Het Meisje in de Beek

You might also like

Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 2

Elke morgen zie ik haar

Bij het vroege ochtendlicht

Het meisje met linten in haar haar / De vrouw met linten in haar haar

Dan zie ik haar gezicht

Elke morgen wast ze kleren

Ze wast ze bij de beek

Ze waste ze al duizend keren

Terwijl ik naar haar keek

Van achter bomen kijk ik toe

Wil haar spreken, weet niet hoe

De woorden steken in m’n keel

Zo veel woorden, oh zo veel

(Refrein?)

En als ik haar ooit spreken zou

Dan vertelde ik haar duizend dingen

Over zonlicht op de ochtenddauw

En hoe de vogels zingen

En dan vertelde zij aan mij

Over het dorp waar zij in woont

Over de mensen van wie zij

De kleren heeft verschoond

En over hoe zij elke dag

Werken, spelen, zingen, leren

Somber, boos of met een lach

Maar elke dag met schone kleren


Dan praatten we samen over dingen

Zo veel dingen, oh zo fijn

En zou zij misschien wel voor mij zingen

En zou ik met iemand samen zijn

(Refrein?)

(En als ik haar ooit spreken zou

Dan kon ze alles van me krijgen

Het zonlicht op het ochtenddauw

En zou ik nooit meer zwijgen)

(Bridge?)

Toen op een dag daar bij de beek

Daar wassend in het ochtendlicht

Toen zag ze wie er naar haar keek

Toen zag ze mijn gezicht

Ze schreeuwde, haar gezicht werd bleek

Ik wilde haar kalmeren

Ze stapte dieper in de beek / Ze deed een misstap in de beek

En langs haar linten dreven kleren

Nu zie ik nooit meer ochtendlicht

En zie geen vrouw, geen mand, geen kind

Draag (ik) vuile kleren bij mijn gezicht

Maar houd (ik) in mijn hand een lint

You might also like