Lesvoorbereiding Het Oog

You might also like

Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 24

KAREL DE GROTE HOGESCHOOL

Educatieve bachelor lager onderwijs


Onderwijsgroep Onderwijs
Campus Zuid, Brusselstraat 45 - 2018 Antwerpen
M: stage.basisonderwijs@kdg.be
W :http://praktijkweb.kdg.be

LESVOORBEREIDING
Administratieve gegevens
Naam Romy Stagejaar 2 Klasgroep C
Lepomme KDG
School Olfa Drie Leerjaar 6 Aantal 24
Eiken lln.
Datum 14/03/2023
Mentor Sylvie Uur
Muyshon
dt
Leergebie Wereldori Leerdomein/ Mens en maatschappij
d/ ëntatie ontwikkelthema’s
ontwikkel
veld(en)
Lesonder Het oog
werp

Bedenkingen door mentor


De mentor noteert hieronder enkel de conclusie van de feedback. De concrete feedback vermeldt
de mentor in de lesvoorbereiding zelf.
□ Met deze lesvoorbereiding mag je lesgeven, indien je aan de slag gaat met de
feedback op je lesvoorbereiding en in de lesrealisatie.
□ Deze les diende je te laat in. De mentor geeft geen feedback op deze les. Je mag
hierdoor deze les niet of maar gedeeltelijk geven.
□ Deze les moet je verder uitwerken op het lesvoorbereidingsformulier. Toevoegingen
op het bestaand materiaal volstaan niet.
□ Deze lesvoorbereiding moet je opnieuw maken want…

Beginsituatie
Wat is de inhoudelijke voorkennis van de leerlingen in functie van het lesdoel?
Onbekend.
Welke leerlingspecifieke gegevens Hoe speel ik hierop in?
zijn relevant voor deze les?
/ /

Situering in het leerplan


Geef de juiste leerplandoelen (tot op het niveau van de ontwikkelstappen bij ZILL). Gebruik je het
leerplan van OVSG of GO!? Dan noteer je ook de leergebiedoverschrijdende eindtermen.
Voeg bij lessen Muzische vorming de conceptcirkel toe

De leerlingen kunnen:
- Enkele delen van het oog aanduiden.
- Globaal uitleggen hoe een oog werkt.
Leerinhoud
Je noteert zeer gedetailleerd en eenduidig de leerstof die in deze les aan bod komt
Welke leerinhouden bied je tijdens deze les aan je leerlingen aan?
Delen van het oog:

Welke mogelijke valkuilen kunnen er tijdens deze les zijn voor de leerlingen?
/
Over welke informatie beschik jij als leerkracht om meer over het onderwerp te weten
en dus inhoudelijk expert te zijn?

Beelden komen bij ons ondersteboven binnen. Het zijn onze hersenen die het beeld
terug rechtzetten.

De achterste vlek en de onderste vlek heb ik er momenteel uit gelaten. Dit zijn de blinde
en de gele vlek. Deze lijken me wat te ingewikkeld om nu al uit te leggen.

Myopie of bijziendheid is een afwijking van het oog waarbij een bril of lenzen met min-
sterkte nodig is om scherp te zien. Dit komt doordat de oogbol te lang is. Hierdoor valt
het brandpunt van de lichtstralen die het oog in schijnen vóór het netvlies in plaats van
erop en dit zorgt voor een onscherp beeld.

Bronnen
Noteer handboeken, handleiding van de methode (+lesnummer), naslagwerken, www,
documentatie v/d stageschool of hogeschool, …

De 30 leukste feitjes over ogen - Visus Oogkliniek. (2023, 26 januari).

Visus Oogkliniek. https://visusoogkliniek.nl/blog/de-30-leukste-

feitjes-over-ogen/

text: proefjes.nl; webdesign/artwork: Tijn Snoodijk; programming: Arno

Verweij. (z.d.). proefjes.nl - proefjes voor kinderen. © 2004-2023

Stichting Proefjes. https://www.proefjes.nl/

Cactuss. (2017, 24 januari). Onderdelen van het oog - Zintuigen #1 -

Cactuss Biologie [Video]. YouTube.

https://www.youtube.com/watch?v=iv43ruaNmto
Kussé, P. K., Van Den Bosch, J. V. D. B., Van Hove, L. V. H., & Van

Steenbergen, J. V. S. (2018). Mikado. Pelckmans.

Bijlagen
Noteer alle bijlagen die je gebruikt: o.a. zelf ingevuld en bewerkt werkboek en/of extra
werkblaadje, PPT, zaalplan (les LO)…

Werkblaadje heb ik onderaan gezet.


Link naar werkblaadje:
https://www.canva.com/design/DAFczN-FELQ/ROSz1uGxtjtZO_v6TEaLfw/edit?
utm_content=DAFczN-
FELQ&utm_campaign=designshare&utm_medium=link2&utm_source=sharebutton
Lesverloop in verschillende fasen
K/G/I Timing Onderwijs- en leeractiviteiten Organisatie
Je maakt een duidelijk lesscenario waarin je jouw uitleg aan de kinderen uitschrijft in de directe rede. Je noteert alles wat materialen/afspraken/differentiatie
je tijdens de les zal zeggen, vragen, (voor)doen … alsook alles wat de leerlingen zullen zeggen, antwoorden, doen …
vooraf

K 2 min. Lesinstap Werkblaadje


Concreet lesdoel: De leerlingen kennen de 5 zintuigen.

- Uitdelers mogen het werkblaadje al uitdelen.


- Ik ga met jullie de komende weken enkele zintuigen zien. Er bestaan 5 zintuigen, weten jullie welke?
(Ruiken, zien, voelen, proeven en horen)
- Vandaag gaan we dieper in op het zien. Wat hebben we nodig om te zien? (Ogen)
- Wat weten jullie al over de ogen?

K/G 10 min. Fase onderdelen van het oog Werkblaadje


Concreet lesdoel: De leerlingen kunnen de onderdelen van het oog aanduiden.

- Kijk even mee naar het filmpje.


- Op jullie blad staat een tekening van een oog, probeer eens per 2 met je buur in t vullen hoe elk deel
heet.
- We overlopen. Wat komt er op het eerste lijntje? Wat op het tweede? Etc.

K 8 min. Fase gezichtsbedrog Werkblaadje/bord


Concreet lesdoel: De leerlingen kunnen enkele gezichtsbedrogen verklaren.

- Onze ogen kunnen ons ook soms misleiden. Soms zien we iets wat er helemaal niet is, dat noemen we
gezichtsbedrog. We gaan er eens een paar samen bekijken.
- Wie denkt dat de lijnen evenwijdig lopen?
- Wie denkt dat niet?
- Neem je geodriehoek erbij en check even of ze evenwijdig zijn.
- Wat stellen we vast? (Dat ze wel evenwijdig lopen)
- Weten jullie waarom het lijkt dat dat niet zo is?
- Door de verticale lijntjes lijkt het alsof de lijnen schuin lopen.
- Vul je blaadje in.

- We hebben er nog 1. Wat zie je? (De foto beweegt)


- Ik kan jullie verzekeren dat dit een stilstaande foto is en de foto helemaal niet beweegt. Weten jullie
hoe het komt dat de foto lijkt te bewegen?
- Om het simpel uit te leggen bewegen onze ogen constant om zo ons netvlies te verversen. Het
bewegen van ons oog, zorgt ervoor dat die bolletjes lijken te dansen.
- Kies eens 1 punt op de foto uit en staar naar dat ene punt. Wat gebeurt er? (Alles staat stil)
- We kunnen onze ogen wel stilhouden, maar was dat niet heel vermoeiend?
- Vul je blaadje even in.

- (Naam lln.), wat zie jij? (Konijn of eend)


- Ziet er iemand iets anders?
- We hebben er nog zo’n vreemde. (Naam lln.), wat zie jij? (Vaas of gezichten)

K/G 15 min. Proefjes /


Concreet lesdoel: De leerlingen kunnen uitleggen wat een dominant oog is en waarom pupillen van grootte
veranderen.

- Tijd om eens enkele dingen uit te testen.


- We beginnen bij het eerste proefje. We gaan opzoek naar ons dominant oog. Kijk naar de cirkel op
het bord.
- Maak met je duim en wijsvinger een rondje rond de cirkel.
- Hou je hand exact daar en sluit je linkeroog.
- Gebeurt er iets?
- Doe dit opnieuw, maar sluit nu je rechteroog.
- Gebeurt er iets?
- Met je ene oog kijk je net iets meer dan met je andere oog. Dit is je dominante oog. Het dominante
oog is een beetje sterker. Eigenlijk zien je ogen het plaatje allebei anders. Als je met beide ogen door
het rondje van je vingers kijkt, zie je het plaatje vooral zoals je het met je dominante oog ziet. Als je
je niet-dominante oog dichtdoet, verandert er niets. Je ziet het plaatje nog steeds midden in het
rondje. Als je je dominante oog sluit, dan zie je het plaatje niet meer in het rondje zoals bij je
dominante oog.

- We doen nog een proefje.


- Je werk even samen met je buur. 1 van jullie 2 gaat zijn of haar ogen dichtdoen. Doe je handen voor
je ogen zodat je geen licht meer ziet.
- Je partner telt tot 60. Op zijn of haar teken mag je je ogen weer opendoen. De partners kijken heel
goed wat er met de pupillen gebeurt.
- Je mag de rollen eens omdraaien zodat iedereen het effect goed gezien heeft.
- Wat hebben jullie gezien? (De pupillen veranderen van grootte)
- Weten jullie hoe dat komt?
- Als je vanuit het donker komt, moeten je ogen wennen aan het licht. Je pupillen worden dan kleiner.
Je pupil is een soort gaatje in je ogen, waardoor licht binnenkomt. Als het gaatje groot is, dan kan er
veel licht doorheen. In het donker is dat handig, want dan is er niet zoveel licht. Wanneer je met de
zaklamp schijnt is er opeens wel veel licht. Om je ogen te beschermen wordt je pupil dan kleiner,
zodat er niet te veel licht door het gaatje komt. In het proefje heb je kunnen hoe snel het kleiner
worden gaat.

K 15 min. Afronding Laptops


Concreet lesdoel: De leerlingen kunnen enkele weetjes over ogen ontdekken.

- Neem jullie laptop en surf naar Kahoot.


- Geef de code in.
- We doen nog een korte quiz om te eindigen. (We spelen de klassieke vorm)
Vraag 1:
- Wat waren de 5 zintuigen weer? (Horen, zien, ruiken, proeven en voelen)
Vraag 2:
- De zenuwen in je neus die signalen naar je hersenen sturen voor een niesreflex, liggen dicht bij de
zenuwen die nodig zijn voor het dichtknijpen van je ogen. Beide reflexen zijn waarschijnlijk met elkaar
verbonden en daarom knijp je automatisch je ogen dicht als je niest.
Vraag 3:
- /
Vraag 4:
- 90% van de mensen op aarde hebben bruine ogen. De andere 10 procent hebben blauwe, grijze of
groene ogen.
Vraag 5:
- /

Vraag 6:
- Baby’s kunnen pas vanaf 4 maanden kleuren zien.
Vraag 7:
- /
Vraag 8:
- /
Vraag 9:
- /

- De computers mogen weer weggestoken worden.


Bordschema/visuele ondersteuning
Welke visuele ondersteuning voorzie je bij de inhouden?
Zo ziet je bordplan eruit op het einde van de les. Bij gebruik van het digibord: voeg alle ‘slides’ toe, dus niet enkel het bordboek.

Link naar presentatie: https://www.canva.com/design/DAFczI7t7gc/aavl_SzNFo06o_I3CaQYWQ/edit?


utm_content=DAFczI7t7gc&utm_campaign=designshare&utm_medium=link2&utm_source=sharebutton
Kahoot:
Bijlagen
Voeg een scan van de ingevulde werkblaadjes toe.
a. Je vult de werkblaadjes / werkboek van de kinderen zelf in: op die manier oefen je de leerstof zelf. Je voegt geen verbetersleutel uit de
methode toe.
b. Noteer hulpvragen bij elke oefening. Welke bijvragen kan je stellen aan leerlingen die de leerstof niet goed begrijpen? Hoe help je hen
verder op weg?
c. Duid moeilijke woorden aan, …

Werkblaadje:

You might also like