Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 4

UITWERKINGEN VAN

OPGAVEN

BEGINSELEN ACCOUNTANCY
2e druk

Gijs Hiltermann – Remy Stapper

1
Hoofdstuk 6 Opgaven en antwoorden

1. In de zaak Enron werd op een gegeven moment duidelijk dat de accountants van
Enron allerlei documenten aan het vernietigen waren betreffende Enron. Motiveer
met behulp van de deontologische theorie waarom dit een onethische handeling zou
kunnen zijn.

Eigen inzicht. Een mogelijke motivering:


Bewust documenten vernietigen is een teken van verhullen. Een vorm van bedrog, en
bedriegen is onder alle omstandigheden slecht.
(p. 172-173)

2. Zie vraag 1. Motiveer met behulp van de utilitaristische theorie waarom dit een
ethische handeling zou kunnen zijn.

Eigen inzicht. Een mogelijke motivering:


Er zijn meer mensen die er beter van worden dan mensen die slechter af zijn als de
documenten worden vernietigd. De accountants zijn beter af, maar ook de meeste
aandeelhouders en betrokkenen als bepaalde informatie niet publiekelijk wordt
gemaakt.
(p. 173)

3. Zie vraag 1. Motiveer met behulp van de deugdethiek waarom dit een onethische
handeling zou kunnen zijn.

Eigen inzicht. Een mogelijke motivatie:


Een belangrijke deugd is eerlijkheid, verantwoordelijkheid nemen. Met het vernietigen
van documenten wordt dit duidelijk niet gedaan.
(p. 174)

4. Zie vraag 1. Motiveer met behulp van de zorgethiek waarom dit een ethische
handeling zou kunnen zijn.

Eigen inzicht. Een mogelijke motivering:


Als het accountantskantoor de situatie probeert te overzien en ze zien in dat de klant,
waar zij belang aan hechten, er slechter van wordt als bepaalde documenten niet
worden vernietigd, dan rest het accountantskantoor niets anders dan de documenten
te vernietigen.
(p. 174-175)

5. Zie vraag 1. Uiteindelijk zijn de accountants van Enron op vrijwel alle punten
vrijgesproken. Je zou kunnen zeggen dat de accountants zich dus aan de regels
hebben gehouden. Betekent dit hiermee dat er volgens de contracttheorieën ethisch
is gehandeld? Motiveer je antwoord.

Eigen inzicht. Een mogelijke motivering:


Je zou kunnen stellen van wel. Kennelijk heeft het accountantskantoor zich gehouden
aan de afspraken die binnen het contract zijn gemaakt.
(p.175-176)

24
6. Wat is cultureel relativisme?

In elke cultuur gelden andere normen en waarden. Je zou je kunnen afvragen of je


vanuit de ene cultuur wel kan oordelen over de andere culturen. Er is wellicht geen
universele positie mogelijk – cultureel relativisme.
(p.176)

7. In paragraaf 6.4 wordt het ‘WereldBank-memorandum’ beschreven. Ook wordt


beredeneerd hoe dit vanuit de utilitistische theorie en de zorgethiek als ethisch zou
kunnen worden bestempeld. Motiveer vanuit dezelfde theorieën waarom dit als
onethisch kan worden bestempeld.

Eigen inzicht. Een mogelijke motivering:


Utilisme: Het is moeilijk te voorspellen wat de gevolgen zijn. Bovendien zijn de
gevolgen niet alleen economisch te duiden. Vanuit andere voorspellingen met
betrekking tot de gevolgen, kun je makkelijk beredeneren dat het onethisch is.
Zorgethiek: De leefomgeving voor je kind wordt misschien wel beter, maar aan de
andere kant zijn er waarschijnlijk betere manieren om daarvoor te zorgen. De casus
wordt gebracht alsof er maar twee mogelijkheden zijn – wel verplaatsen of niet
verplaatsen van vervuilende industrieën – maar minder vervuilende industrieën overal
is ook een optie.
(p. 178)

8. Noem twee voorbeelden van legaal handelen van bedrijven van nu of uit de
geschiedenis die mogelijk als onethisch kunnen worden beschouwd.

Eigen inzicht. Is over te discussiëren. 2 voorbeelden:


Produceren van bepaalde wapens – clusterbommen (in de VS)
Proeven op dieren (voor cosmetische artikelen)
(p. 180-181)

9. Noem de zes stappen van het morele intervisiemodel.

1) Welke beslissing moet ik nemen?


2) Wie zijn de belanghebbenden?
3) Wat zeggen de beroepsregels, bedrijfscodes of andere bindende voorschriften?
4) Welke argumenten kunnen worden aangevoerd?
5) Wat is de conclusie?
6) Doe ik het ook?
(p. 181-182)

25
10. Noem de vijf fundamentele beginselen voor de accountant.

Professionaliteit; integriteit; objectiviteit; vakbekwaamheid en zorgvuldigheid;


vertrouwelijkheid.
(p. 186-187)

11. Noem de drie competentiegebieden die worden genoemd in de International


Education Standard 4 van het IFAC.

Professional skepticism and professional judgment


Ethical principles
Commitment to the public interest
(p. 189)

12. Wat is Corporate Governance?

Goed ondernemingsbestuur.
(p. 190)

13. Noem een verschil tussen de Nederlandse Corporate Governance Code en de


Sarbanes-Oxley-wet.

De Nederlandse Code richt zich meer op de controle van buitenaf – de RvC, de


aandeelhouders, en de accountant krijgen veel aandacht. SOx richt zich meer op de
interne beheersingsmaatregelen.
(p. 191)

14. Noem kort de vijf leiderschapslessen van Johnson.

1. Verantwoordelijkheid van docenten en opleiders.


2. Streven naar integratie van ethisch handelen.
3. Kernwaardes leiders moeten duidelijk worden gemaakt aan nieuwe leiders.
4. Ontwikkelen van sensitiviteit voor individuele en collectieve elementen.
5. Erkennen van belang van geloofwaardigheid.
(p. 193)

26

You might also like