Professional Documents
Culture Documents
SV EU
SV EU
2
DEEL I HET JURIDISCH KADER VAN HET EUROPEES INTEGRATIEPROCES: HISTORISCHE EVOLUTIE..............3
HOOFDSTUK 1 DE START VAN HET EUROPEES INTEGRATIEPROCES...............................................................................3
Afdeling 1 De eerste initiatieven tot Europese samenwerking...................................................................3
§1 Marshall-plan, OEES, OESO, Benelux, De Raad van Europa................................................................................3
§2 Internationale organisaties................................................................................................................................3
Afdeling 2 Oprichting van de Europese gemeenschappen..........................................................................3
§1 De verklaring van Schuman en de Europese gemeenschap voor kolen en staat (EGKS)....................................3
§2 De Europese Defensiegemeenschap (EDG), Europese Politieke Gemeenschap (EPG), Euratom........................3
§3 EEG.................................................................................................................................................................... 4
HOOFDSTUK 2 VERDIEPING VAN HET EUROPEES INTEGRATIEPROCES............................................................................4
Afdeling 1 Van Europese gemeenschappen naar Europese Unie...............................................................4
§1 De Europese Akte: van Gemeenschappelijke Markt naar Interne Markt...........................................................4
§2 Samenwerking buiten het kader van de Europese Gemeenschappen...............................................................5
Afdeling 2 Het verdrag betreffende de EU (verdrag van Maastricht – 1992/1993)...................................5
Afdeling 3 Het verdrag van Amsterdam (1997/1999).................................................................................5
Afdeling 4 Het verdrag van Nice (2000/2003)............................................................................................5
Afdeling 5 De Europese conventie en het verdrag tot vaststelling van een grondwet voor Europa..........6
Afdeling 6 Het verdrag van Lissabon...........................................................................................................6
Afdeling 7 EU Handvest van de Grondrechten............................................................................................6
§1 Achtergrond.......................................................................................................................................................6
§2 Arrest Akerberg-Fransson (C-617/10)................................................................................................................6
§3 Arrest Pelckmans t Van Gastel (c-483/12).........................................................................................................7
Afdeling 8 Post-Lissabon: impact van de eurocrisis....................................................................................7
§1 Achtergrond.......................................................................................................................................................7
§2 Aanpak eurocrisis...............................................................................................................................................7
§3 De eurocrisis voor het HJEU...............................................................................................................................7
HOOFDSTUK 3 DE UITBREIDING VAN DE EUROPESE UNIE..........................................................................................8
Afdeling 1 Juridisch kader van het EU-uitbreidingsproces..........................................................................8
Afdeling 2 Evolutie van het EU-uitbreidingsproces.....................................................................................8
Afdeling 3 Brexit..........................................................................................................................................9
§1 Achtergrond.......................................................................................................................................................9
§2 Brexit-proces.....................................................................................................................................................9
§3 De Ierse kwestie.................................................................................................................................................9
§2 Internationale organisaties
Intergouvernementeel Supranationaal
LS als belangrijkste actor Instellingen die onafhankelijk vd LS opereren
Beslissingen bij consensus of unanimiteit Beslissingen bij meerderheid
Bronnen v int. Recht (verdragen, conventies…) Autonome rechtsorde met eigen rechtbronnen
Rechtsgevolgen in nationale rechtsorde worden Directe werking en voorrang
bepaald door nationaal grondwettelijk recht (cf.
monisme vs dualisme)
§3 EEG
- Art. 2 EEG-verdrag
- Vrijhandelszone
o Afschaffing douaneheffing + quota mbt goederen v LS
- Douane-unie
o Vrijhandelszone
o Gemeenschappelijk extern douanetarief
- Gemeenschappelijke/interne markt
o Vrij verkeer v productiefactoren
o Gemeenschappelijk beleid in diverse sectoren
o De afschaffing v alle belemmeringen vh intracommunautaire handelsverkeer
teneinde de nationale markten te verenigen tot 1 enkele markt die de
omstandigheden ve binnenlandse markt zoveel mogelijk benadert (arrest Schul,
15/81)
o Overgangsperiode v 12j (3x4)
- Eco. En monetaire unie
o Gemeenschappelijke munt
EU
(Gemeenschappelijke beginselen)
EGKS GBVB JBZ
E(E)g
EURATOM
Communautair Nt-communutaire
Supranationaal Intergouvernementeel
- Eco. + monetaire unie
o Maastrichtcriteria
o Euro ingevoerd als betaalmiddel in 1999/2002
o Nt alle EU-LS maken deel uit vd eurozone
- Eu. Burgerschap
o Recht om vrij op het grondgebied vd EU te rijzen + te verblijven
o Actief + passief kiesrecht bij Eu. + lokale verkiezingen
o Diplomatieke en consulaire bescherming ih buitenland
o Interactie met EU-instellingen (oa ombudsman, toegang tot doc.)
Afdeling 5 De Europese conventie en het verdrag tot vaststelling van een grondwet voor
Europa
- Verklaring betreffende de toekomst vd EU
o Vereenvoudigde verdragen
o Nauwkeurige bevoegdheidsafbakening
o Statuut Handvest vd grondrechten
o Rol v nationale parlementen
§2 Aanpak eurocrisis
- Oprichting noodfondsen
o 1e ad hoc fondsen, nadien een permanent noodfonds
o Verdrag tot oprichting ve Eu. Stabilisatiemechanisme
- Preventieve maatregelen
o Sixpack
Versterking stabiliteits- en groeipact (oa inzake sancties)
o Twopack
Versterkte monitoring begroting LS’n (oa Eu. Semester)
o Begrotingspact (fiscal compact)
Oa verplichte schuldenrem in nationale grondwetten
o Bankenunie
Gemeenschappelijk bankentoezicht eurozone
Afdeling 3 Brexit
§1 Achtergrond
- EEG-toetreding UK in 1973 na initieel lidmaatschap vd EVA
o Na dubbel veto (1963/1967) door Fr. (C.De Gaulle)
o Referendum over lidmaatschap in 1975 (67.2% pro)
- UK remains sceptical about far-reaching integration
o M. Thatcher – ‘ i want my money back’ (1979)
o opt-outs: EMU, Schengen, Ruimte v Vrijheid, Veiligheid en Recht, Handvest vd
Grondrechten
o Interne politiek: opkomst UKIP en verkiezingsbelofte D. Cameron (2015)
- Nieuwe regeling voor het UK binnen de EU (2016)
- Brexit-referendum (2016)
o 52% stemt voor uittrede
§2 Brexit-proces
- Gefaseerde aanpak
o Uittredingsakkoord gebaseerd op art. 50 VEU
o Nieuw juridisch kader: te sluiten na Brexit!
- Uittredingsakkoord + politieke verklaring
- 2020: UK de jure uit de EU; start overgangsperiode tot 2020
- 2021: handels- en samenwerkingsakkoord
§3 De Ierse kwestie
- Achtergrond
o Protestantse ‘unionisten’ vs katholieke ‘nationalisten’
o Goede Vrijdagakkoord (1998)
o Brexit en grenscontroles?
Afdeling 2 Schengenzone
- Achtergrond
o Schengenconventie (1985) sinds 1999 deel vh EU acquis
o Afschaffen fysieke grenscontroles ad binnengrenzen + gezamenlijk beleid tav de
buitengrenzen
o Controle buitengrenzen blijft nationale bevoegdheid, wel gesteund door Fronotex
(EU-agentschap, 2004)
- Wat kan en wat kan nt onder de Schengenregels
o Tijdelijke grenscontroles mogelijk wegens redenen v openbare orden en veiligheid
(max. 2j)
o Identiteitscontroles vs grenscontroles
Vergelijk arrest Melki en Abdeli en arrest Adil t. Minister voor Immigratie,
Integratie en Asiel
Mag nt structureel gedurende een periode zijn waarbij men iedereen
tegenhoudt
Ook verboden indien uitgevoerd door privémaatschappijen (zie arrest
Touring Tours)
Afdeling 9 Conclusie
- Unie gebaseerd op rechten voor waarden – Art. 2 VEU
- Politieke controle via Art. 7 VEU (+ Verordening 2020/2092)
- Juridische controle via HvJ, voor zover nationale maatregelen vallen binnen
toepassingsgebied van het Unierecht
- Onafhankelijkheid rechterlijke macht als kernelement van respect voor de rechtsstaat
o Rol van Art. 19, lid 1, 2e alinea VEU + Art. 47 HV in combinatie met Art. 2 VEU!
Europese Raad
Art. 15 VEU, art. 235 – 236 VWEU
Hof van justitie Commissie Europees Economisch
Art. 19 VEU, art. 251 – Art. 17 VEU, art. 244 – 250 VWEU en sociaal Comité
281 VWEU Art. 301 -304 VWEU
Raad Europees Parlement Comité van de Regio’s
Art. 16 VEU, art. 237 – Art. 14 VEU, art. 223 – Art. 305 – 307 VWEU
243 VWEU 234 VWEU
Rekenkamer Europese Centrale Europese
Art. 285 – 287 VWEU Bank Investeringsbank
Art. 282 – 284 VWEU Art. 309 VWEU
Hoofdstuk 1 Het Europees Parlement (art. 13 -14 en 223 – 234 VWEU)
- Samenstelling
o Sinds 1979 rechtstreeks verkozen voor periode van 5 jaar
o Maximum 751 leden
- Besluitvorming
o Meerderheid van uitgebrachte stemmen
o Uitz. Meerderheid van leden
Vb. amendementen begroting of standpunt Raad
o Uitz. 2/3 uitgebrachte stemmen + meerderheid leden
Vb. motie van wantrouwen tav Commissie (controle)
- Fracties en partijen
o Politieke fracties
Minimaal 25 leden
Vertegenwoordiging van min. ¼ lidstaten
‘Niet-ingeschrevenen’ behoren tot geen enkele fractie
Belangrijk i.v.m. samenstelling parlementaire commissies en rapporteurs
o Politieke partijen
Formeel samenwerkingsverband tussen verwante politieke partijen uit
verschillende lidstaten
- Bevoegdheden
o Wetgevende bevoegdheden
Rol in gewone en bijzondere besluitvormingsprocedures
o Controlerende bevoegdheden
Mede-verantwoordelijk (met Raad) voor budget (314 VWEU)
Motie van afkeuring Commissie (Art. 234 VWEU)
Rol in aanstelling Commissie
Bespreking bijeenkomsten Europese Raad
Petities van burgers
Etc.
Hoofdstuk 5 Het hof van justitie van de EU (art. 251 – 281 VWEU)
- Hof van Justitie
o 27 rechters en 11 advocaten-generaal
Kamers van 3, 5 or 15 rechters of plenair
o Benoemd voor periode van 6 jaar, verlengbaar
- Gerecht (°1989)
o 54 rechters; geen advocaten-generaal
- Art. 344 VWEU
o De lidstaten verbinden zich, een geschil betreffende de uitlegging of de toepassing
van de Verdragen niet op andere wijze te doen beslechten dan in de Verdragen is
voorgeschreven.
o Vb. Zaak C-459/03, Commissie t. Ierland (Mox plant)
- Relatie HvJ - Gerecht
o HvJ
Prejudiciële vragen
Directe procedures tegen lidstaten
Lidstaat t. Raad/EP
Inter-institutionele conflicten
Gn beroep mogelijk tegen beslissingen
o Gerecht
Alle directe procedures tegen instellingen
Met uitzondering van: (Art. 51 Statuut van het Hof):
Lidstaat t. Raad/EP
Inter-institutionele conflicten
- Hogere voorziening
o Gerecht --> Hof van Justitie
o Binnen de twee maanden na betekening van de bestreden beslissing
o Voor partijen die geheel/gedeeltelijk in ongelijk zijn gesteld + lidstaten/instellingen
die niet zijn tussengekomen in geding voor Gerecht
o Geen schorsende werking
Mogelijkheid tot voorlopige maatregelen (art. 279 VWEU)
o Alleen betreffende rechtsvragen
Onbevoegdheid
Onregelmatigheden in procedure
Schending van het EU recht
- Kort geding (art. 279 VWEU)
o Mogelijkheid tot het nemen van ‘voorlopige maatregelen’
o Doel: de volledige doeltreffendheid van de eindbeslissing waarborgen
o Het Hof is bevoegd om “alle voorlopige maatregelen vast te stellen die het
noodzakelijk acht”
Inclusief de mogelijkheid tot opleggen ve dwangsom!
o Bij beschikking van de (vice-)voorzitter op basis van 2 cumulatieve voorwaarden:
Indien is aangetoond dat de voorlopige maatregelen op het eerste gezicht
‘feitelijk en rechtens gerechtvaardigd zijn’ (fumus boni juris)
Spoedeisend zijn in de zin dat het noodzakelijk is ter voorkoming van
ernstige schade aan de belangen van de verzoeker
o Zie: Beschikking in zaak C-441/17 R, Commissie t. Polen (Puszcza Białowieska)
- Rechtstreekse procedures
Hoofdstuk 8 Andere organen en instanties van de EU niet vermeld in art. 13, 1e lid
VEU
- Europees Economisch en Sociaal Comité
o 353 leden, benoemd voor 5 jaar
o Vertegenwoordigers van werkgevers, werknemers, belangengroepen (o.a. boeren,
consumenten)
- Comité van de Regio’s
o 353 leden, benoemd voor 5 jaar
o Vertegenwoordigers van lokale en regionale overheden
- Eurogroep
- Europese investeringsbank
- Ombudsman
- Europese dienst voor extern optreden
- Agentschappen
o bv. Frontex
Afdeling 2 Richtlijn
- Kenmerken
o Verbindend voor lidstaten en ten aanzien van het resultaat
o Nationale instanties kiezen vorm en middelen
o Omzetting in nationaal recht verplicht (binnen bepaalde termijn)
- Rechtsgevolgen
o Harmonisatie van wetgeving
o Verticale maar geen horizontale directe werking!
- Zaak 41/74, Van Duyn
o Feiten
Een vrouw met de Nederlandse nationaliteit (Mevr. Van Duyn) wil in Londen
werken als secretaresse bij de ‘Church of Scientology’
Mevr. Van Duyn wordt echter de toegang tot het Verenigd Koninkrijk
geweigerd; volgens de Britse autoriteiten zijn de activiteiten van de Church
of Scientology ‘sociaal schadelijk’
o Juridische vraag
Is de weigeringsbeslissing van het VK in overeenstemming met Richtlijn
64/221 van de Raad over de coördinatie van de voor vreemdelingen
geldende bijzondere maatregelen ten aanzien van verplaatsing en verblijf,
die gerechtvaardigd zijn uit openbare orde, openbare veiligheid en
volksgezondheid ?
Artikel 3 (1) van deze richtlijn voorziet dat “maatregelen van
openbare orde moeten uitsluitend berusten op het persoonlijk
gedrag van de betrokkene”
o Directe werking richtlijn?
Verenigd Koninkrijk
“Er moet worden aangenomen dat de Raad, door geen verordening
maar een richtlijn vast te stellen, heeft gewild dat de richtlijn anders
zou werken dan een verordening en dus niet rechtstreeks
toepasselijk zou zijn”.
Hof van Justitie
“Het zou onverenigbaar zijn met de dwingende werking die in [Art.
188 VWEU] aan de richtlijn wordt toegekend […] indien men in
beginsel zou uitsluiten dat een daarbij opgelegde verplichting kan
worden ingeroepen door personen op wie zij betrekking heeft.” (r.o.
12)
Het ‘nuttig effect’ (effet utile) van de richtlijn!
“In ieder afzonderlijk geval moet worden onderzocht of aard, opzet en
bewoordingen van het betrokken voorschrift medebrengen dat het in de
rechtsbetrekkingen tussen de LS’n en particulieren tot directe gevolgen kan
leiden”
Voorwaarden
De ingeroepen bepalingen moet duidelijk en onvoorwaardelijk zijn
Omzettingsperiode is verstreken
Geen (of foute) omzetting in nationale wetgeving
- Zaak C-91/92, Faccini Dori
o Feiten
F. Dori sluit een overeenkomst voor een schriftelijke cursus Engels in het
centraal station van Milaan
F. Dori annuleert na een paar dagen de overeenkomst per aangetekende
brief
Richtlijn 85/577/EEG inzake buiten verkoopruimten gesloten
overeenkomsten was niet in Italiaanse wetgeving omgezet (hoewel
omzettingstermijn was verstreken)
Richtlijn 85/577/EG voorziet minimumtermijn van 7 dagen om buiten
verkoopruimten gesloten overeenkomsten kosteloos te annuleren
o Rechtsvraag
Kan F. Dori zich rechtstreeks op de bepalingen van Richtlijn 85/577/EEG
beroepen?
o Uitspraak
Een richtlijn kan uit zichzelf geen verplichtingen aan particulieren opleggen
Fundamenteel onderscheid met Verordeningen!
Quid rechtsbescherming voor particulieren?
Plicht tot richtlijnconforme interpretatie voor nationale rechters
(‘indirecte werking’)
o Relevante nationale wetgeving nodig
o Geen contra legem interpretatie mogelijk
- Zaak C-6/90, Francovich ea
o
Feiten
Richtlijn 80/987 m.b.t. minimumbescherming van werknemers bij insolventie
van de werkgever is niet omgezet in Italië ook al is de omzettingstermijn
verstreken
Francovich e.a. eisen terugbetaling achterstallig loon na failliet van hun
werkgever
o Rechtsvraag
Kunnen Francovich e.a. schadeloosstelling eisen van de Italiaanse overheid?
- Voorwaarden AH
o Voldoende gekwalificeerde schending van het Europees recht
O.a. niet tijdig omzetten van de richtlijn
o Richtlijn omvat toekenning van rechten aan particulieren
Inhoud van die rechten moet kunnen worden vastgesteld op basis van de
bepalingen van die richtlijn
o Causaal verband tussen de schending en de geleden schade
Hoofdstuk 2 Wetgevingsprocedures
- Gewone wetgevingsprocedure
o Initiatief Europese Commissie
o Raad en Europees Parlement moeten akkoord gaan
o Maximum 3 lezingen
- Bijzondere wetgevingsprocedure
o Raadplegingsprocedure
o Goedkeuringsprocedure
Afdeling 1 Bevoegdheidscategorieën
- Exclusieve bevoegdheden (art. 3 VWEU)
o Enkel de EU kan wetgevend optreden, LS’n kunnen enkel uitvoeringsmaatregelen
nemen
- Gedeelde bevoegdheden (art. 4 VWEU)
o Zowel de EU als de LS’n kunnen wetgevend optreden, in principe kunnen de LS’n
enkel optreden voor zover de EU haar bevoegdheden nog nt heeft uitgeoefend (=
pre-emption beginsel)
- Aanvullende bevoegdheden (art. 6 VWEU)
o De EU is bevoegd om het optreden vd LS’n te ondersteunen, te coördineren of aan te
vullen
- Sui generis bevoegdheden (art. 5 + 24 VWEU)
o Coördinatie v sociaal-eco. Beleid vd LS’n
o GBVB
- Zaak 22/70, Comm. t Raad
o Feiten
Commissie verzoekt nietigverklaring van de beslissing van de Raad m.b.t. “de
onderhandeling over en sluiten van de Europese Overeenkomst betreffende
de arbeidsvoorwaarden voor de bemanning van motorvoertuigen voor het
internationale wegvervoer (AETR)”, door de lidstaten van de EEG
Verordening 543/69 inzake rij- en rusttijden van de bemanning van
voertuigen in het wegvervoer
o Rechtsvraag
Zijn de lidstaten dan wel de EEG bevoegd m.b.t. de onderhandelingen over
en het sluiten van het AETR-akkoord?
- Flexibiliteitsclausule (art. 352 VWEU)
o Indien een optreden van de Unie in het kader van de beleidsgebieden van de
Verdragen nodig blijkt om een van de doelstellingen van de Verdragen te
verwezenlijken zonder dat deze Verdragen in de daartoe vereiste bevoegdheden
voorzien […]
o Eenparigheid in Raad na voorstel Commissie en goedkeuring Europees parlement
o Niet van toepassing op vlak van GBVB
o Grenzen: cf. Advies 2/94 (toetreding EVRM)
Glossarium
Acquis (communautaire) Betreft de gemeenschappelijke onderbouw v
rechten en plichten die alle LS’n uit hoofde vd
EU bindt. Het is voortdurend in ontwikkeling.
Kandidaat-LS’n moeten het acquis
communautaire aanvaarden vooraleer zij
toetreden tot de EU
Associatieovereenkomst Bijzondere int. Overeenkomst voorzien in art.
217 VWEU gesloten door de EU met een 3e
staat, vaak gemengd
Attributiebeginsel Fundamenteel beginsel vd EU-rechtsorde
beschreven in art. 5 VEU. de EU heeft enkel die
bevoegdheden die haar toegekend zijn onder
de Verdragen. Andere bevoegdheden behoren
aan andere LS’n toe
Besluit 1 vd bindende rechtshandelingen vd EU
Blokkeringsmiddel Aangezien de drempel voor een gekwalificeerde
meerderheid hoger ligt dan 50% kan een
minderheid v LS’n een bepaalde beslissing
blokkeren. Art. 16(4) VEU Min. 4 LS’n moet
bestaan, zo nt wordt de gekwalificeerde
meerderheid alsnog geacht te worden bereikt
Directe werking Fundamenteel beginsel vd EU rechtsorde,
geïntroduceerd door het Hof in Van Gend en
Loos. EU-rechtshandelingen hebben onder
bepaalde vw’n directe werking, wat toelaat dat
er rechtstreeks beroep op wordt gedaan voor
de nationale rechter
Douane-unie Bestaat uit de afschaffing v alle douanerechten
en beperkingen tussen de leden, alsook de
vaststelling v een gemeenschappelijk
douanetarief v toepassing op goederen v
herkomst uit 3e landen
Eurogroep Informele instantie die bestaat uit de ministers
v financiën vd landen die deel uitmaken vd
eurozone. De eurogroep vergadert maandelijks
met de eurocommissaris voor eco. En
monetaire zaken en met de voorzitter vd ECB en
beoogt de coördinatie vh eco. Beleid binnen de
eurozone te versterken en de financiële
stabiliteit vd eurolanden te bevorderen
Europees semester Cyclus voor de coördinatie vh beleid inzake
eco., begroting, werkgelegenheden en sociale
zaken id EU
Europese Economische Ruimte Obv het EER-akkoord v 1992 tussen de EG (nu
EU) en 3 landen v Europese
Vrijhandelsassociatie (IJsland, Noorwegen,
Liechtenstein) worden de EU-principes en
rechtsregels die de interne markt beheersen
(vrij verkeer v goederen, personen, diensten,
kapitaal) alsook het EU-mededingingsbeleid en
nog tal v andere EU-beleidsdomeinen toegepast
Europese Vrijhandelsassociatie In 1960 opgerichte vrijhandelszone als
alternatief voor en reactie op de EEG. Heel wat
voormalige EVA-landen zijn inmiddels
toegetreden tot de EU (UK,DE,PO,ZW,FI,AT). Op
heden bestaat de EVA nog uit Noorwegen
IJsland, Liechtenstein en Zwitserland
Europese Raad Instelling vd EU. Nt te verwarren met de Raad v
Europa. De ER is een bijeenkomst vd staats- en
regeringsleiders vd LS’n, die de nodige impulsen
geeft voor de ontwikkeling vd EU en de
algemene beleidslijnen vaststelt
Exclusieve bevoegdheid Categorie v bevoegdheden ad EU toegekend,
beschreven in art. 3 VWEU. Deze
bevoegdheden kunnen nt meer uitgeoefend
worden door de LS’n, enkel door de EU
Gedeelde bevoegdheid Categorie v bevoegdheden ad EU toegekend,
beschreven in art. 4 VWEU. Hieronder vallen de
meeste EU-bevoegdheden. Deze bevoegdheden
worden zowel door de EU als door de LS’n
uitgeoefend
Gedelegeerde handeling Type v bindende handelingen beschreven in art.
290 VWEU. Is zelf gn EU wetgevende handeling,
maar kan een EU wetgevende handeling
aanpassen op nt-essentiële elementen. Kan
uitgevoerd worden door een
uitvoeringshandeling. Neemt de vorm aan ve
verordening, richtlijn of besluit
Gekwalificeerde meerderheid Meerderheidsdrempel die id regel v toepassing
is (overeenkomstig art. 16(3) VEU) wnr de Raad
stemt. Door het verdrag v Lissabon bepaalt op
min. 55% vd LS’n die min. 65% vd EU-bevolking
vertegenwoordigen. Deze regel geldt vanaf
01/01/2014 tot en met 31/03/2017 kan
evenwel de oude gekwalificeerde
meerderheidsregel uit het Nice-verdrag nog
toegepast worden
Gemeenschappelijk Buitenlands en GBVB is ingesteld door het verdag v Maastricht.
Veiligheidsbeleid Het voorziet id vaststelling op termijn ve
gemeenschappelijk defensiebeleid waaruit
mettertijd een gemeenschappelijke defensie
zou kunnen ontstaan. De doelstellingen vh
GBVB zijn vastgesteld in art. 24 VEU en worden
nagestreefd door middel v eigen
rechtsinstrumenten, zoals gemeenschappelijke
optredens en standpunten die met
eenparigheid v stemmen door de Raad worden
aangenomen. Sinds de inwerkingtreding vh
verdrag v Lissabon maakt het GBVB deel uit vh
ruimere externe optreden vd EU
Gemengde overeenkomst Int. Overeenkomst tussen de EU en een 3 e staat.
Omdat de overeenkomst ook betrekking heeft
op gedeelde bevoegdheden, zijn ook de EU-LS’n
partij bij deze overeenkomst, dit maakt ze
gemengd
Gewone wetgevingsprocedure Belangrijkste wetgevingsprocedure, tot voor het
verdrag v Lissabon ook wel de co-
decisieprocedure genoemd. Beschreven in art.
294 VWEU: de Commissie doet een
wetgevingsvoorstel, waarbij Raad en Parlement
overeenstemming moeten bereiken over de
finale tekst. De Raad beslist hierbij met
gekwalificeerde meerderheid
Groenboek Een door de Eu. Commissie opgesteld doc. Dat
de Eu. Discussie wil bevorderen omtrent de
aanpak ve bepaalde problematiek. Op deze
manier verzamelt de Eu. Commissie de nodige
info om wetgevingsvoorstellen te kunnen
opstellen
Handvest vd grondrechten Catalogus v grondrechten die sinds het verdrag
v Lissabon de status heeft v primair recht. Is v
toepassing op de EU-instellingen en ook op de
EU-LS’n voor zover zij het EU-recht toepassen
Hoge vertegenwoordiger (vd Unie voor 1 vd 5 ondervoorzitters vd Eu. Commissie en zit
buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid) de Raad Buitenlandse zaken voor. Hij werkt
mee aan de ontw. Vh gemeenschappelijk
buitenlands en veiligheidsbeleid en legt dit het
ten uitvoer als mandataris vd Raad. Hij is
verantwoordelijk voor de externe betrekkingen
n ede coördinatie vd overige aspecten h externe
opstreden vd Unie alsook het
gemeenschappelijk veiligheids- en
defensiebeleid
Impliciete bevoegdheid Nuancering vh attributiebeginsel. Ook wnr er gn
expliciete EU-bevoegdheid voorzien is het
primair recht, kan de EU bevoegd zijn op te
treden. Dit is het geval wnr een expliciet
voorziene (bevoegdheid of) doelstelling vd EU
het bestaan impliceert ve (2e) bevoegdheid die
redelijkerwijze noodzakelijk is om deze (1e
bevoegdheid of) doelstelling te verwezenlijken
Interne markt Omvat het vrij verkeer v goederen, personen,
diensten, kapitaal
Kopenhagen criteria 3 criteria waaraan elke 3e staat die lid wil
worden vd EU moet aan voldoen: politiek
(democratie, rechtsstaat, mensenrechten), eco.
(Functionerende markteco.), EU-acquis
(volledige overname EU-acquis). Vastgesteld
tijdens de Eu. Raad v Kopenhagen (1993) met
het oog op de toetreding vd Centraal en Oost-
Eu. Staten
(Beginsel v) loyale samenwerking Algemene verplichting voor EU-LS’n en EU-
instellingen, vastgelegd in art. 4(3) VEU en art.
13(2) VEU
Nauwere samenwerking Wnr de vereist meerderheid onder de LS’n nt
gehaald wordt voor een bep. initiatief, kan een
beperkte groep v min. 9 LS’n dit initiatief alsnog
verderzetten binnen het EU rechtskader. Het
voorstel tot nauwere samenwerking (buiten het
GBVB) wordt formeel door de Commissie
ingediend en door de Raad goedgekeurd met
gekwalificeerde meerderheid
OESO Org. Voor eco. Samenwerking en ontw.
Opvolger vd in 1948 org. Voor Eu. Eco.
Samenwerking (OEES)
Prejudiciële procedure 1 vd belangrijkste technieken v EU-
rechtsbescherming. Indien er voor een
nationale rechterlijke instantie een vraag rijst
over hetzij de interpretatie vh Unierecht, hetzij
de geldigheid ve EU-rechtshandeling dan kan of
moet deze geding schorsen en een vraag
hieromtrent stellen aan het HvJ (prejudiciële
vraag). Het antwoord vh HvJ (prejudicieel
arrest) is bindend voor de nationale rechter die
de prejudiciële vraag heeft gesteld. Het is aan
deze rechter om het antwoord vh HvJ in het
geschil dat voor hem hangend is toe te passen
en hieruit de nodige conclusies te trekken
Primair recht Omvat de oprichtingsverdragen (Rome en
Maastricht), de verdragen ter wijziging vd
oprichtingsverdragen, het Handvest vd
grondrechten en de toetredingsverdragen. Het
primair recht omvat de hoogste normen in
hiërarchie der rechtsnormen
Proportionaliteit Fundamenteel beginsel vd EU-rechtsorde
beschreven in art. 5 VEU, ook wel
evenredigheidsbeginsel genoemd. De EU oefent
haar bevoegdheden op proportionele wijze uit:
haar optreden gaat nt verder dan wat nodig is
om de doelstellingen te verwezenlijken
Raad vd Eu. Unie Belangrijkste besluitvormingsorgaan vd EU. In
de Raad vergaderen de ministers vd LS’n. De
Raad is dus de instelling die de LS’n
vertegenwoordigt. Het voorzitterschap vd Raad
ligt per toerbeurt v 18m in handen ve groep v 3
LS’n
Raad v Europa Intergouvernementele org. Met 47 leden,
vooral actief op het gebied v bescherming v
mensenrechten. Is een aparte int. Org. En
maakt dus gn deel uit vd EU
Richtlijn 1 vd bindende rechtshandelingen vd EU,
tezamen met de verordening en het besluit. Is
gericht tot de LS’n die op hun beurt de richtlijn
moeten omzetten in nationaal recht
Schengen-akkoorden Oorspronkelijk intergouvernementele initiatief
(1985) tussen de landen vd Benelux, Fr. En Du.
Met als doel de fysieke personen- en
goederencontroles aan de binnengrenzen vd
betrokken landen LS’n op te heffen. Tegelijk
werden de controles ad buitengrenzen vd
Schengenzone verscherpt en
gemeenschappelijke regels opgelegd voor de
toekenning van visa aan derdelanders die
minder dan 3m op het grondgebied vd
betrokken landen verblijven. Het Schengen-
acquis werd met het verdrag v Amsterdam id
EU-rechtsorde opgenomen
Secundair recht Afgeleid vh primair recht (daarom soms ook het
afgeleide recht) en omvat de unilaterale
handelingen vd EU (verordeningen, richtlijnen,
besluiten) en int. Overeenkomsten gesloten
door de EU
Subsidiariteit Fundamenteel beginsel vd EU rechtsorde
beschreven in art. 5 VEU. De EU oefent haar (nt-
exclusieve) bevoegdheden slechts uit, indien en
voor zover de doelstellingen vh beoogde
optreden nt door de LS’n afzonderlijk kunnen
verwezenlijkt worden
Trialoog Informele, bijeenkomst over
wetgevingsvoorstellen, waaraan wordt
deelgenomen door vertegenwoordigers vh EP,
de Raad en de Commissie
Toetredingsverdrag Int. Verdrag waarbij een 3e staat toetreed tot de
EU. Wordt gesloten tussen de bestaande LS’n
en te toetredende 3e staat. De EU zelf is hierbij
gn partij, maar de Raad en het Parlement
moeten de toetreding wel formeel goedkeuren
Uitvoeringshandeling Een type v bindende handeling beschreven in
art. 291 VWEU. Dient ter uniforme uitvoering ve
wetgevingsafdeling of gedelegeerde handeling.
Neemt de vorm aan ve verordening, richtlijn of
besluit
Verordening 1 vd bindende rechtshandelingen vd EU,
tezamen met de richtlijn en het besluit. Heeft
een algemene strekking en is rechtstreeks
toepasbaar in de nationale rechtsordes dienst
dus nt omgezet te worden door LS’n
Voorrang Fundamenteel beginsel vd EU rechtsorde,
geïntroduceerd door het Hof in Costa v Enel.
EU-recht (nt enkel primair recht) heeft voorrang
op strijdig nationaal recht (dus inclusief
nationaal GWrecht)
Vrijhandelszone Zone waarin alle douanerechten en
beperkingen tussen de leden zijn afgeschaft,
echter gn gemeenschappelijk buitentarief
Wetgevingshandeling Overeenkomstig art. 289(3) VWEU een
bindende rechtshandeling die volgens 1 vd
wetgevingsprocedures is aangenomen. Kan
aangepast worden door een gedelegeerde
handeling en uitgevoerd worden door een
uitvoeringshandeling. Neemt de vorm aan ve
verordening, richtlijn of besluit
Witboek Een door de Commissie opgesteld doc. Waarin
zijn gedetailleerde voorstellen voor Eu.
Maatregelen doet (meestal in navolging ve
groenboek). Het bekendste vb. is het in 1985
aangenomen witboek ter voltooiing vd interne
markt