Professional Documents
Culture Documents
Algemene Taalkennis 2015
Algemene Taalkennis 2015
1 5
De assurantie van ons huis is noodzakelijk. Vul het tegengestelde in.
Het feestprogramma was niet ééntonig, er was
Het vetgedrukte woord betekent …
genoeg …
A huur. A drukte.
B reparatie. B eten en drinken.
C verfbeurt. C publiek.
D verzekering. D variatie.
2 6
In de volgende zin is het woordje toch In het volgende verhaaltje staan de zinnen niet
weggelaten. in de juiste volgorde.
Hoewel .1. de verdedigers hun uiterste best .2. Een slechte gewoonte
deden, gelukte het een aanvaller .3. om een
doelpunt .4. te scoren. 1 Hij doet dat niet alleen thuis, maar ook op
school.
Het woordje toch moet staan op … 2 Hij kijkt in de spiegel en merkt dat zijn
voortanden scheef staan.
A plaats 1
3 Henry is vastbesloten te stoppen met die
B plaats 2
slechte gewoonte.
C plaats 3
4 Henry zuigt nog steeds op twee vingers en
D plaats 4
hij is al 10 jaar.
5 Zijn klasgenoten plagen hem hierom en
3
noemen hem „kleintje”.
In welke rij staan er alleen woorden met De juiste volgorde is …
dezelfde betekenis?
A 2 – 3 – 5 – 1– 4
A defect – stuk – kapot B 3 – 1 – 2 – 4 –5
B financiёn – geld – kantoor C 4 – 1 – 5 – 2 –3
C plezier – gezellig – druk D 4–3–2–5–1
D signaal – teken – kleur
7
4
Geef aan in welke zin het schuingedrukte
Mijn vader ontving laatst een brief uit Amerika, woord letterlijk is gebruikt.
maar de brief was een anonieme brief.
A Dat meisje voert geen klap uit in de klas.
Het schuingedrukte woord betekent … B Het verlies van hun zoon is een zware klap
voor de ouders.
A niet dichtgeplakt. C Mijn boze zus gaf mij een klap in mijn
B niet ondertekend. gezicht.
C zonder adres. D Zij was in één klap al haar geld kwijt.
D zonder zegel.
8 12
Wat hoort bij elkaar? Maak één goede zin met de zinnen I en II
zonder deze zinnen te veranderen.
1 geld a houden
2 plicht b sluiten I Ik zal je zeker helpen.
3 vrede c verdienen II Ik kan het heel goed.
4 woord d vervullen
Welk verbindingswoord past hierbij?
A 1c en 2d A dus
B 1b en 2c B maar
C 2d en 3d C omdat
D 4a en 3c D want
9 13
Tijdens het optreden van de toneelgroep
Mijn zus keek vol belangstelling naar een
A Sa Go zei de regisseur: „En nu komt het
schilderij van Marcel Pinas.
neusje van de zalm.”
De regisseur bedoelde: Nu volgt … Wat is de persoonsvorm in deze zin?
A mijn zus
A een korte pauze.
B keek vol belangstelling
B het einde van de voorstelling.
C vol belangstelling
C het laatste deel van de voorstelling.
D keek
D het mooiste van de avond.
10 14
Kies de uitdrukking die het best bij de situatie past. Vele jongeren zullen als ze 18 jaar zijn voor het
eerst naar de stembus gaan.
Bij het verdelen van de taart kwamen er steeds
meer gasten binnenlopen. Johan dacht: Het gezegde in deze zin is …
A zullen gaan.
A ,,Je moet roeien met de riemen die je hebt.” B zullen.
B ,,Vele varkens maken de spoeling dun.” C vele jongeren zullen.
C ,,Ze vallen met de deur in huis.” D naar de stembus gaan.
D ,,Ze vissen in troebel water.”
15
11
We hebben genoten van de spannende voetbal-
Hoeveel zinnen haal je uit dit stuk?
wedstrijden op de televisie.
Xavier voelde zich de laatste tijd ongelukkig niets
wilde lukken voor de repetities scoorde hij steeds Het vetgedrukte woord is een …
laag de juf merkte het en sprak hem aan hij moest
aangeven wanneer hij studeerde en hoe hij dat A aanwijzend voornaamwoord.
deed de juf liet hem een studieschema maken B bezittelijk voornaamwoord.
vanaf die dag kreeg hij betere cijfers C bijvoeglijk naamwoord.
D werkwoord.
A 5 zinnen
B 6 zinnen
C 7 zinnen
D 8 zinnen
16 20
De onsportieve leerling gaf zijn tegenspeler een Bij welk mannetjesdier staat het juiste geluid?
flinke duw in zijn rug.
A bok knort
Het lijdend voorwerp in deze zin is … B reu blaft
C hengst loeit
A de onsportieve leerling. D stier balkt
B zijn tegenspeler.
C een flinke duw. 21
D in zijn rug. Welke afkorting is niet juist gebruikt?
17 A De straat is afgesloten i.v.m. de activiteiten.
B De wedstrijden vonden zaterdag jl. plaats.
In het onderstaande stukje zijn de leestekens en C Maandag zal er i.p.v. werkzaamheden geen
hoofdletters weggelaten. stroom zijn.
D Zondag a.s. is er een balletuitvoering.
Hoeveel hoofdletters moeten er staan?
22
het babyneushoorntje gertie genaamd wil steeds
naar buiten dierenbeschermers wachten totdat Hoeveel juiste afkortingen kan je maken in de
hij groot genoeg is om losgelaten te worden het volgende zin?
neushoorntje krijgt nog babymelk dagelijks
slaapt hij twaalf uren en rent buiten één rondje In verband met de aanstaande verkiezingen
vertelt men de bevolking door middel van radio
Er moeten … hoofdletters staan. en met behulp van krantenberichten alles over
de voorbereidingen daarvan.
A 4
B 5 Ik kan … afkortingen maken.
C 6
D 7 A 2
B 3
18 C 4
D 5
De juf vraagt, wie dit nieuwe boek aan die 23
jongen heeft geleend.
De volgende namen staan in alfabetische
In deze zin staan er … volgorde.
1 C. Kool
A twee aanwijzende voornaamwoorden.
2 B. Landing
B twee voorzetsels.
3 N. Oesman
C twee werkwoorden.
4 M. Resida
D twee bijvoeglijke naamwoorden.
5 D. Straal
6 J. Terzol
19
De naam E. Nandoe is weggelaten.
Waar is het woordje dat goed gebruikt?
Deze naam moet staan …
A Boter dat verwarmd wordt, smelt gauw. A na 2.
B Melk dat van de melkcentrale komt, is gezond. B na 3.
C Rijst dat niet goed gekookt is, smaakt niet. C na 4.
D Vlees dat gezouten is, noemt men zoutvlees. D na 5.
24 28
In welke rij zijn beide lidwoorden goed gebruikt? De zinnen staan in de tegenwoordige tijd.
A de kalender – de voetbalveld Welke werkwoordsvorm is niet juist gebruikt?
B de trommel – de tafellaken
C het blad – het jeugdjournaal A Beantwoord jij de vraag goed?
D het rapport – het bladzijde B Bereid mama een lekkere soep?
C De zuster behandelt de wond goed.
25 D Juf Sandra vertelt ons een geheimpje.
Ga na hoeveel voorzetsels er in het volgende 29
verhaal voorkomen.
De zinnen staan in de verleden tijd.
Zowi zou vanmiddag pannenkoeken bakken. Ze
nam meel, eieren en melk uit de koelkast. Dit Welke werkwoordsvorm is niet juist gebruikt?
alles mengde ze tot een glad beslag in een diepe
kom. Ze zou net beginnen met de eerste A De storm woede slechts een paar minuten.
pannenkoek, toen ze aan proeven dacht. B De tante van Afaisa bouwde een groot huis.
Oeps … ze was de suiker bij het beslag vergeten. C Het kind rende naar huis.
D Het meisje smulde van de bami.
Er komen … voorzetsels voor.
30
A 5
B 6 In welke zin is het werkwoord fout geschreven?
C 7 A Buurman stapte naar de rechter.
D 8 B De militair poetste zijn schoenen.
26 C Joan paste haar nieuwe jurk.
D Mama oogste de groenten uit de tuin.
Welke twee voorzetsels passen het best op de
open plaatsen? 31