Gebruikershandleiding

50 cm3
 B C
A

D E

F
G
H

J
L

K
Q

O
N

P
M
 4
3
2
10

5 6

1
7 8 9

17
13
5 6
4
11 12 18
16
2 3

15
14
0

B
19

20
22

23
21

D C

E
24
 29 29
25 27

MAXI
MINI
30
26

28

PEUGEOT MOTOCYCLES
Recommande
Recommends
Empfiehlt
Raccomanda
Recomienda
Beveelt de volgende
oliesoorten aan
óõíéóôÜ
Rekommenderar
Recomenda
Suosittelee
Anbefaler

2-T SPECIAL (semi synthétique)

2-T SPECIAL (semi synthetic)
2T SPECIAL (halbsyntetisches)
2-T SPECIAL (semi syntético)
2T SPECIAL(semi synthétische)
2-T SPECIAL (semi synthetic)
2T SPECIAL (halvsyntetisk)
2-T SYNTHETIC
 40
31

39

31 31

34 34

41
32 33

35

35

36
42
36

37

38 38
 Inhoud
Informatie .......................................................... 2-3
Uitrusting .............................................................. 4
Cockpit ................................................................. 4
Elektronisch instrumentenbord ............................ 5
Schakelaar ........................................................... 5
Benzine / Olie ....................................................... 6
koelvloeistof ......................................................... 6
Accu .................................................................... 6
Verlichting / Lichtsignalen ................................... 7
Starten van de motor ........................................... 7
Besturing / Bougie / De zekering ......................... 7
Klassieke remsysteem ........................................ 8
Integral remsysteem ............................................ 8
Banden ................................................................ 8
Transponder ........................................................ 9
Technische gegevens ......................................... 9

50 1
 Wij vragen u dan
ook de tijd te nemen
om deze brochure
aandachtig door te
lezen.
Informatie
U hebt gekozen voor een PEUGEOT scooter.
Wij danken u voor het vertrouwen, dat u ons door uw
aankoop heeft gegeven.
Deze handleiding geeft aanwijzingen over de besturing, de
werking en het elementaire onderhoud van uw nieuwe PEU-
GEOT scooter.
Zoals voor alle technisch geavanceerde machines staan
een zorgvuldig gebruik en een nauwgezet onderhoud van uw
scooter garant voor optimaal rijplezier en een lange
levensduur.
Bij uw PEUGEOT dealer vindt u het antwoord op uw vragen
en hij is de aangewezen persoon om het onderhoudsschema
uit te voeren om uw machine in perfecte staat te houden.
Uw PEUGEOT dealer kent uw scooter tot in de kleinste
details.
Hij heeft oorspronkelijke PEUGEOT onderdelen en gebruikt
speciaal gereedschap om het gangbare onderhoud van uw
scooter optimaal uit te voeren.
Veiligheid
De veiligheid van het voertuig is in hoge mate afhankelijk
van de voorzichtigheid van de bestuurder.
Een te hoge snelheid is een beslissende factor voor veel
ongelukken. Het is dan ook nodig de maximumsnelheid aan
te houden en uw rijstijl aan de omstandigheden aan te passen.
De wegmarkering die op de grond wordt aangebracht kan
slipgevaar opleveren.
Voor elk gebruik van de scooter wordt het aangeraden een
algemene controle uit te voeren om na te gaan of de ma-
chine in alle veiligheid gebruikt kan worden.
De verkeersregels schrijven zowel voor de bestuurder als
de passagier het gebruik van een verkeershelm voor. Voor
nog grotere veiligheid wordt het tevens aangeraden
handschoenen, oogbescherming en fel gekleurde en
lichtgevende kleding te dragen.
Iedere nieuwe gebruiker van de scooter moet zich vertrouwd
maken met de werking van de machine alvorens aan het
verkeer deel te nemen.
De bestuurder van de scooter moet zijn aanwezigheid aan
de andere verkeersdeelnemers kenbaar maken door :
- Niet daar te rijden waar hij onzichtbaar is voor de
andere weggebruikers
- Voorzichtig te rijden
- Extra oplettend te zijn bij kruispunten,
parkeergelegenheden, op- en afritten en
verbindingslussen.
De scooter is specifiek ontworpen voor de stad en is
uitsluitend geschikt voor het gebruik op de verharde weg.
Als accessoires zijn er de bagagedragers en koffers die
kunnen worden geleverd.Zijn ontworpen voor het vervoer
van lichte voorwerpen. Het gewicht moet gelijkmatig worden
verdeeld en de last moet stevig worden vastgezet. Gewicht
maximum : 3 kg
De scooter voldoet aan de wettelijke eisen en mag geen
enkele wijziging ondergaan, met name aan het
uitlaatsysteem.
Uitsluitend de door PEUGEOT aanbevolen brandstof, olie
en smeermiddelen gebruiken.
Onderhoudsaanwijzingen
Om de veiligheid en betrouwbaarheid van uw voertuig in
stand te houden in geen geval wijzigingen aanbrengen en
uitsluitend oorspronkelijke Peugeot onderdelen gebruiken
voor onderhoud en reparaties. Het gebruik van andere
onderdelen kan een nadelige invloed op de goede werking
van de machine hebben.
Na een botsing moeten de belangrijkste organen, zoals alle
onderdelen van het de ophanging en de besturing, zorgvuldig
worden nagekeken. Deze controle heeft tot doel de veiligheid
van het voertuig te waarborgen.
Na langdurige stilstand wordt het aangeraden de scooter
voor een algemene beurt aan te bieden.
Om lichamelijk letsel te voorkomen moet voor
onderhoudswerkzaamheden, van welke aard dan ook,
de motor worden gestopt en de scooter goed stevig
op de standaard op een vlakke ondergrond worden
geplaatst.
Voor reparaties, controlebeurten, afstellingen,
onderhoudswerkzaamheden of vragen over het gebruik kunt
u een beroep doen op een Peugeot dealer.
De carrosserie heeft kunstof delen die van een speciale
laklaag zijn voorzien voor gemakkelijk onderhoud zonder de
oorspronkelijke staat aan te tasten.
De vervuilde delen reinigen met water waaraan zeep of een
zacht reinigingsmiddel is toegevoegd, overvloedig spoelen
met proper water en met een zeem afdrogen.
In het algemeen gesproken wordt ²gebruik van
hogedrukreinigers, oplosmiddelen als benzine, petroleum of
te sterk alkalische reinigingsmiddelen afgeraden.
U kunt altijd een Peugeot dealer raadplegen, die aanwijzingen
kan geven over het gebruik van onderhoudsprodukten en
eventueel beschadigde of gekraste delen kan herstellen.
Langdurige stilstand
Wanneer het voertuig gedurende langere tijd (meer dan 1
maand) niet wordt gebruikt, moet u uit voorzorg:
- De accu verwijderen en deze plat neerleggen op
een droge plaats met een gematigde temperatuur. Indien
nodig de accu opladen voor en na het opslaan (zie pag. 6)
Starten van de motor na stilstand :
Als het voertuig langer dan 1 maand heeft stil gestaan,
moet u de brandstoftank leegmaken en met nieuwe
brandstof vullen.
- De startknop indrukken zonder gas te geven. Het
kan 7 seconden duren eer de motor start.
- Als de motor niet binnen 7 seconden start, moet u 3 à
5 seconden wachten en opnieuw starten.
- Deze twee handelingen herhalen tot de motor start (het
aantal keren dat u op de startknop moet drukken hangt
af van de tijd die het voertuig heeft stil gestaan).
Wanneer de motor is gestart, moet u geleidelijk aan gas
geven terwijl u remt tot de motor op toeren komt (de
opwarmtijd hangt af van de tijd die het voertuig heeft
2 50
stil gestaan). De motor werkt pas op volle kracht na een
rijtijd die van de buitentemperatuur afhangt.
Inspectiebeurt voor
ingebruikname
Wat U als koper moet doen.
Controleer
- Het brandstofniveau
- Het olieniveau
- Mogelijke lekkages
- De conditie van Uw banden alsmede de
bandenspanning
- Het peil van de remvloeistof
- De slijtage van de remboeringen
- Het nivo van de koelvleoistof
Controleer de goede
werking van
- De voor- en achterremmen
- De gashandle
- De voor- en achterverlichting
- Het remlicht en de indicatorlampjes
- De claxon
Voor de goede werking van de motor
uitsluitend de volgende brandstof
gebruiken :
Ongelode benzine 95 of 98
Peugeot Motocycles streeft naar een
voortdurende verbetering van zijn
producten en behoudt zich het recht
voor alle genoemde onderdelen te
wijzigen, te verwijderen of toe te
voegen
(foto’s niet contractueel gebonden)
Reproductie verboden zonder
schriftelijke toestemming van
Peugeot-Motocycles.
50
Bescherming van het milieu
Algemeen
- Een versleten bougie, een slecht bevestigd
ontstoringssysteem, een vervuilde luchtfilter, een
ontregelde carburateur, dit zijn allemaal oorzaken
die de levensduur van de katalysator en van de
uitlaat aanzienlijk kunnen verkorten.
- Bij demontage moet de afdichting van de
cilinderneus na de montage worden
gecontroleerd (de dichting moet beslist worden
vervangen)
- Elke wijziging aan de specificaties van de
motor (ontsteking, carburatie, distributie, ...) kan
aanleiding geven tot een snelle slijtage van de
uitlaat.
Brandstof / Smering
- Gebruik alleen ongelode brandstof
- Vermijd het leegrijden van de tank tijdens het
rijden.
- Gebruik geen toevoegingen aan de
brandstof of smeermiddelen.
Ontsteking
- Bij geen vonk of vermogensverlies, gas
terugnemen en motor volgens voorschrift
uitzetten. Neem contact op met Uw dealer als het
probleem blijft bestaan.
Uitzetten van de motor
- Verbreek de ontsteking slechts bij een statio-
nair toerental van de motor.
Het starten van de motor
- Ingeval er zich tijdens het starten van de
motor problemen voordoen, gelieve U
ter controle contact met Uw dealer op te nemen.
Gebruik
- De temperatuur van de uitlaat bij draaiende
motor kan enkele honderden graden bedragen.
Wanneer de huid in contact komt met de warme
uitlaat, kan dit aanleiding geven tot ernstige brand-
wonden.
- Rij of parkeer je scooter niet op of in de
buurt van ontvlambare materialen (bijv.: droge
bladeren, petroleumproducten, ...).
3
 Uitrusting Cockpit
1 - Snelheidsmeter
A - Identificatieplaatje / Chassisnummer De digitale meter geeft de snelheid van het voertuig in km/h of mph aan.

B - Accu / Zekering 2 - Koelvloeistoftempera-

C - Handgreep passagier
D - Voetsteun passagier
E - Schijfrem achter
tuurmeter
Wanneer de wijzer in de rode zone komt, moet de motor worden stilgezet
en moet u wachten tot deze is afgekoeld (controleer het niveau zoals
aangegeven op pag. 6 en wendt U zich tot Uw dealer)

F - Motornummer
3 - Toerenteller
Geeft de motorsnelheid in aantal toeren per minuut aan. De wijzer mag
nooit in de rode zone komen, zo niet beschadigt u de motor van uw
G - Centrale standaard met hefboom
voertuig.
H - Schijfrem voor
4 - Anti-diefstal controlelampje
I - Sleutelcontact
5 - Controlelampje van de
J - Deksel expansievat automatische motordiagnose
K - Koelvloeistofpeil Het LED-lampje op het dashboard geeft aan wanneer het
injectiesysteem van het voertuig een defect vertoont.
L - Brandstoftankdop - LED uit: het systeem werkt normaal
- LED knippert: het voertuig meteen door een PEUGEOT-dealer
M - Hendel van de integrale* / achter rem laten nakijken
- LED aan: ernstige defect, het voertuig tot stilstand brengen en
(linker handgreep) het onmiddellijk door een PEUGEOT-dealer laten nakijken (de motor
kan onherstelbaar worden beschadigd)
N - Het peil van de remvloeistof van de Opmerking
integrale* / achter rem Het controlelampje gaat branden bij het aanzetten van het contact van
het voertuig en moet vanzelf uitgaan wanneer de motor draait
O - Gashendel
6 - Controlelampje verlichting
P - Hendel van de hulprem*/ voor rem
7 - Controlelampje van de
(rechter handgreep) acculading
Q - Het peil van de remvloeistof*/ voor zie pagina 6
Opmerking
rem van de hulprem Wanneer de motor stationair draait, kan het lampje knipperen (vooral
wanneer u met groot licht knippert)
Opgelet
Als het controlelampje van de acculading blijft branden, kan dit op een
storing van het injectiesysteem duiden. In dit geval moet u zich zo
spoedig mogelijk en op lage snelheid naar uw dealer begeven om uw
voertuig te laten nakijken.
Opgelet
Als het controlelampje van de accu blijft branden, kan dit op een
ontregeling van de injectiesystemen duiden. In dit geval moet u
zich zo spoedig mogelijk en op lage snelheid naar uw dealer
begeven om uw voertuig te laten nakijken.

8 - Controlelampje
richtingaanwijzers
9 - Waarschuwingslampje voor
oliepeil
Wanneer het waarschuwingslampje voor het oliepeil begint te branden,
moet de olie hoe dan ook zo snel mogelijk worden bijgevuld. Zonder olie
zal de motor worden vernield en deze schade is niet gedekt door de
waarborg.

10 - Elektronisch display

* Afhankelijk van het model

4 50
 Elektronisch display
11 - Kilometerteller
- Geeft de totaal afgelegde afstand in Km of in
Mijl aan.
- Om van de kilometerteller naar de dagteller
(TRIP) of andersom over te schakelen, moet u
toets A indrukken.
12 - Dagteller
- (TRIP) Duidt de afstand die u die dag hebt
afgelegd aan in Km of in Mijl.
- De dagteller op nul zetten: houd toets A langer
dan 3 seconden ingedrukt terwijl de dagteller
wordt weergegeven.
13 - Digitale klok
De klok geeft de uren en de minuten weer. Voor
de regeling (moet gebeuren bij stilstand en
daarvoor moet de teller op Km totaal
worden gezet), moet u toets A langer dan 3
seconden ingedrukt houden; het cijfer dat de
uren weergeeft begint dan te knipperen. Om dat
te veranderen, moet u toets A indrukken. Om
naar het volgende cijfer te gaan, moet u toets A
langer dan 3 seconden ingedrukt houden.
Wanneer u het laatste cijfer hebt ingesteld, moet
u toets A langer dan 3 seconden ingedrukt
houden.
14 - Brandstofmeter
De 8 segmenten geven het benzinepeil aan; het
voertuig schakelt over op reserve wanneer een
van de eerste twee segmenten B knippert.
Wanneer alle segmenten knipperen, u kunt dan
nog ongeveer 20 km rijden.
15 - Onderhoudsindicator *
Om de 5000 km verschijnt de indicatie 15 op
het display. Dat betekent dat uw voertuig aan
een onderhoudsbeurt toe is. Ga naar een
Peugeot-dealer die uw voertuig zal reviseren.
* Afhankelijk van het model
50
Contactsleutels en sloten
Het voertuig wordt met genummerde sleutels geleverd.
Het verdient aanbeveling deze sleutels gescheiden te
bewaren en de gegevens te noteren.
Met de sleutel kan :
- Het contact worden aangezet
- Het zadelslot worden ontgrendeld
- Het zadelslot worden vergrendeld
- De dop van de benzinetank worden ontgrendeld
- Contactslot
16 - Motor AF
17 - Elektrisch contact. De functies starten en
lichtsignalen kunnen worden gebruikt. Aanzetten van de
dimlichten en de stadslichten.
18 - Het zadel openen
19 - Het zadelslot worden vergrendeld
Opgelet
U moet het contactslot nooit in de stand 17 laten
wanneer de motor is afgezet. Als het licht blijft
branden, wordt de accu ontladen en kunt u het
voertuig niet meer gebruiken omdat de
stroomspanning te laag is
20 - Verlichtings-schakelaar
Volgens de nieuwe Europese wetgeving moeten de lichten
van uw voertuig voortaan permanent aanstaan. De
lichten worden aangeschakeld zodra het contactslot op de
stand 17 wordt gezet. De lichten worden tijdens het
starten uitgeschakeld.
21 - Startdrukknop
De startmethode van pagina 7 aanhouden.
22 - Schakelaar dimlicht / groot licht
- Naar voren drukken voor dimlicht
- Naar achteren drukken voor groot licht.
23 - Omzetting
richtingaanwijzersschakelaar
Om een wijziging van richting aan te geven:
- Naar rechts, de schakelaar op C plaatsen
- Naar links, de schakelaar op D plaatsen
Het knipperen wordt gestopt door op de middelste knop te
drukken E
24 - Claxon drukknop
5
 Zadel
Openen
- Steek de contactsleutel in de startschakelaar en
draai naar rechts tot in de stand
- Zodra het zadel open is, moet u de sleutel
in stand 18 zetten. 16 (Indien u dit
verzuimt, kan de accu ontladen en/of
onherstelbaar defect raken. Dit wordt dan
niet door de garantie gedekt)
De zadelruimte geeft toegang tot :
- In de bagagekist
- De vulopening voor de olie 25
Geen spuitbussen opbergen in de
zadelopbergruimte
Opmerking
Wanneer u het ontgrendelmechanisme van
het zadel in werking stelt terwijl u op het
voertuig zit, zal het zadel worden
ontgrendeld en open blijven.
Sluiten
de achterzijde van het zadel indrukken
25 - Oliepeil
Het oliepeil regelmatig controleren.
Voor een goede smering van de motor, moet u
verplicht de volgende olie gebruiken :
- Halfsynthetische olie voor tweetaktmotoren
met aparte smering
Belangrijk
Alleen met aanbevolen olie vullen.
Het gebruik van andere olie kan tot overmatige
koolafzetting in de motor en de uitlaat leiden,
wat verlies aan vermogen en beschadiging van
de motor tot gevolg kan hebben.
De tank niet overvullen. De olie mag niet de
hals van de vulopening bereiken. Na het tanken
de dop weer goed afsluiten.
Met een volledig leeg oliereservoir verder rijden
kan de motor onherstelbaar worden
beschadigd. Breng het voertuig naar een PEU-
GEOT-dealer om het oliecircuit te ontluchten. Dit
is noodzakelijk.
26 - Brandstof
- Om de brandstoftank te openen, moet u het
beschermklepje oplichten, de sleutel in het slot
steken en deze linksom draaien. Om hem te
sluiten, moet u omgekeerd te werk gaan.
Voor de goede werking van de motor
uitsluitend de volgende brandstof gebruiken :
Ongelode benzine 98 of 95
Tijdens het vullen geen water of vuil in de tank laten
komen.
Attentie
Benzine is een licht ontvlambare stof die in
bepaalde omstandigheden kan ontploffen.
Benzine mag alleen worden getankt in een goed
geventileerde ruimte en met uitgeschakelde
motor. Niet roken, vuur of vonken bij de motor
of in de nabijheid van het pompsysteem.
De tank niet overvullen. De benzine mag niet
de hals van de vulopening bereiken. Na het
tanken de dop weer goed afsluiten.
Benzine is een gevaarlijke stof die bij inname
tot de dood kan leiden. Elk herhaald of
langdurig contact met de huid en inademen
van de dampen vermijden. Buiten bereik van
kinderen houden. Als benzine is ingeslikt niet
laten overgeven en onmiddelijk een arts
waarschuwen.
Controle van het niveau Batterij- en zekering
van de koelvloeistof - Zodra het zadel open is, moet u de sleutel
(Periodiciteit: zie in stand zetten. (Indien u dit
onderhoudsboekje) verzuimt, kan de accu ontladen en/of
onherstelbaar defect raken. Dit wordt dan
! Gevaar niet door de garantie gedekt)
Om bij de accu te komen, moet u:
Nooit de dop van het expansievat nemen - De 2 bevestigingsschroeven van het
terwijl de motor heet is. De koelvloeistof passagierszadel verwijderen 29
staat onder druk en kan wegspuiten en - De bevestigingsschroef van de
ernstige brandwonden veroorzaken. accubeschermer verwijderen 30
De gebruikte koelvloeistof moet worden
ingeleverd bij een recyclagedepot. Onderhoudsvrije accu
Een onderhoudsvrije accu mag nooit worden
Opgelet
geopend; er mag geen water of elektroliet worden
Het voertuig niet gebruiken : bijgevuld.
- Wanneer het niveau van de
Klassieke accu
koelvloeistof onder het minimum is,
Elektrolyt
- Wanneer er lekkage is,
Het peil controleren en tussen “UPPER” (maximum
- In geval van overmatig verbruik van
boven) en “LOWER” (maximum onder) houden.
koelvloeistof.
Tijdens de controle van het elektrolyt, peil of de
In al deze gevallen zult u onherstelbare
toevoeging van gedistilleerd water moet worden
schade veroorzaken aan het voertuig.
nagegaan dat de luchtslang goed is aangesloten
Wendt U zich tot een Peugeot dealer voor
op de accu.
onderhoud en reparaties.
Uitsluitend gedistilleerd water gebruiken : het gebruik
van leidingwater vermindert de levensduur van de
De controle van het niveau van de koelvloeistof
accu. Bij overmatig elektrolytverlies een PEUGEOT
wordt uitgevoerd met een koude, stilstaande
dealer raadplegen.
motor.
Aansluiting van de draden op de accu :
- Om bij te vullen :
- De rode draad op de (+) van de accu
- Plaats het voertuig op de middenstandaard
aansluiten,
op een horizontale ondergrond,
- De groene draad op de (-) van de accu
- Verwijder het beschermdeksel 27
aansluiten.
- Draai de dop van het expansievat 28 los,
- Het niveau van de koelvloeistof moet altijd Lading van de accu
Het vloeistofniveau van de accu altijd
boven het minimum staan,
controleren voordat deze wordt opgeladen.
- Indien nodig koelvloeistof van hetzelfde
De accu moet worden oppeladen met een aangepaste
type bijvoegen, steeds met een zomer- en
acculader die maximaal 0,4 tot 1 ampère h afgeeft :
winterbescherming,
deze ingreep aan de dealer toevertrouwen.
- Draai de dop op het expansievat,
N.B. : het gebruik van een te sterke acculader
- Plaats het beschermdeksel terug.
kan de accu onherroepelijk beschadigen.
! Gevaar
De accu bevat zwavelzuur. Vermijd elk
contact met de huid, de ogen of de kleding.
Wat u dan meteen moet doen :
- Uitwendig contact: schoonspoelen
met water en onmiddellijk een dokter
raadplegen
- Bij inneming : niet drinken en ook niet
laten braken. Bel meteen een dokter of het
dichtstbijzijnde antigifcentrum op.
- Ogen : schoonspoelen met water en
meteen een dokter raadplegen
Niet in de nabijheid van vonken, vlammen of
sigaretten gebruiken.
Tijdens het laden of het gebruik in een
afgesloten ruimte voor goede ventilatie
zorgen.
Bij werkzaamheden in de buurt van een accu
moeten de ogen worden beschermd.
Berg een accu altijd buiten het bereik van
kinderen op.
Een versleten accu moet hoe dan ook naar
een erkend recyclagepark worden gebracht.
Controlelampje voor de
acculading
Wanneer het controlelampje tijdens het rijden
gaat branden, duidt dit op een storing in de lading
of in de accu.
Informatie
Het controlelampje gaat branden bij het
aanzetten van het contact van het voertuig en
moet vanzelf uitgaan wanneer de motor draait
6 50
 Verlichting en Starten van de motor Besturing
lichtsignalen Er is een minimale batterijspanning vereist - Inrijden
om het injectiesysteem te voeden en om het Het inrijden is van doorslaggevende betekenis voor
Een goed werkende lichtinstallatie is een voertuig te kunnen starten.
elementaire veiligheidsfactor. de goede werking, het vermogen en de levensduur
Voor vertrek en tijdens gebruik van de scooter moet Denk aan uw veiligheid van de motor. Tijdens de eerste 500 kilometer
de bestuurder nagaan dat de verschillende lampen mag het voertuig nooit maximaal worden
- De scooter op de standaard plaatsen. belast, vooral niet met koude motor en bij
naar behoren functioneren. De elektrische starter werkt alleen als de linker afdalingen.
remhendel wordt bediend
- Lampgegevens Om de motor te starten
- Besturing van de scooter
Dimlicht ....................................... HSI 35/35W - De contactsleutel op draaien Met draaiende motor op de standaard :
de
Groot licht * .................................. HSI 35/35W linker-remhendel indrukken - De linker remhendel ingedrukt houden
Achterlicht en remlicht ....................... P 21/5W - Haal de hendel aan de van de rem - De gashendel niet openen
Richtingaanwijzers ............................ RY10W - De drukknop loslaten zodra de motor start- De standaard inklappen
Zijlampen * .................................... W5W(T10) De gashendel gesloten houden - Op de scooter plaatsnemen
- De remhendel loslaten
Alle lampen zijn 12-volt Voorzorgsmaatregelen - Wegrijden en de snelheid opvoeren
(geleidelijk de gashendel opendraaien)
Bij een storing in de werking van een van de lampen De motor nooit in een afgesloten ruimte laten
- Om de snelheid te verlagen de gashendel in
onmiddelijk een PEUGEOT dealer raadplegen. draaien. Uitlaatgassen bevatten koolmonoxyde
tegengestelde richting draaien.
en giftige gassen.
- Vervangen van de lampen - Startproblemen-spoeling Attentie
VOORLAMPEN van de motor Als de standaard wordt ingeklapt moet het
- Dimicht / Groot licht / Stadslicht Na herhaalde pogingen om het voertuig te achterwiel zijn geblokkeerd.
- Draai de 3 schroeven 31 los van het starten, kan het nodig zijn om het teveel aan U kunt de controle over het voertuig verliezen
voorste spatbord brandstof aanwezig in de cilinder, te verwijderen. als het draaiende achterwiel met de grond in
- Kantel de kuip - Contact aanzetten aanraking komt.
- De lamp van het dimlicht vervangen 32 - Gashendel volledig opendraaien - Niet met horten en stoten rijden (door
- De koplamp vervangen 33 (vlinderklep volledig open) snel de gashendel te openen en weer te sluiten).
- De lampjes van de stadslichten - De startknop enkele seconden indrukken - Nooit de scooter met draaiende motor
vervangen 34 - Gashendel volledig dichtdraaien en de onbeheerd achterlaten.
- De carrosseriedelen opnieuw correct normale startprocedure hernemen.
monteren (onderdelen aanbrengen)
- De 3 schroeven opnieuw vastschroeven
- Vervuiling van de Onderhoud en afstellingen
injectiemotor (Periodiciteit : zie onderhoudsboekje)
Opmerking
Belangrijk
Let erop dat u het rubberen beschermkapje van de - Bougie resistief
lampen van het dimlicht en het groot licht opnieuw Om te voorkomen dat de motor te vlug vervuilt, Het is aan te raden daarbij strikt de
aanbrengt, zodat er geen water in de koplamp kan raden wij aan deze niet te lang stationair te montagevoorschriften van Peugeot te volgen.
binnendringen laten draaien. Wij raden u aan de motor warm te Wanneer u een niet aanbevolen bougie
Knipperlichten laten draaien door normaal met het voertuig te gebruikt of met een onvoldoende vast
- Verwijder de 2 schroeven 35 en het rijden, zonder het toerental, althans de eerste ingedraaide bougie rijdt, kunnen de motor
glas minuten, sterk op te drijven. en de elektronica kapot raken.
- De lampjes van de knipperlichten - Laat iedere ingreep door een Peugeot
Opgelet
vervangen Motocycles-dealer uitvoeren
Om de motor weer schoon te krijgen is het soms
ACHTER nodig hem over een kleine afstand bij een lage
39 - De zekering
- Verwijder de 2 schroeven 36 van het frequentie op zijn volle toerental te laten lopen, De elektrische installatie wordt door een zekering
carrosseriedeel waarbij men zich steeds aan de verkeersregels tegen kortsluiting of overbelasting in het circuit
- Verwijder het carrosseriedeel 37 38 houdt. beveiligd.
- Verwijder de 3 bevestigingsschroeven De zekering is in een houder naast de accu
van de bol geplaatst.
Achter- / remlicht
Stoppen van de motor en De zekering smelt en verbreekt de stroomkring zodra
- Verwijder de rode bol parkeren een storing in de installatie optreedt.
- 1 dienstzekering van 7,5A
- Vervang de lamp
Knipperlichten - 1 hoofdzekering van 15A
Wanneer de motor in vrijloop draait
- Verwijder alleen de schroef 38 aan Voorzorgsmaatregelen
- De contactsleutel op draaien
de kant van de te vervangen lamp
- Het voertuig op de standaard plaatsen Een gesmolten zekering geeft een storing in
- Vervang de lamp
- Draai de sleutel in stand (stuurslot) het elektrische circuit aan : raadpleeg een PEU-
om eventuele diefstal te voorkomen. GEOT dealer !!!
- De sleutel verwijderen om diefstal te Uitsluitend standaard zekeringen gebruiken.
voorkomen Een doorgebrande zekering vervangen door een
- Plaatsen op de standaard zekering van gelijke stroomsterkte.
- Vermijd het rijden of parkeren op gemakkelijk Het gebruik van een niet aanbevolen zekering kan
ontvlambare materialen (Bijv.: droge bladeren, onherstelbare schade aan de uitrusting
…) veroorzaken en zelfs de veiligheid van de
Voor gemakkelijk gebruik is de standaard met een motorrijder in het gedrang brengen.
hefboom uitgerust.
- Aan de linkerzijde van de scooter gaan staan
- Met het stuur en de greep achter aan het
zadel de scooter vasthouden
- Met de rechtervoet op de hefboom van de
standaard drukken en het voertuig met het stuur en
de zadelgreep licht naar achteren trekken.

* Afhankelijk van het model

50 7
 Voor- en achterrem met Integraal remsysteem Banden
hydraulische bediening * (SBC) * De spanning regelmatig controleren en
(uitgezonderd integraal eventueel aanpassen.
Voor uw VEILIGHEID raadt PEUGEOT aan :
remsysteem) - Controleer het remvloeistofpeil
De volgende gegevens aanhouden :

- De remblokken of -voeringen BANDEN Koude spanning

PEUGEOT aan : - De werking van zowel de voor- als de
- Controleer het remvloeistofpeil achterremmen regelmatig te controleren Voor 130/60 x 13’’ 2,0 bar
- De remvoeringen op slijtage te - De afstel- en
controleren onderhoudswerkzaamheden aan een PEU- Achter 130/60 x 13’’ 2,2 bar
- De werking van zowel de voor- als de GEOT dealer toe te vertrouwen zodra dit nodig
achterremmen regelmatig te controleren blijkt te zijn
- De afstel- en Nota : 2 bar = 0,2 Mégapascal
- Uitsluitend originele PEUGEOT
onderhoudswerkzaamheden aan een PEU- onderdelen te gebruiken.
GEOT dealer toe te vertrouwen zodra dit nodig Het hydraulische circuit is gevuld met een vloeistof Een onjuiste bandenspanning geeft abnormale
blijkt te zijn die voldoet aan de normen PEUGEOT. slijtage van het loopvlak en heeft een nadelige invloed
- Uitsluitend originele PEUGEOT - Het vloeistofpeil in het hydraulische circuit, op het rijgedrag.
onderdelen te gebruiken. - De dichtheid van het circuit, Met versleten banden rijden is gevaarlijk en een
Het hydraulische circuit is gevuld met een vloeistof - De toestand van de remblokken+schijven overtreding van de wet. Het gebruik van versleten
die voldoet aan de normen Peugeot. bepalen de doelmatigheid van het remmen. banden heeft een invloed op het sturen, het
De goede werking van de remmen hangt af Indien de remmen te ver moeten worden remmen, de trekkracht en de wegligging en kan
van : aangetrokken, moet u het remsysteem zo snel eventueel de oorzaak zijn van een ongeval.
- Het vloeistofpeil in het hydraulische circuit,
mogelijk door een verdeler van PEUGEOT laten
- De dichtheid van het circuit, nakijken. - Wielen
- De staat waarin de remvoeringen verkeren De scooter is met banden tubless uitgerust. De
bepalen de doelmatigheid van het remmen. Werking
aanduiding Tubeless op het zijvlak van de banden en
Indien de remmen te ver moeten worden de velg geeft aan dat dit geheel speciaal is ontworpen
- Voor de voertuigen uitgerust met een integraal
aangetrokken, moet u het remsysteem zo snel voor gebruik zonder binnenband.
remsysteem, volstaat het de linker remhendel te
mogelijk door een verdeler van PEUGEOT laten De velgen zijn van ventielen voorzien.
bedienen wat een gelijktijdige werking van de
nakijken. Bij vervanging uitsluitend banden en velgen met de
voor- en achterrem tot gevolg heeft. De
rechterhand dient voor het accelereren en de aanduiding Tubeless gebruiken.
- Remmen en parkeren linkerhand voor het remmen. De rechter - Laat een verdeler van PEUGEOT of een
Een goede afstemming tussen het gebruik van de remhendel is nog aanwezig voor de veiligheid specialist uw banden herstellen of vervangen!
gashendel en de handgrepen van de voor- en maar wordt beschouwd als noodrem.
achterremmen is heel belangrijk.
Opgelet
! Let op
- De snelheid verkleinen door de gashendel
terug te laten komen - Het gebruik van de rechter noodrem is
Monteer nooit een
- De voor- en achterremmen bedienen. enkel bedoelt om het voertuig af te remmen binnenband in een tubeless-
Attentie en volstaat niet als gewone rem. band en ook geen tubeless-
In geval van storing van het integraal
Wanneer u bij het remmen slechts één rem systeem, dient men zijn snelheid te minderen band op een klassieke velg.
gebruikt, vermindert u de efficiëntie van het en zich onmiddellijk naar de Peugeot dealer Een gesprongen band of een
systeem. te begeven. van de velg gelopen band kan
Wanneer u te sterk op één rem afremt, kan
het afgeremde wiel blokkeren, kunt u de ! Waarschuwing een ongeval veroorzaken.
controle over het voertuig verliezen en ten
val komen. - Om een optimaal resultaat - Om een optimaal resultaat
Bij het afdalen van een steile helling moet u te bekomen adviseert Peu-
het gas volledig dichtdraaien en de beide te bekomen adviseert Peu-
remmen gebruiken om uw snelheid af te
geot Motocycles de originele geot Motocycles de originele
remmen en de controle over uw voertuig te banden montage te banden montage te
behouden. Gebruik uw remmen niet te pas respecteren. respecteren.
en te onpas; door oververhitting verliezen
zij immers een deel van hun
doeltreffendheid en kunnen zij een ongeval
veroorzaken.

* Afhankelijk van het model * Afhankelijk van het model

8 50
 Transponder
De startsleutels zijn uitgerust met een
transponder (chip). Dit is een electronisch
onderdeeltje, dat in het zwarte kunstof gedeelte
van de sleutel is ingebouwd.
Dit anti-diefstal systeem stelt de berijder in staat de
motor te starten, dank zij een “antenne-systeem”,
dat de sleutel omringt en het signaal van de
transponder electronisch herkent.
Alle elementen, die benodigd zijn om de motor te
starten, worden bepaald door de herkenning van een
ELECTRONISCHE CODE, die wordt afgegeven
door de (40) sleutel. Dit houdt in dat de scooter niet
eenvoudigweg gestart kan worden door het simpel
verwisselen van een startsleutel.
Een LED indicator lampje op het bedieningspaneel
knippert om aan te tonen dat het systeem is
geactiveerd (diefstal preventie effect).
Om de battery te sparen, stopt het knipperen van het
LED indicator lampje na 48 uren, hoewel het systeem
nog steeds operationeel is.
Herinnering
- Wij raden u dan ook de Master Sleutel (40
sleutel) niet te gebruiken voor dagelijks
gebruik maar deze op te bergen op een
veilige plaats, samen met het nummer van
de sleutels.
- Alleen met deze transponder kan uw
antidiefstalsysteem opnieuw worden
geprogrammeerd : wanneer u uw
transponder verliest, moet het gehele
systeem worden vervangen. Dit is niet door
de garantie gedekt.
- Nuttig voor de dealer wanneer deze aan het
systeem werkt.
Beugelslot (niet
meegeleverd)
Op de achterkant van het voertuig is ruimte
voorzien voor het aanbrengen van een
beugelslot (artikel A05639) ‘Oorspronkelijk
Peugeot Motocycles-accessoire’, NF-norm,
SRA-klasse en aanbevolen door de FFMC.
Het aanbrengen gebeurt door het insteken van
de greep 41 op de achterkant van het voertuig
en het slot 42 op de bodem van de bagagekist.
Technische gegevens
Afmetingen (mm)
Totale lengte ............................................................................ 1914
Totale breedte (met spiegels) .................................................. 740
Totale hoogte (met spiegels) ................................................... 1172
Wielbasis ................................................................................. 1314
Gewicht (kg)
Met volle tanks ........................................................................... 115
Inhoudsmaten (L)
Oliereservoir ............................................................................... 1,2
Benzinetank ................................................................................... 8
Motorblok
Boring x slag ................................................................... 39,9x39,8
Compressieverhouding .................................................... 11,6 tot 1
Cilinderinhoud (cm3) ................................................................. 49,9
........................................................ Overbrenging door middel van
....................................................................... V-snaar met dubbele
.......................................................... variomaat en eindtransmissie
Elektrische installatie
Accu .................................................................................. 12V-8Ah
Ontsteking ............................................................. Magnetisch wiel
Zekering ............................................................................. 7,5/15A
Vermijd :
- Geluidsoverlast, elektrische storingen, uitlaat rook en walm, ...
Wijzig bijgevolg niets aan uw voertuig (bijvoorbeeld : de originele
uitlaat).
Elke wijziging aan de technische kenmerken zal automatisch de
annulering van uw garantie en de niet-naleving van het
eenvormigheidsattest (homologatie van het voertuig door de
overheid) voor gevolg hebben. Bovendien zult u, in geval van een
ongeval, niet langer door uw verzekering gedekt zijn.
En vergeet niet dat een PEUGEOT scooter wordt onderhouden door
een PEUGEOT dealer.
Omdat hij een vakman is die de eigenschappen van uw machine door
en door kent en de originele onderdelen en het speciale gereedschap
van PEUGEOT gebruikt.
Omdat hij net als wij volledig tot uw dienst staat.
50 9
 Peugeot Motocycles SA
Rue du 17 Novembre
F-25350 Mandeure

Tél. +33 (0)3 81 36 80 00

Fax +33 (0)3 81 36 80 80
Télex PEUMTCM 360519 F
RCS Montbéliard B 875 550 667

www.peugeot-motocycles.fr

Dans un souci constant d’amélioration Peugeot Motocycles se réserve le droit de modifier, supprimer ou ajouter toute référence citée
www.peugeot-motocycles.com

DC/PS/DOC/SH ed2 31/01/05 Imp en U.E I3R (photos non contractuelles)

NL

N° 11.765409.00