Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 12

© Copyright 1439 AH / 2018 Al-Hikmah Publicaties

COLLECTIE TEKSTEN VAN IMAM


MUḤAMMAD B. ʿABD AL-WAHHĀB
OVER DE GELOOFSLEER

In deze collectie is verschenen:

Tekst 1: De tenietdoeners van de Islam


Tekst 2: De aspecten van de Tijd der Onwetendheid
Tekst 3: De betekenis van aṭ-Ṭāghūt
Tekst 4: De vier stelregels

Titel: De vier stelregels


Auteur: Shaykh al-Islām Muḥammad b. ʿAbd al-Wahhāb
Bronnen: Muḥammad b. ʿAbd al-Wahhāb, ‘al-Qawāʿid al-Arbaʿ’, in: Muʾallafāt
ash-Shaykh al-Imām Muḥammad b. ʿAbd al-Wahhāb I (Riyad 1396 AH)
197-202; ʿAbd Allāh ash-Shamrānī, Al-Jāmiʿ li-l-mutūn al-ʿilmiyya
(Riyad 2006) 399-404; Ṣāliḥ al-Fawzān, Sharḥ al-Qawāʿid al-Arbaʿ
(Cairo 2006).
Vertaler: drs. Abū Junayd ʿĪsā b. Antonius al-Ūrūbī
Uitgever: Al-Hikmah Publicaties

www.al-hikmah.nl | info@al-hikmah.nl
Collectie teksten van Imam Muḥammad b. ʿAbd al-Wahhāb over de geloofsleer

Tekst 4: De vier stelregels

In de naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle

ِ ِ ِ
ْ َ ‫ َو َأ ْن‬،‫ش ال َعظي ِم َأ ْن َيت ََوالَّ َك ِِف الدُّ ْن َيا َواآلخ َرة‬
‫َي َع َل َك ُم َب َاركـًا َأ ْين َََم‬ ِ ‫يم َر َّب ال َع ْر‬ َ ‫َأ ْس َأ ُل اهللَ الك َِر‬
‫ َفإِ َّن َه ُؤ َال ِء‬،‫اس َت ْغ َف َر‬ ْ ‫َب‬ َ ‫ َوإِ َذا َأ ْذن‬،‫َب‬
ِ ِ ِ
َ َ ‫ َوإِ َذا ا ْب ُت َِل َص‬،‫َي َع َل َك ِم َّ ْن إِ َذا ُأ ْعط َي َشك ََر‬
ْ َ ‫ َو َأ ْن‬،‫ُكن َْت‬
.‫الس َعا َد ِة‬
َّ ‫ان‬ ُ ‫الث ُعن َْو‬
َ ‫ال َّث‬

Ik vraag Allah, de Vrijgevige, de Heer van de Geweldige Troon, om jou te


beschermen in deze wereld en (in) het hiernamaals. En (ik vraag Hem) dat Hij jou
gezegend maakt, waar jij ook bent. En dat Hij jou laat behoren tot degenen die
dankbaar zijn wanneer hen geschonken wordt, (tot degenen die) geduld hebben
wanneer zij beproefd worden en (tot degenen die) vergiffenis vragen (aan hun Heer)
wanneer zij zonden plegen. Want deze drie zaken zijn het teken van geluk.

ِ ِ ِ ِ ِ ‫ َأ َّن ا‬:‫اعتِ ِه‬ َ ‫ا ْع َل ْم َأ ْر َشدَ َك اهللُ ل ِ َط‬


َ ‫ َأ ْن َت ْع ُبدَ ا‬:‫يم‬
َ ِّ‫هلل َو ْحدَ ُه ُُمْل ًصـا َل ُه الد‬
‫ين‬ َ ‫حلنيف َّي َة م َّل َة إِ ْب َراه‬
َ
ِ ِ
ِ ‫يع الن‬
:‫َّاس َو َخ َل َق ُه ْم ََلَا] ك َََم َق َال َت َع َال‬ َ ‫[وبِ َذل َك َأ َم َر اهللُ ََج‬
َ

Weet – moge Allah jou leiden naar het gehoorzamen van Hem –:

Dat al-Ḥanīfiyya, de Religie van Ibrāhīm, (inhoudt:) dat je alleen Allah aanbidt, door
de Religie zuiver (puur en oprecht) voor Hem te verrichten.

[Daarmee (i.e. met al-Ḥanīfiyya, de Religie van Ibrāhīm) beval Allah de gehele
schepping en Hij heeft hen daarvoor geschapen.]

Zoals de Verhevene zegt:

ۡ ُ َۡ َ ََ
َ ‫ۡلن َوٱ ۡۡل‬
ُ ‫نس إَّل ِ َِل ۡع ُب‬
.]56:‫ون ﲰ} [سورة الذاريات‬
ِ ‫د‬ ِ ِ ِ ‫{وما خلقت ٱ‬

1
Collectie teksten van Imam Muḥammad b. ʿAbd al-Wahhāb over de geloofsleer

Tekst 4: De vier stelregels

En Ik heb de djinn1 en de mensheid slechts geschapen om Mij te aanbidden. [Sūra


adh-Dhāriyāt (51): 56]

‫ ك َََم َأ َّن‬،‫الع َبا َد َة َال ُت َس َّمى ِع َبا َد ًة إِ َّال َم َع الت َّْو ِحي ِد‬
ِ ‫َفإِ َذا َعر ْف َت َأ َّن اهللَ َخ َل َق َك ل ِ ِعبادتِ ِه َفا ْع َلم َأ َّن‬
ْ َ َ َ
ِ َ‫العباد ِة َفسدَ ْت كَاحلد‬ ِ ِ ِ
‫ث إِ َذا‬ َ َ َ َ ‫الِّش ُك ِِف‬ ِ
ْ ِّ ‫ َفإ َذا َد َخ َل‬،‫الص َال َة َال ُت َس َّمى َص َال ًة إ َّال َم َع ال َّط َه َارة‬ َّ
.‫َد َخ َل ِِف ال َّط َه َار ِة‬

Wanneer jij weet dat Allah jou geschapen heeft om Hem te aanbidden, weet dan dat
de aanbidding geen aanbidding genoemd wordt behalve met de Tawḥīd.

Zoals dat het gebed geen gebed wordt genoemd behalve met (de staat van rituele)
reinheid.

Wanneer de Shirk in de aanbidding terecht komt dan is de aanbidding ongeldig, net


zoals wanneer de (rituele) onreinheid terecht komt in de (rituele) reinheid.

ِِ ِ ِ ِ
َ ‫الِّش َك إِ َذا َخا َل َط الع َبا َد َة َأ ْف َسدَ َها َو َأ ْح َب َط ال َع َم َل َو َص َار َصاح ُب ُه م ْن اخلَالد‬
‫ين‬ ْ ِّ ‫َفإ َذا َع َر ْف َت َأ َّن‬
ِ

‫ َو ِه َي‬،‫الش َبك َِة‬


َّ ‫ُي ِّل َص َك ِم ْن َه ِذ ِه‬
َ ُ ‫ َل َع َّل اهللَ َأ ْن‬،‫ِِف الن َِّار َع َر ْف َت َأ َّن َأ َه َّم َما َع َل ْي َك َم ْع ِر َف ُة َذل ِ َك‬
:‫الِّش ُك بِاهللِ ا َّل ِذي َق َال اهللُ َت َع َال فِ ِيه‬
ْ ِّ

Wanneer jij weet dat wanneer de Shirk zich vermengt met de aanbidding, het deze
ongeldig maakt, de handeling tenietdoet en degene die het verricht tot degenen
behoort die voor eeuwig in het Hellevuur zullen zijn, dan weet jij dat dat het
belangrijkste is dat je moet weten. Hopelijk zal Allah jou bevrijden uit dit web, en
dat is het toekennen van deelgenoten aan Allah, waarover Allah, de Verhevene,
zegt:

ٓ ََ َ َ َ ُ َ َۡ َ ُۡ َ ۡ َ
َ ‫ّلل َّل َيغفِ ُر أن ي‬
]48:‫ۡشك بِهِۦ َويغفِ ُر ما دون ذَٰل ِك ل َِمن يشا ُء ُۚ } [سورة النساء‬ َ ‫{ إن ٱ‬
ِ

1
De djinn: Een ongeziene wereld die verborgen is voor ons. Zie: Muḥammad b. Ṣāliḥ al-ʿUthaymīn, Al-
Qawl al-mufīd ʿalā Kitāb at-Tawḥīd I (Riyad 1994) 20. [AJ]

2
Collectie teksten van Imam Muḥammad b. ʿAbd al-Wahhāb over de geloofsleer

Tekst 4: De vier stelregels

Voorwaar, Allah vergeeft niet dat deelgenoten aan Hem toegekend worden, maar
Hij vergeeft buiten dat wie Hij wil. [Sūra an-Nisāʾ (4): 48]

.‫اعدَ َذك ََر َها اهللُ َت َع َال ِِف ِكتَابِ ِه‬


ِ ‫و َذل ِ َك بِمع ِر َف ِة َأرب ِع َقو‬
َ َْ ْ َ َ

Dat is door het kennen van vier stelregels die Allah, de Verhevene, vermeld heeft in
Zijn Boek:

َ ‫ ُم ِق ُّر‬ ِ‫ول اهلل‬


‫ون بِ َأ َّن اهللَ َت َع َال ُه َو‬ ُ ‫ َأ ْن َت ْع َل َم َأ َّن ال ُك َّف َار ا َّل ِذي َن َقا َت َل ُه ْم َر ُس‬:‫اعدَ ُة األُ ْو َل‬
ِ ‫ال َق‬

:‫ والدَّ ل ِ ُيل َق ْو ُل ُه َت َع َال‬،‫اإل ْس َال ِم‬


ِ ‫ َو َأ َّن َذلِ َك ََل ُيدْ ِخ ْل ُه ْم ِِف‬،‫الـمدَ ِّب ُر‬
ْ
ِ
ُ ‫اخلَال ُق‬

De eerste stelregel: Dat jij weet dat de ongelovigen die de Boodschapper van Allah 
heeft bevochten bevestigen dat Allah, de Verhevene, de Schepper en de Bestuurder
is. Dat heeft hen echter niet doen binnentreden tot de Islam. Het bewijs is de
Uitspraak van Hem, de Verhevene:

َ ۡ ُ ۡ ُ َ َ َ َٰ َ ۡ َ ۡ َ َ ۡ ُ َۡ َ ِ َۡ َ َِٓ ُ ُ ُۡ
‫{قل َمن يَ ۡر ُزقكم م َِن ٱلسماء وٱۡلۡرض أمن يمل ِك ٱلسمع وٱۡلبصر ومن ُي ِرج ٱلح‬
َ ُ َ َََ ۡ َُ ُ َ ُ َُ َ َ َ َۡ ۡ ُ َُ َ َ َ ۡ َ َ َۡ ُ ۡ َُ َ ۡ ‫م َِن ٱل‬
‫ح ومن يدبِر ٱۡلمر ُۚ فسيقولون ٱّللُۚ فقل أفَل تتقون‬
ِ ‫ل‬ ‫ٱ‬ ‫ِن‬
‫م‬ ‫ت‬ِ ‫ي‬ ‫م‬‫ل‬ ‫ٱ‬ ‫ج‬ ‫ر‬
ِ ‫خ‬‫ي‬ ‫و‬ ‫ت‬
ِ ِ ‫ي‬ ‫م‬

]31:‫ﱯ} [سورة يونس‬

Zeg: ‘Wie schenkt jullie voorziening vanuit de hemel en de aarde? Of wie bezit het
gehoor en het zicht? Wie brengt het levende voort uit het dode en wie brengt het
dode voort uit het levende? En wie bestuurt de zaak?’ Zij zullen zeggen: ‘Allah.’ Zeg
dan: ‘Zullen jullie dan niet vrezen?’ [Sūra Yūnus (10): 31]

‫ َفدَ ل ِ ُيل‬،‫والش َفا َع ِة‬


َّ ‫ب ال ُق ْر َب ِة‬
ِ ‫َاه ْم َوت ََو َّج ْهنَا إِ َل ْي ِه ْم إِ َّال ل ِ َط َل‬ َ ‫ َأ ََّّن ُ ْم َي ُقو ُل‬:‫اعدَ ُة ال َّثانِ َي ُة‬
ُ ‫ َما َد َع ْون‬:‫ون‬
ِ ‫ال َق‬

:‫ال ُق ْر َب ِة َق ْو ُل ُه َت َع َال‬

De tweede stelregel: Dat zij zeiden: ‘Wij roepen hen niet aan, noch wenden wij ons
tot hen behalve om nabijheid en voorspraak te verzoeken.’

3
Collectie teksten van Imam Muḥammad b. ʿAbd al-Wahhāb over de geloofsleer

Tekst 4: De vier stelregels

Het bewijs voor (het verzoeken van) nabijheid is: De Uitspraak van Hem, de
Verhevene:

ُ َۡ َ
ُ‫كم‬ َٰٓ ۡ ُ َ َٓ ُ َُ ۡ ُ ُ ُۡ َ َ ََٓ َۡ ٓ ُ َُ َ َ
‫ِين ٱَّتذوا مِن دونِهِۦ أو ِِلاء ما نعبدهم إَِّل ِِلق ِربونا إَِل ٱّللِ زلَف إِن ٱّلل َي‬‫{وٱَّل‬
َ َ ُ َ
]3:‫ّلل َّل َيهدِي م ۡن ه َو كَٰذِب كفار ﱕ} [سورة الزمر‬
ۡ َ َ ‫ونَۗ إن ٱ‬
َ ُ ََۡ ۡ ُ َ ۡ ََُۡ
ِ ‫بينهم ِِف ما هم فِيهِ ُيتل ِف‬

En degenen die naast Hem Awliyāʾ (i.e. helpers) nemen (zeggen): ‘Wij aanbidden hen
slechts zodat zij ons dicht bij Allah zullen brengen.’ Voorwaar, Allah zal oordelen
tussen hen in dat waarin zij van mening verschillen. Voorwaar, Allah leidt niet
degene die leugenachtig en ongelovig is. [Sūra az-Zumar (39): 3]

:‫الش َفا َع ِة َق ْو ُل ُه َت َع َال‬


َّ ‫و َدل ِ ُيل‬

Het bewijs voor (het verzoeken van) de voorspraak is: De Uitspraak van Hem, de
Verhevene:

َُ َ ُ َُٓ َ َ ُ ُ َ َ ُ ُّ ُ َ َ َ ُ َ ََُُۡ
‫ُضه ۡم َوَّل يَنف ُع ُه ۡم َو َيقولون هـٰٓؤَّلءِ شف َعـٰٓؤنا‬ ‫ون ٱّلل ِ ما َّل ي‬
ِ ‫{ويعبدون مِن د‬
]18:‫عِند ٱّللُِۚ} [سورة يونس‬
َ

Zij aanbidden naast Allah wat hen niet schaadt, noch baat, en zij zeggen: ‘Zij zijn
onze voorsprekers bij Allah.’ [Sūra Yūnus (10): 18]

‫ب ِم ْن َغ ْ ِْي‬ ْ ‫الش َفا َع ُة املَن ِْف َّي ُة َما كَان‬


ُ ‫َت ُت ْط َل‬ َّ ‫ َف‬:‫اع ٌة َمن ِْف َّي ٌة َو َش َفا َع ٌة ُم ْث َب َت ٌة‬
َ ‫ َش َف‬:‫َان‬ ِ ‫الش َفا َع ُة َش َفا َعت‬ َّ ‫َو‬
:‫ والدَّ ل ِ ُيل َق ْو ُل ُه َت َع َال‬،‫هلل‬ ُ ‫اهللِ فِ َيَم َال َي ْق ِد ُر َع َل ْي ِه إِ َّال ا‬

Er zijn twee soorten voorspraak: De ontkende voorspraak en de bevestigde


voorspraak.

De ontkende voorspraak is: Datgene dat verzocht wordt van een ander dan Allah in
dat waartoe alleen Allah in staat is. Het bewijs is de Uitspraak van Hem, de
Verhevene:

4
Collectie teksten van Imam Muḥammad b. ʿAbd al-Wahhāb over de geloofsleer

Tekst 4: De vier stelregels

ََ ُ ََ ۡ َ َ َۡ َ َۡ ُ َٰ َ ۡ َ َ ُ َ َُٓ َ َ َ ُّ َ َ
ۡ َ
‫{يـٰٓأيها ٱَّلِين ءامنوا أن ِفقوا مِما رزقنكم مِن قب ِل أن يأ ِِت يوم َّل بيع فِيهِ وَّل خلة وَّل‬
َ ُ َ َ ۡ َ َ َ
]254:‫شفَٰعة َۗ َوٱلك َٰ ِف ُرون ه ُم ٱلظ َٰـل ُِمون ﲒ} [سورة البقرة‬

O jullie die geloven! Geeft van dat waarmee Wij jullie voorzien hebben voordat een
dag komt waarop er geen handel, geen vriendschap en geen voorspraak zal zijn. En
de ongelovigen, zij zijn de onrechtvaardigen. [Sūra al-Baqara (2): 254]

ِ ِ َ ‫الش َف‬
َّ ِ‫والشافِ ُع ُمك َْر ٌم ب‬
َّ ،ِ‫ب ِم ْن اهلل‬ ِ ِ
َ ‫ َم ْن َر‬:‫وع َل ُه‬
‫ِض‬ ُ ‫ واملَ ْش ُف‬،‫اعة‬ ُ ‫ ا َّلتي ُت ْط َل‬:‫والش َفا َع ُة املُ ْث َب َت ُة ه َي‬
َّ
:‫اإل ْذ ِن ك َََم َق َال َت َع َال‬
ِ َ‫اهللُ َق ْو َل ُه َو َع َم َل ُه َب ْعد‬

En de bevestigde voorspraak is: Hetgeen dat verzocht wordt van Allah.

En de voorspreker is geëerd met de voorspraak. En degene waar voorspraak voor


wordt gedaan is degene waarover Allah tevreden is met betrekking tot zijn
uitspraak en handeling, na de toestemming (van Allah). Zoals de Verhevene zegt:

ۡ َ َ َۡ َ َ
]255:‫{من ذا ٱَّلِي يشف ُع عِندهُ ٓۥ إَِّل بِإِذنِهُِۚۦ} [سورة البقرة‬

Wie is hij die bij Hem kan voorspreken zonder Zijn toestemming? [Sūra al-Baqara
(2): 255]

،‫اِت ْم ِمن ُْه ْم َم ْن َي ْع ُبدُ املَ َال ِئ َك َة‬


ِ ِ ‫ني ِِف ِع َبا َد‬ َ ‫َاس ُم َت َف ِّر ِق‬ٍ ‫ َظ َه َر َع ََل ُأن‬ ‫ َأ َّن النَّبِ َّي‬:‫اعدَ ُة ال َّثال ِ َث ُة‬
ِ ‫ال َق‬

ُ‫ َو ِمن ُْه ْم َم ْن َي ْع ُبد‬،‫ َو ِمن ُْه ْم َم ْن َي ْع ُبدُ األَ ْح َج َار واألَ ْش َج َار‬،‫ني‬ ِ ‫و ِمنْهم من يعبدُ األَنْبِياء والص‬
َ ‫احل‬ َّ َ َ َ َُْ ْ َ ْ ُ َ
ِ ِ ‫ َوالدَّ ل‬،‫ ََجِي ًعا َو ََل ْ ُي َف ِّر ْق َب ْين َُه ْم‬ ِ‫ول اهلل‬
:‫يل َق ْو ُل ُه َت َع َال‬ ُ ‫ َو َقا َت َل ُه ْم َر ُس‬،‫الش ْم َس َوال َق َم َر‬
َّ

De derde stelregel: Dat de Profeet  verscheen tot een groep mensen die verdeeld
waren wat betreft hun aanbiddingen. Onder hen bevond zich degene die de engelen
aanbad, onder hen bevond zich degene die de profeten en de vromen aanbad, onder
hen bevond zich degene die de stenen en de bomen aanbad en onder hen bevond
zich degene die de zon en de maan aanbad. De Boodschapper van Allah  heeft hen
allen bevochten en geen onderscheid tussen hen gemaakt.

5
Collectie teksten van Imam Muḥammad b. ʿAbd al-Wahhāb over de geloofsleer

Tekst 4: De vier stelregels

Het bewijs is: De Uitspraak van Hem, de Verhevene:

َ ُ َ َۡ َ ُ َ َ
َٰ ‫{ َوقَٰتِلوه ۡم ح‬
ُ ‫َّت َّل تكون ف ِتنة َويكون ٱل‬
]193:‫ِين ِّللِِۖ } [سورة البقرة‬
َ ُ ُ َ

En bevecht hen totdat er geen Fitna meer is en de Religie voor Allah (alleen) is. [Sūra
al-Baqara (2): 193]

:‫س َوال َق َم ِر َق ْو ُل ُه َت َع َال‬ َّ ‫َو َدل ِ ُيل‬


ِ ‫الش ْم‬

En het bewijs voor (het feit dat) de zon en de maan (worden aanbeden) is: De
Uitspraak van Hem, de Verhevene:

ۡ َ َ َ ۡ ُ
‫[سورة‬ }‫{ َوم ِۡن َء َايَٰتِهِ ٱ ِۡلل َوٱنل َه ُار َوٱلش ۡم ُس َوٱل َق َم ُر ُۚ َّل ت ۡس ُج ُدوا ل ِلش ۡم ِس َوَّل ل ِل َق َم ِر‬
]37:‫فصلت‬

Tot Zijn Tekenen behoort de nacht en de dag en de zon en de maan. Kniel niet neer
voor de zon, noch voor de maan. [Sūra Fuṣṣilat (41): 37]

:‫الـم َال ِئك َِة َق ْو ُل ُه َت َع َال‬ ِ


َ ‫َو َدل ُيل‬

Het bewijs voor (het feit dat) de engelen (worden aanbeden) is: De Uitspraak van
Hem, de Verhevene:

ً َ ۡ َ َ َ َ َ ٰٓ َ َ ۡ ُ َ َ ۡ ُ َ ُ ۡ َ َ َ
]80:‫خذوا ٱلملـئِكة وٱنلب ِ ِيۧن أرباباَۗ } [سورة آل عمران‬ِ ‫{وَّل يأمركم أن تت‬

En Hij beveelt jullie niet dat jullie de engelen en de profeten tot heren nemen. [Sūra
Āl ʿImrān (3): 80]

ِ ‫ودل ِ ُيل األَنْبِي‬


:‫اء َق ْو ُل ُه َت َع َال‬ َ َ َ

6
Collectie teksten van Imam Muḥammad b. ʿAbd al-Wahhāb over de geloofsleer

Tekst 4: De vier stelregels

Het bewijs voor (het feit dat) de profeten (worden aanbeden) is: De Uitspraak van
Hem, de Verhevene:

ُ ۡ َ َٰ َ َ ُ َ ُ َ ُۡ َ ََ َ َ ۡ َ َ ۡ َ َ ُ َ َ ۡ
ِِۖ‫ون ٱّلل‬ ِ ‫د‬ ‫ِن‬‫م‬ ‫ۡي‬
ِ ‫ه‬ ‫ل‬ ِ ‫إ‬ ‫ّم‬
ِ ‫أ‬‫و‬ ‫ون‬
ِ ‫ِذ‬ ‫َّت‬ ‫ٱ‬ ‫اس‬ ِ ‫ِلن‬ ‫ل‬ ‫ت‬ ‫ل‬ ‫ق‬ ‫نت‬ ‫أ‬ ‫ء‬ ‫م‬ ‫ي‬ ‫ر‬‫م‬ ‫ن‬ ‫ب‬ ‫ٱ‬ ‫يَس‬ ‫ع‬
ِ َٰ ‫ي‬ ‫ّلل‬ ‫ٱ‬ ‫ال‬ ‫{ِإَوذ ق‬
َ َ َ ََ
‫نت قل ُت ُهۥ فق ۡد عل ِۡم َت ُه ُۚۥ ت ۡعل ُم‬
ُۡ ُ ُ َ ۡ َ َ َ ُ َ ۡ َ ٓ ‫ون‬ ُ ُ َ َ َ َ َٰ َ ۡ ُ َ َ
‫ق إِن ك‬ ٍّۚ ‫َل أن أقول ما لي َس َِل ِِب‬ ِ ‫قال سبحنك ما يك‬
]116:‫وب ﲤ} [سورة املائدة‬ ُ ‫نت َعل َٰـ ُم ٱ ۡل ُغ‬
‫ي‬ َ َ‫ك أ‬ َ َ َۡ
‫ن‬ ‫إ‬ ‫ِك‬
‫س‬ ‫ف‬‫ن‬ ‫ِف‬ ‫ا‬ َ ‫َما ِف َن ۡفَس َو ََّلٓ أ َ ۡعلَ ُم‬
‫م‬ ِ
ِ ِ ُۚ ِ ِ

En (gedenk) wanneer Allah zegt (op de Dag des Oordeels): ‘O ʿĪsā b. Maryam! Heb jij
gezegd tegen de mensen: “Neemt mij en mijn moeder tot twee goden naast Allah.”?’
Hij (ʿĪsā) zei: ‘Verheven bent U. Het is niet aan mij om te zeggen waar ik geen recht
op heb. Indien ik het gezegd heb dan zou U het geweten hebben. U weet wat er in
mijzelf is en ik weet niet wat er in U is. Voorwaar, U bent de Kenner van het
ongeziene. [Sūra al-Māʾida (5): 116]

:‫ني َق ْو ُل ُه َت َع َال‬ ِ ِ ‫ودل ِ ُيل الصال‬


َ ‫ـح‬ َّ َ َ

Het bewijs voor (het feit dat) de vromen (worden aanbeden) is: De Uitspraak van
Hem, de Verhevene:

َ ُ َ َ َ ُ َ َ ۡ َ َ ُ ۡ َ َ ُ َ ۡ َ ۡ ُ ُّ َ َ َ َ ۡ ُ َ َٰ َ َ ُ َ ۡ َ َ ُ ۡ َ َ َ ٰٓ َ ُ
‫{أولـئِك ٱَّلِين يدعون يبتغون إَِل رب ِ ِهم ٱلوسِيلة أيهم أقرب ويرجون رۡحتهۥ ويخافون‬
َُ َ َ
]57:‫عذابه ُۚ ٓۥ} [سورة اإلرساء‬

Degenen die zij aanroepen wensen voor zichzelf een middel tot hun Heer,
wedijverend wie van hen het meest nabij zal zijn. Zij hopen op Zijn genade en zij
vrezen Zijn bestraffing. [Sūra al-Isrāʾ (17): 57]

ِ ‫َو َدل ِ ُيل األَ ْح َج‬


ِ ‫ار َواألَ ْش َج‬
:‫ار َق ْو ُل ُه َت َع َال‬

Het bewijs voor (het feit dat) de stenen en de bomen (worden aanbeden) is: de
Uitspraak van Hem, de Verhevene:

7
Collectie teksten van Imam Muḥammad b. ʿAbd al-Wahhāb over de geloofsleer

Tekst 4: De vier stelregels

ُۡ َ ۡ ََ
]20-19:‫[سورة النجم‬ }‫{أف َر َء ۡي ُت ُم ٱلل َٰـ َت َوٱل ُعز َٰى ﱮ َو َم َن َٰوةَ ٱثل ِاثلَة ٱۡل ۡخ َر ٰٓى ﲋ‬

En hebben jullie al-Lāt en al-ʿUzzā overwogen? En Manāt, de andere derde? [Sūra


an-Najm (53): 19-20] [15]

،‫َني َون َْح ُن ُحدَ َثا ُء َع ْه ٍد بِ ُك ْف ٍر‬


ٍ ْ ‫ إِ َل ُحن‬ ‫ (( َخ َر ْجنَا َم َع النَّبِي‬:‫ َق َال‬ ‫يث َأ ِِب َو ِاق ٍد ال َّل ْيثِ ِّي‬ ُ ‫َو َح ِد‬
ٍ ‫ات َأنْو‬ ِ َ ‫ون ِعنْدَ َها َو َينُو ُط‬
َ ‫ني ِسدْ َر ٌة َي ْع ُك ُف‬
َ ِ‫ِّشك‬ ِ ْ ‫َول ِ ْل ُم‬
‫ َف َم َر ْرنَا‬،‫اط‬ َ ُ ‫ َذ‬:‫ون ِ َِبا َأ ْسل َحت َُه ْم ُي َق ُال ََلَا‬
.‫يث‬ َ ‫حل ِد‬ ٍ
َ ‫ات َأن َْواط )) ا‬
ٍ ‫ات َأنْو‬
ُ ‫اط ك َََم ََل ُ ْم َذ‬ َ َ ‫اج َع ْل َلنَا َذ‬ ْ ‫هلل‬
ِ ‫ول ا‬ َ ‫ َيا َر ُس‬:‫بِ ِسدْ َر ٍة َف ُق ْلنَا‬

En de ḥadīth van Abū Wāqid al-Laythī2  die zei: ‘Wij vertrokken met de Profeet 
richting Ḥunayn terwijl wij nog kortgeleden ongelovig waren. De polytheïsten
hadden een boom waar zij verbleven en waaraan zij hun wapens hingen. Het werd
Dhāt Anwāṭ genoemd. Toen wij langs een boom kwamen zeiden wij: “O
Boodschapper van Allah, maak voor ons een Dhāt Anwāṭ zoals zij een Dhāt Anwāṭ
hebben […]”’ (Voltooi) de ḥadīth.3

ِ ‫ون ِِف الر َخ‬


‫اء‬ َّ َ ‫ِّش ُك‬ ِ ْ ‫ني ُي‬ َ ِ ‫ ِألَ َّن األَ َّول‬،‫ني‬
َ ِ ‫ِشكـًا ِم ْن األَ َّول‬
ِ ِ ِ ِ ْ ‫ َأ َّن م‬:‫اعدَ ُة الرابِع ُة‬
ْ ‫ِّشكي َز َماننَا َأ ْغ َل ُظ‬ ُ َ َّ
ِ ‫ال َق‬

:‫ َوالدَّ ل ِ ُيل َق ْو ُل ُه َت َع َال‬.‫الشدَّ ِة‬ ِ ‫ِّش ُكو زمانِنَا ِِش ُكهم د ِائم ِِف الر َخ‬ ِ ِّ ‫ون ِِف‬ َ ‫وُيْلِ ُص‬
ِّ ‫اء َو‬ َّ ٌ َ ْ ُ ْ َ َ ِ ْ ‫ و ُم‬،‫الشدَّ ة‬ ُ

2
Abū Wāqid al-Laythī : Volledige naam: Abū Wāqid al-Ḥārith b. ʿAwf al-Laythī. Van de stam van
Layth b. Bakr ʿAbd Manāt b. Kināna b. Khuzayma al-Kinānī al-Laythī. Hij was een edele metgezel die
zich bekeerde tot de Islam in het jaar van de verovering van Mekka (8 AH). Daar overleed hij in het
jaar 68 AH. Zie: Ibn al-Athīr, Usd al-Ghāba fī maʿrifat aṣ-Ṣaḥāba (Beirut 2012) 1414 / nr. 6337.
3
Overgeleverd door at-Tirmidhī (nr. 2180) in (het boek van) Al-Fitan, hoofdstuk: wat is overgeleverd
over ‘Jullie zullen zeker de wegen volgen van degenen die voor jullie kwamen’. Hij (at-Tirmidhī) zei
over de ḥadīth: ḥasan ṣaḥīḥ (goed authentiek). Eveneens overgeleverd door Aḥmad (5/218), Ibn Abī
ʿĀṣim in As-Sunna (nr. 76) en Ibn Ḥibbān in zijn Ṣaḥiḥ (6702 – Al-Iḥsān). Ibn Ḥajar heeft het authentiek
verklaard in Al-Iṣāba (4/216). De volledige tekst van de ḥadīth is als volgt: ‘Wij vertrokken met de
Profeet  richting Ḥunayn terwijl wij nog kortgeleden ongelovig waren. De polytheïsten hadden een
boom waar zij verbleven en waaraan zij hun wapens hingen. Het werd Dhāt Anwāṭ genoemd. Toen
wij langs een boom kwamen zeiden wij: “O Boodschapper van Allah, maak voor ons een Dhāt Anwāṭ
zoals zij een Dhāt Anwāṭ hebben.” Daarop zei de Boodschapper van Allah : “Allāhu akbar! Allāhu
akbar! Allāhu akbar! Het zijn de Sunan. Jullie zeiden – bij Degene in Wiens Hand mijn ziel is – zoals het
volk van Isrāʾīl zei tegen Mūsā: Maak voor ons een afgod zoals zij afgoden hebben. Hij zei: ‘Voorwaar,
jullie zijn een volk dat onwetend is.’ [Sūra al-Aʿrāf (7): 138]. Jullie zullen zeker de Sunan volgen van
degenen die voor jullie kwamen.”’ [AJ]

8
Collectie teksten van Imam Muḥammad b. ʿAbd al-Wahhāb over de geloofsleer

Tekst 4: De vier stelregels

De vierde stelregel: Dat de polytheïsten van onze tijd erger zijn wat betreft Shirk
dan de vroegere (polytheïsten), omdat de vroegere (polytheïsten) Shirk pleegden in
tijden van voorspoed en hun aanbidding zuiverden in tegenspoed. Terwijl de Shirk
van de polytheïsten van onze tijd permanent is, in zowel voor- als tegenspoed. Het
bewijs is de Uitspraak van Hem, de Verhevene:

َ ُ ۡ ُ ۡ ُ َ َ ۡ َ ۡ ُ َٰ َ َ َ َ ُ َ ‫ۡي‬ ُۡ َ َُ َ ۡ ُۡ
َ ‫ُمل ِص‬ َ َ
‫ۡشكون‬
ِ ‫ي‬ ‫م‬ ‫ه‬ ‫ا‬ ‫ذ‬ ‫إ‬
ِ ِ ‫ب‬ ‫ل‬‫ٱ‬ ‫َل‬ِ ‫إ‬ ‫م‬ ‫ه‬‫ى‬ ‫َن‬ ‫ا‬‫م‬‫ل‬ ‫ف‬ ‫ِين‬
‫ل‬ ‫ٱ‬ ‫َل‬ ِ ِ ‫{فإِذا َرك ُِبوا ِِف ٱلفل‬
‫ك دعوا ٱّلل‬

]65:‫ﲅ} [سورة العنكبوت‬

En als zij op de schepen varen dan roepen zij Allah aan door de Religie zuiver voor
Hem te verrichten. Maar zodra Hij hen dan naar het land heeft gered dan kennen zij
deelgenoten aan Allah toe. [Sūra al-ʿAnkabūt (29): 65]

.‫ َو َص ََّل اهللُ َع ََل حممد َوآل ِ ِه َو َص ْحبِ ِه َو َس َّل َم‬.‫َواهللُ َأ ْع َل ُم‬

En Allah weet het beste.

Moge Allah zegeningen en vrede schenken aan onze Profeet Muḥammad, zijn
familie en zijn metgezellen.



You might also like