Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 4

Eisen documentatiemap betoog

In je documentatiemap laat je zien dat je je betoog goed hebt voorbereid. Je mag deze
documentatiemap erbij houden wanneer je je betoog schrijft. Wanneer de documentatiemap
onvoldoende is, mag je geen betoog schrijven en kun je maximaal een 3 halen.
Je documentatiemap bevat:
1. Een voorblad met je naam, klas, docent.
2. Een inhoudsopgave
3. Een inleiding
4. Een beschrijving van de context (tekstvorm, publicatiemedium, publiek)
5. De eisen die voortvloeien uit de gekozen context
6. De geparafraseerde bronnen per argument
7. Het schrijfplan/argumentatieschema
8. Een bronnenlijst
9. Bijlage 1: feedback op eerste versie
10. Bijlage 2: oefenbetoog Black Mirror met feedback

2. De inhoudsopgave
Zorg voor een correcte inhoudsopgave. Zoek op hoe die eruit moet zien en gebruik in
Word de functie Inhoudsopgave onder het tabblad Verwijzingen om automatisch een
inhoudsopgave te genereren. Zorg ervoor dat je de titels van je hoofdstukken
markeert als kop 1 in het tabblad Start.

3. De inleiding
In de inleiding leg je uit wat het verband is tussen de roman en je standpunt over de
maatschappelijke ontwikkeling zoals je dat in je mondelinge presentatie hebt
uitgelegd.

4. De beschrijving van de context


Voor je geschreven betoog kies je een doelgroep naar keuze, een tekstvorm (blog,
column, ingezonden artikel, manifest, commentaar), een medium waar je tekst
gepubliceerd moet worden. Schijf in je documentatiemap op waarom je voor deze
context hebt gekozen.

5. De eisen die voortvloeien uit de context


Om je overtuigingskracht zo groot mogeliijk te maken, moet je zowel de argumenten
(de inhoud) als de verwoording en de opbouw optimaal afstemmen op de doelgroep.
Met andere woorden: kies de meest geschikte argumenten, zorg voor het juiste
pathos en ethos.
a. Argumentatie
Het is de bedoeling dat je je argumenten zo goed mogelijk onderbouwt. Hiervoor is
het nodig om goede bronnen te gebruiken. De samenvatting van de bronnen de je
gebruikt vat je samen (parafraseren). Het parafraseren doe je als volgt. Je geeft een
algemene beschrijving van de bron (wie heeft die geschreven, waarom (geef de
hoofdgedachte van de tekst als geheel), voor wie, hoe (tekstvorm) en waar is de tekst
gepubliceerd. Vervolgens vat je alleen de informatie samen die je nodig hebt. Deze
tekst schrijf je onder het argument waar de informatie betrekking op heeft:
Argument 1

 Bron1: Naam artikel + naam krant/site + datum + naam schrijver


Hier parafraseer je de tekst die je nodig hebt

 Bron 2: Naam artikel + naam krant/site + datum + naam schrijver


Hier parafraseer je de tekst die je nodig hebt

Argument 2

 Bron1: Naam artikel + naam krant/site + datum + naam schrijver


Hier parafraseer je de tekst die je nodig hebt

 Bron 2: Naam artikel + naam krant/site + datum + naam schrijver


Hier parafraseer je de tekst die je nodig hebt

b. Presentatie
Neem onderstaande tabel over, vul die in en neem die op in je documentatiemap.
Medium Internet, namelijk deze site:
Krant, namelijk deze krant:
Tijdschrift, namelijk dit tijdschrift:
Folder, in deze oplage … die verspreid wordt in ….
Tekstvorm
Doelgroep ………., omdat………….
Strategie Welk gevoel of indruk wil je vooral niet bij de doelgroep opwekken:

Daarom doe ik het volgende niet:


Welk gevoel over het onderwerp (pathos) en indruk van jezelf (ethos)
wil je bij je doelgroep opwekken.

Indruk van mezelf (ethos):


 Vooral grappig/origineel/fatsoenlijk/anders nl…… Daarom doe
ik dit in de tekst:
………………………………………………………………………..
 Vooral kundig/intelligent. Daarom doe ik dit in de tekst:
………………………………………………………………………..
 Vooral sociaal. Daarom doe ik dit in de tekst:
………………………………………………………………………..

Het gevoel dat ik over ………… wil opwekken bij de doelgroep is


vooral …………………………………………………………………..
(pathos). Daarom doe ik dit in de tekst:
 Op woordniveau gebruik ik de volgende
intensiveerders/gekleurde woorden
……………………………………………… over………..
 Op zins(deel)niveau gebruik ik de volgende
metaforen/vergelijkingen…………………………………………...
om……………………………………………………………………
en frame ik …………………………………………………………
op deze manier……………………………………………………...
om…………………………………………………………………….
 Op structuurniveau creëer ik de volgende tegenstellingen
……………………………………………………….
over………………………………………….om ……………. en
de volgende herhalingen ……………………………………….
om……………………………………………………………………

7. Het schrijfplan
Hieronder staat een mogelijk schrijfplan dat geen rekening houdt met de context (tekstvorm,
medium en publiek). Je dit schrijfplan daarom aanpassen aan je eigen plan. Je mag per
alinea vijf steekwoorden invullen. Als je iemand in je tekst gaat citeren, mag je dat volledig
overnemen.

Tekstdeel Functie Kernzin


Aandacht trekken Citaat/Anekdote/Opmerkelijk feit
1
Inleiding

2 Onderwerp introduceren Standpunt of stelling

1 Probleem schetsen

2 Argument 1

Onderbouwing
Middenstuk

3 Argument 2

Onderbouwing

1 Conclusie
Slo

Goede afsluiting
t

8. Bronnenlijst in je documentatiemap
Noteer alle gebruikte bronnen in een lijst. Dit doe je als volgt:
Internetpagina
Noteer de naam van de organisatie, dan de naam van het artikel en vervolgens de waarop
je deze hebt geraadpleegd en dan DE URL.
Voorbeeld
Maris College (zd) PTA’s havo 2019-2020. Geraadpleegd op 5 december 2019 van:
https://www.mariscollege.nl/belgisch-park/pta-havo-2019-2020-1-jarig-5e-klas/,

Krant
Auteur (publicatiedatum). Titel artikel. Krant.

Voorbeeld
R. Buis. (2008, 20 januari) ‘Een nieuw rijbewijs voor bromfietsers’. De Gelderlander. p. 15 /
geraadpleegd van: www.degelderlander.nl

11. Bijlage 1 – feedback op eerste versie


12. Bijlage 2 – oefenbetoog Black Mirror + feedback

You might also like