Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 8

archive.today Saved from https://fd.

nl/economie/1496231/metalen-uit-de-diepzeebodemhalen-vergt-ge
no other snapshots from this url
search 21 Nov 2023 15:42:48 UTC
webpage capture
All snapshots from host fd.nl

Webpage Screenshot share download .zip report bug or abuse Buy me a coffee

Mijn nieuws Net binnen Beurs Krant Podcasts Abonneren

Analyse • 15:57

Metalen uit de
diepzeebodem halen vergt
geduld en China heeft geen
haast
Anouk Eigenraam

In de oceaanbodem bevindt zich een schat aan


belangrijke metalen. Internationale regelgeving
over wie deze waar mag ontginnen, laat nog op zich
wachten. China ontwikkelt intussen gestaag zijn
technologie, zodat het klaar is als straks het
startschot klinkt voor diepzeemijnbouw. Ook
Belgen en Nederlanders bevinden zich in de
voorhoede.

Laatste nieuws

16:37
China toch akkoord met grote
Amerikaanse techovername

16:36
Siemens Energy: Vanaf 2026
weer winst voor geplaagde
winddivisie

16:30
Boskalis kan nog niet pronken
met zijn polder in Singapore

16:24
In afwachting van de internationale regelgeving ontwikkelen verschillende bedrijven hun Inspectie Europese Commissie
diepzeemijntechniek. Foto: Richard Baron
doet invallen bij
maaltijdbezorgers

16:00
In het kort
Zoutproducent Nobian stap
dichter bij groene
• De zeebodem zit bomvol zeldzame metalen, maar er is nog geen overheidssubsidie
internationale wet over delving ervan
• Over twee jaar moeten 167 landen het eens zijn over de spelregels en Lees al het laatste nieuws
de te accepteren milieuschade

• China, maar ook Nauru, Nederland en België lopen voorop in de


ontwikkeling van deze nieuwe industrie

Metalen knollen op grote schaal van de zeebodem plukken


op een diepte van 5000 meter? Het lijkt onwerkelijk, maar het
is niet ondenkbaar dat deze nieuwe industrietak over twee
jaar het levenslicht ziet. Voor het zover is, moet de
internationale gemeenschap wel akkoord gaan over de
omstandigheden waaronder commerciële exploitatie mag
plaatsvinden. Diepzeemijnbouw is omstreden wegens de
mogelijke milieuschade op lange termijn. En dat is nog maar
een van de discussiepunten.

Wachten op een wet


Eerst maar eens iets over de schatten die in de zeebodem in
miljoenen jaren zijn ontstaan: het gaat om metalen als zink,
goud, zilver, platinum en lood. Sommige van die metalen
zitten diep in de zeebodemkorst verankerd en zijn moeilijk
om te mijnen. Andere liggen bij wijze van spreken voor het
oprapen. Zoals de polymetallische of mangaanknollen, die
los op de zeebodem liggen.
De meeste van deze mangaanknollenvelden bevinden zich in
internationale wateren. En de meeste dáárvan, een slordige
21 miljard stuks, liggen in de Clarion-Clipperton-zone, een
stuk zee van 7000 kilometer lang en vijf miljoen vierkante
kilometer groot in de Stille Oceaan ten westen van Mexico.
Deze knollen bevatten maar liefst vier metalen: koper, nikkel,
kobalt en mangaan. Het is een unieke combinatie die
nergens anders voorkomt. De exacte waarde is nu nog heel
moeilijk te geven, maar schattingen zijn dat de reserves op de
zeebodem een marktwaarde hebben van tussen de $8000
mrd en $16.000 mrd. Daarmee kun je de mangaanknollen
gerust ‘de truffels van de oceaan’ noemen.
Die metalen zijn grondstoffen die in de toekomst steeds
schaarser worden, aangezien ze op grote schaal verwerkt
worden in onze mobieltjes, elektrische auto’s en laptops.
Maar omdat de zeebodem eigenlijk eigendom is van ‘de
mensheid’, is de delving van die gewilde grondstoffen een
juridisch doolhof.
Daarom is in 1994 in Jamaica de Internationale
Zeebedautoriteit (ISA) opgericht, als een soort Verenigde
Naties voor de zeebodem. De ISA heeft tot nu toe 31
exploratiecontracten aan bedrijven gegeven om
diepzeemijnen te onderzoeken, die worden ‘gesponsord’
door veertien landen. Omdat bedrijfsactiviteiten of
individuen niet vallen onder het internationaal zeerecht,
heeft elk contract een land als partner nodig. Dat land is
daarmee aanspreekbaar als een bedrijf zich niet aan de wet
houdt.
Alleen is het nog steeds wachten op die internationale wet.
Afgelopen zomer was de afspraak dat de 167 landen en de EU,
die in de ISA zitten, definitieve richtlijnen zouden aannemen.
In plaats daarvan drongen 23 landen aan op een moratorium
voor diepzeemijnexploratie en werd de stemming uitgesteld.
Die landen stelden eerst een algehele ban voor op de
activiteit, maar dat stuitte op grote weerstand bij onder meer
China, Mexico en het eiland Nauru. De ISA werkt nog meer
dan de VN op basis van consensus: er hoeft maar één land
dwars te liggen of er is een probleem.

Sfeeromslag
De sfeer binnen de ISA over dit onderwerp is afgelopen tijd in
rap tempo omgeslagen, ziet Pradeep Singh, die als expert-
waarnemer zeerecht en diepzeemijnen voor het Duitse
onderzoeksinstituut RIFS in Potsdam aanwezig is bij de
onderhandelingen. ‘In dit geval is er een flink aantal landen
dat zich steeds ongemakkelijker voelt bij het vooruitzicht van
diepzeemijnen en dat meer tijd wil om een gedegen systeem
op te zetten met genoeg waarborgen voor het milieu.’
China, dat de exploitatie, verwerking en productie van
zeldzame grondstoffen als kobalt, mangaan en nikkel
bovengronds wereldwijd domineert, verwierf met zijn
staatsbedrijven vijf van de vijftienjarige
verkenningscontracten. Daarmee heeft het in principe recht
om een gebied ter grootte van het Verenigd Koninkrijk te
onderzoeken.
Het ligt voor de hand te denken dat China daarmee veel
belang heeft om enorme druk te zetten op het
wetgevingsproces, maar volgens Singh, die ook een aantal
landen adviseert als diepzeemijnconsultant, valt dat mee.
‘Peking zit in een comfortabele positie en bespeelt beide
kanten. Het wil geen uitstel, maar er is ook geen haast om de
eerste te zijn. Het heeft nu vrijwel een monopolie op
zeldzame grondstoffen als kobalt. Diepzeemijnen kan
China’s marktpositie in die zin bedreigen.’
Duidelijk is dat Peking straks goed voorbereid aan de start wil
staan als er groen licht komt. Zo werken de Chinese
staatsbedrijven hard aan de ontwikkeling van hun
technologie, zodat ze naast de mangaanknollen ook de
andere mineraalafzettingen uit de zeebodem kunnen halen.

Geen ontbossing
Het ongemak bij andere landen komt voort uit de onenigheid
die er is over de langetermijneffecten op het ecosysteem van
diepzeemijnbouw, zoals geluid- en lichtoverlast,
chemicaliënuitstoot en opdwarrelende stofwolken.
Milieuorganisaties zeggen dat daarover te weinig bekend is.
De bedrijven die momenteel het verst zijn in de ontwikkeling
spreken dat tegen. Zij wijzen juist op de duurzame voordelen
van deze nieuwe industrie: het kan zonder ontbossing en er is
weinig CO2-uitstoot.
Een van die bedrijven is Global Mineral Resources (GSR), een
dochteronderneming van het Belgische baggerbedrijf Deme,
waarvan de ISA-licentie wordt gesteund door België. In 2021
wist het als eerste bedrijf ter wereld op 4500 meter diepte met
een onderwaterrobot mangaanknollen op te zuigen. GSR
werkt tijdens de onderzoeksmissies samen met tientallen
wetenschappers van het Europese onderzoeksproject
MiningImpact, die de milieueffecten onderzoeken. ‘Er zijn
genoeg data om wetgeving te kunnen aannemen. Alle
wetenschap wijst in de richting dat diepzeemijnen alleen
lokaal het bodem- en oceaanleven beïnvloedt’, zegt directeur
Kris van Nijen.
Mangaanknollen op de bodem van de Atlantische Oceaan. Foto: Science Photo Library Foto:
Science Photo Library

Volgens Van Nijen is er een luidruchtige minderheid van


landen die nu de boel vertragen, deels om
milieuargumenten, deels om hun eigen mijnindustrie te
beschermen. ‘Sommige landen beweren dat er niet genoeg
onderzoek is om de conceptmijnbouwcode aan te nemen,
maar ze zeggen er niet bij welke informatie er nog meer
nodig is.’
Naast GSR lopen ook Nederlandse bedrijven op kop in de
ontwikkeling van technologie om mangaanknollen te
oogsten. Zo heeft Royal IHC in Kinderdijk de
onderwatermachines ontwikkeld voor twee Europese
diepzee- onderzoeksconsortia, waarin ook TNO en de TU
Delft zitten.
Het enige andere bedrijf dat vorig jaar succesvol
mangaanknollen wist te oogsten, is de Canadese start-up The
Metals Company (TMC) dat samenwerkt met het van
oorsprong Nederlandse offshorebedrijf Allseas. De
onderneming haalde zelfs een record van 4500 ton
mangaanknollen uit zee als onderdeel van hun
exploratiecontract. De concessie van het bedrijf wordt
gesteund door Nauru, het kleinste elandstaatje ter wereld, dat
in de Stille Oceaan ligt tussen Papoea-Nieuw Guinea, de
Marshall-eilanden en Fiji.

Ministaatje
En juist dit ministaatje, en niet het grote China, probeerde
een doorbraak in het wetgevingsproces te forceren. Het
diende twee jaar geleden al een verzoek bij de ISA in om
regelgeving aan te nemen, omdat het een aanvraag wil
indienen voor het delven van de zeebodemmetalen. Volgens
de reglementen moest Nauru afgelopen zomer uitsluitsel
krijgen; in plaats daarvan heeft de ISA nu beloofd in 2025 de
definitieve regels vast te stellen.
‘Ik vermoed dat het mijnbedrijf dat Nauru sponsort na het
verlopen van de deadline hoopte op automatische
goedkeuring bij gebrek aan regelgeving’, legt expert-
waarnemer zeerecht en diepzeemijnen Singh uit. ‘Maar ze
hebben zichzelf in de staart gebeten. Hun actie heeft juist
iedereen wakker geschud over de risico’s en het belang van
restricties. Twee jaar geleden had niemand het daarover, nu
staat dat wereldwijd op de agenda.’
Er is nog een reden, zegt Singh, dat Nauru niet echt de
sympathie heeft van andere leden in de ISA. Volgens de
conceptverordening moet elk land dat wil mijnen een
nationale wet aannemen die de bescherming van de
zeebodem regelt, en is elk land verantwoordelijk voor de
handhaving. Heeft een ministaatje met een oppervlakte van
Schiermonnikoog straks wel de middelen en mankracht om
naleving van de voorschriften te handhaven en boetes uit te
delen aan cowboy-achtige bedrijven?
‘Het verifiëren van de milieu-analyses door alle partijen is
straks een uitdaging over de hele breedte’, zegt Tabitha
Mallory, expert Chinese maritime policy aan de Universiteit
van Washington in Seattle. Het creëren van een
onafhankelijke commissie die bedrijven zal controleren op
naleving stuitte, alweer, op tegenstand van China.
En er hangt nog een twistpunt in de lucht: omdat de
zeebodem gemeenschappelijk eigendom is, moeten
bedrijven straks een deel van de opbrengsten afdragen aan de
ISA. Maar wat er met die royalty’s moet gebeuren – terug naar
de lidstaten, of in een potje voor milieubescherming en
onderzoek – en hoe die verdeeld worden, die discussie zit nog
in het beginstadium, blijkt uit de notulen van de laatste
bijeenkomst.

Soevereiniteit
Opmerkelijk is dat de Verenigde Staten geen partij zijn in de
zeebedautoriteit en daarmee ook geen rechten hebben om
naar zeemetalen te graven. De VS wilden het VN-
Zeerechtenverdrag (de juridische basis onder de ISA) nooit
ratificeren omdat zij het oneens waren met de voorgestelde
aanpak om diepzeemijnen te reguleren. ‘Amerika zag dat als
een inbreuk op zijn economische belangen’, legt Mallory uit.
Ze noemt het enigszins hypocriet dat de VS een van de landen
is die erg hameren op het belang van het zeerecht, maar nooit
aan tafel wilde zitten om die regels mede vast te stellen.
‘De VS zagen in de tijd dat het verdrag tot stand kwam, de zee
en alle rijkdom als een “wie het eerst komt, het eerst maalt”-
gebied. Het geloofde bijvoorbeeld niet in een systeem waarbij
een zeemijnbedrijf de royalty's van natuurlijke bronnen
wereldwijd zou verdelen. Inmiddels zijn er stemmen in de VS
die het Zeerechtenverdrag alsnog willen ratificeren, en er zijn
pogingen daartoe gedaan, maar binnenlandse politiek heeft
dat tot nu toe voorkomen.’
Amerika is wel, net als instituties als de Wereldbank, het IMF
en tal van ngo’s, waarnemer en mag vergaderingen bijwonen.
Bovendien erkennen de VS wel de regels die voortvloeien uit
het Zeerechtenverdrag. China, als ontwikkelingsland destijds
juist voorstander van een eerlijke verdeling van
zeebodemschatten, heeft bij afwezigheid van de VS binnen de
ISA de grootste zeggingskracht, zo lijkt het. ‘Officieel hebben
ze niet meer invloed, maar als China praat en zijn spierballen
toont, dan luistert iedereen, natuurlijk’, zegt Singh.
China ziet exploitatie van de zeebodem, en het toekomstige
grondstoffentekort waar het ook op zal stuiten, als een
nationale veiligheidskwestie. De minister van natuurlijke
hulpbronnen waarschuwde begin dit jaar dat China voor een
aantal grondstoffen als olie en gas ‘in hoge mate van het
buitenland afhankelijk is’. ‘Zodra de internationale situatie
verandert, zal dat zeker de economische veiligheid aantasten’,
zei minister Wang Guanghua.

China werkt al jaren aan de ontwikkeling van technieken om de diepzeebodem te mijnen.


Met dit op afstand bediende wagentje mijnde het al enkele mangaanknollen. Foto: Eyevine
Foto: Eyevine

Maritieme macht
Die visie is niet nieuw: al sinds 2012 streeft Peking ernaar om
van China een ‘maritieme macht’ te maken. Onderzoek naar
natuurlijke hulpbronnen in zee is zelfs een wettelijk doel.
Voor Peking hangt dit ook samen met het claimen van
territorium in de Zuid-Chinese Zee en de uitbouw van de
visserijvloot. Zo kwam Peking in 2016 al met een wet voor de
exploratie en ontwikkeling van de zeebodem. Sindsdien
ondernam het 52 onderzoeksmissies met
onderwatervoertuigen in de Zuid-Chinese Zee, de Atlantische
en Indische Oceaan, deels betaald door aan het leger
gelieerde instituten.
China bekijkt dit onderwerp vanuit verschillende kanten,
verklaart Mallory: ‘Er is het China dat zichzelf ziet als
representant van de ontwikkelende wereld en dat tegenwicht
wil bieden aan de VS. Er is het China dat erkent dat er
grenzen zijn aan het milieu en dat als een mondiale leider de
standaard wil zetten voor deze nieuwe industrie. En er is het
China dat zich gerechtigd voelt om zijn deel van de koek te
verwerven, nadat de koloniale mogendheden ‘s werelds
bronnen plunderden, en omdat er een vijfde van de
wereldbevolking huist.’
Volgens Mallory is het daarom afwachten of China’s retoriek
en gedrag ook op lange termijn met elkaar zullen
overeenkomen. ‘China is zeer gevoelig als het aankomt op
zijn internationale reputatie en er is op het moment meer
waardering om voor het milieu te zorgen dan in het verleden.’
Tegelijkertijd moeten we realistisch zijn, waarschuwt ze:
‘China zal uiteindelijk zijn eigen belangen prioriteit geven.
Als er mazen in de wet zijn, zullen ze die gebruiken.’
Desondanks is Van Nijen van GSR niet zo bang dat Peking of
Nauru op een dag besluiten gewoon te starten, regels of geen
regels. ‘Geen enkele partij wil aan de slag gaan op een
onzekere basis. Dit is een dure industrietak, waarin iedereen
duidelijkheid wil en niemand iets heeft aan tijdelijkheid.’
Zijn bedrijf GSR verwacht over circa vijf jaar milieutechnisch
zover te zijn dat het kan starten met commerciële
zeebodemexploitatie. Voor Van Nijen is het duidelijk dat de
wereld geen keuze heeft dan te moeten mijnen, zo groot is de
behoefte straks naar deze metalen. ‘De vraag zal gigantisch
zijn. Als je nu geen wetgeving aanneemt, kan je ook geen
investeringsklimaat creëren en dat is hard nodig’, voegt hij
eraan toe. GSR stopte tot nu toe al 100 miljoen euro in de
ontwikkeling van de technologie en de concessie. ‘Op een
gegeven moment moeten we ook geld terug gaan verdienen.’

Lees ook

Offshore-nestor Heerema ziet mangaanknollen als het


nieuwe goud

You might also like