Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 2

Hoe deze tabellen gebruiken/interpreteren?

- De groene kolom (oplosbaar in water) geeft de volledig oplosbare componenten (in water) weer.
Hier mag je dus bij veronderstellen dat ze kwalitatief volledig oplossen in water (mits je niet
overdrijft in hoeveelheid) en kwantitatief krijgen ze een oplosbaarheidsproduct Ks van oneindig.
- De rode of oranje componenten zijn niet zo goed oplosbaar. In een kwalitatieve vraag (e.g., een
theorievraag waarbij gevraagd wordt om via selectieve precipitatie bepaalde ionen van elkaar te
scheiden) mag je ze als “volledig” niet oplosbaar in water beschouwen. In een kwantitatieve
oefening waarbij je berekeningen moet maken of componenten met elkaar moet vergelijken, zal er
voor deze componenten altijd een oplosbaarheidsproduct Ks of een oplosbaarheid gegeven zijn in
de opgave.
- Alle componenten die niet in de groene tabel vermeld staan, mag je als niet goed oplosbaar
klasseren (e.g., de cyanide-zouten), tenzij ze uiteraard met alkalimetaal- of NH4+-ionen
gecombineerd zijn.
- Eén ‘speciaal geval’ ontbreekt in de groene kolom, zijnde zouten van bicarbonaten (HCO3-). Bij de
bespreking van hard water hebben we gezien dat CaCO3 slecht oplosbaar is en dat
Ca2+ en HCO3- ionen wel in oplossing blijven. Als we een waterige oplossing met Ca2+ en HCO3-
verwarmen om water te verdampen om het zout van Ca(HCO3)2 te bekomen … dan bekomen we
altijd CaCO3 omdat het HCO3- zich zal ontbinden tot CO32- en koolzuur H2CO3 waarbij het laatste
ontbindt en ontsnapt uit het water als CO2, omdat CO2, zeker bij hogere temperaturen, zo slecht
oplosbaar is in water. Het zout of de neerslag Ca(HCO3)2 bestaat dus niet, en mag dus als volledig
oplosbaar beschouwd worden.

0
1

You might also like