Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 5

1.

4-5-1-2-3-6
2. De behoefte aan de kaart in het romeinse rijk. KA: Groei van het romeinse imperium en de
verspreiding van de Grieks-Romeinse cultuur. Vanwege het uitbreiden van het imperium was
het natuurlijk logisch om kaarten bij te houden.

De geringe interesse voor de kaart in de vroege middeleeuwen. KA: Het verdwijnen van de
agrarisch-stedelijke samenleving terug naar een zelfvoorzienende agrarische samenleving.
In deze tijd was er veelal sprake van autorakie; kaarten en wegen zijn veel minder belangrijk
omdat er weinig sprake is van onderlinge handel want mensen zijn immers zelfvoorzienend.

de belangstelling van Konrad Peutinger voor de kaart. KA: De heropleving van de waardering
van de Griekse oudheid.

3. De beschrijving van de maatregelen door Plinius zijn betrouwbaar omdat de gegeven


informatie vanuit de eerste hand komt (ooggetuige). Aangezien de brieven naar Trajanus
niet gepubliceerd werden is het aannemelijk dat Plinius eerlijker zal zijn dan wanneer het
hele volk zijn boodschap zal lezen.

Christelijke auteurs willen de brief liever niet gebruiken als bron om te voorkomen dat
mensen zien dat de vervolging van christenen wellicht milder was dan zou zelf eigenlijk
hadden gedacht. Uit de brief blijkt dat men simpelweg kan liegen geen christen te zijn om
vervolging te ontlopen. Het is voor de slachtofferrol van de Christenen in de late oudheid
gunstiger als men denkt dat ze harder zijn vervolgt.

4. Politiek: Boeken werden nog geschreven door monniken dus was het moeilijk om op die
manier een boodschap te verspreiden. Het was in die tijd gebruikelijk om als koning
toespraken te geven aan de onderdanen om op die manier informatie te verspreiden.

Economisch: Het is voor de koning belangrijk om zeker te zijn dat iedere palts hem trouw
blijft om zo een inkomen uit deze paltsen te blijven houden.

5. De kroniek schetst het beeld dat er voor veel mensen in Europa een beter leven op hen
wacht in Jeruzalem, dit geeft hen dus een goede reden (rijkdom) om mee te doen aan de
kruistochten.

Het probleem in het koninkrijk Jeruzalem is dat er nog veel non-christenen wonen zoals
bijvoorbeeld de Saraceense (moslima’s). Een influx van meer Christenen naar Jeruzalem kan
er voor zorgen dat de dominante van het Christendom in dit gebied toeneemt.

6. Een voorbeeld van continuïteit: De Portugezen hebben willen ook graag handelen in
specerijen, maar kunnen dat via het land moeilijk doen.
Een voorbeeld van verandering: voorheen kochten de Portugezen de specerijen die door
anderen naar hun land werden gebracht, maar nu is het anders en varen de Portugezen zelf
naar verre landen om deze specerijen op te halen en zelfs aan anderen te verkopen.
Kenmerkend aspect: de overzeese expansie van Europa.
7. Uit de bron blijkt dat er al meerdere dagen geruchten van een beeldenstorm in Gent
rondgingen, dit is te verklaren aan de hand van het feit dat de beeldenstorm zich als “idee”
verspreidt. Hierdoor waren mensen al enkele dagen op de hoogte van de mogelijkheid tot
een beeldenstorm waardoor deze mogelijk niet meer als “spontaan” bestempeld zou mogen
worden.

De beslissing om het dagboek van Van Vaernewijck geheim te houden is te verklaren aan de
hand van de komst van Alva omdat Alva van Filips II de opdracht kreeg om weerstand te
bieden tegen de beweging van de protestanten en calvinisten. Vanuit de passage in zijn
dagboek lijkt Vaernewijck bang voor deze bewegingen en lijkt moeilijk met een sterke hand
op te kunnen treden, dit beeld past niet bij de politiek zoals Alva deze wil gaan uitvoeren om
het katholieke geloof te beschermen.

8. De watergeuzen maken gebruik van het water (in de prent weergegeven als de zeegod
neptunus) door middel van het doorprikken van enkele dijken waardoor delen rondom
Leiden onder water komen te staan.

Deze tactiek wordt verdedigd vanuit:


1. De noodzaak om Leiden te bevrijden omdat er in de stad voornamelijk door honger (geen
toevoer van eten) enorme hoeveelheden doden vallen. Als Leiden zo snel mogelijk wordt
ontzet kan dit zorgen dat minder mensen zullen sterven. Dit is in de prent weergegeven door
de maagd Leiden die wordt lastiggevallen door de personificaties van honger, dood en de
pest en hoe de gewone burger het voornaamste slachtoffer is van deze strijd (want deze ligt
in de prent op de grond en wordt in deze strijd verdrukt).
2. In de prent lijkt het alsof de watergeuzen in het strijd de hulp krijgen van verschillende
goden. Zo wordt er vanuit de lucht water in de zee gegoten (meer water om door de dijken
te breken) en blaast een figuur in de lucht met een flinke hoeveelheid wind die bedoeld is
om de schepen van de watergeuzen in de goede richting te sturen.

9. In het Plakkaat van verlatinghe gaven de Nederlandse gewesten gezamenlijk aan het gezag
van de Spaanse koning (Filips II) niet meer te erkennen. Echter was Willem van Oranje een
jaar eerder overleden en was er dus nog geen duidelijke structuur in het bestuur van de
gewesten (wat een aantal jaren later wel gebeurde bij het uitroepen van de republiek).

De belegering van Antwerpen door de Spanjaarden zorgt in de gewesten voor onrust; de


Spanjaarden zijn dichtbij en zouden makkelijk de macht over de gewesten kunnen grijpen,
daarom is Nederland op zoek naar (militaire) steun van de Engelsen.

10. Het ontstaan van wereldhandel en een wereldeconomie mede dankzij het oprichten van de
Verenigde Oost-Indische Campagnie (VOC).
De VOC groeide snel uit tot het grootste “bedrijf” ter wereld en mensen konden zelfs
aandelen in de VOC kopen waardoor de VOC makkelijk aan een startkapitaal kon komen.
Vanuit de VOC is de wereldhandel in snelle vaart toegenomen wat de Nederlandse
economie ten goede deed.
Het beleid van de republiek is om vol in te zetten op de scheepsvaart wat in de bron goed te
zien is aan de hoge mate van vakmanschap waarover de Nederlandse Marine beschikt.

11. Belle van Zuylen stipt hier eigenlijk aan dat ook vrouwen meer toegang zouden moeten
krijgen tot het onderwijs, maar laat ook vooral doorschijnen dat zowel man als vrouwen
meer toegang tot onderwijs zouden moeten krijgen, dit is een vorm van verlicht denken op
het gebied van sociale verhoudingen.
Verder spreekt van Zuylen over een verstandelijk vermogen dat “geperfectioneerd” is door
studie, dit is deel van het rationeel optimisme, het denken vanuit de ratio (door studie).

De politiek-maatschappelijke verandering waarop zij voorliep is het ontstaan van het


feminisme.

12. Tula laat weten net als de Fransen af te willen van het oude regime waar het geloof en de
adel boven het “gewone” volk staan. Volgens hem is iedereen gelijk “komen alle mensen
niet voort uit Adam en Eva?” Dit is dan ook de boodschap die hij wil doorgeven: mensen
horen gelijk te zijn en het is niet verkeerd om daar voor te strijden.

Pastoor Schinck wil Nederland vooral waarschuwen voor wat er met de “hogere klasse” is
gebeurd na de Franse revolutie: De guillotine. Als de Nederlanders niet oppassen breekt
daar een soortgelijke revolutie uit en zullen daar ook letterlijk koppen gaan rollen. De
verspreiding van deze Franse revolutie stipt hij nogmaals aan door te spreken over de
“moderne Franse liedjes” en door te verwijzen naar de verlichte denker Robespierre.

13. 6-3-1-5-4-2

14. Het probleem dat de tweede kamer hier wilde voorkomen is een conflict met de boze
plantage-eigenaren en aan de andere kant een mogelijke vrijheidsstrijd vanuit de slaven.
Alhoewel de slaven hun “vrijheid” krijgen is er duidelijk een compromis want de
“vrijgelaten” slaven moeten alsnog een verplicht arbeidscontact afsluiten. Hiermee wordt
een compromis gesloten met de slavenhandelaren dat ze moeten “stoppen” met de
slavernij, maar niet direct hun plantages moeten sluiten. Zij hebben immers de komende 10
jaar nog een vorm van zeer goedkope arbeid.

15. Door alle bezittingen te nationaliseren kan de productie (en dus ook de economie) worden
verbeterd.

16. De tekst “zo is het beestje totaal gevaarloos” laat zien dat volgens Albert Hahn sr. De
geestelijke en adelijke macht hun macht gewoon zullen behouden ondanks dat er
verkiezingen zijn. Zowel de adelijke als geestelijke macht worden daarom in de prent
normaal afgebeeld waar de katholieke arbeider een oude afgezwakte muilezel is die ook nog
eens op verscheidende manier is vastgebonden.

De Notenkraker wil natuurlijk graag zien dat de invoeringen van het algemeen
mannenkiesrecht wel zorgt voor grote veranderingen en daarom is de prent een goed
voorbeeld voor de pessimistische twijfel rondom of het kiesrecht wel echt voor verandering
gaat zorgen.

17. Wilhelm II waarschuwt met deze uitspraak voor latere financiële verplichtingen van
Duitsland richting de verenigde staten aangezien vanuit het Dawesplan veel geld wordt
geleend wat pas later terug betaald dient te worden. Als deze rente eenmaal betaald dient
te worden moet Duitsland nog meer geld betalen aan andere landen (bovenop de
betalingen vanuit het verdrag van Versailles).

Wilhelm II is waarschijnlijk van mening dat Duitsland Amerika helemaal niet nodig heeft om
een sterke economie te krijgen, Duitsland zou prima een grote economie kunnen krijgen
zonder de andere landen door het uitbouwen van een autarkie.

Wilhelm II is erg eenzijdig over de Weimarregering omdat hij van mening is dat Duitsland de
eerste wereldoorlog nog had kunnen winnen (de dolksteeklegende), maar deze overwinning
niet heeft kunnen uitvoeren omdat hij werd afgezet als keizer. Naast dat hij kritisch is over
de nederlaag van Duitsland is hij ook nog kritisch over het feit dat de Weimarrepubliek in
1918 akkoord gaat met het verdrag van Versailles waarin vernederd wordt (alle schuld van
de oorlog op zich nemen) en veel geld moet betalen.

18. De politieke situatie in de Weimarrepubliek is nogal een chaos (weergegeven door het wilde
paard). Duitsland is niet echt gewend aan een parlementaire democratie en er wordt
daardoor snel gewisseld van regering naar regering (je ziet op de prent dat meerdere
mensen al van het paard zijn afgeslingerd, waarschijnlijk na een poging “het beest te
berijden”.

Hitler beweert in zijn toespraken WEL orde in Duitsland te kunnen regelen en krijgt hiermee
steeds meer aanhang onder het volk. Von Hindenburg ziet weinig in de praatjes van Hitler en
denkt dat als hij hem een kans geeft om mee te regeren (benoemen tot bondskanselier)
Hitler de grootste beloftes die hij doet sowieso niet waar kan maken (ook hij zal van het
paard in de prent afvallen), dit wordt ook op die manier getoond in de prent. Hitler staat als
klein mannetje op zijn trapje “bondskanselier” terwijl Von Hindenburg er veel groter naast
staat en roept “you said you can ride it, now prove it!”.

19. In het artikel wordt “de Jood Speyer” los genoemd van “Duitse volksgenoten”, hiermee wekt
de schrijver van het artikel dus het idee dat Joden niet behoren tot de volksgemeinschaft en
buiten gesloten zouden moeten worden van de rest van het volk (geen spullen meer kopen
in Joodse winkels).

Verder wordt in het artikel genoemd dat juffrouw hilda G. stemrecht had in de vakvereniging
van naaisters, maar omdat zij oproep tot steun van de Joodse winkelier is zij dit stemrecht
verloren. Oftewel: niet enkel Joden behoren niet tot de volksgemeinschaft, maar ook
mensen die deze joden steun bieden vallen buiten de boot.

20.
20. Sommige mensen in de DDR hadden het idee dat invloed van Amerika juist een positief
effect zou kunnen hebben op de DDR. Het verhaal van de vermeende verspreiding van
coloradokevers door de Amerikanen geeft kritiek op dit idee en laat de bevolking van de
DDR zien dat Amerikanen meedogenloos en gewetenloos zijn.

21. KA: Dekolonisatie maakt een einde aan West-Europees bestuur op afstand
Indonesië heeft door de Japanse overname tijdens de Tweede Wereldoorlog gezien dat de
Europeanen te verslaan zijn en is langzaam uit op ECHTE zelfstandigheid. Nationalisme
neemt toe en Aziatische landen willen niet nog deels (soms gematigd) bestuurd worden
vanuit Europa. Vandaar maakt Indonesië een einde aan de Nederland-Indonesische Unie.

22. Brezjnev was bang dat als de Praagse Lente een succes zou zijn, andere landen ook zouden
afwijken van het totalitaire communisme (domino-effect). Daarom moest de Praagse Lente
hard worden afgeslagen door middel van een militaire inval.

Oost-Duitsland is DE doorweg naar West-Duitsland en in Oost-Duitsland waren ook veel


mensen ontevreden over het totalitaire communistische regime. Het zou onhandig zijn als
veel militairen zouden vertrekken naar Praag en vervolgens in de DDR OOK een opstand
uitbreekt.

23. Gedurende de vietnamoorlog werden steeds meer Amerikanen het oneens met het voeren
van de vietnamoorlog. Door de president verplicht te laten overleggen met het congres over
het inzetten van Amerikaanse troepen zullen Amerikaanse troepen mogelijk minder vaak
worden ingezet waardoor spanningen in de koude oorlog afnemen. Dit zal ook zorgen voor
een verminderd protest vanuit de Amerikaanse bevolking.

24. Het weigeren van de Marshallhulp en het uitvoeren van vijfjarenplannen hebben er voor
gezorgd dat dat economie van de landen van het Warschaupact ondergeschikt is geworden
aan die van West-Europese landen wat ook te zien is aan de ontwikkelingen van nieuwe
technologieën. Door de burgers meer inspraak te geven (democratisering) kan dit gat
eindelijk overbrugt worden en zullen verscheidende sectoren ook in het oosten van Europa
opbloeien.

Postzegels worden simpelweg door veel inwoners gezien en zijn daardoor een geschikt
medium om deze politieke boodschap te verspreiden.

25. Bron 13 laat zien dat er een groot verschil is tussen de belevingswereld van de jongeren (de
scholieren) en “de eerdere generatie” (de rector). Jongeren na de 2e wereldoorlog hadden al
snel een hele andere belevingswereld door o.a. de ontzuiling en het ontstaan van
subculturen. Deze veranderingen beginnen dus bij 1 generatie en verspreiden zich niet in 1x
over de gehele bevolking, dit mede omdat deze jongeren opgeroeide in een tijd van
economische welvaart in plaats van oorlog.

You might also like