Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 7

LESBESCHRIJVINGSFORMULIER

Beroepstaak 1: Beelden van onderwijs + Beroepstaak 2: De leerkracht en de leerlingen

Gegevens Stageschool Gegevens Student


Stageschool Toermalijn Datum 25-10-22
Plaats Purmerend Naam student Noëlle van Loenen
Stagementor Leoniek Groep D11-22
Stagegroep Groep 8a Vakgebied Nederlands (voorlezen)
Aantal kinderen 27

Kern Beroepstaak 1
 Kijken naar kinderen
 Actief luisteren: ingaan op wat kinderen zeggen
 Creëren van een betekenisvolle context
 Zorgdragen voor aspecten van klassenmanagement in een (kleine) groep

Beginsituatie
Denk hierbij o.a. aan: De klas bestaat uit een groep van 27 leerlingen met hierin 12 meisjes en
Wie: 15 jongens. Er is een positieve sfeer in de groep. Dit is te merken aan de
 de kennis die jij zelf moet bezitten soepele overgang van de lessen, de stille werkmomenten en de actieve
over het onderwerp van de les inbreng van de kinderen. Het aanwezige groepsklimaat is dan ook erg
 wat weet je van de kinderen/groep prettig.
m.b.t.:
 Taalniveau Het taalniveau van de kinderen is gemiddeld en kunnen begrijpen wat er
 Concentratie gezegd wordt. De concentratie van de groep is stabiel. Ze kunnen tijdens
 Samenwerkingsvaardigheden een instructie ongeveer 15 minuten geconcentreerd luisteren.
 Mate van zelfstandigheid
 Pedagogisch klimaat in de groep
Wat
 kennis van de leerlingen m.b.t.
het thema/onderwerp van jouw
les
Eigen leerdoelen
Formuleer twee concrete leerdoelen. Maak daarbij onderscheid in wat je wilt ontwikkelen en waarin jij wilt
doorgroeien.
1e doel 1e doel
“Ik wil in mijn handelen leren………. Ik wil in mijn handelen leren om duidelijk te spreken en goed te
om………”. articuleren, om zo mijn uitleg beter over te brengen naar de leerlingen.
“Dit wil ik bereiken door ……………”
Dit wil ik bereiken door bewuster te zijn van mijn stemgebruik tijdens de
les. Dit ga ik doen door veel feedback te vragen aan mijn begeleider over
de ontwikkeling hiervan. Ook weet ik dat het voor mijzelf werkt als ik
voorafgaand aan een les voldoende voorbereidingstijd heb, dus hier ga ik
dan ook voor zorgen. Als ik weet wat ik ga bespreken en welke stappen ik
moet zetten, voel ik mij meer op mijn gemak in de klas en praat ik ook
vloeiender en met meer vertrouwen.

2e doel 2e doel

Hogeschool iPabo Amsterdam/Alkmaar


Studiejaar 2022-2023 Pagina 1
“Ik wil in mijn handelen leren………. Ik wil in mijn handelen leren minder streng voor mijzelf te zijn tijdens het
om………”. geven van een les om zo het plezier van het lesgeven voor mezelf te
“Dit wil ik bereiken door ……………” vergroten.

Dit wil ik bereiken door voorafgaand aan de les het boek al een keer
hardop voor te hebben gelezen. Lezen is altijd een onzekerheid voor mijn
geweest i.v.m. mijn dyslexie, maar ik wil niet dat dit mij mijn hele leven in
de weg gaat zitten. Het voorafgaand doorlezen van het boek zorgt er voor
dat ik met meer zelfvertrouwen kan lezen, omdat ik weet water komen
gaat en dus ook al de moeilijke woorden heb kunnen oefenen.
Lesdoelen

Algemene doelen
De kinderen doen ervaring tijdens deze
les op met
- Levensbeschouwelijke vragen
- De grotere betekenis achter een
verhaal zoeken
Concrete, vakgerichte doelen - Aan het einde van de les kunnen en weten de kinderen wat
Aan het einde van de les kunnen en levensbeschouwelijke vragen zijn.
weten de kinderen - Aan het einde van de les kunnen en weten de kinderen hun
- …………………………….. invulling te geven over wat hun denken dat de betekenis achter
- …………………………….. het boek is.

Kijkvraag voor de mentor:


Hoe is het gebruik van mijn stem tijdens het voorlezen van het boek en
hoe evalueer ik vervolgens het boek met de kinderen.
Kijkvraag voor de mentor

Bronvermelding
Ik heb de volgende bronnen gebruikt bijv. boek, methode, artikel, studiemateriaal enz.:
Titel; auteur; pagina’s

Hogeschool iPabo Amsterdam/Alkmaar


Studiejaar 2022-2023 Pagina 2
DE LES

Oriëntatiefase:
In deze fase komen drie onderdelen aan de orde:
 Introduceren
 Informeren
 Instrueren
Wat doe ik? Wat doen de kinderen?

Hogeschool iPabo Amsterdam/Alkmaar


Studiejaar 2022-2023 Pagina 3
Introduceren Wat wil je dat de kinderen doen?
Hoe zorg ik voor een pakkende inleiding van de les? De kinderen zitten tijdens deze fase op hun plek en
Ik start de les door een korte omschrijving te geven luisteren naar mij. Ik verwacht dan ook dat het stil is.
van het boek.

Hoe motiveer ik de leerlingen?


Ik probeer te zorgen dat ik mijn enthousiasme
overbreng door het gebruik van mijn toon.

Welke materialen ga ik daarbij gebruiken?


Het boek: mijn schaduw is paars.

Hoe ga ik het organiseren, m.a.w. wie laat ik wat,


waar en wanneer doen.
Dit gebeurt in de klas. Ik ga voorin de klas om de kruk
zitten.

Informeren Wat wil je dat de kinderen doen?


Welke vragen stel ik? De kinderen zitten tijdens deze fase op hun plek en
Wie kent er dit boek al? luisteren naar mij. Als ik een vraag stel mogen de kinderen
reageren aan de hand van een vinger, maar hierbij wordt
Hoe motiveer ik de leerlingen? niet gepraat tenzij ik dit aangeef.
Ik probeer te zorgen dat ik mijn enthousiasme
overbreng door het gebruik van mijn toon.

Welke materialen ga ik daarbij gebruiken?


Het boek: mijn schaduw is paars

Hoe ga ik het organiseren, m.a.w. wie laat ik wat,


waar en wanneer doen.
Dit gebeurt in de klas. Ik ga voorin de klas om de kruk
zitten.

Instrueren Wat wil je dat de kinderen doen?


Hoe leg ik uit? De kinderen zitten tijdens deze fase op hun plek en
Ik vertel dat ik dit voor ga lezen en dat we daarna gaan luisteren naar mij. Ik verwacht dan ook dat het stil is.
bespreken wat we er van vonden. Ik wil hierbij nog
niet zeggen dat zij moeten kijken naar de mogelijke
boodschap achter het boek, maar dat ze eerst het
boek ervaren. Ook spreek ik mijn verwachtingen uit
naar de kinderen voor dat ik begin met lezen.

Hoe motiveer ik de leerlingen?


Ik probeer te zorgen dat ik mijn enthousiasme
overbreng door het gebruik van mijn toon.

Welke materialen ga ik daarbij gebruiken?


Het boek: mijn schaduw is paars.

Hoe ga ik het organiseren, m.a.w. wie laat ik wat,


waar en wanneer doen.
Dit gebeurt in de klas. Ik ga voorin de klas om de kruk
zitten.

Tijdsduur: 5 minuten.

Hogeschool iPabo Amsterdam/Alkmaar


Studiejaar 2022-2023 Pagina 4
Uitvoeringsfase
In deze fase kunnen twee onderdelen aanbod komen:
Observeren (wat doen de leerlingen)
Begeleiden
Let op: de ‘kopjes’ van de kolommen zijn gewisseld, omdat het tijdens de uitvoering gaat om het
leren/werken/handelen van de kinderen.
Wat doen de kinderen? Wat doe ik?
Wat wil je dat de kinderen doen? Hoe ga ik het organiseren, m.a.w. wie laat ik wat,
De kinderen luisteren stil naar mij terwijl ik het verhaal waar en wanneer doen?
voorlees. Dit gebeurt in de klas. Ik ga voorin de klas om de kruk
zitten en lees het boek voor. De kinderen zitten
allemaal op hun eigen plek.

Wat wil je observeren?


Tijdens het voorlezen hou ik in de gaten of iedereen
betrokken blijft.

Hoe wil je begeleiden?


Ik spreek de kinderen aan op het moment dat ik niet
het gewenste gedrag zie.

Tijdsduur: 10 minuten.

Afsluitingsfase
In deze fase kunnen twee onderdelen aanbod komen:
Afronden
Evalueren van de les
Deze beide aspecten komen niet altijd in deze volgorde aan bod, realiseer je vooraf wat na jouw les als eerste
aan bod komt.
Wat doe ik? Wat doen de kinderen?
Hoe rond je de les af? Wat wil je dat de kinderen doen?
Na het voorlezen bespreek ik met de kinderen wat zij van
het boek vonden. Ik vertel dat je aan dit boek een Ik wil dat de kinderen tijdens deze fase actief met mij
levensvraag kan koppelen. Ik licht toe wat dit is en geef mee denken. Het is hierbij belangrijk dat zij hun eigen
een voorbeeld hiervan. Hierna wil ik van de kinderen menig formulieren en dat kunnen overbrengen.
horen wat hun invulling hiervan is.

Wat wil je nabespreken om na te gaan of je de lesdoelen


bereikt hebt?
Ik wil weten van de kinderen wat zij denken dat de
boodschap van dit boek was en welke levensvraag je hier
aan kan koppelen. Ik wil bereiken dat ze dieper nadenken
over het boek dan alleen naar het verhaal luisteren.

Hoe pak je dit aan?


Ik laat de kinderen eerst even een halve minuut zelf
nadenken en bespreek dit vervolgens klassikaal. Ik kies
leerlingen aan de hand van de naamstokjes en ik hoop dat
er een mooi gesprek ontstaat over dit onderwerp.

Tijdsduur: 10 minuten.

Hogeschool iPabo Amsterdam/Alkmaar


Studiejaar 2022-2023 Pagina 5
EIGEN EVALUATIE en REFLECTIE

Evalueer nog dezelfde dag! Doe dit onmiddellijk, indien mogelijk, na je les zonder de opmerkingen van de mentor
erbij te nemen.
 Beschrijf het lesverloop in zijn verschillende fasen. Kijk naar jouw eigen rol en die van de leerlingen. Beschrijf
daarnaast een opvallende GEBEURTENIS uit je les. Maak een feitelijke beschrijving.
 Wat valt jou in deze beschrijving op m.b.t. de:
 beginsituatie
 de door jou geformuleerde doelen voor de kinderen
 jouw eigen leerdoelen
 het lesverloop
Voorafgaand aan de les had ik het boekje al 2 keer hardop gelezen. Hierdoor was de inhoud van het boek bekent
en gaf mij dit meer rust tijdens het lezen.

De oriëntatiefase verliep zoals gepland. Hierin heb ik uitgelegd wat ik ging doen, maar ben ik vergeten te vertellen
wat mijn verwachtingen waren. Ik was toch weer erg zenuwachtig en dit was ook te horen in mijn stem. Ik vind
voorlezen erg spannend en daardoor maakte ik in het begin niet veel gebruik van afwisselend stemgebruik.
Namaten het voorlezen merkte ik dat ik ontspanner werd en deed ik dit wel meer. Hierdoor merkte ik ook dan ik
meer aandacht van de kinderen kreeg en dit motiveerde mij om het hier beter op te letten en meer gebruik te
maken.

Tijdens het lezen merkte ik dan een aantal leerlingen niet mee deed en met hun hoofd op tafel gingen liggen.
Doordat ik niet mijn verwachting had uitgesproken naar de kinderen vond ik het moeilijk om hier iets van te
zeggen, dus heb ik het gelaten voor wat het was. Ze stoorde niet tijdens de les.

Tijdens het na bespreken merkte is dat sommige kinderen actief mee deden en sommige kinderen minder. Na een
paar kinderen aan het woord te hebben gelaten was nog niet het antwoord gekomen wat ik nog wou horen.
Daarom bracht ik zelf een onderwerp in en vroeg ik hier over door aan de kinderen.

Lesdoelen:
- Aan het einde van de les kunnen en weten de kinderen wat levensbeschouwelijke vragen zijn.
- Aan het einde van de les kunnen en weten de kinderen hun invulling te geven over wat hun denken dat de
betekenis achter het boek is.

Ik vind dat deze lesdoelen niet helemaal zijn gehaald. Doordat ik niet goed mijn verwachting uitsprak naar de kinderen
deden een aantal kinderen niet mee. Zij deden vervolgens ook minder actief mee tijdens de na bespreking. Wel deed
ongeveer 70% mee met het nabespreken van het boek.

Stel je voor dat je deze les opnieuw aan een soortgelijke groep gaat geven.
 Benoem drie punten die je wil vasthouden en Benoem drie punten die je gaat veranderen en waarom?
waarom?
- Afwisselend stemgebruik: door het spelen met - Ik ga vooraf gaande aan de les mijn
mijn stem merkte ik dat de aandacht vergroten. verwachtingen uitspreken. Dit was al iets wat ik in
Dit is dan ook zeker iets wat ik in het vervolg gelijk mijn beschrijving had staan om te doen, maar dit
vanaf het begin wil gaan toepassen. ben ik vergeten te doen. Ik weet dat dit veel
- Het kiezen van een interessant boek met een profijt levert tijdens de les, dus de volgende keer
hierin een levensbeschouwelijke vraag verwerkt. ga ik dit zeker wel doen.
Ik vond het leuk om te zien dat sommige kinderen - Ik wil zorgen voor meer interactie tussen de
zich helemaal in het boek konden vinden. Dit wil kinderen tijdens zo’n les. Hierdoor zorg ik dat er
ik graag blijven stimuleren. actiever mee wordt gedaan en de informatie ook
langer blijft hangen.
- De kinderen meer tijd geven om na te denken.
Hierbij kan ik in mijn hoofdtellen tot 10. Dit wil ik
doen om voor mezelf maar ook voor de kinderen
echt even een moment in te plannen dat zij hier
over kunnen nadenken.
Hogeschool iPabo Amsterdam/Alkmaar
Studiejaar 2022-2023 Pagina 6
OBSERVATIE en EVALUATIE VAN DE MENTOR/MENTRIX

Aandachtspunten zijn in ieder geval de eigen leerdoelen van de student.


Kern beroepstaak 1
 Kijken naar kinderen
 Actief luisteren: ingaan op wat kinderen zeggen
 Creëren van een betekenisvolle context
 Zorgdragen voor aspecten van klassenmanagement in een (kleine) groep

Formuleer voor de mentor van tevoren een kijkvraag m.b.t. jouw ontwikkeling als professioneel leerkracht.
Kijkvraag:

Hoe is het gebruik van mijn stem tijdens het voorlezen van het boek?
Hoe evalueer ik vervolgens het boek met de kinderen?

Spreek van tevoren af welk gedrag je van de leerlingen verwacht. Dit hoeft niet streng of uitgebreid,
maar gewoon heel kort. Bijvoorbeeld: Ik ga voorlezen, ik wil dat je luistert, naar mij kijkt en dat je
handen leeg zijn. Probeer te benoemen wat je wil en niet wat je niet wil.  
Probeer nog wat meer te ‘spelen’ met je stem tijdens het voorlezen. Door te variëren met je toon, soms
even te pauzeren, etc. Je was duidelijk te verstaan. Naarmate je langer voorlas, merkte ik dat je wat
meer ging variëren, misschien was je aan het begin wat zenuwachtig?  
Je vraagt aan de kinderen wat de boodschap achter dit verhaal zou kunnen zijn. En dat ze er even over
na moeten denken. Door in je hoofd dan even tot 10 te tellen, of 20, neem je die tijd ook even.  
Het kan helpen om van tevoren wat vragen op te schrijven.  
Hoe kun je de interactie tussen kinderen bevorderen? 

Hogeschool iPabo Amsterdam/Alkmaar


Studiejaar 2022-2023 Pagina 7

You might also like