Professional Documents
Culture Documents
Symptomen Bij Patiënten Met Kanker: Samenvatting
Symptomen Bij Patiënten Met Kanker: Samenvatting
Symptomen Bij Patiënten Met Kanker: Samenvatting
Samenvatting
Op 15 januari 2009 promoveerde mw. drs. M.H.J. Het doel van de studie was het bepalen van de
van den Beuken-van Everdingen aan de Rijks- prevalentie van pijn en andere symptomen bij
universiteit Maastricht op het promotieonderzoek patiënten met kanker in alle stadia. Daarnaast
‘Symptoms in patients with cancer’. Zij deed dit werd het effect van een verpleegkundige inter-
onderzoek onder begeleiding van de promotoren ventie op het vóórkomen van pijn onderzocht en
dhr. prof. dr. M. van Kleef en dhr. prof. dr. H.C. een nieuwe vragenlijst naar de angst voor
Schouten, en copromotoren dhr. dr. J. Patijn en terugkeer van borstkanker gevalideerd.
mw. dr. J.M. de Rijke. (Ned Tijdschr Oncol 2009;6:188-91)
laren en/of dat de mythes omtrent opioïden in deze Behalve geïrriteerdheid namen ook de psycho-
groep nog meer leven dan in andere groepen. logische symptomen (moeite met herinneren,
Patiënten met gastro-intestinale tumoren, mamma- depressie, gespannenheid, concentratieproblemen,
carcinomen en hematologische maligniteiten angst en zorgen) significant toe met de ernst van de
(zonder maligne lymfomen) hadden significant meer ziekte. Geïrriteerdheid was in alle groepen het minst
kans op matige tot ernstige pijn dan patiënten met voorkomende symptoom. Zorgen waren het frequentst
een prostaatcarcinoom. voorkomende symptoom (20-55%).
Pijnbehandeling was inadequaat bij 42% van de Patiënten met gastro-intestinale tumoren, maligne
respondenten. Opnieuw gaf een laag opleidings- lymfomen en andere hematologische tumoren
niveau een grotere kans op onderbehandeling. Ook hadden een significant slechtere kwaliteit van leven
patiënten in groep 1b (tijdens curatieve antitumor- dan patiënten met een prostaatcarcinoom. De
therapie) hadden een significant hogere kans op symptomen vermoeidheid, pijn, gebrek aan eetlust,
onderbehandeling van de pijn. obstipatie, angst en depressie hadden een significant
negatieve invloed op de kwaliteit van leven. Patiënten
ontvingen voor 45-90% van de matige tot ernstige
Andere fysieke en psychologische symptomen geen behandeling; met name de symp-
symptomen tomen met de meest negatieve invloed op de kwa-
Over fysieke symptomen anders dan pijn is in de liteit van leven werden het minst frequent behandeld.
literatuur veel minder te vinden. De studies die naar
andere symptomen keken, betreffen meestal patiënten
met vergevorderde of terminale kanker.2-7 In een Verpleegkundige interventie
recente review bleken 5 symptomen: vermoeidheid, De oorzaken voor de nog steeds zeer hoge preva-
pijn, gebrek aan energie, zwakte en verlies van lenties van fysieke symptomen bij patiënten met
eetlust, bij meer dan 50% van de patiënten met kanker zijn het best bestudeerd bij pijn. De kloof
vergevorderde ziekte voor te komen.8 Studies naar tussen wat mogelijk is in pijnbestrijding en wat
niet-pijngerelateerde fysieke symptomen bij niet- wordt bereikt, wordt veroorzaakt door vele zowel
terminale patiënten zijn schaars en focussen meestal patiënt-, hulpverlener- als logistiekgerelateerde
op 1 symptoom bij 1 soort kanker, waaronder be- factoren. ‘Een goede patiënt’ willen zijn en angst
nauwdheid bij patiënten met longkanker of ver- voor medicatie in het algemeen en opioïden in het
moeidheid bij borstkanker.9,10 bijzonder en gebrek aan kennis en ‘vragen naar’ bij
de hulpverleners zijn bekende barrières voor adequate
Kankergerelateerde psychologische stress wordt ge- pijnbehandeling.12-21 Eeen gerandomiseerde gecon-
zien bij eenderde van de patiënten.11 De prevalentie troleerde studie naar de effecten van een verpleeg-
van depressie wordt geschat op 10-25%, die van kundige interventie werd uitgevoerd onder patiënten
angststoornissen op 15-28%.11 Deze schattingen met pijn of andere symptomen als gevolg van kanker
berusten echter op onderzoeken die zijn uitgevoerd of kankertherapie in de thuissituatie. Honderd-
op een tijdstip rond de diagnose. Veel minder is twintig patiënten werden gerandomiseerd tussen de
bekend over psychologische problemen jaren na de interventiegroep of de controlegroep. De interventie
diagnose. (‘pain education program’; PEP) bestond uit 3 huis-
bezoeken van 1 tot 1,5 uur waarin 1. de patiënt
Uit eigen onderzoek bleek dat, behalve bij diarree, de onderwijs kreeg over pijn en pijnbehandeling met
prevalentie van matige tot ernstige fysieke symp- behulp van een pijnbrochure, 2. de patiënt werd
tomen (braken, obstipatie, misselijkheid, sufheid, geïnstrueerd hoe een pijndagboek bij te houden en
slaapproblemen, benauwdheid, gebrek aan eetlust, 3. de patiënt werd gestimuleerd contact te zoeken
droge mond, zwakte, vermoeidheid en behoefte om met zijn of haar behandelaar bij matige tot ernstige
te rusten) significant toenam met de ernst van de symptomen. De pijnkennis nam significant toe in de
ziekte. Braken was het minst frequente symptoom in interventiegroep. Bij alle patiënten in de interventie-
alle groepen (1-10%). Matige tot ernstige klachten groep was er een significante afname van de VAS-
van zwakte, vermoeidheid en de behoefte om te score op korte termijn (4 weken). Alleen bij de
rusten waren het frequentst aanwezig; respectievelijk patiënten met een hoge VAS-score (7-10) bij aanvang
16-24% in groep 1a en 65-74% in groep 3. van de studie bleef deze significante daling bestaan
189 V O L . 6 N R . 4 - 2 0 0 9 N E D E R L A N D S T I J D S C H R I F T V O O R O N C O L O G I E
op de lange termijn (8 weken). Geslacht, leeftijd, from 1954 to 1993. Spine 1995;20:2112-8.
opleidingsniveau, angst en depressie bij aanvang 2. Bradley N, Davis L, Chow E. Symptom distress in patients
hadden geen significante invloed op de afname van attending an outpatient palliative radiotherapy clinic. J Pain
de pijnscore op korte en lange termijn. Er werd geen Symptom Manage 2005;30:123-31.
correlatie gevonden tussen toename van kennis en 3. Hoekstra J, De Vos R, Van Duijn NP, Schadé E, Bindels PJ.
afname van pijn. Using the symptom monitor in a randomized controlled trial:
the effect on symptom prevalence and severity. J Pain
Symptom Manage 2006;31:22-30.
Angst voor terugkeer van borstkanker 4. Lai YH, Keefe FJ, Sun WZ, Tsai LY, Cheng PL, Chiou JF, et al.
Voor het meten van de angst voor terugkeer van Relationship between pain-specific beliefs and adherence to
borstkanker werd gekozen voor de oorspronkelijk analgesic regimens in Taiwanese cancer patients: a prelim-
Amerikaanse vragenlijst ‘concerns about recurrence inary study. J Pain Symptom Manage 2002;24:415-23.
scale’ (CARS), omdat dit het enige beschreven multi- 5. Moro C, Brunelli C, Miccinesi G, Fallai M, Morino P,
dimensionale instrument is. Van de participerende Piazza M, et al. Edmonton symptom assessment scale: Italian
vrouwen (n=136) gaf 56% aan matige tot ernstige validation in two palliative care settings. Support Care Cancer
algehele angst voor terugkeer van de borstkanker te 2006;14:30-7.
hebben. Pijn was een onafhankelijke voorspeller 6. Tsai JS, Wu CH, Chiu TY, Hu WY, Chen CY. Symptom patterns
voor de angst voor terugkeer; oudere vrouwen of advanced cancer patients in a palliative care unit. Palliat
hadden significant minder vrees voor gezondheid, Med 2006;20:617-22.
rolfunctioneren en dood. Er was geen significante 7. Strömgren AS, Sjogren P, Goldschmidt D, Petersen MA,
relatie tussen de tijd die is verlopen sinds de laatste Pedersen L, Groenvold M. Symptom priority and course of
behandeling en de mate van vrees voor terugkeer. symptomatology in specialized palliative care. J Pain Symptom
Manage 2006;31:199-206.
Alle domeinen van CARS waren negatief gecor- 8. Teunissen SC, Wesker W, Kruitwagen C, De Haes HC,
releerd met de kwaliteit van leven, waarbij rol- Voest EE, De Graeff A. Symptom prevalence in patients with
functioneren de meeste invloed had op de kwaliteit incurable cancer: a systematic review. J Pain Symptom
van leven. Manage 2007;34:94-104.
9. O’Driscoll M, Corner J, Bailey C. The experience of breath-
lessness in lung cancer. Eur J Cancer Care (Engl) 1999;8:37-43.
Conclusie 10. Carpenter JS, Elam JL, Ridner SH, Carney PH, Cherry GJ,
De afgelopen decennia is er veel progressie geboekt Cucullu HL. Sleep, fatigue, and depressive symptoms in breast
bij de genezing van patiënten met kanker. Op het cancer survivors and matched healthy women experiencing
gebied van ‘care’ valt echter nog veel te winnen. hot flashes. Oncol Nurs Forum 2004;31:591-8.
11. Levin T, Kissane DW. Psychooncology - the state of its
Meer en betere educatie over symptomen en symp- development in 2006. Eur Psychiatry 2006;20:183-97.
toombestrijding van allen die professioneel met 12. Von Roenn JH, Cleeland CS, Gonin R, Hatfield AK,
kankerpatiënten te maken krijgen, is een randvoor- Pandya KJ. Physician attitudes and practice in cancer pain
waarde voor de verbetering van de kwaliteit van management. A survey from the Eastern Cooperative
leven van deze patiënten. Patiënten moeten worden Oncology Group. Ann Intern Med 1993;119:121-6.
aangemoedigd hun klachten te uiten bij de behandeld 13. Ward SE, Goldberg N, Miller-McCauley V, Mueller C,
arts en moeten beter geïnstrueerd worden over het Nolan A, Pawlik-Plank D, et al. Patient-related barriers to
hoe en waarom van medicatie om de therapietrouw management of cancer pain. Pain 1993;52:319-24.
te verbeteren. 14. Glajchen M, Fitzmartin RD, Blum D, Swanton R. Psycho-
social barriers to cancer pain relief. Cancer Pract 1995;3:76-82.
Dit artikel is een bewerking van een eerder verschenen 15. Grossman SA. Undertreatment of cancer pain: barriers
artikel in het Nederlands Tijdschrift voor Pijn en Pijn- and remedies. Support Care Cancer 1993;1:74-8.
behandeling 2009;37:19-23. 16. Johnson DC, Kassner CT, Houser J, Kutner JS. Barriers to
effective symptom management in hospice. J Pain Symptom
Manage 2005;29:69-79.
Referenties 17. Lin CC. Barriers to the analgesic management of cancer
1. Leboeuf-Yde C, Lauritsen JM. The prevalence of low back pain: a comparison of attitudes of Taiwanese patients and
pain in the literature. A structured review of 26 Nordic studies their family caregivers. Pain 2000;88:7-14.
191 V O L . 6 N R . 4 - 2 0 0 9 N E D E R L A N D S T I J D S C H R I F T V O O R O N C O L O G I E