Professional Documents
Culture Documents
INSTRUCTIE VOOR DE EIGENAAR. KONE ReSolve Met KCE
INSTRUCTIE VOOR DE EIGENAAR. KONE ReSolve Met KCE
KONE ReSolve™
met KCE
KONE ReSolve™ met KCE
Instructie voor de eigenaar
Bevoegdheid
Deze uitgave is alleen ter informatie bedoeld. Alle personen die met onderhoudswerkzaamheden van
KONE-apparatuur te maken hebben en deze instructie gebruiken, moeten bekend zijn met KONE-
apparatuur en -techniek en moeten bevoegd zijn om dergelijke werkzaamheden uit te voeren.
Afbeelding / Opmerking
De afbeeldingen in deze instructie kunnen verschillen van de materialen die in de actuele installatie zijn
toegepast.
KONE HOUDT ZICH TE ALLEN TIJDE HET RECHT VOOR HET PRODUCTONTWERP, DE
SPECIFICATIES EN DE PROCEDURES ZOALS IN DEZE UITGAVE BESCHREVEN TE WIJZIGEN.
WIJ BEHOUDEN ONS HET RECHT VOOR OM DE PRODUCTONTWERPEN EN SPECIFICATIES OP
ELK MOMENT TE WIJZIGEN. GEEN ENKELE VERMELDING IN DEZE BROCHURE KAN,
OPZETTELIJK OF STILZWIJGEND, WORDEN UITGELEGD ALS EEN GARANTIEVERKLARING.
ZOALS VOOR ELK PRODUCT GELDT, IS DE GESCHIKTHEID VOOR ZOWEL SPECIFIEKE
TOEPASSINGEN, KWALITEIT ALS VOOR MODIFICATIES OF AFBEELDINGEN, AFHANKELIJK
VAN DE VOORWAARDEN VAN ELKE AANKOOPOVEREENKOMST.
KONE WIJST ELKE VERANTWOORDELIJKHEID AF DIE ONTSTAAT DOOR OF ALS GEVOLG VAN
HET GEBRUIK VAN OF HET DOORGEVEN VAN INFORMATIE UIT DEZE UITGAVE. KONE IS NIET
VERANTWOORDELIJK VOOR TYPOGRAFISCHE OF ANDERE FOUTEN OF WEGLATINGEN IN
DEZE UITGAVE OF DE INTERPRETATIE VAN DERDEN VAN DEZE INSTRUCTIES. DE GEBRUIKER
VAN DEZE UITGAVE DRAAGT DE VERANTWOORDELIJKHEID VOOR ALLE RISICO'S DIE
KUNNEN ONTSTAAN DOOR HET GEBRUIK VAN OF HET DOORGEVEN VAN INFORMATIE UIT
DEZE UITGAVE.
Handelsmerk
KONE®, KONE ReSolve™ met KCE en alle andere productnamen zijn handelsmerken of geregistreerde
handelsmerken van KONE Corporation in verschillende landen.
Auteursrecht
Alle rechten voorbehouden Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, openbaar worden
gemaakt of worden doorgegeven in enige vorm of op enige wijze, of vertaald naar een andere taal of
vormgeving, geheel of gedeeltelijk, zonder voorafgaande toestemming van KONE Corporation.
INHOUDSOPGAVE
KONE-equipmentnummer
Naam gebouw
Naam gebouweigenaar
Handtekening KONE-vertegen-
woordiger
Visitekaartje
1.1 U bent nu de eigenaar van een KONE ReSolve™ met een KCE-moderni-
seringsoplossing
Wij vertrouwen erop dat u geheel tevreden bent over uw nieuwe installatie.
Veiligheid en betrouwbaarheid staan bij KONE altijd voorop en hebben hun stempel
gedrukt op het ontwerp, de fabricage, de installatie en onderhoudsproces van deze lift. De
revolutionaire lifttechniek plus de kwaliteit van KONE geven u de garantie van een moderne,
milieuvriendelijke lift waar u nog lange tijd gebruik van kunt maken.
Door gepland preventief onderhoud te laten plegen, houdt u uw lift in goede staat. Uw inves-
tering zal zijn waarde in de toekomst behouden wanneer u een zorgvuldig gepland pro-
gramma voor preventief onderhoud implementeert, dat wordt uitgevoerd door een
gekwalificeerd onderhoudsbedrijf. KONE heeft de benodigde ervaring en de kennis om
een programma op te stellen en uit te voeren waarmee aan alle onderhoudseisen van uw
lift wordt voldaan.
Dankzij onze wereldwijde organisatie en de nieuwste lifttechnologie kan KONE u een geva-
rieerd aanbod aan onderhouds- en trainingsdiensten van topkwaliteit bieden. Voor meer
informatie over deze diensten kunt u contact opnemen met uw plaatselijke KONE-vesti-
ging.
Dit document biedt algemene instructies voor het onderhoud en gebruik van uw lift. Door
het opvolgen van de aanwijzingen in dit document, bent u verzekerd van een veilige, comfor-
tabele en betrouwbare service voor de gebruikers van de lift in uw gebouw. Ook verlengt u
de levensduur van uw lift zodat uw investering langer zijn waarde behoudt.
Dit document is samengesteld volgens de richtlijnen van de EEA (European Elevator
Association) voor de oplevering van liften en bevat de volgende informatie:
– Instructies voor een normaal gebruik van de lift.
– Algemene onderhoudsinstructies.
– Onderhoudsprogramma.
– Onderhoudsinstructies voor veiligheidscomponenten.
– Instructies voor periodieke keuringen.
– Instructies voor bevrijdingshandelingen.
OPMERKING! Bewaar dit document op een plaats waar bevoegde personen het, indien
nodig, gemakkelijk kunnen vinden.
1.3 Doelgroep
Dit document is bestemd voor de eigenaar van de lift, gekwalificeerd en bevoegd perso-
neel van gekwalificeerde onderhoudsorganisaties en instanties die periodieke keuringen uit-
voeren.
In dit document worden grafische symbolen gebruikt om te wijzen op procedures die spe-
ciale aandacht verdienen.
Tabel 1: Definities waarschuwingen
Waar- Ernst van mogelijk letsel
Symbool Kans op optreden
schuwing of potentiële schade
Treedt op als de waarschuwing
Gevaar Ernstig
wordt genegeerd
Waar- Kan optreden als de waarschu-
Ernstig
schuwing wing wordt genegeerd
Gevaar voor Kan optreden als de waarschu-
elektrische wing wordt genegeerd Ernstig
schokken.
Treedt zeker of mogelijk op als
LET OP! waarschuwing wordt genegeerd Gering
Druk de blok- Altijd als er voorkomen moet wor- Gering Als dit wordt gene-
keerschake- den dat de liftapparatuur zich in geerd, kan er als gevolg
laar IN beweging zet. ernstig gevaar ontstaan.
1.6 Afkortingen
DZI Deurzone-indicator
EBD Noodstroomaandrijving
RDF Tornbesturing
2 VERANTWOORDELIJKHEDEN EN KWALIFICATIES
Werk aan de lift mag alleen door deskundig, gekwalificeerd onderhoudspersoneel worden
uitgevoerd. De onderhoudswerkzaamheden aan de lift brengen allerlei risico’s met zich
mee waarvan iemand zonder de juiste training zich waarschijnlijk niet bewust is.
2.1 Verantwoordelijkheden
Met name de eigenaar moet zich van het volgende bewust zijn:
1 Houd de lift in een veilige bedrijfsconditie. Hiertoe dient de eigenaar gebruik te
maken van een onderhoudsorganisatie die voldoet aan de vereisten van norm
NEN-EN 13015, sectie 4.3.2.1).
2 Neem de lift uit bedrijf als het tweewegcommunicatiesysteem niet functioneert
(NEN-EN 13015, sectie 4.3.2.6).
3 Neem de lift uit bedrijf als er van een gevaarlijke situatie sprake is
(NEN-EN 13015, sectie 4.3.2.7).
Met name de eigenaar moet zich van het volgende bewust zijn:
1 Het onderhoudsbedrijf moet u tijdig informeren over verbeteringen in het kader van
relevante nieuwe “veiligheid- en gezondheidseisen” zoals beschreven in nieuwe Euro-
pese richtlijnen en normen.
2 Het onderhoudsbedrijf is verantwoordelijk voor het bijhouden van de resultaten van
elke interventie vanwege een storing in de installatie (met name het type storing) en
het op verzoek aan u beschikbaar stellen van deze geregistreerde gegevens. Dit
komt bovenop eventuele nationale wettelijke vereisten die u verplichten geregis-
treerde gegevens te bewaren.
3 In geval van een gevaarlijke situatie neemt het onderhoudsbedrijf de lift uit bedrijf en
wordt u hiervan op de hoogte gebracht.
4 De aanwezigheid van een gekwalificeerde, bevoegde monteur van het onder-
houdsbedrijf wordt verzekerd voor een inspectie die wordt uitgevoerd door een
bevoegde instantie en voor speciale werkzaamheden.
5 Het onderhoudsbedrijf is zo georganiseerd dat het de benodigde onderdelen
beschikbaar heeft voor eventuele reparaties.
6 Het onderhoudsbedrijf voert een risicoanalyse uit voor elke onderhoudslocatie en
voor alle onderhoudswerkzaamheden die moeten worden uitgevoerd.
7 Om de tijd dat de installatie onnodig buiten gebruik is tot een minimum te beperken,
voert het onderhoudsbedrijf een onderhoudsprogramma uit zodat preventief onder-
houd wordt afgestemd op de specifieke installatie, zodat de duur van correctief
onderhoud, met inbegrip van logistieke en technische vertragingen, binnen de rede-
lijke mogelijkheden zo kort mogelijk is.
8 Het onderhoudsbedrijf beslist met welke frequentie de onderhoudswerkzaamheden
worden uitgevoerd, zodat verschillende werkzaamheden op hetzelfde moment kunnen
worden uitgevoerd, waardoor de installatie optimaal kan worden benut.
9 Alle onderhoudswerkzaamheden moeten in het liftboek genoteerd worden.
2.2 Kwalificaties
3 VEILIGHEID
Veiligheid staat bij KONE altijd voorop. Bij het ontwerp, de productie en het onderhoud
van onze liften, wordt er voortdurend gelet op de veiligheidsaspecten. Bovendien doet
KONE continu onderzoek op het terrein van nieuwe veiligheidselementen zodat wij onze
klanten kunnen voorzien van de veiligst mogelijke producten.
Veiligheidsvoorzieningen, zoals de snelheidsbegrenzer, verschillende kabels, grendels,
dynamische remming, veiligheidsvoorzieningen in de liftput en de vanginrichting maken
uw lift veilig. Toch blijven er enkele veiligheidsrisico’s bestaan die niet helemaal kunnen
worden weggenomen. In dit hoofdstuk leest u hoe u de veiligheid van uw lift verder kunt
verbeteren.
3.2 Veiligheidsoverwegingen
Liften hebben, net als alle transportmiddelen, onderhoud nodig om betrouwbaar te kun-
nen functioneren. Een werkende lift is een belangrijk veiligheidselement in uw gebouw.
Zo worden de risico’s die komen kijken bij het gebruik van de trap voorkomen, wat essen-
tieel is voor het vervoer van ouderen en minder valide personen.
Als eigenaar van het gebouw moet u zich ervan verzekeren dat uw gebouw veilig is voor
de personen die er gebruik van moeten maken:
– Als er een verandering is in de beschikbaarheid van hulpverleners, waardoor een opge-
sloten persoon niet onmiddellijk zou kunnen worden bevrijd, moet de lift buiten werking
worden gesteld.
– Als er onderhoudswerkzaamheden moeten worden uitgevoerd in de lift, moet een gekwa-
lificeerde onderhoudsmonteur beschikbaar zijn zolang er onderhoudspersoneel op de
locatie aanwezig is.
– De toegangswegen tot de lift en de werkplekken moeten veilig en schoon worden gehouden.
Het onderhoudsbedrijf moet op de hoogte worden gesteld van eventuele wijzigingen of
gevaren aan deze toegangswegen.
– De sleutels van het servicenpaneel en de schachtdeuren moeten op een veilige plaats zijn
opgeborgen. Deze plaats mag niet toegankelijk zijn voor onbevoegden. De sleutels
mogen alleen aan gekwalificeerde onderhoudsmonteurs worden afgegeven.
KONE is als liftfabrikant het beste op de hoogte van de onderhoudsvereisten van KONE-
liften. KONE streeft ernaar de prestaties van de installatie te optimaliseren door:
– te werken met vakbekwame mensen die worden ondersteund met de nieuwste technolo-
gie,
– constant nieuwe onderhoudsmethoden en -technieken te ontwikkelen,
– geoptimaliseerde onderhoudsprogramma’s op maat aan te bieden,
– opgeleide onderhoudsmonteurs op te leiden die aandacht hebben voor de klant en diens
behoeften,
– onderhoudsdiensten te bieden die gericht zijn op een maximale betrouwbaarheid,
beschikbaarheid en veiligheid van de apparatuur,
– rekening te houden met bepaalde specifieke technische vereisten van de installatie,
– oog te hebben voor de specifieke eisen die het gebruik van het gebouw stelt,
– 24 uur per dag en 7 dagen per week bereikbaar te zijn.
Als u het onderhoud door KONE laat uitvoeren, krijgt u de beste service en waar voor uw
geld. Als de ontwerper en fabrikant van uw lift kennen wij de oorspronkelijke bedrijfsspeci-
ficaties van de lift. Wij garanderen optimale prestaties door ervoor te zorgen dat de lift aan
die specificaties blijft voldoen. Met behulp van de oorspronkelijke bedradingsschema’s,
installatiehandleidingen en technische tekeningen zijn wij de beste experts wat betreft
waarmee, wanneer en hoe uw lift moet worden onderhouden en gerepareerd.
De KONE-onderhoudsmonteurs zijn specifiek getraind in het onderhoud van uw lift, waar-
bij zij worden bijgestaan door onze wereldwijde technische ondersteuning en het
moderne gereedschap dat te allen tijde aan onze onderhoudsteams ter beschikking staat.
KONE-onderdelen zijn snel beschikbaar via ons internationale onderdelennetwerk en de
onderdelen voor renovaties worden speciaal voor uw KONE-lift ontworpen. KONE biedt
ook overal ter wereld technische ondersteuning om u van dienst te zijn indien u vragen
hebt over uw lift.
Met het afstandsbewakingssysteem kunt u een 24-uursverbinding tot stand brengen tus-
sen de lift en het KONE-servicecentrum. Met behulp van deze verbinding kan het KONE-
servicecentrum van uw lift constant bewaken en abnormale situaties onmiddellijk detecte-
ren.
KONE biedt u een storingsmeldingsdienst van topkwaliteit die 24 uur per dag bereikbaar
is voor de juiste werking van uw lift. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met uw
plaatselijke KONE-servicecentrum. De contactgegevens vindt u voor in dit document.
Landelijk KONE-servicecentrum:
(0900 22 555 66
4 MILIEU EN OMGEVING
Een lift heeft een effect op het milieu, zowel qua materiaal- en energiegebruik tijdens de
levensduur, als qua afval en uitstoot tijdens de productie, de installatie en het onderhoud.
Het beleid van KONE is milieuvriendelijke producten te ontwikkelen en te leveren.
Bij KONE zijn wij bewust van de problemen waarmee ons milieu te kampen heeft en als
een wereldwijde organisatie zien wij het als onze plicht om het milieu te beschermen. Dit
doen we door onze werkpraktijk en door milieuvriendelijke producten en diensten te ont-
wikkelen. Volgens ons zijn wij allen verantwoordelijk ervoor te zorgen dat een efficiënt en
duurzaam gebruik van alle beschikbare grondstoffen mogelijk wordt en voortdurend wordt
verbeterd.
4.2 Energiebesparing
Energiebesparing is het motto bij het ontwerp van de gehele levenscyclus van dit product.
De lift is optioneel voorzien van een ingebouwde voorziening die de liftkooiverlichting uit-
schakelt wanneer de lift een paar minuten niet is gebruikt.
De energie die een lift verbruikt, hangt af van de belasting, de snelheid, de hefhoogte, de
afgelegde afstand, de intensiteit van het verkeer, de bewegende liftmassa (bijv. kooi en
tegengewicht) en de lifttechniek. Daarom bevat dit document geen cijfers omtrent het
energieverbruik.
Voor meer informatie over de voedingsvereisten (zoals spanning, frequentie, maximale
stroomsterkte en vermogen), raadpleegt u in hoofdstuk 1 van het document Basisken-
merken van de lift uit de bij de lift geleverde documentatie voor de eigenaar.
De moderniseringsoplossingen van KONE zijn erop gericht een lange levensduur te bie-
den. Deze oplossingen worden voornamelijk vervaardigd uit herbruikbare materialen.
KONE ReSolve™ met KCE is een elektrificatie-upgrade. Deze upgrade maakt deel uit
van het modulaire KONE-moderniseringssysteem voor asynchrone liftmachines. Deze
aandrijvingsoplossingen hebben een ultramodern ontwerp volgens de principes van
milieuvriendelijkheid.
KRMRIF
KRMSIG V1 KRMSIG V2
1078094.wmf
5.1 Componenten
5.2 Veiligheidsuitrusting
1. Als deze niet zijn gemoderniseerd, raadpleeg dan de oorspronkelijke documentatie van de fabrikant.
Dit hoofdstuk geeft algemene tips over hoe de lift(en) in uw gebouw zo goed mogelijk
gebruikt kunnen worden en wat er moet gebeuren als de lift om de een of andere reden
niet naar behoren functioneert.
Bij een nieuwe lift moet de speling tussen het deurpaneel en de wand 6 mm zijn; na slij-
tage is een speling van 8 mm toegestaan. Als de speling groter meer dan 8 mm is, moe-
ten de deurpanelen opnieuw worden afgesteld.
OPMERKING! Transportmiddelen met kleine wieltjes kunnen vast komen te zitten tussen
de kooi en de schachtdeurdorpel. Een zware last op kleine wieltjes kan voldoende druk
uitoefenen om de dorpels te beschadigen. Vervoer geen zware lasten over de liftdorpel
met behulp van een wagentje of kar met kleine wieltjes. Gebruik een transportmiddel
met grote wielen.
WAARSCHUWING! Als de lift tijdelijk wordt gebruikt voor het transporteren van goederen,
moet ervoor gezorgd worden dat:
Als de lift tussen twee verdiepingen stopt (bijv. door een stroomstoring), blijf dan kalm en
volg de onderstaande instructies op. Als de instructies worden opgevolgd, weet u zeker
dat er hulp komt en dat u niet per ongeluk een gevaarlijke situatie creëert.
WAARSCHUWING! Probeer de liftkooi niet te verlaten zonder de hulp van een getrainde
persoon. Het is bijzonder gevaarlijk om op eigen kracht te proberen de liftkooi te verla-
ten. Wacht tot er een gekwalificeerde, bevoegde persoon ter plaatse is en volg zijn/
haar instructies op.
7 ONDERHOUD
OPMERKING! Als u merkt dat een van de onderdelen van uw lift zich abnormaal gedraagt,
neem dan onmiddellijk contact op met uw onderhoudsbedrijf. Neem in een gevaarlijke
situatie de lift uit bedrijf en breng uw onderhoudsbedrijf van de situatie op de hoogte.
7.1 Veiligheid
Veiligheidsmaatregelen Opmerking
U moet procedures ontwikkelen en opvolgen In geval van een conflict tussen de wetgeving
waarin de principes van de landelijke liftregel-
en de onderhavige instructies, moet er samen
geving en andere veiligheidsregels zijn ver- met de plaatselijke wetgever en het bedrijfs-
werkt. management een volledige risicoanalyse wor-
den uitgevoerd en een passende handelwijze
worden bepaald.
De plaatselijke veiligheidsregels en -voor- Raadpleeg de geldende procedures om de lift
schriften moeten worden opgevolgd als deze buiten gebruik te stellen.
strenger zijn dan de normen van KONE. Pas
anders de veilige werkmethoden toe die in dit
document worden beschreven.
Werk volgens de veilige werkmethoden die in
dit document zijn vermeld. Als u twijfelt over
de veiligheid van de methode, raadpleeg dan
een deskundige.
Volg deze instructie nauwgezet op. Sla geen Waarschuwingssymbolen geven mogelijke
delen uit subprocedures over. Hierdoor kun- gevaren aan.
nen potentieel gevaarlijke situaties ontstaan
die niet van te voren voorzien kunnen wor-
den.
Veiligheidsmaatregelen Opmerking
ZORG ER VOOR DAT DE VOEDINGSSPAN- Sluit geen connectoren aan en neem geen
NING VAN DE LIFTVOEDINGSKABEL NIET connectoren los als de spanning nog aanwe-
INGESCHAKELD KAN WORDEN, VOOR- zig is. Werk altijd spanningsloos!
DAT U HIERAAN WERKZAAMHEDEN GAAT
VERRICHTEN! Voordat er met het installeren
wordt begonnen, dient met de bouwkundig
aannemer te zijn overeengekomen welk blok-
keersysteem voor het veiligstellen van de
elektrische liftvoeding wordt toegepast. Bij-
voorbeeld het verwijderen van smeltveilighe-
den of het vergrendelen van de
hoofdschakelaar met een hangslot en het
aanbrengen van een label, etc.
Persoonlijke beschermingsmiddelen moeten
beschikbaar zijn en moeten gebruikt worden
zoals voorgeschreven.
1013726.wmf
7.2 Onderhoudsprogramma1
Hoewel het meeste onderhoud aan de lift aan uw onderhoudsbedrijf moet worden over-
gelaten, zijn er een aantal taken die u zelf kunt uitvoeren. Door deze taken zelf uit te voe-
ren, houdt uw lift langer zijn waarde en verzekert u de gebruikers van de lift van een
comfortabele en veilige rit.
Raadpleeg uw KONE-vertegenwoordiger over wat wel en wat niet onder het onderhoudscon-
tract valt. Daarnaast moet u weten welke onderhoudswerkzaamheden u tussen de onder-
houdsbeurten in zelf kunt uitvoeren.
Controleer eerst de onderstaande punten voordat u contact opneemt met KONE. Zo voor-
komt u onnodige storingen en kunt u de lift weer zonder aanvullende procedures in gebruik
nemen:
– Controleer of uw gebouw op de openbare energievoorziening is aangesloten.
– Controleer de liftkooi op defecte lampen of LED's. Vervang deze, indien noodzakelijk.
– Controleer of de lift niet on brandweerbedrijf is geschakeld (indien toegepast).
– Controleer of alle sleutelschakelaars in de normale bedrijfsstand of de RUN-stand staan.
– Controleer de stroomvoorziening van het gebouw op doorgebrande zekeringen of geacti-
veerde zekeringen.
– Controleer of de liftkooi regelmatig wordt schoongemaakt.
– Controleer of er geen vuil in de dorpelgroeven aanwezig is. De dorpels van zowel de kooi-
deur als de schachtdeuren moeten regelmatig worden schoongemaakt, anders functione-
ren de deuren mogelijk niet goed.
Als u contact opneemt met KONE voor een storing, zorg dan dat u de volgende informatie
bij de hand hebt:
– Adres van het gebouw.
– Liftnummer (equipmentnummer).
– Een zo nauwkeurig mogelijke beschrijving van het probleem.
7.3.1 Schoonmaken
Eén belangrijk aspect van het liftonderhoud is het schoonmaken. Het is essentieel dat de
liftkooi en de zichtbare liftonderdelen op de stopplaatsen, met namen de groeven in de
dorpels, regelmatig worden schoongemaakt.
Het is ook essentieel dat de liftkooi en de zichtbare liftonderdelen op de vloeren regelma-
tig worden schoongemaakt. De liftkooi bevat bijzondere materialen, waarvan enkele niet
bestand zijn tegen krachtige reinigers, zoals oplosmiddelen. Als u de bedieningspanelen
schoonmaakt, houdt u zich dan aan de aan u uitgereikte instructies voor kooitableaus.
LET OP! Gebruik bij het schoonmaken van de lift nooit sterke oplosmiddelen, bijtende of
alkalische middelen zoals ammonia en soda. Deze stoffen kunnen het interieur van de
lift beschadigen. Oplosmiddelen zoals aceton en thinner zijn met name schadelijk voor
de kunststof onderdelen in de liftkooi.
7.3.2 Aansluitingen
Bepaalde aansluitingen tussen de lift en het gebouw zijn cruciaal voor het veilig en cor-
rect functioneren van de lift. Het betreft de ventilatie, de stroomvoorzieningen en de tele-
foonlijnen. Als een van deze aansluitingen niet naar behoren of in het geheel niet lijkt te
functioneren, moet deze onmiddellijk worden vervangen. Als de aansluiting niet meteen
kan worden vervangen, moet de lift uit bedrijf worden genomen, anders kan de veiligheid
van de passagiers niet worden gegarandeerd.
7.3.3 Ventilatie
7.3.4 Telefoonlijnen
In uw lift zijn mogelijk telefoonlijnen aangelegd om een 24-uursverbinding tot stand te bren-
gen tussen de lift en de onderhoudscentrale of bijvoorbeeld de huismeester van het
gebouw. Voor de veiligheid van de gebruikers van uw lift moet de eigenaar van het
gebouw ervoor zorgen dat deze lijn altijd werkt, zelfs ten minste één uur tijdens een
stroomstoring in het gebouw.
7.3.5 Elektra
De liftinstallatie heeft spanning nodig om in bedrijf te kunnen zijn. De spanning moet bin-
nen de toleranties worden gehouden zoals vermeld in de oorspronkelijke leveringsdocu-
menten. Om de lift in bedrijf te houden, moet u zorgen voor een ononderbroken
elektriciteitstoevoer en erop letten dat de geleverde spanning overeenkomt met de waarden
uit de oorspronkelijke leveringsdocumenten.
Overeenkomstig met NEN-EN-81, Bijlage E moet de lift van periodiek worden gekeurd
om te verifiëren of de lift in goede staat verkeert. De interval en de inhoud van de keuring
moeten volgens de landelijke voorschriften plaatsvinden. Behalve de plaatselijke, bevoegde
inspecteur, wordt u aangeraden een vertegenwoordiger van uw gekwalificeerde onder-
houdsbedrijf tijdens de keuring aanwezig te hebben.
Als een test uit dit document deel uitmaakt van de plaatselijke periodieke inspectieproce-
dure, volgt u de instructies op die in dit document worden beschreven: alle periodieke
keuringen en tests moeten worden uitgevoerd in overeenstemming met NEN-EN 81-1,
Bijlage E.
Periodieke keuringen en testen hoeven niet strenger te zijn dan de keuringen en testen
die vereist zijn voordat de lift voor de eerste keer in bedrijf werd genomen.
OPMERKING! De periodieke testen mogen door het herhaald uitvoeren geen extreme
slijtage veroorzaken of een belasting vormen die de veiligheid van de lift mogelijk
nadelig kan beïnvloeden. Dit is met name het geval bij de test op componenten zoals
de veiligheidsuitrusting en de buffers. Als er op deze componenten wordt getest,
moeten deze testen worden uitgevoerd met een lege liftkooi en bij een lagere snelheid.
De aangewezen persoon die de periodieke test uitvoert, moet zich ervan verzekeren
dat deze componenten (die bij normaal bedrijf niet worden gebruikt) nog steeds klaar
voor gebruik zijn.
10.1 Veiligheid
10.2 Gereedschappen
RUN
TESTS
TEST
RUN
INSP
1074498.wmf
1 RDF UP (opwaarts).
2 RDF RUN (ritknop).
3 LED-indicatie "Veiligheidscircuit
onderbroken".
OFF
261
263
TEST
1069941.wmf
RUN
tie INSP. De LED INSP moet gaan bran- OFF
den. 261
263
STOP TEST
INSPECTION CALLS
RUN
INSP
1074498.wmf
5 Verplaats de kooi met de tornbesturing Stop met het verplaatsen van de kooi als
weer naar de stopplaats. de deurzone-LED (DZI) gaat branden (de
kooi bevindt zich op een stopplaatsni-
veau).
SB-1
SB-2
OFF. SB-4
1078885.wmf
TEST
1069941.wmf
STOP TEST
RUN
INSP
1074498.wmf
SB-1
SB-3
OFF. SB-4
1078885.wmf
TEST
1069941.wmf
STOP TEST
INSPECTION CALLS
RUN
INSP
1074498.wmf
6 Verplaats de kooi naar het bovenste stop- Stop met het verplaatsen van de kooi als
plaatsniveau met RDF. de deurzone-LED (DZI) gaat branden (de
kooi bevindt zich op een stopplaatsniveau).
7 Schakel de tornbesturing UIT. Zet de De LED TEST gaat uit.
INSPECTIE-schakelaar in de positie
NORM. De LED INSP moet uitgaan. SB-COMM
SB-1
SB-2
OFF.
SB-4
1078885.wmf
1015446.wmf
Controleer of de kooi niet beweegt. LET OP! Als de kooi wel beweegt, moet
de oorzaak zo snel mogelijk worden
verholpen. Het kooidak niet pas weer
betreden worden als het probleem is
opgelost. Het wordt sterk aanbevolen
de installatie in een dergelijke situatie
buiten dienst te stellen.
11.1 Veiligheid
Is er geen directe communicatie mogelijk, gebruik dan een intercom of een vergelijkbaar
systeem.
Stel de passagiers geruststellende vragen. U zult tegelijkertijd waardevolle informatie
inwinnen:
– Hoeveel passagiers zijn er in de liftkooi aanwezig?
– Zijn alle passagiers in orde?
– Werkt de verlichting in de liftkooi nog?
– Zijn er drukknoppen verlicht?
– Wordt er een verdiepingsnummer weergegeven op de standaanwijzer in de kooi? Zo ja,
welke?
– In welke richting bewoog de kooi toen deze stopte?
– Op welke verdieping is de lift het laatst gestopt?
– Welke verdieping was de eindbestemming?
11.4 Bevrijdingscategorieën
11.6 Gereedschappen
11.7.1 Besturing
1
2
1077389.pdf
OPMERKING! Een sticker met informatie over het versienummer van de software en
elektrificatiecomponenten is op de deur van de besturing aangebracht.
11.7.2 Remhendel
Actie Omschrijving
Bedien de remhendel om de mecha-
nische rem te lichten. Observeer de
LED’s SPEED m/s voor de snelheid.
WAARSCHUWING! Omdat de deuren niet gemoderniseerd zijn, is het mogelijk dat de lift-
deuren in geval van nood op verschillende manieren ontgrendeld moeten worden. Raad-
pleeg dan de oorspronkelijke documentatie van de fabrikant.
11.8.1 Volgordediagram
11.9.1 Volgordediagram
11.9.4 Het verplaatsen van de kooi door het lichten van de rem
11.10 Noodinstructies1
Als u de bevrijding niet kunt uitvoeren met de normale of de bijzonder torninstructie (het
lukt niet de kooi niet naar een stopplaats te verplaatsen), moeten er professionele hulp-
verleners ingeschakeld worden.
Personeel van een hulpverlenende instantie kan de passagiers helpen de kooi te verlaten
door gebruik te maken van speciaal gereedschap op een voor de situatie geschikte wijze.
11.11.2 Veiligheid
Controleer of de lift veilig is voordat u deze na het bevrijding van de passagiers weer in
gebruik stelt (Veiligheidscontrole). Deze controle bestaat uit een visuele en functionele
controle van de installatie.
Het alarm moet na elke bevrijding worden gereset als de lift is voorzien van een alarmver-
tragingsfunctie of een afstandsbewakingssysteem.
Stap Actie Afbeelding / Opmerking
1 Localiseer de LCERAL-print in de
besturingskast.
1070359.wmf
A
B
1070930.wmf
KONE Corporation
KONE Training and Documentation
P.O. Box 679
FI-05801 Hyvinkää, Finland