen goed
gemeten zijn volgens de gemiddelde die we genoemd hebben op bladzijde 6.
Hetzelfde geldt ook bij rennen. Onze hypothese is hierbij ook kloppend aan het
onderzoek die we hebben gedaan, namelijk dat de snelheid meter per seconde
toeneemt bij rennen. Tijdens het hardlopen maken je voeten minder contact met de
grond dan tijdens het lopen. Uw paslengte wordt langer, waardoor uw pasfrequentie
afneemt. Als je rent, loop je een snellere afstand dan wanneer je loopt. Tijdens het
lopen is uw paslengte korter, waardoor uw cadans toeneemt. Je lichaam beweegt
meer verticaal naar voren als je rent dan wanneer je loopt, waar je lichaam meestal
recht is. Het ligt ook natuurlijk aan de lengte van de personen die we hebben
gemeten, de beenlengten van twee personen waren onder de 60 cm terwijl het bij de
andere twee van ons groepje boven de 60 cm was. Daardoor zie je ook verschil bij
de uitkomst en kan het af en toe afwijken. Kortere mensen kunnen zo te zien aan
videometing 1 en 4 sneller lopen dan videometingen 7 en 10. De snelheid waarbij we
zelf volgens onderzoek van lopen naar rennen zijn gegaan is op een snelheid van
boven 1,50 meter per seconde. Ook hebben we gemerkt dat bij het rennen je meer
naar voren leunt zodat je meer vaart maakt.

DISCUSSIE
Aan het begin van het onderzoek vroegen we ons af waarom je zoiets zou willen
meten, maar voor iedere van ons was er toch wat te leren met de lessen mee. Een
voorbeeld dat we zagen was bij de film Lucy 2004 waarbij ze de snelheid gingen
meten met een groep onderzoekers en die vonden we ontzettend interessant om te
doen en konden we totaal niet wachten om met het meten te beginnen. Wat er heel
goed ging was het meten en het opzoeken van informatie om met vol kennis te
starten. Hierbij hebben we de onderstaande vermelde links gebruikt om deze
onderzoek op een goede wijze af te ronden. Wat er af en toe niet zo goed ging was
het filmen van de video’s, maar dat had als het goed is iedereen. Hierbij moesten we
meer dan 20 filmpjes opnemen om het meest kloppende filmpje te kiezen voor dit
praktische opdracht. Voor de rest ging gelukkig alles prima en konden we de
sommen goed oplossen met behulp van de bijhorende formule. We vragen ons ook
af het verschil tussen de gemiddelde snelheid van dieren en mensen tijdens het
rennen, maakt het nou echt uit of het een dier of mens is en hoe komt dat??

13
BRONVERMELDING
§5.2 Loop Beweging - Physics | Biofysica | Raayland V5 2014-2015 (weebly.com)

Loopbeweging | Biofysica natuurkunde (jouwweb.nl)

Getal van Froude - Wikipedia

Hardloop snelheid: wat is snel, en wat is langzaam? - Ren mama, ren! (renmamaren.com)

14