Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 9

Atlasgebruik 53e hv123

Auteur VO-content

Laatst gewijzigd 18 august 2016

Licentie CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie

Webadres https://maken.wikiwijs.nl/76064

Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is


hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.
Inhoudsopgave

Atlasgebruik 53e
Vooraf
Stap1
Stap2
Stap3
Stap4
Stap5
Stap6
Stap7
Stap8
Stap9
www.lvoorl.nl

Over dit lesmateriaal

Pagina 1 Atlasgebruik 53e hv123


Atlasgebruik 53e

Vooraf
Kun jij op een landkaart aanwijzen waar je op vakantie bent?
Soms hebben mensen geen idee waar het land ligt, waar zij naartoe gaan.

In deze opdracht leer je hoe een atlas gebruikt wordt, zodat jij in ieder geval wel kunt aanwijzen op de
kaart waar je op vakantie bent geweest.

Bekijk de volgende videoclip:

Na deze opdracht:

Weet je wat een atlas is.


Weet je dat er verschillende soorten kaarten in een atlas zijn.
Weet je hoe een atlas is opgebouwd.
Kun je plaatsen, landen en steden opzoeken op een kaart.

Je rondt deze opdracht af door twee eindproducten te maken:

Je maakt een staafdiagram en een cirkeldiagram in Excel met behulp van gegevens uit de
atlas.
Je maakt een speurtocht door de atlas.

Groepsgrootte
Deze opdracht doe je alleen. Je overlegt wel vaak met een klasgenoot.

Benodigdheden

Een computer met internet en Excel.


Een Bosatlas (53ste editie uit 2007).

Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 lesuren nodig.

Stap1
De Bostlas
Een atlas is een boek vol kaarten, afbeeldingen en andere gegevens.
Op school wordt vaak de Bosatlas gebruikt.
En die gebruik je ook voor deze opdracht....

Weet jij waarom de Bosatlas Bosatlas heet?


Lees in wikipedia over de Bosatlas en over meneer P.R. Bos.

http://nl.wikipedia.org/wiki/Bosatlas
http://nl.wikipedia.org/wiki/Pieter_Roelf_Bos

Zoek antwoord op de volgende vragen:

Pagina 2 Atlasgebruik 53e hv123


Wat was het beroep van P.R. Bos?
In welk jaar verscheen de eerste schoolatlas?
Bij welke uitgever verschijnt de Bosatlas?
Wat is de 'Kleine Bosatlas?'

Stap2
Opbouw van de atlas
De atlas zit vol kaarten. Die kaarten staan niet kris kras door elkaar, maar ze staan in een bepaalde
volgorde. Over die volgorde is goed nagedacht.

Lees de tekst hieronder.


In de tekst ontbreekt nog een aantal woorden. Die woorden zie je onder de tekst.
Selecteer de tekst en zet de tekst in een Worddocument.
Gebruik de Bosatlas om de ontbrekende woorden in te vullen.

De Bosatlas begint met verschillende ...1... en kaarttypen (blz. 12 en 13).


Vanaf blz. 21 komen er dan een aantal kaarten met als kop ...2... .
Vervolgens zijn er veel verschillende kaarten van ...3... .
Na ons land komen er kaarten van ...4... (blz. 72 t/m 95).
Hierna komen de verschillende Europese landen langs.
Vanaf blz. 130 gaan de kaarten over het werelddeel ...5... .
Op de bladzijden 160 en 161 vind je een kaart van ...6... .
Kaarten over het werelddeel ...7... vind je vanaf blz. 162.
Daarna staan er in de atlas kaarten over Noord- en Zuid- ...8... .
Na al deze continenten vind je in de atlas een groot aantal verschillende ...9...
kaarten.
Vanaf pagina 224 vind je een aantal pagina’s met getallen: ...10... .
De laatste pagina’s van de atlas zijn voor het ...11... .

a Nederland e Europa i Wereld


b wereldbeelden f Azië j statistiek
c eigen omgeving g Amerika k Afrika
d register h Australië

Stap3
Soorten kaarten
Er zijn verschillende soorten kaarten:

overzichtskaarten
topografische kaarten
thematische kaarten.

Lees de drie omschrijvingen. Welk soort kaarten past bij iedere omschrijving?

Pagina 3 Atlasgebruik 53e hv123


1. Dit zijn kaarten waarop de werkelijkheid zo volledig mogelijk wordt aangegeven, zoals
hoogteverschil, rivieren, grondgebruik, dorpen, steden en wegen.
2. Deze kaarten zijn zeer nauwkeurig en volledig. Een andere naam is 'stafkaart'. De schaal van
deze kaarten is 1:10.000 tot 1:100.000.
3. Dit zijn kaarten die gaan over een bepaald onderwerp. Denk aan het klimaat, de industrie,
bevolkingsspreiding, etc.

Ga nu in de atlas op zoek naar twee voorbeelden van overzichtskaarten, twee voorbeelden van
topografische kaarten en twee voorbeelden van thematische kaarten.
Bespreek je antwoorden met een klasgenoot.

Stap4
Hoe zoek je iets op in de atlas?
Om iets op te zoeken zijn er verschillende mogelijkheden:

de bladwijzer
landenregister
register van topografische namen
trefwoordenregister

Vul in de onderstaande zinnen de juiste mogelijkheid in.

1. Als je de naam van een land weet, maar je weet niet precies waar het land ligt, gebruik je het
...... .
2. De ...... vind je aan de binnenzijde van de achterkant van de atlas. Deze gebruik je als je
ongeveer weet waar een land of stad ligt. Je ziet een kader om de landen waar een nummer bij
staat. Het nummer is het nummer van de kaart.
3. In het ...... staan allen namen van landen, steden, rivieren en gebergten. Achter de naam staat
de juiste kaart en het juiste kaartvak.
4. Moet je een kaart hebben die gaat over een bepaald thema of onderwerp dan kun je het best
kijken in het ...... .

Tijd om te oefenen.

Ga op zoek naar het antwoord op de volgende vragen.

1. Ga naar de bladwijzer. Welke kaarten zijn samen een overzichtskaart van Zuid-Nederland? Op
welke kaart vind je het land Marokko?
2. Ga naar het landenregister. Op welke kaart vind je het land Chili? Op welke kaarten vind je het
land Zweden?
3. Ga naar het topografische namen register. Op welke kaart vind je de stad Alberta? En op welke
kaart de Renaix?
4. Ga naar het trefwoordenregister. Op welke kaarten vind je informatie over het Boeddhisme? En
op welke kaarten vind je informatie over ontdekkingsreizen?

Alle antwoorden gevonden?


Controleer je antwoorden door ze te vergelijken met de antwoorden van een klasgenoot.

Stap5
Vakken op de kaart
Als je een plaats opzoekt in het register van topografische namen dan staat er vaak nog iets achter

Pagina 4 Atlasgebruik 53e hv123


het kaartnummer.
Bijvoorbeeld Naarden 40-41 D3.
40-41 is de kaart die je nodig hebt en D3 geeft aan in welk kaartvak je Naarden vindt.
De letters (in dit geval de D) staan horizontaal bovenaan de kaart.
De getallen (in dit geval de 3) staan verticaal links en rechts op de kaart.
Vak D3 is vak dat in kolom D en in rij 3 ligt.

Gebruik kaart 40-41 (Midden-Nederland) en geef aan in welk vak de volgende steden liggen?

Hoorn
Steenwijk
Scheveningen
Nijmegen
Almere
Enschede

Stap6
Legenda
Op een kaart zijn vaak verschillende kleuren gebruikt. En op een kaart staan mogelijk verschillende
symbolen en tekens. Hoe weet je wat die verschillende kleuren, symbolen en tekens betekenen?
Daarvoor gebruik je een legenda.

Ga naar kaart 34 (Nederland - provincies). Bekijk de legenda linksonder op de kaart.


Gebruik de legenda en de kaart om antwoord te geven op de volgende vragen:

1. Is het inwonersaantal van Rotterdam kleiner of groter dan 500.000?


2. Noem drie plaatsen met minder dan 10.000 inwoners.
3. Vlak onder de stad Groningen zie je een vliegtuigje. Is daar een 'Vliegveld' of een 'Luchthaven'?
4. Je rijdt via de kortste route van Tilburg naar 's Hertogenbosch. Rijd je over een 'Autosnelweg' of
over een 'Hoofdverbindingsweg'?
5. Hoe kun je van Vlissingen naar Breskens?

Bespreek je antwoorden met een klasgenoot.

Ga nu naar kaart 35 (Nederland - reliëf).


Beantwoord de volgende vragen:

1. Op de kaart is gewerkt met verschillende kleuren: van lichtblauw, via paars tot rood.
Wat wordt met de kleuren aangegeven?
2. Op de kaart zie je langs de kust een gele strook.
Wat wordt met deze strook aangegeven?
3. In welke provincies vind je veel terpen en woerden (woonheuvels)?

Stap7
Op schaal
Bij iedere kaart in de atlas staat de schaal aangegeven. De schaal geeft aan hoe de verhouding is
tussen een afstand op kaart en de werkelijke afstand.
Een voorbeeld van een schaal die wordt gebruikt in de atlas is 1 : 500 000.
1 cm op de kaart is in werkelijkheid 500 000 cm (= 5 km).

Pagina 5 Atlasgebruik 53e hv123


Waar of niet waar? Bespreek jouw antwoorden met een klasgenoot.

1. Je hebt een kaart met een schaal van 1 : 250 000.


1 centimeter op de kaart is 2 500 m in werkelijkheid.
2. Je hebt een kaart met een schaal van 1 : 25 000.
4 centimeter op de kaart is 1 km in werkelijkheid.
3. Op een kaart geldt dat 1 cm op de kaart in werkelijkheid 5 km is.
De schaal is 1 : 500 000
4. 5 cm op de schaal is in werkelijkheid 10 km.
De schaal is 1 : 200 000
5. 1: 10 000 is een grotere schaal dan 1 : 100 000
Bij een grotere schaal wordt het af te beelden gebied groter weergegeven dan op een kleine
schaal.
6. Op een kaart met een grote schaal kunnen meer gegevens en meer details worden
weergegeven dan op een kaart met een kleinere schaal.

Stap8
Statistiek]
Vanaf blz. 224 vind je in de atlas het onderdeel Statistiek. In dit deel staan allerlei cijfers. Natuurlijk
over Nederland, maar ook over Europa en de rest van de wereld.

Beantwoord de volgende vragen.

1. Bekijk de gegeven op blz. 224. Welke provincie heeft (in 2006) de meeste inwoners?
2. Er is in de Bosatlas een kaart waarop je het aantal inwoners per provincie kunt aflezen. Welke
kaart is dat?
3. In welke provincie was de werkloosheid in 2005 5,1% van de beroepsbevolking?
4. Bekijk de gegevens over de gemeenten.
Hoe groot was in 2006 de bevolkingsdichtheid in Breukelen?
5. Ga naar het deel met gegevens over Europa.
Hoeveel procent van de totale bevolking van Duitsland woont in de stad (2003)?
6. Ga naar het deel met gegevens over de wereld.
Hoe hoog is de levensverwachting (in jaren bij geboorte) in Afghanistan?

Stap9
Eindproduct 1: Statistiek en Excel
Met de gegevens uit het onderdeel Statistiek kun je diagrammen maken.
Je maakt als eerste eindproduct een staafdiagram en een cirkeldiagram waarin je kunt zien hoe het
aantal inwoners over de verschillende provincies is verdeeld.

Open het Worddocument: BevolkingProvincie.doc.


Open ook het Excelbestand: BevolkingProvincie.xls.

Loop de stappen in het Worddocument door.


Klaar?
Sla de diagrammen op in een Worddocument en laat ze controleren door je docent.

Pagina 6 Atlasgebruik 53e hv123


Eindproduct 2: Een speurtocht door de atlas
Als tweede eindproduct van deze opdracht maak je een 'speurtocht door de atlas'.

Bedenk tien vragen over informatie die in de atlas staat.


Probeer allerlei verschillende vragen te bedenken.
Gebruik het landenregister, de bladwijzer, het register van de topografische namen en het
trefwoordenregister. Je kunt bij een kaart ook een vraag stellen over de legenda of over het kaartvak.
De tien vragen zet in je in Worddocument. In een ander Worddocument zet je de antwoorden op de
vragen.

Klaar met het maken van de vragen? Geef je blad met vragen dan aan een klasgenoot. Kan hij de
antwoorden op de vragen makkelijk vinden?
Natuurlijk probeer jij ook zijn/haar vragen te beantwoorden.

Succes

www.lvoorl.nl
Leerlingen voor leerlingen
Op de website www.lvoorl.nl vind je verschillende video's die
door leerlingen voor leerlingen zijn gemaakt.

Hieronder twee video's die goed passen bij deze opdracht.


Bekijk de video's.

Staatkundige overzichtskaart
Natuurkundige overzichtskaart
Gecombineerder overzichtskaart

Pagina 7 Atlasgebruik 53e hv123


Over dit lesmateriaal

Colofon
Auteur VO-content
Laatst gewijzigd 18 august 2016 om 14:58
Licentie Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons
Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je
onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde
licentie vrij bent om:

het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk


medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te
maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale


licentie

Aanvullende informatie over dit lesmateriaal


Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

Leerniveau ;;;;;;;;;;;;;;;;;;;
Leerinhoud en ;;;;;;;;;;;;;;;;;;;
doelen
Eindgebruiker leerling/student
Moeilijkheidsgraad gemiddeld
Studiebelasting 2 uur en 0 minuten
Trefwoorden arrangeerbaar, leerlijn, rearrangeerbare

Pagina 8 Atlasgebruik 53e hv123

You might also like