Professional Documents
Culture Documents
3eco - Ges Samenvatting
3eco - Ges Samenvatting
3eco - Ges Samenvatting
Geschiedkundige = maakt een reconstructie van het verleden op basis van bronnen
Soorten bronnen:
Geschreven bronnen
Ongeschreven bronnen
- mondelinge bronnen
- materiële bronnen
Domeinen:
Politiek
territoriaal
bestuurlijk
Socio-economisch
sociaal
economisch
Cultureel
kunst
wetenschappen en techniek
godsdienst
leefgewoonten
700 tot 1300 => bevolkingsstijging door mindere invallen geen epidemie en warm klimaat
1300 tot 1400 => bevolkingsdaling door 100jarige oorlog, epidemieën en neerslag
Door dat er in de vorige periode een epidemie uit brak werd het immuunsysteem van de mens
sterker daarom kwam de epidemie niet meer zo snel terug.
Begrippen:
Demografie in België:
-> in België hebben we slechts een beperkte bevolkingsgroei door een laag aantal geboortes per
gezin.
-> We krijgen ook te maken met veel vergrijzing. We hebben een grote toename van ouderen op de
totale bevolking met een vrij hoog sterftecijfers.
Nataliteit: het aantal geboortes per 1000 inwoners over een bepaalde periode (jaar)
Mortaliteit: het aantal overlijdens per 1000 inwoners over een bepaalde periode (jaar)
Verspreiding
Handelsroute vanuit Oosten in Europa
Ratten aan boord van schepen => rattenvlo brengt de ziekte door naar de mens
Gebrek hygiëne
Vuilnis op straten trekt ongedierte aan
Mislukte oogsten zorgen voor minder eten en dus een zwakker immuunsysteem
Builen pest
Hevige pijn
Hoge koorts
Pestbuilen door opgezwollen lymfeklieren
Builen etteren en breken open
Onderhuidse bloedingen
Donkere vlekken op het lichaam= zwarte dood
Longpest
Aderlatingen
Verminkingen
Zogezegde medicijnen
Afzondering
Kruiden
=> Er was veel onwetendheid! Ziektekiemen bestrijden met hygiëne was toen nog onbekend.
Maatschappelijke gevolgen
Eerste besmetting van de pest in 1347 in de eilanden van Italië Marseille en Corsica.
Romeins en Germaans
Romeins
Zuid-Europa
Wijn- en olijfgaarden
Door kloosters verspreidt
Germaans
Noord-Europa
Veeteelt
Versmelt met het Romeinse systeem door de verspreiding
=> beide modellen worden aangevuld door plus van vruchten, jacht en visvangst.
Bevolkingsgroei => extra voedsel nodig => nieuwe landbouwgronden nodig => woud blijft
gedeeltelijk voor jacht, bouwmateriaal, brandstof en voedsel => 3 soorten ontginningen: indijken
van polders, moerassen droogleggen en heide in cultuur brengen => ontstaan nieuwe dorpen.
Oorzaak?
Gevolgen?
Opbrengst stijgen
Graanuitvoer mogelijk
Invoer goedkoop Oostzeegraan in onze streken
=> Vlaamse boeren stappen over op vlasteelt
2 vernieuwende technieken
Werk in de landbouw
Met de hand
Primitieve houten werktuigen
IJzer is zeldzaam
Kleine houten ploegen
Ondiep bewerken van de grond
Niet geschikt voor zware kleigronden in noordelijke landen
5 vernieuwingen
Drieslagstel
Karploeg
Gareel
Hoefijzer
Water- en windmolens
Drieslagstelsel =
grond wordt verdeeld in 3 delen/’slagen’. Afwisselen verbouwt hij wintergraan, zomergraan en blijft
1 stuk braak liggen. Zo behoudt de grond langer zijn voedingsstoffen om goed te oogsten.
4 de landbouw en de samenleving veranderen
Tussen Loire en Rijn: klein aantal heren en abdijen eigenaar van grote domeinen
Ontstaan uit Romeinse villa’s en latifundia (grote boerderijen)
Grote domeinen slorpen kleine boerderijen op
Landbouw wordt belangrijker (handel en nijverheid kwijnen weg)
Zelfvoorzienende economie
Gevolg =>
Horigheid verdwijnt en wordt vervangen door pacht
Aan de grenzen van het Romeins rijk komen er spanningen door buurvolkeren zoals de Germanen.
Gevolg:
192: keizer Commodus wordt vermoord => problemen met zijn opvolging
Tetrarchie =
land wordt bestuurd door een keizer + medekeizer
=> Wanneer de keizer sterft, volgt de medekeizer hem op. Die stelt dan een nieuwe medekeizer aan.
4de eeuw: nieuwe invallen, geen gewone plundertochten maar volksverhuizingen. (Germaanse
stammen trekken het rijk binnen)
Oorzaken:
Hunnen vallen binnen => Germaanse stammen mogen zich in het rijk vestigen maar moeten mee in
het leger de grens beschermen ( foederati: Latijns woord voor bondgenoten) => Germanen en.
Romeinen verdrijven de Hunnen=> Germanen controleren grote delen van het Romeins rijk= in 476
gaan de Romeinse soldaten hun generaals tot koning benoemen => West-Romeinse keizer doet
troonsaftstand.
Een keizer regeerde gemiddeld 3 jaar, dit komt omdat ze meestal vermoord werden.
Franken: Germaanse volksstam die zich vestigt in onze gewesten en het huidige Frankrijk.
Geschiedenis:
Merovingers:
Koningen:
Weinig veroveringstochten
Belonen medewerkers met grond=> ver arming
Rijke hofmeiers besturen i.p.v. koningen
751: familie hofmeiers grijpt macht (Karolingers)
800: Karel de Grote door paus tot keizer gekroond
Voordelen:
Clovis houdt wel sterke controle over de kerk => iedereen die hem niet gunstig gezind is mocht niet
mee ‘dienen’.
Karel Martel
Drijft islamitische invallers weg met ruiterleger (slag bij tours Poitiers) => geeft hun een stuk grond
=> dit wordt afgenomen van de gebieden van de kerk => geen financieel verlies voor Karel
Pepijn III
Karolingers
1. Alle macht
2. Rijk is zijn persoonlijk bezit
3. Opperste bestuurders, wetgevers en rechter
4. Geen vaste hoofdstad => moet verschillende delen van rijk in het oog houden
Lex salica= boetesysteem & Discriminatie tegen Romeinen minder strafbaar omdat Romeinen
minder belangrijk zijn.
5 de Karolingische renaissance
Oorzaken verbrokkeling
Lodewijk de Vrome
Meer interesse voor godsdienst => Verwaarloosde het bestuur van het rijk
Geen zendgraven meer
Slechte staat wegennet=> moeilijker controleren
Zonen
Invallen Vikingen
Wetten opgeschreven
Druiventeelt => wijn
Romeinse techniek voor bouwwerken en kunst: verfijnd
Latijn=> Romaanse taal (Zuidwest-Europa)
Grenzen bisdommen
Latijn
Paus heet ‘Pontifex Maximus’
Overgenomen van de Germanen
Ligging: schiereiland
Oostelijk deel = dichtbevolkt en welvarend
Bedreigde Danougrens beschermen
aanvallen Perzische Sassanie afweren
Handel rond zwarte zee controleren
Droom: herstel van het oude romeinse rijk => enkele veroveringen gedaan, nooit volledig in
geslaagd.
Keizer = almachtig
Vertegenwoordigt staatsmacht
Militair leider
Hoofd van de kerk
=> absolute macht = onvoldoende => veel keizer vermoord, verminkt, verbannen
Val ORR => 1453 => Ottomaanse turken vallen Constantinopel binnen
1/ De Islam
Ontstaan: Begin 7e eeuw, Mohammed verkondigt het geloof in 1 god (Allah)
Islam = geloof in 1 god en wat mensen moeten doen
Problemen:
1. Geloofsbelijdenis
2. Dagelijkse ritueel gebed
3. Geven van aalmoezen
4. Vasten (ramadam)
5. Bedevaart (naar Mekka)
2 grote stromingen
- soennieten: Islam = Koran + traditie over leven van Mohammed
- Sjiieten: afstammelingen van de profeet en bepalen de inhoud Islam
Kunst: