DES ORGANISATIONS

Une association caritative Een liefdadigheidsinstelling

Une institution Een instelling
Une organisation, un organisme Een organisatie
Une fondation Een stichting
Une asbl Een vzw, non-profit organisatie
= une association sans but lucratif
Une ONG Een NGO
= une organisation non gouvernementale

FAIRE QQC POUR LA BONNE CAUSE

Accompagner qqn Iemand begeleiden
Prendre en charge qqn/qqc (het) ondersteunen van, zorgen voor, op
La prise en charge zich nemen van (iets/iemand)
S’occuper de qqn/qqc Zorgen voor (iets/iemand)
Accueillir qqn Iemand opvangen
Un accueil De opvang
Intégrer qqn dans la sociéte De maatschappij

LA VIE
Le quotidien Het dagelijkse (leven), het alledaagse
La vie quotidienne
Les conditions de vie De levensomstandigheden

AIDER FINANCIÈREMENT
Compter sur qqn/qqc Op (iets/iemand) rekenen
Soutenir qqn (iets/iemand) (onder)steunen
Le soutien De steun
Récolter collecter Inzamelen
La récolte la collecte De inzameling
Les fonds Fondsen / kapitaal
Faire un don (à) Doneren
Un don Een donatie / gift
Un donateur Een schenker
À votre bon cœur ! Dank voor uw vrijgevigheid !
Être généreux Vrijgevig zijn
La générosité De vrijgevigheid
Financer Financieren
Financier (-ière) Financieel
Contribuer à Bijdragen aan
La contribution De bijdrage
Au profit de Ten gunste van, te, ten behoeve van
En faveur de Voorstander van
Avoir les moyens (de + inf.) De middelen hebben om
Être à la recherche de… Op zoek zijn naar
UNE AIDE HUMAINE
La réinsertion sociale / professionnelle Sociale / professionele re-integratie
Valoriser qqn (iemand) waardering geven 
La valeur De waarde
S’épanouir Zich ontplooien
Èpanouissant Ontplooien(d)
Venir en aider à qqn Te hulp schieten, helpen
Porter secours à qqn (iemand) hulp bieden

S’ENGAGER
Un objectif / un but Een doel(stelling)
La bonne cause Het goede doel
Faire du bénévolat / volontariat Vrijwilligerswerk doen
Un / une bénévole Een vrijwillig(st)er
Faire tout son possible pour… Al het mogenlijke doen
S’engager à (+ inf.) Zich inzetten om, zich ontspannen om
dans/pour (+ subst) Zich inzetten voor
S’investir dans qqc Zich inzetten voor iets
Lutter (pour/contre) Vechten, strijden (voor/tegen)
La lutte De strijd
Agir (pour/contre) Handelen (voor, ten voordele van / tegen)
Être actif Actief zijn
- Dans le domaine de - Op het gebied van, binnen
- En, au +pays / à + ville - In +land / stad
Mettre sur pied qqc Op poten zetten, oprichten, organiseren
Une action de solidarité Een solidariteitsactie
= une action solidaire (adj)
Une campagne de sensibilisation Een sensibiliseringscampagne
Une mission humanitaire Een humanitaire missie
LES GROUPES PLUS VULNÈRABLES
Les personnes handicapées Personen met een handicap
en situation de handicap
Le handicap De handicap
Une personne âgée Een ouder persoon
Marginalisé Achtergesteld, gemarginaliseerd
Démuni Minder begoed, machteloos
Précarisé Arm, kwetsbaar
= en situation précaire In een onzekere situatie
Isolé Geïsoleerd, afgezonderd
L’isolement Het isolement
Dépendant Afhankelijk
Exclu (de) Uitgestoten
L’exclusion De uitsluiting
Vulnérable Kwetsbaar
Vulnérabilité De kwetsbaarheid
Pauvre Arm
La pauvreté De armoede
En détresse In nood, in moeilijkheden
La détresse De nood
Défavorisé >< aisé Kansarm >< welgesteld
Un orphelinat Een weeshuis
Un orphelin Een wees
Un sans-abri / un SDF Een dakloze
Une personne issue de… Afkomstig van/uit
Une personne originaire de (+ pays) Afkomstig van/uit (+ land)
Un pays en voie de développement Een ontwikkelingsland

AVOIR DROIT À
Avoir droit à (qqc) Recht hebben op
Avoir accès à Toegang hebben tot
Accessible (à qqn) Toegankelijk
La dignité De waardigheid
Digne
L’égalité >< l’inégalité De gelijkheid >< ongelijkheid
La convivialité Gezellig, warm
Convivial De gezelligheid, vriendelijkheid
Les biens de première nécessité De basisgoederen, essentiële goederen