Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 8

Regionale belasting

De onroerende voorheffing
De onroerende voorheffing is een jaarlijkse Vlaamse belasting op onroerende goederen die in het
Vlaams Gewest liggen. Ze wordt berekend op basis van het kadastraal inkomen. Onroerende
goederen zijn gronden, gebouwen en sommige soorten van bedrijfsuitrusting ("materieel en
outillage").

De verkeersbelasting
U moet jaarlijks een verkeersbelasting betalen wanneer u als bestuurder van een gemotoriseerd
voertuig gebruikmaakt van de openbare weg. De verkeersbelasting is gebaseerd op het vermogen
van uw motor, de cilinderinhoud of van de maximaal toegelaten massa (MTM) van het voertuig.

Vrijstellingen en vermindering

Er wordt geen vermindering toegekend op de verkeersbelasting van personenwagens.

Op sommige voertuigen betaalt u daarentegen een jaarlijks geïndexeerde forfaitaire belasting. Deze
voertuigen zijn:

 oldtimers: auto's ouder dan 25 jaar


 kampeeraanhangwagens en de aanhangwagens voor het vervoer van een boot
 militaire voertuigen uit verzamelingen

Bevoegdheden

De gewesten zijn bevoegd voor de belasting op inverkeerstelling en de verkeersbelasting als u er uw


verblijfplaats heeft. Dit geldt ook voor alle rechtspersonen waarvan de zetel in een bepaald gewest is
gevestigd.

Personen met een handicap zijn vrijgesteld van de verkeersbelasting.

De belasting op inverkeerstelling
Eenmalige belasting

De belasting op inverkeerstelling is een belasting op nieuwe of tweedehandse voertuigen. Het is een


eenmalige belasting die u moet betalen als het voertuig op uw naam is ingeschreven. U betaalt de
belasting op het ogenblik dat u het voertuig voor het eerst in gebruik neemt op de openbare weg.

Alle personenauto's, auto's voor dubbel gebruik, minibussen en motorfietsen zijn onderworpen aan
de belasting op inverkeerstelling.

Vrijstelling en vermindering

Als u over een voertuig beschikt dat gedeeltelijk of helemaal aangedreven wordt door lpg, aardgas,
elektriciteit of waterstof, is het, afhankelijk van het gewest waarin u woont, mogelijk om een
(tijdelijke) vermindering op of een vrijstelling van de belasting op inverkeerstelling te krijgen.
Bepaalde personen met een handicap kunnen een vrijstelling krijgen van deze belasting.

Bevoegdheden
De gewesten zijn bevoegd voor de belasting op inverkeerstelling en de verkeersbelasting als u er uw
verblijfplaats heeft. Dit geldt ook voor alle rechtspersonen waarvan de zetel in één van de gewesten
is gevestigd.

De kilometerheffing
Eigenaars van bepaalde vrachtwagens moeten een kilometerheffing betalen voor het gebruik van de
autosnelwegen en bepaalde gewest- en gemeentewegen in België

De gewestelijke heffing op ongeschikte en onbewoonbare woningen


en belasting op leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten
Leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten zijn verschijnselen die moeten worden bestreden.
Leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten hebben immers geen enkel nut. Integendeel.
Langdurige leegstand en verwaarlozing tasten de onmiddellijke omgeving aan en dragen bij tot het
elders aansnijden van nog onbebouwde ruimte.

Het instrument om leegstand en verwaarlozing te voorkomen en te bestrijden is tweeledig: enerzijds


de belasting als afschrikking en als sanctie, anderzijds de subsidie als positieve stimulans.

De bedoeling van het decreet ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van
bedrijfsruimten is het tegengaan van één van de belangrijkste ruimtelijke problemen: het stedelijk
verval.

Wanneer bedrijven hun activiteit om economische redenen stoppen of omwille van


uitbreidingsproblemen of milieuhygiënische redenen naar nieuwe locaties moeten verhuizen,
worden de oude bedrijfsruimten achtergelaten. Het type van gebouw, de al dan niet resterende
bedrijfsinfrastructuur en de aantrekkelijkheid van de onmiddellijke omgeving bepaalt hoe snel deze
gebouwen opnieuw in gebruik worden genomen. Leegstaande bedrijfsruimten die niet onmiddellijk
worden heropgenomen in het marktaanbod leiden uiteindelijk tot verwaarlozing en verkrotting.
Dergelijke panden oefenen bovendien een negatieve invloed uit op de omgeving. Daardoor dreigen
de aanpalende buurten of wijken eveneens in een verkrottingsspiraal terecht te komen.

Zulke bedrijfsruimten moeten dan ook beschouwd worden als probleemgebieden, zowel vanuit
economisch standpunt, als vanuit het streven naar een kwaliteitsvolle leef- en woonomgeving.

Het verkooprecht
Wanneer u een woning, een appartement of een bouwgrond koopt moet u op de aankoopsom
verkooprechten betalen.

Procedure

Diegene die de akte of het geschrift betreffende de verkoop ter registratie aanbiedt, is ook verplicht
tot betaling van de rechten:

 Wanneer een verkoopovereenkomst vóór het opmaken van de notariële akte ter registratie
wordt aangeboden, is degene die de akte ter registratie aanbiedt (koper of verkoper)
verplicht het verkooprecht te betalen.
 Wanneer een verkoopovereenkomst vóór het opmaken van de notariële akte niet ter
registratie werd aangeboden, wordt het verkooprecht betaald door de notaris wanneer die
de notariële verkoopakte ter registratie aanbiedt. De notaris rekent de rechten met de koper
af bij het verlijden van de notariële verkoopakte (dus vóór de aanbieding ter registratie).
Doorgaans draagt de koper de registratiebelastingen. De partijen kunnen evenwel overeenkomen
dat de verkoper de rechten draagt. Voor de ontvanger van het belastingkantoor heeft die onderlinge
overeenkomst echter geen waarde.

Bedrag

In het Vlaams Gewest bedragen de verkooprechten (vroeger 10% van de aankoopsom). Bepaalde
kortingen kunnen worden bekomen:

 klein beschrijf: Wie een bescheiden woning koopt of bouwt, kan in aanmerking komen voor
het verminderde tarief van 5% op de totale som.
 abattement : Als u geen andere woning of bouwgrond bezit, moet u geen rechten betalen op
de eerste 15.000 euro van de aankoopsom (abattement).
 bijabattement: Als u voor die aankoop een hypothecaire lening aangaat, kunt u een
bijkomende vrijstelling (bijabattement) genieten van
o 10.000 € als de registratierechten 10% van de aankoopsom bedragen;
o 20.000 € als de registratierechten 5% van de aankoopsom bedragen;
o 66.666,67 € als de registratierechten 1,5 % van de aankoopsom bedragen.
 meeneembaarheid:
Als u verkooprechten op uw oude woning hebt betaald, kunt u die oude rechten aftrekken
van de verkooprechten die u op uw nieuwe woning moet betalen.Het is niet mogelijk om
meeneembaarheid te combineren met abattement en bijabattement.
 Renovatie abattement:
Vermindering voor activering van panden; Als u een pand koopt en renoveert, dat maximum
vier opeenvolgende jaren is geregistreerd als leegstaand, verwaarloosd, ongeschikt of
onbewoonbaar, kan u een vermindering van verkooprechten krijgen.

Opgelet: Wanneer u een bouwgrond koopt of een appartement in nieuwbouwstaat moet u altijd het
normale tarief (10%) betalen. U kan wel een teruggave van 5% krijgen als later blijkt dat het
kadastraal inkomen de 745 niet overtreft.

Voor sommige van deze maatregelen geldt dat indien u op het ogenblik van registratie nog niet kan
aantonen dat u voldoet aan de voorwaarden, u achteraf, op het ogenblik dat u wel kan aantonen
aan de voorwaarden te voldoen, een verzoekschrift tot teruggave kan indienen.

Het verdeelrecht
Vlaamse miserietaks aangepakt

Enkele jaren geleden werd het standaardtarief van het verdeelrecht opgetrokken tot 2,5 %. Dit zijn
de registratierechten die moeten worden betaald wanneer mede-eigenaars die samen een
onroerend goed bezitten uit onverdeeldheid treden. De wetgever oordeelde echter al snel dat
koppels die uit elkaar gingen en daarom uit onverdeeldheid traden (wat betreft hun vroegere
gemeenschappelijke woning) daarmee dubbel gestraft worden. Daarom werd voor hen het tarief
terug op 1 % gebracht. Vanaf 2016 zijn de voorwaarden verder versoepeld.

Het verdeelrecht: wat en hoe

Het verdeelrecht is verschuldigd bij (i) gedeeltelijke of gehele verdeling van onroerende goederen,
(ii) de afstand onder bezwarende titel, onder mede-eigenaars, van onverdeelde delen in onroerende
goederen en (iii) de omzetting van het vruchtgebruik op vraag van de langstlevende echtgenoot.
Zo is het verdeelrecht bijvoorbeeld van toepassing als drie erfgenamen samen een huis erven,
waarbij één van hen de anderen uitkoopt. De onverdeeldheid houdt op te bestaan en de 'koper' (de
persoon die de delen van de anderen overkoopt) moet 2,5 % registratierechten betalen.

Hij betaalt 2,5 %:

 op de volledige waarde van het goed als de onverdeeldheid ophoudt te bestaan;


 op het overgekochte deel als de onverdeeldheid blijft bestaan.

Tarief wordt verlaagd tot 1 % bij de beëindiging van het wettelijk samenwonen of het huwelijk

Een relatiebreuk brengt sowieso al genoeg miserie mee. Daarom oordeelde de fiscale wetgever dat
het onbillijk was een scheidend koppel nog eens extra te bezwaren met een heffing van 2,5 % bij de
uit onverdeeldheidtreding. Enkel voor deze groep werd het verdeelrecht daarom verlaagd tot 1 %.

Enkel ex-echtgenoten en ex-wettelijk samenwonenden (die minstens één jaar wettelijk hebben
samengewoond) kunnen van dit gunsttarief genieten. Wie enkel feitelijk samenwoonde zal wel 2,5 %
moeten betalen bij uit onverdeeldheidtreding.

Voorwaarden voor gunsttarief versoepeld

Sinds begin 2016 zijn de toepassingsvoorwaarden voor de toepassing van het verlaagd tarief
versoepeld.

Beëindiging van het wettelijk samenwonen

De verdeling moet niet langer plaatsvinden binnen het jaar na de beëindiging van het wettelijk
samenwonen, maar binnen de drie jaar.

De voorwaarde dat de partners minstens één jaar wettelijk samenwoonden, blijft wel van
toepassing.

Echtscheiding

De verdeling van het onroerend goed hoeft niet langer te gebeuren bij de akte die de vereffening-
verdeling van de huwgemeenschap regelt. Als de ex-echtgenoten op het moment van de
vereffening-verdeling de woning nog niet verdelen, maar de onverdeeldheid laten bestaan, kan één
van hen de woning ook jaren later nog overkopen met toepassing van het verlaagde tarief.

Ten slotte moet de verdeling niet meer noodzakelijk gebeuren bij authentieke akte, maar mag het
ook geregeld worden in een onderhandse akte.

Het recht op hypotheekvestiging


Als u een onroerend goed zoals een woning, appartement of bouwgrond koopt of renoveert en u
gaat daarvoor een hypothecaire lening aan, dan zal de hypotheek(opent in nieuw venster) worden
ingeschreven in de registers van de hypotheekbewaarder(opent in nieuw venster). Deze inschrijving
kan alleen gebeuren aan de hand van een notariële akte(opent in nieuw venster). Op die akte
moeten registratiebelasting worden betaald. Dit is het recht op hypotheekvestiging.

Wie is het recht op hypotheekvestiging verschuldigd?

De belastingplichtige is degene die de hypotheek aangaat, de hypotheeksteller.


Procedure

Om deze hypotheekvestiging tegenstelbaar te maken aan derden, zal zij worden ingeschreven in de
registers van de hypothecaire openbaarmaking of in de registers van het Belgisch Scheepsregister.
Deze inschrijving kan alleen gebeuren aan de hand van een notariële akte.

De notaris zal de akte binnen de 15 dagen na de ondertekening ter registratie aanbieden en het
verschuldigde hypotheekrecht betalen dat door de betrokken partijen (doorgaans de ontlener) werd
voorgeschoten.

Berekening

U betaalt 1% registratierechten op het bedrag van de lening waarvoor een hypothecaire inschrijving
wordt genomen.

Het recht op hypotheekvestiging wordt vastgesteld op de sommen die gewaarborgd zijn door de
hypotheek:

 de gewaarborgde hoofdsom;
 het toebehoren. Dit zijn onder meer de kosten van eventuele vervolgingen, jaarlijkse
verzekeringspremies, commissielonen, bijkomend gewaarborgd bedrag uit hoofde van een
beding van indexering. Meestal voorziet de bank hiervoor een bepaald percentage (5 of
10%).

Vrijstelling tweede of volgende hypotheek

Indien u voor dezelfde schuldvordering en voor hetzelfde gewaarborgde bedrag een tweede of
volgende hypotheek wenst te vestigen, en het recht op hypotheekvestiging reeds werd geheven op
de vestiging van de eerste hypotheek, geniet u voor deze tweede of volgende hypotheekvestiging
van een vrijstelling.

De plaats van de ligging van het onroerend goed bepaalt of de vestiging van hypotheek onder de
federale regelgeving of onder de Vlaamse regelgeving valt. Ook als de eerste hypotheekvestiging
werd belast onder de federale regelgeving, kan u van deze vrijstelling genieten.

De belasting op spelen en weddenschappen


Welke spelen en weddenschappen zijn onderworpen aan de belasting?

De belasting op de spelen en de weddenschappen slaat op alle soorten spelen en weddenschappen,


d.w.z. op alle verrichtingen gekenmerkt door het feit dat:

 de deelnemers een som inzetten met risico van verlies ;


 in de hoop hieruit voordeel te behalen ;
 in specie of in natura.

De wijze waarop wordt deelgenomen (mondeling, schriftelijk, per telefoon, internet, e-mail, SMS, via
internet, …) is hierbij van geen belang.

De spelen en weddenschappen die verboden zijn worden ook onderworpen aan de belasting.

De belasting op de spelen en de weddenschappen treft daarbij zowel de kansspelen als de spelen die
geen kansspelen zijn.

Wanneer is de belasting niet van toepassing?


De belasting is niet van toepassing op:

 de toegelaten loterijen;
 bepaalde volksvermakelijkheden;
 bepaalde duivenprijskampen;
 bepaalde wedstrijden wanneer zij uitsluitend worden ingericht ten behoeve van musea of
bepaalde instellingen.

Wie moet de belasting betalen?

De belasting is verschuldigd door elke persoon die in het kader van spelen en weddenschappen, zelfs
toevallig, enige inzet of enig inleggeld, hetzij voor eigen rekening, hetzij als tussenpersoon
aanneemt.

De belastingschuldige is dus:

 in eerste instantie, de inrichter van de spelen en de weddenschappen die voor eigen


rekening handelt,
 en in tweede instantie, de persoon die, tussen de voormelde inrichter en de spelers, belast is
voor rekening van de inrichter, de inzetten en de inleggelden van de spelers in te zamelen.

Hoe de belasting berekenen?

In algemene regel is de belasting gelijk aan 15% op het brutobedrag van de ingezette sommen.

Belasting op de automatische ontspanningstoestellen


Bent u eigenaar van een automatisch ontspanningstoestel? Dan dient u een jaarlijkse belasting te
betalen.

Welke toestellen zijn onderworpen aan de belasting?

De belasting is van toepassing op de toestellen die:

 een mechanisch, elektrisch of elektronisch onderdeel bevatten,


 bedoeld zijn voor ontspanning,
 op gang worden gebracht door de rechtstreekse inbreng van een geldstuk of penning, of
onrechtstreeks, door elk ander middel dat de rechtstreekse inbreng vervangt,
 zijn geïnstalleerd op een publieke plaats of in privékring.

Opgelet!

De belasting is van toepassing, zelfs als het toestel gratis ter beschikking wordt gesteld aan het
publiek.
De Vlaamse planbatenheffing
De planbatenheffing is een Vlaamse belasting op de meerwaarde die een perceel krijgt door een
bestemmingswijziging naar aanleiding van een ruimtelijk uitvoeringsplan of RUP

Potentiële meerwaarde

De planbatenheffing is dus een heffing die verschuldigd is door de eigenaars van percelen die door
een bestemmingswijziging een potentiële meerwaarde krijgen.

Dat is het geval bij bestemmingswijzigingen waarbij onbebouwbare gronden herbestemd worden tot
woonzone, zone voor bedrijvigheid of recreatiezone. De grond wordt bvb. herbestemd van
“landbouw” naar “wonen”. Ook een omzetting naar de bestemming "winning van
oppervlaktedelfstoffen" kan planbatenheffing met zich meebrengen.

Niet alle bestemmingswijzigingen geven aanleiding tot planbatenheffing. Voor elke


bestemmingswijziging zijn ook andere tarieven van toepassing.

De exacte bestemmingswijzigingen die het perceel ondergaan ten gevolge van het ruimtelijk
uitvoeringsplan dat de planbatenheffing doet ontstaan, zijn steeds opgenomen in de
berekeningsbijlage bij het aanslagbiljet.

Tegenhanger van planschadevergoeding

Eigenaars van percelen kunnen van de overheid een planschadevergoeding eisen wanneer zij
ingevolge een in werking getreden bestemmingsplan niet meer in aanmerking komen om te bouwen
of te verkavelen op een bepaald perceel.

Doelstelling

De inkomsten van de heffing dragen bij tot de financiering van het ruimtelijk beleid in Vlaanderen,
onder meer voor het betalen van planschadevergoeding, die de Vlaamse overheid betaalt, als
percelen door een bestemmingswijziging in waarde dalen.

De Vlaamse belasting op de afvalstoffen


In Vlaanderen is milieuheffing verschuldigd voor het storten en verbranden van afvalstoffen. Ook
voor het sorteren en voorbehandelen van afvalstoffen moet een milieuheffing betaald worden.

Ook als Vlaamse afvalstoffen buiten het Vlaamse gewest worden gestort, verbrand, gesorteerd of
voorbehandeld, moet er milieuheffing betaald worden.

Procedure

De heffingsplichtige moet na ieder kwartaal in de loop van de maanden april, juli, oktober en januari
een aangifte indienen (en een bedrag betalen) met betrekking tot de heffing die verschuldigd is voor
het voorafgaande kwartaal.

De aangifteformulieren kunt u aanvragen bij de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij


(OVAM).

Bedrag

Het bedrag van de milieuheffing is afhankelijk van het soort afvalstof en van de verwerkingswijze. De
geldende tarieven zijn decretaal vastgelegd en worden jaarlijks geïndexeerd.
De Vlaamse belasting op de waterverontreiniging
Via de heffing op de waterverontreiniging betaalt u voor de zuivering van uw afvalwater. De heffing
op waterverontreiniging steunt op het principe 'de vervuiler betaalt'. De Vlaamse
Milieumaatschappij (VMM) berekent en int de heffing op waterverontreiniging.

Voorwaarden

U moet een heffing op de waterverontreiniging betalen:

 als u klant bent bij Brabant Water (leidingwaterverbruiker in de gemeente Baarle-Hertog)


 als u een eigen waterwinning (grondwater) hebt
 als u een grootverbruiker bent (minstens 500 kubieke meter water per jaar gebruikt)

Procedure

 Gezinnen met een eigen waterwinning en klanten bij Brabant Water, betalen jaarlijks een
heffing op de waterverontreiniging aan de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM).
Als u een eigen waterwinning in gebruik neemt, geldt daarvoor een meldingsplicht (en soms
vergunningsplicht).
 Grootverbruikers moeten jaarlijks uiterlijk op 14 maart een aangifte van hun waterverbruik
van het vorige jaar indienen bij de VMM. Met deze gegevens berekent de VMM de heffing
op de waterverontreiniging.

Uitzonderingen

In bepaalde gevallen kunt u een vrijstelling van de heffing op de waterverontreiniging krijgen, bv.
omdat u het water zelf zuivert of om sociale redenen (gedeeltelijke vrijstelling).

You might also like