Deel Iv Interbancaire Geldtransfersystemen

You might also like

Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 6

ZIE PPT DEEL 4 HOOFDSTUK 6

DEEL IV: INTERBANCAIRE


GELDTRANSFERSYSTEMEN
HOOFDSTUK 1: HET GEBRUIK VAN IBAN EN BIC
 Bankrekeninginformatie
o Rekeningnummer in België
 Structuur = XXX-XXXXXXX-XX (12 cijfers)
 UNIEK NUMMER
 Eerste 3 cijfers: identificatie van de bank
 Volgende 7 cijfers: identificatie klant en rekening
 Laatste 2 cijfers: controlegetal
 Restwaarde bij deling van eerste 10 cijfers door 97
 Zie dia 2 voorbeeld

 Voor internationale betalingen: IBAN-nummer


o International bank account number
o In combinatie met Bic code
 Bank Identification code
o Maximum 34 voor IBAN NUMMER
 Lengte ligt vast per land = voor België 16 karakters
o Bv: BE35 0630 2555 0037
 Eerste 4 karakters zijn nieuw
 Laatste 12 karakters zijn het oude rekeningnummer
 BE + 2 controlecijfers (ISO-landcode + 2 cijfers)

 GEBRUIK VAN IBAN EN BIC BEIDE

 Doelstelling
o Uniformisering van Europese bankverrichtingen
 Veiligheid
 Snelheid
o Momenteel in 36 landen van toepassing
 Alle landen van EU + Noorwegen, Liechtenstein en
IJsland

 Gebruik van deze codes


o Goedkoper betalingsverkeer
o Tarief voor internationale betaling = tarief voor nationale
transacties garantie op snelheid van uitvoering

1
ZIE PPT DEEL 4 HOOFDSTUK 6

 BIC of SWIFT-adres
o Code die een bank uniek identificeert BIC bestaat uit 8 of 11
karakters
o Eerste 4 letters: bankcode
o Volgende 2 letters: landcode
o Volgende 2 letters: plaats code
o + eventueel 3 karakters voor kantoorcode
 Vb: FORTIS: GEBABEBB, KBC: KREDBEBB, …

 Vanaf 1 januari 2007 verrichtingen zonder IBAN EN BIC kunnen


geweigerd worden.

 Gebruik van IBAN en BIC is voorbereiding op SEPA


o Single Euro Payment Area

 Doel
o Betalingen mogelijk maken in hele eurogebied
o Via 1 rekening
o 1 enkele kaart
o Met zelfde gemak en veiligheid als huidige nationale
betalingen
o Vanaf 1 januari 2008 ééngemaakte Europese
betaalinfrastructuur
o Voor betaalkaarten en overschrijvingen
o Vanaf 1 januari 2009: Europese domicilieringen of Direct
Debet
 Geen verschil meer tussen nationale betaling en intra-
Europese betaling in EUR

 Gebruik van betaalkaarten


o Principe: aanvaarding betaalkaarten op zelfde wijze als in
eigen land
o In BE: vervanging Bancontact/ Mister Cash door Maestro op
termijn nog niet op 1 januari 2008!!

 Cheques en wissels
o Geen gebruik op Europees niveau
 wel als nationaal betaalmiddel
 aanpassingen voor gebruikers van betaalmiddelen
o betaling- en inningprocessen

2
ZIE PPT DEEL 4 HOOFDSTUK 6

o databases van leveranciers verrijken met IBAN en BIC codes

HOOFDSTUK 2: BANKCONTROLES
1. Authentificatie
o Controleren identiteit opdrachtgever vergelijken handtekening
met rekeningfiche
2. Onweerlegbaarheid
o Opdrachtgever kan niet ontkennen dat opdrachtgever gegeven
is e-banking: bijna geen fraude meer mogelijk
3. Integriteit
o Bericht kan na aanmaak niet gewijzigd worden vertrokken
boodschap = aangekomen boodschap geen vervormingen,
doorhalingen of wijzigingen

 Bank mag verantwoordelijkheid beperken tot eenvoudige controle


van authenticiteit
o Bank is niet verantwoordelijk bij perfecte fraude

HOOFDSTUK 3: ISABEL (GEEN VRAGEN OP HET EXAMEN, WEL


EENS LEZEN)
 Interbank Standard Association Belgium
 Ontstaan in 1996
 Samenwerkingsverband tussen belangrijkste Belgische Banken via
multibancair platform

 Informatiesnelweg voor bancaire informatie


o Betalingsbestanden uitvoeren
o Rekeninguittreksels elektronisch binnenhalen
o E-invoicing
o E-govermment (Btw-aangiftes, communicatie met
overheidsaangiftes, …)
o Internetproviders
o Elektronische handtekeningen
o Veilig en snel

 Gebruik van elektronische handtekening


o Via Card en card reader
o Verstuurde en ontvangen boodschappen moeten voldoen aan
bankcontroles (authentificatie, onweerlegbaarheid, integriteit)

3
ZIE PPT DEEL 4 HOOFDSTUK 6

HOOFDSTUK 4: S.W.I.F.T. (GEEN VRAGEN OP HET EXAMEN,


WEL EENS LEZEN)
 Society for Worldwide Interbank Financial Telecommunication
o Dienstverlening voor doorsturen van financiële berichtgeving
o Gestandaardiseerde berichten
o Interface software
o Partner van 8100 financiële instellingen
o In 207 landen van toepassing
o Bij elke internationale betaling wordt een SWIFT bericht
meegestuurd

HOOFDSTUK 5: VERREKENINGSSYSTEMEN (GEEN SPECIFIEKE


VRAGEN OP HET EXAMEN, IK ZOU HET WEL EENS LEZEN)

A. HET UCV

 Uitwisselingscentrum der te verrekenen verrichtingen van het


Belgisch financieel systeem
 Ontstaan in 1974
 Na standaardisering van betaaloperaties
 Dagelijks gemiddeld 4 miljoen transacties
o Organisatie van verkeer en girale, kleine betalingen
 Toepassing van truncation: oorspronkelijke betalingsopdrachten
door met uitvoering belaste bank bewaard en op micro-film gezet
 Systeem tot 500.000 euro
 In volume: 99,75% van de betalingen
 In waarde: 2% (grote bedragen: TARGET 2)

B. NETTOVERREKENIGNSYSTEMEN

 Betalingsopdrachten gegroepeerd per type betaling doorgestuurd


UCV:
o Voert controles uit
o Sortering per geadresseerde
o Berichten onmiddellijk ter beschikking van ontvanger,
berichten kunnen net meer herroepen worden na opdracht
door afgever

4
ZIE PPT DEEL 4 HOOFDSTUK 6

o Afsluiting werkdag om 15u


o 15u15: 1 netto saldo per bank (netto vereffening)

 Reeds aangepast door SEPA


 Belgisch systeem vervulde pioniersrol
 Sinds eind 2018 wordt gewerkt via TIPS (Target Instant Payment
Settlement)

 Gevaar: systeemrisico
o 1 of meer deelnemers zijn niet in staat om verplichtingen na
te komen
 Kettingreactie
 Target 2
o Vereffingsysteem voor grote bedragen

C. BRUTOVERREKENINGSYSTEMEN

 Alle betalingen individueel geboekt bij deelnemers


 RTGS: Real Time Gross Settlement

HOOFDSTUK 6: SEPA – SINGLE EURO PAYMENT AREA


 Europese overschrijving (sinds 2008)
 Migratie van betaalkaarten (Maestro) (sinds 2008)
 Gebruik van IBAN en BIC

 Bouwstenen van SEPA:


o Euro als eenheidsmunt
o IBAN-rekeningidentificatie en BIC bankidentificatie
o Eurobetalingsinstrumenten
o Efficiënte betaalinfrastructuren
o Eenvormige technische standaarden
o Eenvormige handelsgebruiken
o Eén wettelijke context

 Doelstellingen: creatie 1 betalingsgebied


o Kostenbesparingen

 Enkel als er Maestro op u kaart staat kan je het ook in het


buitenland gebruiken

5
ZIE PPT DEEL 4 HOOFDSTUK 6

 Banken zijn verantwoordelijk voor de authentificatie, de


onweerlegbaarheid en de integriteit.

You might also like