MORIS: slaapzakspelen

 Vakantiekamp 1  Groep: 3
 Datum: maandag
 Uur: namiddag

Materiaal
Wat heb je nodig om het /
spel te kunnen spelen?
Maak een duidelijke en
volledige materiaallijst.

Omgeving slaapzaal
Waar ga je het spel
spelen, en hoe deel je
dat domein in? Wees zo
specifiek mogelijk.

Regels 1. dierengeluiden: de groep wordt in 2 gedeeld, de ene helft gaat naar

Waar moeten de buiten en de andere helft verspreid zich over de bedden en kruipt
deelnemers zich aan volledig weg in de slaapzak. Groep A komt terug binnen en kiest nu
houden? Waar moeten
ze op letten? Wat mag
een slaapzak met een kind in, ze moeten dan raden wie er in zit.
en wat mag niet? Degene er in maakt dierengeluiden. Daarna is het aan degene die
erbuiten zit om geluiden te maken en degene er in om te raden.
Denk aan:
– Doel 2. Gevaarlijke nacht: opnieuw 2 groepen; ieders aan een kant van het
– Uitleg
– Spelregels lokaal. De ene kant zijn de boten, deze trekken de slaapzak over hun
hoofd zodat ze wel kunnen lopen maar niet kunnen zien. De andere
groep verspreid zich zei zijn de ijsbergen. En bootsen de geluiden
van de zee na. De boten moeten zien over te steken zonder te
botsen tegen een ijsberg. MAAR er is dichte mist. Pas als een boot 50
cm dicht bij een ijsberg is mag deze geluid maken.

3. Wie werd gekidnapt: iedereen loopt rond in het lokaal met de

slaapzak over het hoofd. De leiding neemt 1 persoon naar buiten en
bij het teken doet iedereen zijn slaapzak af en moeten ze raden wie
er ontbreekt. Wie juist is mag kidnappen.

4. Slaapzakwandelen: er worden duo’s gevormd, per duo is er een

hond en een slaapwandelaar. De hond moet de slaapwandelaar naar
bed zien te krijgen maar mag enkel blaffen, grommen, janken…

5. Raden van voeten: er wordt iemand naar buiten gestuurd en

iedereen gaat volledig in slaapzak met alleen voeten buiten. Degene
komt binnen en moet raden van wie de voeten zijn.
Inkleding
Rond welk thema werk
je? Hoe vul je dit
concreet in? Probeer je
activiteit zo goed
mogelijk in te kleden.

Spelers
Worden de deelnemers
in groepen verdeeld?
Hoe? Hoeveel groepen
zijn er, en hoeveel
deelnemers vormen één
groep? Wat is de taak
van de begeleidende
monitoren?