Reageer Op Onvoorziene Situaties en Crisis

You might also like

Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 12

Naam: Mohammed Kasmi

Datum: 16 april 2022

Reageer op onvoorziene situaties en/of


crisissituaties

1
Inhoudsopgave
1. Cliënt en casusomschrijving Blz. 3 – 4
2. Instructies en procedures Blz. 5 – 6
3. Ondernomen acties Blz. 7 – 9
4. Resultaat en evaluatie Blz. 10 – 11
5. Literatuurlijst Blz. 12

2
1. Cliënt en casusbeschrijving
In verband met de privacy is de naam van de cliënt en anderen betrokkenen gefingeerd.

Naam: Anne
Leeftijd: 26
Diagnose: LVB (TIQ – 69. Sterk disharmonieus profiel, verbaal sterker dan performaal).
Hechtingsproblematiek
Verstoorde sociale relaties

Informatie cliënt

Anne is een 26 jarige vrouw die samen met haar man Ray woont in een appartement, buiten de stad.
Ze is zelf van Nederlandse komaf en haar man van Ghanees – Egyptische komaf. Anne werkt als
helpende in de zorg en heeft met veel moeite haar niveau 2 diploma gehaald vertelt ze. Haar man
werkt als technische dienst bij dezelfde zorginstelling, waar ze elkaar drie jaar geleden hebben leren
kennen.

Anne is een vrouw met complexe problematiek. Ze is moeilijk lerend (zie: licht verstandelijk beperkt)
en heeft hechtingsproblematiek. Toen ze jong was, is haar moeder erg mishandeld door haar
‘partners’. Moeder had borderline zo vertelt Anne en als klein meisje was ze al heel jong veel te
zelfstandig. Als klap op de vuurpijl wordt zij vanaf 12 jarige leeftijd tot zeker 15 jaar seksueel
misbruikt door een buurjongen. Ze is erg onzeker en heeft geen idee hoe ze met zichzelf moet
omgaan. Ze begint met blowen en dat kalmeert haar. Als ze hiermee stopt heeft ze de sterke neiging
om hard te werken en te leren. Ze krijgt de kans bij een zorginstelling om haar niveau twee diploma
te halen en uiteindelijk met veel begeleiding haalt ze deze.

Anne is gestopt met blowen, maar rookt nog wel. Ze drinkt geen alcohol en gebruikt verder geen
middelen. Onlangs is zij door de huisarts naar ons doorverwezen, omdat ze veel last heeft van stress.
Anne vertelt dat ze GGZ-behandeling heeft gehad een aantal jaar geleden en dat ze hier niet naar
terug wil. Ze had hier een nare ervaring.

Haar hulpvraag is gericht op het verminderen van stress en het omgaan met conflictsituaties.

1.1. Omschrijving crisissituatie

Anne belt mijn collega op in paniek en ze huilt. Ze geeft aan dat ze is geslagen door haar man en dat
ze het niet meer aankan. Haar man zal haar vaker slaan en aangeven dat hij de baas is over haar. De
aanleiding is volgens Anne dat ze met een mannelijke collega een rondje heeft gelopen en dat hij
haar toen heeft geknuffeld. Haar man heeft dit van een andere collega gehoord en heeft aangegeven
dat ze van hem is en dat ze niet meer met haar mannelijke collega mag omgaan. Anne heeft toen
geantwoord dat de man homoseksueel is en momenteel in scheiding ligt met zijn man. Anne geeft
aan dat hij haar vaker bedreigd, slaat of kleineert. Ze wil niet langer meer liegen en de situatie voor
iedereen verborgen houden. Ze heeft zich ziekgemeld op haar werk en geeft aan dat haar man nu
weg is gegaan naar een vriend. We hebben afgesproken dat we er meteen aankomen.

1.2. Waar is de situatie gevolg van?

Anne vertelt dat haar man bang is dat zij hem zal gaan verlaten. Hij is zelf verlaten door zijn vader
toen hij een klein jongetje was en is veel mishandeld door zijn vader. Zijn moeder was toen een
schande voor de familie. Eerst ging zij met een Ghanese man, daarna verliet hij haar met drie jonge
kinderen en had ze helemaal niemand meer. Dit is voor haar partner een grote trigger. Hij gebruikt

3
volgens Anne veel alcohol en als hij dan dronken is, dan wordt hij boos en explodeert hij. Hij kan haar
slaan, hij kan haar dan bedreigen en kleineren.

Anne geeft aan dat ze vaak gemene dingen zegt tegen hem als hij dronken is, waaronder: dat hij een
alcoholist is, dat hij niet van haar houdt en dat ze hem zal verlaten net als zijn vader. Op zo’n
moment slaan de stoppen bij hem door geeft ze aan en is er ook niet meer met hem te praten.

1.3. Beschrijving van de aandoening, stoornis, beperking en het risico voor begeleiding.

Deze analyse is samen met de zorgcoördinator, tevens psycholoog verricht.


Anne is zelf een (zeer) getraumatiseerde vrouw, met een hechtingsstoornis. Daarbij heeft ze een
beneden gemiddeld IQ en is licht verstandelijk beperkt. Door de LVB is zij geneigd om zelf ook
impulsief te reageren en kan zij moeilijk haar emoties reguleren. Haar hechtingsproblematiek leidt
tot een grote mate van verlatingsangst, waarbij ze soms destructief in sociale relaties kan zijn. Ze laat
hierin ook sterke trekken van een persoonlijkheidsstoornis zien; aantrekken en afstoten. Dit is iets
wat ze vanuit haar eigen jeugd veel heeft meegemaakt met haar moeder die lijdt aan een borderline
persoonlijkheidsstoornis.
Anne vindt het moeilijk om mensen in vertrouwen te nemen en dan duwt ze vaak anderen weg. Ze
ziet moeilijk in wat ze zelf doet en kan vanuit haar emotie dan terug slaan, zelf beginnen met slaan of
pijnlijke dingen zeggen, vanuit haar onmacht.

4
2. Instructies en procedures

2.1. Procedures

Wanneer er sprake is van een vermoeden van huiselijk geweld of disclosure (het vertellen van de
huiselijk geweldsituatie) zijn wij genoodzaakt om actie te ondernemen. De wettelijke richtlijn in de
vorm van de meldcode dienen we dan te doorlopen. Hierin hebben we de cliënt nodig en maken
uiteindelijk een melding bij Veilig Thuis. Samen met Veilig Thuis en de cliënt kijken we dan of het
noodzakelijk is om aangifte te doen bij de politie. We proberen veiligheidsafspraken te maken met de
cliënt en diens netwerk (dader, slachtoffer-).

2.2. Afspraken zorgplan

We hebben geen afspraken gemaakt met Anne, omdat dit niet eerder bij ons bekend was. In geval
van dreigende situaties hebben we wel met elkaar afgesproken dat Anne de politie kan bellen. Dit
was meer gericht op haar eigen situatie met betrekking tot trauma en eventuele suïcidale gedachten.
We hebben aangegeven dat we hierover afspraken willen maken met Anne en haar partner, om dit
vervolgens in het zorgplan op te nemen.

2.3. Richtlijnen organisatie

De richtlijn van de organisatie is dat we de meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld


doornemen met elkaar. Deze bestaat uit de volgende stappen, namelijk (Rijksoverheid, 2022):

1. Breng signalen in kaart. De kindcheck is onderdeel van deze stap.


2. Overleg met een collega. Raadpleeg eventueel Veilig Thuis: het advies- en meldpunt huiselijk
geweld en kindermishandeling.
3. Ga in gesprek met de betrokkene(n).
4. Weeg het huiselijk geweld of de kindermishandeling. Neem bij twijfel altijd contact op met
Veilig Thuis.
5. Neem een beslissing. Is melden noodzakelijk? Of is hulp verlenen of organiseren (ook)
mogelijk?

Ondersteuning professionals bij beslissing

In stap 5 nemen professionals een beslissing op basis van 2 vragen:

• Is melden bij Veilig Thuis noodzakelijk?


Melden is noodzakelijk als er sprake is van acute of structurele onveiligheid.
• Is hulp verlenen of organiseren (ook) mogelijk?
Hulp verlenen is mogelijk als:
o de professional in staat is om passende hulp te bieden of te organiseren;
o de betrokkenen meewerken aan de geboden of georganiseerde hulp;
o de hulp leidt tot duurzame veiligheid.

2.4. Bij wie kan je terecht tijdens of na een crisissituatie?

Op het moment dat er sprake is van een crisissituatie of moeilijke situatie waarbij wij als werkers ons
onveilig voelen of er iets aan de hand is met ons, volgen we de interne procedure. Dat is dat we een
MIC (meldingsformulier incident cliënt) invullen. Deze vullen we zo goed mogelijk in en komt terecht
bij de zorgcoördinator en de directeur. We kunnen aangeven of we willen dat er contact wordt

5
opgenomen met ons als we ergens mee zitten. Daarbij belt de zorgcoördinator eigenlijk direct
meteen om ondersteuning te bieden aan ons. We betrekken de zorgcoördinator eigenlijk altijd direct
bij dergelijke situaties om samen als een soort borging te werk te gaan. Er bestaat de mogelijkheid
om als dat nodig is, in gesprek te gaan met een bedrijfsmaatschappelijk werkster, de collega’s, de
zorgcoördinator of de directeur. Bij uitval is er ook een mogelijkheid om te spreken met de
bedrijfsarts.

2.5. Verbetervoorstel

Ik merk dat we geneigd zijn om eerst zelf te handelen en het afwegingskader te volgen, alvorens we
melden bij Veilig Thuis. Ik denk dat we eerder en beter kunnen handelen door eerst met VT te
schakelen en dan met een advies te komen naar de cliënt toe. Zo kunnen we ook onze eigen
veiligheid beter waarborgen. Ik heb dit besproken en dit nemen we voortaan mee in ons eigen
afwegingskader, aan de hand van het afwegingskader van de Meldcode.

6
3. Ondernomen acties

3.1. Wat gebeurde er?

Anne belt mijn collega op in paniek en ze huilt. Ze geeft aan dat ze is geslagen door haar man en dat
ze het niet meer aankan. Haar man zal haar vaker slaan en aangeven dat hij de baas is over haar. De
aanleiding is volgens Anne dat ze met een mannelijke collega een rondje heeft gelopen en dat hij
haar toen heeft geknuffeld. Haar man heeft dit van een andere collega gehoord en heeft aangegeven
dat ze van hem is en dat ze niet meer met haar mannelijke collega mag omgaan. Anne heeft toen
geantwoord dat de man homoseksueel is en momenteel in scheiding ligt met zijn man. Anne geeft
aan dat hij haar vaker bedreigd, slaat of kleineert. Ze wil niet langer meer liegen en de situatie voor
iedereen verborgen houden. Ze heeft zich ziekgemeld op haar werk en geeft aan dat haar man nu
weg is gegaan naar een vriend. We hebben afgesproken dat we er meteen aankomen.

Anne vertelt dat haar man bang is dat zij hem zal gaan verlaten. Hij is zelf verlaten door zijn vader
toen hij een klein jongetje was en is veel mishandeld door zijn vader. Zijn moeder was toen een
schande voor de familie. Eerst ging zij met een Ghanese man, daarna verliet hij haar met drie jonge
kinderen en had ze helemaal niemand meer. Dit is voor haar partner een grote trigger. Hij gebruikt
volgens Anne veel alcohol en als hij dan dronken is, dan wordt hij boos en explodeert hij. Hij kan haar
slaan, hij kan haar dan bedreigen en kleineren.

Anne geeft aan dat ze vaak gemene dingen zegt tegen hem als hij dronken is, waaronder: dat hij een
alcoholist is, dat hij niet van haar houdt en dat ze hem zal verlaten net als zijn vader. Op zo’n
moment slaan de stoppen bij hem door geeft ze aan en is er ook niet meer met hem te praten.

3.2. Gedrag van de cliënt

Toen we bij Anne binnen kwamen was ze erg in paniek. Ze was aan het hyperventileren, aan het
schreeuwen en aan het huilen. We hebben haar geprobeerd rustig te krijgen, maar ze stopte niet
met huilen. We hebben besloten om haar even mee te nemen naar het balkon, met een glas water
en haar sigaretten. Toen ze een sigaretje aan het roken was, werd ze weer rustig. Toen hebben we
haar gevraagd wat er precies gebeurd was en hoe vaak het gebeurt. Anne heeft toen vertelt dat het
alleen maar meer wordt de afgelopen tijd en dat ze in haar paniek ons heeft gebeld. Ze wilde
eigenlijk achteraf niet bellen, want ze schaamt zich erg. Ze is boos op zichzelf en is bang dat haar man
nu naar de gevangenis moet. Ze wil juist met hem werken aan een gezonde relatie en niet uit elkaar
gaan. Ze is bang dat we haar veroordelen op basis dat ze haar man niet in de steek wil laten. Ze geeft
aan dat ze bang is dat we nu denken dat ze een slechte vrouw is of haar man een slechte man.

3.3. Hoe heb je gehandeld?

Ik ben naast Anne gaan zitten en heb gevraagd of dat oké voor haar is, omdat ik zelf een man ben. Ze
heeft ja geknikt en we hebben rustig met elkaar gesproken terwijl ze een glas water dronk. Ik heb
gevraagd wie uit haar netwerk eventueel kan ondersteunen, bij wie ze zich veilig voelt. Anne haalt
haar schouders op en geeft aan dat ze niet weet wie. Ze heeft niemand en haar collega’s, waar ze
ook bevriend mee is, die kunnen hier niets van weten. De collega’s zijn ook de collega’s van haar
partner en ze wil de samenwerkingsrelatie niet kapot maken.

Er is veel schaamte vertelt Anne en ook omdat ze zelf wel eens begint met slaan of het kapot gooien
van spullen. Dan voelt ze zich eenzaam en ook niet begrepen.
Ik heb aangegeven dat ik haar inderdaad niet begrijp, omdat ik zelf niet in de situatie zit. Anne snapt

7
dit en vindt het fijn dat ik dit zo benoem. Veel hulpverleners zouden volgens haar hebben
geantwoord dat ze Anne snappen, terwijl ze betwijfelt of dit überhaupt zo is.

We hebben haar uitlegt wat er nu gaat gebeuren. Stap voor stap de meldcode doorlopen en ook
samen VT gebeld. Anne vond dit prettig, want zo had ze nog de controle over de situatie. We hebben
tevens haar man gebeld en aangegeven dat we weten wat er is gebeurd en dat we samen gaan kijken
hoe we het geweld kunnen stoppen. Haar vriend was ook erg emotioneel, eerst erg boos en wilde
dat wij de woning zouden verlaten. Later geeft hij aan dat hij blij is dat we er zijn en dat hij voorlopig
bij zijn vriend zal blijven slapen, tot we samen afspraken kunnen maken.

3.4. Heb je anderen ingeschakeld?

Ja, we hebben gesproken met VT die binnenkort zal langskomen voor een gesprek met ons, Anne en
haar man.

3.5. Waarom heb je ervoor gekozen om zo te handelen?

Ik merk dat het een natuurlijke manier van handelen betrof. Ik bleef zelf erg rustig, maar was ook
alert op dat wat er om mij heen gebeurde. Ik vind het belangrijk om mijn rust te bewaren, ook als ik
van binnen voel dat ik niet zo rustig ben.
Ik heb aangegeven bij Anne dat we alle stappen met haar en haar partner bespreken. We willen
transparant zijn, maar wel duidelijk aangeven dat het accepteren van geweld er niet is. Wij willen
uitstralen dat we iedereen willen helpen om veilig en zo zelfstandig mogelijk te helpen participeren
binnen de maatschappij. We hebben er geen baat bij wanneer Anne in een gewelddadige situatie
blijft en zichzelf hierin beschadigd, net als haar man. Het is een samenloop van omstandigheden en
we willen ook niet met onze vinger wijzen rondom wie het slachtoffer is en wie de dader.

Ik vind het belangrijk om geen conclusies te trekken, omdat we willen doen aan hoor- en wederhoor.
We hebben de partner van Anne nodig om samen tot een goed plan te komen en uiteindelijk het
geweld in de relatie te stoppen.

3.6. Hoe ben je het contact met de cliënt aangegaan?

We zijn direct naar haar toe gekomen. We hebben ook direct de andere collega’s geïnformeerd dat
we met spoed naar de cliënt zouden gaan. Daarbij hebben we ter plekke aangegeven dat we, als er
dreiging is, de politie gaan bellen. We willen onszelf en de cliënt niet in gevaar brengen, als dit niet
nodig is. Hier is Anne mee akkoord gegaan.

Later, wanneer Anne wat rustiger is, vertelt ze dat erg is geschrokken van de situatie. Normaliter ziet
ze het wel aankomen, maar deze keer niet. Ze vertelt dat ze niet had verwacht dat haar man zo heftig
zou gaan reageren op de situatie. Ze was zich tevens van geen kwaad bewust. Tot slot is haar collega
haar collega en daarbij telt het voor haar ook dat haar collega een oudere man is, die homoseksueel
is.

Ze vertelt dat ze daarom niet goed begrijpt waarom haar man hier zo een probleem van maakt. Ze
probeert het later ook weer ‘goed te praten’. Ze zegt dat haar man erg veel trauma’s heeft en veel
van haar houdt en daarom dit gedrag laat zien. We geven aan dat geweld nooit de oplossing is en dat
we begrijpen dat hij bang is om haar te verliezen, maar dat het niet zo hoeft te escaleren.

3.7. Hoe heb je tijdig je grenzen aangegeven?

Ik heb direct mijn grens bij mijn collega aangegeven. Ik heb aangegeven toen we naar Anne reden dat
ik niet wil hebben dat we onderdeel worden van het conflict. Ik was hier even bang voor, omdat ik

8
merkte dat ik zelf wel een bepaalde mate van spanning voelde. Mijn collega gaf aan dat we direct
aangeven bij Anne dat we de politie bellen als het onveilig wordt. Dit heeft mij gerustgesteld. Daarbij
heb ik Anne gevraagd of het oké is dat ik bijvoorbeeld naast haar kwam zitten, omdat ik haar grenzen
wil accepteren. Ik kom niet te dichtbij, want dan bereik ik ook mijn eigen grens.

3.8. Met wie heb je gesproken?

We hebben direct met de collega’s van VT gesproken. Daarnaast heb ik intern ook gesproken met de
directeur. Hij wilde graag op de hoogte blijven van de situatie, ook omdat hij de afweging wilde
maken of het voor ons wel veilig genoeg was.
De volgende dag hebben we een spoedberaad gehad met de collega’s van VT en onze collega’s. We
zijn gaan kijken hoe we snel de veiligheid kunnen waarborgen. Bij dit gesprek waren ook de politie,
handhaving, collega’s van de maatschappelijke opvang, collega’s van de vrouwenopvang, een
jeugdbeschermer en coördinator veiligheid vanuit de gemeente aanwezig.
Dit is een soort veiligheidstafel voor volwassenen, waar ook kinderen in besproken kunnen worden.
Normaliter is dit een keer per twee weken, maar toevallig viel het de dag na de situatie. We hebben
met spoed de casus ingebracht, omdat we het een gevaarlijke situatie vinden voor Anne en haar
partner.

3.9. Wat heb je besproken?

We hebben de casus ingebracht. We hebben aangegeven dat we ons ernstig zorgen maken over
Anne. Daarbij hebben we benoemd dat we ook zien dat partner een slachtoffer is. De situatie kent
alleen verliezers. We hebben besproken wat we hebben gezien, gehoord en ook wat de partner van
Anne zelf aangeeft. De situatie is door de veiligheidstafel niet bestempelt als acute crisis, omdat
partner op moment bij een vriend verblijft. Er is Anne geïnstrueerd dat ze bij heftige escalaties waar
sprake is van geweld de politie kan bellen op 112 en dat er een veiligheidsmelding bij haar naam
komt te staan, zodat ze weten wat er speelt.

3.10. Wat heb je geleerd en geconcludeerd?

Ik heb geleerd dat we in Nederland te maken hebben met een grote mate van bureaucratie. Dit klinkt
misschien gek, maar we hebben ongelofelijk veel papieren moeten invullen om uiteindelijk tot het
overleg te komen. We hebben snel kunnen handelen, maar overal zijn wachtlijsten. Zo kan Veilig
Thuis enkel en alleen direct komen bij acute crisis en onveiligheid. Dergelijke incidenten zien zij,
volgens VT zelf, niet als een acute crisis. Ik vraag mijzelf af wat er nodig is om te spreken van een
acute crisis. Ik kan mijzelf voorstellen dat met het personeelstekort situaties waar sprake is van
kindermishandeling voorrang krijgen op huiselijk geweldssituaties. Toch voelt het krom, want ik wil
graag (wij willen graag) de veiligheid van onze cliënten kunnen garanderen. Het voelt niet goed om te
zeggen ‘wij zijn niet de juiste partij, dus laten we jullie los’. Dit doen we ook niet, maar zo voelt het
voor mij een beetje.

Wat ik tevens kan concluderen is dat we een heel fijn team hebben die echt met elkaar samenwerkt.
We willen ons 100% inzetten voor onze cliënten en zijn er voor elkaar. Dit voelde voor mij in ieder
geval erg prettig.

9
4. Resultaat en evaluatie
Situatie

De situatie betrof een situatie waarbij er sprake is geweest van disclosure, waarbij de cliënt eerlijk
heeft verteld aan ons dat er sprake is van huiselijk geweld. We zijn zodoende meteen naar cliënt
toegekomen om ‘eerste hulp’ te bieden. De cliënt, mijn collega’s en de medewerkers van VT zijn
hierbij betrokken.

Taak

Mijn taak was voornamelijk het ondersteunen van mijn collega’s en die van de cliënt. In dergelijke
zaken heb ik als stagiaire geen verantwoordelijkheden. Daarbij is het onze gedeelde
verantwoordelijkheid om af te stemmen met elkaar hoe veilig de situatie is. We hebben ervoor
gekozen om toch polshoogte te nemen en de politie te alarmeren op moment dat we ons niet veilig
zouden voelen.
Ik heb de eerste tien minuten zodoende mijn telefoon in mijn hand gehouden, om eventueel alarm
te slaan op moment dat het nodig is.

Actie

In overleg met de collega’s, heb ik VT gebeld. Mijn collega zat naast mij om mij te ondersteunen. Ik
heb aangegeven wat er aan de hand is en wat cliënt ons heeft verteld. Ik heb advies gevraagd op
basis van de situatie en aangegeven dat wij, volgens ons afwegingskader een melding hiervan
moeten maken. De medewerker gaf aan dat dit inderdaad conform de meldcode zo is. Ze heeft
aangegeven dat er op dit moment niemand beschikbaar is om met ons het gesprek te voeren en dat
ze ons adviseert om direct te melden bij de veiligheidstafel. We hebben dit vervolgens gedaan en het
gesprek aangegaan met de partner van Anne.

We hebben acute veiligheidsafspraken gemaakt met Anne en haar partner. Dit hebben we gedaan
middels beeldbellen, waarbij we hebben afgesproken dat de man van Anne bij een vriend blijft
slapen voor drie dagen en we daarna opnieuw met elkaar in gesprek zullen gaan.

Resultaat

We hebben gemeld bij VT en zijn het gesprek intensief aangegaan met Anne en met haar man. We
hebben dit op afstand gedaan. Daarbij hebben we met Anne een soort van melding gedaan bij de
politie, dat als Anne belt dat ze weten wat er aan de hand is.

Het resultaat van ons handelen betrof dat we met elkaar tot een veiligheidsplan zijn gekomen,
samen met alle betrokkenen. We hebben eerlijk naar elkaar gehandeld en we hebben uiteindelijk de
samenwerking opgezocht met VT. Samen hebben we de veiligheidsafspraken kunnen maken en ook
aangeven wat de keerzijde is, op moment dat de situatie zich blijft voortzetten. We kunnen Anne niet
verplichten om de relatie te verbreken, maar we kunnen wel met elkaar streven naar veiligheid. Dit
snapt Anne en haar man ook.

Reflectie

Ik ben uiteindelijk tevreden met het resultaat. We hebben hele goede veiligheidsafspraken kunnen
maken en ook extra ondersteuning geboden aan Anne en haar man. We hebben nu twee vaste
afspraken per week en ze weten wat ze moeten doen als de spanning oploopt. Als het dreigt mis te
gaan, kan Anne haar man bellen naar twee vrienden, die dan direct proberen te komen, om te

10
ondersteunen bij de escalatie of spanningen. Als het dreigt uit de hand te lopen, dan bellen ze de
politie of naar VT.

De leerdoelen in overleg met de collega’s:

1. Ik mag meer terugvallen op collega’s; ik hoef het niet alleen te doen met elkaar.
2. Ik mag collega’s aansturen op moment dat ik een idee heb.

11
Literatuurlijst
Rijksoverheid. (2022). Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling. Geraadpleegd: 16-04-
2022, via: https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/huiselijk-geweld/meldcode

12

You might also like