ICT-taak CPI en inflatie (thema 7, OV2)

Ga naar: https://statbel.fgov.be/nl/themas/consumptieprijsindex/consumptieprijsindex#figures

Als je iets moet uitrekenen, schrijf je altijd je berekeningen op!

1. Open bij downloads (naar onder scrollen) de eerste link (CPI vanaf 1920)
a. Ga naar de algemene index (niet de gezondheidsindex). Leg in je eigen woorden de
betekenis uit van die 292,51 in cel J1776.

In vergelijking met september 1981 zijn de prijzen van een winkelkar gestegen met
192,51% in september 2022

b. Bereken de inflatie van februari 2022 aan de hand van kolom N.

(119,07-110,21)/110,21 = 8,04

2. Net zoals het loon, worden ook de huurprijzen geïndexeerd. Stel dat je in september 2020
een huurcontract hebt afgesloten (ondertekend en in werking getreden) en dat de huur toen
€ 800 bedroeg, hoeveel zal je huurprijs dan momenteel bedragen?
https://statbel.fgov.be/nl/themas/consumptieprijsindex/huurindexatie

De simulator geeft je de oplossing, maar noteer hieronder de concrete cijfers om tot die
oplossing te komen, gebruik daarvoor de Excel-file die je hebt geopend, met de cijfers
waarbij 2004 het basisjaar is. Let er op dat je de juiste index gebruikt! (CPI of GI?)

= Je hebt de GI hierbij nodig, want tabak, alcohol, diesel en benzine zijn hier afgezonderd. De
huurprijs zal nu 897,86 EUR bedragen. 800 * 123,68 / 110,20

3. Open de tweede link bij downloads (indexen per productgroep sinds 2006).
a. Met hoeveel procent is het gewicht ( =pond. , de eerste kolommen van de file,
gebruik de schuifknop rechts onderaan) van aardgas in de doorsnee winkelkar
afgenomen van 2014 tot 2020?

99,02  78,59 A: aardgas is met 20,63 % afgenomen

i. Geef de twee meest voor de hand liggende verklaringen voor deze

vaststelling.

Er is meer aanbod waardoor de prijzen zijn gedaald. Dit kan zijn doordat er
een nieuwe bron is gevonden.
Of er is een nieuwe substitutie gevonden voor aardgas.
 b. Met hoeveel procent is de prijs van aardgas toegenomen tussen september 2020 en
september 2022?

68,17  238,40 = (238,40 – 68,17) / 68,17 = 249,71%

c. Met hoeveel procent is de prijs van mobiele telefoontoestellen (gsm’s dus) gedaald
in september 2022 tegenover het jaar 2013?

101,69  64,31 = ( 64,31 – 101,69)/ 101,69 = -36,76%

d. Met hoeveel procent is de doornsnee winkelkar duurder geworden in dezelfde

periode?
100  125,24 = 25,24%

4. Voor de volgende vragen ga je naar de site van de ECB: https://www.euro-area-

statistics.org/digital-publication/statistics-insights-inflation/bloc-1a.html?lang=nl

a. Voor welke productcategorie valt de prijsstijging in België het best mee in

vergelijking met de andere landen? D.w.z. bij welke categorie hebben het hoogste
aantal landen te maken met een sterkere prijsstijging dan die in België? Geef hier
ook de procentuele prijswijziging bij voor België en het Eurogebied. Je mag ook een
printscreen nemen als oplossing, als die duidelijk leesbaar is.

Onderwijs is in België in vergelijking met andere landen weinig gestegen. In België

was dit 1,0% en in de eurozone was dit 3,8%.
b. Ga op dezelfde site naar ‘hoofdstuk 2’, waarna je gebruik maakt van het
taartdiagram.
i. Met hoeveel procent zijn de prijzen van de subcategorie ‘elektriciteit, gas en
andere brandstoffen’ gestegen in het Eurogebied?

Met 21,1%

ii. En hoe zwaar weegt die subcategorie door in het totale consumptiemandje
van de eurozone?
Het val zwaar door, dit is het meest van alle subcategorieën

c. Ga naar hoofdstuk 3 van die site, eerste deel.

i. Hoeveel bedraagt de gevoelsinflatie van de mensen die hoogstens een
diploma lager onderwijs hebben?
Gevoelsinflatie= 22,3%

ii. En hoe zit dat bij de mensen die hoger onderwijs hebben gedaan?
Bij hooggeschoolden is dit 17,2%