Oefeningen 9.1 en 9.3

You might also like

Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 2

Oefeningen 9.1 en 9.

3
1. Albinisme is te wijten aan een recessieve factor.
a. Een man is heterozygoot voor albinisme. Welke pigmentatie vertoont hij?
b. Welk genotype hebben twee normale ouders die een albinokind hebben?
c. Indien de man uit vraag a huwt met een albinovrouw, welke kinderen kunnen ze
dan verwachten? Zijn de kansen dezelfde als voor vraag b?

2.Een normale persoon, wiens ouders normaal waren, had een grootvader die albino
was. Neem aan dat alle andere grootouders de factor voor albinisme niet bezaten.
Welke kans is er dat die persoon drager is van de factor voor albinisme?

3. Twee zwarte wijfjesmuizen worden herhaaldelijk gekruist met één bruin mannetje.
De eerste muis heeft 9 zwarte en 7 bruine jongen; de tweede muis 57 zwarte
(verschillende worpen). Hoe erft de kleur over? Van welk genotype waren de drie
ouders?

4. Bij tomaten domineert tweehokkigheid van de bes over veelhokkigheid. Geef het
vermoedelijke genotype van ouders en afstammelingen voor de volgende kruisingen:
a. tweehokkig x tweehokkig : 100% tweehokkig (twee mogelijkheden).
b. tweehokkig x tweehokkig : 75% tweehokkig + 25% veelhokkig.
c. tweehokkig x veelhokkig : 50% tweehokkig + 50% veelhokkig.

5. Bij erwten is een lange stengel dominant over een korte. Geef het vermoedelijke
genotype van ouders voor de volgende kruisingen:
a. lang x lang : 95 lang en 29 kort
b. lang x kort : 25 lang en 0 kort
c. lang x kort : 8 lang en 8 kort

6. Bij Andalusische hoenders is de heterozygoot van zwart met wit gespikkeld. I ZIW =
gespikkeld.
a. Welke nakomelingen heeft een Andalusische gespikkelde haan van de volgende
kippen: 1) een zwarte kip ; 2) een witte kip?
b. Iemand wenst eieren waaruit uitsluitend gespikkelde kuikens komen. Van welke
kip en welke haan moeten ze genomen worden?

7. Een witte muis en een heterozygote zwarte muis krijgen 6 nakomelingen.


a) Kunnen deze 6 nakomelingen allemaal zwartharig zijn?
Twee maanden later krijgen dezelfde twee ouders 5 nakomelingen.
b) Kunnen deze 5 allemaal witharig zijn?

8. Bij de fruitvlieg is het allel voor lange vleugels dominant over dat voor korte
vleugels. Twee fruitvliegen met lange vleugels paren. De talrijke nakomelingen
bestaan uit dieren met lange vleugels en dieren met korte vleugels. Welk deel van
deze nakomelingen is heterozygoot?
9. Kortvingerigheid wordt bij de mens bepaald door een dominant allel.
1. Kunnen twee ouders met normale vingers een kortvingerig kind krijgen?
2. Kunnen twee kortvingerige ouders een kind met normale vingers krijgen?
10. Bij cavia's komen genen voor die we aanduiden met R en r. De aanwezigheid
van het gen R geeft vlekken op de vacht. Twee cavia's, Snuf en Snuitje, krijgen
jongen. Deze jongen hebben de genotypen RR, Rr en rr.
Wat zijn de genotypen van Snuf en Snuitje?
A) RR en Rr   B) RR en rr   C) Rr en Rr  D) Rr en rr

11. In een gezin zijn vader en zoon albino; moeder en twee andere zonen niet.
Albinisme is recessief. Wat kunnen de genotypen zijn van de ouders in het gezin?
  vader moeder
A alleen Aa alleen Aa
B alleen aa alleen Aa
C alleen Aa AA of Aa
D alleen aa AA of Aa
E Aa of aa AA of Aa

12. Het gen voor kortvingerigheid (2 kootjes per vinger) is bij mensen dominant over
dat voor normale vingers.
Een man met korte vingers, waarvan de moeder normale vingers heeft, trouwt met
een vrouw met normale vingers. Hoe groot is de kans dat hun eerst kind korte
vingers heeft?

13. Men kruist een tomatenplant met ronde vruchten met een tomatenplant met ovale
vruchten. De aanleg voor ronde vruchten is dominant over die voor ovale vruchten.
Een van beide planten is heterozygoot voor deze aanleg.
De F1 bestaat uit:
A. heterozygote planten met ovale en homozygote planten met ronde vruchten.
B. heterozygote planten met ronde en homozygote planten met ovale vruchten.
C. uitsluitend heterozygote planten met ronde vruchten.
D. uitsluitend heterozygote planten met ovale vruchten.

14. Bij de fruitvlieg is het allel voor lange vleugels (T) dominant over dat voor korte
vleugels (t). Twee vliegen (P-generatie) worden gekruist. De F 1 bestaat uit 57 vliegen
met lange vleugels. Er wordt een F2 verkregen die bestaat uit 631 vliegen met lange
vleugels en 217 met korte vleugels.
Wat is op grond van deze gegevens het genotype van de P-generatie?

15. Een zwartharig en een witharig konijn hebben beiden zwartharige ouders. Dit
zwartharig en witharig konijn worden gekruist. Van de 5 jongen uit de eerste worp
zijn er 4 zwart en is er 1 wit. Nu wordt verder gefokt met de 4 zwarte dieren. Welke
fenotypen zijn te verwachten onder de eerste generatie nakomelingen van deze
zwarte dieren en in welke verhouding?

You might also like