Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 5

ONDER DE LOEP

Terwijl de wijziging van de richtlijn betreffende de organisatie van de arbeidstijd (2003/88/EG)


op de Europese agenda staat, komen wij in deze Nieuwsbrief terug op de tijdregeling
die bij ons van toepassing is in de openbare sector.

ARBEIDSTIJD IN DE OPENBARE BESTUREN


Hoe lang duurt de werkweek in de gemeente ? Wat is het regime van de arbeidsduur ? Is de
regeling verschillend naargelang het gaat om ambtenaren of werknemers tewerkgesteld met een
arbeidsovereenkomst ? Welke wetten zijn van toepassing ? De betreffende wetten lijken op
elkaar en het komt erop aan de regels goed uit elkaar te houden. Vooral omdat er voor de
openbare sector lange tijd geen regeling voorhanden was.
Eerst moet dus worden nagegaan welke wet van toepassing is. Er zijn namelijk twee wetten die
aspecten van de arbeidstijd regelen, elk met een verschillend toepassingsgebied 1. Ze vertrekken
allebei vanuit dezelfde filosofie, namelijk de bescherming van de werknemer. Vandaar dat men in de teksten
vele bepalingen over maxima en rusttijden vindt, maar minder over minimale arbeidstijden.
1. Vertrekpunt : de wet van 14 december 2000 Het OCMW-ziekenhuis of -rusthuis valt dan weer
(Arbeidstijdwet) onder de Arbeidswet, omdat het een instelling is die
geneeskundige, profylactische of hygiënische verzorging
Sedert de wet van 14 december 2000 2 bestaat er een verleent.
arbeidstijdregeling voor het overheidspersoneel. Die wet
zet een Europese richtlijn 3 om en heeft er zo voor In de praktijk is het niet altijd even gemakkelijk om te
gezorgd dat er een eigen regeling kwam voor dat deel weten welke wet nu van toepassing is.
van het overheidspersoneel dat voordien uitgesloten was Een instelling
van het toepassingsgebied van de Arbeidswet 4. Het Grondwettelijk Hof heeft in een arrest bepaald dat
De wet is van toepassing op alle werknemers, zowel op het woord “instelling” in de algemene zin van elke
degene met een statuut als die met een arbeids- entiteit begrepen moet worden die, binnen de overheid
overeenkomst. Ook de stagiairs en de tijdelijken 5 zijn waaruit ze voortkomt, een activiteit uitoefent, die als
hieronder begrepen. Voor de toepassing van de arbeids- dusdanig geen overheidsambt is, maar een activiteit van
tijdwet speelt de aard van de rechtspositie geen rol. commerciële of industriële aard, of een activiteit van ge-
neeskundige, profylactische of hygiënische verzorging 9.
De wet is evenwel niet van toepassing op de werknemers
van instellingen die een industriële of commerciële Wat telt is dus de organisatie, zelfs niet het
activiteit uitoefenen en van instellingen die rechtskarakter van de organisatie. Zo is volgens het Hof
geneeskundige, profylactische of hygiënische verzorging niet eens aparte rechtspersoonlijkheid vereist. Zo valt
verlenen : hun arbeidstijd wordt geregeld door de het personeel van het rusthuis zonder eigen
Arbeidswet 6. Personeel van de politiezones tot slot valt rechtspersoonlijkheid net zo goed onder de arbeidswet
evenmin onder het toepassingsgebied: hun regime als het rusthuis met rechtspersoonlijkheid.
wordt geregeld in een apart koninklijk besluit 7. Bij twijfel moet er gekeken worden naar de
De wet definieert niet nader wie werkgever is. De hoofdactiviteit die beslissend is om uit te maken of de
werkgever is de persoon die de net besproken arbeidstijdwet of de arbeidswet van toepassing is.
werknemer tewerkstelt 8. Het gaat dus om de De artsen, veeartsen, tandartsen, geneesheren-
administratie van de gemeente en het OCMW. specialisten in opleiding en de studenten stagiairs zijn
2. Uitzondering : de wet van 16 maart 1971 uitgesloten van de toepassing van de meeste bepalingen
(Arbeidswet) van de Arbeidswet. Zij genieten geen bescherming voor
de zondagsrust, de arbeidsduur, de nachtarbeid, het
Voor een aantal besturen bestaat er geen discussie. Alle naleven van de werkroosters, of de rust- en pauzetijden.
administratieve diensten van de gemeente en het In het OCMW-ziekenhuis of -rusthuis geldt wel de
OCMW vallen zonder twijfel onder de Arbeidstijdwet. Arbeidswet, maar niet voor hen.

1 Er is de Arbeidswet (Wet van 16 maart 1971, B.S. 30 maart 1971) en er is de Arbeidstijdwet (Wet van 14 december 2000, B.S. 5 januari 2001).
Beide wetten hebben een verschillend toepassingsgebied, maar gelden elk voor de openbare sector.
2 Wet van 14 december 2000 tot vaststelling van sommige aspecten van de arbeidstijd in de openbare sector.
3 RL 93/ 104/ EEG van de Raad van 23 november 1993 betreffende sommige aspecten van de organisatie van de arbeidstijd.
4 De Arbeidswet is niet van toepassing op het personeel van gemeenten of OCMW’s.
5 Ook de ‘eerste-werk-ervaringscontracten’ worden hieronder begrepen.
6 Arbeidswet 16 maart 1971.
7 KB van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten.
8 Art. 3, 2° Arbeidstijdwet.

28 9 Arrest nr. 130/99, 7 december 1999, www.const-court.be.


Nieuwsbrief 2014/04
ONDER DE LOEP

Commerciële activiteit 3. Wat is een voltijdse werknemer ?


Activiteiten van geneeskundige, profylactische of De Arbeidstijdwet gaat uit van de voltijdse werknemer.
hygiënische verzorging zijn nog wel gemakkelijk om te Er zijn echter nergens bepalingen of definities te vinden
bepalen. Het wordt echter moeilijker bij de activiteiten over de “voltijdse” tewerkstelling. Voor contractuele
van commerciële aard. De wetgever heeft niet duidelijk werknemers bestaat er een definitie in een koninklijk
afgebakend waarover het gaat. Valt het personeel van het besluit 15 dat bepaalt dat onder voltijdse werknemer
gemeentelijk zwembad onder toepassing van de moet worden verstaan de werknemer “wiens normale
Arbeidswet of de Arbeidstijdwet ? contractuele arbeidsduur overeenstemt met de
Het Grondwettelijk Hof bepaalde verder in hetzelfde maximale arbeidsduur die in de onderneming geldt
arrest dat om uit te maken of het gaat om krachtens wet”. Volgens de Arbeidstijdwet gaat het om
handelsactiviteiten, gekeken moet worden naar het gemiddeld 38 uren per week 16.
algemene beginsel van bestendigheid en het feit dat de
overheid “permanent borg moet staan voor de 4. Arbeidstijd
bevrediging van de behoeften van algemeen belang” 10. Arbeidstijd of -duur is de tijd gedurende welke de
Ook de Raad van State stelde in een arrest een aantal werknemer ter beschikking is van de werkgever 17. De
voorwaarden op om te weten of een entiteit een rusttijd is dan weer de tijd die geen arbeidstijd is. In een
handelsactiviteit uitoefent: de aard van de activiteiten, arrest van het Arbeidshof te Brussel stelde de raadsheer :
het doel van de dienst, de oorsprong van de middelen, “De pauzetijd waarover de werknemer vrij kan
de werkwijze 11. beschikken zonder dat hij hoeft in te gaan op een
Ook het Hof van Beroep te Brussel beschouwt de onverwachte oproep, waarvan de voortdurende
uitbating van een gemeentelijk zwembad niet als een mogelijkheid hem ononderbroken ter beschikking van
handelsactiviteit in de zin van de Arbeidswet 12. Volgens de werkgever zou houden, is geen arbeidstijd en hoeft
de FOD WASO 13 zijn autonome zwembaden, met een niet te worden bezoldigd, zelfs indien de werknemer die
aparte rechtspersoonlijkheid en die toegangsgelden pauzetijd op de werkplaats doorbrengt” 18.
vragen, dan weer wel te beschouwen als entiteiten met Verplaatsingen tussen verschillende diensten van de
een handelsactiviteit. De Arbeidswet is volgens hen wel gemeente of het OCMW worden beschouwd als
van toepassing. arbeidstijd, vermits men op dat ogenblik ter beschikking
In een vonnis van de Gentse arbeidsrechtbank stelde de staat van de werkgever. Hetzelfde geldt voor verplicht te
rechter enkele criteria vast: volgen opleidingen. Dat geldt daarentegen niet
- de aard van de hoofdactiviteit ; noodzakelijk voor vrijwillig gevolgde opleiding : het kan
zijn dat die niet als arbeidstijd wordt beschouwd 19.
- het openbaar belang van de verleende dienst ;
De zwaarste discussies gaan over wachtdiensten, in het
- de oorsprong van de middelen ; bijzonder over slapende wacht. Hierover werden
- de modaliteiten van functioneren (is die markt- prejudiciële vragen gesteld aan het Europese Hof van
conform of niet) ; Justitie, dat op grond van de Richtlijn die de basis van
- de beoogde doelstellingen van de instelling 14. de Arbeidstijdwet is, concludeerde dat arbeidstijd de tijd
In dit geschil ging het om een gemengde inter- is waarin de werknemer werkzaam is, ter beschikking
communale belast met huisvuilophaling. De zaak is nog staat van de werkgever en zijn werkzaamheden of
niet definitief beslecht, omdat er tegen beroep werd functie uitoefent. Zo oordeelde het Hof van Justitie dat
aangetekend. Maar de criteria die de rechter hanteerde, de tijd die Spaanse artsen aanwezig moeten zijn in het
zijn een goede leidraad bij de afweging over welke wet gezondheidscentrum tijdens hun wacht, dus als
van toepassing is. arbeidstijd te beschouwen is. In een andere Duitse zaak
besliste het Hof eveneens dat slapende wachtdienst in
In elk geval zal het iedere keer weer een feitenkwestie het ziekenhuis gelijkstaat met arbeidstijd. En bij ons
blijken, waarbij de gemeente of het OCMW eventueel gaat een arrest van 2009 van het Arbeidshof van Bergen
het advies van de FOD WASO kan vragen. in dezelfde richting 20.

10 Arrest nr. 130/99, 7 december 1999, www.const-court.be.


11 R.v.S., 18 april 1997, nr. 65.926.
12 Brussel, 1 maart 1995, Revue de droit pénal, 1995, p. 871.
13 Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg.
14 Arbrb. Gent (1e Kamer), 29 juni 2007, A.R. 173.160.
15 Art. 9 KB van 10 juni 2001 tot een eenvormige definiëring van begrippen met betrekking tot arbeidstijdgegevens ten behoeve van de sociale zekerheid, met
toepassing van artikel 39 van de wet van 26 juni 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke
pensioenstelsels.
16 Art. 8 § 1 Arbeidstijdwet.
17 Art. 8 § 1 Arbeidstijdwet.
18 Arbh. Brussel, 25 april 2005, Or. 2005, nr. 9, 2.
19 In het Sociaal Handvest zijn vrijwillige opleidingen voorzien: die moeten gevolgd worden op vrijwillige basis en buiten de werkuren.
20 Arbh. Mons, 3 maart 2009.
Nieuwsbrief 2014/04 29
ONDER DE LOEP

5. Gelijkgestelde perioden rust tussen de beëindigingen en de hervatting van de


arbeid.
De tijd gedurende welke de werknemer ter beschikking
is van de werkgever, is arbeidstijd. Letterlijk komt dat Gemiddeld mag er over een periode van 4 maanden niet
erop neer dat ziekte, verlof of vakantie niet te meer dan 38 uur per week worden gepresteerd. De tijd
beschouwen zijn als arbeidstijd. De wetgever heeft die erover gaat, moet in de vorm van rust worden
sommige afwezigheden echter gelijkgesteld met ingehaald. Volgens de wet moet dat binnen 4 maanden
arbeidstijd. volgend op de referteperiode. Niets belet het bestuur
echter om de overdracht van inhaalrust naar een
Volgens de Arbeidswet volgende periode te reglementeren 25.
Voor de privésector, instellingen die een industriële Naast dat gemiddelde bestaat er nog een absoluut
of commerciële activiteit uitoefenen, instellingen die plafond van 50 uur per week, waarvan alleen mag
geneeskundige, profylactische of hygiënische worden afgeweken voor leidinggevenden, bewakings-,
verzorging verlenen, bepaalt de Arbeidswet toezicht- en wachtdiensten, dringende werkzaamheden
uitdrukkelijk dat naast de arbeidstijd de gelijkgestelde of in uitzonderlijke situaties 26.
periodes in aanmerking komen voor de berekening van
de gemiddelde arbeidsduur 21. Ook de schorsingen die De wet bepaalt niets nader over hoe die
voorzien zijn in de Arbeidsovereenkomstenwet, worden referentieperiode vastgelegd moet worden. Lokale
gelijkgesteld 22. Het gaat om rustdagen, vakantie en besturen mogen dat zelf bepalen. Ook het begrip
klein verlet en om afwezigheden wegens ziekte. “overuur” wordt niet gedefinieerd, zodat het elk bestuur
vrij staat om de criteria daarvoor vast te leggen 27.
Volgens de Arbeidstijdwet
De meeste lokale besturen hebben in hun statuut een
Voor de openbare sector bevat de Arbeidstijdwet bepaling die het aantal uren voor de week vastlegt.
vreemd genoeg geen bepaling over de gelijkstelling,
maar in een parlementaire vraag stelde de minister dat Grenzen volgens de Arbeidswet
voor statutaire ambtenaren alle periodes (jaarlijks De werkdag bedraagt 8 uren, maar afwijkingen zijn
vakantieverlof, ziekteverlof, feestdagen, …) gelijkgesteld mogelijk. Werknemers hebben recht op een rust van
zijn aan een dienstactiviteit als ze voor contractuele 11 uur per 24 uur en op een pauze wanneer er minstens
ambtenaren leiden tot een schorsing van de 6 uur moet worden gewerkt.
arbeidsovereenkomst 23. In zijn antwoord verwijst de
minister naar de verloven, afwezigheden en De werkweek in de Arbeidswet bedraagt 40 uren, maar
dienstvrijstellingen die opgenomen zijn naar het door de wet van 10 augustus 2001 werd dit verlaagd
federale Verlofbesluit 24. Concluderend kan men stellen naar 38 uren 28. Voor instellingen die geneeskundige,
dat de perioden van schorsingen zoals in de privésector profylactische of hygiënische verzorging verlenen, regelt
gelijk te stellen zijn met arbeidstijd. een koninklijk besluit dat de maximumgrens van 50
uren per week mag worden overschreden gedurende een
6. Grenzen aan de arbeidsduur periode van 4 weken 29. Alle uren die over de grens van
De Arbeidstijdwet bepaalt dat de gemiddelde werktijd 38 gaan, worden beschouwd als overuur. Voor die
38 uur per week bedraagt, begrensd tot 50 uur. De overuren moet inhaalrust worden gegeven ofwel moeten
Arbeidswet legt eveneens een weekgrens op. ze uitbetaald worden, zonder dat de werkgever verplicht
is beide te cumuleren.
Dag- en weekgrens in de administratie volgens de
Arbeidstijdwet
Volgens de Arbeidstijdwet mag er niet langer worden
gewerkt dan 11 uur per dag en vanaf meer dan 6 uur
arbeidstijd moet er een half uur rust worden voorzien.
Elke werknemer heeft recht op 11 opeenvolgende uren

21 Art. 26 Arbeidswet.
22 Wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.
23 Vr. & Antw., Kamer, 2008-2009, 14 oktober 2008, vraag nr. 450 (Van Cauter), 9668.
24 KB van 19 november 1998 betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen (B.S. 28 november 1998).
25 Over deze zienswijze bestaat er discussie. De federale overheid meent dat verlof dat niet binnen de vier maanden opgenomen werd, verloren is, terwijl voor de
ambtenaren van de lokale besturen in het Vlaams Gewest die mogelijkheid wel voorzien is in artikel 141 van het Rechtspositiebesluit van 7 december 2007.
In het Brussels Gewest behoort dit tot de gemeentelijke autonomie.
26 Art 5 § 2 Arbeidstijdwet.
27 In Vlaanderen werd dit grondig herzien in artikel 141 van het Rechtspositiebesluit. Voortaan moet een overuur aan 3 voorwaarden voldoen : 1) het moet
gaan om uitzonderlijke prestaties, 2) die op verzoek van het bestuur worden geleverd, 3) bovenop de uren die op grond van de gewone arbeidstijdregeling op
weekbasis door het personeelslid worden gepresteerd.
28 Wet van 10 augustus 2001 betreffende de verzoening van werkgelegenheid en kwaliteit van het leven, B.S. 15 september 2001.

30 29 KB van 14 april 1988 betreffende de arbeidsduur in de instellingen die geneeskundige, profylactische of hygiënische verzorging verlenen (B.S. 10 mei 1988).
Nieuwsbrief 2014/04
ONDER DE LOEP

7. Minimale grenzen volgen op de prestaties. De verplichte inhaalrust moet


niet worden toegekend aan leidinggevenden.
Arbeidstijdwet : personeel van gemeente en OCMW
Arbeidswet : andere
In deze wet staan geen bepalingen over de minimale
arbeidstijd. De Arbeidswet voorziet eveneens in een principieel
verbod 34, met enkele uitzonderingen zoals schoonmaak,
Arbeidswet : andere herstellingen, onderhoud of dringende situaties.
Volgens deze wet moet men zijn werknemer minstens Daarnaast geldt er ook een algemene uitzondering voor
3 uur laten werken per werkdag 30. Voor het instellingen die geneeskundige, profylactische of
paramedisch personeel en de apothekers in instellingen hygiënische verzorging verlenen 35.
die geneeskundige, profylactische of hygiënische ver- Volgens de Arbeidswet hebben de werknemers die op
zorging verlenen, kan daar op grond van het koninklijk zondag werken, recht op inhaalrust binnen de 6 dagen
besluit van 18 juni 1990 van worden afgeweken 31. die volgen op de gepresteerde zondag. Zodra er meer
8. Nachtwerk dan 4 uren worden gepresteerd, bedraagt dat een volle
dag. Minder dan 4 uur geeft recht op een halve dag rust.
Arbeidstijdwet : personeel van gemeente en OCMW
Enkel overuren gepresteerd op een zondag geven recht
Volgens de Arbeidstijdwet is werk verricht tussen 20 uur op een toeslag van 100 % 36.
en 6 uur nachtarbeid. Principieel is het verboden om 10.Werken op een feestdag
tijdens de nacht te werken. Niettemin worden er
eveneens uitzonderingen voorzien voor leiding- Instellingen die onder het toepassingsgebied van de
gevenden, late vergaderingen, dringende gevallen, Feestdagenwet vallen
culturele of toeristische manifestaties, schoonmaak, De betaalde feestdagen worden geregeld in de
herstellingen, …32 Tijdens de nacht mag er niet langer Feestdagenwet en het bijhorende koninklijk besluit 37.
worden gewerkt dan 8 uur. De werknemer heeft recht De wet is niet van toepassing op de personen
op rust binnen de 14 dagen. tewerkgesteld door de gemeenten en de instellingen die
Arbeidswet : andere eronder ressorteren, behalve indien het personeelsleden
betreft die worden tewerkgesteld door instellingen die
De Arbeidswet verbiedt eveneens het werken tijdens de een industriële of commerciële activiteit uitoefenen of
nacht, die net zoals in de Arbeidstijdwet begint om door instellingen die geneeskundige, profylactische of
20 uur en eindigt om 6 uur. Op dat principiële verbod hygiënische verzorging verlenen. De Feestdagenwet
bestaan wettelijke uitzonderingen, o.a. voor de heeft dus hetzelfde toepassingsgebied als de Arbeidswet.
instellingen die geneeskundige, profylactische of
hygiënische verzorging verlenen. Volgens de Feestdagenwet zijn er 10 wettelijke feest-
dagen. Wanneer een feestdag met een zondag of een
9. Werken op zaterdag en zondag andere dag van gewoonlijke inactiviteit samenvalt, moet
Arbeidstijdwet : personeel van gemeente en OCMW hij worden vervangen. Dat moet gebeuren op het niveau
van de bedrijfstak of op het vlak van de onderneming.
Volgens de arbeidstijdwet is werken op zaterdag
Voor de openbare sector moet het bevoegde onder-
mogelijk, als dat werk op zaterdag deel is van het
handelingscomité daarover onderhandelen.
arbeidstijdregime. Er bestaat echter een verschil tussen
de regelmatig gepresteerde uren op zaterdag (zwembad, Tijdens een feestdag of een vervangingsdag is er een
bibliotheek, …) en de uitzonderlijk geleverde uren. principieel verbod van tewerkstelling. De werknemer
heeft recht op loon voor elke feest- of vervangingsdag
Principieel is het verboden om de werknemer op zondag
tijdens dewelke hij niet moest presteren.
te werk te stellen 33, maar de wet laat uitzonderingen toe
voor onderhoud, in dringende gevallen of bij culturele
manifestaties. Voor die afwijkingen moeten wel
inhaalrust worden gegeven, binnen de 14 dagen die

30 Deze bepaling werd ingevoerd om “oproepcontracten”te vermijden, waarbij de werknemer gespreid over de hele werkdag moet werken tijdens pieken en op
andere momenten naar huis kan worden gestuurd.
31 KB van 18 juni 1990 tot vaststelling van de afwijkingen van de minimumgrens van de duur van de prestaties der werknemers (B.S. 30 juni 1990).
32 Art. 132 Arbeidstijdwet.
33 Art. 7 § 1 Arbeidstijdwet.
34 Art. 11 Arbeidswet.
35 Art. 66 Arbeidswet.
36 Art. 29 § 1 Arbeidswet.
37 Wet van 4 januari 1974 betreffende de feestdagen (B.S. 31 januari 1974) en KB van 18 april 1974 tot bepaling van de algemene wijze van uitvoering van de
wet van 4 januari 1974 betreffende de feestdagen (B.S. 24 april 1974).

Nieuwsbrief 2014/04 31
ONDER DE LOEP

Gemeente en OCMW 11.Besluit


De besturen die onder het toepassingsgebied van de De verschillende wetgevingen lijken heel erg op elkaar,
Arbeidstijdwet vallen, zijn niet gebonden door de om de werknemer de nodige rustpauzes en geregelde
Feestdagenwet. arbeidstijden te verschaffen. Het is een vaak
De Arbeidstijdwet verbiedt enkel het werk op zondag, voorkomend misverstand dat de Feestdagenwet
zonder te verwijzen naar feestdagen. Voor het personeel eveneens geldt voor de administraties van de gemeenten.
van de gemeenten van het Brussels Gewest geldt Bij het vaststellen van de arbeidsuren, overuren en
onverkort artikel 145 van de Nieuwe Gemeentewet, compensaties komt het erop aan eerst te bepalen welke
waardoor de gemeenten op grond van hun autonomie wet van toepassing is. Voor gemeenten en OCMW’s is
deze materie kunnen vastleggen in hun statuut 38. dat geen probleem, maar het wordt moeilijker wanneer
het gaat om autonome gemeentebedrijven, vzw’s,
zelfstandige diensten, … van de lokale besturen. Zodra
dat vastgesteld is, moet de desbetreffende wetgeving
worden gevolgd.

Hildegard Schmidt

Arbeidstijdwet Arbeidswet
Wet 14 december 2000 Wet 16 maart 1971

Toepassingsgebied Werknemers tewerkgesteld in de Niet op de openbare besturen, behalve


overheidssector - instellingen die een industriële of commerciële
activiteit uitoefenen ;
- instellingen die geneeskundige, profylactische
of hygiënische verzorging verlenen ;
Verbod op kinderarbeid
Moederschapsbescherming

Arbeidstijden 11 u. rust / 24 u. Arbeidsduur = 8 u. / dag of 40 u. / week


Uitzonderingen zijn mogelijk (gecorrigeerd door wet naar 38 u.)
Inhaalrust Uitzonderingen zijn mogelijk
Inhaalrust

Arbeidsdag & pauze 30 min. vanaf 6 u. werken 15 min. vanaf 6 u. werken


Min. 3 u. / dag te presteren

Zondagswerk Verboden Verboden


Uitzonderingen zijn mogelijk Uitzonderingen zijn mogelijk

Arbeidsduur / week 38 u. / referentieperiode 38 u. / week


Max. 50 u. / week Geen maximale weekgrens

Toeslagen of overloon Niet voorzien 50 % of 100 % + inhaalrust

Nachtarbeid Verboden Verboden


Uitzonderingen zijn mogelijk Uitzonderingen zijn mogelijk
Nacht = 20 u –> 6 u.

Jaarlijkse vakantie Min. 24 dagen voor volledige prestaties Niet geregeld in deze wet

Leidinggevenden Uitsluiting van het toepassingsgebied Geen uitsluiting (wet geldt onverkort)

38 Vraag nr. 588, 9 februari 2007 (SIMONET), Vr. & Antw. BHP, 15 maart 2007, p. 89. Deze materie behoort dus tot de volledige autonomie van de
gemeenten, in tegenstelling tot de gemeenten van het Waalse en Vlaamse Gewest, waar de hogere overheid minimale normen uitvaardigde.
Vele gemeenten grijpen terug naar het Verlofbesluit van 1998, maar dat is geen verplichting.

32 Nieuwsbrief 2014/04

You might also like