Professional Documents
Culture Documents
Godsdienst Bruggenbouwers
Godsdienst Bruggenbouwers
Godsdienst Bruggenbouwers
Ontwerp leeractiviteit
Naam student(en): Michael Meiners
Opleiding: Educatieve Bachelor Lager Onderwijs Niveau 1☐ 2☒ 3☐
Stageschool: Sint – Ludgardis Schilde Mentor(en) Gitte Speltincx
Leerlingen: Leerjaar/groep 6B Aantal leerlingen 24
Leergebied(en): RK-Godsdienst
Kies
Kies
Onderwerp Thema: Bruggenbouwers / Wereldkinderen/Engagement
activiteit: ☒ Nieuwe leerstof ☐ Herhaling ☐ Andere:
Timing: Datum Begin- en einduur
Doelen: Situering in het leerplan (ca. 4 leerplandoelen)
Organisatorische beginsituatie
Hoekenwerk
Teamteaching:
Inhoudsanalyse:
Timing: Als het regent en toch schijn de zon, wat krijgen wij dan te zien jongens en meisjes?
Inderdaad, een regenboog. Wanneer hebben jullie laatst nog een regenboog gezien?
Op 30 maart 2023, dus nog niet zo heel lang geleden was ik aan het koken in de keuken. En toen zag ik deze mooie
regenboog.
Wisten jullie dat de regenboog in de loop der jaren ook een symbolische betekenis heeft gekregen? Waaraan denken
jullie bijvoorbeeld?
Ongrijpbaar, fantasievol, kleurig, hoopvol, het zijn allemaal termen die genoemd worden wanneer het om de
regenboog gaat. Niet verwonderlijk, want zo snel als de regenboog kan verschijnen, zo snel kan hij ook weer
verdwenen zijn. En vaak is een regenboog maar lastig of vaag te zien. Extra bijzonder is het dan ook als een regenboog
in zijn volle glorie met heldere en duidelijke kleuren te zien is.
Ook in de Bijbel heeft de regenboog een symbolische betekenis gekregen. Het is een teken van hoop en vrede, maar
ook het symbool van de brug tussen hemel en aarde. Het is een verbinding van het aardse met het goddelijke. Het was
immers een teken van God zelf aan ons, de mensen.
Ik ga jullie heel kort een verhaal vertellen over een bijzondere bruggenbouwer..
“Jij hebt een mooi beroep”, zei het kind tegen de oude bruggenbouwer,
“Het moet wel zwaar zijn, bruggen te bouwen.”
“Als men het geleerd heeft, is het niet lastig”, zei de bruggenbouwer.
“Bruggen van beton en staal bouwen, is gemakkelijk, maar andere bruggen,
die ik in mijn dromen bouw, die zijn veel moeilijker.”
“Welke andere bruggen?”, vroeg het kind.
De oude bruggenbouwer keek het kind nadenkend aan.
Hij wist niet of het kind het begrijpen zou.
Toen zei hij: “Ik wil een brug bouwen van nu naar de toekomst [rood].
Ik wil een brug bouwen van de ene naar de andere mens [oranje], van het donker naar het licht [geel], van verdriet
naar vreugde [groen]. Ik wil een brug bouwen van nu naar de eeuwigheid [blauw] over al het vergankelijke heen.”
Het kind had opmerkzaam geluisterd.
Het had niet alles begrepen, maar merkte wel dat de oude man verdrietig was.
Om hem weer op te vrolijken zei het kind: “Ik geef je mijn brug!”
En het kind schilderde voor de bruggenbouwer een kleurrijke regenboog [paars (indigo/violet)].
(Gitte, als je wil kunnen we misschien iets van een doek voorzien en moeten ze die regenboog ook schilderen?)
Herinneren jullie onze les O.W. nog van deze week? Wat zou het verband kunnen zijn met dit verhaal over de
regenboog? Zuid-Afrika heeft vanaf 1994 de naam Regenboognatie gekregen. Als je naar de vlag van Zuid-Afrika kijkt,
dan kan je de link wel leggen, nochtans komen de kleuren van de regenboog niet helemaal overeen met de kleuren
van de vlag.
Ik geef jullie enkele minuten de tijd om even wat te lezen over die Apartheid en Zuid-Afrika. Ik heb de tekst van
Wikikids gehaald.
Thuislanden
De thuislanden waren gebieden waar de zwarten de baas mochten zijn. Het was maar 13% van heel de oppervlakte
van Zuid-Afrika. De thuislanden waren vaak de verdorde (droge) en heuvelachtige gebieden. De regering van dat land
gaven aan de blanken de beste gebieden. In de thuislanden waren er ook geen fabrieken dus was er geen werk daarom
moesten de zwarten buiten het thuisland werken. Als ze in de gebieden van de blanken gingen werken, werden ze als
vreemdeling beschouwd en werden ze slecht behandeld, ook al waren ze zelf in Zuid-Afrika geboren.
Tijdlijn
1949:
Geslachtsgemeenschap tussen blanken en zwarten (en kleurlingen) wordt bij wet verboden.
De thuislanden worden ingevoerd: de blanken en zwarten krijgen allebei speciale plekken aangewezen
waar ze zich mogen vestigen (de blanken kregen de beste gebieden, de zwarten de slechtste)
Andere rassen (kleurlingen, Aziaten) krijgen een werkverbod in stedelijke gebieden.
Invoering wet tegen het communisme (communisme streeft naar gelijkheid voor iedereen, en de
racistische blanken wilden dit juist niet.)
1953:
Afschaffing apartheid
Wij hebben daarnet nog een les gehad over superdiversiteit en wereldburgerschap. Kunnen jullie jullie inbeelden dat
wij hier op deze school klassen zouden hebben met alleen maar blanken en zwarten?
Welke naam hebben jullie gelezen in deze tekst? Want die afschaffing van de Apartheid, ja, die is er natuurlijk niet
zomaar gekomen.
Inderdaad, Nelson Mandela.
Wie heeft er ooit al gehoord van Nelson Mandela? Wat kan je ons over deze persoon vertellen?
Ik heb voor jullie een kort filmpje bij van school tv over Nelson Mandela.
Kernvragen na fragment:
Wat is jullie het meeste bijgebleven?
Ben je ergens van geschrokken?
Nu Nelson Mandela is natuurlijk een “grote meneer”. Alle mama’s en papa’s van jullie kennen ongetwijfeld Nelson
Mandela. Jullie kunnen dit vanavond misschien eens testen tijdens het avondeten. 😊
Nu, ik heb voor jullie een heel mooi boek bij. Wie kan mij de titel en ondertitel even voorlezen?
Wereldkinderen: 50 jonge mensen die het verschil maakten.
Er zijn 6 groepjes van 4 leerlingen. Elk groepje kiest 1 verhaal. Er blijven dus 2 verhalen over.
De leerlingen krijgen 15 minuten tijd om hun verhaal te lezen en bijgevoegd document in te vullen (engagement in de
wereld).
Nadien mixen we de groepjes zodat in elke nieuw groepje 1 iemand iets kan vertellen over zijn/haar persoon. Iedereen
krijgt 2 minuten per verhaal.
Nadien doet de leerkracht een kleine controle. De leerlingen gaan terug in hun originele groepje zitten en de
leerkracht stelt 6 vragen (1 vraag per wereldkind).
De leerkracht stelt deze laatste vraag om de leerlingen een beetje te “triggeren” (slotfase).
Slotfase
Timing: Om de les af te sluiten
Jongens en meisjes, deze kinderen uit het boek zijn niet de enige bijzondere kinderen. Er hadden nog wel 50 kinderen
in dit boek kunnen staan, en nog eens 50 en nog eens 50… Elke dag doen kinderen over heel de wereld ongelooflijke
dingen. Ze zijn niet rijk of beroemd, het zijn normale kinderen die hun normale leven leiden maar ondertussen elke dag
iets bijzonders doen. Ze maken de wereld een beetje mooier.
En ook jullie zijn ongetwijfeld bijzondere kinderen. Ik ken jullie nog niet allemaal even goed, sommige zijn misschien
heel creatief, andere heel technisch of hebben heel veel doorzettingsvermogen en denken dat het altijd beter kan..
De leerlingen noteren een woord rond de regenboog, een woord dat te maken heeft met hoe zij zelf bruggen zouden
kunnen bouwen. Welke (kleine) zaken zouden zij kunnen ondernemen om de wereld rondom zich een beetje meer
kleur te geven?
Mogelijkheden: eerlijk zijn, lief zijn, niet pesten, glimlach, kus, elkaar helpen, bidden, complimentje geven, bezoekje
brengen aan, vergeven, zorg, dankjewel zeggen, ruzie bijleggen, samenwerken …