1.

Toelichting opdrachten Schrijven programma I

In het examen Schrijven programma I kunnen de volgende opdrachten voorkomen:

1 Het schrijven van een zin/ het afmaken van een zin (zinstaak)
2 Het aanvullen van een tekst/ het schrijven van een kort bericht of het invullen van een formulier
(deelschrijftaak)
3 Het schrijven van een korte tekst (korte schrijftaak)

Voor alle opdrachten van het Staatsexamen Nt2 krijgt een kandidaat een score. De kandidaat kan per
opdracht meerdere punten behalen. Voor een zinstaak kan een kandidaat maximaal 2 punten
behalen. Voor het invullen van een formuliertaak (deelschrijftaak) kan een kandidaat maximaal 7
punten behalen en voor de andere deelschrijftaken kan een kandidaat maximaal 8 punten behalen.
Voor een korte schrijftaak kan een kandidaat maximaal 8 punten behalen.

2. Beoordelingsmodellen per opdracht Schrijven I

1. Het schrijven van een zin/ het afmaken van een zin (zinstaak).

aspect beoordeling Maximaal

aantal punten
inhoud De zin past goed bij de inhoud van de opdracht. 1
grammatica De zin bevat geen grammaticale fouten. 1

2. Het aanvullen van een tekst/ schrijven van een kort bericht of het invullen van een formulier
(deelschrijftaak).

aspect beoordeling Maximaal

aantal punten
inhoud De tekst past goed bij de inhoud van de opdracht. 3
grammatica De tekst bevat geen grammaticale fouten. 2
spelling De tekst bevat geen spelfouten. 1
samenhang* De zinnen in de tekst passen goed bij elkaar. Ook bevat de tekst 1
woorden (voegwoorden) om de zinnen met elkaar te verbinden.
woordgebruik De woorden passen goed bij het onderwerp van de opdracht. 1
* samenhang wordt niet beoordeeld bij formuliertaken

3. Het schrijven van een korte tekst (korte schrijftaak).

aspect beoordeling Maximaal

aantal punten
inhoud De tekst past goed bij de inhoud van de opdracht. 3
grammatica De tekst bevat geen grammaticale fouten. 2
spelling De tekst bevat geen spelfouten. 1
samenhang De zinnen in de tekst passen goed bij elkaar. Ook bevat de tekst 1
woorden (voegwoorden) om de zinnen aan elkaar te verbinden.
woordgebruik De woorden passen goed bij het onderwerp van de opdracht. 1

© CvTE – Algemene beoordelingsmodellen – Schrijven programma I