Samenvatting KMO Financiering en Waardering

You might also like

Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 135

1

Samenvatting KMO Financiering en waardering

Inleiding

1. De KMO definitie

Kleine en Middelgrote Ondernemingen

Verschillende definities:

Al of niet KMO?
o Bepalend voor boekhoudkundige verplichtingen
o Maar ook fiscale gevolgen (eg. Aanleg van liquidatiereserves, hogere vrijstelling van
doorstorting bedrijfsvoorheffing, etc.)

Europese KMO definitie <-> Belgische KMO definitie

België heeft de nieuwe Europese boekhoudrichtlijn omgezet in nationale wetgeving

De KMO-definitie is steeds afhankelijk van drie elementen:

Europese kmo-definitie:

1. Tewerkstelling: aantal werknemers


2. Het omzetcijfer of het balanstotaal
3. De zelfstandigheid: niet meer dan 25% van uw onderneming min handen zijn van een
onderneming die niet aan de kmo-definitie voldoet.

Gedurende 2 opeenvolgende boekjaren!

Basiscriteria van een kleine onderneming (KO):


o Minder dan 50 werknemers
o Een jaaromzet (excl. BTW) van maximum € 10 miljoen of een balanstotaal van
maximum € 10 miljoen
o Zelfstandigheid : ja

Basiscriteria Kleine en middelgrote onderneming (KMO):


o Minder dan 250 werknemers
o Een Jaaromzet (excl. BTW) van maximum € 50 miljoen of het balanstotaal van
maximum € 43 miljoen
o Zelfstandigheid : ja

Basiscriteria van een Grote onderneming (GO):


o Meer dan of gelijk aan 250 werknemers
o Een Jaaromzet (excl. BTW) van minimaal € 50 miljoen of het balanstotaal van
minimaal € 43 miljoen
o Zelfstandigheid : ja
o
Om in een bepaalde groottecategorie te vallen, moet aan elk van de drie elementen voldaan zijn.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


2

Fiscale definitie obv (Venn b art 1:24, §§ 1 tot 6)


Kleine vennootschap, een vennootschap met rechtspersoonlijkheid die op de balansdatum van het
laatst afgesloten boekjaar niet meer dan één van de volgende criteria overschrijdt:

jaargemiddeld personeelsbestand van 50 werknemers;


jaaromzet van maximum € 9 miljoen;
balanstotaal van maximum € 4,5 miljoen.

Gedurende 2 opeenvolgende boekjaren!

Indien er sprake is van "verbonden vennootschappen", moeten de criteria inzake omzet en


balanstotaal op geconsolideerde (gegroepeerde) basis worden berekend.

2. De KMO in cijfers

Hoeveelheid schulden vreemd vermogen op totaal vermogen = schuldgraad

Federaal 1,1 miljoen KMO’s  56% actief in Vlaanderen


49% in Vlaanderen is een eenmanszaak
Grootste deel van bedrijven is jonger dan 10 jaar
33% in dienstensector, daarna bouwsector en industrie

88% van het totaal aantal KMO’s in Vlaanderen heeft geen werknemers!

2.1 Financiële ratio’s

1. Netto Rendabiliteit
Hoeveel winst genereert een onderneming in verhouding tot het ingezette eigen vermogen?

2. Solvabiliteit
De capaciteit van een onderneming om kort- en langlopende schulden af te lossen.

3. Liquiditeit
Geeft een indicatie van de mate waarin een onderneming in staat is om haar schulden op
korte termijn te financieren

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


3

3. De wet op KMO financiering

Sinds de wet van 21 december 2013 op de financiering van kleine en middelgrote ondernemingen
(de "Wet KMO-financiering") is de financiering van KMO's onderworpen aan een afzonderlijk
wettelijk kader.

"wet Laruelle“ : KMO's beter beschermd bij het afsluiten van kredieten, met de bedoeling om op die
manier de transparantie in de kredietmarkt te verhogen en de kredietverlening te vergemakkelijken.

De "Wijzigingswet“ van 21 december 2017:


- Definitie KMO : Criteria op geconsolideerde basis
- Wederbeleggingsvergoeding plafonnering = de vergoeding voor het verlies (de "funding
loss") dat de kredietgever lijdt door de vervroegde terugbetaling van een krediet plafonneert
tot 6 maanden intrest voor kredieten van max. 2

Waarborgen en zekerheden: Kredietnemers kunnen voortaan om de gehele of gedeeltelijke


vrijgave van zekerheden en waarborgen vragen wanneer het krediet (deels) werd
terugbetaald.
een nieuw onrechtmatig beding: clausules die de kredietgever het recht geven om eenzijdig
de intresten, kosten, provisies of andere vergoedingen te wijzigen zijn voortaan
onrechtmatig en bijgevolg nietig
Informatie- en transparantieverplichting: schriftelijke toelichting,
ontwerpkredietovereenkomst tijdig bezorgen
< 25.000 eur is vrijgesteld.

Toepassing :
De nieuwe bepalingen van de Wet KMO financiering zullen van toepassing zijn op alle
kredietovereenkomsten die worden gesloten na de inwerkingtreding van de wet, op 1 maart 2018
wat betreft de informatieverplichtingen en op 8 januari 2018 voor de overige bepalingen uit de
Wijzigingswet.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


4

Hoofdstuk 1: Basisregels voor een gezond financieel beleid

1. De jaarrekening

1.1 Waar kan ik een jaarrekening terugvinden?

= publiek beschikbaar
= belangrijke bron van informatie
= elke onderneming met beperkte aansprakelijkheid in België is verplicht om periodiek een
jaarrekening op te stellen en neer te leggen bij de balanscentrale van de Nationale bank

1.2 Uit welke onderdelen bestaat een jaarrekening?

Klassieke jaarrekening heeft 4 belangrijke onderdelen:

1. De balans
2. De resultatenrekening
3. De toelichting en de waarderingsregels
4. De sociale balans

Voor grote ondernemingen: het jaar verslag van de raad van bestuur en het
commissieverslag

1. De balans

= overzicht van alle bezittingen + hoe deze gefinancierd zijn


= momentopname
= “foto” van de financiële toestand

Financiering van de activa = Passiva

1. Eigen vermogen:
a. Kapitaal (NV) / Aanvangsvermogen (BV en CV)
= geld dat door de oprichters/aandeelhouders/bestuurders beschikking wordt
gesteld
= de basis voor het eigen vermogen
= blijft in principe eeuwig in de onderneming (LT)

b. Winst:
= komt toe aan de aandeelhouders
= Eigen vermogen kan stijgen in de vorm van overgedragen winst of reserves

2. Vreemd vermogen:
a. Lange termijn (> 1jaar)
= Financiële schuld
b. Korte termijn (< 1 jaar)
= Financiële schuld
= Leveranciersschuld
= Schuld aan de fiscus, RSZ, werknemers
= overige schulden

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


5

2. De resultatenrekening

= basis voor het resultaat te berekenen


= geeft informatie over de evolutie in de loop van het jaar van alle kosten en opbrengsten van dat jaa

1.3 Waarom zijn de balans + resultatenrekening zo belangrijk?

Ze bepalen:
De financieringskeuze
Zijn de basis voor de financiële planning
De financiële structuur

1. EBITDA (of bruto resultaat)

= “Earings before Interest, Taxes, Depreciation and Amortisation”


= bedrijfskasstroom
= geen niet-kaskosten

2. EBIT

= Operationeel resultaat of bedrijfsresultaat


= wel rekening gehouden met niet-kaskosten
= belangrijke indicatie voor de winstgevendheid van de onderneming

1.4 Resultaat na belasting

= het resultaat dat door de onderneming kan worden uitgekeerd aan de ADH in de vorm van
dividend of tantièmes

Of

= dat in de onderneming blijft in de vorm van reserves of overgedragen resultaat

= boekhoudkundig getal

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


6

2. Financieringsbehoefte:

Beslissingscriteria
Bronnen van eigen vermogen
Bronnen van vreemd vermogen

2.1 Beslissingscriteria

Opstart
o Eenmanszaak
o Vennootschap
 BV, NV, C.V.,…

Lange termijn
o Geld nodig voor de aanschaf van bedrijfsmiddelen
Korte termijn
o Vlottende bedrijfsactiva zoals voorraden, klantvorderingen

Weerspiegeling op de balans:

Structuur van financiering


o Eigenvermogen
 Interne financiering
 Externe financiering
o Vreemd vermogen
 Externe financiering

Vanuit het standpunt van de onderneming spelen diverse criteria meer voor het bepalen van de
financiële structuur:

Eigen vermogen vs vreemd vermogen


Lange termijn vs korte termijn
Liquiditeit vs solvabiliteit

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


7

Hoofdstuk 2.1 Levensfase van uw onderneming

Interactie actief en passief is een continu proces


Financieringsbehoeften en – middelen in evenwicht
Iedere levenscyclus een eigen aanpak

1. Levensloop van een onderneming

= een aaneenschakeling van cycli die op een bepaald moment een aanknopingspunt vinden.
 Om op dat moment met een verhoogd dynamische een nieuwe cyclus aan te vatten.
Bijvoorbeeld: aantrekken knowhow, wijziging ondernemingskoers, optimalisatie financiële
structuur

1.1 Startende onderneming

Kenmerken:
Nood aan permanent vermogen  eigen vermogen + vreemd vermogen lange termijn
Zeer veel uitdagingen
Weinig zekerheden

1.1.1 Opstartfase

= leerproces voor de ondernemer


= optimaliseren van bedrijfsstructuur, bijsturen en optimaliseren
= evenwicht nastreven op vlak van liquiditeit, solvabiliteit en rendabiliteit
Voorbereiding op de groeifase

Externe financiers eerder terughoudend:


o Geen ervaringscijfers
o Eisen (zakelijke) waarborgen
o Beperken tot financiering van investeringsgoederen

1.2 Groeiende onderneming

Kenmerken:
Behoefte aan aangepaste financiële middelen voor lange termijn
Groei financiert men met Vreemd Vermogen (invloed op solvabiliteit)
Verschuiving naar eigen vermogen door winstgevendheid te verhogen

1.2.1 Groeifase

Doel is de concurrentiepositie te verstevigen


Groei kan er komen door acties die interne groei ondersteunen of door overnames
Legt zware druk op het beleid van de onderneming
Financiering van groei = financiering van aanvullende investeringen, maar ook terug
oorspronkelijk opbouwen  financieel evenwicht

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


8

Interne groei

Focus op het bereiken van maximaal evenwicht tussen de economische gebruiksduur van
een investeringsgoed (AFS) en de periode van de financiering.
Doordacht beheer van vlottende activa en passiva vereist.
Meer in kosten steken = minder belastingen betalen
Heel belangrijk is dat ge klanten kortingen geeft, overgaan naar factoring (= facturen
doorverkopen aan iemand anders)  facturen overkopen, mits een kost die ze er van
aftrekken (risicokost)  daarna kan ik dat geld gebruiken om mijn leveranciers te betalen of
voorraad aan te vullen

Door overname

Extra financiering voorzien voor verschuldigde meerprijs of goodwill


Enkel handelsfonds (exploitatie) overnemen of ook voorraad, vorderingen en schulden?
Overname van aandelen = investering in financiële vaste activa
Snel groeien = veel risico’s

1.3 Volwassen onderneming

Kenmerken:
Op zoek naar nieuwe financiële strategieën
Vaak gericht op grotere projecten
Uitdaging om financieel evenwicht te herstellen

Een onderneming komt pas in aanmerking voor een overname door derden als de huidige en
toekomstige rendabiliteit aantoonbaar is en als de onderneming financieel gezond is.

Deze periode omvat altijd een periode waarin de onderneming een


nieuwe strategie bepaalt.

Continuïteit van de huidige werking en het huidige beleid is cruciaal


Gezond blijven
Voldoende slagkracht om aan te passen aan gewijzigde economische, financiële,
markttechnische of maatschappelijke omstandigheden

1.4 Generatiewissel

Kenmerken:
Complex proces met vele complicaties
Focus op permanente inkomensvorming voor de ondernemer
Grondige voorbereiding in kader van financiële haalbaarheid

Goede planning en voorbereiding noodzakelijk!


Invloed op:
o Ondernemingsstrategie
o Ondernemings- en financieel plan
o Financiële structuur en evenwicht

Is een rendabele onderneming ook een gezonde onderneming? Niet altijd. Rendabele bedrijven met
een zwakke financiële structuur kunnen in een expansiefase doodgroeien.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


9

Les week 2: Zoektocht naar een gezond financieel beleid (53 dia’s)

Financieringsbehoefte:
Beslissingscriteria,
Bronnen van eigen vermogen
Bronnen van vreemd vermogen

1. Financieringsbehoefte: beslissingscriteria

1.1 Structuur van financiering

Lange termijn  geld nodig voor de aanschaf van bedrijfsmiddelen


Korte termijn  vlottende bedrijfsactiva zoals voorraden, klantenvordering

1.2 Bouwstenen van het financieel beleid

Behoeften  LT of KT
Bronnen  LT of KT

Weerspiegeling op de balans:

Optimaal = 60 VV / 40 EV

Waarom hecht een bank hier veel belang in?


 Voor een bank is het belangrijk dat ge zelf ook wilt investeren in uw bedrijf
 Als ge zelf al niet wilt investeren? Waarom zouden wij (de bank) dat doen?

Solvabiliteit:
= de verhouding tussen de eigen geïnvesteerde financieringsmiddelen en de
financieringsmiddelen verworven op lange of korte termijn bij derden (EV vs VV)
EV/TV ligt tussen 25% en 40%

Werkkapitaal of bedrijfskapitaal:
De verzameling aan permanente financieringsmiddelen geïnvesteerd in de onderneming om
de behoefte aan financiering van de operationele activiteiten te dekken
Dient positief te zijn

Liquiditeit:
= in welke mate de onderneming haar financiële verplichtingen op korte termijn kan
nakomen met de middelen waarover zij op korte termijn beschikt
KT actief/KT passief moet groter of gelijk zijn aan 1

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


10

2. Werkkapitaal of bedrijfskapitaal

EV + VV (LT) = PV (permanent vermogen)

Meer financieringsmiddelen dan ik op lange termijn


investeringen heb = netto-bedrijfskapitaal

PV – Vaste activa = NBK

Permanent vermogen = “buffer”


Het NBK geeft weer of de onderneming voldoende middelen op lange termijn (permanent
vermogen) heeft om de activa op lange termijn (vaste activa) te financieren.
o Hoe groter de LT behoefte, hoe groter de behoefte aan PV

Permanent verbogen bestaat uit:


Kapitaal
Uitgiftepremies
Herwaarderingsmeerwaarden
Reserves
Overgedragen winst/verlies
Kapitaalsubsidies
Voorzieningen
Schulden > 1 jaar

Vaste activa bestaan uit:


Oprichtingskosten
Immateriële vaste activa
Materiële vaste activa
Financiële vaste activa
Vorderingen > 1 jaar (uitgebreide vaste activa)

Een positief NBK = veiligheidsmarge

Een negatief NBK


Onvoldoende PV ten opzichte van de vaste activa
o Bijgevolg moet onderneming beroep doen op kortetermijnpassiva om de
langetermijnactiva te financieren = liquiditeitsproblemen

Maatregelen:
o Voorzieningen maken voor kosten  boekhoudkundig boeken bij passiva kant EV
o Meer geld lenen op lange termijn  vreemd vermogen LT stijgt
o Gebouwen verkopen, investeringen uitstellen  activa kant
o Subsidies verkrijgen  financieringsmiddelen
o Eigen vermogen verhogen  kapitaal verhoging

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


11

NBK behoefte:
= overschot of tekort ontstaan uit de exploitatie
van de onderneming
= Vlottend activa – VV KT (excl fin schuld)

De bedrijfscyclus dient te worden gefinancierd:


Tijdsverschil is tussen de betaling van de aankopen
en de ontvangst van de liquiditeiten uit verkoop

Wat als het onvoldoende is:


Betalingsuitstel vragen
Kaskrediet nemen  onder “0” gaan
Vragen of onze klanten sneller moeten betalen
Voorschot aan de klanten vragen
Voorraden afbouwen, minder voorraad hebben
Daarnaast hebt u er alle belang bij de debiteuren strikt op te volgen: screenen van nieuwe
klanten, volledige, juiste en tijdige facturatie en inning, etc.
Voorraadbeheer aanpakken en de rotatie optimaliseren: de afgesproken leveringstermijnen
nauwgezet opvolgen, snel reageren op foutieve leveringen of productiefouten, het optimale
voorraadniveau berekenen, etc
Zowel bij klanten- als leveranciersopvolging gaat het daarom over optimalisatie, niet over
maximalisatie!

NBK > BNK:


Overschot aan financiële middelen
Meer cash dan financiële schulden op KT

3. Liquiditeit en Netto kas

= de mate waarin de onderneming de beschikking heeft over kasmiddelen.


= de mate waarin de onderneming in staat is haar korte termijn verplichtingen na te komen

Netto kas positie = Geldbeleggingen + liquide middelen – financiële schulden op KT


= Netto bedrijfskapitaal – Netto bedrijfskapitaal behoefte
= NBK – BKB

Positief liquiditeitssaldo = NBK ˃ NBK-behoefte


= Voldoende liquiditeiten in de onderneming

NBK > BKB  NKP op korte termijn > 0


NBK = BKB  NKP op korte termijn = 0
NBK < BKB  NKP op korte termijn < 0

3.1 Liquiditeit

Veel gebruikte ratio voor de inschatting van de liquiditeitstoestand van een onderneming
= current ratio
= vlottend actief/vreemd vermogen KT
o Indien groter dan 1 = NBK positief

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


12

Current ratio of Quick ratio?


 Quick ratio worden uw voorraad eruit gehaald
 VLA – Voorraden / VV KT
 Industriële onderneming  een garage (veel geld aan voorraden in auto’s)

Current ratio
Om voldoende liquiditeiten te hebben in de onderneming moet het NBK positief zijn. De
current ratio drukt het NBK uit in een ratio, de verhouding van de beperkt vlottende activa
tegenover het vreemd vermogen op korte termijn

Beperkt vlottende activa


= Current ratio, gelijk aan of hoger dan 1
Vreemd vermogen op korte termijn

Current ratio > 1


NBK > 0

Quick ratio
= acid test
… gaat nog verder en haalt de minst liquide elementen uit de berekening, namelijk de
voorraad en de overlopende rekeningen
Indien de voorraden groot zijn of te lang in de onderneming blijven, zal de quick ratio slecht
scoren en de onderneming minder liquiditeit vertonen
Per definitie zal de quick ratio minstens gelijk, maar doorgaans lager zijn dan de current ratio

Vorderingen op korte termijn+liquide middelenen geldbeleggingen


= quick ratio
Schulden op korte termijn

Toepassingen:

NBK = Permanent vermogen (EV+VV LT) –


Vaste activa
o 1.000.000,00 + 210.000,00 =
1.210.000,00 – 800.000,00 =
410.000,00 euro (NBK)

BKB = VLA – leveranciers


o 230.000 + 270.000 – 100.000 =
400.000,00 euro (BKB)

NBK > BKB, met 10K euro  positief

Current ratio = 730K / 230 K = 2,28 


groter dan 1  dit is een heel liquide
onderneming

Quick ratio = (730K – 230K) / 320K = 1,56  voorraad-intensieve onderneming

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


13

Cashconversiecyclus

De cashconversiecyclus drukt de behoefte aan nettobedrijfskapitaal uit in aantal dagen


Hoe korter deze cyclus, hoe sneller er cash wordt gegenereerd

Aantal dagen goederen in voorraad


+
Aantal dagen productie (indien het gaat om een productieonderneming)
+
Aantal dagen klantenkrediet
-
Aantal dagen leverancierskrediet
=
Lengte van de cashconversiecyclus

Voorbeeld:

Onderneming gemiddeld 30 dagen voorraad om vervolgens in productie te gaan gedurende 5 dagen.


Exact 5 dagen na de afwerking worden de producten geleverd. Klanten betalen 30 dagen na levering.
Van leveranciers krijgen we 45 dagen.

30 dagen + 5 dagen productie + 5 dagen afwerking + 30 dagen – 45 dagen = 25 dagen = cyclus

Deze onderneming heeft 25 dagen nodig om de aangekochte goederen door productie en


verkoop in geldmiddelen om te zetten. Deze periode moet ze dan ook zien te overbruggen en
moet ze financieren om te kunnen beschikken over voldoende liquide middelen.
“Just-in-time” concept tracht de cashconversie te versnellen door zo weinig mogelijk
voorraden aan te houden, dit door grondstoffen net voor het moment van productie of
handelsgoederen net voor levering aan de klant te laten aankomen in de onderneming.

Voorbeeld 2:

We veronderstellen dat een onderneming onderhandelingen voert met een nieuwe leverancier voor
een bestelling van handelsgoederen ter waarde van 100.000 EUR.
We gaan ervan uit dat de leverancier bereid is om de onderneming een betalingsuitstel te verlenen
van 60 dagen.
Indien men binnen 20 dagen zal betalen wordt er een financiële korting van 2% verleend. We gaan
er ook vanuit dat de onderneming een kaskrediet van 6% kan krijgen.

Percentage %

Nemen de korting:
o Betalen 40 dagen eerder (60d-20d) en worden hiervoor beloond met 2%.
o Op jaarbasis (365 dagen) vertegenwoordigt deze 2% : 18,25% (= 2% x 365/40) over
een periode van 40 dagen
Nemen de korting niet en overbruggen deze 40 dagen met een kaskrediet
o Betalen 6%

Conclusie: We nemen de korting want het voordeel overtreft het nadeel!

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


14

Absolute bedragen

Nemen de korting:
o Betalen 40 dagen eerder (60d-20d) en worden hiervoor beloond met 2%. Dit is 2%
op 100.000 EUR = 2.000 EUR

Nemen de korting niet:


o 100.000 EUR x 6% x 40/365 = 657,54 EUR

Conclusie: Ingaan op de korting biedt een voordeel van 1.342,46 EUR

4. Solvabiliteit

Solvabiliteit wordt beschouwd als de capaciteit van een onderneming om haar schulden op
lange termijn terug te betalen
In deze visie ligt de nadruk op de passiefzijde van de balans en wordt onderzocht op welke
manier de onderneming gefinancierd wordt

Eigen vermogen
x 100 = Solvabiliteit of Financiële onafhankelijkheid
Totaal vermogen

Voorbeeld:

Solvabiliteit = EV/TV x 100 = €9.438.198,00 /


€18.104.778,00 = 52%  dit is extreme hoog, dus
positief

Advies: Kijken of de onderneming niet kan


investeren ergens
Dit is een gezonde onderneming op basis vd
solvabiliteit

Stel dat één onderdeel van de financiële schulden


op + 1 jaar een achtergestelde lening omvat van
400.000,00 euro

EV = €9.438.198,00 + €400.000,00 = €9.838.198


TV = €18.104.778,00
Solvabiliteit = 54,34%

Achtergestelde lening =
Een achtergestelde lening is een krediet waarbij de ontlener in
het geval van faillissement van de lener wordt achtergesteld in zijn positie als schuldeiser: de achtergestelde schuldeiser
komt in een faillissement in de volgorde van schuldeisers dus achter de concurrente schuldeisers zoals de werknemers en
de banken. 

Algemeen stellen financiële instellingen een ratio voorop van ongeveer 30%. De
samenstelling van het VV als onderdeel van het TV verdient daarbij speciale aandacht.
Achtergestelde leningen, R/C, leningen bij verbonden ondernemingen maken deel uit van het
VV, maar kunnen, zoals eerder besproken, vaak beschouwd worden als quasi eigen

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


15

vermogen. Daarom moet deze ratio en de vooropgestelde norm ervoor met de nodige
voorzichtigheid beoordeeld worden.
Voorbeeld 2:

EV = 20.000,00 euro
TV = 100.000,00 euro
Solvabiliteit = 20% = zwak  mogelijke nee van de bank bij kredietaanvraag

Stel dat in het vreemd vermogen: 50.000,00 euro achtergestelde lening zit

Bank bekijkt dat als quasi EV


EV + quasi EV = 70.000,00 euro
Solvabiliteit = 70.000,00 / 100.000,00 = 70% solvabiliteit  sterk, dus mogelijk JA

Voorbeeld 3:

EV = 1.000.000,00 euro
TV = 1.530.000,00 euro

Solvabiliteit = 65,36%
o Gezonde onderneming
o Financieel onafhankelijk
o Potentieel voor investeringen

5. Kredietbehoefte

Ontstaat door:
Realisatie van investering
Aangroei van werkkapitaal

5.1 Kasstroomanalyse

5.1.1 Inkomsten en uitgaven

Bij strategische financieringsbeslissingen is het fundamenteel dat het bestuur beschikt over een
degelijke kasplanning.

3 grote categorieën:

1. Kasstroom uit operationele activiteiten


2. Kasstroom uit investeringen
3. Kasstroom uit financieringen

Kasstroomtabel = overzicht van werkelijke uitgaven en inkomsten.


Verband tussen Kasstroomtabel en Balans:

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


16

De uitkomst van de kasstroomtabel (kaspositie) komt aan de activa terecht nl geldbeleggingen en


liquide middelen
Om een juist beeld van uw geldstroom te krijgen, moet u:
naar alle elementen kijken die de geldcirculatie binnen uw onderneming bepalen.
In elke onderneming zijn er inkomende en uitgaande geldstromen.

Het saldo of verschil tussen deze twee geldstromen, levert de uiteindelijke geldstroom of cashflow
op.

Vaak worden beslissingen gebaseerd op historische resultaten (RR).


Op vlak van kasstromen geeft de resultaten rekening echter weinig informatie. Niet alle transacties
hebben invloed op de RR.

Waarom?
OPBRENGST = (NOG) GEEN INKOMENDE GELDSTROOM
KOST = (NOG) GEEN UITGAANDE GELDSTROOM

Voorbeelden:

Klant X : kocht voor 100.000 euro in April (factuur)


o => opbrengst in april geboekt
o => maar mag betalen na 60 dagen (vordering in de boekhouding)
o => ontvangst geld komt pas in Juni… (= inkomende geldstroom)
Leverancier Y : heeft ons voor 50.000 euro verkocht in April (factuur)
o => kost in april geboekt
o => maar je hebt uitstel van 30 dagen (schuld in de boekhouding)
o => je zal moeten betalen in mei… ( = uitgaande geldstroom)

Cashflow
= een handig instrument om uw financiële positie op de voet te volgen.
= een bron om de financiële KT schulden te dekken
De banken bestuderen de evolutie van uw cashflow bij de beoordeling van uw kredietaanvraag.

Een eerste stap kan gezet worden door naar:


- De historische gegevens te kijken
- De niet-kaskosten en de niet-kasopbrengsten te filteren
= ˃ te komen tot een cashflow.

ALLE GELDSTROMEN (in en uit) analyseren = omvangrijke analyse…


*inkomend geld van alle klanten, terugvordering belasting, terugvordering btw, inkomsten uit
beleggingen, … met alle bijhorende termijnen
*uitgaande betalingen aan leveranciers, voorafbetalingen, interest en kapitaalaflossingen aan
andere kredieten, … met bijhorende betaaltermijnen

Alternatieve, eenvoudige berekening vaak gebruikt om de bruto autofinancieringscapaciteit te


berekenen :
Cashflow uit operaties
• = winst/verlies van het boekjaar (ondernemingsresultaat), (dus na belastingen)
• + niet-kaskosten (afschrijvingen)

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


17

Totale KASSTROOM/wijziging kaspositie algemene formule:

Resultaat na belastingen
+ niet kaskosten
- Niet kasopbrengsten
= kasstroom uit operaties
+/- wijzingen in Netto bedrijfskapitaalbehoefte (BKB)
= Kasstroom uit operationele activiteiten
- Investeringen in VA + desinvesteringen in VA
= Kasstroom uit investeringen
+/- aflossingen/nieuwe financiële schulden KT of LT
- Dividenden
= Kasstroom uit financieringen

Vrije Cashflow

= winst/verlies van het boekjaar (ondernemingsresultaat)


+ niet-kaskosten (afschrijvingen)
- Financiële aflossingsverplichtingen binnen het jaar +/- mutatie in het werkkapitaal
= de cashflow om de ADH mee te vergoeden of bijkomende financiering mee af te lossen.

Voorbeeld:

Cashflow berekend op de eenvoudige manier


• Winst na belastingen : 10.000 euro
• Afschrijvingen : 13.000 euro
• Kapitaalsaflossingen : 11.000 euro
10K + 13K – 11K = 12K = vrije cashflow

Aanvraag nieuw krediet:

Voorbeeld berekeningswijze kasstromen bank

CASHFLOW = BRUTO AUTOFINANCIERINGSCAPICITEIT


Moet
=> positief zijn
=> Voldoende zijn om aan verplichtingen van nieuw krediet te
voldoen
PAS TOE OP HET VOORBEELD WIJCKMANS – Boekjaar 2019
Probeer in te vullen via leeg excel.document
“terugbetalingscapaciteit”

TERUGBETALINGSCAPACITEIT=geeft aan hoeveel geldmiddelen


uit de ondernemingsactiviteit vrijkomen (cashflow) en welk percentage van de schulden daarmee in
één jaar afgelost kan worden.
Terugbetalingscapaciteit
= cashflow/(schulden (LT 17+KT 42/48) - beschikbare middelen (50/58) )
= 22,8%
In dit voorbeeld van wijckmans? Wat betekent dit?
• Goede terugbetalingscapaciteit (> 33%)
• Normale terugbetalingscapaciteit (tussen 15 % en 33%)
• Sechte terugbetalingscapaciteit (< 15%)

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


18

Les week 3: Investeringsanalyse (39 dia’s)

1. Investeringsanalyse – “Capital Budgeting”

Afhankelijk van
o In welke fase onze onderneming zit (opstart, groei, volwassenheid en
generatiewissel)
o Grote van de onderneming (figuur links boven)
o Sector (figuur midden onder)
o PLC  product life cycle  in begin heel kapitaalintensief, bij productie ook veel
kapitaal nodig, vanaf de verkoop komen er pas inkomsten
o Innovatie = innoverend karakter van onderneming

Investeringen zijn van belang voor de onderneming:

Groot deel van vermogen voor LT opgeslorpt (capex)


o = kapitaal uitgaven of capital expenditures
o Staat voor kosten voor ontwikkeling of levering van niet-verbruikbare onderdelen
van een product of systeem (investering)
Verdere ontwikkeling van onderneming wordt beïnvloed
Keuze van investeringen zijn doorslaggevend voor het mislukken of slagen van de
onderneming

Wanneer rendeert een investering?

Inkomsten stroom/besparingen > uitgaven stroom

Vereisten:
o Zekerheid
o Risico inschatten
o Voldoen op vooropgestelde eisen van management
o In lijn liggen met de bedrijfsstrategie

Wat met belastingen?  We mogen het belang van de belastingen niet onderschatten: belastingen
maken een belangrijk deel uit van de (uitgaande) cashflow. Belastingen zijn echter verschuldigd op
winst, niet op cashflow

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


19

1.1 Techniek 1: Boekhoudkundige vs cashflowbenadering

Rendeert de investering CASH in vs CASH out (kasstromen)?

 Cash Out: - Beginuitgave(+ evt. aanvullende investeringen) ( vaak nauwkeurig te bepalen )


nl. bedrag investering + bijhorende kosten (service kost, kosten van onderzoek,
ombouwkosten, kosten van opstart, …
 Toekomstige uitgaven ( vaak kwestie van adequate projecties/prognoses ) nl.
belastingen op meer winsten, vereiste additionele onderhoudskosten, etc.

• Cash In: + Toekomstige ontvangsten ( vaak kwestie van adequate projecties/prognoses ) nl.
toekomstige inkomende kasstromen, toekomstige besparingen waardoor minder uitgaven,
restwaarde bij toekomstige verkoop v/h geïnvesteerd actief, subsidie, investeringsaftrek, etc.
+ Verkoop oude Activa (bij vervangingsinvestering)( vaak nauwkeurig te bepalen )

Voorbeeld : Belastingen te betalen zijn cash out, afschrijvingen zijn geen cash outflow (=boekhoudk
kost)

Bij investeringsanalyse baseren we ons op de “free cash flow”

Investeringsuitgave (KS uit investeringen)

vs Inkomsten (besparingen)/uitgaven investering

Case bv Energy  EXAMENVRAAG KUNNEN!!!!!

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


20

Overgaan tot investeren levert een JAARLIJKSE bijkomende POSITIEVE KASSTROOM op van
6.100.000 euro op

Weegt het op tegen de vereiste beginuitgave van 12.700.000 euro?


Ja  enkel 2 jaar en beetje nodig om het terug te verdienen  project duurt 5 jaar

1.2 Techniek 2: verschillende evaluatiemethodes

1. Pay back-methode of Terugverdientijd (TVP)


2. Rendabiliteit van de investering (ROI)
3. Netto Actuele waarde (NAW) of Netto contante waarde (NCW)
4. Interne rendementsmethode (IRR)
5. Gemiddelde boekhoudkundige opbrengstintrestvoet

1.2.1 Terugverdientijd (TVP)  payback time methode

De terugverdientijd is de tijd tussen de oorspronkelijke investeringsuitgave en het moment waarop


inkomsten en ermee gepaard gaande andere uitgaven uit de exploitatie van de investering worden
gegenereerd. Doorgaans wordt deze terugverdientijd berekend op basis van kasstromen na
belastingen. Indien de kasstromen jaarlijks dezelfde zijn is de formule als volgt:

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


21

Investeringsuitgaven
= Pay back/ terugverdientijd
Gemiddeld jaarlijkse cashflow na belasting

Indien TVP < minimum TVP, opgelegd door bedrijfsleiding


o OK, investeren

Indien TVP > minimum TVP, opgelegd door bedrijfsleiding


o Project zal verworpen worden

Voorbeeld 1:

De investering bij aanvang bedraagt 30.000 euro en heeft een gebruiksduur van 5 jaar. De gemiddeld
jaarlijkse cashflow na belasting bedraagt 6.000 euro.

30.000
= de terugverdientijd is dus 5 jaar. De investering is rendabel volgens deze methode.
6.000

Voorbeeld 2:

Investering bij aanvang bedraagt 30 000 EUR en heeft een levensduur van 5 jaar.
De cashflow na belasting bedraagt 6 000 EUR in jaar 1, daarna stijgt deze jaarlijks met 10%. In jaar 3
wordt voor 1 500 EUR aan extra uitgaven gepland voor onderhoud (na belastingen).

8784,60-5130,60 = 3.654

De terugverdientijd van de investering is 4 jaar en 152 dagen (of 3.654/8.784,60). Deze investering
verdient zich terug binnen 5 jaar en is dus rendabel.

Voorbeeld bv Energy:

12.700.000
= 2,08197 jaar
6.100.000

2 jaar, 0 maanden en 4 weken

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


22

1.2.2 Rendabiliteit van de investering (ROI)

De rendabiliteit van de investering geeft de procentuele cashflow weer tegenover de


investeringsuitgave. We benaderen dus opbrengsten en kosten vanuit cashflow-standpunt.

Gemiddeld jaarlijks cashflow na belasting


x 100 = Rendabiliteit van de investering
Investeringsuitgave

Indien de ROI groter is dan de vereiste jaarlijkse return, is volgens deze methode de investering
rendabel. De minimaal vereiste return wordt berekend als volgt:

1
= minimaal vereiste return
Levensduur

Voorbeeld 1:

De investering bij aanvang bedraagt 30.000 euro en heeft een gebruiksduur van 5 jaar. De gemiddeld
jaarlijkse cashflow na belasting bedraagt 6.000 euro.

6.000
x 100 = 20%  investering is rendabel
30.000

1
= 20 % = minimaal vereiste return
5 jaar

Voorbeeld 2:

Investering bij aanvang bedraagt 30 000 EUR en heeft een levensduur van 5 jaar.
De cashflow na belasting bedraagt 6 000 EUR in jaar 1, daarna stijgt deze jaarlijks met 10%. In jaar 3
wordt voor 1 500 EUR aan extra uitgaven gepland voor onderhoud (na belastingen).

5.760 = 6.600 + 10% - 1.500 extra uitgaven

De gemiddelde jaarlijkse cashflow bedraagt (6000+….+8.784,6)/5 = 7.026,12 euro. De jaarlijkse


rendabiliteit van de investering bedraagt : 7.026,12/30.000 = 23,40%  is > dan min. 20%

Voorbeeld bv Energy:

(6.100.000/12.700.000) x 100 = 48,031%

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


23

Minimum vereiste rendement = 20% na 5 jaar


ROI > Min vereiste rendement = OK!

1.2.3 Netto actuele waarde (NAW)

De methode van de netto actuele waarde vergelijkt de toekomstige cashflows na belasting met de
oorspronkelijke investeringsuitgave. Indien er in de toekomst meer kasstromen worden gegenereerd
dan de investering oorspronkelijk heeft gekost en de contante waarde van deze kasstromen min de
oorspronkelijke investeringsuitgave groter is dan 0, dan is de investering rendabel en dus
aanvaardbaar.

De verdisconteringsrente (i) zal doorgaans bepaal worden door de financieringswijze:

Financiering EV: OLO-rente + risicopremie


o OLO rente = De OLO (afkorting voor Obligation Linéaire/Lineaire Obligatie) is
de rente die betaald wordt op overheidsobligaties. De evolutie van de OLO is een
goede graadmeter voor de evolutie van de rente van de woonlening. Als de OLO
rente daalt zal in normale omstandigheden ook de woonlening rentevoet dalen
Financiering VV: Rente op de lening
Financiering van beide: WACC
o WACC = De Weighted average cost of capital, vaak afgekort als WACC is de
Engelstalige benaming voor de gewogen gemiddelde kosten van het vermogen van
een bedrijf.

De formule van de NAW luidt als volgt: (deze formule krijgen we op examen)

NAW > 0 = rendabel


Voorbeeld:

Stel een investering na 4 jaar een cashflow na belastingen van 1 000 EUR genereert. Wat is de
actuele waarde van de geldstroom? Actualiseren (inflatie) aan 10%

Voor de actualisatie van toekomstige gelijke kasstromen (T) over meerdere jaren kunnen we de
volgende formule toepassen:

Stel de toekomstige kasstromen na belastingen zijn jaarlijks hetzelfde:

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


24

Voorbeeld bv Energy:

We verdienen meer terug dan oorspronkelijk geïnvesteerd.

1.2.4 Interne rendementsmethode (IRR) – niet kunnen berekenen

Bij de berekening volgens het IRR wordt de verdisconteringsrente gezocht waarbij de actualisatie van
de toekomstige kasstromen na belasting gelijk is aan de initiële investeringsuitgave, of:

IRR = i waarbij NAW = 0

 Indien IRR > Minimum vereist rendement : OK, investeren


 Indien IRR < minimum vereist rendement : project wordt verworpen

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


25

 Indien onderneming minimaal 20% vereist rendement wil hebben op de investering, gaat
men over tot investeren, gezien de IRR op 39,05% zit.

1.2.5 Gemiddelde boekhoudkundige opbrengstintrestvoet

ARR > i  aanvaarden


ARR < i  verwerpen

1.2.6 Conclusie

2. Case Fase 1 Pieter

Wat is de cashflow/kasstroom?

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


26

Terugverdientijd (TVP)

Rendabiliteit van de investering (ROI)

NWC of NAW

Voordeliger percentage vragen bij andere bank


Alternatieve financiering
Eigen vermogen gaan gebruiken
Onderhandelen prijs gebouw of goedkoper gebouw
Cashflow verhogen

IRR

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


27

Gemiddelde boekhoudkundige interestvoet

Lesweek 4 Eigen vermogen extern (72 dia’s)

Verstrekkers van kapitaal

Interne financiering
o Door de oprichters zelf
Externe financiering
o Personen uit eigen netwerk
o Friends, family and fools (FFF)
o Business angels
o Aanvullende co financiering
o Durfkapitaalfondsen
o Crowdfunding

1. Family-friends-fools

Wie?
o Naaste omgeving
o Familie
o Vrienden/kennissen
o Één ieder die in je gelooft
o …

Drie veelvoorkomende mogelijkheden


o “gratis” geld (gift)
o Geld in ruil voor aandelen/winstbewijzen
o Geld via een toegekende lening

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


28

o …

1.1 Verschillende mogelijkheden?

Medeaandeelhouder worden
o Dit kan ten eerste door hen medeaandeelhouder te maken: zo worden zij mede-
eigenaar van uw onderneming en zorgen zij mee voor eigen inbreng. Aandelen in de
plaats.

Geld lenen = het geld aan de ondernemer lenen


o Deze middelen zullen door andere schuldeisers als quasi eigen vermogen worden
beschouwd indien de geldschieter deze lening ‘achtergesteld’ verklaart t.o.v. deze
schuldeisers (familie of vrienden). Belangrijk is steeds om hierbij op voorhand goede
afspraken te maken.
o Geld lenen bij familie of vrienden noemen we ook wel een onderhandse lening,
omdat het een lening is die niet 'openbaar’ aangeboden wordt. Zorg er bij een
onderhandse lening voor dat je afspraken goed vastlegt in een contract.
Overheidssteun
o De Winwinlening stimuleert particulieren met een fiscaal voordeel om geld te
ontlenen aan kleine en middelgrote ondernemingen. Is een lening dus vreemd
vermogen maar met een achtergesteld karakter.
o Tax Shelter voor startende ondernemingen stimuleert particulieren met een fiscaal
voordeel om in het kapitaal van startende ondernemingen te investeren.
o Tax Shelter voor scale ups (groeibedrijven) stimuleert particulieren met een fiscaal
voordeel om in het kapitaal van bestaande ondernemingen te investeren.

Privé-initiatieven
o Business Angels Netwerken (BAN's) zijn netwerken die business-angels groeperen die
bereid zijn om te investeren in bepaalde projecten. Deze netwerken investeren niet,
maar bemiddelen tussen BA en onderneming. In Vlaanderen is het netwerk BAN
Vlaanderen actief.
o The Harbour is een funding agency voor ambitieuze kmo's, groeiende
ondernemingen en gemotiveerde scale-ups, die zich profileert als sparringpartner en
matchmaker tijdens de financieringszoektocht.

1.2 WIN-WIN lening

Met de WIN-WIN lening moedigt de Vlaamse overheid particulieren aan om:

Een achtergestelde lening te verstrekken aan kmo’s met een looptijd van 8 jaar

Wie als vriend, kennis of familielid een WIN-WIN lening (achtergesteld en max 50.000 eur)
toekent aan een Vlaamse startende onderneming krijgt hiervoor een jaarlijkse
belastingvoordeel van 2,5% van het uitstaande geleende bedrag.

Een KMO kan zo tot een bedrag van €200.000 win-winleningen aangaan, met een maximum
van €50.000 per kredietgever. De rentevoet bedraagt maximum deze wettelijke rentevoet
en minimum de helft van diezelfde rentevoet; wettelijke rentevoet in 2020 is 1,75%.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


29

Als uw kredietnemer (KMO) niet kan terugbetalen, kan u als investeerder daarnaast 30% van
het verschuldigde bedrag terugkrijgen via een éénmalig belastingvermindering. (=
waarborg)

Op moment van toekenning winwinlening, moet de kredietgever:

Natuurlijk persoon (geen RP), lening buiten het kader van zijn handels- of
beroepsactiviteiten

In het Vlaamse Gewest gevestigd of (PB!!), indien het een inwoner betreft van een andere
lidstaat van de Europese Economische Ruimte, gelokaliseerd zijn in het Vlaamse Gewest
voor de toepassing van de belasting van niet-inwoners;

Geen werknemer van de kredietnemer; (↔ tax shelter)

Als de kredietnemer een zelfstandige is, dan mag de kredietgever niet de echtgenoot of de
wettelijk samenwonende partner van de kredietnemer zijn
Als de kredietnemer een rechtspersoon is, kan de kredietgever geen aandeelhouder zijn van
die rechtspersoon, noch benoemd zijn of optreden als bestuurder, zaakvoerder of een
vergelijkbaar mandaat binnen die rechtspersoon. (Zie versoepelingen)
Wie komt in aanmerking? Wie kan kredietnemer zijn?

Alle kmo’s met een economische activiteit die in Vlaanderen gevestigd zijn, komen in aanmerking,
ook binnen de sector van de sociale economie.

Deze maatregel richt zich enkel tot kmo’s die voldoen aan de Europese kmo-definitie.

De voorwaarden voor de ontlener zijn een stuk flexibeler geworden ten opzichte van de eerste
edities van de win-win lening:
- Moet geen starter meer zijn om beroep te doen op deze win- win lening.
- Ook de bedragen zijn opgetrokken.

1.3 Versoepelde WINWIN lening

Door de coronacrisis dreigt een groot aantal kmo's in de problemen te geraken. Daarom wordt de
populaire winwinlening flexibeler gemaakt voor nieuwe contracten gesloten na 6 oktober 2020.

Door de winwinleningen uit te breiden en te versoepelen, kunnen kmo's versterken.

Meer flexibiliteit in de looptijd: in plaats van een looptijd van 8 jaar, wordt het mogelijk te
variëren van looptijd tussen 5 en 10 jaar.
De maximumbedragen worden aangepast: het maximum van € 50.000 per kredietgever
wordt opgetrokken tot

€ 75.000, het maximum van € 200.000 per onderneming wordt opgetrokken tot € 300.000.

Het fiscale voordeel van 2,5% wordt uitgebreid tot de totale looptijd van maximum 10 jaar.
Ook voor kleine aandeelhouders (met maximum 5% van de aandelen) wordt het toegelaten
om een winwinlening te verstrekken.

Stijgende populariteit!

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


30

In de eerste helft van 2020 zijn 1633 leningen afgesloten voor een bedrag van bijna 36 miljoen euro!
Dat is een record. In 2019 ging het voor dezelfde periode om 1334 leningen voor een bedrag van
bijna 31,6 miljoen euro.

Fiscaal voordeel voor de kredietgever:

Enerzijds
• Een jaarlijks belastingkrediet voor de hele looptijd van de lening:
• Als berekeningsbasis wordt genomen het rekenkundig gemiddelde van alle
uitgeleende bedragen op 1 januari en op 31 december van het belastbare
tijdperk, met een maximum van €50.000 (€75.000) per belastingplichtige;
• De belastingkorting bedraagt 2,5% van de berekeningsbasis (wat neerkomt
op een maximum van €1.250 (€1.875) per jaar).

Anderzijds
• De mogelijkheid tot een eenmalig belastingkrediet ingeval een gedeelte van de
Winwin-lening niet wordt terugbetaald. Dit belastingkrediet bedraagt 30% van de
hoofdsom van de lening die definitief is verloren gegaan (bijvoorbeeld bij
faillissement, ontbinding, vereffening, …).

Andere voordelen voor de kredietgever?

Lening, dus intresten ontvangen op lening

De rentevoet wordt vastgelegd in de akte.


o Deze rentevoet mag niet hoger zijn dan de wettelijke rentevoet
o en mag niet lager zijn dan de helft van dezelfde wettelijke rentevoet.
o + let op : Roerende Voorheffing op Intresten

In 2020 bedraagt deze wettelijke rentevoet 1,75%

Een winwinlening afgesloten in 2020 moet zich situeren tussen 0,875% en 1,75%
o Deze rentevoet is vast en is een bruto-rentevoet
 Hierop is roerende voorheffing verschuldigd

De belangrijkste eigenschappen zijn:

Achtergestelde lening, zowel ten aanzien van bestaande als van toekomstige schulden;

Een looptijd van 8 jaar. ALTIJD!. Na 6 oktober 2020 tussen de 5-10 jaar!

Keuze in aflossingsmogelijkheden: Terugbetaling in één keer na 8 jaar (= bullet)


o OF maandelijkse, driemaandelijkse, zesmaandelijkse of jaarlijkse aflossingen;
o OF een eenmalige vervroegde terugbetaling van het openstaande saldo is eveneens
mogelijk.

Bedrag dat de kredietgever in het kader van één of meer winwinleningen aan kredietnemers
kan uitlenen is ten hoogste € 50.000 (€75.000)

Samenvatting:

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


31

Versoepelde winwin lening

De verruiming geldt enkel voor nieuwe contracten gesloten na 6 oktober 2020. (De datum van de
publicatie van het decreet.)
Voor het verhoogde eenmalige belastingkrediet van 30% naar 40% bij faling voor Winwinleningen die
gesloten zijn na 15 maart 2020 tot uiterlijk 31 december 2020, moet nog een nieuw Besluit van de
Vlaamse Regering worden gepubliceerd.
Gelijktijdig zal, onder bepaalde voorwaarden, een mogelijkheid tot verlenging van looptijd en uitstel
van betaling (maximum 2 jaar) met behoud van het fiscale voordeel voorzien worden.

Voorbeeld 1:

Jan heeft een Vlaamse kmo, die principieel in aanmerking komt voor een win-win lening. Dankzij zijn
moeder, die 40.000 euro aan de kant heeft staan, kan Jan zijn kmo voorzien met additionele
financiering.

Jan en zijn moeder komen een bullet formule overeen.


De achtergestelde lening (kapitaalgedeelte) dient alzo slechts na 8 jaar terugbetaald worden ten
belope van het volledige bedrag.
Datum toekennen lening : 2 januari 2020

Bereken de jaarlijkse voordelen voor de moeder (onder de hypothese dat Jan zijn kmo niet failliet zal
gaan tijdens de looptijd van de win-win lening)
=> EXCEL bestand

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


32

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


33

Voorbeeld 2:

Jan heeft een Vlaamse kmo, die principieel in aanmerking komt voor een win-win lening. Dankzij zijn
moeder, die 40.000 euro aan de kant heeft staan, kan Jan zijn kmo voorzien met additionele
financiering.

Jan en zijn moeder komen een overeen dat jaarlijks 1/8 ste van kapitaal wordt teruggestort. Datum
toekenning lening: 2 januari 2020

Bereken de jaarlijkse voordelen voor de moeder (onder de hypothese dat Jan zijn kmo failliet zal
gaan: curator verslag per 30/4/2023)

2. Business angels

K = Kapitaal
T = Tijd
Algemeen bij business angels is €250.000,00

Indien een starter geen eigen netwerk heeft of indien dit onvoldoende kapitaal oplevert, kan hij ook
in contact komen met zogenaamde “business angels”. Deze term verwijst naar vermogende
particulieren, vaak met een ondernemersverleden, die bereid zijn om in startende ondernemingen te
investeren.

Het komt echter ook voor dat meerdere business angels gezamenlijk geld investeren in een start-up
of jonge onderneming middels een Angel group met één lead investor.

Business angels zijn particuliere of informele investeerders, vaak ex-ondernemers. Zij investeren
zakelijk een bedrag tussen de 50.000 en 750.000 euro in je bedrijf. En hebben vooral belangstelling
voor kansrijke en snelgroeiende bedrijven in de start- en groeifase

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


34

Netwerken zoals Business Angels Netwerk Vlaanderen (BAN Vlaanderen) helpen:


Ondernemers behoefte van kapitaal aan te vullen
Business angels met elkaar in contact te brengen
fungeert als bemiddelaar/coördinator tussen een netwerk van anonieme informele
investeerders met relevante knowhow, de zogenaamde business angels, en beloftevolle
ondernemingen.
BAN Vlaanderen wordt financieel ondersteund door de Vlaamse overheid. BAN is actief in
heel Vlaanderen.

BAN Vlaanderen richt zich tot


jonge, startende en groeiende ondernemingen.
Projecten in de sectoren kleinhandel, horeca en projectontwikkeling worden niet
gefinancierd.
Investeringsbedragen variëren gemiddeld van 25.000 EUR tot 250.000 EUR.
Dit gebeurt meestal in de vorm van een aandelenparticipatie.
Na enkele jaren van groei zal een “exit” gegenereerd worden en realiseren de business
angels een meerwaarde op hun aandelen.
BA bieden niet enkel financiering, maar ook expertise en een netwerk.

Verschillende types Business Angels:

De maagd
o Virgin angels
o Bezitten alle kenmerken van een business angel
o Maar nog nooit als business angel opgetreden
o Veelal kieskeurig

De starter/adolescent
o B.A. met realisatie van 2 à 3 B.A. projecten
o Meestal gevolgd door aansluiting bij netwerk

De volwassen business angel / entrepreneurial b.a.


o = B.A. met realisatie van tal van B.A. projecten
 => doorgaans 10 à 12 ondernemingen in portefeuille
 => zeer actief betrokken bij de investeringen
o = vaak zelf meerdere bedrijven gehad/geleid vandaar ook: meerdere B.A. projecten
o = halen heel wat projecten via B.A. netwerk
o = ENTREPRENEURS IN HART EN NIEREN
o Cruciaal punt
 = veel projecten = veel ervaringen
 vnl GOEDE ERVARINGEN => doordoen vnl SLECHTE ERVARINGEN => afhaken

De latente business angel


o In het verleden 1 of meerdere projecten
o Laatste jaren minder actief op vlak van B.A. projecten
 Doch: nog steeds vermogend
 Overwegen enkel nog te investeren op zeer lokaal gebied

Welvaart maximalisatie angels

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


35

o B.A. projecten in functie van financiële return/meerwaarde

Inkomstenzoeker business angel


o = beperken tot 1 à 2 (beperkte) investeringen
o = voornamelijk inzetten op actieve begeleiding
 management ondersteuning
 consultancy
o = Meerwaarde op investering MINDER van BELANG
o = INKOMSTEN UIT MGMT ONDERSTEUNING en UIT CONSULTANCY WEL van BELANG
(factureren)

Mega angels
o Qua omvang bijna een fonds op zich
o Met groep van adviseurs rondomzich
o Heel veel tijd hebben ze niet
o Wel enorm veel geld en een netwerk om u tegen te zeggen

T&T artiesten “take and turn around”


o = B.A. doorgaans bij start van een onderneming
o = T&T artiesten IN ANDERE FASE VAN LEVENSCYCLUS ONDERNEMING
 => Management ondersteuning
 => Financiële bijstand
 BIJ BEDRIJVEN IN MOEILIJKHEDEN (doch met nog potentieel)
 .. Proberen nieuw leven in de onderneming blazen
o = GAAT ABSOLUUT CONTROLE WILLEN NEMEN OVER DE ONDERNEMING IN
MOEILIJKHEDEN
 (zittend management vervangen)
 Want: men ziet er nog potentieel in
 Dus: moeilijkheden vnl. te weinig aan slecht management
 B.A. stelt orde op zaken

Voordelen Business Angels

1. Business angels nemen de controle over in uw bedrijf.


2. Als u in zee gaat met business angels, kunt u geen eigenaar blijven van uw bedrijf.
3. Business angels zijn alleen voor starters, vooral hightech start-ups.
4. De juiste business angel vinden is even moeilijk als het vinden van een goed lief.
5. Een business angel is geen barmhartige Samaritaan: die wil geld zien.
6. U moet al uw eigen vermogen investeren in uw bedrijf voor u met business angels in zee gaat.
7. Voor bedrijven die echt een grote financieringsbehoefte hebben, hebben business angels geen zin.

3. Aanvullende cofinanciering

Via de KMO-cofinanciering worden middelen aangereikt in samenwerking met zogenaamde


cofinanciers, zoals banken, business angels of durfkapitaalfondsen.

Wanneer je in zee gaat met een business angel via BAN Vlaanderen kan je de inbreng van de
business angel aanvullen met de Cofinanciering van PMV/z. (= achtergestelde lening)

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


36

Via de kmo-cofinanciering worden middelen aangereikt in samenwerking met zogenaamde


cofinanciers zoals banken, business angels of durfkapitaalfondsen. (zie vreemd vermogen)

4. Crowdfunding

Kenmerken:
Gericht op start-ups en ondernemingen in de prille groeifase
Beroep doen op het brede publiek
Beperkt bedrag inbrengen

Bij crowdsourcing wordt via het internet geld aangetrokken bij grote aantallen financiers. Mensen
kiezen dan zelf welk (meestal klein) bedrag ze aan het project schenken of ontlenen.

Crowdfunding (ook wel 'publieksfinanciering' genoemd) is een alternatieve wijze om een project


of onderneming te financieren. Ondernemers gaan in de meeste gevallen naar een bank om een
kredietaanvraag te doen en zo startkapitaal te verkrijgen. Crowdfunding verloopt echter zonder
financiële tussenpersonen, maar zorgt voor direct contact tussen investeerders en ondernemers.

Financiering verwerven via een grote groep van kleine financiers


Startend in uw eigen (sociaal) netwerk
Voor de financiering van een project/zaak
Met een vooraf bepaald doelbedrag en deadline

Daarbij haal je geld op bij mensen die enthousiast worden van jouw plannen en erin willen
investeren.

Naast geld levert een crowdfundingscampagne ook naamsbekendheid op en in veel gevallen


worden de deelnemers ook ambassadeurs voor jouw bedrijf.

4.1 CROWDFUNDING in België

Crowdfunding in België is pas in 2013 gestart. Toen is er iets meer dan 1 miljoen opgehaald.
In 2015 was dat al 10 miljoen In 2017 bijna 24,9 miljoen.
In de eerste helft van 2018 is in België 16,6 miljoen euro via crowdfunding opgehaald.
We zien dus een duidelijke groei.

MAAR !
Als je de bedragen vergelijkt met Nederland, Frankrijk en Engeland, dan hinken we achterop, maar
we groeien wel tegen hetzelfde tempo.

4.2 Hoe werkt crowdfunding?

Globaal genomen bestaat het crowdfundingproces uit vier stappen:

1) De ondernemer dient het project in bij het crowdfundingplatform. Het


crowdfundingplatformevalueert het project en beslist of het project kan opgenomen
worden of niet.

2) De ondernemer stelt alle relevante informatie ter beschikking van potentiële investeerders
en voert een promotiecampagne (via het platform, sociale media …). Geïnteresseerde

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


37

geldschieters of 'believers' kunnen inschrijven op het project en storten een zelf te bepalen
bedrag.

3) Na het einde van de (vooraf bepaalde) periode waarin de believers geld kunnen storten,
wordt de financieringsronde afgesloten. Als de beoogde financiering niet is opgehaald,
krijgen de financiers hun geld terug. Als dat wel het geval is, krijgt de ondernemer het
opgehaalde geld ter beschikking.

4) Na de crowdfundingronde blijft er interactie tussen de ondernemer en de believers-


investeerders. In sommige gevallen kunnen investeerders stemrecht krijgen in de
onderneming (bijvoorbeeld bij crowdfundingvia de uitgifte van

Vier bekendste vormen van crowdfunding:

Donaties  niet financieel, niks in de plaats terug, sociale liefdadigheidsprojecten


Rewards  niet financieel
Leningen  financieel, meestal terugbetaling + interest  crowdlanding
Aandelen  financieel, crowd

Financiële crowdfunding:

De ondernemer ontvangt voor de uitvoering van het crowdfundingproject:


- Geld via een lening in ruil voor een interestvergoeding (credit crowdfunding/crowdlending)
of
- Aandelen in ruil voor een deelname in de eventuele winst (equity crowdfunding).

Enkel in dit laatste geval waarbij de belegger/investeerder een financieel risico loopt, moet het
platform een vergunning aanvragen als alternatief-financieringsplatform (ATF) bij toezichthouder
FSMA.

Wanneer je geld wenst op te halen via crowdfunding moet er bij bepaalde types van crowdfunding,
rekening worden gehouden met een aantal drempels die bepalen of er al dan niet een prospectus of
informatienota moet worden opgesteld.
De prospectus en informatienota hebben tot doel de belegger/investeerder te informeren over alle
nodige voorwaarden en risico’s.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


38

Waarom kiezen voor crowdfunding?

Snelle manier om gaan geld te geraken als je eigen kapitaal te laag is


Reclame maken
Dat wordt heel controleert gedaan
Dat werkt snel, duidelijk,…
Minder afhankelijk van de bank, minder bemoeienissen,…

Motivatie geldschieters?

Ik ken die persoon, ik kijk naar die persoon op,…


Dit project sluit heel nauw aan bij mijn interesses,…
Beloning in natura, geld,…

Als je kijkt naar het soort projecten dat slaagt, dan zijn het vooral:
• De creatieve en sociale projecten die het goed doen.
• Trends: duurzaam, vastgoed en goede doelen
Duurzaamheid en duurzame energie
Duurzame ondernemingen en projecten voor duurzame energie maken een groeiend aandeel uit van
de crowdfundingmarkt. Deze ondernemingen en projecten halen gemiddeld hogere bedragen op.
Een mogelijke verklaring is dat duurzaamheid en duurzame energie aansluiten bij de
maatschappelijke betrokkenheid van investeerders.
Vastgoed: Er is ook groei in vastgoedprojecten. Na wat koudwatervrees voor langlopende leningen,
financieren crowdfunders steeds meer vastgoedprojecten en hypotheken.
Goede doelen: Steeds meer goede doelen zetten crowdfunding in. Veel goede doelen worstelen met
het vinden en binden van nieuwe donateurs. Crowdfundingkan donateurs aanspreken die een
directe bijdrage willen leveren aan een concreet project.

Crowdfunding tijdens de coronacrisis


Verschillende crowdfunding platformen voorzien in deze crisistijd ook acties voor bedrijven op zoek
naar financiering. Hierbij enkele voorbeelden:
• Lita.co rekent voor nieuwe dossiers geen dossierkosten meer aan.
• Ook Look&Fin rekent geen dossierkosten aan en voorziet eventueel een aflossingsvrije
periode voor
het kapitaal. Daarnaast lanceert het platform een flexibel krediet over 5 jaar zonder kapitaalaflossing
tijdens de eerste 2 jaar.
• Socrowd zet een Coronafonds op van € 1 miljoen om organisaties en projecten met een
positieve impact op de samenleving te ondersteunen tijdens deze crisisperiode.
Spreds.com voorziet voor nieuwe klanten in 2020 gratis juridisch advies (5u).

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


39

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


40

Lesweek 4 Eigen vermogen intern (46 dia’s)

Het eigen vermogen van een onderneming bestaat uit kapitaal en opgebouwde winsten uit het
verleden, deze laatste in de vorm van reserves en overgedragen winst.

Kapitaal (eigen vermogen) geeft, in tegenstelling tot een lening (vreemd vermogen), geen
gegarandeerd recht op een vergoeding.

Een dividend wordt in principe immers enkel uitgekeerd indien de onderneming voldoende winst
maakt.

Bovendien is er evenmin een gegarandeerde terugbetaling van de inbreng.

Er is ook een onbeperkte looptijd, al kunnen de aandelen eventueel wel worden doorverkocht, maar
dan aan de marktwaarde van dat moment.

Vergoedingen en rechten?

Eigen vermogen:
Geen gegarandeerde vergoeding
Dividend uitkeren enkel mogelijk bij winst
Eigendom verwerven in de onderneming
Stemrecht en beslissingsrecht

Vreemd vermogen:
Gegarandeerde vergoeding
Periodieke uitbetaling
Geen inspraak in bedrijfsvoering
Recht op gegarandeerde terugbetaling

Fiscale overwegingen?

Eigen vermogen:
Dividend niet fiscaal aftrekbaar (= nadeel)

Vreemd vermogen:
Vergoeding in de vorm van intrest = fiscaal aftrekbaar (= voordeel)

Vanuit het standpunt van de onderneming spelen diverse criteria mee voor het bepalen van de
financiële structuur:

Eigen vermogen vs vreemd vermogen


Lange termijn vs korte termijn
Liquiditeit vs solvabiliteit

Pluspunten bijkomend eigen vermogen:

Geen onnodige rente betalen


Op dit moment staan rentes heel laag  beter lenen ipv eigen vermogen gebruiken
Extra mogelijkheden creëren --> kleiner financieel risico
Solvabiliteit vergroot

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


41

Pluspunten bijkomend vreemd vermogen:

Grotere investeringen
Interesten fiscaal aftrekken (kosten)  minder belastingen betalen

1. Interne financiering – eigen vermogen

1.1 Inbreng eigen middelen

Bootstrapping

Bootstrapping describes a situation in which an entrepreneur starts a company with little capital,
relying on money other than outside investments. An individual is said to be bootstrapping when they
attempt to found and build a company from personal finances or the operating revenues of the new
company.

Niet uitgeven = niet financieren

Voorbeelden:
o Inbreng van beperkte eigen financiële middelen (spaargeld…)
o Kantoor huren/kopen?  eigen kamer/garage/… gratis werkruimte
o Onderhandelen met leveranciers  nu gunst vragen in ruil voor potentiële lange
termijn relatie
o Met minimale kosten opstarten

Waarom? Redenen?

Opstart financieren
Basis voor zoektocht naar externe financiering
Buffer in verband met mogelijke onverwachte tegenslagen
Buffer voor externe financiers (banken, kredietverschaffers, leveranciers, overheid, …)
Kan zowel in zowel in geld als in natura

Fiscaal voordeel bij inbreng in vennootschap?

Notionele intrest aftrek of aftrek voor risicokapitaal

Definitie:

De 'aftrek voor risicokapitaal' of zogenaamde 'notionele interestaftrek' is een nieuwe, innovatieve en


krachtige maatregel in het internationaal fiscaal recht, waarmee alle ondernemingen onderworpen
aan de Belgische vennootschapsbelasting een aftrek van hun belastbaar inkomen kunnen toepassen
in de vorm van een fictieve rente die wordt berekend op basis van hun eigen vermogen (netto activa).
De maatregel is geldig vanaf 1 januari 2006 (aanslagjaar 2007).

De inbreng van kapitaal is vrij van registratierechten.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


42

Doel:

Het voornaamste doel van deze innovatieve maatregel is het verminderen van de fiscale discriminatie
tussen financiering met vreemd vermogen en financiering met eigen vermogen. Inderdaad, in het
geval van leningen, is de betaalde rente aftrekbaar van de belastbare basis, terwijl vergoedingen in
de vorm van dividenduitkeringen voor financiering met eigen vermogen dat niet zijn.

Met de verdwijning van het speciaal fiscaal regime voor de Belgische coördinatiecentra, moest België
een ander mechanisme voor fiscale planning aanbieden waardoor de verdere ontwikkeling van deze
vormen van coördinatie-activiteiten verzekerd wordt.

De regels zijn ook bedoeld om de volgende positieve effecten te creëren:

1. Een algemene verlaging van de effectieve aanslagvoet in de vennootschapsbelasting voor alle


bedrijven en een hoger rendement na belastingen op de investeringen.
2. Het bevorderen van kapitaalintensieve investeringen in België, en een stimulans bieden voor
multinationals om de toewijzing van bepaalde intra-groepsactiviteiten zoals
groepsfinanciering, centrale inkoop en factoring aan een Belgische groepslid te overwegen.

Opteert een vennootschap in een belastbaar tijdperk voor een “gewone” investeringsaftrek

Komt de notionele intrestaftrek niet in aanmerking. Die uitsluiting geldt voor dat belastbaar
tijdperk en ook voor de twee daarop volgende belastbare tijdperken.
Kortom, er zal een keuze moeten gemaakt worden: de notionele intrestaftrek of “gewone”
investeringsaftrek. Gezien het verschil aan percentages lijkt de gewone investeringsaftrek
(8%) de voorkeur te genieten t.o.v. de notionele intrestaftrek, maar dit is niet altijd het
geval.

1.2 Autofinanciering

Onderneming genereert winst  wettelijke reserve aanleggen


Winstinhouding getuigt van gezonde langetermijnvisie
5% van de winst tot 10% van het kapitaal bereikt is = wettelijke reserve

Winst na belasting:

1. Uitkeren als dividend (of uitkeren aan bestuurders, werknemers,…)


a. Verrijken van de aandeelhouders

2. Reserveren in het eigen vermogen van de onderneming

3. Overdragen van het resultaat naar volgend boekjaar

Standaard 30% van het brutodividend moeten we afstaan aan de fiscus = roerende voorheffing

Sinds AJ 2019 is een nieuwe regeling in het leven geroepen:


640 EUR aan dividend vrijgesteld van RV
Sinds AJ 2020 is dat zelfs opgelopen tot 800 EUR .
Dit kan terug gerecupereerd worden via de aangifte in de personenbelasting

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


43

1.2.1 Fiscale stimuli voor een “uitgestelde” dividend politiek

Liquidatiereserve

Enkel vennootschappen die klein zijn volgens de criteria van artikel 15 W.Venn. kunnen een
liquidatiereserve aanleggen.

Met een liquidatiereserve kun je jaarlijks (een deel van) de belaste winst boeken op een afzonderlijke
passiefrekening.

Net als bij een gewone reserve dient een liquidatiereserve als een soort van interne ‘spaarpot’ voor
je kapitaal. Je kan de opgepotte gelden op elk moment aanwenden om dividenden uit te keren.

Vijf jaar geduld = minder dan de helft van de normale taxatie !

Wat is een liquidatiereserve?

Met een liquidatiereserve kun je als kmo jaarlijks (een deel van) de belaste winst boeken op een
afzonderlijke passiefrekening. Je betaalt 10% bijkomende vennootschapsbelasting op de aangelegde
reserve. Na een bepaalde wachtperiode kun je dat bedrag voordelig als een dividend uitkeren. Op die
manier bespaar je in een aantal gevallen belastingen.

Welke soorten liquidatiereserves bestaan er?

Er bestaan 2 soorten liquidatiereserves:

1. De gewone liquidatiereserve: vanaf aanslagjaar 2015 kunnen kmo’s (een deel van) hun
belaste winst overboeken naar een passiefrekening.
2. De bijzondere liquidatiereserve: een tijdelijke maatregel voor de aanslagjaren 2013 en 2014.

Wil je een nieuw reserve aanleggen? Dan gelden de regels voor de gewone liquidatiereserve.

Wat zijn de fiscale gevolgen van een liquidatiereserve aanleggen?

De gewone liquidatiereserve

Op de aangelegde reserve betaal je een bijkomende aanslag van 10% vennootschapsbelasting. Na


een wachttermijn van 5 jaar kun je de liquidatiereserve als een dividend uitkeren aan 5% roerende
voorheffing.

Wacht je met de uitkering tot de stopzetting van je vennootschap? Dan vermijd je zelfs de
bijkomende roerende voorheffing van 5%.

Keer je de liquidatiereserve vroeger uit? Dan betaal je een roerende voorheffing die varieert van 17%
tot 20%.

Een liquidatiereserve kan vooral interessant zijn als je vennootschap bij de uitkering van een gewoon
dividend 30% roerende voorheffing moet betalen.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


44

De bijzondere liquidatiereserve

Door de programmawet van 10 augustus 2015 konden kmo’s de winsten van aanslagjaren 2013 en
2014 alsnog tijdelijk toewijzen aan de liquidatiereserve. De daarop verschuldigde
vennootschapsbelasting van 10% moest wel op tijd betaald worden.

Voor aanslagjaar 2013 was de uiterlijke betaaldatum 30/11/2015. Voor aanslagjaar 2014 was dat
30/11/2016. De wachttermijn van 5 jaar begon te lopen op de laatste dag van het boekjaar waarin de
belasting van 10% werd betaald.

Keer je de liquidatiereserve vroeger uit? Dan betaal je 17% roerende voorheffing.

Na de wachttermijn van 5 jaar betaal je net zoals bij de gewone liquidatiereserve 5% roerende
voorheffing. Bij het stopzetten van je vennootschap betaal je geen roerende voorheffing.

Een liquidatiereserve aanleggen of een dividend uitkeren?

Je hebt 10.000 euro belastbare winst die je uit je vennootschap wilt halen. Keer je jezelf dan beter
een dividend uit? Of is het interessanter om een liquidatiereserve aan te leggen?

In beide gevallen bedraagt de vennootschapsbelasting algemeen 29,58%. Maar onder bepaalde


voorwaarden heb je als kmo recht op een verlaagd tarief van 20,40%.

Conclusie

Heb je geen recht op de verlaagde roerende voorheffing (van 15% bij VVPRbis) bij het uitkeren van
een dividend? En kun je 5 jaar wachten? Dan is het voordeliger om voor een liquidatiereserve te
kiezen.

De tabel hieronder geeft aan hoeveel je netto overhoudt als je een dividend uitkeert en wanneer je
een liquidatiereserve aanlegt.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


45

Voorbeeld liquidatiereserve:

Stel vennootschap maakt winst voor belasting:


10.000 euro
Stel vennootschap valt onder het normaal tarief VenB. 29,58%
-----------------------------------------------------------------------------------------
Winst Na belasting is?
10.000 euro Winst voor belastingen
- 2.958 euro Ven.B
= 7.042 euro Winst na belastingen

VVPR BIS AANDELEN

VVPR is een afkorting van ‘verlaagde voorheffing-précompte réduit’.

De ‘bis’ verwijst naar het feit dat deze gunstregeling gelijkenissen vertoont met een vorige.
Het tarief geldt onder bepaalde voorwaarden inzake uw vennootschap, de aandelen en de inbreng in
ruil waarvoor die aandelen uitgegeven werden.

Deze maatregel is niet alleen van toepassing op kapitaalsverhogingen, maar ook bij de oprichting van
nieuwe kleine vennootschappen (artikel 269, § 2, WIB92)

= Eén van de mogelijkheden om winsten uit te keren aan gunstige tarieven


= dividenden van kleine vennootschappen kunnen genieten van een verlaagde roerende
voorheffing van 20 of 15 %.

Voorwaarden:
- De oprichters dienen de aandelen ononderbroken in volle eigendom te behouden
- De aandelen waaraan de dividenden toegekend worden, nieuwe aandelen op naam zijn die
sinds 01.07.2013 uitgegeven zijn in ruil voor een inbreng in geld in een kleine vennootschap.
- in principe een wettelijk minimumkapitaal is vereist (gewijzigd in WVV)

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


46

KMO’s die vanaf 1 juli 2013 een kapitaalverhoging uitvoeren


Dienen slechts 15% RV in te houden op de betreffende dividenduitkeringen van het derde
boekjaar
Bij een dividenduitkering na 2 jaar => 20% RV
Bij eerdere dividenduitkering: standaardtarief 30%

Liquidatiereserve omdat: er geen 5 jaar gewacht moet worden om het er aan een voordelig tarief uit
te halen, meteen 10% belasting betalen en dat moet bij VVPR BIS niet – 2 jaar eerder kiezen om het
te kunnen uitkeren

1.3 Kapitaal verhoging

Bij een kapitaalverhoging verhoogt een onderneming haar kapitaal door:

• Uitgeven bijkomende aandelen om nieuwe investeringen te financieren met eigen middelen


• Door inbreng in natura of in geld

Voordeel aandeelhouders:
Op korte termijn leidt een kapitaalverhoging door uitgifte van nieuwe aandelen meestal tot
verwatering. Verwatering betekent dat de winst van de onderneming over meer aandelen moet
verdeeld worden, maar dat de “oude” aandeelhouders verhoudingsgewijs aan belang inboeten. Om
het verlies te compenseren krijgen die aandeelhouders een korting en voorrecht op nieuwe
aandelen.

1.4 Inkoop eigen aandelen

Een vennootschap kan eigen aandelen inkopen om fiscale of economische redenen.


Het maakt het mogelijk om op een fiscaalvriendelijke manier financiële middelen uit de
vennootschap te halen ten voordele van de aandeelhouders.
Een fiscale reden kan zijn om opgebouwde reserves uit te keren.
Wanneer de vennootschap de aandelen inkoopt en daarna vernietigt, krijgen de
resterende aandelen een hogere waarde. Dit betekent een mooie bonus voor de aandeelhouders,
daarom gaat het hierbij dus eerder om een economische reden.

Wettelijke voorwaarden in België?


Dankzij het WVV vallen enkele beperkingen binnen de inkoop van eigen aandelen weg.
• De beslissing moet genomen worden door de algemene vergadering, waar 75% van de
stemmen akkoord moet gaan.
• Eens de aandelen werden ingekocht en ze niet meteen worden vernietigd of overgedragen,
moet de vennootschap een onbeschikbare reserve aanhouden.
• Bovendien moet bij de inkoop van aandelen binnen een BV steeds de liquiditeitstest en
balanstest uitgevoerd worden (bij de NV is dit enkel een balanstest).

Voorbeeld: 10 miljoen aandelen bij een winst van 100 miljoen

= winst per aandeel is 10 euro.


0,5 miljoen aandelen worden ingekocht en vernietigd dan blijft er 9,5 miljoen over en is de winst per
aandeel 10,53 eur (100milj / 9,5milj)
Door 5% van de aandelen in te kopen , neemt de winst per aandeel met 5% toe.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


47

Dus waarderingsmethode wordt positiever , koers wordt aantrekkelijker waardoor de vraag opnieuw
stijgt.
Lesweek 5 Eigen vermogen extern deel 2 (41 dia’s)

1. Durfkapitaalfondsen

Durfkapitaal heeft tal van synoniemen waarvan de vlag niet altijd dezelfde lading dekt. Vaak spreekt
men ook over risicokapitaal, venture capital of private equity.

We beschouwen durfkapitaal hier als een vorm van kapitaal, verstrekt door aandeelhouders, dat een
hoger dan gemiddeld risico in zich draagt.

Spelers actief in risicokapitaal:


Business angels
Investeringsfondsen opgericht door overheid
Private risicokapitaalverschaffers
Equity crowdfunding

Durfkapitaal = Risico dragend eigen vermogen dat wordt gebruikt voor de financiering van niet-
beursgenoteerde ondernemingen
Kenmerken:
- Investeerder is een actieve en tijdelijke aandeelhouder in de onderneming
- Periode van 3 tot 7 jaar, daarna “exit” met meerwaarde
- Focus op jonge, snel groeiend, volwassen en veelbelovende bedrijven
- Selectief en diepgaand onderzoek gaat hieraan vooraf
- Actief participatie in het management
- Dit komt voor via aandelenparticipatie of een (converteerbare) obligatielening

Wat is het belangrijkste nadeel?


Het belangrijkste nadeel van durfkapitaal is de rente. Deze spreek je zelf al met de investeerder
(durfkapitalist) die jou het geld verstrekt. Omdat het risico echter bij de investeerder ligt betaal je
deze vaak een hoge rente.

Ben jij als onderneming klaar voor risicokapitaal?

Voldoende groeipotentieel
Goed managementteam
Organisatiestructuur laat risicokapitaalverschaffers toe?
Investeringsstructuur
Exit plan

Risicokapitaal of venture capital wordt gebruikt om (meestal) jonge bedrijven die hoge risico’s lopen, maar die
een enorm potentieel hebben om te groeien, te financieren. Durfkapitaal wordt gecreëerd door zogenaamde
venture capitalists. Vaak professionals die de ervaring, kennis én het kapitaal hebben om investeringen te doen.
Ze investeren in veelbelovende jonge bedrijven waarin men gelooft dat ze sterk zullen groeien en een grotere
plaats zullen innemen op de markt. Venture capitalists spreiden hun risico’s door te investeren in meerdere
bedrijven tegelijk. Hier tegenover staat wel dat ze medezeggenschap krijgen in de (jonge) onderneming en dat
ze bijvoorbeeld inspraak hebben in de strategie, richting, doelstellingen enzovoort. Gemiddeld verwachten
investeerders van risicokapitaal een rendement te zien binnen 7 tot 10 jaar. De kans bestaat dat de aandelen
hierna weer worden doorverkocht. De term venture capital kan wel eens verward worden met  private equity.
Private equity bedrijven investeren meer in reeds bestaande bedrijven die bijvoorbeeld omwille van inefficiëntie

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


48

niet winstgevend genoeg zijn. Ze kopen meestal ook 100% de organisatie over, waardoor ze volledig
zeggenschap hebben.

1.1 Zaaikapitaal

Zaaikapitaal betreft vooral kapitaal dat wordt geïnjecteerd in ondernemingen die zich nog in een
ontwerpfase bevinden. Dit heeft veelal betrekking op onderzoek en ontwikkeling (O&O), ook bekend
als research and development (R&D). deze kapitaalvorm vinden we vaak terug in sectoren die veel
onderzoek vergen vooraleer een nieuw product op de markt kan komen, zoals de
biotechnologiesector, die sterk verankerd is in België.

Typisch aan zaaikapitaal is het hoge risico, aangezien er geen zekerheid bestaat of de
onderzoeksinspanningen wel degelijk tot resultaten zullen leiden die ook vertaald kunnen worden in
een commercieel succes. Anderzijds is het ook zo dat een succesvol product vaak tot zeer hoge
returns kan leiden voor de aandeelhouders van het eerste uur. Een hoog risico met een hoge
potentiële return dus.

1.2 Startkapitaal

Startkapitaal heeft betrekking op ondernemingen die reeds een stap verder staan in de ontwikkeling
van hun product of dienst. Veel durfkapitaalfondsen die gebruikmaken van overheidssteun zijn
specifiek gericht op dergelijke innovatie starters.

1.3 Groeikapitaal/expansiekapitaal

Ondernemingen beschikken over bepaalde maturiteit


Willen een volgende stap zetten in haar expansie
Kapitaalverhoging inzetten voor nieuwe investeringen

1.4 Vervangingskapitaal

Doelstelling van kapitaalverhoging van heel andere aard


Wijziging van de financiële structuur
Bijvoorbeeld bestaande schulden af te lossen

1.5 Overname- en buy-outkapitaal

Specifieke vorm van kapitaalinjectie


Bij het verkopen van aandelen beroep doen op durfkapitaalverstrekkers of -fondsen

Door verschillende groepen:


Management van de onderneming (Management buy-out of MBO)
Personeel (employees buy out of EBO)
Een combinatie (MEBO)
Managers uit een andere onderneming (MBI)
Andere investeerders (investors buy out of IBO)

Onderneming verkopen aan eigen management, wanneer management dit ziet zitten om over te
nemen. Personeel geloofd dat onderneming winstgevend kan zijn met een nieuw leiderschap

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


49

Een specifieke vorm van buy-out is de zogenaamde leveraged buy-out (LBO). In dit geval wordt de
buy-out voor een groot stuk gefinancierd met financiële schulden. Meestal verwachten de banken
dat deze schuld op een periode van minder dan 10 jaar kan worden terugbetaald. > 50% gefinancierd
van de overnameprijs met leningen die later dienen terugbetaald te worden.
Een buy-out heeft diverse mogelijkheden:

Financiering door de verkoper


Aandeelhouders zijn bereid een deel van de overname prijs te lenen aan het management tegen
marktconforme rente en binnen gestelde termijn

Financiering via een nieuwe vennootschap


Overnemers richten een nieuwe vennootschap op die aandelen van de targetonderneming koopt
tegen een overgekomen prijs.
Gedeelte van de prijs ontlenen bij de targetonderneming, voor het overige gedeelte doen ze beroep
op financiële instelling. Totale schuld aflossen via dividenduitkeringen en via de cashflow

Financiering met riscicodragend kapitaal


Financiering gezocht bij derden. In ruil hoge return en controle over de onderneming.

Voordelen informeel
• Kennis van bedrijf
• Emotioneel gebonden met bedrijf
Voordelen formeel
• Minder personen om rekening te houden
• Grotere bedragen
Nadelen informeel:
• Beperkter kapitaal
• Te veel zeggenschap hebben in onderneming
• Waarom willen die investeren?
Nadelen formeel:
• Zijn minder op de hoogte van het bedrijf
• Heel exit driven

1.6 Private spelers van durfkapitaal

Kenmerken:
Professionele durfkapitaalverstrekkers
Vaak internationale durfkapitaalverstrekkers
Vooral geïnteresseerd in marktpotentieel
Kwaliteit van management is belangrijk
Relatief grote bedragen
Hoger risico

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


50

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


51

Private spelers: private equity/venture capital

Sector?
o Irrelevant

Groeipotentieel?
o Meer dan gemiddeld groeipotentieel
 Vandaar: excellent businessplan voorleggen

Levenscyclus bedrijf?
o In verschillende stadia mogelijk

1.7 Overheidsspelers: participatiemaatschappijen

PMV = Participatiemaatschapij Vlaanderen

De belangrijkste leveranciers van private equity


Richten zich vooral op veelbelovende bedrijven met een (tijdelijk) aanzienlijke
financieringsbehoefte
Gaan zelf op zoek naar vermogen
Vaak aandelen in de plaats
Willen betrokken worden bij belangrijkste strategische en investeringsbeslissingen

Sector?
o Waar ze voldoende gespecialiseerde kennis over hebben voorbeeld ‘life sciences’ en
‘care’
Levenscyclus bedrijf?
o Vaak bedrijven in moeilijkheden, saneren, verkopen ze achteraf met winst door
brengen ze naar de beurs

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


52

Toepassing case Pieter fase 1:

Financieringsbehoefte van 50.000 EUR Hij wil 60% hiervan financieren met EV:
• 10.000 EUR: spaargeld
• 10.000 EUR: Ouders aanvullend lenen (= winwinlening)
• 2x 5.000 EUR : 2 freelancers die willen mee investeren in de vorm van aandelenkapitaal

STARTKAPITAAL = 30.000 EUR zie beginbalans

Aandelenverdeling: - Pieter : 2/3 van de aandelen


- 2 Freelancers: ieder 1/6 van de aandelen

Win win lening:


Voordeel ouders:
• Rente : 1,25% (afspraak) x 10.000 euro = 125 Eur Bruto = 87,5 Eur netto
• Belastingvoordeel : 2,5% ofwel 250 Eur
• Jaarlijks voordeel : 337,50 euro

Aandeelhouders: Geen vastgelegde vergoeding.


In de veronderstelling dat hij in het eerste jaar 20.775 Eur winst na belastingen heeft, zou een deel
uitgekeerd kunnen worden.

Stel pay out van 30% = 6.232,5 Eur bruto


Pieter : 2/3 = 4.155 Eur bruto = 2.908,5 Eur netto
Freelancer : 1/6 telkens = 1.038,75 Eur bruto = 727,125 Eur netto

Echter een starter kiest er beter voor om de kasstroom in de onderneming te houden. Geen
dividend uitkering. Eigen vermogen loopt op tot 50 775 euro. ADH ontvangen geen geld, echter de
waarde van hun participatie is gestegen.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


53

Lesweek 6 Vreemd vermogen korte termijn (44 dia’s)

De financieringsbronnen goed kiezen en afwegen:


Drie basisregels:
1. Voor elke fase in het bestaan van uw onderneming kan een verschillende mix van
financieringen voorkomen
2. De duur van uw financiering moet gelinkt zijn aan de duur van uw investering
3. Een evenwicht vinden tussen eigen vermogen en vreemd vermogen

1. Samenstelling van vreemd vermogen

Schulden ten opzichte van leveranciers  handelsschulden


Schulden ten opzichte van kredietverstrekkers  financiële schulden

Welke criteria stelt een kredietverstrekker?

De bank zal onder meer nakijken of de onderneming voldoende solvabel is


Over voldoende kasstroompotentieel beschikt om de lening terug te betalen en de
rentelasten te dragen
Kasplan van onderneming belangrijk om bank te overtuigen
Het is voor een onderneming eenvoudiger te lenen indien er een bepaalde zekerheid
geboden kan worden ten opzichte van de lening

2. Vergoeding van de kredietverstrekker

De rentevergoeding die de kredietverstrekker ontvangt, is vooraf afgesproken en in principe


gegarandeerd, net zoals de terugbetaling van het vreemd vermogen op een bepaalde datum.

De rentevergoeding zal gebaseerd zijn op een rentevoet voor de looptijd, aangevuld met een
marge
Vaste rentevoeten
o OLO-rente + marge = rente van overheidsobligaties
Variabele rentevoeten
o EURIBOR + marge = rente tussen verschillende Europese banken

3. Kredietvormen op korte termijn

3.1 Vast voorschot (“straight loan”)

De onderneming zal voor een bepaalde periode een welbepaald bedrag ontlenen bij de
financiële instelling
De rente wordt vastgelegd voor deze looptijd en is verschuldigd op het einde van de looptijd
De onderneming betaalt dus rente op het gehele bedrag voor de gehele periode, ongeacht of
ze het volledige bedrag de hele periode nodig heeft om haar activiteiten te financieren.

Het ontleende bedrag wordt op de rekening van de kredietnemer gecrediteerd en moet op de


vervaldag, samen met de intresten in één keer worden terugbetaald.

Dus: daadwerkelijk een bedrag dat op jou rekening wordt gestort (en op
later tijdstipt dient terugbetaald te worden + intrest)

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


54

Voordeel:

Het voordeel is dat de onderneming zeker is dat ze gedurende deze periode over het geld kan
beschikken, en ook de kostprijs ervan exact kent. Naast de rentekost worden vaak nog andere kosten
aangerekend, bijvoorbeeld dossierkosten.

Prijs:

Vaste voorschotten worden normaliter enkel voor relatief grote bedragen toegekend (minimum
125.000 euro) aan bedrijven met een doorgedreven financiële opvolging. Een gemiddelde straight
loan bedraagt 250.000 euro en is dus niet voor alle ondernemingen geschikt.

De kostprijs is gebaseerd op interbankenrente + andere kosten zoals marge, dossierkosten… +


bijkomende waarborgen geëist

Voorbeeld:

3.2 Kaskrediet

In dit geval kan de onderneming tijdelijk onder nul gaan op haar rekening bij de financiële instelling
en dit tot een maximumbedrag.

Rente is enkel verschuldigd op het opgenomen bedrag en voor de opgenomen periode


De rente van dergelijk kaskrediet is aanzienlijk hoog
Bovendien kan de financiële instelling de kredietlijn van het kaskrediet steeds intrekken,
zodat de onderneming niet meer over de gelden kan beschikken

“Kredietnemer krijgt de toelating van zijn financiële instelling om voor een maximumbedrag in
debetstand te komen op zijn rekening”

M.a.w. “Onder 0,00 kunnen op je rekening”


Flexibel: vrij gebruik van geld (geen verantwoording voor gelijk welke periode)
Om tijdelijke liquiditeitstekorten op te vangen
Kan zomaar ingetrokken worden zodat de onderneming niet meer over de kredietlijn kan
beschikken
Maar daarom: VRIJ DUUR, beduidend hoger dan een de rente op een vast voorschot

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


55

Kostprijs van een Kaskrediet bestaat uit 5 elementen:

1. Basisrente kaskrediet (in functie van huidige kredietklimaat + bankpolitiek)


2. Rentetoeslag (van 0% tot 2% ifv kredietwaardigheid klant, het belang van de klant -–goede /
slechte, reeds veel andere diensten of niet-- en de grootte van de onderneming)
3. Provisie (van 0% tot 0,25% per trimester, te betalen op de maximum toegestane kredietlijn
of op de hoogste trimestriële debetstand)
4. Dossierkosten en een eenmalige studiekost
5. Penaliteitsrente … in geval van overschrijding van de kredietlijn, 4% is niet ongewoon. Deze
kostprijs is marktgebonden en kan dus dagelijks wijzigen…..

Kaskrediet = Eersterangs krediet (cfr flexibel gebruik, dus hoog risico)


 Vandaar: VEEL WAARBORGEN GEEIST DOOR DE BANK
o Specifieke vormen van waarborg mogelijk:
 Voorschotten op facturen:
 Voorschotten op vorderingsstaten

Kaskrediet heeft een hogere rente door het groter risico, geen verantwoording nodig bij kaskrediet
• Geen verantwoording afleggen = voordeel van kaskrediet
• Flexibiliteit = voordeel van kaskrediet
• Tijdelijk = voordeel van kaskrediet
• Alleen geld betalen op het geld dat je gebruikt = voordeel kaskrediet
• Veel risico = nadeel
• Woekerinteresten = nadeel
• Minder zekerheid = nadeel
• Waarborg die gevraagd wordt = nadeel

• Vast bedrag voor een bepaalde periode = voordeel straight loan


• Vaste lagere rente = voordeel straight
• Zekerheid = voordeel straight
• Snel beschikbaar = voordeel straight
• Minder flexibiliteit = nadeel
• Rente op gehele bedrag en looptijd = nadeel

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


56

3.3 Voorschot op factuur

Ondernemingen kunnen ook hun verkoopfacturen voorleggen om financiering te verkrijgen. Het


principe is dat de onderneming de factuur bij wijze van spreken doorverkoopt aan de bank = dit
noemt men endosseren.

Proces:

1. Verkoopfacturen voorleggen om financiering te verkrijgen = doorverkopen aan de bank


(=endosseren)

2. Bank betaalt vervolgens (een deel) van de factuur aan de onderneming uit

3. Op vervaldatum betaalt de klant rechtstreeks aan de bank

De onderneming ontvangt niet het volledige bedrag van de factuur. De bank zal namelijk een deel
inhouden als rentevergoeding voor de periode dat de onderneming sneller over het geld kan
beschikken.

Kenmerken:
Flexibel
Geen extra waarborg vereist (want factuur inzetten als waarborg)
Vaak betere voorwaarden dan andere financieringsvormen

Wie loopt hier het risico?

De bank loopt bij deze financieringsvorm een groot risico: enerzijds kan de debiteur van de factuur
insolvabel blijken, of hij kan de factuur betwisten indien de kredietnemer niet al zijn verplichtingen
was nagekomen. Daaro moet de bank steeds een grondig onderzoek voeren naar de kwaliteit van de
klantenvordering. Omdat verder ook de administratieve procedure erg omslachtig is, komt het
voorschot op factuur steeds minder voor.

3.4 Factoring

= Een financiering ahv facturen.


= Klantenbeheer of een deel ervan kan worden overgedragen aan een factormaatschappij.
= een overeenkomst waarbij de klanten van een onderneming rechtstreeks moeten betalen aan de
factoringmaatschappij, die de betalingen van de facturen zelf opvolgt

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


57

Factoring biedt de onderneming een dienstenpakket aan, waaruit de onderneming kan kiezen:

Overname debiteurenadministratie:
o Factor zorgt voor het beheer, inning, de (eventueel) gerechtelijke invordering van de
facturen
Financiering van de handelsvordering/Facturen:
o Voorfinanciering vragen door de onderneming van een deel van de facturen die
overgedragen zijn aan de factor (tot 80%).
Overname kredietrisico/kredietverzekering:
o De onderneming kan zich tot 100% verzekeren tegen insolvabele klanten.

Voorwaarden voor factoring:

Minimale omzet van ‘in principe‘ 250.000 Eur (overgedragen facturen)


Schuldvorderingen moeten in aanmerking komen voor factoring
Dossier moet aanvaard worden door de factor
Voldoende klantenspreiding
Gezonde financiële structuur

Voorfinanciering is mogelijk

= ruimer dan traditionele bankkredieten


= de onderneming beschikt over de nodige financiële middelen.

Factormaatschappij neemt ook het kredietrisico over.

…Maar verschiet niet wanneer je de factuur van de factormaatschappij krijgt…

Kostprijs afhankelijk van de overgenomen diensten:

Overname van de debiteurenadministratie : ‘cost plus’-systeem.


Intrestvergoeding in geval van voorfinanciering ( = hoogte van kaskrediet).
Kredietrisico wordt ingedekt met een % van de omzet als kostenvergoeding.
Factorvergoeding (0,2%-2%) afhankelijk van oa. het aantal debiteuren, het aantal
aangeboden facturen, het gemiddelde bedrag van de facturen, de sector en het
kredietverzekeringsrisico of kwaliteit van de klantenportefeuille.

700.000/600.000 = 1,17 = liquiditeit voor factoring


445.000/345.000 = 1,29 = liquiditeit met factoring

Door het feit dat we gaan factoren neemt onze liquiditeitsratio toe.
200.000/1.000.000 = 0,20 = 50%  solvabiliteit voor factoring
200.000/745.000 = 0,26 = 26,85%  solvabiliteit na factoring

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


58

Positief effect 1

Verbetering van de liquiditeit

De Factor neemt de klantenvorderingen over in ruil voor liquiditeiten. Deze kunnen aangewend
worden om de leveranciers terug te betalen.

Hierdoor kunnen eventuele spanningen worden weggenomen en krijgt de onderneming


voldoende zuurstof om verder te groeien.

Positief effect 2

Verbetering van de solvabiliteit


Bij factoring met risicodekking (zoals in het voorbeeld) wordt geen nieuwe schuldenlast
gecreëerd.

De Factor neemt het risico op de klantenvorderingen over waardoor deze post van de balans mag
worden geschrapt.

Interessant voor ondernemingen:

In volle expansie
In herstructurering

Voor- en nadelen van factoring:

Factoring biedt veel voordelen:


• Direct je geld, waardoor je verder kunt investeren en je bedrijf door kan laten groeien.
• Je opdrachtgevers worden altijd van tevoren gecheckt op kredietwaardigheid, waardoor het
risico op wanbetaling verlaagd wordt.
• O2 neemt het debiteurenbeheer over. Ondernemers ervaren dit vaak als prettig, omdat het
debiteurenbeheer vaak als een vervelende klus wordt ervaren.
• Bij onterechte wanbetaling ben je niet altijd zelf aansprakelijk, want wij dekken
je faillissementsrisico af.

Er zijn ook nadelen te bedenken:


• Privacy. De factormaatschappij heeft inzicht nodig in (een deel van) je facturen en
opdrachtgevers. Het is dan ook belangrijk om een betrouwbare partij te zoeken, die netjes
met je gegevens omgaat.
• Kosten. Een ander nadeel is dat er kosten aan verbonden zitten, omdat je een gedeelte van je
marge verliest door de kosten die een factoringbedrijf rekent voor de dienstverlening.

3.4.1 Reverse factoring

Reverse factoring is een techniek die alsmaar meer voorkomt. In dat geval zal de onderneming haar
leveranciersbestand overdragen aan de factor en verbindt de factor zich ertoe de facturen
onmiddellijk te betalen aan de leveranciers in ruil voor contante betalingskorting.

Op die manier kan de leverancier zich goedkoper financieren, omdat zijn behoefte aan
nettobedrijfskapitaal daalt. Leveranciers worden immers vaak geconfronteerd met lange
betalingstermijnen.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


59

3.5 Leverancierskrediet

Grootste kredietverleners op korte termijn is NIET “de bank”, maar zijn WEL “de leveranciers”.

Kenmerken:
Flexibele kredietvorm
Meestal zonder formele schuldbekentenis
Zonder administratieve verplichtingen
Zonder vereiste van bijkomende waarborgen
Vaak jonge of kleinere ondernemingen of ondernemingen in zwakke financiële situatie

VOORBEELD:
Aankoop HG + BTW voor 2.420 euro
 Niet onmiddellijk betalen, want afspraak “betalen binnen 60 dagen”
 Boekhouding: rek.nr. “440 Leveranciersschuld” => 2.420 euro (P+)
 60 dagen 2.420 euro gebruiken voor andere dingen…pas binnen 60 dagen leveranciersschuld
voldoen.

Soorten leverancierskrediet?:
Consumptief leverancierskrediet
Productief leverancierskrediet

Toegestane termijn leverancierskrediet afhankelijk van?


Vertrouwen tussen klant en leverancier
De sector
Betalingen in het verleden
Hoe groot is de klant

Hoe risico’s van leverancierskrediet inperken?


Korting bij snelle betaling
Strikte administratieve opvolging
Kredietwaardigheid nagaan
Klantenfiche bijhouden (goed betalende of slecht betalende)

In sommige gevallen eist een leverancier toch een formele herkenning.


Voorbeelden van formele herkenning?
De promesse = document dat de leverancier beschermt tegen wanbetaling.
o (= Formele belofte tot betaling)
Geaccepteerde wissel = Hierbij trekt de verkoper een wissel op de koper, die aanvaardt om
een bepaald bedrag op een bepaalde datum te betalen.
o Wissel wordt vaak gedomicilieerd bij de bank.

Leverancierskrediet bij KMO´s in België?


Het aantal dagen leverancierskrediet van de KMO’s in België kent een dalend verloop tot 2012,
daarna is er een stijging te zien in alle regio’s.
Het aantal dagen leverancierskrediet voor Belgische KMO’s is 40 dagen in 2018.

In Vlaanderen blijft het constant sinds 2013 tot 43 dagen in 2018.


In 2012 was het leverancierskrediet in Vlaanderen het laagst met 37 dagen.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


60

Lesweek 6 Vreemd vermogen lange termijn (37 dia’s)

1. Langetermijnkredieten

Langetermijnkredieten hebben als doel de investeringsgoederen (vaste activa) te financieren,


bijvoorbeeld bedrijfspanden, terreinen, machines, het wagenpark etc.

Soms wordt een krediet op lange termijn aangegaan voor de “wedersamenstelling van het
nettobedrijfskapitaal”.

De looptijd van langetermijnkredieten hangt af van de levensduur van het gefinancierde goed. Deze
levensduur wordt soms conservatief ingeschat. De aankoop van een wagen zal dan zo via een
investeringskrediet meestal op een termijn van maximaal 5 jaar gefinancierd worden. Voor de
aankoop van een gebouw bedraagt de maximale looptijd in principe 15 tot 20 jaar.

Meestal zal een langetermijnkrediet nooit korter zijn dan 2 jaar of langer dan 20 jaar.

1.1 Investeringskrediet

Doel = financiering activa/investeringsprojecten in functie van bedrijfsvoering/productiviteit

Looptijd = niet langer dan de economische levensduur van het investeringsgoed


= De verwachte terugverdientijd van de investeringen

Informatica en rollend materieel : 3 à 4 jaar


Machines, installaties en meubilair : 5 à 10 jaar
Grond en gebouwen : 15 à 20 jaar
Financiering van aandelen : 7 à 8 jaar

Terugbetalingsschema:

Via vast schema:


o Vervaldagen maandelijks, kwartaal, semester, jaarlijks, bullet

Kapitaalaflossingen gebeuren doorgaans constant:


o Constante mensualiteiten
o Vaste kapitaalaflossing

Interesten worden steeds berekend op het nog openstaand kapitaal

Kostprijs:

Afhankelijk van de gevraagde waarborgen en de omvang van het kredietdossier


Gebaseerd op de referentierentevoeten op LT, aangevuld met een marge
Eenmalige dossierkost
Provisie betalen op het nog niet opgenomen kapitaal
Wederbeleggingsvergoeding vaak van toepassing!
Tarieven minder hoog
Bank kan bijkomende zekerheden/waarborgen vragen, maar niet noodzakelijk
Grootste voordeel = Flexibiliteit
Kredietbedrag kan in één keer worden opgenomen of gespreid

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


61

Voorbeeld:

Een onderneming koopt een machine aan van 204 000 EUR excl. btw en wenst de aanschaf ervan te
financieren met een lening.
Omdat de machine een gebruiksduur heeft van 5 jaar, wenst de onderneming een lening aan te gaan
voor die periode. We gaan uit van een jaarlijkse rente van 2%. De bank kan bijvoorbeeld de volgende
aflossingstabellen voorstellen:

Een lening met maandelijkse vaste (constante) mensualiteiten.


Een lening met maandelijkse vaste kapitaalaflossingen

In geval van leningen op maandelijkse basis zal de jaarlijkse rente herleid worden naar de
maandelijkse rente. Dit doen we aan de hand van de volgende formule:

Im = ((1 + iJ)(1/12))) - 1

Waarbij Im = de maandelijkse rente en iJ = jaarlijkse rente

Jaarlijkse rente = 2%

Maandelijkse rente = ((1,02)(1/12))) – 1 = 0,165158…%

Kwartaalrente = ((1,02)(1/4))) – 1 = 0,50%

Een lening met maandelijkse vaste (contante) mensualiteiten:

(K/(1-(1+i)^-n)/i

(240.000/(1 – (1,02)-5)/0,02 = 43.280,00 euro = annuïteit

(240.000/(1 – (1,00165158…)-60)/ 00165158… = 3.574,05 euro = mensualiteit

Pagina 123 = uitleg van berekening

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


62

Vervolg voorbeeld:

Een lening met maandelijkse vaste kapitaalaflossingen:

204.000,00 / 60 maanden = 3.400,00 per maand

Extra oefening:

Investeringskrediet 4 jaar
Aflossing van kapitaal en interest PER KWARTAAL
Investeringsbedrag 100.000 euro (volledig beleend)
JAAR interestvoet : 4%

Stel aflossingsplan op met constante kwartaal-annuïteiten


- (waarbij de jaar interest 4% => omzetten naar kwartaal interest)
- + bereken totale interestlast na 4 jaar

Stap 1: omzetten naar kwartaal rente

Kwartaalrente = ((1,04)(1/4))) – 1 = 0,99%

Stap 2: Berekenen “vaste annuïteit” op kwartaalbasis

(K/(1-(1+i)^-n)/i = (100.000/(1 – (1,0099)-16)/0,99% = 6.788,89 euro = mensualiteit

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


63

1.2 Roll-over krediet of wentelkrediet

= Een krediet op Langere Termijn, ter financiering van een investering


= Een krediet met een vaste, bepaalde duur
= Krediet dat opneembaar is in de vorm van één of meerder niet-hernieuwbare voorschotten op KT
= Bij elke vervaldag wordt het krediet verminderd met een minimumbedrag dat contractueel is
vastgelegd
= Kan je zien als een investeringskrediet dat opneembaar is in de vorm van straight loans…..

Looptijd ? 3 – 20 jaar

= onderverdeeld in opeenvolgende intrestperiodes met een eigen rentevoet (= wentelperiodes)


= Opneembaar in VASTE VOORSCHOTTEN op korte termijn (1-12 maanden) tot bepaald MAXIMUM
bedrag.

Kan gedeeltelijk of volledig vervroegd terugbetaald worden.


Het bedrag dat niet is opgenomen bij het einde van de opnameperiode is niet langer bruikbaar.

Terugbetalingsmogelijkheden?

- Eenmalige terugbetaling op vervaldag (bullet)


- Terugbetaling volgens een overeengekomen afbetalingsplan/aflossingschema.

Investeringen > 500. 000 EUR

Middelgrote tot grotere kmo’s


Interessant wanneer financieringsbehoefte nog niet helemaal duidelijk is Ondernemingen met een
degelijk financieel beleid.

Roll-over ?
= investeringskrediet met variabele/vlottende rentevoet
Een roll-over krediet heeft de vorm van een kredietopening
Een roll-over krediet kan in EUR worden toegekend of in één of meer vreemde munten

Revolving krediet ?
Volgt de principes van een roll-over krediet, ENIGE VERSCHIL is het heropneembare karakter.
Automatisch opnieuw opengesteld voor initiële MAX bedrag.
Minder geschikt voor het financieren van investeringen.

Voorbeeld:

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


64

Kostprijs:

Rentevoet ( gekoppeld aan kortetermijnmarktrente (Euribor) )

+ Marge (afh. Van kredietwaardigheid van de onderneming + termijn)


+ Provisie (op het niet opgenomen deel van het maximale kredietbedrag)
+ dossier en administratie kosten

Risico:

Rentevoet bij elke nieuwe wentelperiode opnieuw vastgelegd

Echter best een mogelijkheid voorzien om het wentelkrediet op elke tussentijdse vervaldag
kosteloos om te zetten in een investeringskrediet met vaste rentevoet.

Grote voordeel is de flexibiliteit!

1.3 Leasing

= Een flexibele financieringswijze voor investeringen (vaste activa)


= Goed alternatief voor aankoop van activa
= Speciale vorm van schuldfinanciering bestaande uit een combinatie van huren en kopen
= Een financieringstechniek waarbij een leasinggever/leasingmaatschappij/lessor bij een
leverancier een investeringsgoed aankoopt op basis van specifieke aanwijzingen van de
leasingnemer (lessee).
De leasingmaatschappij verhuurt het investeringsgoed en is de juridische eigenaar.
= Kan aangewend worden voor roerende en onroerende leasing
= De leasingnemer kan het materieel bepalen en de leverancier

Gedurende een bepaalde periode ter beschikking stellen van de leasingnemer tegen een periodieke
vergoeding of huurprijs aan de “lessor”. Eg Machine, auto

Via periodieke betalingen wordt het kapitaal samen de interest ( + marge, afhankelijk van het
kredietrisico) over de looptijd van het contract afgelost.
Einde contract mogelijkheid om goed aan te kopen tegen een restwaarde, vastgelegd bij aanvang
contract.

Lichten van de aankoopoptie bij einde contract?


Leasingnemer 21% btw te betalen op de nettoprijs. (is recupereerbaar)

Voordelen voor leasinggever en leasing nemer ?

Geen administratieve/praktische beslommeringen voor leasingnemer


Leasinggever is juridische eigenaar (onderpand)
Aankoopoptie
Voorfinanciering van btw
Periodieke huurbedragen zijn gekend (planning)
Intrestkosten, financiële kosten zijn fiscaal aftrekbaar

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


65

1.3.1 Financiële leasing

Bij financiële leasing is de leasingnemer juridisch niet de eigenaar, maar kan hij wel als economische
eigenaar worden beschouwd.

Concreet betekent dit dat de onderneming het goed op het actief van de balans plaatst (=on balance)
, want activa zijn de bezittingen van een bedrijf. Zo heeft hij de mogelijkheid om het goed af te
schrijven.

Bij een financieel leasingcontract mag volgens de wetgeving de aankoopoptie maximaal 15%
bedragen van de investeringswaarde. Dit betekent dat de investering quasi volledig werd afgelost
tijdens het leasingcontract.

In de praktijk kunnen alle vaste activa gefinancierd worden via een financiële leasing.
Roerende goederen
Onroerende goederen

De ondernemer kan bij financiële leasing ook van de overheidsmaatregelen m.b.t. investeringen
genieten. We denken aan rentesubsidies, kapitaalsubsidies, etc.

Voordelen:

Geen aantasting van de liquiditeitspositie


Versterking van de solvabiliteit
Verhoging van de kredietcapaciteit
Fiscaal voordeel

Maar;

ALS de leasing een hogere onmiddellijke cashflow oplevert dan een vergelijkbaar krediet, opteert
de onderneming best voor leasing, anders kiest ze best voor een klassieke financiering

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


66

1.3.2 Operationele leasing (renting)

Bij operationele leasing is de leasingnemer economisch niet de eigenaar. De onderneming mag het
goed dus niet in de balans opnemen en afschrijven. (off balance). Deze leasingvorm sluit het best aan
bij het huurcontract.

Bij een renting-contract ligt de nadruk vooral op het gebruik van het goed en de ermee gepaard
gaande diensten en minder op de verwerving ervan. Op het einde van de leasingperiode wordt er
soms ook voorzien in een aankoopoptie.

Deze restwaarde bedraagt dan minimaal 16% van de investeringswaarde (ten opzichte van maximaal
15% bij een financiële lease) en dus wordt de waarde van het investeringsgoed niet volledig afgelost
tijdens het contract.

Voordelen:

Flexibiliteit
o Is geschikt voor een onderneming die tijdens een beperkte periode een bepaald goed
nodig heeft of voor ondernemingen die een “all-in”-contract willen
Full-service lease

Sale-and-lease-back, sale-and-rent-back

Onderneming verkoopt een bepaald actief (afschrijfbaar) aan een leasinggever,


waarna de leasinggever het actief terug verhuurt (financiële of operationele leasing) aan de
onderneming.

Betaling obv periodieke huursommen

Voordeel?
• Liquiditeitspositie verbeteren

• Overhevelen van de exploitatievennootschap naar de patrimoniumvennootschap om risico


te beperken (activa ‘beveiligen’).

• Fiscale redenen: Verkoop VA betekent belastbare meerwaarde. Gespreid laten belasten: > 5
jaar in bezit en meerwaarde herbeleggen.

Voornamelijk bij ondernemingen in moeilijkheden en groeiondernemingen die grote


liquiditeitsbehoefte hebben.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


67

Lesweek 7 Overige krediet vormen en waarborgen (66 dia’s)

1. Verbinteniskredieten

Verbinteniskredieten zijn geen kredietvormen waarbij de financiële instelling geld leent aan de
kredietnemer.

De bank verbindt zich ertoe onder bepaalde voorwaarden een bepaalde som te betalen indien de
onderneming haar verplichting niet nakomt.

Er wordt dus geen krediet verleend, de bank stelt haar kredietwaardigheid ter beschikking.

Vaak wensen contractpartijen immers expliciete zekerheid dat de tegenpartij haar verbintenis zal
naleven, bijvoorbeeld bij een huurovereenkomst, voor het verkrijgen van bepaalde vergunningen, als
onderpand voor de goed uitvoering van wegen- of bouwwerken, energieleveranciers wensen vaak
deze zekerheid als indekking bij niet-betaling enz. De zekerheid voor het naleven van die verbintenis
vindt men in de verbinteniskredieten bij de bank.

Deze kredieten worden uitgeschreven voor bepaalde duur (dan wordt de vervaldag in het contract
vermeld) of onbepaalde duur (dan kan een einde gemaakt worden aan de verbintenis mits een
redelijke opzeggingstermijn te respecteren).

Aangezien er geen kredietverlening is, worden er ook geen interesten aangerekend. Wel is er een
commissie verschuldigd (1,5%) en worden er administratieve kosten aangerekend.

1.1 Borgstellingskrediet

De bank verbindt zich in de vorm van een borgstelling tot betaling indien de onderneming
(kredietnemer) haar verplichting ten aanzien van derde niet naleeft

Deze borgstelling = een bijkomende verbintenis bij de hoofdverbintenis van de kredietnemer

Ter verduidelijking:
o Enerzijds is er de hoofdverbintenis tussen de kredietnemer en een derde
begunstigde, bv. tussen aannemer en koper, tussen verhuurder en huurder,
anderzijds is er de bijkomende verbintenis, nl. de borgstelling die de bank verleent
aan de kredietnemer

De bank kan alle middelen inroepen die ook door de kredietnemer ingeroepen kunnen
worden indien de kredietnemer ten aanzien van derde zijn verplichtingen niet nakomt

De bank zal echter pas betalen als de kredietnemer akkoord gaat of na gerechtelijke
beslissing. In die zin is de borgstelling een voorwaardelijke verbintenis

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


68

1.2 Bankgarantie

Deze verbintenis staat, in tegenstelling tot de borgstelling, los van de hoofdverbintenis van
de onderneming en heeft dus geen bijkomend, maar een onafhankelijk karakter

Dit betekent dus dat de bank geen verweermiddel kan inroepen tegen de kredietnemer en
dat ook de kredietnemer zich niet kan verzetten tegen betaling (onvoorwaardelijk karakter)

Bankgarantie kent een


o Maximale geldigheidsduur
o Maximum bedrag

Extra garanties kunnen geëist worden door de bank:

Via blokkeringen van tegoeden van de opdrachtgever


Vermindering van de openstaande kredietlijnen

Kostprijs?  Dossierkost + provisie/commissievergoeding

Een bankgarantie past bij je als je:

financiële risico’s wilt beperken


je zakenpartner zekerheid wilt geven
concurrentievoordeel wilt realiseren

Voorbeeld:

Sinds 1971 is de Wet Breyne van kracht (de “woningbouwwet” genoemd). Deze wet is van
toepassing op alle overeenkomsten tot het verkrijgen van een woning waarvoor moet worden
betaald alvorens deze is afgewerkt.
In deze wet wordt de aannemer verplicht een bankgarantie aan te bieden aan de bouwheer. Indien
de aannemer zijn verplichting het kader van het te bouwen huis of appartement niet nakomt, zal de
bank zich ertoe verbinden een bepaalde som te betalen.

Voorbeeld is documentair krediet :


Regelmatig gebruikt bij afhandeling van het internationale handelsverkeer
- De financiële instelling stelt zich eigenlijk borg ten opzichte van een buitenlandse leverancier
van de onderneming inzake de betaling van geleverde goederen of gepresteerde diensten
- Tegen voorlegging van documenten binnen een bepaalde termijn.
- Het risico voor de financiële instelling is niet gering, daar zij zich onherroepelijk borg stelt
voor de onderneming.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


69

2. Waarborgen voor de kredietverstrekker

Vanuit het standpunt van de financiële instellingen:

Kwalitatieve risicoanalyse
Waarborgen voor de kredietverstrekker

Voorwaarde voor de bank?

Beschikken over een bepaalde zekerheid dat men het krediet gaat terugbetalen

Komt de onderneming de verplichtingen niet na?

Schuld recupereren via deze waarborgen

WAARBORGEN BIJ KREDIETFINANCIERING

Ieder krediet dat door een geldschieter wordt toegekend, betekent een risico voor de geldschieter.
De ene keer al wat groter dan de andere, dat er niet wordt terugbetaald.

Als de schuldenaar immers niet langer in staat is zijn verbintenissen na te komen, zal de geldschieter
meer dan waarschijnlijk niet al zijn uitgeleende geld kunnen recupereren.

Het is precies om zich te beschermen tegen dat risico, dat banken en andere verstrekkers van
leningen zich willen verzekeren via toereikende waarborgen, en dat voorafgaandelijk aan de
toekenning van een krediet.

Als er zich een ernstig probleem voordoet, moet men via de verleende waarborgen een hogere
recuperatie van de ontleende fondsen kunnen verzekeren.

Belangrijke elementen die de samenstelling en de hoogte van de waarborg bepalen?

De kredietvorm en –behoefte
Een toekomstgericht en realistisch businessplan
De solvabiliteit van een onderneming

Bank mag niet onbeperkte waarborgen eisen…..

Gebrek aan waarborgen ?

= grootste obstakel voor ondernemingen om nodige kredieten vast te krijgen


= veruit grootste oorzaak van een kredietweigering

“ zelfs nadat de onderneming zijn TERUGBETALINGSCAPACITEIT heeft bewezen (zie terug) door aan
te tonen dat ze beschikt over voldoende CASHFLOW, dan nog is de

Bank ZEER WEIGERACHTIG om kredieten toe te kennen zonder waarborgen”

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


70

Bij faling :

Principe van “de gelijkheid van de schuldeisers”

De goederen van de schuldenaar vormen de gemeenschappelijke waarborg.


De opbrengsten van de verkoop van de goederen worden verdeeld over de verschillende
schuldeisers.

Evenredige verdeling tenzij wettige redenen om voorrang te verlenen (vb hypotheek of voorrechten)

2.1 Hypotheek

Een hypotheek is een zakelijke zekerheid op een verhandelbaar onroerend goed. De eigenaar van dit
goed hoeft tijdens dit krediet het bezit van het goed niet af te staan. De eventuele realisatieprijs van
het onroerend goed dient tot betaling van schulden van de eigenaar of een derde.

Voorbeeld:

een bedrijfsgebouw. Kan de ondernemer de lening niet terugbetalen? Dan kan de bank het
onroerend goed openbaar laten verkopen. En mag ze met de opbrengst de schulden van de
ondernemer aanzuiveren.

Onverdeelde rechten in onroerende goederen, zoals de naakte eigendom, de rechten van


vruchtgebruik, erfpacht en opstal, kunnen afzonderlijk worden gehypothekeerd. De hypotheek breidt
zich ook uit tot de roerende goederen die onroerend zijn geworden door incorporatie of door
bestemming.

Altijd via authentieke akte worden gevestigd


De hypotheek moet ingeschreven worden op het hypotheekkantoor van het arrondissement
waar het onroerend goed gelegen is
o Registratierechten betalen

Elke hypothecaire inschrijving vervalt na 30 jaar. Als de hypotheek echter voor het verstrijken van die
termijn hernieuwd wordt, behoudt ze haar originele rang en tegenstelbaarheid voor een nieuwe
periode van 30 jaar.

Voorbeeld 1:

Hypotheek 150.000 euro voor investeringskrediet 150.000 euro.

Indien na 1 jaar 50.000 euro kapitaal van het investeringskapitaal is terugbetaald, dan verandert
er niks aan de omvang van het hypotheek.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


71

Maar: dat laat wel toe om nieuwe kredieten onder dezelfde waarborg te brengen zonder nieuwe
hypothecaire inschrijving.
Voorbeeld 2:

Aankoop woning => 200.000 euro


=> bank financiert 175.000 euro (op 20 jaar)
=> bank vraagt 175.000 euro hypotheek op woning

Na 5 jaar : dringende renovatie van het dak


=> 15.000 euro bij lenen
=> van het initiële krediet: reeds 42.190 euro kapitaal terugbetaald

=> BIJLENEN MET OF ZONDER extra waarborg?


 zonder extra waarborg

RANGEN bij VERDELING STAAT ACTIEF-PASSIEF


(Niet bevoorrechte schuldeisers-achtergesteld-preferente -gewone aandeelhouders)

Let op : OOK RANGEN VAN HYPOTHEEK :

Op 1 onroerend goed kunnen meerdere hypotheken rusten.

(Hypotheek eerste rang, tweede rang, derde rang;…).


In volgorde van deze rangen, worden deze voorrechten respectievelijk uitbetaald in geval van
faillissement.
Bank 1 : hypotheek in eerste rang (zal –bij faillissement- en bijgevolg verkoop van de woning
EERST terugbetaald worden voor de openstaande schulden
Bank 2 : zal in tweede rang terugbetaald worden, in de hoop dat er nog voldoende geld
overblijft van de verkoop om de openstaande schulden te voldoen bij bank 2
……

De hypotheek: impliceert inschrijving in HYPOTHEEKREGISTER => VIA DE NOTARIS

KOSTPRIJS = DUUR !! Inschrijving in register = duur + honoraria van notaris in functie van het
hypotheekdossier

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


72

2.2 Pandrecht op ondernemingsgoederen

Het pandrecht op roerende goederen (bv. handelszaak) is een zakelijke zekerheid op lichamelijke of
onlichamelijke roerende goederen. Met lichamelijke goederen worden de materiële goederen
bedoeld, met onlichamelijke de immateriële.

Handelszaak =

“Alle lichamelijke en onlichamelijke roerende goederen die een handelaar samenbrengt met
het doel deze via zijn handelsactiviteit aan te trekken en te behouden.”
‘het geheel van middelen dat de handelaar aanwendt om een bedrijf te voeren en het
cliënteel aan te trekken en te behouden’
Een zakelijke zekerheid op –lichamelijke of onlichamelijke – roerende goederen

Pandrecht komt tot stand door een overeenkomst tussen de kredietnemer (pandgever) en de
financiële instelling (pandhouder)

Voorbeeld: de inpandgeving van een handelszaak omvat alle goederen uit het handelsfonds:

Zowel de immateriële delen (onlichamelijke) – zoals het merk of de firmanaam –


Als de materiële bestanddelen (lichamelijke) zoals het meubilair, gereedschap.
Handelsgoederen worden ook vaak in pand gegeven.
Maar ook het recht om een openstaande schuld bij je klanten te innen (klantenbestand).

Voorbeeld:

klantenbestand + uithangbord + handelsinrichting: materieel, machines


+ merken + meubilair en gereedschap
+ (indien expliciet in het pandcontract)
voorbeeld ten belope van 50% van de voorraden & klantenvorderingen & contanten

Echter, het onroerend goed waarin jouw handelszaak is gevestigd valt buiten de toepassing. Dit
betekent dat je ook als huurder een pand kunt vestigen op jouw handelszaak.

Registratie in het pandregister, in principe tegenstelbaar aan derden.

Het pandrecht slaat in principe (en tenzij anders overeengekomen) op alle onderdelen van jouw
handelszaak. Onder het begrip handelszaak wordt verstaan ‘het geheel van middelen dat de
handelaar aanwendt om een bedrijf te voeren en het cliënteel aan te trekken en te behouden’.
Hieronder behoren onder meer: materiaal, machines, klantenbestand, handelsinrichting, merken,
meubilair, en soms zelfs de voorraden (ten belope van 50% van hun waarde). Echter, het onroerend
goed waarin jouw handelszaak is gevestigd valt buiten de toepassing. Dit betekent dat je  ook als
huurder een pand kunt vestigen op jouw handelszaak. De waardebepaling van een handelszaak is een
moeilijke opdracht, aangezien de waarde enorm variabel is. Er wordt hoofdzakelijk rekening
gehouden met het type bedrijfstak, de grootte van de onderneming, enz. Voor meer informatie
hieromtrent ga je  best te rade bij je  bankinstelling. 

https://www.turner.immo/nl/advies/inpandgeving-handelszaak

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


73

Niet alle voorraad is verkoopbaar dus daarom een zekerheid van 50% toegevoegd  ook eventuele
schade,… wordt hierin betrokken

2.3 Hypothecaire volmacht

”Hypothecair Mandaat” of “hypothecaire Volmacht”

= overeenkomst waarbij de eigenaar van het onroerend goed (de volmachtgever) via een
authentieke akte aan één of meer lasthebbers ( de financiële instelling) een onherroepelijke
volmacht verleent om één of meer van zijn onroerende goederen beschreven in de akte, te
hypothekeren in het voordeel van de bank.

Kredietnemer VERLEENT LOUTER EEN MACHTIGING aan de bank om een hypotheek te verlenen aan
deze bank, op diens verzoek.

Voordelen:
Hier is geen inschrijving in hypotheekregister
Notariskosten veel lager (volmacht niet ingeschreven in hypotheek kantoor: geen inschrijving
kost en geen ereloon hypotheekbewaarder)

Nadelen:
“bank kan op elk moment toch hypotheek inschrijving eisen wanneer die dat nodig acht”
o … wordt bijvoorbeeld toegekend aan goede/kredietwaardige klanten
 Achteraf omzetten wel duurder en geen fiscaal voordeel

Geen fiscaal voordeel omdat ge geen hypothecair krediet hebt en ge moogt enkel in uw
personenbelasting aangeven wanneer ge een hypothecair krediet hebt

IN DE PRAKTIJK? (Goede) klant vraagt : Investeringskrediet bij bank: 200.000 euro

=> hypotheek inschrijving 25.000 euro in eerste rang


=> hypotheek mandaat voor overige bedrag 175.000 euro

Indien kredietnemer-klant achter de rug van de bank (KBC) naar een andere bank (ING) stapt en een
extra krediet zou aangaan met waarborg “volledig hypotheek”
dan wordt bank 1 (KBC) verwittigd

=> dan kan de oorspronkelijk bank (KBC) nog snel het mandaat omzetten in een volledig hypotheek
van 200.000 euro in eerste rang

Zonder hypotheek inschrijving van 25.000 euro loopt KBC anders het risico om met het mandaat
ENKEL NOG MAAR aanspraak te maken op 2 de rang hypotheek

2.4 Solidaire borgstelling

Dit is een persoonlijke zekerheid, waarbij een persoon borg staat. Het belooft persoonlijk de
verbintenissen van de onderneming uit te voeren wanneer die niet worden nagekomen. Dit kan de
ondernemer zelf zijn, maar evenzeer derden, zoals de ouders van de ondernemer.

Het spreekt voor zich dat deze borgstelling grote risico’s inhoudt. Voor degenen die zich persoonlijk
borg stellen. De solidaire borgstelling is bovendien hoofdelijk (één persoon verbindt zich) en

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


74

ondeelbaar (met zijn hele vermogen). Een dergelijke persoonlijke borgstelling ondergraaft dan ook
de “beperkte” aansprakelijkheid van vennootschappen.

Bijvoorbeeld:

2 borgstellers (bv. 2 zaakvoerders)


voor een kredietopening van 500.000 euro bij de vennootschap (vb. BV)

Bij vennootschap in gebreke…


… elk van de borgstellers voor de helft opdraaien?

Neen, de bank kan zich louter wenden tot 1 van de 2


(bv. de meeste kapitaalkrachtige) en de volle 500.000 euro opvragen bij 1 persoon
! Verhaalrecht van de 1 op de ander dan…

De solidariteit impliceert dat bij niet-terugbetaling van de door de kredietnemer verschuldigde


sommen, de kredietgever van de borgsteller kan eisen dat deze laatste de volledige resterende
schuld betaalt, alsof hij zelf de hoofdschuldenaar is.

= eenvoudige
alvorens borg aan te spreken
eerst de “in gebreke zijnde” schuldenaar (bv. Vennootschap) proberen uitwinnen

= solidaire
rechtstreeks wenden tot borg uitwinning van “in gebreke zijnde” schuldenaar, ook al wordt er nog
gepoogd om de schuld ook op de kredietnemer te verhalen.

2.5 Aval

Het aval is een verbintenis waarbij een persoon (avalgever) solidair de uitvoering waarborgt van de
verbintenissen die door de ondertekenaar van handelspapier (wisselbrief, orderpapier) werden
aangegaan.

Een aval dient de gebeuren via de vermelding op de wissel, op het orderbriefje of op een verlengstuk
daarvan van “goed voor aval + handtekening”. Eventueel dient er vermeld te worden voor wie men
zich aval stelt.

2.6 Morele zekerheden

Bij deze waarborgen steunt men enkel en alleen op de verbintenis (het ‘woord’ of de eerbaarheid)
van een persoon om zijn verplichtingen na te komen.
Voorbeelden hiervan zijn:
- de verbintenis om een bepaald onroerend goed niet te verkopen of in hypotheek te geven,
- de letter of intent (waarbij de moedermaatschappij zich garant stelt voor de aflossing van de
schulden van haar filiaal).
- De financiële instelling is afhankelijk van de eerlijke houding van de kredietnemer of zijn
moraliteit bij het naleven van een belofte.

WAARBORGEN – Overheidswaarborg (zie later)

= Aanvulling op het gamma aan klassieke waarborgen

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


75

Het waarborgfonds van het Vlaamse Gewest


Via ParticipatieMaatschappij Vlaanderen (PMV)
Voorwaarden:
- Voor max 75% van het bankkrediet waarborg toegelaten
- Premie: 0,5% per jaar op het gewaarborgd bedrag. Voorbeeld lening met looptijd van 6 jaar =
extra kost van 3% (6x 0,5%)
- Aanvraag via bank die krediet toestaat
- NIET in de plaats van waarborg die de onderneming zelf moet geven. (min 25%). Kan
hypotheek, hypothecaire volmacht of pand op handelsfonds zijn.
- Natuurlijke persoon blijft hoofdelijk en ondeelbaar borg voor deze 25%.

3. Toepassing kredieten + waarborgen

Waarborgen bewijzen pas hun waarde als het mis gaat met het bedrijf. Bij een faillissement wordt
pas teruggegrepen naar waarborgaktes

Bijvoorbeeld een faillissement :


“Het systeem van waarborgen zorgt ervoor dat bepaalde schuldeisers een
VOORKEURSBEHANDELING genieten”

Toepassing: NV Profitmakers die de boeken heeft neergelegd

Toepassing op NV Profitmakers die DE BOEKEN HEEFT NEERGELEGD – WERKWIJZE?

Stap 1 : Aanstelling Curator

Stap 2 : Curator gaat activa (bezittingen) van NV profitmakers TEN GELDE MAKEN

Stap 3 : Curator zal schuldeisers (voor zover mogelijk) terugbetalen

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


76

… vandaar dat elke schuldeiser “STAAT VAN SCHULDEN” opstelt en aan de curator bezorgt.

Stap 4 : alvorens terugbetaling van SE’s, maakt curator STAAT VAN ACTIEF EN PASSIEF OP

Actief =>
Waardering NIET MEER AAN BOEKWAARDE
Waardering AAN REALISATIEWAARDE (verkoopprijs), zoals verkocht door curator (vb openbare
verkoop)
=> per type actief (gebouw, rollend mat, …)

Maar is in principe louter geld op de bank… (ifv terug betaling SE’s) : Handelsdebiteuren kunnen nog
enkel rechtsgeldig betalen in handen van de curator.

Passief =>
zie (1) : p.m. Eigen vermogen

Kapitaal : Initieel € 25.000


Overgedragen verliezen: € 32.000
waardoor Negatief eigen vermogen € 7.000 (kan idd … faillissement)

Vreemd vermogen (aan de hand van ontvangen staten van de SE’s


ZIJNDE OPENSTAAND KAPITAAL + TE ONTVANGEN INTEREST & LIQUID.KOST)

(2) : Financiering bij Financieringsinstelling via UITRUSTINGSFINANCIERING


AANKOOP PERSONENWAGEN 50.000 euro
60% via Uitrustingskrediet
30.000 euro initieel kapitaal Openstaand : 24.000 euro

WAARBORG: voorrecht op verkoop personenwagen

(3) : DIVERSE KREDIETEN BIJ BANK


Oorspronkelijk openstaand voor 1,000,000 eur
Enkel kaskrediet in gebruik op moment van faillissement (max. 500K) Kaskrediet in overschrijding
Openstaand = 830.000 euro

WAARBORG: hypotheek bedrijfsgebouw 1 mio + Handelsfond 1ste rang 750K + persoonlijke,


ondeelbare, solidaire borg van heer + vrouw voor 500.000 eur

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


77

(4) : KASKREDIET BIJ BANK 2


Maximaal gebruik Kaskrediet bij nieuwe bank voor 10K Openstaand Kap + Int + kosten = 12.000 euro
WAARBORG: GEEN

(5) : LEVERANCIERS
Openstaande schulden bij leveranciers (aankopen met betalingsuitstel) Openstaande
leveranciersschuld = 650.000 euro
WAARBORG: niet van toepassing

(6) : DIVERSE NIET BEVOORRECHTE SCHULDEISERS


Openstaande diverse schuld = 84.000 euro
WAARBORG: niet van toepassing

Stel: geen bevoorrechte schuldeisers

1.000.000 euro te verdelen


over 1.600.000 euro schulden

=> 1mio / 1,6mio =


62,5% recuperatie
37,5% verlies per schuldeiser

bv. Schuldeisers 650.000 => leveranciersschuld


Indien iedereen gelijk voor de wet (geen bevoorrechte SE’s)

=> 650.000 euro * 62,50% = 406.250 euro recuperatie door leveranciers


of
=> 650K van de 1,6 mio schuld is = ratio 40,625%
=> dus 40,625% van de gelden 1 mio = 406.250 euro recuperatie

Maar: er zijn wel voorrechten bij enkele schuldeisers

Openstaand kapitaal + Intresten + kosten = 24.000 euro


Verkoop van de wagen = 30.000 euro

=> 100% recuperatie van de schulden + intresten + kosten bij de financieringsinstelling

nog 6.000 euro van de verkoop personenwagen voor andere SE’s

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


78

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


79

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


80

Lesweek 8 Overige krediet vormen en waarborgen toepassing (26 dia’s)

Situatieschets: Fase 1 Pieter

De start-up heeft een totale financieringsbehoefte van 50.000 euro

Eigen vermogen = 30.000 euro


Behoefte VV = 20.000 euro

Hij wil een wagen aankopen: kost = 20.000 euro

Stel investeringskrediet van 20.000 euro over een looptijd van 5 jaar.

Bank gaat ondernemingsplan opvragen van Pieter


Heeft de bank vertrouwen in zijn ondernemingsplan?
Zakelijke garanties?
Bijkomende garanties vragen?

Voor de eenvoud kiest Pieter voor een krediet met een jaarlijkse vaste kapitaalaflossing
Rente is verschuldigd op het uitstaande saldo. Financieringsrente van 2,5% jaarlijks.

Hoeveel moet hij dan afbetalen jaarlijks aan kapitaal?


Hoeveel moet hij dan betalen na jaar 1 aan rente?
In totaal aflossen?

Kapitaalaflossing = 4.000 euro


Rente = 500 euro (2,5% op 20K)
Totaal = 4.500 euro

Volgend jaar
Kapitaalaflossing = 4.000 euro
Rente = 400 euro (want al reeds 4.000 afbetaald, dus op 16.000)
Totaal = 4.400 euro

Hoeveel bedraagt de rente één jaar later? Totaal bedrag?


Na 5 jaar is het krediet volledig afgelost en is er geen rente meer verschuldigd.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


81

Pieter zou ook voor leasing kunnen opteren Voorbeeld: operationele lease

Looptijd 4 jaar via een renting – contract met een maandelijkse vergoeding van +/- 500 eur excl
btw.

Conclusie:
Hij zal uiteindelijk meer betalen.
MAAR het contract omvat dan ook bijkomende diensten zoals autoverzekering, reparatie etc.

In jaar 2 plant Pieter, zoals eerder besproken, een gebouw aan te kopen. (investeringsanalyse)

Investering van 300.000 Eur.


Hij besluit dit af te schrijven op 20 jaar en stemt hier ook de financiering op af.

Bank gaat normaliter niet het volledige bedrag financieren.

Ze eist een hypotheek op het gebouw (zakelijke) en een solidaire waarborg (persoonlijke) en kan
hiermee dan toch akkoord gaan voor de € 300.000.

=> Investeringskrediet met looptijd van 20 jaar met vast mensualiteiten met een vaste rente van
1,8% op jaarbasis

Hoeveel is de maandrente? (1+ kwartaalrente)^12 = (1+jaarrente)^1


Hoeveel gaat Pieter maandelijks betalen voor de afbetaling van het gebouw?

Im = (1,018)(1/12) – 1 = 0,00148776 = 0,148776…%

= 1.487,34 euro

Op deze manier kan de aflossingstabel opgesteld worden. In de eerste maand bedraagt het
intrestdeel met name 446,33 euro (300K x I m). Het resterende bedrag is dan de kapitaalaflossing voor
de eerste maand = 1.041,01 euro.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


82

Lesweek 9 Overheid Deel 1 (74 dia’s)

Waarvoor heb je geld nodig?


Geld nodig voor: innovatie, bedrijfsovername, de start, de groei, internationale zaken

Financieringsvormen voor starters:


Financiering via familie en vrienden
Gebruik subsidies en regelingen
Financiering via de bank
Financiering met microkrediet
Financiering via crowdfunding

1. Financiering en de overheid

1.1 Overheidssubsidies

1.1.1 Werkingssubsidies

Werkingssubsidies zijn hoofdzakelijk bedoeld voor KMO’s.


Groot voorbeeld = de Vlaamse KMO-portefeuille
o = een laagdrempelige webtoepassing waarbij KMO’s en vrije beroepen subsidies
kunnen krijgen van de Vlaamse Overheid

o KMO’s krijgen subsidies voor opleiding, advies, coaching, technologieverkenning die


worden ingekocht bij erkende dienstverleners

o Voor de kleine ondernemingen beloopt de steun van de KMO-portefeuille 40% van


de factuur, met een plafond van 10K euro. Middelgrote ondernemingen kunnen 30%
recupereren, met een maximum van 15K euro.

o Aan de hand van een checklist kan worden nagegaan wie een beroep kan doen op de
KMO-portefeuille

1.1.2 Kapitaalsubsidies

Kenmerken van kapitaalsubsidies


o De onderneming moet een investering verrichten in vaste activa
o De onderneming financiert de investering met eigen middelen
o De overheid komt tussen met een vast bedrag
o Ze is niet terugvorderbaar. De kapitaalsubsidies kunnen dus als “niet-opeisbaar”
beschouwd worden.

Kapitaalsubsidies = een investeringssubsidie


o Subsidies = recht om een geldsom te ontvangen zonder deze te moeten terugbetalen
 = opbrengst
 = afschrijvingen volgens tempo van gesubsidieerde vaste activa
o Maatregelen om de investeringen aan te wakkeren

Versterken van financiële structuur  rentabiliteit stijgt

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


83

1.1.3 Rentesubsidies

Indien ondernemingen investeringen financieren met vreemd vermogen kunnen ze van de


overheid rentesubsidies ontvangen
o Tussenkomst in de kosten van de lening
o Investeringssubsidie

Rentesubsidies wordt onmiddellijk als opbrengst getoond!


Rentesubsidies mag u in één keer in de opbrengsten nemen of gespreid over de periode van
de investering

Voordeel?  rendement en solvabiliteit van de onderneming verhoogt

1.2 Internationaal

1.2.1 Bazelakkoorden

= een set van internationale bankenregels gericht op:


o Het versterken van de kwaliteit van het kapitaal
o De liquiditeit van de banken

Sinds 1974 is er een comité dat toeziet op de gezondheid van banken


Kapitaalvereisten voor internationale banken werd vastgelegd
Minimale kwaliteitsnormen worden opgelegd aan financiële instellingen
De invoering verschilt van land tot land
De EU-lidstaten hebben de richtlijnen in hun nationale wetgeving verwerkt

Bazel I akkoord opgesteld in 1988:

De hoofdregel van Basel-I was dat voor normale kredieten tegenover elke EUR 100 (of welke valuta
in het betreffende land wordt gehanteerd) aan uitgeleend geld ten minste EUR 8 aan
garantievermogen staat. (8% Eigen vermogen reserveren = Cook ratio). Dit is van toepassing op
kredieten zonder bijzondere vorm van zekerheid, bijvoorbeeld een persoonlijke lening, of een
rekening-courantkrediet van een onderneming.

Geen onderscheid tussen topondernemingen en risicovolle KMO´s => banken kiezen voor risicovolle
ondernemingen, hogere winsten.

Voordelen:
o
o
Nadelen:
o
o

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


84

Bazel II akkoord:
Om de financiële stabiliteit en soliditeit van de banksector te vrijwaren werd in 2001 het Bazel II
akkoord opgesteld.

… berust op drie “pillars” (pijlers):

1. Vertrekt nog steeds van de 8%-regel, maar stelt dat de kapitaalvereisten in


overeenstemming moeten worden gebracht met de werkelijke risico exposure van de
banken, meer recht doen aan de feitelijk gelopen risico's, met meer aandacht voor het
onderscheid tussen kredietrisico, marktrisico en operationeel risico; de aangerekende
marges op de kredieten dekken de ingecalculeerde verliezen.
Onverwachte verliezen worden gedekt door EV bank. (=min kapitaalvereisten)
2. Aanpassing van de werkwijze van toezichthouders;
3. Meer transparantie bij de informatieverstrekking door banken; marktdiscipline.

Het zwaartepunt van de wijzigingen (ten opzichte van Basel I) lag bij het eerste aspect (werken met
ratings: standardized)

Bazel III – akkoord en de toekomst:

Het Bazel III-pakket bouwde verder op de principes van Bazel II en introduceerde nog striktere
vereisten voor het eigen vermogen van banken. (versterken van de kwaliteit van het kapitaal)
Daarnaast werden ook nieuwe regels toegevoegd om te verzekeren dat banken steeds een
voldoende hoeveelheid liquide middelen in huis hebben. (buffer aanhouden)

De kern van dit akkoord uit de periode 2010-2011 was dat banken dus nog meer kapitaal moesten
aanhouden tegenover hun uitstaande beleggingen. Implementatie resulteert in verdere verstrenging
van toekenningscriteria.

De implementatie van dit akkoord in Europa resulteerde in een verdere verstrenging van de
toekenningscriteria voor kredieten.

In december 2017 werden er verdere wijzigingen aan de akkoorden afgesproken. Een duidelijke
implementatieperiode zou lopen van 2022 tot 2027.
Inhoudelijk moet echter worden vastgesteld dat dit laatste akkoord de kapitaaleisen nog eens lijkt te
verstrengen. Het is hierom dat het ook wel bekend gaat als “Bazel IV”.

Bazel VI – akkoord en de toekomst:

Eind maart 2020 heeft het Basel comite (BCBS) besloten om Basel IV uit te stellen.
COVID-19 zorgde ervoor dat we onze banken niet nog meer restricties konden opleggen.

Het doel van deze nieuwe set van aanbevelingen is om er voor te zorgen dat banken bestand zijn
tegen een crisis. Lessen leren uit het verleden.

Maar uitstel is zeker geen afstel! Uitstel waarschijnlijk van 1 jaar ….

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


85

1.2.2 Europa

Waarborgen (hypotheek, pand, borgstelling…) = grote struikelblok voor ondernemingen die


krediet zoeken

De Europese financiering wordt doorgaans verstrekt door de EIB-groep, bestaande uit de


Europese Investeringsbank (EIB) en het Europees Investeringsfonds (EIF)

Er wordt vooral indirecte ondersteuning verstrekt, via financiële tussenpersonen, maar ook
soms rechtstreekse financiering aan o.m. ondernemingen

Het Europese Investeringsfonds (EIF) is één van de vele initiatieven.


o Ondersteunen van kmo’s in de Europese unie wat betreft kredietvoorziening .

Deze Investeringen moeten vooral gericht zijn op innovatie, duurzaamheid, of de regionale


ontwikkeling verder stimuleren.

Het EIF tracht de toegang tot financiering te vergemakkelijken voor kmo’s en werkt hiervoor
o.m. samen met erkende financiële tussenpersonen.

Het EIF ontwikkelt, promoot en beheert een aantal risicokapitaal- en


schuldfinancieringsinstrumenten.

Voordelen?
o
o
o

Europese Investeringsbank (EIB)


= de financiële instelling voor lange termijn financiering van de Europese Unie.

Dienstverlening van de EIB


= verstrekken van leningen aan ondernemingen en instellingen,
maar ook verstrekken van garanties, microfinancieringen en risicokapitaal via erkende commerciële
banken

De EIB is zowel binnen als buiten de Europese Unie actief.


Bij de financiering ligt de focus op innovatie en vaardigheden, financiering voor kmo’s, milieu en
klimaat alsook infrastructuur. Buiten de EU gaat het voornamelijk om ontwikkelingssamenwerking.

Het Europees Fonds voor Strategische Investeringen (EFSI) werd opgericht naar aanleiding van het
'Investeringsplan voor Europa' (cfr Juncker plan genoemd) en is belangrijk omdat het bijkomende
financiële middelen heeft vrijgemaakt voor projecten die als risicovol worden bestempeld. (zit onder
EIB-groep)

Het EFSI is belangrijk omdat het financiering vrijmaakt voor projecten met een hoger risicoprofiel.
Gunstig voor kleine, innovatieve, beginnende bedrijven vanwege het risico.

In België zijn PMV (Brussels en Vlaams Gewest) en Sowalfin (Waals Gewest) erkend alsook een aantal
banken en risicokapitaalfondsen.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


86

Voorbeeld:

Microkredieten = steunmaatregel van microStart en o.m. de Europese overheid

MicroStart verstrekt microkredieten van € 500 tot € 15.000 aan ondernemers die geen toegang
hebben tot het bankkrediet. Rente van 8,95%. Voor max 4 jaar.
Iemand uit je omgeving stelt zich moreel borg voor 50% en gelooft mee in het project.
Ondernemers die reeds 1 jaar actief zijn kunnen een microkrediet tot € 25.000 bekomen. Boven de €
15.000 bedraagt de intrestvoet 7,95%.

Opgericht in 2010 door de Franse organisatie 'Association pour le Droit à l'Initiative Economiqie'
(ADIE), de pionier in Europese microfinanciering, BNP Paribas Fortis en het Europese
InvesteringsFonds (EIF).

Agentschap Innoveren & Ondernemen verleent structurele ondersteuning zodat Vlaamse


kredietnemers van microStart zo goed mogelijk van start kunnen gaan.

Microkredieten van microStart kunnen gebruikt worden voor:

Het testen van een idee;


Investeringen in renovatie, voorraad, materiaal, machines, kasmiddelen, huurwaarborgen,
een occasiewagen, de
Overname van een zaak, enz.;
Werkkapitaal en huur voor het overbruggen van de eerste maanden;
Administratieve opstartkosten;
Het opvullen van cash flow problemen.

Dit krediet is er voor iedereen die op zoek is naar een krediet voor een zelfstandige activiteit op te
bouwen of verder uit te bouwen en niet terecht kan bij de bank.

Bijkomende kredieten tijdens coronacrisis


MicroStart blijft de ondernemers die geen toegang hebben tot een bankkrediet financieren in deze
coronacrisis.
Wie door de beperkende maatregelen van de overheid wordt getroffen kan nog steeds een uitstel
van terugbetaling vragen.

Daarnaast lanceerde microStart een relanceplan: Startende of bestaande ondernemingen (al dan
niet klanten) die de gevolgen van de COVID-19 crisis ondervinden sinds 1 oktober 2020 een
'Microstart Groeilening' aanvragen.

1.3 België

1.3.1 Federaal

Meer dan 58 verschillende maatregelen afhankelijk van:


Sector
Type tegemoetkoming: subsidie, RSZ korting, fiscaal voordelen, voordelige lening…
Leeftijd onderneming
Omvang bedrijf: klein, middel of groot
Juridische vorm: vennootschap, vzw,…

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


87

1.3.1.1 TAX SHELTER – STARTENDE ONDERNEMINGEN

Particulieren kunnen genieten van een belastingvermindering van 30% of 45% indien zij
rechtstreeks nieuwe aandelen verwerven van een startende vennootschap of via een
crowdfundingplatform

Een kleine vennootschap van maximum vier jaar oud kan maximaal €250.000 ophalen tijdens
zijn bestaan

De investeerder mag per jaar/per persoon maximum €100.000 investeren

Uitgebreid met de Tax Shelter voor scale ups, gericht op groeibedrijven van minstens vier
jaar oud.

Definitie startende onderneming

Kapitaalinbreng kadert binnen (uitgeven van nieuwe aandelen op naam) :


o oprichting van de vennootschap of
o naar aanleiding van een kapitaalverhoging binnen de 4 jaar na de oprichting ervan.

Het gaat in beide gevallen om vennootschappen die ten vroegste op 1 januari 2013 werden
opgericht.

Voor de volledigheid:

!! Wanneer de activiteit van de vennootschap bestaat uit de voortzetting van een werkzaamheid die
voorheen werd uitgeoefend door een natuurlijke persoon of een andere rechtspersoon, wordt de
vennootschap, geacht te zijn opgericht op het ogenblik van de eerste inschrijving in de
Kruispuntbank van Ondernemingen door die natuurlijke persoon, respectievelijk van de neerlegging
van de oprichtingsakte van die andere rechtspersoon ter griffie van de rechtbank van koophandel of
van het vervullen van een gelijkaardige registratieformaliteit door die natuurlijke persoon of andere
rechtspersoon in een andere lidstaat van de EER.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


88

Investeerder:
Natuurlijk persoon
Die "rechtstreeks" investeert in de vennootschap, via een crowdfunding platform of via een
starterfonds
Ofwel rijks inwoner (onderworpen aan de personenbelasting) ofwel niet-rijks inwoner
(onderworpen aan en geregulariseerd in de belasting van niet inwoner)

!! verplicht de aandelen die hij heeft, volstort minimum 4 jaar aanhouden

Zowel de familieleden van de oprichters als de werknemers van de onderneming kunnen dit
fiscaal voordeel verkrijgen als ze in de startende onderneming investeren. (>< win win !!)

De inbreng van kapitaal door de bedrijfsleider zelf of de bestuurders van de vennootschap


kan NIET in aanmerking komen voor de toepassing van de tax shelter-regeling.

De maximale participatie in het kapitaal die in aanmerking komt voor het fiscaal voordeel,
bedraagt 30% aandeelhouderschap.

Bedrag van het fiscaal voordeel van de investeerder:

Voor een directe investering (in aandelen van een startende onderneming) of investering via
een crowdfunding platform (erkend)

o Bedraagt de belastingvermindering 30% van het geïnvesteerde bedrag in kleine


vennootschappen.
o Bedraagt de belastingvermindering 45% van het geïnvesteerde bedrag in micro-
ondernemingen;

De belastingvermindering kan genoten worden voor het aanslagjaar dat betrekking heeft op
het inkomstenjaar waarin de investering is gebeurd. De belastingvermindering is niet terug
betaalbaar (geen belastingkrediet) noch overdraagbaar.

Voorbeeld:

Investering in kapitaal van 100.000,00 euro:


a) In een onderneming met 500.000,00 euro oprichtingskapitaal 100K is max bedrag = OK
100K tov 500K = 20% OK (< 30%)
Fiscaal voordeel (30% of 45%) op volle 100.000 euro afhankelijk van klein/micro

b) In een onderneming met 200.000 oprichtingskapitaal 100K is max bedrag = OK


100K tov 200K = 50% PROBLEEM (>30% Aandeelhouderschap)
Fiscaal voordeel NIET op 100K, slechts op 30% van 200K = 60K
Fiscaal voordeel op 60.000 afhankelijk van klein/micro (30% of 45%) – geen fiscaal voordeel
voor overige 40K

= De maatregel is gericht op kleine vennootschappen die gelijktijdig aan heel wat voorwaarden
voldoen

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


89

1.3.1.2 TAKS SHELTER – SCALE UPS OF GROEI BEDRIJF

Maatregel is van toepassing sinds aanslagjaar 2019!

Waarom? Kleine vennootschappen ondersteunen die nood hebben aan kapitaal voor de
financiering van hun groei.

Hoeveel? Een kleine vennootschap kan via deze fiscale maatregel maximaal €500.000
ophalen (incl. startende tax shelter). €100.000 per investeerder per jaar.

Concreet:
o Particulieren kunnen een belastingvermindering bekomen
o In de personenbelasting van 25% indien zij,
o Rechtstreeks of via een crowdfundingplatform, nieuwe aandelen verwerven van een
groeibedrijf.
o Dit is een kleine vennootschap van minstens 4 en maximum 10 jaar oud, met
minstens 10 voltijdse werknemers die gedurende de twee voorgaande boekjaren
een groei realiseerde van minimum 10% per jaar in werkgelegenheid en/of omzet.

1.3.1.3 TAKS SHELTER – AUDIOVISUELE WERKEN EN PODIUMKUNSTEN

Belgische of buitenlandse vennootschappen die in België zijn gevestigd, onderworpen aan de


Belgische vennootschapsbelasting, kunnen genieten van belangrijke fiscale voordelen als ze
investeren in Europees audiovisuele werken of podiumkunsten, mits aan een aantal voorwaarden
wordt voldaan.

Het fiscaal voordeel bestaat uit een belastingvrijstelling ten belope van 310% van de werkelijk
gestorte sommen en extra opbrengst op de gestorte sommen.

Wat komt in aanmerking ?


Een fictiefilm (lange, gemiddelde en korte duurtijd), een documentaire, een animatiefilm of
een kortfilm voor bioscopen;
Een lange fictiefilm voor televisie (mogelijk opgedeeld in afleveringen);
Een fictieserie, animatieserie, kinderreeks of documentaire bedoeld voor televisie;
Een kinder- of jeugdreeks.
Theater, Circus, Straattheater, Opera, klassieke muziek, dans, muziektheater, met inbegrip
van musical en ballet, evenals de productie van een totaalspektakel.

Wie komt in aanmerking?


Een investeerder prefinanciert een Europese productie door een (toekomstig) fiscaal Tax
Shelterattest te kopen van een producent/productiehuis via het sluiten van een raamovereenkomst.

Redenen van succes?

1. Een belastingbesparing hoger dan het geïnvesteerde bedrag


2. Een vast rendement van nagenoeg 10% op 18 maanden
3. Een verzekering ter dekking van het fiscaal voordeel
4. Comptabiliteit met andere fiscale maatregelen

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


90

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


91

1.3.1.4 TAKS SHELTER – COVID-19

Particulieren kunnen een belastingvermindering bekomen in de personenbelasting van 20% indien


zij rechtstreeks nieuwe aandelen verwerven van een kleine vennootschap waarvan de omzet voor
de periode van 14 maart 2020 tot 30 april 2020 met minstens 30% gedaald is ten opzichte van
dezelfde periode van 2019.

Hoeveel? Voor maximum € 100.000 voor de investeerder.


Voor maximaal € 250.000 voor de kleine vennootschap. Bedragen staan los van de overige tax
shelter formules.

1.3.1.5 Investeringsaftrek

Een onderneming, die


bij de oprichting (starter) of
uitbreiding van haar activiteiten (ook voor niet-starters)

een investering uitvoert, kan onder bepaalde voorwaarden een investeringsaftrek verkrijgen.

Investeringsaftrek = fiscaal voordeel waarbij


men een bepaald percentage eenmalig van de aanschaffings- of beleggingswaarde van de
investeringen mag aftrekken van de belastbare winst

Als er in een belastbaar tijdperk onvoldoende winst of baten zijn, wordt de aftrek zonder enige
tijdsbeperking naar de volgende belastbare tijdperken overgedragen.

Wie komt in aanmerking?


De investeringsaftrek kan genoten worden door
• eenmanszaken,
• kleine vennootschappen (zoals gedefinieerd in artikel 1:24, §§ 1 tot 6, van het Wetboek van
vennootschappen en verenigingen), en
• grote vennootschappen die winsten ontvangen uit een industriële, commerciële of
landbouwactiviteit.

Ook de beoefenaars van vrije beroepen komen in aanmerking. Vzw’s zijn uitgesloten.

De Federale Regering heeft op 6 november 2020 beslist om de verhoogde investeringsaftrek van


25% te verlengen voor investeringen gedaan tot eind 2022. Deze verhoogde investeringsaftrek is
van toepassing, op eenmanszaken, vrije beroepen en op ondernemingen die voldoen aan de fiscale
definitie van kleine vennootschap. Deze verlenging kadert in een breed sociaal economisch
steunpakket.

In de algemene regel moet het gaan om materiële vaste activa die in nieuwe staat zijn verkregen of
tot stand gebracht en om nieuwe immateriële vaste activa.
Deze activa moeten in België uitsluitend voor het uitoefenen van de beroepswerkzaamheid worden
gebruikt en ze moeten ten minste over drie jaar afschrijfbaar zijn.
‘Leasing’ komt ook in aanmerking.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


92

Investeringen die uitgesloten zijn van de investeringsaftrek:


- Niet uitsluitend voor het beroep gebruikte activa;;
- Activa die geen rechtstreeks verband houden met de bestaande of geplande economische
werkzaamheid;
- De bijkomende lasten indien ze niet samen met de activa waarop ze betrekking hebben,
worden afgeschreven;
- De personenwagens en de wagens voor dubbel gebruik;
- ….

Soorten investeringsaftrek?

Gewone investeringsaftrek:
*
De investeringsaftrek op vaste activa die worden verkregen tussen 12 maart 2020 en 31 december
2020 werd verhoogd tot 25%. De kleine vennootschap die hierop een beroep doet moet voor het
belastbaar tijdperk waarin de investering wordt verricht onherroepelijk verzaken aan de aftrek voor
risicokapitaal ('notionele interestaftrek’). Nu dus verlengd tot eind 2022.

**De gespreide investeringsaftrek:


De gespreide aftrek voor gewone investeringen: de aftrek wordt gespreid over de
afschrijvingsperiode van de investeringen. Dit kan enkel worden toegepast indien de onderneming
minder dan 20 werknemers tewerkstelt. Sinds het aanslagjaar 2007 is de gespreide aftrek voor
vennootschappen afgeschaft. Indien die aftrek echter werd verleend voor een vroeger aanslagjaar,
dan blijft de investeringsaftrek lopen voor de resterende periode ervan.

Digitale investeringen
Vaste activa die dienen voor de integratie en de exploitatie van digitale betalings- en
factureringssystemen
en de systemen die dienen voor de beveiliging van informatie- en communicatietechnologie.
Ook de investering in een witte kassa of in een webshop voor e-commerce komen in aanmerking
voor het fiscaal voordeel.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


93

Energiebesparende investeringen
Om te kunnen genieten van de verhoogde investeringsaftrek voor energiebesparende
investeringen moeten deze investeringen
opgenomen zijn in een bepaalde categorie. Bovendien moet er een attest bij de belastingaangifte
worden toegevoegd.

Investeringen in beveiliging
Deze categorie betreft de investeringen voor de beveiliging van de beroepslokalen of
bedrijfsvoertuigen
en is enkel van toepassing voor kleine vennootschappen.

Investeringen in O&O
Deze verhoogde aftrek geldt voor 'milieuvriendelijke' investeringen
in onderzoek en ontwikkeling. Dit zijn investeringen van nieuwe producten en toekomstgerichte
technologieën die geen effect op het leefmilieu hebben
of die het negatieve effect op het leefmilieu zoveel mogelijk proberen te beperken. Om van deze
aftrek te kunnen genieten, moet het bedrijf een R&D-afdeling hebben.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


94

Voorbeeld:

Zelfstandig slager besluit de eenmanszaak uit te breiden met nieuwe koelruimtes.

Keuze A. Koelruimtes met “gewone” deuren tussen koel- of diepvrieskamers en de rest van het
gebouw

Keuze B. Koelruimtes met “automatisch sluitende” deuren tussen koel- of diepvrieskamers en de rest
van het gebouw

Bv.
Keuze A = 5.000 euro excl. BTW
Keuze B = 7.500 euro excl. BTW

Keuze A:
• Uitbreidingsinvestering = OK
• “gewone” deuren niet op de lijst van energiebesparende uitgaven
• Gewone investeringsaftrek

!! 10.000 - 2.839,68
= 7.160,32

Keuze B:
• Uitbreidingsinvestering = OK
• “automatische” deuren wel op de lijst van energiebesparende uitgaven
• Investeringsaftrek voor EMZ : 13,50%

!! 9.750 – 2494,70
= 7.255,3

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


95

1.3.1.6 FISCALE STEUN TIJDENS CORONACRISIS

Om de ondernemers tijdens de coronacrisis financiële ademruimte te geven werden er verschillende


fiscale steunmaatregelen uitgewerkt.

Het breed sociaaleconomisch steunpakket bevat ook de verlenging van de volgende fiscale
maatregelen:
1. De mogelijkheid om individueel uitstel van betaling van belastingen.
2. Verlenging van het verlaagd btw-tarief van 6% op handgels en mondmaskers.
3. De fiscale vrijstelling van subsidies die worden toegekend door de Gewesten, steden en
gemeenten
4. De verhoogde investeringsaftrek van 25% te verlengen voor investeringen verkregen of tot
stand gebracht tot eind 2022.
5. Uitstel te geven tot en met 30 november 2020 voor het indienen van de aangiften in de
vennootschapsbelasting én de aangifte in de personenbelasting via Tax-on-web mandataris.

Wie komt in aanmerking?


Ondernemingen (natuurlijke en rechtspersonen), ongeacht hun activiteitensector, die kunnen
aantonen effectieve hinder te ondervinden ten gevolge van het coronavirus kunnen deze
steunmaatregelen aanvragen.

Betalingsplan
Het afbetalingsplan kan worden gevraagd voor de volgende fiscale schulden:
• Bedrijfsvoorheffing;
• Btw;
• Personenbelasting;
• Vennootschapsbelasting;
• Rechtspersonenbelasting. Voor deze schulden is er ook:
• een gegarandeerde vrijstelling van nalatigheidsinteresten;
• een kwijtschelding van boeten wegens niet-betaling.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


96

1.3.2 Vlaams gewest

1.3.2.1 START LENING

Start lening van PMV/z


= achtergestelde lening voor alle starters (werkzoekenden én anderen)
= < 4 jaar actief in hoofdberoep
= Maximaal € 100.000 lenen
= Kleine onderneming
PMV/z verstaat onder ‘starter’ dat je jouw zelfstandige activiteit niet langer dan 4 jaar uitoefent

Voorbeeld :
Een natuurlijk persoon, in het verleden zelfstandig, en na onderbreking van 2 jaar als loontrekkende
heeft gewerkt, wil nu een nieuwe zelfstandig activiteit oprichten, al dan niet verschillend van de
vroegere activiteit als zelfstandige, zal een startlening kunnen aanvragen

Wie komt in aanmerking?

De startlening is bestemd voor de financiering van uw:


- materiële,
- immateriële en
- financiële investeringen, evenals
- voor de financiering van uw behoefte aan bedrijfskapitaal die gepaard gaat met de start of
uitbouw van uw activiteit. Focus op nieuwe investeringen

Komen student ondernemers in aanmerking? Komen stagiairs in aanmerking?


Ja, tenminste als ze minder dan 4 jaar actief zijn. Als ze een kleine onderneming hebben.

Bijkomende voorwaarden:
- Je dient zelf je activiteit of onderneming uit te baten
- Bij een vennootschap dien je in principe meerderheidsaandeelhouder te zijn en dagelijks
beheer uit te voeren.
- Gevestigd in het Vlaams gewest of investeren in Vlaams gewest
- Vrij soepel wat betreft waarborgen.

Omvang steun en voorwaarden?


Het maximumbedrag is gelijk aan
 het kleinste van de volgende bedragen:
● 4 maal de eigen inbreng;
● €100.000

In feite is er geen minimum bedrag.


Aanvragen < € 5.000 best op andere manier financieren.
Duur: min 3 jaar en max 10 jaar Intrestvoet : 3% per jaar Terugbetaling?
- Maandelijkse terugbetaling (constante aflossing)
- Eerste jaar betaal je enkel de intresten terug

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


97

1.3.2.2 Cofinanciering

Wat?
De Cofinanciering van PMV/z is een achtergestelde lening van maximum €350.000, bestemd voor
starters en bestaande kmo’s.

De lening wordt altijd gecombineerd met een cofinanciering, ofwel van een bank, investeringsfonds
of crowdfundingplatform waarmee PMV/z een samenwerkingsovereenkomst heeft afgesloten.

Één partij moet instaan voor minstens 20% van de globale financieringsbehoefte.

2 Grenzen:
PMV/Z komt tussen voor maximaal 50% van de globale investeringsbehoeften.
o Vereist doorgaans: eigen inspanning/eigen bijdrage
En PMV/Z komt maximaal tussen voor 4x de eigen inbreng.

Wie komt in aanmerking?

Natuurlijke personen
Rechtspersonen

Vestiging  Vlaams Gewest  investeren in project in België


Vestiging  buiten Vlaams G.  investeren in project in Vlaamse Gewest

Wat komt in aanmerking?

De KMO-cofinanciering is bestemd voor de financiering van uw:


Materiële, immateriële en financiële investeringen
Voor de financiering van uw behoefte aan bedrijfskapitaal die gepaard gaat met de start of
uitbouw van uw activiteit

Focus op nieuwe investeringen

Omvang steun en voorwaarden?

Het maximumbedrag is gelijk aan


Þ het kleinste van de volgende bedragen:
● 4 maal de eigen inbreng;
● €350.000

!! Uw eigen inbreng moet minstens 10% van de globale investering bedragen. Opmerkelijk : win-win
lening komt in aanmerking als “eigen inbreng” net als een andere achtergestelde lening onder
bepaalde voorwaarden.

!! De tussenkomst van de cofinancier (bank, investeringsfonds, business angel) moet minstens 20%
van de globale investeringsbehoefte bedragen.

!! PMV/Z komt tussen voor maximaal 50% van de globale investeringsbehoeften.

Het minimumbedrag van de KMO-cofinanciering is €7.500.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


98

Looptijd

De looptijd van de lening =


minimaal 3 jaar
maximaal 10 jaar
Afhankelijk van de aarde van de investering (MVA, IMVA, FVA, …)
De looptijd van de begeleidende cofinanciering (bank, …) mag hoogstens 2 jaar korter zijn
dan de looptijd van de Cofinanciering.

Intrestvoet
Minimum 3%
Basisintrestvoet op de markt voor investeringskredieten voor de betrokken looptijd +0,53%
Deze intrestvoet is vast voor de volledige looptijd van de lening.

Terugbetaling : Terugbetaling gebeurt ofwel met een vast bedrag in kapitaal (variabele maandelijkse
aflossingen) ofwel met een progressief bedrag in kapitaal (constante maandelijkse aflossingen).
PMV/z kan uitzonderlijk ook driemaandelijkse betalingen van intresten en kapitaal toestaan.
Op vraag van de ondernemer is ook een vrijstelling in kapitaalsaflossing van 1 of 2 jaar mogelijk.

Waarborgen : PMV/z stelt zich soepel op inzake bewaarborging van Cofinanciering.


Dit aspect wordt project per project geëvalueerd, zoals gebruikelijk is in de financiële sector. De
waarborgen worden bepaald in functie van het kredietrisico en slaan enkel op de elementen die
betrekking hebben op het project. (bijvoorbeeld: een hypothecair mandaat in plaats van een
hypothecaire inschrijving).

Cumulatie: De Cofinanciering kan gecumuleerd worden met een Startlening mits voorwaarden. Het
bedrag van beide leningen samen mag niet hoger zijn dan € 350.000.

Voorbeeld:
Frituur Charis in Tongeren wil de huidige installatie vervangen door een gloednieuw exemplaar.
Kostprijs 18.575 euro excl. BTW

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


99

Lesweek 9 Overheid Deel 2 (62 dia’s)

1.3.2.3 Cofinanciering +

Wat?
De Cofinanciering+ van PMV/z is een achtergestelde lening van maximum €700.000, bestemd voor
bestaande kmo’s die een track hebben van positieve cashflow. (↔ starters)

De lening wordt altijd gecombineerd met een cofinanciering, ofwel van een bank, investeringsfonds
of crowdfundingplatform waarmee PMV/z een samenwerkingsovereenkomst heeft afgesloten.

Één partij moet instaan voor minstens 20% van de globale financieringsbehoefte.

PMV/Z komt tussen voor maximaal 50% van de globale investeringsbehoeften.


=> Vereist doorgaans: eigen inspanning/eigen bijdrage

Wie komt in aanmerking ?

*natuurlijke personen (zelfstandigen/vrij beroepers/ … in hoofdberoep)


en/of
*rechtspersonen (bv, nv, … zelfs vzw onder bepaalde voorwaarden)

Bestaande kmo's met positieve cashflow in hoofdberoep

Vestiging => Vlaamse Gewest => investeren in project in België


Vestiging => buiten Vlaamse Gewest => investeren in project in Vlaamse Gewest

!! beantwoorden @ Europese KMO-definitie

Wat komt in aanmerking ?

De KMO-cofinanciering+ is bestemd voor de financiering van uw:


materiële,
immateriële en
financiële investeringen, evenals
voor de financiering van uw behoefte aan bedrijfskapitaal die gepaard gaat met de start of
uitbouw van uw activiteit.

Focus op nieuwe investeringen


Herfinancieringen, investeringen voor onderzoek & ontwikkeling en trading activiteiten zijn in
principe uitgesloten.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


100

Omvang steun en voorwaarden?

Het maximumbedrag is gelijk aan


Het kleinste van de volgende bedragen:
o 4 maal de eigen inbreng;
o €700.000

!! Uw eigen inbreng moet minstens 10% van de globale investering bedragen. Opmerkelijk : win-win
lening komt in aanmerking als “eigen inbreng” net als een andere achtergestelde lening onder
bepaalde voorwaarden.

!! De tussenkomst van de cofinancier (bank, investeringsfonds, business angel) moet minstens 20%
van de globale investeringsbehoefte bedragen.

!! PMV/Z komt tussen voor maximaal 50% van de globale investeringsbehoeften.


Het minimumbedrag van de KMO-cofinanciering+ is €350.000.

Looptijd

De looptijd van de lening =


minimaal 3 jaar
maximaal 10 jaar
Afhankelijk van de aarde van de investering (MVA, IMVA, FVA, …)
De looptijd van de begeleidende cofinanciering (bank, …) mag hoogstens 2 jaar korter zijn
dan de looptijd van de Cofinanciering.

Intrestvoet = De intrestvoet die PMV/z toepast is momenteel 4,75 %. Indien de periode van
vrijstelling van kapitaalaflossing langer is dan 1 jaar stijgt de intrestvoet met 0,25% per extra
gratieperiode.

1.3.2.4 Vlaamse waarborgregeling

Tot €1,5 miljoen


Boven €1,5 miljoen

Vlaamse waarborgregeling?

Overheidswaarborg PMV

De Waarborgregeling van de Vlaamse overheid maakt het voor ondernemers makkelijker om krediet
te verkrijgen van de bank. Ondernemingen die geen financieringsovereenkomst kunnen afsluiten
door een gebrek aan voldoende waarborgen, kunnen via de Waarborgregeling van PMV tot 75
procent van de verbintenissen laten waarborgen door de Vlaamse overheid TOT 1,5 MILJOEN
EURO.

https://www.vlaanderen.be/nl/ondernemen/kapitaal-en-krediet/waarborgregeling-tot-15-miljoen-
euro

PMV staat voor Participatie Maatschappij Vlaanderen.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


101

PMV is een doe- en durfbedrijf dat de toekomst van de Vlaamse economie vormgeeft. Met en voor de
overheid, en andere partners, realiseert zij projecten die belangrijk zijn voor de welvaart en het
welzijn in Vlaanderen.
Als de bank of leasingmaatschappij u geen krediet kan verlenen, enkel en alleen omdat u
onvoldoende zekerheden kunt bieden, dan is een waarborg via PMV een goed alternatief.

Wie komt in aanmerking?


Financiële instellingen die worden erkend als waarborghouders.
De bank kan, als hij dat wil, zelf beslissen over het gebruik van de Waarborgregeling voor dossiers
met een waarborgbedrag tot en met 750.000 euro.

Doelgroep ?
Zelfstandigen, vrije beroepen , kmo´s en grote ondernemingen De waarborg kan ten hoogste tot
75% van het kredietbedrag dekken.

Om in aanmerking te komen voor de Waarborgregeling dient de investering te gebeuren op ofwel:

het grondgebied van het Vlaamse gewest;


buiten het grondgebied van het Vlaamse gewest indien het gaat om de financiering van de
activiteit van een in Vlaanderen gevestigde exploitatiezetel.

Financiering voor export en de oprichting en uitbating van een distributienet in het buitenland zijn
uitgesloten.

Omvang en voorwaarden van de waarborg

De waarborg kan verkregen worden voor:


investeringskredieten,
kaskredieten en
straight loans,
overname,
borgstellingskredieten en
leasingovereenkomsten.

De waarborg mag in principe niet worden gebruikt om achterstallige of reeds bestaande schulden
te betalen of om het bedrijfskapitaal weder samen te stellen.

De waarborghouder heeft de mogelijkheid om zelf te beslissen over het gebruik van de


Waarborgregeling voor dossiers met een waarborgbedrag van max. € 750.000 (€ 500.000 in geval
van leasingovereenkomsten).

De waarborg heeft een aanvullend karakter en komt bovenop de andere zekerheden die de bank
vraagt.

Voor het bekomen van de waarborg dient de onderneming een éénmalige premie te betalen. De
kredietnemer dient de premie in één keer te betalen vooraleer de waarborg in werking treedt. De
premie wordt berekend in functie van de omvang en de looptijd van de waarborg
= Bedrag van de waarborg x duur van de waarborg in jaren x 0,5%.

De duurtijd van de waarborgregeling is beperkt tot


maximum 10 jaar voor bedragen tot € 750.000 en tot
maximum 5 jaar voor bedragen tot € 1,5 miljoen.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


102

Wat indien u het krediet niet kan terugbetalen (bv. faillissement)?

INDIEN
U NIET meer in staat bent om uw krediet terug te betalen
DAN
dan kan uw financiële instelling uw krediet of leasingovereenkomst opzeggen. In dat geval betaalt
de Vlaamse overheid haar deel van het openstaande saldo uit aan de bank of leasingmaatschappij,
met een maximum van 75%.

Dat wil echter niet zeggen dat de kredietnemer bevrijd is van zijn schuld.
De financiële instelling dient het kredietdossier uit te winnen, o.a. via verzilvering van de andere
zekerheden (bv. persoonlijke borgstelling zaakvoerder), en zal trachten het door Waarborgbeheer nv
gestorte bedrag te recupereren.
De bedragen die de financiële instelling daaruit ontvangt zullen aan Waarborgbeheer nv doorgestort
worden ten belope van een bepaald percentage.

Om de economische impact van het coronavirus op te vangen,


heeft de Vlaamse regering de bestaande waarborgregeling bij PMV/z uitgebreid met de Waarborg
coronacrisis tot eind dit jaar.

Via deze uitbreiding kunnen ondernemingen en zelfstandigen ook voor bepaalde niet-bancaire
schulden (tot 12 maanden oud) een overbruggingskrediet laten waarborgen door PMV/z!

Ook voor bancaire schulden van bestaande kredietlijnen en investeringskredieten die nog niet onder
de waarborg werden gebracht kan deze waarborg worden gebruikt op voorwaarde dat de bank ook
bereid is minimum 3 maand betalingsuitstel toe te staan of kredietlijnen te behouden.

Voor kortetermijnkredietlijnen kan 50% worden gewaarborgd op voorwaarde dat die gedurende
minstens 3 maanden behouden blijven.

Vlaamse waarborgregeling boven 1,5 miljoen euro ?

= complementair aan de waarborgregeling tot 1,5 miljoen eur.

Deze waarborg wordt toegekend aan kmo´s en grote ondernemingen mits voldaan aan de volgende
voorwaarden:

Goed onderbouwd business plan


Bij voorkeur groei- of investeringsplannen hebben
De onderliggende financiering draagt bij tot versterking van de economie in Vlaanderen
Geen onderneming in moeilijkheden
Niet actief in landbouw of visserij

Alle courante kredietvormen komen in aanmerking ( overnamekrediet, LT krediet,


investeringskrediet, leasing, factoring, bankgaranties,….)
Zowel bestaande als nieuwe kredieten kunnen gewaarborgd worden.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


103

Omvang?

>1,5 miljoen Euro


Maximaal 80% van de onderliggende financiering
Looptijd max 8 jaar
Genieten van zakelijke en persoonlijke zekerheden die de bank vestigt

In ruil ?

Betaalt de onderneming een periodieke premie


Afspraken gemaakt omtrent werkgelegenheid in Vlaanderen

Ondernemingen die problemen ondervinden ingevolge de coronacrisis kunnen in bepaalde gevallen


genieten van de aangepaste COVID-19 waarborg die meer flexibiliteit biedt. Op deze maatregel kan
nog een beroep worden gedaan tot 15 april 2021.

1.3.2.5 PMV Bedrijfsleningen

PMV Bedrijfsleningen
= Een financieringsoplossing op maat
= Voor lange termijn
= Voor kmo´s en grote ondernemingen
= Min € 350.000 en max. € 5.000.000
= Kan zowel achtergesteld (mezzaninefinanciering) als niet-achtergesteld
= Complementair aan bestaande of nieuwe bankfinancieringen

Wie komt in aanmerking?


Exploitatiezetel in Vlaamse gewest (en/of toegevoegde waarde creëren voor Vlaanderen)
Positieve cashflow genereren
Evenwichtig, uitgebouwd managementteam
Stevig onderbouwd businessplan
Solide marktpositie en groeiperspectief hebben

Financieringsvoorwaarden?
Achtergestelde of niet-achtergestelde lening
Bedrag: €350.000 tot €5 miljoen
Looptijd : 7 tot 10 jaar gemiddeld
Terugbetaling: bullet krediet maar mogelijkheid om 2 jaar aflossingsvrij te zijn
Vergoeding : periodiek te betalen cash intrest, uitgestelde intrest en kapitaal
Max 50% van de globale financieringsbehoefte samen met cofinanciering (banken,
investeerders,…)

Typische kenmerk = de FLEXIBILITEIT


Opname mogelijk in meerdere schijven
Rentevoet aangepast aan risicoprofiel
Opsplitsing van de rentevoet in een cash en uitgesteld gedeelte (einde looptijd)
Mogelijkheid aflossingsvrije periode
Mogelijkheid vervroegde aflossing

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


104

PMV rekent dossierkost van 0,5% tot 1% van het financieringsbedrag.

1.3.2.6 Impulskrediet (micro krediet)

Impulskrediet voor ondernemers

= het microkrediet van Hefboom dat zich richt tot micro-ondernemers (kmo’s, zelfstandigen in
hoofd- en bijberoep) én geen of moeilijk toegang hebben tot een bankkrediet, met of zonder eigen
inbreng, RP als NP.

Wat zijn de financieringsvoorwaarden?


De duur: Maximaal 5 jaar
Rentevoet: 6,75%
Bedrag: Maximaal €25.000 ontlenen
Terugbetaling: door middel van constante maandelijkse aflossingen.

Er wordt gedurende 2 jaar gratis begeleiding voorzien door vrijwillige coaches met een ruime
ervaring om de slaagkans van het project te vergroten.
Men kijkt naar plannen van de (kandidaat-) ondernemer !! onafhankelijk van het huidige statuut,
leeftijd, ervaring, eigen inbreng, een voorgaand faillissement, … van de aanvrager.

!! Ook mensen die in bijberoep willen opstarten of een zaak willen overnemen komen in
aanmerking.

Het microkrediet van impulskrediet kan in bepaalde gevallen gebruikt worden voor eigen inbreng
voor de startlening te financieren.

Er wordt een éénmalige solidariteitsbijdrage van 5% aangerekend met een minimum van €250 en
een maximum van €1000 voor dossiers tot €25.000.

Het Impulskrediet wordt financieel ondersteund door oa. VLAIO

Duurzaam ondernemen:

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


105

1.3.3 Strategische ecologiesteun (STRES)

Ondernemingen kunnen voor groene investeringen in "strategische" spitstechnologie in het


Vlaamse Gewest een subsidie bekomen van Agentschap Innoveren & Ondernemen.

De minimum investering bedraagt € 3 miljoen.

Het steunpercentage varieert van 20 tot 40%


o afhankelijk van de performantie van de technologie, ecologiegetal 3 tot 9/ecoklasse
B tot A
o de grootte van de onderneming
o de aanvaarde meerkost van de essentiële componenten.

Deze steunregeling (STRES) is een aanvulling op de ecologiepremie+ STRES komt tegemoet


aan specifieke en grotere investeringsprojecten

Wie komt in aanmerking?


Een onderneming dient te voldoen aan een aantal voorwaarden. (o.a. investering in Vlaams gewest ,
oefent een aanvaardbare hoofdactiviteit uit, stimulerende karakter, geen achterstallige schulden bij
de RSZ en geen procedure op basis van Europees of nationaal recht lopen waarbij een toegekende
steun wordt teruggevorderd; een haalbaarheidsstudie)

Vzw’s zijn geen aanvaardbare juridische vorm.


Een onderneming in moeilijkheden wordt uitgesloten van steun ingevolge Europese regelgeving.

Wat komt in aanmerking?


Enkel strategische ecologie-investeringen van een individueel of gemeenschappelijk project, met
een minimum
aanvaardbaar investeringsbedrag van €3 miljoen komen in aanmerking.
De ecologie-investeringen worden door VITO getoetst aan de basisvoorwaarden zoals gesteld in de
Europese Milieukaderregeling.

1.3.4 Europese onderzoeks- en innovatiesteun: Horizon 2020

• het Europese programma


• voor de financiering van onderzoek en innovatie
• voor de periode 2014-2020
Wie kan deelnemen? Individuen, ondernemingen, universiteiten, onderzoeksinstellingen als
organisaties voor technologieverspreiding deelnemen.
Omvang? Het subsidiepercentage bedraagt 70% of 100% van de toegestane kosten

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


106

Hoe? Via onderzoek en innovatie worden oplossingen gezocht voor de grootste problemen van deze
tijd zoals energie, voedselveiligheid, klimaatverandering en vergrijzing.
Het draagt ook bij tot de werkgelegenheid, welvaart en levenskwaliteit.
www.ncpflanders.be/funding-by-horizon
Vanaf 2021 gaat Horizon Europe, de opvolger van Horizon 2020 van start.
Aanwerven en opleiden:

Innovatief ondernemen:

1.3.5 KMO-groeisubsidie

Wat houdt deze maatregel in?

De kmo-groeisubsidie wil bij kmo's


de ontbrekende strategische kennis subsidiëren die nodig is voor het opstellen
van een nieuwe groeistrategie bij een transformatie-, innovatie- of internationaliseringstraject.

De subsidie bedraagt
- 50% voor het inkopen van extern strategisch advies (externe versterking door advies van
consultancy)
en/of
- 50% van de loonkost bij het aanwerven van een strategisch medewerker (interne
versterking).

Het steunplafond per advies of aanwerving bedraagt €25.000.


Dus: Per kalenderjaar kan per kmo tot €50.000 subsidie worden bekomen.

Een kmo kan per jaar en per groeitraject maximaal één kmo-groeisubsidie toegekend krijgen.

Het extern advies en/of de nieuwe aanwerving, waarvoor de subsidie gevraagd wordt, dient
noodzakelijk en van strategisch belang te zijn om het groeitraject uit te voeren. (visie op groei,
kantelmoment, onderbouwde aanpak, noodzaak aan kennis)
Om in aanmerking te komen voor de kmo-groeisubsidie moet het projectbedrag minstens € 20.000
(excl. btw) bedragen.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


107

1.3.6 Vrijstelling doorstorting bedrijfsvoorheffing voor onderzoekers

Wat houdt deze maatregel in?


Het loon van onderzoekers binnen ondernemingen en kennisinstellingen kan deels worden
vrijgesteld van doorstorting van bedrijfsvoorheffing.

De vrijstelling kan aangevraagd worden door:


Universiteiten, hogescholen, door de minister erkende wetenschappelijke instellingen, het
Nationaal Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek (NFWO) en het Fonds voor
Wetenschappelijk Onderzoek – Vlaanderen (FWOV); (bv. PXL)
Ondernemingen die bezoldigingen uitbetalen of toekennen aan onderzoekers met een
diploma PhD, burgerlijk ingenieur, industrieel ingenieur en bepaalde masterdiploma’s; (bv.
VITO)
Ondernemingen die bezoldigingen uitbetalen of toekennen aan onderzoekers die aan
onderzoeksprojecten werken in het kader van samenwerkingsovereenkomsten afgesloten
met universiteiten of hogescholen in de EER of met erkende wetenschappelijke instellingen;
Jonge innoverende ondernemingen (Young Innovative Company) die wetenschappelijk
personeel (onderzoekers, onderzoek technici, projectbeheerders inzake onderzoek en
ontwikkeling) tewerkstellen

Omvang steun?

De steun bestaat er in dat de werkgevers vrijgesteld worden om


80% van de verschuldigde bedrijfsvoorheffing op de voormelde werknemers door te storten aan
de fiscus.

Vanaf 1 januari 2020 werd de vrijstelling voor de bachelordiploma's opgetrokken tot 80%.

1.3.7 Innovatiepremie

Wat houdt deze maatregel in?


Via de innovatiepremie kan een werkgever een financiële vergoeding toekennen aan een
werknemer die innovatie voorstelt met een reële waarde toevoeging voor het bedrijf.

Deze financiële vergoeding wordt


*vrijgesteld van sociale zekerheidsbijdragen
en
* is niet belastbaar als aan de voorwaarden wordt voldaan (vrijgesteld van Pb)
• EN ZIJN AFTREKBARE KOST VOOR DE WERKGEVER !!!

Voorwaarden : Het IDEE en De PREMIE (Zie Agentschap Ondernemen)


Deze maatregel werd verlengd tot 1 januari 2021!

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


108

1.3.8 PMV Risicokapitaal

Wat houdt deze maatregel in?


PMV kan risicokapitaal verstrekken aan beloftevolle ondernemingen.

Zoals elke kapitaalverschaffer investeert PMV om meerwaarde te creëren. Voor PMV moet die
meerwaarde zowel financieel als maatschappelijk zijn.

Op die manier draagt PMV bij aan de welvaart en het welzijn in Vlaanderen.

PMV is een actieve, maar geduldige investeerder, heeft geen voorbestemde exitdatum en kan dus
jaren met de onderneming aan de toekomst bouwen.

Sinds begin 2016 gaat de Vlaamse investeringsmaatschappij PMV voor een nieuwe meer
klantvriendelijke aanpak: “een financieringsoplossing op maat”.

Voorwaarden:

Investering onder de vorm van kapitaal of achtergestelde (converteerbare) leningen.


De vergoeding is marktconform:
Bij een kapitaalparticipatie streeft PMV een positief rendement na via de realisatie van
meerwaarden uit de verkoop van haar aandelenpakket. De uitstap kan oplopen tot 7 en in
sommige gevallen zelfs tot 9 jaar.
van € 125.000 tot € 5mln.

Wie komt in aanmerking?

Voor PMV zijn voor elke investeringsbeslissing volgende criteria de belangrijkste:


De onderneming heeft een exploitatiezetel in het Vlaamse Gewest;
De onderneming heeft een evenwichtig uitgebouwd managementteam;
De onderneming kan een stevig onderbouwd business plan voorleggen dat de capaciteit
aantoont om huidige en toekomstige schulden terug te betalen;
De onderneming heeft een solide marktpositie en mooie groeiperspectieven;
De impact van de onderneming op de Vlaamse economie.
PMV richt zich vooral naar de volgende sectoren met een focus op innovatiestrategieën en
speerpunttechnologieën: Cleantech en maakindustrie; Life Sciences en zorg; Creatieve
industrie; ICT.

Internationale ambities:

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


109

Hoe speelt de overheid in op de verschillende vormen van financiering?

Eigen inbreng
o Notionele intrestaftrek
Family, Friends & Fans
o De WINWINLENING stimuleert particulieren met een fiscaal voordeel om geld te
ontlenen aan kleine en middelgrote ondernemingen
o Via de TAX SHELTER voor startende ondernemingen kunnen particulieren genieten
van een belastingvermindering van 30 of 45% indien zij investeren in het kapitaal
van startende vennootschappen;
o Via de TAX SHELTER voor scale-ups kunnen particulieren genieten van een
belastingvermindering van 25% indien zij nieuwe aandelen verwerven van een
groeibedrijf
Crowdfunding
o Via de TAX SHELTER voor startende ondernemingen kunnen particulieren genieten
van een belastingvermindering van 30 tot 45% indien zij rechtstreeks investeren in
het kapitaal van startende vennootschappen of via een vergund
crowdfundingplatform;
o Via de TAX SHELTER voor scale-ups kunnen particulieren genieten van een
belastingvermindering van 25% indien zij rechtstreeks of via een
crowdfundingplatform investeren in een groeibedrijf;
o Interesten van leningen afgesloten via een crowdfundingplatform genieten onder
bepaalde voorwaarden een VRIJSTELLING VAN ROERENDE VOORHEFFING
Bancaire financieringsvormen
o Via de COFINANCIERING en COFINANCIERING+ van PMV/z kan een banklening
gecombineerd worden met een achtergestelde lening bij de overheid ;
o Via de EUROPESE INVESTERINGSBANK EIB kent de Europese overheid een
rentekorting toe op kredieten afgesloten bij EIB-partnerbanken.
o Via de WAARBORGREGELING TOT € 1,5 MILJOEN kan de Vlaamse overheid via
PMV/z tot 75% van het krediet waarborgen tot een bedrag van € 1,5 miljoen;
o Via de WAARBORGREGELING BOVEN € 1,5 MILJOEN kan de Vlaamse overheid via
PMV tot 80% van het krediet waarborgen, voor waarborgbedragen van meer dan €
1,5 miljoen;
o De Vlaamse KREDIETBEMIDDELAAR kan na een kredietweigering in individuele
dossiers tussenbeide komen
Niet-bancaire financieringsvormen
o Via de WAARBORGREGELING TOT € 1,5 MILJOEN kan de Vlaamse overheid via
PMV/z tot 75% van de leasing waarborgen tot een bedrag van € 1,5 miljoen;
o Via de WAARBORGREGELING BOVEN € 1,5 MILJOEN kan de Vlaamse
overheid via PMV tot 80% van de leasing waarborgen, voor waarborgbedragen van
meer dan € 1,5 miljoen;
o Via de STARTLENING van PMV/z kunnen starters tot € 100.000 lenen;
o Het IMPULSKREDIET en het CULTUURKREDIET van Hefboom alsook het
MICROKREDIET van microstart richten zich tot zelfstandigen en ondernemingen die
geen of moeilijk toegang hebben tot bankkrediet.
o ESCO’s treden meer en meer op de voorgrond om bedrijven te ‘ontzorgen’ wat
betreft hun energie gerelateerde investeringen.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


110

Risicokapitaal
o De risicokapitaalverschaffers kunnen worden opgedeeld in:
 overheidsmaatschappijen;
 privémaatschappijen;
 business angels (privé-personen).
o Het netwerk BAN VLAANDEREN fungeert als bemiddelaar/coördinator tussen een
netwerk van business angels en beloftevolle ondernemers op zoek naar
risicokapitaal;
o Indien een business angel, aangesloten bij BAN Vlaanderen, investeert in je
onderneming, dan kan aanvullend een
o COFINANCIERING of COFINANCIERING+ van PMV/z worden aangevraagd;
o PMV verstrekt risicokapitaal aan innovatieve en snel groeiende ondernemingen met
een duurzaam concurrentievoordeel;
o LRM verstrekt risicokapitaal aan beloftevolle Limburgse ondernemingen;
o TRIVIDEND verstrekt risicokapitaal in de sociale economie; (Vlaamse
participatiemaatschappij https://www.trividend.be/)
o Ook de federale overheid heeft een aantal fondsen die actief zijn op de
risicokapitaalmarkt:
 Federale participatie-en investeringsmaatschappij (FPIM),
 Belgische Maatschappij voor Internationale investeringen (BMI) en
 Belgische investeringsmaatschappij voor ontwikkelingslanden (BIO).
 Via FINMIX (product van VLAIO) wordt de markt van het risicokapitaal
ondersteund.
 = > FINMIX geeft de ondernemer die op zoek is naar risicokapitaal de
mogelijkheid om zijn project voor te stellen aan een panel vani
financieringsexperten; Samenwerking tussen VLAIO, BAN VL, Febelfin, PMV,
ondernemersorganisaties,…
Mezzaninefinanciering
o “Mezzanine” komt uit de bouwwereld = tussenverdieping.
o Financieel gezien situeert mezzaninefinanciering zich tussen het bankkrediet en
risicokapitaal.
o PMV-BEDRIJFSLENINGEN zijn financieringsoplossingen op maat met een lange
looptijd voor kmo’s en grote ondernemingen die zowel achtergesteld als niet-
achtergesteld kunnen zijn;

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


111

Lesweek 11 Intro Waardering (70 dia’s)

1. De “overnamebusiness in België”

Met 30.000 zij ze, de bedrijven die elk jaar in België worden overgedragen
Bedrijfsgroei kan verwezenlijkt worden door een overname
19% van de ondernemers die binnen de vijf jaren willen stoppen, heeft nog niets
ondernomen om de overdracht voor te bereiden
14% van onze Belgische ondernemers wil binnen de 2 jaar verkopen
40% van onze Belgische ondernemers is ouder dan 50 jaar
>50% van de Vlaamse ondernemers ouder dan 55 jaar denkt eraan de leiding of de
meerderheid van de aandelen over te dragen binnen de 5 jaar

1.1 Opmerkelijke verschillen 2015-2019

1.2 Waarom een bedrijf kopen of verkopen?

Top 5 motieven om het bedrijf te verkopen of over te laten:

1. Bereiken van pensioen leeftijd 56,4%


2. Geen familiale opvolging 25,4%
3. Gezondheidsredenen 25,2%
4. Economische redenen zoals te
zware investeringen 8,5%
5. Minder goede marktvooruitzichten
en een andere uitdaging 7,5%

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


112

2. Het belang van waardering

WANNEER dient men een waardebepaling te worden verricht?

Verhandeling : Aankoop/verkoop, onteigening, schenking (van aandelen)

Reorganisatie: Fusie, inbreng (in natura), verkoop (uittreding), kapitaalverhoging (nv) of


inbreng verhoging (bv) waarbij bestaande relaties tussen ADH wijzigt, MBO

Erfrecht en/of huwelijksvermogensrecht: Verdeling bij erfenis, ter berekening van de


erfbelasting, echtscheiding

Gedwongen overdracht van aandelen: Geschillenregeling (zie WVV)

Meest voorkomende situaties voor het opmaken van een waardering?

1. Verkoop van aandelen


2. Echtscheidingsprocedures
3. Uittreding van een vennoot
4. Schenkingen of nalatenschappen

“Inzicht” verwerven in de elementen die de waarde beïnvloeden!

Voorbereiding familiale overdracht


Voorbereiding onderhandelingen externe overdracht
Optimalisatie van de waarde
Haalbaarheid van de verkoop
Fiscale gevolgen van de overdracht

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


113

2.1 Inzicht verwerven in de elementen die de waarde beïnvloeden

2.1.1 Koper oriëntatie: welke doelstellingen streeft de koper na?

2.1.2 Share deal of asset deal?

2.1.3 Verschil tussen overname en fusie

1. Overname
a. = aandelen komen in handen van de meerderheid
b. Vriendelijke of vijandige overname?

2. Fusie
a. = samengaan van meer bedrijven in één bedrijf
b. De aandeelhouders blijven eenzelfde zeggenschap behouden

2.1.4 Financiering en waarborg bij bedrijfsovername

Keuze van de juiste financieringsvorm = ESSENTIEEL om de overname met succes af te ronden

Wat bepaalt de keuze?

1. Betalingswijze: blokkering, uitgestelde betaling, linken aan toekomstige prestaties,…


2. De financiële draagkracht van de over te nemen vennootschap: aflossingscapaciteit, EV/VV
3. Het te financieren bedrag: overnameprijs + behoefte aan NBK, geldmiddelen,..;
4. De financieringsmogelijkheden: combinatie van diverse vormen
5. De waarborgen: geblokkeerde waarborgsom (“escrow” account) of bankgarantie

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


114

2.2 Voor wie is een waardebepaling van belang?

2.2.1 Voor de vennoten

Onderneming/vennootschap wordt opgericht met als ultiem doel:

Direct of indirect vermogen te creëren voor vennoten


Doel = waarde van onderneming vergroten

2.2.2 Voor externen

Fusies / overnames
Beleggers die wensen te investeren (Aandelen verwerven)
Bij vereffening
Bij schenking/nalatenschap
Haalbaarheid van een verkoop
Fiscale gevolgen van de overdracht
...

Van belang is inzicht te verwerven in de elementen die de “waarde” beïnvloeden.

3. In opdracht van?

De eigenaar van de onderneming  alleen hij/zij kan de juiste informatie verschaffen

3.1 Hoe?

Due diligence onderzoek = “boekenonderzoek” (Wikipedia)

Een due diligence-onderzoek geeft:

Een goed beeld van de onderneming: normaal te verwachten resultaat?


In het due diligence-rapport worden de sterke en minder sterke kanten van de onderneming
beschreven
Verbeterpunten voor de situatie na overname geformuleerd.
Financieel, operationeel, strategisch, commercieel,…
Marktanalyse uitvoeren op ondernemingsniveau: welke spelers opereren, aangeboden
producten, regelgeving van toepassing

 Geheimhoudingsovereenkomst: veel vertrouwelijke informatie wordt vrijgegeven

Basis aandachtpunt = “inzicht” verkrijgen  “schatten” van de waarde

= aandacht voor het VERLEDEN én de TOEKOMST


= SCHATTINGEN VAN DE INKOMSTEN die de onderneming nog zal genereren
= WAARDEBEPALING ifv GROEIPATROON van een ONDERNEMING
= afhankelijk van het rendement dat werd/wordt gerealiseerd en de bijhorende risico’s

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


115

4. Waardebepaling is geen exacte wetenschap

“WAARDE”-bepaling :
o Subjectief begrip, rekening houdend met de specifieke situatie
o Is zuiver informatief, berekend op basis van diverse MODELLEN (theoretische
financiële methodes)
o VERSCHILLENDE WAARDERINGSMETHODES, tegenstrijdige waardebepalingen
mogelijk
o WAARDE ≠ MOGELIJKE OVERNAME PRIJS
Prijs :
o “objectief resultaat” , bedrag weerhouden door een onafhankelijke partij, in
‘normale’ marktomstandigheden, na een goede voorbereiding

KOMEN TOT CONSENSUS

De waarde van een onderneming = resultaat van berekeningen volgens een bepaalde
waarderingsmethode.

De prijs van een onderneming = resultaat van de onderhandelingen tussen verschillende partijen.

Wat bepaald de waarde van een onderneming?

Economische situatie
De ligging van het bedrijf
Naamsbekendheid
Alle activa en passiva
Klantenbestand

5. Hoe ziet de toekomst eruit?

Kwalitatieve informatie en kwantitatieve informatie (cijfers):

Activiteiten van de onderneming: strategie, markt, prijzenpolitiek


Middelen waarover de onderneming beschikt (MVA, IMA,…)
Juridische inlichtingen (contracten, statuten, geschillen,..)
Boekhoudkundige en financiële registratie

Meten is weten

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


116

Behoefte aan waarderingstechnieken/tool


5.1 Tools op internet

De waarderingstool reikt verschillende methodes aan.


Doel : inzicht krijgen in parameters, waar men kan aan werken.
Basis = de jaarrekening
Hulpmiddel om met adviseur/boekhouder/accountant in gesprek te gaan.

5.1.1 www.unizo.be

5.1.2 Intellifin

5.1.3 Vlaio.be

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


117

6. Invalshoeken

Traditionele benadering
o Op basis van historische gegevens = (“accounting benadering”)

Groeipatronen
o Op basis van toekomstige schattingen

6.1 Groeipatronen

Waarde via groeiprojecties


Waarde onderneming = berekening op basis van verleden + toekomst

Groeipatroon van een bedrijf + verwachtingen i.v.m. toekomstige inkomsten

Waardering via organische groei


o Klassieke waarderingsmethoden

Waardering via anorganische groei

6.2 Case – waardebepaling bv Spillaert en zoon

De BV Spillaert en zoon is een familiebedrijf van de tweede generatie.


De vroegere eenmanszaak werd enige tijd terug, op advies van de boekhouder omgevormd naar een
BV.
Het bedrijf doet dienstverlening met betrekking tot ICT-ondersteuning bij andere bedrijven. Het is dus
een B2B bedrijf. Naast de bedrijfsleider zijn er vijf informaticaspecialisten en twee administratieve
bedienden werkzaam in het bedrijf.
De zoon, lid van diverse plaatselijke verenigingen en hoofdsponsor van de lokale voetbalploeg, is zeer
commercieel aangelegd. Het bedrijf liet toe aan de bedrijfsleider, net zoals destijds aan zijn vader om
ruim te leven.
De belastbare winst is altijd zeer beperkt geweest. Maar ook de omzet en de winst zijn al jaren vrij
stabiel. Het is een typisch “lifestyle company”.
De zoon bereikt echter op zijn beurt de pensioenleeftijd. Zijn laatste droom gaat echter niet in
vervulling: dochterlief (derde generatie) denkt immers aan een academische carrière. Ze is
hoegenaamd niet geïnteresseerd om ICT- bijstand te verlenen aan andere bedrijven, laat staan haar
netwerk te verzorgen via service clubs en andere mondaine activiteiten. Er zit dan ook niets anders
op dan een derde overnemer te vinden….

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


118

Basisgegevens:

Familiebedrijf
2de Generatie: de zoon is momenteel bedrijfsleider (heeft vader opgevolgd)
ICT-dienstverlening (B2B)
1 Bedrijfsleider
5 ICT specialisten
2 administratief bedienden
Zoon zelf pensioenleeftijd => dochter neemt NIET over (GEEN 3de generatie)
Belastbare winst jaar na jaar vrij beperkt
Zowel winst als omzet stabiel doorheen de jaren

Overnemer zoeken!!!

Waardebepaling toepassen: gecorrigeerde netto actiefwaarde – substantiële waarde

Succes weerspiegelt in het vermogen om activa te vergaren


Aanwezige activa laat het bedrijf toe een inkomen te generen

= boekwaarde van het eigen vermogen, gecorrigeerd in functie van de bedrijfseconomische of –


marktwaarde van de verschillende balansposten.

Startpunt is dus de boekhoudkundige waarde (boekwaarde)

Basisprincipe: Waarde = Bedrag van activa – de Schulden (V.V.)

Identificeren en corrigeren van:


Onder/over gewaardeerde ACTIVA
Over/onder gewaardeerde PASSIVA

Is vereist om de eigenvermogenswaarde te bepalen

Activa en Schulden : makkelijk te waarderen?

Uw activa is moeilijk om te bepalen


Schulden

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


119

Waarde activa? = delicaat:

MVA hoe waarde van een gebouw toekennen?

Keuze tussen:

marktwaarde
netto boekwaarde
waarde bij gedwongen verkoop
heropbouwwaarde
verzekeringswaarde
bedrijfswaarde voor de onderneming

veel mogelijkheden, telkens verschillende uitkomst/resultaat van waardering… leiden tot verschillend
eindresultaat

Voorraad: over- of onderwaardering voorraad?


Handelsvorderingen: Zijn er niet-inbare handelsvorderingen?
Zijn er overtollige activa? (niet gebruikt voor bedrijfsdoeleinden?

Waarde passiva?

Voorzieningen: voldoende voor ontslag, bonus, pensioenen, hangende contracten, claims…?


Milieu: Sanering vereist?

!Zeker niet het latente belasting effect niet te vergeten!

Samengevat:

Een onderneming is ten minste haar eigen vermogen waard, onder voorbehoud van:

- Het langdurig uitblijven van resultaat of weinig tot geen resultaat of verlies;
- Een te grote boekwaarde geboekt op het actief van de balans ten opzichte van de werkelijke
waarde.

Bovendien bestaat er een liquidatiewaarde, hetgeen inhoudt dat de onderneming al haar activa
verkoopt en al haar schulden terugbetaalt. Het overschot stemt overeen met de waarde van de
onderneming.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


120

In de praktijk:
=> WAARDERING slechts afhankelijk stellen van 2 WAARDEN:

Waarde ifv VERONDERSTELLING DAT BEDRIJF HAAR ACTIVITEIT voortzet : going concern
hypothese
o bv. Overdracht – verkoop – fusie - …

LIQUIDATIEWAARDE : vereffeningshypothese
o bv. Stopzetting zaak – evt bij successie aangelegenheden - ….
o !! Onder vereffeningshypothese => waarde gevoelig lager

KEUZE AFHANKELIJK VAN HET DOEL VOOR DE WAARDEBEPALING……

Basisprincipe: Bedrag van activa – de Schulden (V.V.)

Going concern hypothese en Vereffeningshypothese


 van toepassing op de waardering van de ACTIVA (1)
 evenzeer van toepassing op PASSIVA (schulden) (2)

Naast aanpassingen aan Activa (1) en Passiva (2) speelt ook nog het fiscaal aspect (3) mee

Belang van doorlichting of audit (Due diligence)

met activa gewaardeerd tegen de liquiditeitwaarde of vanuit het oogpunt van going concern

Opvraagbaar incl realistische voorzieningen

Belastingweerslag van de correcties


(BE: 33,99% in 2017, sinds 2018 29,58%, vanaf 2020 25%)

Moeilijk! Correcties dienen te worden bepaald echter niet altijd de nodige informatie.

Basisprincipe: Waarde = Bedrag van activa – de Schulden (V.V.) SPILLIAERT en ZOON

VOORBEELD:

900.000 euro – Schulden (inclusief Voorzieningen)


900.000 euro – 100.000 Voorzieningen – 300.000 euro V.V.
= 500.000 euro
= Eigen Vermogen

!!Te corrigeren A (1) en P (2) ifv going concern of vereffening ?

=> Hier gekozen voor going concern

en fiscale aspecten (3) in acht nemen

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


121

Start = eigen vermogen

Eigen Vermogen
= Activa – Vreemd Vermogen (inclusief Voorzieningen)
= 500.000 euro

Vervolgens: +/- correcties

Correcties op activa:

1. Oprichtingskosten: minder of meerwaarden

Oprichtingskosten zijn kosten die verbonden zijn met de oprichting, verdere ontwikkeling of
herstructurering v/d onderneming.
Enkele voorbeelden :
Kosten van oprichting of kapitaalverhoging (registratierechten, honoraria, kosten van inschrijving,...)
Kosten bij uitgifte van leningen (dossierkosten, kosten van waarborg...)
Overige oprichtingskosten (promotiekosten, representatiekosten,...)
Herstructureringskosten (kosten aangaande herstructurering met als doel de continuïteit en
rentabiliteit van de onderneming te beveiligen)
M.A.R.
20 Oprichtingskosten
200 Kosten van oprichting en kapitaalverhoging 201 Kosten bij uitgifte van leningen
202 Overige oprichtingskosten
204 Herstructureringskosten

GEEN REËLE WAARDE (geen “bezitting” voor een overnemer),


dus -45 K eur negatieve correctie (zie balans)
DOCH, bij afschrijfbare oprichtingskosten, 25 % Taks Voordeel : +11 K eur pos. Corr.

=> Globaal: - 34 K euro negatieve correctie

2. Gebouwen: minder of meerwaarde

Boekwaarde = 100 k euro


Beëdigd schatter schat (onder going concern hypothese): 500 k euro waarde gebouw (latente)
Meerwaarde : 400 k euro positieve correctie
Maar: belasting op meerwaarde MVA (indien realis.) = Vennootschapsbelasting 25% = - 100k eur
negatieve correctie

=> Globaal: +300 K euro positieve correctie

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


122

3. Financiële vaste activa: waardering

bv. Aandelen in een dochteronderneming: 55 k Eur boekwaarde (zie balans)


Recente waardering van de dochter toont aan: 20 k euro reële waarde 35K afwaardering (negatief)
en geen taxatie effect!

=> Globaal: -35 K euro negatieve correctie

4. Voorraden: minder of meerwaarden

Voorraden 300 k euro boekwaarde


Gedeelte van de voorraad is zeer oude/onverkoopbare voorraad met boekwaarde 60 k euro
Voorraadafname 60 k euro (negatief), met taxatie - 45 k Euro
Aan andere kant hebben we een meerwaarde op activa in aanbouw van 20 k euro (positief), met
taks +15 Euro

=> Globaal: -30 k Euro negatieve correctie

5. Vorderingen: verlies

Vorderingen 390 k euro boekwaarde Blijkbaar Dubieuze debiteuren voor 30K euro
Overboeken van 30K eur vordering naar Dubieuze Debiteuren en 100% waardevermindering
Vorderingen dalen 30K (negatief), maar Taxatie effect van 7,5 K euro (positief)

=> Globaal: -22,5 Keur negatieve correctie

Correcties op passiva:

1. Voorzieningen: denk aan sociaal passief, belastingschulden, milieu etc

Voorzieningen (100 K euro) : 50K reëel hangend geschil & 50K voorziening wisselresultaat
- Hangend geschil kan daadwerkelijk toekomstige schuld/kost inhouden = OK
- Wisselresultaten = voorziening blijkbaar overbodig => 50K niet als toekomstige schuld
aanzien Passief afwaarderen 50 K euro (positief !!), maar taxatie effect van 12,5 K euro
(negatief)

=> Globaal: +37,5 K Euro positieve correctie

2. Extra passiva

Blijkbaar: (Nog) Geen voorziening voor de herstructurering van de boekhoudafdeling die binnen
enkele jaren voltrokken gaat worden

=> 100 K euro voorziening (passief) zou in principe aangelegd moeten worden (negatief)
=> bijgevolg : kost van 100K eur dus negatief taks effect (25%) = 25 Keuro

=> GLOBAAL: -75 K euro negatief

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


123

Samengevat:

Inventaris van activa en passiva


Waardebepaling obv meest recente (geconsolideerde) jaarrekening. Publiek beschikbaar bij
NBB
Correcties doorvoeren voor minwaarden en/of meerwaarden in activa en/of passiva
Indicatie van vereiste investeringen om gelijkaardige basis van activa te verwerven.
(Vervangingswaarde/realisatiewaarde)
Latente belastingen op latent aanwezige meerwaarden
Aandacht voor rechten en verbintenissen….
Minimumwaarde van de onderneming (verhogen met eventueel goodwill)

ECHTER betrouwbare informatie over staat activa en passiva niet vanzelfsprekend…..

Stel:
De potentiële overnemer wenst echter NIET de hypothese van “going concern” aan te nemen en
neemt er geen vrede mee?

=> Hij wil GNV op basis van vereffeningshypothese (liquidatie)


synoniem = “intrinsieke waarde van het bedrijf”

!EXTRA: Onder vereffeningshypothese => valt fiscale impact weg.

Start
Eigen Vermogen (Activa – Vreemd Vermogen incl. Voorzieningen)
= 500 K euro

+/- correcties (vereffening)

OPRICHTINGSKOSTEN
Negatieve correctie: -45 K euro
Zonder fiscale impact…

GEBOUWEN

Gebouw: boekwaarde 100K euro


geschatte waarde (normale VerkoopK waarde): 500 K euro
Onder vereffening/gedwongen verkoop: 70% van geschatte waarde = 350 K euro

POSITIEVE correctie: +250 K euro (zonder fiscale impact)

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


124

FINANCIËLE VASTE ACTIVA


55K boekwaarde vs 20K reele waarde van de aandelen van de dochter

Negatieve correctie: -35 K euro zonder fiscale impact

VOORRADEN

Voorraden 300 K euro boekwaarde


Blijkbaar zeer oude/onverkoopbare voorraden met boekwaarde 60 K euro
Overige voorraad: geschatte liquidatiewaarde = 50% (50% van 240K = 120K)

NEGATIEVE correctie: -180 K eur (60 + 120) zonder fiscale impact

VORDERINGEN
Dubieuze debiteuren voor 30 K eur

NEGATIEVE correctie: -30 K euro zonder fiscale impact

VOORZIENING

=> te veel voorziening voor wisselresultaten


terugnemen (dus + effect op belastbare basis) = + 50 K EUR

=> nieuwe aanleg van herstructurering boekhoudafdeling


NIET MEER IN REKENING BRENGEN ONDER VEREFFENING hypothese

POSITIEVE correctie: +50 K EUR

Samengevat:

Kandidaat overnemer zoeken


die 641 K euro betaalt indien akkoord met going concern hypothese
die 510 K euro betaalt indien (slechts) akkoord met vereffeningshypothese

Voor Dhr Spilliaert

=> uiteraard meest interessant om zaak over te laten onder going concern hypothese

=> Bij vereffening zal er een vereffeningsbelasting berekend worden op het bedrag dat het kapitaal
overschrijdt.
=> Liquidatiebonus/reserve = winst (belast)

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


125

Conclusie

overstijgen reeds het kapitaal => Bedrijf is winstgevend!


Aanvullend de Goodwill methode

Wat is goodwill?

= welwillendheid
= gedeelte van de marktwaarde van een onderneming aan te duiden dat niet direct toewijsbaar is
aan de activa en passiva

= Tegemoet komen aan de nadelen van deze statische methode (substantiële waarde)

De actuele waarde van een in de tijd beperkte, normaal in de toekomst te verwachten “overwinst“
Aan de gecorrigeerde netto actief waarde voegt men de kapitalisatie van de goodwill toe.

Deze bestanddelen zijn niet opgenomen in het boekhoudkundig netto actief van uw onderneming,
maar kunnen in de toekomst evenwel een waarde creëren voor de onderneming.

Dus moeten we ook in rekening brengen….

Dit komt neer op de waardering van het ‘handelsfonds’ (cliënteel, knowhow,…) van de onderneming.
Deze goodwill wordt vervolgens gekapitaliseerd over een periode van vijf tot acht jaar en
afgeschreven.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


126

Week 12 DEEL 2 KMO WAARDERING (46 dia’s)

1. Groeipatronen – waardering via organische groei

1.1 Rentabiliteitswaarde op basis van discount cashflow

Deze methode is niet gebaseerd op het verleden, maar bestaat uit de kapitalisatie van een
gedurende een te bepalen periode verwezenlijkte of te verwezenlijken winst. Men spreekt van de
discount cash flow (DCF) methode of de methode van de net present value (NPV) indien kasstroom
de basis is in plaats van de winst. Bij waardering van bijvoorbeeld onderzoeklabo’s zal vaak deze
methode toegepast worden.

De meest gangbare definitie van kasstroom is de potentiële kasstroom uit operaties.


Dit is de winst + niet-kaskosten – niet-kasopbrengsten

Door de winst te corrigeren met de niet-kaselementen (waardeverminderingen, afschrijvingen en


voorzieningen) krijgt men inzicht in de mate waarin de onderneming in staat is geldmiddelen te
genereren uit de winst.

Vrije kasstroom = kasstroom uit operaties + kasstroom uit investeringen

1.1.1 Gecorrigeerde nettowinst (GNW)

Stel bij Spillaert & zoon als volgt (=gegeven):

Argumentatie correcties:

Bedrijf is winstgevend ondanks het feit dat alle vaste activa versneld worden afgeschreven
Zelf keert de zaakvoerder hem slechts een wedde toe van 1.000/maand

Als volgt (=gegeven): Resultaten rekening

Nog beter om de GNW over meerdere jaren te bekijken!

Hoeveel jaren? => afhankelijk van type onderneming


=> Spilliaert is stabiele onderneming (omzet/winst stabiel) dus bv. GNW over laatste 3 jaar =
voldoende

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


127

Mits weging: meest recente jaar = belangrijkste dus hogere weging


Zoals bepaald:
=> GNW = 97,5 (=97.500 euro) dit jaar

Veronderstel in k Eur: (Gecorrigeerde afschrijvingen bedragen jaarlijks 20)


=> GNW vorig jaar = 110
=> GNW 2 jaar geleden = 80

Vereist rendementspercentage

Vaak gebaseerd op het % van de (vrije) staatsobligaties = risicovrije belegging.


Hierboven op komt een risico toeslag (afhankelijk van de sector/branche/marktrisico)

In ons voorbeeld Spilliaert = gevestigde waarde met constante winsten

VEREIST RENDEMENT VOOROPGESTELD VAN 20%

Voor een familiale onderneming of kleine KMO is het begrip ‘ROE’ wat minder relevant dan
bijvoorbeeld bij beursgenoteerde ondernemingen.
Waarom denk je?

Return on equity = vereist rendement op eigen vermogen


Houd echter ook rekening met het type onderneming. Voor een familiale onderneming of kleine KMO
is het begrip ‘ROE’ wat minder relevant dan bijvoorbeeld bij beursgenoteerde ondernemingen.
Waarom? Omdat in een klein bedrijf de aandeelhouders eveneens het bedrijf besturen. De
vergoeding van de zaakvoerders/eigenaars loopt dan vaak via de gewone bedrijfskosten, onder de
vorm van bezoldigingen. Hierdoor valt de winst natuurlijk lager uit.

https://www.balanslezen.com/ratios/rendement-op-eigen-vermogen-en-wat-je-eruit-kunt-leren/

Waarde stijgen door:


• Het rendement wordt lager in de toekomst
• Ik heb nog een contract gesloten met … waardoor uw omzet, winst, kasstroom gaat stijgen
• Wanneer winst stijgt  stijgt GNK
• Of afschrijvingen zijn bijna afgesloten  hogere winst  hogere kasstroom 
hogere GNK

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


128

Bij deze methode wordt aangenomen dat de waarde van de onderneming bepaald wordt door wat zij
zal opleveren, op basis van de actualisering van de toekomstige vrije kasstromen. Voor deze methode
worden de meest waarschijnlijke toekomstige kasstromen bepaald en geactualiseerd op de datum
van waardering teneinde de contante waarde van de kasstromen vast te stellen.

Deze methode van de geactualiseerde kasstroom, ook bekend onder de term Discounted Cash Flow
(DCF), is zeer ruim aanvaard als waarderingsmethode en geeft aan dat de waarde van een actief
gelijk is aan "wat het oplevert". Deze methode bestaat erin om via een actualisering te komen tot
een netto contante waarde van de verwachte toekomstige kasstromen van een activiteit. 
Het bedrag stemt overeen met de prijs die een koper bij een transactie bereid zou zijn te betalen
voor een bepaalde investering, omdat hij er van uitgaat dat met dit bedrag aan investering de kosten
van zijn kapitaalinleg (schuld en eigen vermogen) zal gedekt worden. In deze benadering is de
waarde van de onderneming (WO) gelijk aan de som van haar verwachte vrije kasstromen
geactualiseerd aan een verdisconteringsvoet.

Er zijn twee periodes te onderscheiden. Een eerste periode is de projectieperiode. De tweede


periode is een restperiode omdat de onderneming na de projectieperiode ook nog kasstromen
genereert die bijdragen tot de waarde
https://www.ibr-ire.be/nl/ons-beroep/interventiesectoren/kmo-s/platform-waardering/
waarderingsmethoden
NIET KUNNEN BEREKENEN WEL KUNNEN BEGRIJPEN EN UITLEGGEN

1.2 DCF-methode

Niet vanbuiten kennen.

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


129

1.2.1 Fase 1: Bepaling van de tijdshorizon voor de projecties

De projectieperiode bedraagt meestal drie à vijf jaar


Verder is het belangrijk in het contract de datum vast te leggen waarop de balanssituatie
wordt opgesteld voor bepaling van de rentabiliteitswaarde
Deze datum wordt de closing account genoemd
o Is het de laatst beschikbare balans of is het een balans op een toekomstige datum?

1.2.2 Fase 2: Uitwerking van de projecties

Op basis van het businessplan, geprojecteerde balansen en resultatenrekeningen zal een


overzicht gemaakt worden van de te verwachten vrije kasstromen voor de projectieperiode

De toekomstige kasstromen worden voorspeld op basis van de gegevens ingebracht door de


gebruiker, aangevuld met gegevens bekomen uit de jaarrekeninggegevens van de laatste drie
boekjaren

1.2.3 Fase 3: Berekening van de WACC

De Weighted average cost of capital, vaak afgekort als WACC is de Engelstalige benaming


voor de gewogen gemiddelde kosten van het vermogen van een bedrijf.

Vervolgens worden deze kasstromen geactualiseerd (‘verdisconteerd’) op basis van de


gewogen gemiddelde kapitaalkost
o Deze kapitaalkost stemt overeen met de gemiddelde rentevergoeding die de
ondernemingen moet betalen om zich te kunnen financieren.
o Die financiering is tweeërlei van aard

1.2.3.1 De kost van het vreemd vermogen

Deze kost komt overeen met de gemiddelde rente die de onderneming betaalt op haar schulden. De
rente die wordt betaald op langetermijnschulden bevat twee componenten

De risicovrije rente
o Dat is de rente die de overheid betaalt bij het aangaan van langetermijnschulden
o Namelijk de rente van een lineaire overheidsobligatie (OLO), met een resterende
looptijd van 10 jaar

De extra rentevergoeding om het kredietrisico van de onderneming te dekken


o Hoe risicovoller de activiteiten worden ingeschat, hoe hoger deze rentevergoeding

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


130

Voorbeeld pagina 226 cursus:

Interest op de uitstaande lening = 3% op 1.000 euro


Resultaat voor belasting en voor interest = 100 euro
33% belasting

We vergelijken nu de situatie met lening en zonder lening (in euro):

Een lening wordt aangegaan Geen lening wordt aangegaan

Resultaat voor belasting, voor interest € 100,00 € 100,00


- interest € 30,00 € -
= Resultaat voor belasting, na interest € 70,00 € 100,00
- belasting € 23,10 € 33,00
= Resultaat na belasting € 46,90 € 67,00

Door het aangaan van de lening daalt het resultaat. De belasting is verminderd met 9,90 euro. De
rentekost bedraagt daardoor, rekening houdend met de verminderde belasting, slechts 30-9,90 euro
= 20,10 euro of 30 x (1 – 0,33).

Nemen we als voorbeeld voor fase 3 dat de OLO-rente 1% bedraagt en de kredietmarge 2%. De
kostprijs van vreemd vermogen bedraagt dan 3% voor belasting en 3% x (1 – 0,33) = 2,01% na
belasting.

1.2.3.2 De kost van het eigen vermogen (‘cost of equity’)

Hogere rentevergoeding, want meer risico voor ADH. (hogere rendementseis op EV)
Marktrisico, financieel risico (hoogte schuldfinanciering), operationeel risico (voorraden,
activiteiten)
Inbreng van eigen kapitaal? Onderneming kan genieten van notionele intrestaftrek. Invloed
op de cost of equity (belastingvoordeel)
Voorbeeld : 8,5%

1.2.3.3 Gewogen gemiddelde kapitaalkost (WACC)

Om de WACC te berekenen, moeten we een gemiddelde nemen van de kostprijs van het
eigen en het rentedragend vreemd vermogen, telkens na belasting en gewogen in functie
van de financieringswijze van de onderneming

Financiële structuur (Miljoen EUR) Wegingsfactor % Verwachte rendement na belasting WACC


Eigen vermogen 80 40% 8,50% 3,400%
Vreemd vermogen 120 60% 0,000%
Financiële schulden 60 30% 2,01% 0,603%
Overige schulden 60 30% 0% 0,000%
Totaal 200 100% 4,003%

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


131

1.2.4 Fase 4: Berekening van de perceptuele vrije kasstroom

Na deze projectieperiode wordt ervan uitgegaan dat de onderneming de geplande vrije


kasstroom (free cashflow, FCF) in het laatste jaar van deze projectieperiode tot in het
oneindige jaarlijks zal genereren of dat deze steeds zal toenemen met een constante
groeivoet (g).
De vrije kasstroom in dat laatste jaar wordt de continuïteitswaarde of perpetuele waarde
(FCFp) genoemd.

1.2.5 Fase 5: Actualisatie van de geprojecteerde FCF

= berekenen van de huidige waarde van de toekomstige jaarlijkse FCF

1.2.6 Fase 6: Berekening van de ondernemingswaarde (enterprise value)

De DCF-methode is economisch gezien de meest gefundeerde methode. Uiteraard blijft de


berekende ondernemingswaarde een indicatieve waarde die als referentie kan worden gebruikt in de
onderhandelingsfase.

Grote prijsdiscussie?  earn out


o bedrag afhankelijk laten maken van toekomstige resultaten

1.2.7 Voorbeeld case 1 + 2 pagina 232-234

Bekijk

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


132

1.2.8 Voorbeeld PowerPoint

2. De multiplicator methode (EBITDA Multiple)

afhankelijk van sector, onderhandeling, omvang, staat van activa/passiva, ligging,


technologische groei enz

De vuistregels vertegenwoordigen niet een algemeen geldende “waarheid”


Doel is dat de koper niet meer betaalt dan anderen betalen voor gelijkaardige bedrijven
Vergelijking maken op basis van x-maal omzet, y-mail EBIT, z-maal EBITDA

EBITDA is de meest gebruikte vuistregel

Earning multiples = gebaseerd op winst


Book value multiples = gebaseerd op boekwaarde
Revenu multiples = gebaseerd op omzet

Voorbeelden die we gaantoepassen :


0,8 à 1,2 x de jaaromzet
5 x EBITDA
4 x EBIT

Oefening: Bereken waarde van Electro Biesmans Installaties volgens bovenstaande formules
Ga naar: nbb.be => balanscentrale => raadplegen consult: ondernemingsnummer 0472026843

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


133

277.812,00 euro (9901 – Bedrijfswinst) x 4 = 1.111.248,00 euro

€ 347 491,00 x 5 = 1 737 455,00 euro

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


134

3. Comparables

De overnameprijs van een onderneming baseren op de overnameprijs van


gelijkaardige/ vergelijkbare bedrijven de zogenaamde comparables

3 mogelijkheden
op basis van gelijkaardige beursgenoteerde ondernemingen
op basis van recente overnames
op basis van sectorgewoontes

Na standaardisering en berekening van een gepaste multiple, dient deze multiple te worden
toegepast op de te waarderen elementen (eigen vermogen, omzet, EBITDA, nettoresultaat, enz.).

Zoek vergelijkbaar bedrijf, hetgeen beursgenoteerd is


=> Krant: De Tijd
=> Website beurs.be
=> …

Gepubliceerde KOERS/WINST verhoudingen

Spilliaert en zoon = ICT dienstenbedrijf


Zoek: vergelijkbaar ICT dienstenbedrijf, genoteerd op de beurs (bv. website DE TIJD)
bv. Econocom group
K/W voor 2019 = 8,83

Verhouding koers tov de courante winst = 8,83


In veronderstelling dat Spilliaert en Zoon
Gelijkaardig bedrijf aan Eonocom group is=> K/W toepassen bij Spilliaert

Waarde van de onderneming (koers alle AD) = 8,83 * totale winst van de onderneming
o Gecorrigeerde Netto Winst
o = 97.500 euro

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021


135

Obv gebruiken en gewoontes


Apotheek, café doorgaans gewaardeerd op basis van
omzetcijfer…
Groothandel wordt doorgaans gewaardeerd op basis van EBIT …

Cijfer bepalend door verschillende factoren…..(groei, IT,…)
“Some companies are worth thousand times nothing”

Lauran Coppers KMO financiering en waardering 2020-2021

You might also like