Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 2

Taak 1 TTM model

Jullie zijn deze weken bezig met het opstellen van een preventieplan maken. Om het preventieplan
goed uit te voeren en om te zetten in daden moet je gemotiveerd zijn. Een slecht gewoonte af te
leren, je gedrag veranderen is een heel proces. Bestudeer de informatie over het TTM model van
Prochaska en DiClemente.
a) Waar houd je rekening mee en wat kan je doen om te zorgen dat St-A uit de casus van week 7 in
overweging neemt om fitter te worden? Aan welke criteria voldoe je om te zorgen dat St-A zich
bewust wordt van de noodzaak om fitter te worden? Welke mogelijke afwegingen zal St-A maken om
te besluiten aan zijn conditie te gaan werken?
- hij kan beginnen te merken aan zichzelf dat hij zich minder fit voelt, waarbij hij zijn teamgenoten
dat wel ziet zijn. Hij kan dingen gaan missen wat zijn team wel doet. Als hij zijn sport leuk vind zal
hij minder lang kunnen spelen/volhouden.

b) Wat zijn de mogelijke belemmerende factoren die ertoe leiden dat St-A de conditietrainingen niet
kan doen? Benoem zowel de lichamelijke en de psychosociale factoren die belemmerend kunnen
werken.
- hij weet van zichzelf al dat zijn conditie minder is dus zou hij zich misschien schamen tegenover
de medespelers dat hij minder kan.

c) Wat kan jij als fysiotherapeut voor St-A betekenen om deze belemmeringen op te heffen? Of zijn
er alternatieven? Waaruit bestaat jouw instructie om St-A. de oefeningen te leren? Wat is jouw
invloed om St-A te stimuleren dat zij aan zijn conditie blijft werken, ook al ben jij uitbehandeld?
- hij zou eerst voor zichzelf kunnen gaan trainen om de schaamte te verminderen. Hij zou het
samen met iemand kunnen doen die hetzelfde meemaakt. Jij als fysio zou oefeningen met hem
mee kunnen doen als hij het spannend vindt om te beginnen.

Taak 2 Beschrijf de individuele, culturele en levensloop-perspectieven van St-A (zie hoofdstuk 1


Morrison & Bennett)?
?

TTM:
1. Veranderingsfase
2. Veranderingsprocessen
3. Beslissingsbalans
4. Eigen-effectiviteit verwachting
5. Verleiding
6. Terugval
Kernitems:
*persoonlijke ruimte
* attitude
* gedragsmatige pathogene en immunogene
* bio-psycho-sociaal model (bps-model)
* meerdimensionaal belasting-belastbaarheid (MDBB-model)
*international classification of functioning, disability and health (ICF-Model)
* attributie
* locus of control
* copingsstijlen (probleem en emotie, passief en actief)
* actieve luisterhouding
* non-verbale communicatie
* model van selye
* levensfasenproblematiek model van erikson
* di/eu stress
* progressieve relaxatie/ jacobsen methode.

Voor volgende week:


Stelling ja/nee antwoord
Meerkeuzevraag a,b,c,d.

You might also like