Professional Documents
Culture Documents
1 Volledige Samenvatting
1 Volledige Samenvatting
1. De notie bron
Bronnen:
- voorwerpen (artefacten) die uit het verleden tot ons gekomen zijn (overblijfselen)
=> door hun bestaan een spoor van het verleden (meestal* objectief)
Het hoe, wat en waarom komen niet in alle bronnen even intens voor
Artefacten en getuigenissen:
- meestal duidelijke en specifieke functie voor de tijdgenoten in de periode waarin ze
ontstonden.
- niet gemaakt om ooit als historische bron te dienen
- met opzet gecreëerd (bewust) of per ongeluk/ onbewust ontstaan
Unwitting testimony: bronnen die ontstaan met een bepaalde intentie (bewust), maar voor de
historicus een totaal andere functie krijgen
VB: Opname Spaanse televisie van de putsch van kolonel Tejero (23/02/1981)
- camera’s waren in het parlement (Cortes) aanwezig voor een debat
- gewapende putschisten werd gefilmd en live in heel Spanje uitgezonden
weerstand kon tijdig + efficiënt georganiseerd worden
- cruciaal televisieoptreden van Spaanse koning Juan Carlos
1
1.2. De vormeigenschappen: geschreven of ongeschreven bronnen
Motieven
- inlichten
- opinie opdringen (overtuigen)
- deelgenoot maken van eigen juiste inzichten via egodocumenten
- ontspanning
Egodocumenten (‘uitgevonden’ dr Jaques Presser naast de feiten heb je nog de interpretatie v/d
feiten)
- bronnen met een opzettelijk ik- of wij-perspectief (brief, memoires)
- werden aanzien als ‘onbetrouwbaar’ => kan ook positief worden benut
- het is Dichtung, maar ook Wahrheid voor de auteur
- o.i.v. postmodernisme: teksten kunnen op ≠ niveaus gelezen worden:
o ’80: Carlo Ginzburg: micro-storia
e
o ’80-’90: Peter Gay: ≠ ego-docs om totaalbeeld te krijgen v/d 19 eeuwse burgerij
e
o begin 21 eeuw: onderzoeksproject ‘Controlling time and shaping the Self’ o.l.v. Arianne
Bagger
e
- vanaf 19 eeuw: exponentiële groei van egodocumenten => versnelling pol, soc + econ
ontwikkelingen: nood om indiv + collectief geheugen vast te leggen
o Rousseau: Confessions (1784)
o Goethe: Dichtung und Wahrheit (1811)
- gevaren:
o zelfbedrog: tendens naar teleologiesering + rationalisatie post factum (*)
o functioneel vergeten (selectieve operatie v/h geheugen)
o narcisme
(*) vb. memoires van Leopold III (1983): herinterpreteert het verleden in functie van latere
gebeurtenissen, beperkte waarde over de feiten, maar wel over karakter + ingesteldheid v/d vorst
- vorm: vrij
- literair ≠ fictie (maar kan ook historische bron zijn, al is ze primair niet zo bedoeld)
‘Het bureau’ J.J. Voskuil: milieu van beroepshistorici is voorwerp van fictieromancyclus
≠ toonaarden/interpretaties van de oorlog (niet af te wijzen => andere aspecten van de oorlog komen
aan bod)
2
1.2.1.2. Diplomatische teksten
- stellen rechtssituatie vast of scheppen een nieuwe
klassiek vb.: oorkonde: bewijsstuk in rechte bij ev. betwisting tss betrokken partijen
- vorm: niet vrij => strikte en formele vormeigenschappen
o bepaald door normen van het recht + traditie: wisselend in tijd en ruimte
- drie delen:
o protocol
o context
o eschatocol
- kunnen getuigenis afleggen van:
o wetgevende activiteiten
o juridische activiteiten
o vrijwillige rechtspraak
- specifiek bestudeerd door hulpwetenschap v/d diplomatiek
4 soorten
a. archeologische
o materiële vwn die een spoor zijn van menselijke activiteit i/h verleden
o onder het aardoppervlak, moeten worden opgegraven
o leren ons aanwezigheid van een welbepaalde cultuurgroep
o brengt ons op het spoor van commerciële en culturele verbindingswegen
o kunnen ook bron worden voor niet-materiële aspecten
VB: Woody Allen: maakt film over NY, maar gedragen deze ‘inwoners’ zich wel als echt NY’ers of
eerder naar het beeld van Woody Allen?
vb: Palast der Republik (symbool oud DDR regime) werd vervangen door replica v/h oude
‘Stadtschloss’ v/d dynastie der Hohenzollern (symbool Pruisisch koningschap)
b. munten
c. met de hand vervaardigde afbeeldingen
d. mechanisch vervaardigde afbeeldingen
- Bron: voorwerp/getuigenis ui of over het verleden, waaruit de historicus een beeld schept
- (Historisch) werk: resultaat van die scheppingsdaad (kan ook bron worden bij grote schaarste)
e
Galbert van Brugge: klerk van graaf van Vlaanderen (12 -eeuwse bron): “dagboek” over impact van
de spectaculaire gebeurtenissen die zich hebben afgespeeld in zijn omgeving.
3
e
R. Van Caenegem + J.Dhondt: 20 -eeuwse historici: uitspraken over de mentaliteit en wereldbeeld
van Galbert
primaire informatie: directe informatie (brieven, kronieken)
secundaire informatie: indirecte informatie (inventarissen van bibliotheken + testamenten) (minder
zekerheid: noodgedwongen deductie)
Eusebius v Caersarea: basismateriaal waarop hij steunt = verloren gegaan => indirecte bron
Hoe verder we teruggaan in de tijd => bewaring van bronnen wordt problematischer => grenslijn
tussen bron en historisch werk vervaagt
orale bronnen werden lang misprezen => nochtans: Homeros’ Ilias + Odyssee door mondelinge
overlevering
VB: Nigeria: 600 jaar oude verhalen over figuren met afgeschoren hoofdhaar
religieus?
vernedering? (cf. WO II)
= beeldjes in terracotta (ca. 600 jaar oud) => decodering: een bode, herkenning = afgeschoren haar
4
- CASUS: De techniek van de handige interviewer – Interview toegepast door
productiekern WO II van BRT – Maurice De Wilde
o ’70: nog veel getuigen van WO II met de nodige afstand tgov. de feiten
o Marcel Ophuls: (1969) ‘Le Chagrin et la Pitié’: inwoners van Clermont-Ferrand a/h
woord over hun ervaringen van WO II
o Lou de Jong: ‘De Bezetting’
o 1970 – 1991: productiekern WO II (BRT)
o Maurice De Wilde (1974): veel commotie veroorzaakt
begeleid en afgeschermd door een wetenschappelijke commissie van
beroepshistorici
maatschappijkritisch
heel goed voorbereide gesprekken => het harde interview (*) (pitbull terriër)
interviewde Léon Degrelle (REX)
o was verbannen uit België + levenslang verbod op propaganda maken => kan
deze man wel geïnterviewd worden? = juridisch
o voorzorgen van de BRT: tijdens het interview worden de woorden van Degrelle
door een criticus uitgelegd/weerlegd.
wordt zelf onderwerp van studie (dr. Veerle Vanden Daele): interviewtechnieken op
de grens van deontologie (bvb Mr. Naessens: collaborateur i/h establishment van
Degrelle): De Wilde doet hem dingen zeggen die hij liever niet had gezegd)
5
> geheime correspondentie: geheimschrift
> openbare brieven:
e
- avisi en Zeitungen (16 eeuw): brieven met handelsdoeleinden (ook bij VOC)
e
- 17 eeuw: eerste kranten in Duitsland en Antwerpen (Abraham Verhoeven)
- L Riefenstahl: films over nazi-partijdagen (Sieg des Glaubens, Triumph des Willens)
om nazi-ideologie als normaal te laten overkomen bij het brede publiek
- door overheid betaalde omroepen: gevaar! (bvb Silvio Berlusconi)
- laatste jaren: meeste kranten gedepolariseerd (bvb De Standaard: AVV VVK)
o ontzuiling of commercieel doel?
o jacht op kranten door financiële groepen, multinationals
o enkele media: vrij/onafhankelijk (bvb Le Monde)
o VS: mediawereld volledig gecommercialiseerd, maar: Washington Post + New York
Times => kritisch!: verslaggevend + actieve rol bij politieke problemen (cf. Watergate)
6
- CNN (Ted Turner, 1980): 24/24u
o Golfoorlog (‘90/’91)
Saddam Houssein: positief imago (opname waar hij in Bagdad Engelse gegijzelde
kinderen vertroetelt)
Norman Schwarzkopf: rapport over de doeltreffendheid van ‘slimme’ raketten
- Al Jazeera (Quatar):
o 1st: geslaagde imitatie v/h westers model
o doorgeefluik voor boodschappen v leiders uit de Arabische wereld
o navolging CNN:
Euronews (1993)
MBC (pan-Arabisch, 1991)
BBC World (1993): rivaliseert met CNN
Al Jazeera (Arabische wereld, Quatar) => na 11/9: “doorgeefluik” voor boodschappen
van leiders uit de Arabische wereld
global village: steeds meer mensen krijgen hetzelfde te horen/zien => gaan identiek handelen
- vroeger: nieuwe richtlijnen voor het verloop v/e militaire actie kwamen hopeloos te laat
e e
vb 16 , 17 eeuw: richtlijnen vanuit Madrid naar Spaanse troepen in Zuidelijke Nederlanden tegen de
rebelse gewesten in het N en Fr (René Vermeir)
7
- nu: incidenten dwingen tot een onmiddellijke politieke besluitvorming, met alle risico’s van dien
4.3.2. De impact v/d communicatiemedia: naar een collectief geheugen en de verleiding van
de manipulatie
overgang van individuele communicatie => massacommunicatie: ontstaan v/e collectief geheugen
naast een historisch geheugen
bvb vredesbeweging in de VS (’70) door dagelijkse nieuwsspots over de wreedheid v/d Viëtnam-
oorlog.
collectief geheugen berust op een reële basis, gedeelde ervaringen, en nog vaker op gedeelde
beelden bvb moordaanslag op JFK, val v/d Berlijnse muur, 11 september
VB: “Dood van een republikeins soldaat”, foto door oorlogsfotograaf Robert Capa
- soldaat: Frederico Borrell, 24 jaar, front van Cordoba, Spanje (5 sept. 1936)
e
- aan het front van de Spaanse Burgeroorlog: Republikeinen vs. Franco: 1 grote confrontatie
tussen communisten en fascisten
- controverse: echt? positie soldaat? vanuit Francistische hoek getrokken? (kan niet: Capa = anti-
fascist) => probleem: geen negatief bewaard, maar wel bewijs dat Frederico Borrell inderdaad op
die dag gestorven is op dat front
- Capa: trekt ook mee met Amerikaanse troepen (landing van Normandië: veel mislukt door slechte
behandeling van de band); sterft door landmijn
8
Media kan zorgen voor een andere werkelijkheid
VB:
inspelen op vooroordelen en creatie van perceptie en ‘nieuwe’ werkelijkheid door Fox News:
campagne Bush – Gore (VS; 2000): Fox News (voorzitter: Bush’ neef) duidt als eerste Bush
aan als nieuwe president, maar! er was nog steeds geen duidelijkheid! => veroorzaakt een
kettingreactie bij de andere zenders (later: hertellingen, maar het is al te laat, de publieke
opinie ziet Bush al als hun president)
campagne Bush – Kerry (VS; 2004): Fox News maakt van president Bush een held (“only
… days before Bush is re-elected”: lopen al vooruit op de feiten!), terwijl Kerry onbetrouwbaar
wordt voorgesteld (“looks French”, past niet in het Amerikaanse beeld, ongeschikt)
9
- oudste archivalia: rechtspraak en fiscaliteit
10
5.3. Toename v/h bronnenbestand
bvb WO II: confisqueren van archivalia door nazi’s => buitgemaakt door SU
- huidige Rusland biedt deze (vaak te koop) aan
- vb. deel v/d archieven v/d Belgische Werkliedenpartij
door het ontcijferen v/e schrifttype waarvan de kennis verloren was gegaan
bvb: linear-B en syllabisch schrift op Kreta door Britse architect Michaël Ventris (kennis van
Griekse geschiedenis voor Homeros, 1952)
(Kreta: vanaf 1900 opgravingen dr sir Arthur Evans)
vele aspecten zullen nooit oplosbaar worden: vraagstelling is vandaag totaal anders
bvb. inzicht in demografie: moeten we afleiden uit bronnen met een ander doel (bevolkingstellingen
voor staatsfiscaliteit)
e
wel: parochieregisters (16 eeuw, christelijk Europa), registers van burgerlijke stand (na Franse
e
revolutie, 19 eeuw)
- kennis van eigen tijd/recente verleden is vrij gering door niet-consulteerbaarheid van bronnen
11
o de kennis groeit dus wanneer ooggetuigen verdwenen zijn en interviews niet langer
mogelijk zijn (kritisch toetsen van getuigenis)
- (B) door massificatie: nieuwe dossiers kan men niet direct ordenen =>
ontoegankelijkheid
e
o 1 reactie: tussenarchief
e
o 2 reactie: digitale stockering:
eenvoudig scannen
volwaardige invoering (opzoeking via keywords, data en rubrieken, online of cd-rom)
bvb Archivo General de Indias in Sevilla: online archivalia van Spaanse koloniale handel
e e
i/d 16 tot 19 eeuw
bvb Instituut voor Nederlandse Geschiedenis: correspondentie v Willem v Oranje
bvb Koninklijke Commissie voor Geschiedenis: foto’s en transcripties van oorkonden in Z-
Ndln voor 1200
5.5. Waar worden bronnen bewaard? Het archief als zingevende instelling
(uitzonderingen: omgekeerd)
12
o centraal Belgisch rijksarchief met archivalia v/d Belgische instellingen na 1830 +
centrale instellingen uit de Z-Ndln voor 1830
- aantal grote steden, bisdommen, het hof en particulieren: eigen archiefdepots
- (Ned: Nationaal Archief –Den Haag; regionale historische informatiecentra)
- kunstmatige archieven:
o om bepaald verleden te reconstrueren
bvb. Nederlands Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie: origineel v/h dagboek
van Anne Frank
bvb Belgisch Navorsings- en Studiecentrum voor de Geschiedenis van de
Tweede Wereldoorlog (nu SOMA)
bvb Archivalia over holocaust in collecties v/d nazi-overheid + vroegere KGB,
maar ook in holocaustmusea Jeruzalem/Washington
USA: na dood v/e president: memorial (ter bewaring v/h archief)
o om collecties veilig te stellen
bvb. archieven v/h P.L.O. van Arafat (heimelijk bewaard in Beyrouth zodat de
Mossad, Isr Geheime Dienst, geen cruciale informatie zou veroveren)
- specifieke bewaringscentra
o musea: archeologische voorwerpen, schilderijen, …
o munten – en medaille-kabinetten
o discotheken (bvb Nationale Discotheek van België)
o radio-instituten
o cinematheken
o fototheken
o bvb Bundesarchiv (Koblenz): geschreven en audiovisuele nalatenschap v/d
bondsregeringen en van Hitlers Derde Rijk
- vb: archieven in het bezit v/d dynastie v/d Bourgondische hertogen (Bautier-Sornay):
o overzicht van alle bronnen door de overheid i/d Bourgondische periode
o collecties tengevolge v/d ‘Bourgondische staat’ (bv. Graafschap Vlaanderen, Holland-
Zeeland, hertogdom Brabant, Bourgondië…)
13
5.7. Het drukken van historische bronnen
- boekdrukkunst (ca. 1450): bronnen op vele plaatsen ter wereld tegelijkertijd consulteerbaar
e
- 16 eeuw: eerste uitgaven van oorkonden => allesbehalve kritisch
e
- 17 eeuw: bewust kritisch => vragen over betrouwbaarheid van teksten (religieuze context:
intellectuele strijd tss katholieken en protestanten)
o bollandisten (jezuïeten, Z-Ned): geven op kritische wijze heiligenlevens/verering uit:
Acta Sanctorum
o mauristen (benedictijnen, Fr): bronnencollecties in archieven
abdij: Saint-Germain des Prés (nabij Parijs)
Dom Jean Mabillon :
De re diplomatica : aandacht voor diplomatische + paleografische kenmerken,
superioriteit v/d originele versie
e
- 19 eeuw: gouden eeuw v prestigieuze reeksen v bronnenuitgaven (romantiek + positivisme)
o romantiek: hulde a/d nationale staat (nood aan legitimatie v jonge staten)
bvb Monumenta Germaniae Historica
Belgische Koninklijke Commissie voor Geschiedenis (KCG) gesticht in 1834,
meteen na de Belgische onafhankelijkheid
o positivisme: elke bewering hard maken, beeld maken van hoe het echt geweest is, eis
voor een solide uitgaventechniek (kritisch dankzij inbreng van filologen)
ste
- 21 eeuw:
o digitale invoering van teksten: elektronische databanken
e
o bvb Rijmkroniek van Melis Stoke (grafelijke klerk,14 eeuw, klassieke verhalende bron,
Holland)
o ING (Instituut voor Nederlandse Geschiedenis, Den Haag)
14
Deel II: Technische analyse van de bron
vragen rond authenticiteit en datering v/e bron = traditioneel arsenaal v/d historische kritiek
- vaak een kwestie v gezond verstand
o hyperkritisch in vraag stellen van alles
o maniakale drang om overal vervalsers a/h werk te zien
o makkelijker om twijfel te zaaien omtrent de echtheid/waarheid, dan om overtuigend het
valse van een bron te bewijzen
o aanvoelen van bedrog en leugen wisselt in de tijd
- Vormelijk vals
- pseudo-origineel (soms door imitatie v echte documenten uit die tijd waarin de falsum wordt
gesitueerd)
- soms stemt de inhoud overeen met de realiteit
- doel: fraude met winstbejag
CASUS: Valse dagboeken van Hitler – Der Stern (1983): intellectueel en materieel falsum
- Duitse weekblad ‘Der Stern’ koopt (onbekende) dagboeken van Hitler van Konrad Kujau
(Duits antiquair)
- publicatie in afleveringen (zelfs Engelse versie Newsweek + Times)
o nieuwe visie op de figuur van Hitler: zou niet geweten hebben v/d Entlösung (immers:
geen passages over vernietigingskampen) => zo’n radicale visie dat het kritisch
bewustzijn tijdelijk werd uitgeschakeld
- Duitse historici bevestigen de authenticiteit v/h handschrift + Engelse specialist Hugh Trevor-
Roper, die laatste trekt zijn woorden weer in
- nieuwe tests: VALS!
o vormelijk: anachronismen: geen juist handschrift (+ niet gevarieerd), papier en inkt
waren (veel) te jong, kaft (initialen: FH i.p.v. A.H., gotisch lettertype)
15
o inhoudelijk: overeenkomsten met boeken van Max Domarus (speechen Hitler) => nam
ook de historische fouten over!
- auteur: Konrad Kujau, pseudoniem voor Konrad Fisher
- na het proces wordt het valse dagboek geconfisqueerd en in archieven bewaard (Archief
Koblenz).
- na zijn veroordeling:
o vals handschrift v/h Duitse volkslied verkocht a/h Ministerie van Cultuur
o einde van zijn leven: vervalste schilderijen
- na nieuwe reeks veroordelingen: vervalste schilderijen met 2 namen (ook zijn eigen naam) =>
een ‘echte valse Kujau’
1.4. Pastiche
- nabootsen of combineren van kenmerken van 1 of meer originelen; stemt in enkele opzichten
overeen met de modellen
o motief: oneerlijk of bewuste Spielerei/ kunstzin
- ‘La gloire de l’empire’: Jean d’Ormesson (Fr) : complete geschiedenis v/e verzonnen rijk uit
de Oudheid => waarschuwing tegen geposeerde geleerddoenerij
Pastische: succes in atavistische periodes (pasticheren: demonstreren van technische kunde): bvb
Middeleeuwen, Renaissance (humanisten vulden de werken aan)
bvb ‘De firma Breughel’: thema’s werden binnen de familie doorgegeven
16
Tentoonstelling ‘Fake or not to fake’ (Brugge; 2004): rond de restauratie v/d Vlaamse Primitieven:
discussie over materiële studie v/h schilderij als object
verschillende analyses vullen elkaar aan => technische benadering v/h voorwerp (UCL-labo;
Van Schoutte, Verougstraete) + onderzoek v archiefdocumenten (i.v.m. restauraties)
doorheen de tijd: ≠ opvattingen i.v.m. restauratie:
hyperrestauraties (kunstmatig verouderen d.m.v. craquelures)
omkeerbare restauraties (huidige opvatting)
J-M Van der Veken (1872 – 1964): (casus: niet talen, geschiedenis)
- meester-restaurateur
- verving gestolen paneel ‘de rechtvaardige rechters’ uit het Gentse Lam Gods van Van Eyck door
een kopie
1.5. Kopie
vele gradaties:
- kopie kan authentiek zijn: bvb door bevoegde oorkonder, notaris, historicus
- kopie als variant v/e pastiche => maar: probeert nu alle kenmerken te kopiëren, om het mss voor
een pseudo-origineel laten doorgaan (door de handtekening mee te kopiëren)
o het valse karakter zit hem hier in de bedriegende intentie, frauduleus gebruik!
o ‘vals’ is niet noodzakelijk met frauduleuze intentie, het kan eventueel louter een foute
toeschrijving zijn v/e kunsthistoricus
o een voorwerp is altijd echt en uniek
vb De Storm werd geïdentificeerd als een Breughel, maar het hout was van na het overlijden v/d
schilder, het schilderij is natuurlijk tegelijk het echte werk van een andere schilder
17
o J.M. Fletcher (Oxford): dendrochronologie (via jaarringen) en C 14 – methode: panelen
(vooraan): Vlaams hout uit ca. 1280 (kan dus in ME gebeeldhouwd zijn!)
- 1988: UGent: chemische analyse: polychromie in ME traditie => onderlaag: sporen van
kleurelementen (goud en zilver): ME miniaturen
- Recente bevindingen:
o dendrochronologie: hout is echt
o röntgen opnames: homogene tekening, geen nabootsing
o archeologische analyse: front en rug originele onderdelen van complexe kist met dubbele
bodem
o chemische analyse: polychromie: loodwit als deklaag, daarop goud- en zilversporen
(miniatuurkunst)
o meubelanalyse: type van ‘coffre de Flandre’, statuten (max. afmeting?) van Brugs
schrijnwerkerambacht
o herkomstbeginsel: band met familie van Saint John (1297: John St. John vs. Robrecht
van Artois) – mss relatiegeschenk van Vlaamse graaffamilie aan Engelse familie (John
St John) => afbeeldingen op de kist leggen nadruk op de vernedering/dood van
Robrecht van Artois
vb. perfide kunsthandelaar John Drewe + getalenteerd schilder in geldnood John Myatt
- meer dan 200 vervalsingen van moderne meesters!
- Myatt maakte voordien al kopieën, maar openlijk (niets mis mee)
- Drewe maakte er frauduleus gebruik van
o vervalste catalogi van galerijen (vernietigd tijdens WO II)
o werd uiteindelijk toch ontmaskerd (later onderzoek: chemische bestanddelen van na
WO II)
18
falsa en pastiches blijven nuttige bronnen
3. Clio’s laboratorium
3.1. Paleografie
e
- 1 /primaire functie: ontcijferen van de vele alfabetten + letterbeelden
o wisselende vormen in de tijd
o kaligrafie (geposeerd schrift) en snelschrift (cursief schrift)
Oudheid: capitalis elegans, bijbels: unciaal
snel Romeins nieuwcursief
o verschillen
graad v cursiviteit
modulus (formaat)
ductus (aantal en volgorde v/d letteronderdelen)
verkortingssystemen
versieringen
e
o soms 1 schrift: vbv carolina (Karolingische Renaissance, 9 eeuw, ME)
e e
=> Renaissance (15 ,16 eeuw): standaard schrifttype, basis voor de drukkunst (en
drukletter, lettertypes vandaag)
e e
o allerpersoonlijkste varianten op schrifttype van hun tijd: vb gotisch cursief (16 – 18
eeuw)
e
- 2 functie: dateren en lokaliseren v ongedateerde teksten
o via vgl met gedateerde schriftstukken
databank
dateren: altijd benaderend (aangeleerd schrifttype wordt heel leven gebruikt)
e
- 3 functie: echtheidsproces v/e tekst maken
o negatieve zin: falsa ontmaskeren (grafische kenmerken latere tijd,…)
o positieve zin: toeschrijven aan een auteur
19
o (uitspraak 2005 op Iraanse televisie: wordt in oktober 2006 weer veroordeeld.)
- gebroeders Verbeecke : Belgische Vereniging van Vrij Historisch Onderzoek (publiceerden
Nederlandse versie v boekje Faurrison) : veroordeeld
- Roeland Raes (VB, raad van bestuur UGent): 2001; interview over Anne Frank: balanceerde op
het randje v negationisme heeft zich door groot protest teruggetrokken
- dagboek: bewaard in Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (NIOD; Amsterdam)
slecht leesbare teksten of ongeschreven woorden: ultravioletstralen v/e Wood-lamp of via image-
processing
3.2. Diplomatiek
20
- archeoloog: essentieel geschiedenis schrijven op basis van materiële relicten
o oorsprong Europese beschavingen centraal
o cultuurhistorische of evenementiële archeologie: 2 vragen
wat zijn culturen?
hoe verspreiden culturele veranderingen zich? (diffusionisme; Vere Gordon
Childe)
• determinerende visie op het verloop v/d prehistorie: culturen
verspreiden zich via contacten, migraties, technische uitwisseling in de
richting v superieure naar minder ontwikkelde beschavingen (vb. O Mid-
Zeegebied: beelden meest perfecte vorm – W Eur: minder geraffineerd)
• idee: oorsprong v Europese beschaving in Nabije Oosten
- na WO II: diffusionisme wordt in vraag gesteld.
o nieuwe dateringsmethodes vb. koolstof 14-datering: ook autonome ontwikkeling
o vb in Amerika => New archeologie (Lewis Binford)
archeologie: verklarend (niet descriptief) en deductief (niet inductief)
men vertrekt uit hypotheses die i/h onderzoek moeten getoetst worden
projectgericht: belang v
• kwantitatieve verwerking v gegevens
• depositionele en postdepositionele processen (wat na het achterlaten
met het object is gebeurd)
• aanvulling met etnografisch onderzoek (eskimo’s, aboriginals: in praktijk
observeren)
kritiek
• Fr reactionaire tegenbeweging (1960, ’70): menselijke samenleving is te
complex om als natuurkundig feit te kunnen bestudeerd/beschreven
worden
• ’80: contextuele aanpak (Ian Hodder): mens = te passief element (in
new archeology)
> herwaardering voor menselijke activiteit en creativiteit
> context = cruciaal, maar geen alles determinerende kracht
21
o systematische prospectie: actief opsporen v sites
veldprospectie: systematisch terreinen aflopen
concentratie v scherven: sporen/resten v menselijke activiteiten
lokaliseren/registreren
oude kaarten/toponiemen (plaatsnamen)
luchtfotografie: (na WO II: Engelsen)
• slagschaduwen in late namiddag (shadowmarks)
• verkleuringen in de bodem dr dempen v putten (soilmarks)
• verschillen in plantengroei (cropmarks)
• verschillend smeltproces v sneeuw (snowmarks)
• overschot grond- of regenwater (watermarks)
geofysische en geochemische methodes:
• metaaldetector (in ploeglaag)
• elektrische weerstandsmeting (weerstand neemt af bij vochtiger
ondergrond)
• elektromagnetische prospectie: veranderingen in constant niveau v
aardmagnetisme
• meting v fosfaatgehalte (mest v mensen en dieren)
mechanische prospectie: actief i/d ondergrond: deel v/d site w zo vernietigd
• grondboren, … (aardverkleuringen verdwijnen door het licht)
3.3.3. De archeoloog a/h werk (II): opgraving v/d sites en interpretatie v/d vondsten en
bevindingen
- systematische opgraving
o originele site en evolutie w gereconstrueerd
o eenmalig en destructief ( historicus) : grondige voorbereiding + vraagstelling
o grondlagen respecteren
o nauwkeurig noteren welk voorwerp in welke grondlaag = cruciaal voor datering
o opgravingsarchief: stratigrafie v/d grondlagen, verstoringen, verkleuringen (metingen,
beschrijvingen)
o laboratoria: grondmonsters
o artefacten: speciale technieken (volgens materiaalsoort en artistieke criteria:
mircroscopie, micro- en macrofotografie, chemische en fysische analyse, radiografie)
o menselijke resten: info over fysische demografie (gestalte, ziekteverschijnselen door
paleopathologie)
22
na afkoeling: opnieuw opname v energie door mineralen: vastbepaald ritme
tot 350 000 j geleden
o archeomagnetisme
moment v bakking v kleipotten
richting v aardmagnetisch veld = tijdsgebonden
o pollenanalyse:
jaarlijkse neerslag v stuifmeelkorrels/pollen in archeologische sites
vegetait, stratigrafie, evolutiecurve v vegetatie en klimaat
o Fission Track:
kristalglas en kwartsen: hoeveelheid uranium 238: splijting verloopt met gekende
en meetbare regelmaat
o dendrochronologie:
precisie tot op een jaar! (enkel bij behoud v schorshout)
doorsnede boom: concentrische cirkel (jaarringen)
klimatologische omstandigheden: dunnere/dikkere ring
terugtelling nr het centrum: ouderdom v/d stam bepalen
enkel structuren uit dezelfde klimaatzones kunnen met elkaar w vgln
Laboratoire de dendorchronologie (Luik, Hoffsummer): dakkap v Bijloke in Gent
(eiken geveld 1251 – 1255)
cf. Kist v Oxford
o biochronologie:
meet afstand tussen 2 diersoorten door studie v bloed en genen (toekomst:
biogenetica)
3.4. Statistiek
3.4.1. Doel
- één v/d meest uitgesproken uitingen v/h streven naar de verwetenschappelijking v/d
geschiedenis (statuut vglbaar met positieve wetenschappen)
- geschiedenis beschrijft + verklaart
- kwantitatieve geschiedenis: het systematisch aanwenden v/d statistiek
o sociale wetenschappen als inspiratiebron
o vnl. tweede Annalesschool (na WO II)
doel: historische evolutie duidelijker weer te geven
aandacht voor wat niet direct uit bronnen af te leiden viel, ongrijpbare en
onzichtbare elementen voor de tijdgenoten vb economische conjuncturen
door statistiek: nieuwe interpretaties, nieuwe verbanden (tss ≠ grafieken)
=> indirect: vb seksueel gedragspatroon via demografische statistiek
3.4.2. Methode
bij het verwerken v gegevens moet men rekening houden met enkele spelregels:
nog dwingender m.b.t. ME: onvolledige, onderbroken reeksen cijfers
23
- (4)herhaling v/d proefnemeningen: + profpersonen moeten gereduceerd beeld zijn v gehele
bevolking = representatief
- (5) evolutie v koopkracht:
o niet enkel loon- en prijsgegevens
o ook precieze weging v elementen v voedings- en levensonderhoudspakket
e
o armoede en crisis: wnn graanprijzen stijgen (voor de aardappel/18 eeuw)
- (6) trend (stijging, daling): jaarlijkse gegevens verwerkt tot 5 à 10-jaarlijkse gemiddelden
- conclusies: altijd uiterst delicaat
o Thomas Malthus: (grote invloed op politici en economisten)
parallelle toename v/d bevolkingen met meetkundige reeks (1, 2, 4, 8 enz)
toename v voedselproductie met rekenkundige reeks (1, 2, 3, 4 enz)
daardoor: hongersnood, mortaliteit
=> foute methode
o juist: matige groei v het voedselaanbod zorgt voor afremming bevolkingsgroei
- (7) conclusie: kunst is v/d dode cijfers (bron) levende getallen (historisch werk) te maken!
- demografische evoluties
e
o Malthus (eind 18 eeuw): late huwelijken = rem op overbevolking (preventive check)
=> waarheidsgetrouw
o demografisch onderzoek (Louis Henry, Peter Laslett, Chris Vandenbroeke + lln) v
Vlaamse platteland:
a.d.h.v. parochieregisters: totale reconstructie v families in samenstelling en
dynamiek
in AR: huwelijksleeftijd verschoven gemiddeld 2 à 3 kinderen minder
kinderaantal: ook beïnvloed door kennis/onwetendheid contraceptietechnieken
o Jean Louis Flandrin: laathuwende jongeren voorhuwelijkse seksualiteit (prostitutie,
flirts zonder coïtus)
- crimineel gedrag
o TR Gurr:
these op basis v rechtbankstatistieken
e e e
steeds minder moorden in de geschiedenis (vgl 13 , 16 , 20 eeuw)
dr N Elias & navolgers beschreven als fundamenteel cultureel verschijnsel:
groeiende affectbeheersing en toenemende staatscontrole v/d late ME
o J. Sharpe:
menselijk gedrag evolueert weinig
misdaadstatistieken verbergen de realiteit: meer spiegel v evoluerende repressie
dan v verschuivende misdaad
o A Farge
evolutie v criminalité de sang criminalité anti-propriété (gevolg v opvatting om
geweld meer als bedreiging te zien vr eigendomsrecht/openbare orde)
o dark number: onderrapportering door slachtoffers (bvb zedendelicten)
o studie v criminaliteit in verleden: herneemt, relativeert vele debatten, en stelt ze in een
breder perspectief
- Religieuze geschiedenis
o domein bij uitstek voor kwalitatieve benadering
o ook hier kwantitatieve resultaten:
actueel onderzoek: enquêtemethodes
ME
• J Toussaert: ‘Le Sentiment religieux en Flandre à la fin du moyen-âge’
(Paris, 1963) : pionierswerk betwist(baar)
• J Chiffoleau :
o onderzoek over massale investeringen in uiterlijke tekenen v
religiositeit (bvb schenkingen…)
o via kwantitatieve analyse v testamenten
o ‘la comptabilité de l’au delà’ (boekhouding v/h hiernamaals)
24
oobsessie v/d dood + gedrag v grote groepen mensen door
mortaliteitscrisissen (bvb pest) w begrijpelijk
e
19 eeuw: Jan Art ( onderzoek over bisdom Gent)
- Malthus wordt politiek misbruikt Vichy regime: (zie ook deel 3: rassen en racisme)
o Regering die collaboreert met Duitsers
o Bestuurt klein deel Frankrijk, gevestigd in kuuroord Vichy
o antisemiet
o voor
orde, hiërarchie, respect voor het gezag,
centrale leider: oud-veldmaarschalk Pétain
o Propagandafilm met “statistische” demografische gegevens
Rudimentair gebruik Malthuïstische theorie/statistiek
niet goed:
• Enige kinderen
• Celibatairen w vergeleken met jood
• Gezinnen zonder kinderen
wel:
• vrouwen aan de haar meer kinderen maken v Frankrijk een
sterkere natie maken
- cliometrie:
o vanaf ‘60
o uitgebouwd in New-Economic History
o methodiek waarin statistische invalshoek radical wordt doorgetrokken historische
gebeurtenissen w bijna herleid tot abstract formules totale terugdringing v kwalitatief
element
o grafieken (!: sterke reductie v/d werkelijkheid!) w afgeleid door computerverwerking (
klassieke historische statistiek: altijd element v persoonlijke interpretatie)
o integratie v alle componenten in de samenleving (concrete individu = verdwenen)
25
o codicologie: studie handschriften als archeologische voorwerpen
o papyrologie: studie v schrift op papyrus
o epigrafie: studie v teksten (inscripties) op harde materialen
o heraldiek: wapens, die dienden als herkenningstekens op schilden, boeken, …
voorwerpen koppelen aan persoon/familie + dateren
o numismatiek: studie v munten
o taalkunde:
grammatica
woordenschat
etymologie (herkomst woorden)
toponymie (studie v plaatsnamen)
antroponomie (studie v persoonsnamen)
semantiek (betekenisleer)
semiologie (studie v tekens(systemen))
o genealogie: studie v familieverwantschappen (basis vr studie v familienetwerken,…)
o prospografie: systematisch opsporen v biografische elementen bij studie v sociale
groepen (elites sterker aan bod: meer bronnen)
o foto-, film- en videofilmtechniek: kennis v retouche-, montage- en
manipulatietechnieken (nuttig vr kritische appreciatie v opnamen)
- vandaag: deze gestelde vragen = té beperkt! nuttig, onmisbaar onderdeel v/h totale kritische
proces
26
authentiek verklaren door bevoegde instantie om rechtskrachtiger karakter te
geven vaak ingekapseld in raamtekst (begint met ‘videmus’: we hebben de
tekst gezien (en gekopieerd))
bekrachtigingsoorkonde (?) = …
kopie v/e akte met het oog op het aanleggen v archief bestemmeling:
destinaris kopieerde het bij ontvangst i/h oorkondeboek (cartularium) v de
instelling
- algemene regel: bron raadplegen in originele vorm, of beste teksttraditie geen enkel
afschrift is totaal gelijk a/h origineel: elke kopiist maakt fouten
doel v tekstkritiek: oorspronkelijke tekst zo goed mogelijk herstellen zoals de auteur hem
bedoelde of hoe hij hem heeft neergepend (ook auteur kan fouten gemaakt hebben)
origineel is voorhanden
- enige probleem: nauwkeurig ontcijferen v/d tekst
- ook fouten mogelijk: via voetnoot gesignaleerd of aanduiding ‘sic’ na fout
- gedrukt werk: alle exemplaren v een editie zijn gelijkwaardig
- handschriftelijke bronnen: meer originelen van 1 tekst kan
27
4.1.3. Kritiek op de methode Lachman
e
- J Bédier (begin 20 eeuw):
o methode Lachmann: ontoereikend om varianten te groeperen/ordenen
o Lachmann gaat steeds slechts 2 teksten vergelijken
o open afschriften: kopie op basis v meerdere modellen
e
- Dom Quentin (begin 20 eeuw)
o hoe weten we wat fout is als het origineel niet voorhanden is?
o fouten bepalen = eind v/d procedure
o eerst: reconstrueren v archetype, niet het origineel
o selectie: bruikbare en niet-bruikbare varianten
o bruikbare: moeten in ≠ onafhankelijk v elkaar ontstane HS’en voorkomen
o vergelijkingswerk: via schema (snijpunten tekst – variant) overeenstemmingen zoeken
(geen = onafhankelijk)
o achteraf hanteren v/d stemma:
classici: woordkritiek (werken met ≠ tradities)
mediëvisten: bepalen beste HS benutten het maximaal (min gebruik v andere
tradities)
28
- toekomst v/d teksteditie: dit soort v testen waarbij methodologische bevindingen (in de context v
andere wetenschappen ontwikkeld) met nut de traditionele techniek v tekstedities zullen
vervangen
4.2. Oorsprongskritiek
- identificatie ≠ waarborg voor juistheid => valse identiteit behoort tot de essentie v/d falsa
valse datum, valse auteur, … situering in min of meer lang voorbije tijd
(controleerbaarheid neemt af naarmate de pseudo-getuigen toch al overleden zijn en men hun
naam zonder gevaar kan gebruiken als autoriteit)
- auteur:
o intellectueel auteur: iemand die tekst uitdenkt en opstelt (veelal kladversie of concept)
o materiële auteur: schrijft de netversie v/d tekst (= scriptor, vaak secretaris, typist)
o juridisch auteur: verschijnen als auteur zonder intellectuele of materiële medewerking
nemen de verantwoordelijkheid v/d tekst (vorsten, ministers, directeurs)
reeks auteurs is dus mogelijk: nuttig om identiteit v elk v hen te bepalen voor het
achterhalen v ontstaansgronden en motieven v/d redactie
29
vb Villa des Roses (W Elsschot): datering ontbreekt
- auteur : rechtstreeks getuige of getuigenis ontleent aan vroegere auteur (gewone ontlening of
plagiaat) ?
- 2 mogelijkheden
o geen vermelding v/e model: auteur = eerste getuige
maar: model kan verloren/verzwegen zijn!
o wel vermelding v/e een model:
voorhanden
verloren: datum, plaats en auteur v/d redactie v/d modelbron opsporen
hele verdere kritiek staat in functie v oorspronkelijke bron (niet v ontlenende
auteur)
- ontlening: partieel of op grond v geheugen (ME; vaak zwak en deformerend)
- ontleende tekstdelen: klein gedrukt in tekstuitgave nuttig: waarschuwing
o oorkonden: vaak letterlijke ontlening
o literaire teksten: parafraserend (omschrijven met andere woorden)
e
- vb Einhard (9 eeuw): Vita Caroli (levensbeschrijving v Karel de Grote, zowat enige verhalende
tekst met uitgebreide info):
e e e
o model: Vita Caesarum v Suetoniues (2 helft 1 - mid 2 eeuw)
o soms heel verregaand maar: unieke bron (anders: a/d kant geschoven)
e
- Jacques Derrida (20 eeuw):
o tekst verwijst niet naar werkelijkheid, maar naar andere teksten intertekstualiteit
- ontlening of plagiaat? hypothese v/d gemeenschappelijke fouten: 2 bronnen die zich in dezelfde
zin vergissen => afhankelijk
4.4. Interpretatiekritiek
- in traditioneel schema v/d HK (zoals hb’en v Langlois & Seignobos): interne kritiek
inhoud v/d bron staat voorop!
o wat is de juiste betekenis v/d getuigenis: tweedelig
primaire betekenis
wat schuilt er achter de letterlijke bewoording v/d bron?
e e
- historici (19 + stuk 20 eeuw):
o door toepassen v/de regels v klassieke HK objectief vanuit de bestudeerde bronnen
de realiteit v/h verleden weergeven = historisch realisme
o kennisleer (epistemologie): woorden verwijzen naar begrippen begrippen verwijzen
naar reëel bestaande werkelijkheid (ontologie: leer v alg eigensch v/d dingen, zijnsleer)
o bestaande wereld: voor mens toegankelijk zekerheid dat je met taal de werkelijkheid
kunt bevatten
- historici v/d postmoderne strekking: (Derrida, Barthes, Lyotard)
o elke voorstelling v/d werkelijkheid = tijdelijk, gekoppeld aan individuele lezer
o taak v/d wetenschapper: constructie ontmaskeren/deconstrueren
o verschillende betekenislagen: decoderen
e
vb. gouden votiefbeeld schenking Karel de Stoute (15 eeuw) aan Luikse kathedraal
- beeld: kokertje met reliek v H. Lambertus = patroonheilige v Luik
30
- w aangereikt door personage sprekende gelijkenis met Karel de Stoute (zie ook: portretten
Rogier Vander Weijden)
- achter de hertog: H. Joris, die draak vertrapt => ook trekken v/d hertog
- schenking: amper enkele jaren nadat zijn leger Luik had vernietigd (op naamfeest v H. Hubertus
“stichter” v/d stad)
- J Huizinga (Ned historicus): plompe pronk
- Hugo Vandervelden (kunsthistoricus): verschillende betekenislagen
o element v wraak: begin v/d opstand: Luik en Dinant hadden eer v/d hertog bespot
(‘bastaard!)
o greep v/d vorst op de cultus v/d patroonheilige: essentiële cultus voor Luik
aanbidding v H. Lambertus = aanbidden v beeltenis Karel de Stoute
o politieke metafoor: demonstratie v/d vorst dat hij een stad kon verwoesten + naar zijn
inzicht en wensen weer opbouwen = absolute koninklijke macht
VB; Jan Verhas ‘La revue des écoles en 1878’ (Brussel, K Museum voor Schone Kunsten)
context: groot economisch succes, maar scherpe ideologische en soc/econ tegenstellingen (Fr Ne)
VB. James Ensor ‘L’ entrée du Christ à Bruxelles’ (1889) (LA, Getty Museum) + Les XX
Les XX: Leopold II wordt voorgesteld als God volk staat onder hem (betoging)
31
4.5. Gezagskritiek
- ooggetuige of niet?
o kritisch onderzoek: want schijn wekken: meer krediet a/h verhaal
elementen uit oorsprongskritiek: kennis over levensloop auteur
onbewaakte ogenblikken: passage waarin de auteur zichzelf verraadt
gezagsgehalte v/e bron: kan verschillen in ≠ onderdelen spreekt met gezag
over dingen waarmee hij te maken krijgt, maar niet als hij slechts indirect
geïnformeerd is
o getuigenis v ooggetuige meer gezag: navertellen zorgt voor vervormingen
hoe meer tussenschakels, hoe meer kans op onjuiste informatie
e
opsporen v 1 reële ooggetuige
e
- positivistische geschiedschrijving v 19 eeuw
o idealisering v/d ooggetuige: voldeed a/d voorwaarde v/d observatie (= enige
aanvaardbare methode in exacte wetenschappen
- maar: observatie = betrekkelijke waarde: kwaliteit verschilt erg volgens aard v/d observator +
mogelijkheid tot observatie voor historicus = beperkt/uitgesloten als het niet om eigen tijd gaat!
- bij betekenisvolle gebeurtenis: vele ooggetuigen observeren elk ≠ stukje
naïef om te denken dat we onze tijd beter kennen dan het verleden
beelden: global village iedereen tijdgenoot en getuige meer inzicht ?
VB: Onderzoek G. Wells voor National Science Foundation (USA, 1997) p. 123
- 28 Amerikanen kwamen in 1996 vrij nadat DNA-testen hun onschuld hadden bewezen
- 24 waren in de cel beland door onbetrouwbare herkenning v ooggetuigen
o falend geheugen, vooroordelen
- verklaring statistisch onwaarschijnlijke overrepresentatie v allerlei minderheidsgroepen
- (cf. videobeelden bij moord Joe Van Holsbeeck: “Noord-Afrikanen” Polen)
4.6. Bevoegdheidskritiek
32
historicus gaat na of de optekening gelijktijdig is …
VB: Galbert v Brugge: klerk v graaf v Vlaanderen (zie ook 2.)
> dagboeknotities (1127-1128) over dramatische gebeurtenissen in Vlaanderen
… of geruime tijd post factum
kan steunen op vroegere aantekeningen + bestaande documenten
nadelen:
• vervagen v gebeurtenissen
• menselijke mythomanie (neiging om te gaan liegen)
• zwakheid om het verleden te gaan kleuren:
bvb ongunstige feiten wegcijferen om eigen heldendaden bij te werken
(cf. memoires Leopold III)
o onmogelijkheid v/e secuur overzicht v/d feiten:
aantal aspecten niet nauwkeurig waargenomen door gewone getuige
(afgezien v/d vooringenomenheid en rechtzinnigheid v/d auteur)
4.6.3. Glaubensunwilligkeit
- gebeurtenissen die zo afschrikwekkend wreed zijn, dat het publiek weigert ze te geloven
- hoe groter de gruwel, hoe groter de onmacht om het te geloven
- men is slechts geneigd iets als waar te aanvaarden wat in een vertrouwde context
geloofwaardig klinkt
4.6.4. Bewustzijnsgraad
33
4.7. Rechtzinnigheidskritiek
- politiek:
o politieke memoires: laat weg wat zijn politieke lijn niet dient
- dwang
o materiële of morele dwang: journalist = gedetermineerd in wat hij (niet) meedeelt door ≠
factoren
- massale impact v/d media in onze samenleving:
o verdraaiing op grotere schaal
o vb. Colin Powell (voormalig Am minister Buitenlandse zaken):
bewijzen voor bestaan v programma voor aanmaken/gebruiken v wapens v
massavernietiging (WMD’s: weapons of mass destruction) voor de UNO (2003)
leek erg overtuigend: tastbare + zichtbare bewijzen
maar: berustte op uit de context gehaalde informatie + veronderstellingen
element in opbouw brede coalitie rond Bush & Blair met als doel: omverwerpen v het
regime v Hoessein in Irak
2001: Zweedse politie had zich proberen wit te wassen voor het neerschieten v jonge betoger bij
betoging tegen Europese top beelden v betoging mét bedreigende klankband: om situatie v
zelfverdediging te ondersteunen
- vooroordelen:
o onbewuste verdraaiing door milieu, ras, sociale aard
e
o Alpertus van Metz (kroniekschrijver, 11 eeuw): geen goed woord over voor optreden v
kooplieden v Tiel winstbejag is tegen de regels v/h kerkelijk recht
- sympathie/ antipathie:
o bewuste verdraaiing
- opzettelijke getuigenissen: quasi altijd engagement mee gemoeid (vb memoires v Caesar,
Churchill)
- onopzettelijke getuigenis kan onbewaakt en volkomen oprecht zijn
- historici: opinie, dwang en vooroordelen deduceren uit de levensloop v/d auteur v/d bron
- het blootleggen v inconsequenties (in vgl met andere bronnen)
- veelheid aan informatie in onze samenleving: vloek, maar ook zegen voor wie zoekt naar de
waarheid achter de realiteit altijd wel iemand een fototoestel (bvb Abou Ghraib, 2004) of
camera (bvb videobeelden v executie moslims in Srebrenica, Bosnië, 1995)
34
Deel III: De historische bewijsvoering: van klassiek historisme naar
interdisciplinariteit
Inleiding
de feiten:
- juni 1972: 5 loodgieters (inbrekers) worden betrapt in flat, gehuurd door de Democratische Partij
in Watergate-gebouw (Washington D.C.)
- context: aanloop naar de verkiezingen: herverkiezing Nixon (republikein) stond op het spel
- doel v/d inbraak: documenten stelen + afluisterapparatuur herstellen
- onderzoeksjournalistiek Washington Post + onderzoekscommissie Am Senaat betrokkenheid
Nixon en omgeving a/h licht
- Nixon zweert van niets te weten wordt in november herverkozen
- vanaf november: waarheid komt a/h licht
35
- augustus 1974: smoking gun = finale harde bewijs bandopnames uit Nixons bureau i/h Witte
Huis president te maken met organisatie v/d inbraak + doofpotoperatie! impeachment
procedure aftreden in augustus 1974
- we kunnen 3 fasen onderscheiden…
FASE 2: Meerderheid krijgt ongelijk: woord tegen woord; een onoplosbare patstelling?
jongste variant v hard bewijs: DNA – analyse (Human Genome Project) positivistische
bewijsvoering (zie CASUS: G Wells: National Science Foundation)
- verhelpt hiaat in de informatie door vgl met andere bronnen over explicietere analoge feiten
- steunt op de overtuiging dat de mens in analoge omstandigheden op identieke wijze reageert
36
- Woodward & Bernstein: getroffen door analogie met zaak v ‘Pentagonpapers’
o journalist Ellsberg had geheime dossiers uit Pentagon (ministerie v Defensie) over
Vietnam-oorlog buiten gesmokkeld
o op proces: bij hem + zijn psychiater ingebroken door Watergate-inbrekers
o Ehrlichman (Nixons topmedewerker: zie boven): betrokken
1.2.3. Falsificatietechniek
- heel wat historici + wetenschapsfilosofen: oorzakelijke verklaring v voorval men mag niet
enkel steunen op aantal vastgestelde feiten, ook op universele wetten en gedragsmechanismen
(psychologie)
- onzekerheid
37
- Karl Popper (filosoof):
o twijfelt aan universele geldigheid slecht observatie bij beperkt aantal gevallen geen
echte kans tot verificatie
o daarom: falsificaties (pogingen tot weerlegging) nuttig leiden tot verisimilitudo of
veriproximitas (benadering v werkelijkheid)
- Max Weber
o benaderende causaliteit => causale adequaatheid
- ook inductie: = noodzakelijk door veelheid v feiten afleiden v algemene these
falsificatietechniek (pogen te weerleggen)
- A.C. Doyle: Sherlock Holmes:
o abductie: eerst raden, daarna verifiëren: eerst falsifiëren daarna pas deductie
o assistent dokter Watson: : ‘gezonde verstand’ moet Holmes’ hypotheses toetsen
o 19e eeuw: groot geloof in kenbaarheid v dingen
via experiment en intellectuele inspanning konden alle problemen w aangepakt
wetenschappelijk optimisme (door grote medische vooruitgang)
hedendaagse variant: optimisme rond de genetische analyse v DNA
(bvb controverse rond afstamming v L XVI kind was erfopvolger; via haarlok Marie-
Antoinette + bewaard hart v kind onderzoek vernietigd voor aanspraken ‘valse’
Lodewijks)
1.2.4. Waarschijnlijkheidsredenering
38
- voorwaarden
o de zwijgende auteur moet in staat zijn geweest het feit te kennen
o moet de intentie gehad hebben alle elementen op te sommen uit klasse v/h verzwegen
feit
o mag niet materieel/moreel zo geremd zijn dat hij het niet kon meedelen
- 1982: Israëlisch leger o.l.v. Sharon (min defensie); rechtse Likoetregering onder Begin
(premier)
- inval in Libanon tegen PLO stoten door tot in Beiroet: kampen worden omsingeld
- 12 augustus 1982: PLO-strijders moet wapenbestand tekenen en verlaten Beiroet
- 14 september: moordaanslag op Gemayel (falangisten): Sharon schuift dit in de schoenen v
PLO
- 16 september tot 18 september: genocide in kampen v Sabra & Chatila
- berichtgeving op 18 september: BBC (camoufleren en toegeven)
e
1 reactie: premier Begin (Israël) zegt dat dit het eerste is wat hij er van hoort genocide was
al 2 dagen bezig!
- later: falangisten waren enkel op zoek naar PLO strijders => waren uit op bloedbad, wraak
- snel toegeven: brutale reactie
- pers mag niet bij de kampen door het Israëlische leger wisten v/d inval door falangisten, maar
deden niks om het moorden te stoppen
- vervolg: Sharon trekt zich politiek terug (als minister v defensie) wordt verantwoordelijk
gesteld vr gebeurtenissen Sabra & Chatilla (niet ingrijpen) door Commissie Kahane (okt – dec
1982)
- Sharon vindt 1982 gerechtvaardigd + schuift het in de schoenen v zijn politieke tegenstanders
e
- 2001 (?): Shraron wordt verkozen als 1 minister
- België: klacht tegen Sharon: zaak Sharon (2001 – 2003)
39
o nieuwe getuigenissen: bvb Robert Fisk (The Independent):
“De grote beschavingsoorlog, De verovering v/h Midden-Oosten (Amsterdam, 2005):
verband met zijn persoonlijke geschiedenis
‘clash of civilizations’ + inscriptie op medaille van zijn vader (WO I): zoektocht
naar waarheid over zijn eigen vader in WO I + zijn eigen leven als journalist in
het Midden-Oosten
11/09: artikel aan het verbeteren over S & Ch en de escalatie v/h geweld in
Midden-Oosten aanslagen WTC: schrijft artikel met link naar toestand i/h
Midden-Oosten: niet enkel wie? ook waarom?: link met S&Ch: wat Amerika
als symbool is gaan betekenen in het Midden-Oosten
o mogelijke motieven:
Palestijnen verdrijven, Libanon onderwerpen
confisceren v/h PLO archief
- 24 jan. 2002: moordaanslag in Beiroet op Elie Hobeika: betrokken bij alle contacten tussen de
milities en Israëlische geheime dienst
o schuldige: Israëlische geheime dienst: Hobeika was getuige, had bewijzen tegen
Israël
- Ooggetuige op site: Souad Drour: spreekt over slachtingen, verkrachtingen… in Sabra &
Chatilla
wat volgt: 1982: PLO uit Libanon, Hamas en Hezbollah nemen rol over
1985: Israël trekt zich terug uit libanon
1987: eerste intifada
2000: tweede intifada
2005: ontruiming Gaza-strook
2006: Is offensief in Libanon (tegen Hezbollah)
40
2.2. Grote en banale feiten en hun kenbaarheid
Slag bij Le Chemin des Dames, 1917(CASUS) – studie v Offenstadt “de l’évènement à la
mémoire’
- = weg op heuvelrug strategische plaats in WO I (genoemd naar dochters v koning Lodewijk XV)
- verzamelnaam offensieven 1917: Fr Du : veel doden en gewonden: symbool voor
oorlogswaanzin v WO I
- 16 april: Nivelle lanceert groot offensief grote ramp muiterij
- Pétain neemt op 15 mei het bevel over van Nivelle = keerpunt v mentaliteit
- muiterij in het Fr leger
o voor Pétain: 26 incidenten
o na aanstelling Pétain: 229 incidenten
o niet causaal: meeste achter het front + verband stakingsgolf fabrieken, Oktoberrevolutie
- La chanson de Craonne: anti-oorlogslied (ongenoegen) Craonne = verwoest dorpje
o chanson palimpseste: populaire liedje (voordien banaal liefdesliedje)
- poilus
De franse soldaten verbleven een periode van twee weken in de voorste linies, vaak onder zéér erbarmelijke omstandigheden. Onder
vuur van de vijand, uitgeput, vervuild en verhongerd keerden de soldaten terug naar de achterste linies om na een korte repose terug te
keren naar de hel van de loopgraven. De naar de achterste linies terugkerende soldaten waren helder te onderscheiden van hun
collega's van de aflossing: naast de door modder doordrenkte uniformen camoufleerde een baard van twee weken de gelaten
gezichtsuitdrukking. Deze mannen, die zich twee weken nauwelijks hadden geschoren, kwamen terug als 'bebaarden' ofwel 'poilus'.
Het werd hun geuzennaam.
41
- later: o.i.v. (neo)marxisme: aandacht voor de kleine man:
o banale handelingen + sociale codes (Brecht, 1e helft 20ste eeuw)
o Elias: omvangsvormen i/h AR (’39) pas in ’68 impact
- archeologie v/h meest eenvoudige het alledaagse:
o slechts waarneembaar op een afstand in andere tijd/ruimte/milieu
o determinerend, tiranniek we ontsnappen er niet aan
o was voor tijdgenoot vaak niet spectaculair genoeg om op te schrijven
o relatief begrip: opstapeling v wreedheden kan leiden tot bagatellisering
bvb Eichmann: konvooien v gedeporteerde joden = banaal logistiek & boekhoudkundig
probleem
bvb mediaberichten over massagraf v Timisoara (Roemenië): meer dan 5000 doden door
Securitate (geheime dienst) = non-event bewuste manipulatie om Roemeense leider Ceaucescu
sneller te kunnen uitschakelen: grote invloed in O en W Europa
hoe kunnen mentale feiten die zich in het niet direct tastbare bevinden gekend worden en afgeleid
worden uit bronnen?
OPINIES
klassieke mentaliteitsgeschiedenis:
- indirect materiaal wordt op seriële basis uit bronnen gehaald, die niet bewust ontworpen werden
met een vraagstelling die naar mentale processen peilt
- bvb uit bevolkingsregister (soc boekhouding) w info over kinderen vr het huwelijk gehaald
peilen nr opvatting over seksualiteit + impact kerkelijke leefregels
42
opinies en representatie:
- inbreng v mediawetenschap: Silbermann: onderscheid tss factoren vr meningsvorming
o media activeren/versterken bepaalde meningen
o persoonlijke factoren: milieu, materiële en geestelijke omstandigheden,…
o invloed v opvoeding en onderwijs
e
vb sociale opvatting v 19 eeuw achterhalen via schoolboeken v lager onderwijs:
normen (waarderen v werklust…)
e
A De Baets: systematisch onderzoek v schoolboeken over voorstelling v 3 wereld in het
onderwijs
- mentaliteiten: kenmerken
o lage bewustzijnsgraad
o traag evolutieritme
o collectief karakter
- fictie: bron om binnen te dringen in mentaliteit + representatie v bepaalde samenleving (meter v
sociale en mentale mutaties)
bv Engelse film tussen ’50 en ’70: v Victoriaanse preutse samenleving (50) open permissive
society (60) multicultureel (bvb films Ken Loach)
met veel omzichtigheid gebruiken
- fictie: kan ook heilzame escapade zijn (bvb stationsromannetjes vr arbeiders 19e eeuw) of
bevestiging v angsten/vooroordelen (bvb Zola: zelfkant v MY + proletariaat)
(laat ME toneel: vertier + bevestiging vooroordelen)
prominent aanwezig bij medio-neerlandicus H Pleij
- tussen fictie en realiteit: merkwaardige dialectische relatie
romans/films: provoceren imitatiegedrag (vb. NY-ers: Woody Allen-humor? of Woody Allen:
NY-er humor in zijn film na observatie?)
GERUCHTEN
- belang v/h gerucht in opinievorming v brede massa (zie CASUS)
- (vaak) vals gerucht: basis v ontelbare handelingen en reacties
43
VB: La rumeur d’Orléans: 1969 (Fr pers): joodse winkeliers zouden meisjes aanwerven als
winkelbediendes om ze te laten verdwijnen i/h prostitutienetwerk
geen enkel meisje was vermist
- opstapeling v geruchten tot coherent geheel dat collectief patrimonium w v/e groep/volk =
LEGENDEN
2.3.3. De afstand in tijd tussen historicus en feiten: spagaat v/d eigentijdse geschiedenis
44
VB: Holocaust
- E A Cohen (1979):
o analyse v/d situatie is niet mogelijk voor wie het niet a/d lijve heeft meegemaakt
o Sobibor (perfide concentratiekamp): Arbeitsjuden: collaboreerden met Du werden zelf
slachtoffer volgens hem helemaal niet aanvaardbaar
o hoge muur tussen overlevenden v/d kampen en anderen
o slachtofferperspectief = allesoverheersend
- D Goldhagen:
o Hitler’s willing executioners. Ordinary Germans and the holocaust (1996): Du volk was
voortbestemd om massaal aan antisemitisme + holocaust schuldig te maken
o extreem doortrekken v slachtofferperspectief
o extreem intentionalistische visie: alles in functie v vooropgesteld doel
o scoort goed bij grote publiek
- de mens wordt tot handelen gebracht dor vele ‘motoren’ de modale mens ‘l’homme moyen’ =
eerder methodologisch hypothese dan een in de werkelijkheid voorkomend gegeven
- in praktijk: mengeling v uiteenlopende drijfveren als verklaringsmotief voor het voorkomen v/e
historisch feit
- aantal Griekse auteurs: opperwezen grijpt willekeurig in in het historisch proces mens is niet
vrij
e e
- Augustinus (mid 4 – mid 5 eeuw): leven en geschiedenis = strijd v Godsrijk (licht) en aards
rijk (duisternis) (lineair denker: gesch = goddelijk plan)
o directe invloed op ME denken
o basiswerk: Civitas Dei (de stad Gods): ca. 500 HS in ME
o ook invloed latere eeuwen:
45
gedachte strijd tussen goed en kwaad = fundamenteel kenmerk v vele religieuze
opvattingen
geloof = richtsnoer, bepalende zingever v handelen doel. gunstige status na de
dood
heilige oorlogen: kruistochten, reconquista
o Golfoorlog: Saddam Hoessein en Bush sr: beriepen zich op God
o Strijd tegen internationaal terrorisme = strijd tussen goed en kwaad:
Bush jr.:’born again Christian’
o WO I en II: Gott mit uns
godsdienstconflicten:
o 16e eeuw: prot kath
o 19e eeuw: klerikalisme anti-klerikalisme (Verlichting)
Fr: Kerk als instituut op pol & soc vlak voor het eerst gebroken
- behaviourism: via studie uiterlijke gedragingen (bv. hoeveel mensen niet nr kerk), innerlijke
zaken te weten komen
- professionalisering v geschiedenis: o.i.v. ideologische discussie tussen klerikaal – anti-klerikaal
o staatsbestuur: conservatief – liberaal?
o welke klemtonen leggen in hist legitimeren v bloeiende natie
- verdedigers v kerkelijk apparaat: stuk v macht gerecupereerd via rol v/d Kerk in onderwijs/soc
voorzieningen tot 1958: politieke optie bepaald door keuze geloof/ongeloof
- secularisering v westerse wereld sinds ’60 rol v godsdienst GEEN onherroepelijk dalende
curve 1970 - 2000:
spanningsveld tss fundamentalisme vrijere interpretatie v godsdienst
o zowel binnen christendom als islam
o westerse wereld: blijft fundamenteel zingevende factor:
vb media-aandacht bij overlijden paus Johannes-Paulus II (2005)
o terreur: islam (NY, Bali, Madrid, London) reactie: Bush ‘war on terror’: religieuze
motivatie geven beeld alsof onze MY w gedomineerd door strijd goed kwaad
o = clash of civilizations: S P Huntington (1996)
o ‘global village’: religie blijft sterke motivatie om handelen v indiv/groepen te verklaren
o religie: vlucht om moeilijke omgang met vervreemdende elementen uit leven te herstellen
onvrede met hedendaagse, moderne samenleving (= decadent, bedreigend)
godsdiensten verkondigen herstel v verloren gouden tijd door leven volgens
religieuze regels
cultuurpessimisme: eigen tijd = slecht, goede oude tijd kan terugkeren mits religie
vb. jezuïet K Van Isacker ‘Mijn land in de kering’ (1978-1983): laat zijn religieuze
visie op de ontwikkeling v/d Belgische MY domineren
Bush jr.
- na 11/9: overdreven christelijk discours en taalgebruik
- kan de echte problemen niet oplossen
- predestinatie v VS: one nation under God
- Goed en kwaad, de missie v Americ
- for or against us
- niet meer het licht v Christus, maar het licht v Amerika
- Midden-Oosten ziet dit als een heilige oorlog
46
3.2. Sociaal-economische situatie
- Norbert Elias: Über den Prozess der Zivilisation:Het Civilisatieproces (1939): analyseerde het
geheel v sociale codes, grote invloed bij historici vanaf de late ‘60
o omgangsvormen ME & Ren: felle contrasten
o gedrag v eetgewoonten en dagelijkse lichamelijke verrichtingen
o niet kunnen ontsnappen a/d druk v sociale codes = kwestie v persoonlijkheid
• analyse v (non)conformisme nodig
- sociale verhoudingen/omgangsvormen: ontleend aan de sociologie
- Marxisme: discussie of de mens wel/niet handelt als lid v/d klasse waartoe hij behoort
o Marx: onderscheid objectieve en subjectieve klasse het bij elkaar horen v mensen op
grond v/e gelijke positie i/h productieproces en op grond v/h bewustzijn v die gelijke
positie
o Lenin: 2 types v klassenbewustzijn
- Jean-Marie Le Pen (2002): bleef één v/d 2 overblijvende kandidaten voor het presidentschap
- succes v/h Vlaams Blok (nu: Belang)
- Leefbaar Nederland: Pim Fortuyn
- revisionisme & negationisme (ontkennen v bepaalde dr historisch onderzoek aangetoonde feiten
& verbanden: vb Holocaust, Endlösung, steun v Vichy & Italië)
- België: veroordeling tegen de stichting ‘Vrij Historisch Onderzoek’
- Frankrijk: wetgevende initiatieven tegen racisme, antisemitisme
- rassenrellen in Zuid-Afrika & VS: apartheid, niet heftiger dan straatgeweld in N-Ierland
(tegenstrijdige godsdiensgroepen)
- echte basis v conflicten: (noch ras of godsdienst)meestal hidden agenda v wil tot politieke
overheersing of sociaal- economische belangen
- niet biologische, maar politiek geconstrueerde notie ‘ras’ = cruciale factor
- zwarten & blanken in grootsteden: vertonen culturele/sociale gedragspatronen die leiden tot
wederzijds onbegrip & intolerantie
Wallerstein & Balibar (1991):
o dubbelzinnige identiteit v term ‘ras’ blootgelegd
o een irrationeel oordeel kan realiteit w: ‘self-fulfilling prophecy’
o 1965: Van Kappen: asociaal gedrag v zigeuners door rasfactor sociologisch
onderzoek: vijandige overheid/omgeving dwingt deze groep tot dit gedrag: outcast-positie
- mensen hebben behoefte aan vijandsbeeld
o ME: op grond v godsdienst
o Verlichting: wortels v racistisch vijandbeeld: gaf aan alle wezens een vaste plaats in de
kosmos, schoonheidsideaal verbond met arische ras, Gr cultuur als enige grote
• Hyppolyte Taine: positivisme
• Thomas Carlyle: romantiek: ophemeling v Angelsaksisch element
• Augustin Thierry: theorie v perpétuité des races - Kervyn de Lettenhove
(Vlaamse tegenhanger)
• romantisch idee v Volksgeist : nationalisme, irrationalisme, racisme in de
politiek
• Darwin : ontwikkeling v/d soorten wetenschappelijke legitimatie dat het ene
ras superieur is boven het andere
• Nietzsche: Übermensch: nazi-Du gebruikt als superras
47
visie op Joden in Vichy-Frankrijk
- Chiraq: als eerste president toegegeven dat de staat heeft meegeholpen aan de vernietiging v/d
joden in WO II (1995)
- ’30: opstoten v anti-semitisme
- 1940: nederlaag tegen de Duitsers: Fr bevolking wordt gemakkelijk slachtoffer voor propaganda:
men zoekt zondebok voor de nederlaag (bij linkse regering, o.l.v. jood (?))
- ’40: Vichy-regime:
o olv Pétain
o dienstbaarheid a/d Duitsers: ook specifieke wetten/vervolging voor/van Joden
o (ook in onbezet Fr: anti-semitisme: door ‘verlies’ zaak Dreyfus, afrekening met Fr
regering)
o Noord-Afrikaanse kolonies: veel joden verliezen hun burgerschap
o joden = ziekte, plaag, die moest uitgezuiverd w:
• joodse goederen w aangeslagen
• joodse advocaten (intellectuele) w uitgezuiverd
• tentoonstellingen: ‘de jood’ = bedreiging, interne vijand
• propaganda, bevestigen stereotypes
o 1942 (januari) Wannsee conferentie: Endlösung wordt beslist
o april: in Vichy Fr: deportaties naar Auschwitz
o later: ook in onbezet Fr
o ook veel weerstand: ¾ kon ondergedoken leven bij vrienden
o Fr: dieper werkende politieke Verliching dan in Du: bredere basis voor verzet
o ¼ werd gedeporteerd: 2/3 daarvan waren vreemde joden (bvb gevlucht uit Du)
- ecologische geschiedenis: bij uitstek gediend v/e benadering over de lange duur
o eerste beoefenaars: Annalesschool (of toch door haar beïnvloed)
o voorlopers i/d lijn v Thomas Maltus: de relatie tss aantal te voeden monden & de evolutie
v/d voedselvoorraad als probleem geformuleerd
o centraal: de voor tijdsgenoten onzichtbare evoluties over lange termijn + resoluut
gekwantificeerde aanpak
o E Le Roy Ladurie: in AR was de mens in hoge mate gevangene v/h demografisch en
biologisch ecosysteem => nl. verhouding tss bevolking en landbouwproductie
demografie en ecologie
48
• na 1300: recurrente verstoring v evenwicht tss bevolking en voedselvoorraad
(hongersnood)
• contactname v W met gebieden met ander ecologisch systeem: externe bacillen
& virussen: pest en syfilis
• derde demografische remfactor: oorlog niet zozeer directe slachtoffers, maar
systematisch vernietigen v agrarisch productiepotentieel
rol v biologie
• onderzoek v Crosby (Ecological Imperialism), Diamond en Mc Neill
• menselijke migratie, ontdekkings- en handelsreizen: oorzaak v verstrekkende
biologische uitwisseling :
o prehistorie: occasionele immigranten: insecten, microben
o verspreiding landbouwtechnieken: biologische uitwisseling tss Eurasia
en N Afrika: planten, dieren, microben
o na 1400: biologische globalisatie Columbian Exchange: “ecologisch
imperialisme”:
slavenhandel v Afrika: malaria & gele koorts
Azteken & Inca’s: Europese epidemieën: pokken
omgekeerd: syfilis
- ecologische geschiedenis: nu
o op basis v hedendaagse globale problematiek zoals de effecten v global warming up
discussies over al dan niet gericht optreden hiertegen (bvb Kyoto)
o er zal nog heel wat onderzoek gebeuren
49
e ste
- Europeanen (tss 16 en 20 eeuw): theorie v superioriteit tgov. niet-Europese volkeren, op
grond v wetensch en technologische creativiteit
- M Adas: Machines as the Measure of Men (1989): onjuiste beeldvorming
o discours om koloniale overheersing te legitimeren
o vanaf 19e eeuw (Industriële Revolutie): technologische innovatie w geïdentificeerd met
beschaving
o na publicatie Darwin (eind 19e eeuw): intelligentie en techniek w gekoppeld aan biologie
en ras
3.6. Macht
50
o de echte bedoelingen blijven verscholen
o geruchten,liedjes, toneelteksten, gebaren, hele theater v/d
machtelozen krijgt een belangrijke rol toebedeeld
verklikker v opvattingen waarvr i/h officiële discours gn plaats
is
- Paul Valéry (1931): krachtige kritiek op het misbruik v/d geschiedenis met ideologische/politieke
doeleinden
o geschiedschrijving was ongeloofwaardig en diende nergens toe
- WO I: had gefaald dit te voorzien, laat staan te verklaren
- interbellum: pogingen tot vernieuwing, lange strijd tegen instituten
- WO II: aanloop intellectuele verwarring
- na WO II: Nouvelle Histoire rond het tijdschrift Annales + New Left + nieuwe sociale
geschiedenis + nieuwe cultuurgeschiedenis
o geloofwaardigheid: niet door voorbarige wetmatigheden, ‘objectivisme’, ‘pure feiten’
o (1) zoeken naar politieke, sociale, culturele systemen en diepere oorzaken niet
verhalend, maar geschiedenis vanuit vraagstelling, antwoorden op MY vragen
* verhaal structuur
o (2) overnemen v theorieën en verklaringen uit de sociale wetenschappen om
mechanismen in de MY te begrijpen
statistici: systematisch
• Kondratieff: long run bewegingen
• J Forester: 1 v/d auteurs v Rapport v Club v Rome:
o onzekerheid in MY en wetenschap door geografisch en
chronologisch te kortzichtige visie o/d geschiedenis
o men zocht antwoorden v crisissen op korte termijn + in
conjectuurgolven v nationale economieën = dubbele fout
o er is wederzijdse dynamiek tss industrie- en
ontwikkelingslanden + observatie v lange termijn = vereist
kritiek: Fukuyama: het einde v/d geschiedenis
grote verhalen zeker sinds 11/9 terug
grote syntheses en samenhangen v/d nieuwe gesch werden aan
deconstructie onderworpen door linguistic turn ontmaskerd als een
zoveelste visie op gesch
o (3): inschakelen v verworvenheden v/d studie v taal, teksten en tekens
* structuur verhaal
de geschiedenis wordt voorwerp v bevraging en kritiek
zelfreinigend mechanisme: autokritiek nog verre v uitgewerkt
• elke methode kent haar overdrijvingen en beperkingen
• gevaren en risico’s v interactie met soc wetensch:
o valkuil v anachronisme: elke tijd stelt nieuwe vragen aan 1
zelfde verleden, telkens nieuw beeld v dat verleden fataal
gebruik v termen/begrippen die de tijdgenoot niet kende
o modelmatige, conceptualisering gevaren v fout
generaliseren
51
- combineren v diverse soc wetenschappen vernieuwende visies op mens en MY en
provoceerde nieuwe vraagstellingen
52
doet niets af aan het bestaan v specifieke relaties tussen bepaalde sociale en
godsdienstige groepen en de invloed v ideologie op econ bezitsvormen en
gedragingen
o EE Hagen: On the Theory of Social Change (1964): dergelijk verband voor methodisten
en dissenters minder te wijten aan de godsdienstige factor, dan aan de achievement
op sociaal economisch vlak (ingeprent bij kinderen v minderheidsgroepen)
kapitalistische ondernemers zouden in essentie uit marginale groepen v/d MY
komen grenssituatie is factor die leidt tot inspanningen om uit de marginale
situatie op te stijgen: A Hepburn (Minorities in History, 1978)
o P Gay (1985): Webers kapitalistische zakenman psychoanalytisch benaderd
e e
Durkheim: (19 , 20 eeuw)
- voor alles komt een ‘histoire question’: geschiedenis die vertrekt uit een kritische
vraagstelling, een problematiek
o wil niet beperkt blijven tot een histoire récit: chronologisch verhaal dat ahw automatisch
komt bovendrijven nadat men de bij voorkeur geschreven bronnen volgens de regels
v/d kunst en de recepten v/d histoire historisante (of histoire positiviste) heeft behandeld
o na decennia v hervormingen & interdisciplinaire aanpak i/d traditie v Annales-school
A Prost (1996): geen observatie zonder hypothese, geen feit zonder vragen
statistiek
- laat toe complexe fenomenen in cijfers/grafieken om te zetten en een precisie te bereiken
- laat toe bewegingen op lange termijn te onderkennen, die vaak voor de tijdsgenoot onzichtbaar
waren
- 1932: F Simiand: Les fluctuations économiques et la crise mondiale
- 1939 : J Schumperer : Business Cycles : 3 types v bewegingen in de economie
o korte cycli (ca 3j)
o tussencycli (10j)
o langetermijn cycli (50 à 60 jaar)
53
e
- C Juglar (Fr economist): 1862 definieerde als 1 de cycli v middelmatige duur, visueel
waarneembare crisissen, de door de tijgenoot ervaren afwisseling v welvaartsjaren en crisissen,
de opeenvolging v euforie & depressie = evenementiële niveau
- Kondratieff: long-run-bewegingen: opeenvolging v
o fase A: waarin prijzen en productie stijgen
o fase B: waarin stagnatie optreedt of de prijzen & productie dalen
o verklaring v afwisseling: muntomloop, goud-en zilverproductie, oorlogen en
demografische crisissen of meteorologische verschijnselen
o = conjunctureel niveau
- op nog langere termijn: seculaire trends:
e
o 1 fase waarin nieuwe factoren de vooruitgang veroorzaken
e
o 2 fase waarin die factor verdwijnt
- statistische aanpak: problemen met nieuwe ogen gaan bekijken
o C E Labrousse: La crise de l’économie Française à la fin de l’A R (1943): Fr revolutie is
niet enkel door filosofische/politieke factoren gedetermineerd, maar ook door
e
economische factoren en conjuncturele bewegingen de lange groeibeweging v 18
eeuw w doorsneden door recessie + voedselbevoorradingscrisis => uitbarsting in 1789
niet waarneembaar voor de tijdgenoot (hoge broodprijzen)
directe prikkel tot revolutie is hoge broodprijzen, de onbewuste prikkel werkt
op lange termijn, maar is zeker even determinerend voor de evolutie!
door marxisme + Annales school beïnvloed
o Onderzoek v P Goubert (over Beauvais; 1960) + E Le Roy Ladurie (Languedoc, 1966):
demografische analyse en doorgedreven kwantitatieve analyse v geboorte-, sterfte- en
huwelijksstatistieken
- nu: politici en economisten willen zich de structurele en conjuncturele bewegingen realiseren,
om de arbeidsmarkt, munt… te beheersen en te regelen
54
• strikte scheiding tss actor’s conceptions & observer’s constructs
• mens & milieu moeten gezien w als 1 te analyseren schema
(situational approach): gedrag is bepaald door tijdskader
- sociologen houden v mooie definities v MY vormen & historici passen die toe op vorige eeuwen
- deze opvattingen zijn niet waardevrij, noch ideologisch ongebonden
- verschillende opvattingen over de dynamiek die tot het overgaan v/d ene vorm v samenleven
naar een andere voert tgov. elkaar
- T Parsons (1961): The evolutions of societies: sociale mobiliteit & adaptive upgrade (vermogen
v MY om hun fysische omgeving e domineren om zo minder afhankelijk te w v wisselvalligheid
v/d natuur)
o grote rol voor privé-initiatief en vrije markt (consensus in de MY)
- E Wallerstein: wereldsysteemanalye: tegengestelde belangen en conflicten
o invloed v marxisme + Annales school
e
o evolutie v/h kapitalisme sinds 16 eeuw centraal
motor v MY evolutie: systeem v internationale arbeidsverdeling
inkadering: wereldmarktsysteem
kern, periferie en semi-periferie in dialectische relatie met elkaar
periferie blijft in een quasi permanente staat v onderontwikkeling
55
• zou die groei even groot zijn als de factor v aanleg v spoorwegen +
slavenarbeid er niet zou geweest zijn
• bleken uiterst rendabele investering
veel scepsis
toch merkwaardige resultaten:
• A Perrenoud (1979): demogr weberiaans model ivm correlatie die hij
e
voor Zwitserland en Hongarije bij de aanvang v 18 eeuw vaststelde
tss protestantse opvoeding en moraal enerzijds en een vroegtijdige
malthusiaanse praktijk anderzijds (= late huwelijken, spreiding
geboorten, inkorting vruchtbhfase als bewuste ingreep op
bevolkingssituatie)
• J L Van Zanden (Ne hist): onderzoek op basis v grote
geaggregeerde gegevensbestanden
o sociale modellen:
opiniepeilingen
analyseren v prosopografische databanken waarbij de gemeenschappelijke
kenmerken v/e bepaalde groep op systematische kwantitatieve basis w
ontleed
• collectieve biografie als eindresultaat: benadering die de soc en pol
geschiedenis v Oudheid, late ME en AR fundamenteel heeft verrijkt
• factoranalyse: H Millet: onderzocht het kapittel v kathedraalschool v
Laon in ME
psycho-analyse en de psycho-history
- Freud en Jung: kans om deel v/h handelen v bestudeerde personages te verklaren door de rol
v/h onderbewuste
- psychoanalytische aanpak: in staat te komen tot een inventaris v/d waarden, tot het ontdekken v
fundamentele reflexen, gemeensch idealen bij groepen of psych analyse v leidende figuren
- psycho history
o MIT ( Massachusetts Institute of Techn): onderscheid tss
life-history: pscyhoanalyse v motieven v/h individu
group-history: motieven die groepen drijven
o Annales (vnl. grondleggers): L Febvre:
mentale kaders waarbinnen mensen uit het verleden werkten te benaderen
manier om komaf te maken met meest courant voorkomende anachronismen
e e
= psychologie v individuen uit 20 , 21 eeuw op vroegere eeuwen terug te
projecteren
Le problème de l’incroyance au XVI e siècle: la religion de Rabelais (1942)
• psychol anachronisme : Rabelais als ongelovige, rationalistische
vrijdenker
• volgens F: moet bij kritische christenen (zoals More, Erasmus) w
ondergebracht
toepassing v outillage mental (mentale uitrusting) werd door de Annales-
school uitgebreid tot het collectieve op het terrein v/d mentaliteitsgeschiedenis
vele studies over collectieve en individuele sentimenten
historische antropologie
- vanaf ‘70
- voordien hielden de antropologen zich vooral bezig met niet-westerse culturen, die
fundamenteel leken te verschillen v/d westerse
- relativeren v/d (veronderstelde) superieure waarde v/d westerse cultuur in periode na
dekolonisatie is niet vreemd aan deze ontwikkeling
- boerengemeenschappen en hun cultureel erfgoed: antropologische benadering vr
bronnenarme periodes (bvb v groot deel ME) = heel verrijkend
- J Le Goff (Fr mediëvist + Annales epigoon) (opvolger: J C Schmitt): meest uitgsproken &
vroegste vertegenw
o grijpen op theoretische en methodologisch vlak terug naar denkbeelden v CL Strauss
(Anthropologie structurale, 1958)
o L Milis en lln: de heidense ME, 1994
56
- uitgesproken interesse voor thema’s die tot de antropologie behoorden: mythen, lichamelijkheid,
rituelen, gebaren, verwantschap
- sociale & culturele antropologie: soc-culturele systemen zijn v alle tijden
o cultuur w aangeleerd: niet erfelijk
o druk v soc milieu kan als verklaringsfactor dienen voor soc-cult verschuivingen
- C Geertz (Am antropoloog; The interpretation of cultures, 1993):
o hoe religies door het activeren v symbolen vr een ingrijpende voorstelling v/h menselijk
leven zorgen en zingeving aanreiken die krachtige langdurige collectieve
gemoedsgesteltenissen teweegbrengt bij de ontvangers v/d signalen
o reageert fel tegen methode v vele antropologen om het handelen v/d bestudeerde
individuen/groepen te verklaren door te refereren nr structuren/concepten, die deze
personen nooit zelf bedachten om hun handelen te verklaren
o Negara.The theatre state in 19th century Bali, 1980: toonde aan hoe de politieke
dramaturgie a/d koninklijke hoven in Bali bepalend is geweest vr het karakter v/d
machtsrelaties tss vorst & onderdanen
symbolen & rituelen zijn essentiële onderdelen v/d macht
- P Arnade: (Realms of Ritual)
o staat als spektakel w toegepast op de wijze waarop de spektakelstaat v/d
Bourgondische hertogen zich in de voor hen vaak vijandige context v/d grote Vlaamse
steden in de loop v/d 15e eeuw heeft gemanifesteerd en daarbij geleidelijk de
burgerlijke rituelen v/d stedelijke elities heeft ondergraven en uiteindelijk opzij geduwd
- Thomas Kuhn (1962: The structure of scientific revolutions): een paradigma is een complex v
normen, veralgemeningen en filosofische uitgangspunten en veronderstellingen die aanvaard w
door een groep v wetenschappers
- er bestaat evenwel geen systematische en algemeen aanvaarde procedure om binnen een
gegeven tak v/d wetenschap elke beoefenaar bij eenzelfde paradigma te doen aansluiten
- ligt de rijkdom in het pluralisme v paradigma’s?
- wat misloopt: worden niet vaak geëxpliciteerd
o sommige historici zeggen zelfs dat er geen paradigma a/d basis ligt v hun werk: is niet
zo
e ste e
o bvb “neutraliteit” v positivisme/historisme v 19 , 20 eeuw (L Von Ranke, 19 eeuw)
beweerden dat hun verhaal was zoals het geweest is, zonder ingreep v/d
onderzoeker
rankeaans paradigma: auteurs v “objectief” verhaal, neutraal tgov. pol en soc
(wan)toestanden: eigenlijk impliciet die (wan)toestanden goedkeuren
Ranke kan antiklerikalisme niet verhullen
o Revue Historique: Fr tijdschrift (opgericht door G Monod, 1878): positivistische-
objectieve school:
verdedigt het Fr staatsnationalisme
nam zelfs de Du eruditie v Ranke en Monumenta Germaniae Historica als vb!
e
antiklerikalisme, ondersteuning v 3 Fr republiek
nr aanleiding v begrafenis staatsman Gambetta (1883): Monod in de
rouwstoet
hieruit kwam ook de historische methode v Langlois en Seignobos voort
historisme huldigt ook impliciet het paradigma v/d rol v sterke individuen
na WO I: heftige reactie
57
o ontwikkelingen over lange duur centraal vooral gepeild nr econ activiteit, soc
organisatie en collectieve psychologie (ten nadele v politiek)
e
o Fevbre oversteeg het feitenniveau door intellectuele klimaten in de 16 eeuw te
reconstrueren en zo basis v mentaliteitsgeschiedenis te leggen
o Bloch: op zoek nr sociale structuren i/d ME
o essentieel met mentale of sociale structuren
o methodologische beschouwingen + uiteenzettingen beginselen v Annales school
vb Apologie pour l’histoire ou le métier d’historien (1941): manifest v/d
Annales school (gemaakt tijdens onderduiking WO II) = antwoord aan de
school v/h historisme en haar bijbel ‘introduction’ v Langlois en Seignobos
Febvre heeft het na zijn dood laten uitgeven
e
- 2 Annales school (Braudel)
o invloed v kwantitatieve dominant
o 1949: La Méditeranée et le monde méditerraniéen à l’époque de Philippe II: Braudel
M Zee staat voorop, niet F II
geogr samenhang primeert op de politiek/dynastie
“drietrapsmotor”: onderscheid tss structuren, conjuncturen en feiten =
dialectiek v tijd en ruimte: zeer diverse gegevens op een organische wijze en
in een brede synthese met elkaar in verband te brengen
o droom v/d stichters: totale geschiedenis, komt dichterbij: Braudel:
onderste laag: langetermijnverschijnselen of geografische tijd (bijna immobiel,
onzichtbaar vr de tijdsgenoot: klimaat, landschap…)
middenduur, sociale tijd: economische organisatievormen op voorgrond +
conjuncturen
korte of individuele tijd: politiek, militair
o driedelige synthese: (Braudel) Civilisation matériele, economique et capitalisme du XVe
au XVIIIe siècle
o grote en decesieve invloed op de ontwikkeling v/d geschiedennis
o ook door verankeren v tijdschrift en school in universitaire instelling
o 1947: Ecole pratique des Hautes Etudes (later: et Science social) (EHESS)
o vele Annales historici: directe band met media, breed publiek
e
- 3 Annales school (Le Goff)
o nog meer commercialisering en popularisering v nouvelle histoire
o sociale geschiedenis: aandacht voor mentaliteitsaspecten
interesse vr het kind, seksualiteit, waanzin
o syntheses waar alles samenkomt: het socio-culturele
vb Le chevailier, la femme et le prêtre. Le mariage dans la Fr ME (1981) :
Duby
vb Montaillou, village occitan de … (1975): Le Roy Ladurie
• mooi vb v/d socio-culturele analyse v/h gedragspatroon v bewoners
e
v/e ME dorpje in Z-Fr (begin 14 eeuw)
• gevoelens, … v vorige eeuwen: moeilijk te achterhalen
• unieke bron: register met ondervragingen v 94 v ketterij beschuldigde
e
dorpelingen (Katharen) (door bisschop v Pamiers, Fournier, 14
eeuw)
• hoogst efficiënte getuige voor historici
o uitwendig waarneembare feiten + niet-observeerbare samenhang en structuren (diepere
verklaring v reacties, gedrag v mens als individu en groepswezen)
o in handelen v/d mens: gemeenschappelijke patronen invloed etnologie en
atropologie
o grote invloed: capaciteit zich aan te passen aan nieuwe trends (bvb linguistic turn)
o gesch is nog steeds een individuele aangelegenheid uiteenlopende benaderingen
o Ginzburg en Levi:
analyse op schaal v/h lokale en globale wordt voorop gesteld
o VK: vernieuwen demografisch onderzoek: Group of Population and Social Structure in
Cambridge
klemtoon op de structurele Annales invloed + globale
back-projection techniek: structurele kenmerken v goed bestudeerbaar
moment terug projecteren nr een minder goed gedocumenteerd verleden
58
• Schofiel en Wrigley: demogr kennis v 1871 om structuren tot 1550 te
reconstrueren
e
o bevolkingsgroei v Eng 18 eeuw: door toename v huwelijken,
dus grotere vruchtbaarheid en koopkracht
o D Herlihy + C Klapisch-Zuber: unieke fiscale gegevens over gezinssamenstelling en
familiale toestanden in het ME Toscane in een computerbestand bevindingen over
gedrag in en buiten het huwelijk
o Stone, Hanawalt, Chiffoleau, Muchembled: nieuwe visies op familie, criminaliteit, soc
netwerken en elites i/h AR
o C Lis & H Soly: armoede
59
rapport ‘open the social sciences’ uit 1996: appel waarin de ambities
v Bloch en Febvre uit 1929 duidelijk nazinderen
- Nieuwe links: forceerde de doorbraak vr de zoektocht nr wat voordien als oninteressante sociale
groepen werd gezien, studie v taboe-onderwerpen, bvb homoseksualiteit
- vrouwenstudies: uit feministische hypothese dat het verschil man-vrouw in de MY essentieel
een sociale constructie is, en hoe vrouwen ontsnapten aan de traditionele rollen waarin een
male dominated systeem hen vastspijkerde.
- studie v/d Afro-Amerikaanse gemeenschap en etnische minderheden
- gender studies proces v academische institutionalisering
- oiv postmodernisme: VS: sociale wetenschappen verder verbonden geraakt met nieuwe sociale
bewegingen: ‘cultural studies’
- naarmate in de westerse wereld de emancipatiestrijd vordert en de MY druk afneemt, komt er
opnieuw ruimte: nieuwe unitaire identiteit w op haar beurt door het postmod ondergraven
- nieuwe cultuurgesch: grotendeels geboren uit frustratie bij vele sociaal-historici, er was weinig
gezegd over de verklaring wrm de evolutie deze weg was ingeslagen en nog minder over hoe
tijdgenoten dit alles hadden ervaren en beleefd
e
- 2 Annales-school herleidt het individu tot een product v/d systemen waartoe het behoorde
- (2005): aandacht verschoven naar de representatie, de perceptie, taal en betekenis
e
1 mogelijke ontsnappingsroute: micro-storia
- Ginzburg: paradigma indiziario
- de idee is dat een schijnbaar nietszeggend detail uit de bron te hanteren als een spoor v/e
onderliggende realiteit en het in verband te brengen met een mysterie dat men wil oplossen
- fascinatie voor het detail (cf. Morelli)
- in praktijk: Il Frommaggio e i Vermi (de Kaas en de wormen, 1976):
e
o het proces v een Italiaans molenaar in 16 eeuw door de inquisitie (ontkent de maagd
Maria en het bestaan v Christus)
o gedrag & wereldbeeld v molenaar zijn bepaald door
tradities v volkscultuur (metafoor schepping = kaas & wormen)
boekenwijsheid (elitecultuur)
=> construeert zo zelf zijn wereldbeeld
o mentaliteitsgeschiedenis komt hier sterk naar boven
- beoogt vanuit een zeer bijzondere, individuele situatie, de werkwijze te achterhalen waarmee
personen hun sociale wereld opbouwen dmv bondgenootschappen en conflicten, waardoor ze v
elkaar afhankelijk zijn of met elkaar botsen
- = studie v interactie v personen
- ontdekt rationele, irrationele en subjectivistische strategieën v individuen die netwerken
inschakelen om hun doel te bereiken ( sociol, structrual scholen)
- gebruikt heel wat iconografische en picturale bronnen
o beelden en voorstellingen laten toe ≠ standpunten v waaruit de werkelijkheid zich laat
benaderen in beeld te brengen
- noodzaak om vanuit een kunstmatige afstandelijkheid inzicht te krijgen
- heel wat onderzoekers: ontgoocheld in het stereotiepe karakter v/h structuralistische onderzoek
e
o N Davis: The Return of Martin Guerre (1983): Z Fr familiedrama uit 16 eeuw wil
kernachtige analyse v toenmalige leefwereld (leent zich tot verfilming)
Le retour de Martin Guerre (1982, Vigne, Depardieu & Baye)
ste
o G Mak : In Europa, Reizen door de 20 eeuw (2004):
relaas v reeks reizen door Europa in 1999 (columns) iov het NRC
ste
Handelsblad om een stand v zaken a/d vooravond v/d 21 eeuw op te maken
ste
narratieve element = heel belangrijk: wat zich in de 20 eeuw in Europa heeft
voorgedaan in een soort chronologisch geordende reisimpressie
geen duidelijke vraagstelling, geen echte synthese
succes bij het publiek
60
illustreert de kloof tss het professioneel historisch bedrijf en het brede
historisch geïnteresseerde publiek door de onvolkomenheid v/h
geschiedenisonderwijs
onderstreept de succesformule v het sterk gebrachte verhaal en de insteek
vanuit de micro storia
- Muchembled:
o invloed v Annales + Elias Civilisatieproces
o historicus v hekserijen (’80)
o Une histoire de diable (2000): allesomvattende geschiedenis v collectieve culturele
fenomenen: bvb idee v/d duivel in de gesch v/h Westen (zie ook: 11/9: rookpluimen)
o video: duivel: onstaat in kerkelijke context, groeit uit tot collectief angstbeeld in ME
door collectieve angst kan men groepen als zondebok gaan aanduiden
e
3 facet v/d nieuwe cultuurgeschiedenis: revival of the narrative
- door L Stone in Past & Present vastgesteld
- F Ankersmith: men moet als historicus een goed stylist zijn ( voorloper)
e ste
o 2 helft 20 eeuw: opvatting dat men zich weer op teksten ging concentreren en dat
naast de feitelijke info die in deze hist teksten te vinden is, de tekst op zich een
afspiegeling biedt v/d hist MY die de tekst heeft voortgebracht
- narrativisme: geen poging om HK en literaire kritiek in elkaar te laten overgaan, maar wel om
aandacht te vragen voor het feit dat gesch gemaakt w en dat de maker + context waarbinnen
deze creatieve daad haar beslag krijgt essentieel een onderdeel v/h volledige verhaal zijn
- tijdschrift: Feit & Fictie. Tijdschrift voor de geschiedenis v/d representatie
- geen nieuwe trend, reeds door J Huizinga verdedigd: wetensch betoog dient een vlot leesbaar
verhaal te zijn met literaire kwaliteiten
- een goed historicus begint bij zijn analyse v/e historische sensatie => men moet gegrepen zijn
door geschiedenis!
- ander symptoom v heropleving v/h narratieve in 3e Annales-school: mentaliteitsgeschiedenis
+ passie vr het werken met bronnen met een hoog narratief gehalte, bvb egodocunten
- hernieuwde aandacht voor taal en discours = linguistic turn heeft narrativisme bevorderd
o J Tollebeek en T Verschaffel: De vreugden v Houssaye (1992): historische sensatie
en historische interesse
Houssaye: vergeten historicus: aandacht voor vreugde in & herwaardering v
geschiedenis
o geschiedenis is nutteloos (niet waardeloos) en bevredigt, via het narratieve element,
in essentie een behoefte aan historisch inzicht die een fundamentele culturele
levensbehoefte is
- het nieuwe tgov. de vroegere aanpak v romantiek en Huizinga:
nieuwe cultuurgesch bouwt voort op de verworvenheden v/d nieuwe sociale gesch, onderbouwd
door solide, nieuw bronnenmateriaal
61
o vroeg vb v/h koppelen v marxistische tradities + nieuwe soc gesch a/d actuele trends
v cultuurgesch: EP Thompson (medestichter P & P):
The Making of the English Working Class (1963) verschoof het accent v
structuur nr cultuur
sociale klasse = geen conditie, voortgebracht door de positie i/h
productiesysteem, klasse = cultureel product, gemaakt door mensen uit
elementen v hun levensloop, en arbeiders zijn wel degelijk in staat controle uit
te oefenen op hun eigen gesch
4.3. De linguistic turn: taal, tekst en tekens of de gesch en de verlokkingen v/h postmoderne
denken
bvb Adecco reclame “Laat je niet te snel verleiden” (dikke naakte man op bureau)
=> slecht onthaald in Wallonië
- filologisch-kritische methode:
e e
o gaat terug op een lange traditie v eruditie vanaf Mabillon (17 eeuw) & Lachmann (19
eeuw)
o interpreteren v letterlijke en dubbele taalkundige betekenis v teksten binnen hun
wisselend tijdskader
o bepalen v/h al of niet authentiek karakter v/d bron bvb adhv anachronistisch
woordgebruik
- Mabillon: ging op zoek naar ontleningen, aanpassingen aan veranderde omstandigheden
o stelde de (romantische) gedachte v/d autonome auteur zeker in de ME, al geruime tijd
in vraag
o ook verschillende versies v/e ME tekst in evenveel verschillende HS’en zijn als even
zovele ‘performances’ van aan verandering onderhevige teksten te beschouwen
- conclusie: het vele postmodernistische analytische geweld is (afgezien v/h specifieke jargon)
vaak i/d praktijk minder ‘vernieuwend’ voor historici die met de traditionele hulpwetenschappen
e
(1 plaats: diplomatiek) vertrouwd zijn
- interesse voor interpretatietechniek (werden voordien enkel i/d taalanalyse en
communicatiewetenschap gehanteerd)
o inhoudsanalyse: verfijnd door Berelson (1971) en Budd (1967)
62
ste
vatten deze analyse in 1 plaats kwantitatief op, via het tellen v woorden
telbare gegevens: woorden, thema’s, correlaties tss begrippen en thema’s
men analyeert de boodschap, maar niet haar impact
- naarmate het inzicht in de werking en de effecten v/d media groeit, wordt ook de mogelijkheid
op manipulatie en op het bewust najagen v zijdelingse effecten groter, ev. zelfs ten nadele v de
oorspronkelijke boodschap die men wou overbrengen
63
o verschraling of beperking v betekenis
o overdracht op affectieve basis bvb helder: vroeger helder, nu op kleur
decoderen v beeldmateriaal
vb Boccaccio: de clichés v ME humor (de bedrogen echtgenoot) laten toe de ironische tekeningen
accuraat te decoderen
(ook hier: werken met Ginzburgs techniek v/d onopvallende kenmerken, die aanwijzingen zijn v
verscholen realiteiten)
64
analyse v foto’s en films
- er w heel verschillend gelezen naar gelang de contex en de montage, en het al dan niet
voorkomen v onderschriften
- filmtaal: cineast kan tweemaal ingrijpen
o bij de opname: domineert de mise-en-scène
o bij de montage
- heeft heel wat andre kunsten sterk beïnvloed
- film hanteert elementen zoals iconen en symbolen: tekens waarvan de vorm verwijst naar ons
bekende dingen en telkens als die dat niet doen, maar die we uit conventie associëren met ons
bekende realiteiten
- P Wollen: Sings and Meaning in Cinema (1969): indexen, tekens die indirect verwijzen naar
een moeilijk uit te beelden realiteit (bvb hitte suggereren met close-up van parelend zweet)
- Fr structuuranalysten: behandelden de film als een tekst, inzake vormelijke en inhoudelijke
aspecten, als een stuk gesch v ideeën en mentaliteiten
- Angelsaksiche contextuele benadering: aandacht a/d productie en de receptie v/d film +
ideologische elementen onderbelichten elkaars invalshoeken
o K Fledelius (1980, Denemarken): model (de klok) dat aan alle aspecten tegelijk recht
doet wedervaren
- de historische film:
o R Rosenstone (1995): = een soort geschiedschrijving
o in vele gevallen de enige visie op het verleden waarmee een belangrijk deel v/h
publiek ooit in aanraking komt
o invention: het fictionaliseren v hist feiten en het verrijken v/h verhaal met geheel
fictieve elementen; onderscheid
true invention: fictie brengt geen schade toe aan hist inzicht
false invention: fictie brengt wel schade toe aan hist inzicht
o cruciale vraag: hoe en in welke mate stelt de hist speelfilm de wijze waarop de kijker
nr het verleden kijkt en zijn opvattingen over dat verleden bij?
65
=> elke interpretatie is een vertaling i/d termen v/d eigentijdse gedachtenwereld v/d
historicus
- noodzaak om te onderzoeken of de voorgestelde hypothesen over relaties tss sociale
gebeurtenissen al dan niet gefundeerd zijn daarna zal het leggen v/e correlatie meer een
kwestie v wetenschappelijke analyse zijn dan zal het verstaan uitstijgen tot het verklaren
- toch blijft de hermeneutische aanpak (geloof in wetmatigheden) waardevol en inspirerend
e
o P Ricoeur (20 eeuw)
La mémoire, l’histoire, l’oubli (2000): onderscheid tussen…
• herinnering : vooral recente gesch, w door media aangewakkerd
• geschiedenis: zoektocht nr waarheid, blijft reëel en bereikbaar
tegen extreem postmodernisme stelt hij:
• sinds L Valla (ca 1440) de Donatio Constantini als een falsum
ontmaskerde de hist beschikt over argumenten & methodes om
bvb het negationisme & andere opvattingen die tot het domein v/d
leugen behoren te ontmaskeren
• (beklemtoont het ideografisch element)
- ook de aanhangers v/e nomothetische gesch opvatting bleven actief: wetenschapsfilosofen die
vanaf WO II i/d context v/d analytische geschiedfilosofie wetmatige verklaringen zochten
o C G Hempel: The function of general laws in history (1942)
o P Gardiner: The nature of historical explanation (1953)
o => extreem:
covering law model: elke losse handeling moet w uitgelegd binnen een
bredere basisstructuur of model
elk feit kan w vastgehaakt aan één of andere overkoepelende wet
verschil met NW is grotendeels opgeheven
- => veel kritiek
o RG Collingwood: Engels gesch theoreticus en archeoloog
NW zoeken nr uitwendige oorzaken overeenkomstig wetmatige verklaringen
MW zoeken nr motieven voor menselijk handelen en deze zijn v/e andere
orde
• baseert zich in laatste instantie op een verbeeldingsvol begrip om te
vatten welke overwegingen en gedachten a/d basis liggen v/e
bepaald soort gedrag
taalkundige analyse
- de Saussure:
o verlaat de de taalwetensch die de taal in haar hist evolutie bestudeert
o taal als functionerend systeem
taalfeit moet in zijn relatie tot het taalsysteem als geheel worden bekeken, als
een synchroon gegeven
66
o grondlegger v structuralisme + semiotiek i/d taalwetensch
o taal = systeem met duidelijke relaties tss de onderdelen ervan
o binnen de taaltekens: onderscheid
vormaspect: signifiant: datgene wat betent de woorden
betekenisaspect: signifié het onderliggende begrip
zijn dialecties gekoppeld
o onderscheid
langue: gesystematiseerde taal synchronisch bestuderen
parole: het taalgebruik i/d dagelijkse praktijk diachronisch te bestuderen
o problematiseren v/d verhouding taal-werkelijkheid i/d moderne wetenschap
literatuurtheorie
- aandacht aan realiteitswaarde v tekesten
- R Barthes:
o aandacht op het historisch discours: vooronderstellingen die de historicus bewust en
vaker onbewust inlast en van uit eigen inzichten afkomstig zijn (niet v bronnen)
o historische beschrijvingen v/h verleden handelen niet noodzakelijk over dat
verleden, maar geven enkel weer wat de historici zich voorstellen bij dat verleden
o bestaat het verleden wel buiten het verhaal?
67
o Les mots et les choses: une archeologie des sciences humaines (1966)
o Archeologie du savoir (1969)
o centraal : studie v hoe de MY via de werking v bepaalde instellingen specifieke
groepen en individuen behandelt mediatisering v bepaalde groepen zorgt voor
sociale realiteit: taal ≠ neutraal bepaald mee de determinatie (hokjesdenken)
o feiten bestaan nooit afhankelijk v/d edachtewereld die een bepaald feit denkbaar
maakt
o moderniteit is als een gevangenisachtig universum dat de controle over het individu
en over het sociale leven alsmaar uitbreidt
68
- bepaalde deconstructivisten gaan ver
o tekst = machine
o lezer kan een eindeloos aantal interpretaties geven om de constructie v die machine
bloot te leggen
o men moet zowel de intentie v/d maker v/d tekst + de vele uiteenlopende perceptie v/d
talloze consumenten v teksten/schilderijen erkennen
o => !!!: grote verleiding om totaal vrije, afwijkende interpretaties te geven over de
intenties v/d maker v/d tekst
- Eco:
o (The Limits of Interpretation)
o zowel de rechten v/d interpreterende lezer als de rechten v/d geïnterpreteerde tekst
moeten beschermd worden!
o we kunnen niet om het even hoe lezen
o grens = gedeelde wijsheid v aantal competente lezers: obv hun collectieve kannis
v codes, conventies, allusies, understatements, obv vertrouwdheid met de realiteit van
toen
- J Deploige:
e e
o onderzoek over ME heiliglevens in de Nederlanden v 10 – 14 eeuw
o heeft over de lange duur aan MY en religieuze verandering een gezicht
o illustreert de positieve gevolgen v/d linguistic turn
69
Deel IV: de historische synthese of het specifieke v historische kennis
- lineaire opvatting: de historicus is er van overtuigd dat de hist verandering loop in de richting v/e
vooraf vaststaand begin- en eindpunt (teleologisch)
o overwaardering van het begin v/h historisch proces: ordenend beginsel (bvb Plato)
o overwaardering van het einde v/h historisch proces: christelijke eschatologie
(heilsverwachting)
Augustinus:
• gesch = door God vooraf vastgesteld heilsplan
• gesch v de mensheid = continue strijd tss goed en kwaad
eeuwenlange dominante opvatting
e
Greogorius v Tours: Historia Francorum (538 – 594): 1 rangsbron vr gesch
v Merovingische koningen laten gesch beginnen met scheppingsverhaal uit
Genesis, waaraan de eigen gesch w gekoppeld
- Marx: 4 periodes
o oertijd met gemeenschappelijk bezit v productiemiddelen
o fase v privé-eigendom berustend op eigen arbeid
o kapitalistische privaateigendom v productiemiddelen
o de toekomstvisie: gemeenschappelijk bezit v productiemiddelen
- w verworpen door
o cultuurpessimisten: Rousseau
o cyclushistorici: Spengler, Toynbee: op- en neergaande cyclusbewegingen in de
beschavingen
e
- tot 18 eeuw: gesch = filosofies gefundeerde activiteit
e
- ook in de 19 eeuw: rechtelijndenken nooit helemaal weg
o nieuwe staten: bloei v nationale geschiedenis
1.2. De nationale gesch: verwetenschappelijkt geloof in de rechte lijn? Van de natiestaat naar de lieux
de mémoire
e e
- hoogtepunt: 19 , begin 20 eeuw in essentie: teleologisch
- gelijkschakeling op sociaal-cultureel vlak + eenzelfde gesch bewust nagestreefd door
centralistische, autoritaire en dictatoriale naties
- Hitler: Gleichschaltung: ontelbare varianten
- stroom tegen nationalisme: massacultuur, - communicatie en –toerisme: vervaging v nationale
identiteiten (bvb veramerikanisering)
- W Europa meende dat de grootste en enige homgeniteit v/d feiten te vinden was binnen de
vertrouwde kaders v/d eigen, goed gekende beschaving => eurocentrische opvatting
70
- kolonisatie:bewijs v superioriteit v blanke ras
- imperiale domren eigen natie met hogere zending: onderworpen volkeren civilariseren
(christianiseren)
e
- 16 eeuw: Hollando-centrische gesch (na scheiding Ndlen):
o E van Meteren (1599): Historie der Nederlandscher ende haerder naburen oorlogen
o P Corneliszoon Hooft (1642,54): Nederlandsche Historiën
o H de Groot (1657): Annales et historiae Belgicis
o => bedoeling : Republiek der Verenigde Provinciën een nationaal gevoel bijbrengen
ste
accent op het N (graafschap Holland) => tot 20 eeuw!!!
o kritiek: P Geyl (hoogleraar gesch): Gesch v/d Nederlandse stam (1930/62):
eng Ned perspectief w na WO II vervangen door een Groot-Nederlandse
optiek
leunde aan bij Vlaamse beweging
- Algemene Geschiedenis der Nederlanden (’50): verleden v B en N w samen behandeld
- politieke overheden in nieuwe staten moedigden een vorm v geschiedschrijving aan, waarin de
nationale gemeenschap en de nationale helden w opgehemeld
o vele romantishe werken:
Michelet: Histoire de France (1830/67): totale gesch: nationale staat =
volk(sziel)
• antiklerikaal, liberaal, keert terug naar de bronnen
• veel aandacht vr verhaallijn (w door Annales geactualiseerd)
• verrassend modern voorloper:
o ME: in functie v zijn MY engagement en actualiteit rondom
hem
o herontdekken v creatieve, vernieuwende impulsen
o zelfkant v/d gesch, het irrationele gedrag
71
G Vico: Scienz nuova (1725): mensheid = eenheid
• gemeenschappelijke herkomst
• (voorstellingen v) werkelijkheid = mensenwerk
=> w als voorloper beschouwd v structuralisten + postmod (vb White)
Voltaire (1756): Essai sur les moeurs et l’esprit des nations
Montesquieu : (1748) L’esprit des lois
=> verlaten radicaal eurocentrisme en betrekken andere werelddelen
ste
= aanloop voor universele gesch (sinds begin 20 eeuw)
(in die lijn: cyclustheorieën v Spengler en Toynbee
o terugval: door ineenstorting (1989) v communistisch blok + verdwijnen vijandbeeld v
KO
o these v dichotomiethese
2 modellen tgov. elkaar bij wijze v contrastwerking: ene component is meestal
primitiever dan het andere
E Durkheim:
• statische tgov. dynamische MY
F Braudel:
• stedelijke tgov. landelijke bewoning
72
1.4. Cyclus-theorieën
- essentiële processen herhalen zich, al dan niet met regelmaat + er heerst in de evolutie een
zekere wetmatigheid (nomothetisch)
o cultuurpessimisten het catastrofe-idee
e
Polybius (2 vC): politieke regimes v jeugd decadentie, waarbij het ene
wereldrijk het andere uitschakelt
e
Ibn Chaldoen (islam-hist, 14 eeuw): pollitiek + klimaat & geografie
e
O Spengler (19,20 eeuw): na WO I: Untergang des Abenslandes
• zag geliefde tweede Du Rijk instorten
• verwachtte fatale curve v aftakeling en dood
• gekleurd door nihilisme en racisme
J Huizinga (interbellum): In de schaduwen v morgen (1935)
• waarschuwing voor verlies aan ethische, esthetische & intellectuele
normen
• (niet ronduit pessimistisch)
• WO II: Geschonden wereld
Toynbee: A Study of History
• onder indruk v ondergang v Brits koloniaal imperium
• niet 1 continue, maar vele parallelle beschavingen, met elk een
analoge evolutie: 4 stadia
o (1): natuurlijke omgeving = uitdaging reactie (wnn niet te
kleine/grote uitdaging: primitieve groep beschaving)
o (2): groei: actie v stoffelijke geestelijke
o (3): ineenstorting door tekort aan creatief vermogen
o (4): ontbinding (soms vervangen dr verstening)
• westerse beschaving zal standhouden, mits reactie op uitdagingen v
Christelijke godsdienst
• groot eerbied vr hist feiten, toch bijna theologische visie op gesch
o positieve noot:
Vico: elk volk 3 fasen
• goden
• helden
• mensen: wijsheid en rede voor iedereen
- (1): histoire immobile: in het menselijk gedrag stereotiepe elementen die altijd terugkeren
individu = gedetermineerd + in handelingen min of meer voorspelbaar
o kan leiden tot naïef zelfbedrog + vooroordelen
o bvb antropologie in navolging v C L Strauss
73
- (2) histoire immobile: dusdanige trage ontwikkeling dat ze in het dagelijkse leven en zelfs binnen
de termijn v 1 generatie niet opmerkbaar is
o structuralisme en mentaliteitsgesch voor soc-econ + soc-cult fenomenen
o vb doorleven v hiërarchische structuuropvatting (ME driestandentheorie)
e
in 14 eeuw nog slechts een theorie: nuttig om voorrechten v adel en clerus te
legitimeren
e e
o vb E Le Roy Ladurie (1974): opgemerkte bevolkingsstabiliteit in ruraal Fr (14 tot 18
eeuw)
o wat van op grote afstand immobiel lijkt, is vaak het resultaat v stormachtige
ontwikkelingen
o immobiliteit wordt pas goed merkbaar nadat een stormachtige ontw a/e lange situatie
een bruusk einde heeft gesteld
vb open society revolte (1968): legde gezagsmech + seksuele taboes bloot
situaties waarin culturen plots met elkaar geconfronteerd w (bvb kolonisaties)
bieden een uitgelezen kans om immobiliteit te illustreren
vb N Wachtel: La vision des vaincus. Les indien du Pérou devant la conguête espangnole (1971)
- keek als etnograaf + historicus naar de Spaanse conquistadores door de ogen v/d inca’s
(kronieken + orale verhalen reconstrueren)
- voor inca’s: breuk met hun histoire immobile
o confrontatie overnemen (acculturatie) + weerstand
o géén eenrichtingsverkeer!!! (niet passief overnemen v westerse cultuur)
o speelden vaak komedie en namen oppervlakkig over
o veem pre-koloniale structuren & culturele attituden overleefden de kaap v/d
kolonisatie
o actuele folklore: ruimte om trauma’s v kolonisatie te verwerken
- tweemaal histoire immobile
o één die verdween in de acculturatie
o één die overleefde over de breuk v/d kolonisatie heen
2. Oorzakelijkheid
de val van ‘post hoc ergo propter hoc’: omdat B na A komt, is A de oorzaak v B
wat is oorzaak?
Aristoteles: kleine wijzigingen kunnen oorzaak zijn v grote veranderingen
- een bepaald motief determineert niet noodzakelijk tot één, en slechts één soort daad
- er is een onderscheid tss de noodzakelijke en voldoende voorwaarden waaraan moet voldaan
zijn, wil men tot een gevolg komen
- een motief is een oorzaak waaruit geen noodzakelijk gevolg voortkomt
- eenzelfde motief kan leiden tot verschillende gevolgen
- een resultaat kan het gevolg zijn van verschillende motieven
e
vb succes v/d nazi-partij: Machtsovername v Hilter op de verkiezingen v 1933 (1 minister =
kanselier)
- 1929 – 1933: succes v nazi-partij
o 1929: beurscrash in VS zware inflatie bedreiging welvaart
middenstanders: klanten verliezen koopkracht
gevoelig voor propaganda vb. joodse handelaars = concurrent
o industriële bewapening
o monarchisten: heimwee naar keizersfiguur (gaan mee in het idee Fuhrer)
o militaire kringen: Lebensraum
74
o nationalisten: tegen het verdrag v Versailles
o katholieken: elitair samenlevingsmodel + anti-communistisch
- (1)zoeken naar daden waarin duidelijk de rol v/e bewust en verantwoordelijk handelend persoon
optreedt
o vrijheid v handelen impliceert evenwel dat de handelende persoon een motief heeft tot
handelen, maar dat hij op het motief zowel positief als negatief kan reageren
o wie causale verbanden in deze sector zoekt, staat meer open voor theorieën die de
rol v/h individu en van de sterke persoonlijkheid beklemtonen en voor het
beklemtonen v/h eenmalige en evenementiële karakter v/d gesch
- (2) oorzaak beschouwen als de som v alle factoren die in relatie staan tot het feit waarvan mn
de oorzaken wil kennen diverse factoren moeten echter afgewogen worden om hun relatief
aandeel te bepalen
o om de fundamentele trends v/d oppervl factoren te onderscheiden schakelt men de
structurele behandeling in, in de overtuiging dat dierpere tendensen de sociale
evolutie grondiger beïnvloeden dan concreet waarneembare, accidentele
gebeurtenissen
- (3) analytische wijsbegeerte
e
o Leo Apostel (20 eeuw):
het specificeren v taal v/d aard v oorzaak door het onderscheiden v een
aantal begrippen (zoals aanleiding, motief, middel, oorzaak, voorwaarde,
invloed, verklaring) is zinloos omdat de inhoud v/ deze begrippen toch
verschillend is naar gelang v/d concrete hist context waarop ze betrekking
hebben
vertrekken v bestaande hist case-studies daarin criteria opsporen die de
historici gebruiken om een oorzakelijkheidsverband te bevestigen/ontkennen
einddoel: bekomen tot formules
- inductie is aangewezen: algemene uitspraken doen obv een zo groot mogelijk aantal
individuele gevallen of waarnemingen v hist feiten
- vb E Witte: ‘Politieke machtsstrijd in en om de voornaamste Belgische steden’ (1973)
o onderzoek naar de machtswisseling v contrarevolutionaire naar een revolutionaire
meerderheid tss 1830 en 1848
o comparatieve studie nr partijorganisatie, interne aantasting v/h gevestigde gezag,
infiltreren v overheidsinstellingen, aan- of afwezigheid v legerkorpsen
o factoren en voorwaarden konden gepromoveerd w tot oorzaken en constanten
- ≠ sociologische beschouwingen: gepeild naar het verband tss individueel gedrag en de wijze v
publiek optreden v hetzelfde individu in collectief verband
o P Bordieu (Fr soc): studie v de rol v/h onderwijssysteem in het consolideren en
reproduceren v sociale verhoudingen
onderscheid tss econ kapitaal (eigendomsverhouding), soc kapitaal (soc
netwerken) en cult kapitaal (status)
habitus: door opvoeding doen mensen schema’s op, ingesteldheden die hen
toelaten op ≠ situaties te reageren en dit te doen binnen de MY aanvaade
gedragspatronen
75
elke individuele habitus = product v gesch, brengt zelf individuele en
collectieve handelingen voort
MY ruimte: verdeel in ‘velden’ zich v velden al dan niet meester maken en
aan anderen betekenissen opleggen
sociale wereld: gekenmerkt door structuren die na verloop v tijd zelf
structurerend gaan werken
o E Goffmann (Canadees soc)
dramaturgische kant v/h dagelijks leven + rollen die het individu speelt
onsderscheid
• performance: spelen v/e rol
• competence: hebben v/e rol
The presentation of self in every day life (1959) & Relations in public (1971)
• hoe een individu zich in de MY vertoont en het beheersen van de
indruk die men wil nalaten
• vb spiegels die laat ME & Ren vorsten voorgeschreven kregen:
constructies over gedrag om indruk te maken ook voor het
verleden een erg nuttige invalshoek
• ook bij inschatten v collectief gedrag: rollen die binnen een groep,
(on)bewust w gespeeld
o A Giddens: pol denker
ontwerpen v/d ‘third way’ (tss neolib en oude soc)
structuratietheorie ‘The constiution of society: outline of theory of structuration
(1984)
• structuren zijn zowel oorzaak als gevolg v acties
• handelingen en structuren: dialectische relatie
• de mens heeft relatieve vrijheid v handelen getemperd door het
sociaal veld
• individuen gedragen zich in de MY als gevolg v/e praktisch
bewustzijn, dat groeit uit de knowhow, soc gedrag aangeleerd door
dat v anderen te imiteren
mens is vaak niet bewust van zijn motieven
men doet iets omdat men denkt dat hun gedrag aangepast is en
getolereerd w
o J Habermas: Du soc
beïnvloed door marxisme
originele synthese v Marx & Weber: poging om zin te geven a/h proces v
reconstructie v/e MY in W Du na WO II
Strukturwandel der Öffentlichkeit (1962)
• onderzoekt waar burgers obv collectieve en rationele keuzes gestalte
kunnen geven a/d MY en met hun project over hoe de MY best
georganiseerd w in de openbaarheid kunnen komen
76
e
botsing in een 2 fase: manifest (zichtbaar): waarbij de groepen zich bewust
zijn v hun positie
groep a/d macht streef naar status-quo, de andere naar verandering (probeert
machtsmiddelen te veroveren om het bestaande heerschappijsysteem te
wijzigen)
(eerder Weber dan Marx)
- grote theorieën zijn inspiratiebronnen: worden telkens op hun toepasbaarheid getoetst
- Nirenberg (1996):
o studie naar het vervolgen v joodse en islamitische minderheden in het laat ME
Catalonië
o strategisch aangewende reeks sociale gedragingen: periodes v gewelduitbarsting en
vreedzaam samenleven volgen elkaar op geweld & tolerantie moeten samen in
beschouwing genomen w
o via tijdelijk oplaaiende conflicten w posities ingenomen + communicatie
o vele collectieve manifestaties v gewelddadigheid in laat ME en vroeg moderne steden
zijn te lezen als claims op macht en sociaal aanzien v groepen
revoluties: belangrijke keerpunten waarbij de relatie tss overheid en burger herijkt werd
revolutietheorieën
- Michelet:
o Fr revolutie: gemaakt door de anonieme massa, gedreven door een vrijheidslievende
idee
- Marx:
o vrijheidsidee in zijn dialectisch-marxistisch schema
o met Engels: veel aandacht aan latere revoluties (zoals Commune v Parijs, 1871)
- C E Labrousse (Annales hist)
o na WO II : Fr revolutie = resultante v economische cycli
- Skocpol :
o neo-marxist
o revoluties = geheel v sociale processen waarbij het gaat om én politieke conflicten én
veranderingen i/d verhoudingen tss sociale klassen
o resulteren in snelle fundamentele en geweldadige omschakeling v dominante
waarden en mythen in een MY en van instellingen, leiding en soc structuur
- ook uit conservatieve hoek…
- C Brinton (1938)
o The anatomy of revolution
o op zoek naar factoren die maken dat revoluties fatale kringlopen zijn met fasen zoals
‘voortekens v verstoring’, ‘ziekteverschijnselen’, ‘revolutiekoorts”, ‘terreur’, ‘genezing’
o revolutie = lang ziekteproces
- Mosca en Pareto:
o elitetheorieën binnen de conflictsociologie ontwikkeld
o drijvende kracht achter de gesch: vervangen v elites en rekruteren v nieuwe leden
voor deze elites
o denken sociologisch + politicologisch politiek processen die tot het vervangen v
elites voeren
o geformuleerd in intellectuele ontredddering na WO I + opkomst nieuwe ordes in Du en
It
- C Mills: (Am soc):
o past deze elitetheorie toe op de situatie i/d VS
o The power elite (1956): vervlechting v econ, pol en militaire elites die zich a/h normale
democr spel v controle onttroken het industrieel-militaire complex (waarvoor
Eisenhower in zijn afscheidspeech voor waarschuwde, 1961)
o sommigen decoderen de conflicten rond 9/11 en war on terror overigens ook vanuit
deze hoek
merkwaardig toeval dat op 11 sept. de Carlyle groep een vergadering had
met haar belangrijkste investeerders, o.a. Bush sr. en halfbroer Bin Laden
77
CG: enorme belangen in bewapeningsindustrie, vele leden v Bush
administratie in haar rangen + Saoedisch establishment
evolutietheorieën
- Condorcet (verlichtingsfilosoof)
o gesch als lineair proces naar een eindfase v rationaliteit
- optimistische vooruitgangstheorieën:
e
o definitief gestalte i/d positivistische labo’s v biologen uit de 19 eeuw
o Darwin:
evolutietheorie met meeste invloed op ons genetisch denken
Origing of Species by Means of natural Selection (1859)
alle dieren & planten komen voort ui voorafgaande vormen
motor: proces v natuurlijke selectie (survival of the fittest) determinisme v
milieu en erfelijkheid (struggle for life)
o Spencer
idee v ontwikkeling naar steeds meer geraffineerde MY (voor Darwin)
sociaal evolutieschema v eenvoudige naar complexe MYen
MY proces waar niet moest worden ingegrepen: natuur zou voor een selectie
v fit en het elimineren v unfit zorgen
overheid mocht niet tussenkomen in dit proces door bvb soc of MY diensten
te leveren of onderwijs te voorzien
e
legitimeerde het radicale liberalisme v/h 19 eeuwse Victoriaanse Engeland
- gaan terug op T Maltus (1798) over overlevingswil bij crisissen wegens het spanningsveld tss
bevolkingsomvang en voedsel
maakt het individu de geschiedenis of de gesch het individu? zijn de ontwikkelingen meer een zaak
v/d massa of v/h individu? => wisselwerking tussen massa en individu
78
vooropstellen v/d held
79
vb het Wenen v Freud, Klimt en Schiele ca 1900
Parijs v Picasso, Apollinaire voor en na WO I
Amsterdam, Brussel en Kopenhagen voor de Cobra-schilders en auteurs i/d
jaren ‘50
ESF: project over cultural transfers in Europe (1400 – 1700) olv Muchembled
steden als theater voor culturele overdrachten
opvang en activiteit v minderheden en vreemdelingen centraal
o J Romein:
niet enkel locaties, ook geprivilegieerde momenten, waarin de interactie tss
sectoren en figuren heftiger is dan normaal
Op het breukvlak v 2 eeuwen (1967): tijd rond 1900 = typisch moment voor
omslag
• herfsttij v Europese werelhegemonie/burgerlijke cultuur
• ontwaken v anti-Europese gevoelens in andere werelddelen
e
• verguizen 19 eeuwse zekerheden door rationalisme en positivisme
via revolutionaire bewegingen in de politiek en in de kunst
• inzoomen op zo’n fase = integrale gesch
- hoe kunnen we de betekenis v dominante personen wetensch aflijnen?
o HA Simon:
onderzoek rond het probleem v hoe beslissingen w genomen, op het vlak v
beheer v bedrijven
neemt afstand v idee dat mensen louter rationele keuzes maken meer
behaviouristische aanpak
kwantitatieve formule: de macht v/e persoon w gemeten a/h aantel personen
dat gebonden is of zich materieel of moreel gebonden acht door een
beslissing v/ die persoon
probleem: bronnen vermelden meestal niet de naam v/d reëel inspirerende of
beslissende persoon v wie de idee v/e pol besluitvorming stamt, slechts die
v/e fictieve auter in wiens naam theorisch beloten w
o reële creatieve rol v centrale figuren bepalen adhv correspondenties en boeken
o is het individue een gedetermineerd wezen of een vrije vogel?
=> meningen lopen uiteen
Carlyle: romantiek
• accent op het impulsief handelend individu + heldenfiguren die aan
alle wetten ontsnappen
positivisten:
• vgl individuele menselijke gedrag met fenomenen uit de NW,
analyseerbaar en voorspelbaar
Marx:
• wetmatig determinisme v/d mens door de economische context
Pirenne
• afwisseling in de econ gesch tss periodes v vrijheid en tijden v
strenge reglementering
• geen wetmatigheid, maar feitelijkheid
e
erfgenamen v/h 19 eeuwse historisme
• gesch = eenmalig, continu en irreversibel
• enkel het unieke = reëel kan zich noot 2maal op identieke wijze en
in identieke orde voordoen
• = ideografisch
• gericht op het bijzondere en individualiserend
• nadruk op toeval
erfgenamen v/h marxisme & structuralisten
• toeval = subjectief en relatief
• mens = gedetermineerd, handelen = in zekere mate wetmatig, zelfs
voorspelbaar
• nomothetisch en generaliserend
80
3. De geschiedenis: nuttig en nodig?
o G Noiriel (1996):
studie a/d crisis waarin de gesch zich zou bevinden
terwijl het MY aanzien even groot blijft (oplagecijfers, media-aanwezigheid en
belangstelling + hernieuwde belang v/h hist aspect in soc en hum wetensch)
- hist trekken morele lessen uit het verleden en houden hun tijdgenoten vbn, voorbeeldige fig uit
het eigen verleden als na te volgen exempla vooor
o deze functie v gesch als een spiegel
o Romeinen: Plutarchus en Suetonius: vorm v/e biografie over na te volgen
prototypen
e
o Einhard (9 eeuw): Karel de Grote als model
81
e
o Carlyle (19 eeuw): portretten v hist helden
82
• invloed op Thomas v Aquino
83
o Grégoire
verplicht tijdelijk het land te verlaten nadat zijn commissie een rapport bekend
had gemaakt over de activiteiten v Leopold II in Kongo
actief in het verzet v WO I
WO II: hielp B en Fr vluchtelingen aan werk in de New school for Social
Research in NY
o al dan niet relig karakter v joodse staat: in het oog v/d storm
2000: Katz
• na rechtzaak zijn doctorstitel ontnomen
• argument:omdat zijn bevindingen over het afslachten v bewoners v
Tantura (Palestijns dorp, 1948) door Israëlische brigade, louter op
Palestijnse bronnen was gefundeerd
• ook Pappé, die Katz verdedigde werd met verwijdering v/d univ
bedreigd (voorkomen door intern protest)
84
3.2. De wortels v/d West-Eur gesch: een historiografische wandeling III
3.2.1. Religie en staat: in den beginne waren de grote verhalen
antieke geschiedschrijving
- oudste griekse epossen: geen onderscheid tss realiteit en verbeelding
- Herodotos:
o zoekt samenhang en oorzaken
o differentieert het essentiële v/h bijkomstige
- belganstelling voor het genetisch verband grootse syntheses over heden en verleden
e
o Thucydides (5 eeuw v C):
Peloponnesische oorlogen
verhaallijnen te danken aan fictieliteratuur: psychologische analyse en
dialectisch werken met contrasterende personages
kritische distantie en methode
e
o Polybius (2 eeuw vC):
in elke beschaving evolutie v groei-rijpheid-decadentie
later: Machiavelli, Toynbee, Montesquieu
- Romeinen: scheppers v/d nationalistische geschiedschrijving
o Caesar: verheerlijkte trefkracht + eigen talenten
o Augustus: over wil v Rome om bekende wereld te veroveren
e
o Salllustius: (1 eeuw vC):
historische argumenten
klaagt het zedenverval aan + politieke crisis
o Titus Livius: Romeins chauvinisme via gesch vanaf de stichting v Rome (8 eeuwen)
o Tacitus:
etnografische belangstelling voor Germanen
Annalen & Histories: psychologisch portret v eerste eeuw keizertijd
bestreven met stilistisch grote klasse
met oude Romeinse deugden uit voorbije Republiek als maatstaf
Middeleeuwen
- joodse en christelijke godsdiensten: zin voor hist dimensie
- Augustinus (5e eeuw):
o Civitas Dai
o menselijke gesch = deel v goddelijke heilsplan
- Eusebius v Caesarea (4e eeuw)
o elk feit/personage v OT en NT chronologisch vastgemaakt aan gebeurtenissen v/d
Romeinse gesch waarin het christendom zich kwam nestelen
- geschiedschrijving in christelijke westerse ME = dienstmaagd v/d religie
- niet kritiekloos auteurs hechten weinig belang aan kritische controle
e
o Flodoard v Reims (10 eeuw)
heiligenlevens en gesch vloeien quasi geruisloos in elkaar
gesch = instrument om kerkelijke ambities met alle middelen kracht bij te
zetten
e e
o Guibert v Nogent (11 /12 eeuw)
auteur v verslag over eerste kruistocht: Gesta Dei per Francos
Mohammed = booswicht
- ook niet religieuze overwegingen en zeer menselijke motivaties komen het verloop v/d feiten
mee verklaren
e
o Galbert v Brugge (12 eeuw)
opvolgingscrisies door moordaanslag op graaf Karel de Goede
twijfel: ziet zekerheden i/h gedrang komen door gruwelijkheid v/d feiten
e
- Geoffroi de Villehardouin (13 eeuw)
e
o relaat voor adel over de ridderlijke exploten tijdens de 4 kruistocht
e e
- Froissart (14 , 15 eeuw)
o riddereer = primaire drijfveer in kroniek
o grand reporter: ooggetuige v/h society gebeuren a/h hof => w voorgesteld als
richtinggevend voor het hist verloop
85
- Late ME: nieuw stedelijk publiek als producent en consument v geschiedenis
o verstedelijkte gebieden gaven de toon aan (N en Mid Italië, Z Ned)
Italië: officiële stadsgesch: ‘ricordanze’ (herinneringen) (auteurs vaak bankiers
of ondernemers) anders omgaan met de tijd & ruimte
e e
- Jacob v Maerlant (13 , 14 eeuw)
o Spiegel historiael: wereldgesch i/h Nederlands
- Jan v Boendale (14e eeuw):
o Brabantse Yeesten
Renaissance
- 2 nieuwe factoren
o loskomen v/d enge nationale en Europese horizont (dr kolonisatie)
o loskomen v/e monopoliserende ideologie en Kerk (dr reformatie)
- paradoxale situaties
o geschiedschrijving emancipeert zich voor het 1st v/d Kerk, maar heeft zich nooit meer
e
in dienst gesteld v/d godsdienst als in de 16 eeuw => kath prot
prot: M F Illyricus
kath: C Baronius
o felheid v dit ideologisch duel zorgde voor een kritischere aanpak
om argumenten te ontzenuwen hyperkritiek
Valla: humanist
• falsum ‘Donatio Constantini’ keizer Constantin laat hierin een
belangrijk deel v zijn bezittingen na aan paus Sylvester
• voorloper v Ginzburg, Ricoeur
• deur open voor verdere ontwikkeling v bronnenkritiek
- vanaf 17e eeuw: niet enkel obv inhoud, maar ook op grond v vorm en bron vals verklaren
o bollandisten (Brusselse jezuïeten): Act Sanctorum kritisch
o mauristen: Dom Jean Mabillon: De re diplomatica (1681)
eeuwenlang kritische regels v/d hist hulpwetenschappen
o => rationele HK
e
Verlichting: 18 eeuw
- moderne dimensie: kosmopolitisme
- christelijke Westen = niet meer centrum v/d wereld
- Voltaire (alias FM Arouet): Indische, Am en Chin beschavingen waren vaak superieur
- door ontdekkingstochten
- optimistisch geloof in de positieve creativiteit v/h individu
- vervangen v/d christelijke voorzienigheid als determinerende factro door rede en natuurwetten
- vooruitgangsidee
o Vico: Scienza nuova: cyclische beweging: theocratisch-hereoïsch-rationeel
86
- Montesquieu:
o meer pessimistische cyclustheorie van Polybius
o bewondert opgang v Rom beschaving, maar realiseert zich de kwetsbaarheid ervan
o w hernomen door Gibbon:
val v Rome door botsing v 2 beschavingen: Rome en het christendom
o cultuurpessimisme: ook bij Spengler, Toynbee en Huntington
e ste
3.2.3. 19 en 20 eeuw: vaktechniek, professionalisering en atomisering
e
- grote ideologieën v 19 eeuwse westerse samenleving
o ontstaan gegeven aan politieke partijen
o ontstaan gegeven aan specifieke wetenschapsbeoefening met uiteenlopende finaliteit
en methodes
christelijke historiografie: verdedigende historiografie verder v Ren en ME,
maar minder defensief
liberale en socialistische historiografie: aandacht voor groepen in MY
stedelijke burgerij & volksklasse
liberale geschiedschrijving
- binnen stroming v romantiek (1e helft 19e eeuw)
- accent op nationalisme en irrationalisme
- schakel tss Verlichting en romantiek: Herder verlicht kosmopoliet
o Ideen zur Philosophie der Geschichte der Menschheit (1784/91): romantisch concept
dat de ontw v/ elk volk w gedomineerd door het alles verklarende begrip v volksgeest
o verschillend bij elke natie, cult, pol, econ en gods elementen
- rol v gevoelens en affecties in het handelen v hist figuren => helden
o Carlyle: fundamentele rol v/h individu
o Michelet
pure liberale geschiedschrijving om Fr Revolutie te verheerlijken
Histoire de France
de anonieme masse, vleesgeworden volksziel
e e
positivistische, erudiete historiografie (2 helft 19 eeuw)
- Ranke: grondlegger
o geen documenten, geen gesch
o streeft naar de gesch : hoe het eigelijk geweest is
o nochtans: fel liberaal antiklerikalisme
o verheerlijkt de staat en dienstbaarheid aan de staat
- A Comte
o culturen w bepaald door sociologische wetten
- determinisme
o Darwin: biologisch determinisme
o Wundt: psychologisch determinisme
o Marx: economisch determinisme
- optimistisch geloof in de verklaarbaarheid v/h menselijk handelen + wetmatigheden i/d gesch
- H Taine:
o elke hist figuur is gedomineerd door de elementen ras, milieu (geogr) en moment (hist
omstandigheden)
o anti-Michelet: de volk is niet de held, de revolutie = symptoom v MY ziekte
o zorgde voor een geseculariseerde geschiedenisvisie voor antirevolutionair rechts
- Marx:
o gesch = gedetermineerd door de econ infrastructuur door 2 stromingen
overgenomen
historicisme: Ranke
• onderzoeker kan alle ideolog vooroordelen en waardeoordelen
achterwege laten
• geloofde in het soc-econ determinisme
neomarxisme
87
- Lamprecht:
o invloed v/d econbewegingen in soc groepen
o Lamprechtianen: nomothetische opvatting neo-kantianen: ideografisch
Methodenstreit of Lamprechtstreit
o geloof in geheel v soc-psych wetmatigheden die een totale gesch toeliet
belichaamde de radicale opvatting
o wilde geschiedwetensch bevrijden uit de impasse die het positivisme en zijn
overdreven aandacht voor een steriele vaktechniek had gevoerd
- Pirenne:
o oiv Lamprecht: introduceerde seminarie-onderwijs + innoverende werken over hist
demografie en synthesen over de econ gesch v ME en onstaan v steden
o het soc-econ werd voor het eerst geïntegreerd in de pol en cult evolutie v/e land
o liberaal, maar sterk oiv marxisme
o economische evolutie: door rol v opeenvolgende generaties v kapitalistische families
en hun interne dynemiek
o Histoire de Belgique: staatsbevestigend België is de logische eindfase v/e lang
proces v geleidelijke eenwording v vorstendommen v/d Z Ned sind de ME
ste
20 eeuw
- New History, Nouvelle histoire
- interesse voor nieuwe territoria en voor nieuwe methodologische invalshoeken
- interne discussies: oud dispuut nomothetisch, ideografisch? …
- Oexle:
o analyse (1996): aanvallen op het historisme op de wetensch filosofie v Weber
o toont aan hoe de opvatting dat dat gesch voor alles uitdrukking dient te geven a/d
vitale expressie v/d volkswil en recht dientde te doen a/h optreden v grote figuren,
e
mee de 1 uitdrukking v/e democr staatsorg n Du heeft ondergraven ten voordele v
het nazi-regime
vb studie v E Kantorowicz (1927): Kaiser Friedrich II
• geliefkoosd werk v Hitler, Himmler, Göring
• jood slachtoffer v nazi-terreur: The king’s two bodies (1957): nam
afstand v/d pol mystiek die in zijn Fr II nog het zicht op feiten en rede
had belemmerd
• hedendaagse postmodernisme: juichen het werk toe als van een Du
Marc Bloch
toont aan hoe ver de verwarring is toegeslagen en hoe de Methodenstreit nog
steeds actueel is
88
- Objectiviteit => door pijnlijk kritisch wetensch observatie
o perceptie ≠ neutraal
structurele verschillen: dezelfde stimuli zorger voor ≠ effecten i/h zenuwstelsel
functionele en conjuncturele elementen: stemming, ervaring, geheugen
=> werkt subjectiviteit i/d hand
- Psychologie:
o identificeren en detecteren = aangeleerd
o verschillen in opleiding, taal, cultuur = bepalend
o mens creëert niet de feiten, maar wel de referentiekaders v/d feiten
- bepaalde gevoelige discussies tonen hoe moeilijk het is om afstand te doen v ideologische
vooroordelen of impliciete subjectiviteit
o Van den Berghes: de uitbuiting v/d holocaust (1990): minder weerklank
o Finkelstein (2000):
joodse NY-er
holocaust-industrie: commercieel exploiteren v joodse lijden in WO II
enorme controverse
critici stelden zijn werk gelijk met die v negationisten
o op hetzelfde ogenblik: proces tegen D Irving (negationist) w veroordeeld
o kunnen ze op dezelfde hoogte geplaatst w?
Irving: liegt over evidente onweerlegbare feiten
Finkelstein: ontmaskert op een geëngageerde wijze een op attitudes
berustende subj bij een groot deel v/h Am publiek
scepticisme
- reputatie v hist: dat ze op objectieve wijze kunnen uitmaken of iets al dan niet gebeurd is+
aangeven wrm het gebeurd is
o gevoelige dossiers worden aan hen doorgespeeld
o verwachting: dat ze pol of juridische autoriteiten adviezen geven ivm inschatten v
doorgaans recent verleden
- vb De Witte: De Moord op Lumumba (zie CASUS)
- vb. Srebrenica
o Ne blauwhelmen hadden de controle over het door de VN als safe area benoemde
Bosnische stuk grondgebied Srebrenica
89
o 11 juli 1995: slachting v duizenden moslimmannen door de troepen v Servische
generaal Mladic
o Ne hebben dit niet kunnen tegenhouden schuldcomplex
o onderzoeksinstituut (oorspr voor WO II)
o rapport NIOD (Nederlands Instituut voor oorlogsdocumentatie): amper 7 jaar na de
feiten
o weinig kritisch tegenwerk korte afstand in tijd tss historicus en de feiten
ste
o positivistische reconstructie 1 eis voor elke ernstige beschouwing over
oorzakelijkheid
boven de politiek verheven, de zaken mooi op een rijtje gezet
- elke generatie historici: nieuw beeld v verleden in functie v kennismogelijkheid v die generatie
en v haar interesses
- reeds de selectie v feiten impliceert een standpunt
- kunnen we het element standpunt uitschakelen?
- gematigde perspectieftheorie: legt zich neer bij het bestaan v ≠ standpunten naast elkaar
o de hist moet erover waken dat hij max de lezer v zijn hist arbeid de kans geeft tot
kritische verificatie
o een minimum aan intuïtief aanvoelen en zich kunnen verplaatsen in andere
gedachtewerelden is dus noodzakelijk
(overdrijving J Romein: historicus moet MY geëngageerd zijn)
Onmiddelijk hierna: diabolisering van Lumumba in de (belgische) pers de RODE duivel (rood =
communisme), Libre Belgique: “niet ontwikkeld”
Men heeft de zaak proberen te herleiden tot een persoonlijke zaak ( ex-premier Eyskens in z'n
memoires: de toestand was een slag in het gezicht van Boudewijn)
Theorie = niet houdbaar: Men riskeert geen grote crisis voor een persoonlijk probleem
Was het een optel som van verschillende factoren?
interne politieke crisis in congo: Katanga en Kasaï willen zich afscheiden (1heidsstaat
Lumumba) => VN moet tsskomen
geo-politieke context: Lumumba vindt alleen nog steun bij Oostblok (self-fulfilling
prophecy: pers zei 'het is een rode duivel', is er ook 1 geworden)
bedreiging voor wereldvrede?
90
=> SU kan ze gebruiken om autoombommen te maken (koude oorlog)
Aug ’60 : telegram van hoofd CIA (Allen Dulles, CIA topman) --> 'REMOVAL' van Lumumba
komt aan het licht door Church-commissie : onderzoekt zake waarin CIA betrokken is
conclusie: top van Amerikaanse politiek, o.m. Eisenhower was op de hoogte en keurde
goed
2000 : Washington post: getuigenis van Johnson (national security council)
Eisenhower sprak op 18 augustus 1960 van 'ELIMINATION'
Betekenis verschoven van politiek onschadelijk maken naar moord?
INTERNE CHAOS in congo: er breken secessies uit, rivaliserende groepen = gedroomde
achtergrond voor een moord
5 sept '60: Lumumba wordt door Kasavubu afgezet
6 sept '60: Lumumba zet parlement en Kasavubu af --> legeropstand
Chaos: Mobutu trekt macht naar zich toe en Lumumba krijgt huisarrest
Belgische minister Afrikaanse zaken, graaf H. d'Aspermont Lynden, stuurt telegram: eist definitieve
eleminatie
27 november '60: Lumumba ontsnapt (tesamen met Mpolo en Okito)
1 december '60:
terug aangehouden
UNO troepen (bestaande uit Ganezen), hielpen hem niet (was hen bevolen), hoewel ze
hem bewonderden
hoe ver gaat betrokkenheid UNO?
wordt door soldaten opgesloten in Leopoldstad
Lumumba blijft een bedreiging voor Leopoldstad, blijft een belangrijke politieke tegenstander
(bedreiging interne rust en vrede)
stemmen rijzen om hem uit te leveren aan Kataï of Katanga
Belgische raadgevers (eensgezind) raden Tsjombé aan Lumumba niet te ontvangen =>
einde Lumumba = einde secessie Katanga weigert
Leopoldstad vraagt het opnieuw (boodschappen w. uitgewisseld dr Belgen): het wordt (door onder
meer druk België, telegram minister Lynden 15 januari: Juif- Satan) Katanga
Er zijn hier veel getuigenissen over: in Congo had je Belgische adviseurs (achter elke zwarte man,
een blanke), zo ook in Katanga, veel van hen leven nog .
16 januari: Tsjombé aanvaardt voorstel (op aanraden van minister Lyden deze had dus zeer veel
invloed op de laatste uren van Lumumba)
17 januari: Tsjombé geeft kapitein Gat opdracht tot exectutie PL
na marteling geëxecuteerd (door een ploeg onder leiding van een Belgische kapitein)
Cover-up operatie: lijken uit de weg geruimd (door Belg. pol.)
Publieke verontwaardiging: instinctief, zonder veel bewijzen, keren ze zich tegen de Belgische
ambassades
'91: Brassine:
"enquête sur la mort de Patrice Lumumba", doctoraat ULB
pleit Belgische staat zo goed als vrij
steekt het op de mentaliteit van de zwarten (neiging politieke tegenstanders te
elemineren)
'99:
De Witte "De moord op Lumumba" --> benadrukt rol België
zaak weer in politieke belangstelling, stroomversnelling (nieuwe gegevens)
christen democraten uit regering + machtswissel in Zaïre: Mobutu Kabilla
= goede voedingsbodem om eens wat onderzoek te gaan doen
2000: parlementaire onderzoekscommissie geïnstalleerd door belgisch parlement ( + team
historici-experten)
februari 2002: rapport aan parlement voorgelegd, werd door de voltallige kamer en regering
overgenomen
(wel nog twijfels: er blijven nog donkere vlekken o.a. internationale betrokkenheid?)
Conclussies rapport:
grote waarschijnlijkheid: moord PL = belgische betrokkeheid (vlucht naar Katanga)
dan wel georganiseerd door belgische INSTANTIES, niet door regering zelf
op alle niveaus Belgische adviseurs betrokken (waren op de hoogte!) --> geen pogingen
hem te beschermen
ministerie van buitenlandse zaken = schuldig aan gebrek aan voorzorg
leden vd regering hebben zich niet correct opgesteld na feiten (leugens
91
verspreiden)
Vaststellingen:
rol staatshoofd: Boudewijn heeft zaken gedaan die poletiek niet helemaal afgedekt waren
grote vrijheid v onderzoek: ze hebben niet toegankelijke bronnen kunnen aanboren
(koninkl. archieven)
inbreuken op het internationale recht
vermenging politieke, economische en persoonlijke belangen
Besluit van dit alles: Louis Michel heeft excuses namens belgië aangeboden aan de familie v
Lumumba en Congolese bevolking (een stuk morele schuld ingelost)
doek is nog niet gevallen maar veel stappen vooruit
Nog geen def. punt/def. objectiviteit (bv. onderzoekscommissie kon alleen maar Bel. koninkl.
archieven raadplegen, die van de VS niet)
92