Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 3

Les 1 | Monohybride kruisingen 1 eigenschap

E = dominant
e = recessief

gene  Zelfde gen

EE = homozygoot dominant Genotype


ee = homozygoot recessief Genotype
Ee = heterozygoot Genotype

 fenotype  uiterlijk

gen kleur: k

als twee van dezelfde soort allelen bij elkaar zijn, dan mengen ze. Rood + wit = Roze
Als ze beide even sterk zijn, dan noteer je het zo:

Rood: kR
Wit: kW
Genotype KWKR = fenotype roze

Co-dominantie (beide dominant, 3 allelen, 2 zijn dominant over 1 allel)


Voorbeeld: bloedgroepen
IA = A
IB = B
i = recessief

IAIB = AB
I Ai = A
IBi = B
ii = O

Man = XY-
Vrouw = XX
XK = kleuren zien
Xk = kleurenblind

Vrouw zijnde:
XKXK
XkXk Kleurenblind
XKXk
Mannen hebben minder kans op kleurenblind zijn, omdat er maar een X is
Les 2

Individu is heterozygoot voor gen E en F


2 eigenschappen (E & F)
 Dihybride kruising

Bio-opdracht erfelijkheidsvraagstukken.
1.
a.
Bloedgroep A: IAi | IAIA Bloedgroep B: IBi | IBIB
Bloedgroep AB: IAIB Bloedgroep 0: ii
b. Alle, beide ouders kunnen beide genotype afgeven. Hierdoor
zouden alle combinaties uit vraag 1a mogelijk zijn. Zo kan het kind uit
alle bloedgroepen behoren. Evt. kan het kind niet bloedgroep 0 zijn,
als de genotype van de moeder IAIA is en van de vader IBIB
c. Opa ii – Oma IA/Bi Dus nog steeds alle?
d.
e. -

2.
a. Het allel dat zorgt voor de zwarte vacht, als het witte allel
dominant was, hadden ze een witte vacht.
b. Beide hebben het genotype Zw, als ze geen recessief wit genotype
hadden, zouden ze geen wit kind kunnen hebben. Daarnaast hebben
ze een dominant zwart allel, aangezien hun vacht zwart is.
c. Voornamelijk een zwart fenotype (75%) en een klein wit fenotype
(25%). Genotype rechts
3.
a.

You might also like