Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 2

Rechtspositivisme Natuurrecht Rechtsrealisme

Geldingscriterium Formeel geldingscriterium: Materieel geldingscriterium: Geldig wanneer de regel wordt nageleefd
Totstandkoming (opbouw v rechtsorde; Rechtvaardigheidsidealen belichaamt (effectief, reële gevolgen, gedrag
GW bovenaan  regelgever) beïnvloedt)
Verhouding recht en rechtvaardigheid Gescheiden Vallen samen (onrechtvaardig recht is Geen verhouding
geen recht)
Verhouding tussen morele vraagstukken Morele vragen kunnen niet objectief Morele vragen kunnen wel objectief morele vragen kunnen niet objectief
en objectieve rechtvaardiging beantwoord worden beantwoord worden (verwerpt beantwoord worden
(standplaatsgebondenheid) (omhelst waarderelativisme)
waarderelativisme)
Verhouding tot positief recht Vallen samen 1. NR boven PR
2. PR in strijd met NR is geen recht
3. Morele gehalte van recht is bepalend
voor wat recht is

Varianten Hans Kelsen Thomas van Aquino


 Grundnorm  Klassieke theorie; de inhoud van het recht
is met behulp van de rede uit de
menselijke natuur af te leiden
HLA Hart John Finnis
 Primaire (materiële wetten) en secundaire  Natuurrechtelijke principes uit de
rechtsregels (veranderings-, toepassings- menselijke natuur worden afgeleid, maar
en erkenningsregels) die principes zijn niet bindend
(onrechtvaardig recht mag geen recht heten
verworpen)
Fuller – interactionisme
 Gewoonterecht laat het meest direct zien hoe rechtsnormen kunnen ontstaan uit gezamenlijk
handelen van burgers
 Rechtsnormen zijn niet altijd gegeven, liggen vaak besloten in menselijk gedrag
 Burgers verlangen bescherming van hun gerechtvaardigde verwachtingen
 Externe moraal(: morele normen en waarde) interne moraal(: eisen die we aan het recht
stellen om van goed recht te kunnen spreken, duidelijkheid,, algemeenheid, verbod op
terugwerkende kracht)
Gustav Radbruch – cultuurrecht/natuurrecht met wisselende inhoud
 Recht is betrokken op de waarde van de rechtsidee, die bestaat uit gerechtigheid,
rechtszekerheid en doelmatigheid (antinomieën van de rechtsidee; samen de abstracte
zin van het recht, bij oplossing van conc geval op gespannen voet)
 Gerechtigheid: het formele gelijkheidsbeginsel
 Rechtszekerheid: het recht moet gepositiveerd worden
 Doelmatigheid: de inhoudelijke criteria aanleveren
Voor WO2; rechtszekerheid het belangrijkste criterium  daarna gerechtigheid
Grondbeginselen > positief recht  beginselen worden door recht gerealiseerd en
verlenen het recht bindend karakter
Ronald Dworkin - interpretivisme
 Recht is niet enkel de rechtsregels, maar ook de rechtsbeginselen (grondgedachten die
rechtsregels samenhang en rechtvaardigheid geven)
 Rechtsbeginselen binden vanwege inhoud (natuurrecht)
 Beginselen zijn niet direct toepasbaar, vereisen dat een bep waarde wordt gerealiseerd
 (2 soorten rechtsbeginselen) Principle( drukt een morele waarde uit) en policies(:
brengen een beleidsdoel tot uiting) ( wrongful birth? Principle = waardigheid v kind;
policy = nalatigheid arts)
 Recht heeft eigen integriteit; optimale uitwerking van waarden moet gerealiseerd worden
(door autoriteiten)
 Voor iedere rechtsvraag is er een juist antwoord (Hercules = rechter met skils)

You might also like