Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 2

13: Motivatie

donderdag 27 april 2023 18:50

13.1: Energiehomeostase en eetgedrag


13.1.1: Langetermijnregulatie: lipostatische hypothese
- Anabolisme vs katabolisme
- Lipostatische hypothese:
○ Hoeveelheid vet bepaalt energie-inname --> normalisatie
○ Ob/Ob-muizen (genetisch defect) --> extreme obesitas, want geen leptine aangemaakt (bindt op receptoren in nucleus arcuatus)
○ Maar: obesitas komt heel zelden hierdoor, meestal zelfs te hoge leptinespiegels
- Letsel van hypothalamus
○ Ventromediaal: obees (dus mediale hypothalamus is eigenlijk voor onderdrukking van eetgedrag)
○ Lateraal: anorexie (dus laterale hypothalamus is eigenlijk voor stimulatie van eetgedrag)
- Stijging leptine --> productie anorexigene peptiden in nucleus arcuatus (alfa-MSH en CART)
○ Humorale respons: nucleus paraventricularis --> meer vrijzetting TSH en ACTH --> verhoging metabolisme
○ Visceromotorische respons: activatie OZS rechtstreeks + nucleus paraventricularis onrechtstreeks
○ Somatomotorische respons: inhibitie van eetgedrag via laterale hypothalamus (alfa-MSH als agonist van de MC4 receptor)
- Daling van leptine --> productie van orexinogene peptiden in nucleus arcuatus (NPY en AfRP)
○ Inhibitie humorale respons
○ Visceromotorische respons: activatie PZS
○ Somatomotorische respons: stimulatie van eetgedrag via laterale hypothalamus (AgRP als antagonist van MC4 receptor)
- Maar: peptidelevels is dus geen probleem bij obesitas, vaak zelfs te veel, dus verminderde leptinegevoeligheid
- Eetgedrag opwekken
○ Elektrische stimulatie laterale hypothalamus: maar ook axonen die erdoor lopen (dopaminerg) beïnvloed…
○ Injectie van MHC (bindt op receptoren in laterale hypothalamus) --> duur van het eten verlengen
○ Injectie van orexine (ook in laterale hypothalamus) --> initiatie van eten (speelt ook rol in slaap-waak-ritme, dus opstaan en eten)

13.1.2: Kortetermijnregulatie: verzadigingssignalen


- Afwisseling van orexigene signalen en verzadigingssignalen
- Fasen tijdens het eten
○ Cephalische fase
○ Gastrische fase
○ Substraatfase
- Metabool syndroom
○ Te veel snelle suikers, dus regelmatige glycemiedip
○ Te veel calorieën en toch honger dus
○ Nog meer snelle suikers als gevolg
○ Gevolg: insulinetolerantie (diabetes type 2 in wording)
○ Oplossing: trage suikers, goeie vetten, eiwitten
○ Dus golvende lijn afvlakken
- Honger: ghreline
○ Via stimulatie van nucleus arcuatus (NPY en AgRP neuronen)
○ Dus honger: niet enkel afwezigheid van verzadiging
○ Slaapdeprivatie: toegenomen ghreline, afgenomen leptine
- Verzadiging (moet er al zijn voor maag vol is)
○ Maagdistensie: via n. vagus van de nc tractus solitarius, dus inhibitie eetgedrag
○ Vrijzetting darmpeptiden, oa CCK: via n. vagus ook verzadiging
○ Insuline-vrijzetting
 Cephalische fase: via n. vagus .
 Gastrische fase: oa via CCK
 Substraatfase: door stijging glycemie
 Werkt in op nc arcuatus en dus gelijkaardig effect als leptine
○ Glucose zelf

13.2: Zelfstimulatie en beloning


- Bovenstaande mechanismen verklaren niet waarom overgewicht zo frequent is
- Zelfstimulatie-experimenten: drukken op pedaal --> stimulatie subcorticale gebieden --> versterking van gedrag, want beloningscircuit
- Typische brain-stimulation reward sites
○ Septale kernen (stimulatie bij de mens: positief gevoel)
○ Mesocorticolimbische circuit
○ Laterale hypothalamus
○ Medial forebrain bundle (verbindt septale kernen, centrale striatum, hypothalamus en ventral tegmental area)
- Dopamine
○ Vrijzetting wordt bevorderd door amfetamine
○ Vrijzetting in VTA
○ Hedonisch signaal (aangenaam)
○ Maar: verschil tussen wanting en liking
 Letsel dopaminerge vezels die door laterale hypothalamus lopen
□ Motivatie voor eten verwijnt
□ Maar aangenaamheid ervan niet
□ Dus wel genieten van beloning, maar niet zelf moeite voor doen
□ Want plezier: opioide effect --> liking
□ En motivatie: dopaminerge effect --> wanting
□ Maar wanting en liking: wel in zelfde nc accumbens
 Predictiefouten
□ Na aanleren van associatie tussen licht en beloning
□ VTA-neuronen reageren al op licht, voor de beloning er is
□ Synapsen die actief zijn kort voor en tijdens de dopaminevrijzetting: worden versterkt --> belangrijk bij het leren

Neuro Page 1
□ Synapsen die actief zijn kort voor en tijdens de dopaminevrijzetting: worden versterkt --> belangrijk bij het leren
□ Beloning onverwachts niet gegeven: inhibitie van neuronen (negatieve predictiefout)
□ Als waarde van beloning groter is dan verwacht: activiteit van dopaminerge neuronen neemt toe (positieve predictiefout)
○ Cocaïne: sterk dopaminerg effect in nucleus accumbens, dus werkt in op reward systeem
- Ontwikkeling van verslaving
○ Vrijzetting van dopamine in nucleus accumbens
 Heroïne: opioide receptoren in ventraal tegmentum
 Nicotine: nicotinereceptoren in ventraal tegmentum
 Cocaïne: inhibitie van dopaminerge reuptake in nc accumbens
○ Desensitisatie (downregulatie) in nc accumbens: tolerantie
○ Craving: door dopaminevrijzetting in dorsale striatum
- Obesitas:
○ Ook desensitisatie nc accumbens
○ Dus eetgedrag wordt obsessief
- Orbitofrontale cortex
○ Geactiveerd door alle aangename stimuli
 Subjectieve ratings, bv aangenaamheid van eten
 Thermische stimuli
 Tast
 Auditief, bv mooie muziek
 Abstracte beloningen, bv geld en drugs
○ Toename van activiteit onder invloed van beloningen
○ Sterke correlatie activiteit met aangenaamheid
○ Ook belangrijk voor gedrag en persoonlijkheid

13.3: Serotonine en eetgedrag


- In hypothalamus
- Stijgen in anticipatie op eten, piek tijdens maaltijd
- Positief effect op de stemming
- Voeding met veel tryptofaan (precursor serotonine): veel ingenomen, zeker in sombere periodes (chocolade vooral, want weinig andere AZ,
dus niet veel competitie bij BBB, maar ook pasta…)
- Is dus tweede verklaring (naast dopamine) voor het feit dat mensen vaak te veel eten

Neuro Page 2

You might also like