Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 6

BACHELOR LAGER ONDERWIJS

LESONTWERP

NAAM: Julie Lowet Opleidingsfase: ☐ 1 ☐ 2 ☒ 3


UC Leuven-Limburg
Lerarenopleiding
MENTOR : Kathleen Jans
Bachelor lager onderwijs
Campus Heverlee
Hertogstraat 178 - 3001 Heverlee
Tel. 016 37 56 00 – Fax 016 37 56 99 Deze lesvoorbereiding werd ingediend op .......................
Campus Diest ☐ in orde
Weerstandsplein 2 – 3290 Diest
☐ kleine aanpassing nodig (niet nodig om opnieuw in te
Tel. 013 35 06 90 – Fax 013 33 54 01
dienen)
☐ te herwerken en opnieuw indienen op ......................
Aanvraag materiaal en voortaken (indien nodig):

STUDENTENCOACH: Greet Lambeir & Ann-Sophie Schouteden

school : BSGO De Letterfant leergebied : Wiskunde

klas en leerjaar : 1e leerjaar onderdeel : Getallenleer

aantal leerlingen : 25 (2 groepen van 13 en 12 lln.) lesonderwerp : Sprong 6 les 133: optellen en aftrekken tot
8

datum (data) : 10.12.2021 lestijden : van 9u40 tot 10u30 uur

bijlage(n) (aantal) : 1 van tot uur

BEGINSITUATIE:

Vince en Elena werken traag en hebben extra instructie en ondersteuning nodig. De leerlingen die geen instructie nodig
hebben (Nina, Kadiya, Leander) werken al zonder instructie aan de oefening.

SITUERING IN EINDTERMEN / LEERPLANNEN: eindterm-rubriek/leerplan – nummer - omschrijving


Eindtermen: 1.10.
Leerplannen: 1.1.23 , 1.1.24 , 1.1.30 , 1.4.03

DOELEN:
- Leerlingen zijn bereidt optellingen en aftrekkingen tot 8 uitvoeren met blokjes en getalbeelden.
- Leerlingen kunnen optellingen en aftrekkingen tot 8 verwoorden en noteren.

BRONNEN:
Rekensprong sprong 6 les 133

DIDACTISCHE VERANTWOORDING: Zorg dat je mondeling kan verantwoorden of je les beantwoordt aan de
breinprincipes.

622120415.docx pagina 1 van 6


AANDACHTSPUNT VOOR DEZE LES:
Concretisering :

BORDSCHEMA – SCHERMAFDRUKKEN VAN DIGITAAL BORDPLAN OF PRESENTATIE – ZAALPLAN VOOR LESSEN LO

622120415.docx pagina 2 van 6


Timing

WAT? HOE? LEERMIDDELEN


lesgang en leerinhoud didactische werkvormen, groeperingsvormen en
verwijzing naar doel bij de verschillende lesmomenten MATERIAAL
organisatie
vraagstelling, instructie en verwachte antwoorden met aandacht voor differentiatie
met aandacht voor differentiatie
met aandacht voor differentiatie

aanknoping

5’ 1.1.Flitsen de getalbeelden tot 8 Opdrachtsvorm: individueel - Getalbeelden


Ik toon de leerlingen de getalbeelden tot 8. De leerlingen springen het getal dat ze Klassikaal
zien op het getalbeeld.

kern

10’ 2.1.Tellen met hun vingers tot 8 Bewegend leren - Krijt


De leerlingen worden in 2 groepen verdeelt. Van elke groep lopen er twee leerlingen Buiten op de speelplaats - Blokjes
naar elkaar, op signaal (“tel je mee” -> zeggen de lln om af te tellen) tonen ze allebei Opdrachtsvorm: 2 groepen
het aantal vingers van 1 hand (max. 4 vingers) , wie als eerste de som van alle
vingers kan zeggen, krijgt het blokje. Beide leerlingen lopen terug naar hun kant en
spelen opnieuw, maar vertrekken vanuit andere cirkel/kruisje (om niet steeds bij
zelfde lln uit te komen).
De groep met de meeste blokjes wint.

10’ 2.2.Aftrekken tot 8 a.d.h.v. een rekenverhaal met schematisch materiaal Opdrachtsvorm: individueel - Kerstboom op bord met
Ik vertel de leerlingen een rekenverhaal. Zij krijgen de opdracht om met hun Onderwijsleergesprek kerstballen
rekenblokjes het rekenverhaal na te spelen. Klassikaal - Rekenblokjes
- Getalbeelden
Het is bijna Kerstmis. Ik heb gisteren geholpen met de kerstboom te versieren. Mijn
mama gaf mij doos met kerstballen. Dit was de doos.
- Hoeveel kerstballen liggen er in de doos? 8
Ik was een beetje onhandig die dag. Dus ik liet 3 kerstballen vallen.
- Hoeveel kerstballen heb ik nog over om in de boom te hangen? 5

Nadien schrijf ik het rekenverhaal aan het bord met getallen en getalbeelden.
*Hoeveel had ik er eerst?
*Gaan er ballen weg of komen er ballen bij?
*Doe ik dan plus of min?

10’ 2.3.Optellen tot 8 a.d.h.v. een rekenverhaal met schematisch materiaal Opdrachtsvorm: individueel
- Kerstboom op bord met

622120415.docx pagina 3 van 6


Ik vertel de leerlingen een rekenverhaal. Zij krijgen de opdracht om met hun Onderwijsleergesprek slingers
rekenblokjes het rekenverhaal na te spelen. Klassikaal - Rekenblokjes
- Getalbeelden
Ik heb samen met mijn zus ook lampjes in de boom gehangen. Mijn zus heeft 4
lampenslingers in de boom gehangen en ik hing er 3 op. Hoeveel lampenslingers
hangen er in totaal op in onze kerstboom?
- Hoeveel had ik er eerst?
- Gaan er ballen weg of komen er ballen bij?
- Doe ik dan plus of min?
Nadien schrijf ik het rekenverhaal aan het bord met getallen en getalbeelden.

verwerking

20’ 3.1.Maken hun oefeningen op pagina 46 Opdrachtsvorm: individueel - Rekenblokjes


Ik overloop samen met de leerlingen de oefeningen. Klassikaal overlopen - Rekenboek pagina 46
Ik vertel hen op voorhand dat ze zelf mogen kiezen of ze de eerste oefening klassikaal Onderwijsleergesprek
meedoen of niet. Ze mogen altijd hun blokjes gebruiken bij de oefening.
Ik leg oefening 1,2,3,4,5 uit en dan mogen ze aan de slag gaan.
Deze stappen moeten de leerlingen telkens maken:
- Hoeveel heb ik in totaal?
- Wat gebeurd er? Gaat er iets weg of komt er iets bij?
- Wat doe ik dan? Plus of min?
- Hoeveel heb ik nu over?
Deze stappen herhaal ik met de leerlingen.
Ik zeg tegen de leerlingen dat ze ogen teken bij 2 oefeningen. Dan kunnen ze zelf aan
de slag. Waar er een oogje staat, moet je enkel kijken en de oefening invullen. Bij de
andere oefeningen teken je blokjes bij als het optellen is en zet je streepjes als het
aftrekken is. Wanneer de leerlingen klaar zijn met deze oefeningen. Dan pas leg ik de
laatste oefening uit.
Ook vertel ik op voorhand wat ze moeten doen als ze klaar zijn.

afronding

622120415.docx pagina 4 van 6


2.1. Aftrekken tot 8 met steeds andere kaarten Bewegend leren - Uno kaarten / kaarten
Elke leerling krijgt twee UNO-kaarten. Iedereen loopt rond en gaat op het signaal per Buiten op de speelplaats tot 8
twee staan. Daarna tonen beiden hun kaarten aan elkaar. leerling 1 toont beide Opdrachtsvorm: individueel en per 2
kaarten ( 1 en 3) en leerling 2 zegt het verschil (2), lln 2 toont beide kaarten (2 en 0)
en leerling 1 zegt het verschil (2), daarna wordt er 1 kaart geruild en begint de
opdracht opnieuw.

622120415.docx pagina 5 van 6


622120415.docx pagina 6 van 6

You might also like