Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 7

INDIVIDUELE OPDRACHT NEUROPSYCHOLOGIE

2022-2023
‘Hersenhack’ door Sitskoorn Margriet
Paper

Gwendolyn Van Den Neucker


LINK 1
Pagina’s en of titels
boek gebruikt bij link
‘Ons oude angstsysteem’. pg. 93-95
Pagina’s en of titels
syllabus gebruik bij link
Hoofdstuk 5: aandacht. Titel 3: Neuroanatomie
van de aandacht. pg. 141-147
De auteur schrijft in deze passage over ons angstsysteem. Waarbij het onbewuste angstsysteem
razendsnel werkt en is in de loop der tijd gevoelig geworden voor dingen die onze overleving of
voortplanting bedreigen. Dit systeem is echter ook gevoelig geworden voor nieuwe dingen. De
subcorticale gebieden zorgen ervoor dat onze aandacht automatisch op gevaar gericht wordt of we
kunnen bewust aandacht schenken via de frontopariëtale netwerken.
Wanneer we spreken over het bewust of automatisch richten van aandacht door subcorticale en
frontopariëtale hersengebieden denk ik meteen aan de subcorticaal gelegen reticulaire formatie en
vervolgens aan de frontale cortex en dit in samenwerking met de somatosensorische cortex. Het
ascenderend reticulair activerend systeem (ARAS) dat onderdeel is van de reticulaire formatie zorgt
voor een basisarousal of een bepaalde mate van alertheid, aandacht en concentratie. Met gerichte
aandacht wordt er vooral bedoelt het vermogen om relevante van irrelevante informatie te
onderscheiden. Dit behoort tot hogere aandachtsaspecten, die geregeld worden in de corticale
gebieden, specifiek in de prefrontale cortex. In de syllabus wordt dit uitgebreid besproken bij de
executieve functies, maar ik ga het als link houden bij hoofdstuk aandacht. Onder de frontopariëtale
hersengebieden versta ik de strategische ligging van de pariëtale lob, aangrenzend aan de motorische,
somatosensorische, visuele en akoestische schorsgebieden, het limbische systeem en de
hippocampus. Via reciproke verbindingen ontstaat er een koppeling tussen waarneming en alertheid,
maar dit wordt verder niet besproken in het boek.
Verder wordt er gesproken dat stress hierbij nog eens een langdurig en versterkend effect op het
angstsysteem kan hebben en zorgt tevens voor een hypergevoeligheid van het aandachts-, angst- en
geheugensysteem.
Onder invloed van vermoeidheid en stress fluctueert onze aandacht, wat normale fenomenen zijn. In
de syllabus spreekt men van het stresshormoon bij emotionele gebeurtenissen als de beïnvloedende
factor op de amygdala die de sterkte van het geheugenspoor reguleren. Maar toch mag de invloed van
(chronische) stress op de gevoeligheid van deze systemen niet onderschat worden.
De hersenen bestaan uit netwerken die dan weer opgebouwd zijn uit cellen, hun uitlopers en
verbindingen tussen die uitlopers. Deze netwerken staan onderling ook weer met elkaar in
verbinding en kunnen elkaar beïnvloeden. We leren hieruit dat bepaalde stimuli een gevaar
inhouden, maar omgekeerd beslissen de hersenen evengoed om hier geen aandacht meer aan te
schenken.
Koppelend op de eerste twee paragrafen kan ik hier een link leggen met andere subcorticale gebieden
die een rol spelen bij aandacht, namelijk de thalamus die fungeert als een schakelstation tussen
subcorticale en corticale gebieden waardoor impulsen worden doorgegeven. De thalamus is op
verschillende manieren betrokken bij aandachtsprocessen. Niet alleen fungeert deze als een soort
poort/filter, maar onder invloed van de frontale cortex kan deze ook als een inhibitor optreden.

2
Als ik denk aan het begrip selectieve aandacht en het negeren van irrelevante prikkels, leg ik de link
met de basale ganglia die ook hierbij betrokken is. Verder speelt de hippocampus ook nog een rol, bij
de oriëntatiereactie waarbij inkomende stimuli worden geëvalueerd en deze al dan niet leiden tot
inhibitie van het formatio reticularis (ARAS).
Ook spelen allerlei eigenschappen en de omgeving een rol bij de kracht van deze processen. Ons
angstsysteem is gekoppeld aan het geheugen; wat een gevaar vormt voor je leven, kunnen we maar
beter goed onthouden.
Als laatste wens ik de link met de amygdala te vermelden die reciproke verbindingen heeft met de
hypothalamus en de hippocampus. De amygdala regelt de affectieve waarde van een stimuli en/of
respons, maar ook van een geheugenspoor waardoor verschillende personen anders kunnen reageren
op stimuli.

LINK 2
Pagina’s en of titels
boek gebruikt bij link
‘De krachten die ons helpen te overleven: pijn en
genot’. pg. 120-124
Pagina’s en of titels
syllabus gebruik bij link
H3: Hersenmodellen. Titel: Evolutiemodel van de
hersenen: The triune brain pg.82-85
Hypothalamus + begrip ‘drive state’ pg. 144
Margriet Sitskoorn schrijft dat onze hersenen ontstaan zijn in de loop van miljoenen jaren en ze zich
nog steeds ontwikkelen. De evolutionaire ontwikkeling is onder andere in lagen verlopen, nieuwe
structuren ontwikkelen zich over oude heen en verbonden zich met de reeds bestaande structuren.
De ontwikkeling van de hersenen is nodig, omdat de omgeving, de bijhorende input en datgene wat
ervan ze gevraagd wordt voortdurend verandert. Omdat er van de hersenen niet steeds een nieuw
model wordt gemaakt, maar de nieuwe lagen zich over de oude lagen heen ontwikkelen, zijn oudere
mechanismen nog steeds in de hersenen aanwezig en laten zij hun invloed nog steeds gelden.
In de drie functionele units van Aleksander Luria bij de bespreking van de hersenen komt de eerste
unit of unit van activatie grotendeels overeen met het oudste hersensysteem, toch wil ik de nadruk
leggen op de link die ik zie met het evolutiemodel van de hersenen door MacLean waarbij men de
hersenen vanuit een fylogenetisch standpunt bekijkt. Net als de auteur is ook hij van mening dat in de
evolutie steeds nieuwe hersenstructuren en -functies zijn toegevoegd aan de reeds oude al bestaande
structuren zonder dat deze laatste verdwijnen. De functies van de oude structuren blijf bestaan, maar
deze komen onder hoger toezicht te staan (onder supervisie). Bij de biologische werkelijkheid die de
kritiek vormt op het evolutiemodel, wordt er vervolgens niet meer stilgestaan bij de evolutionaire
niveaus en hun basisfuncties. Toch lees ik over twee herkenbare systemen in de oudere netwerken
waarbij ik wel een link kan leggen met het evolutiemodel en een hersenstructuur.
Pijn en genot worden gerelateerd aan bepaalde, oude netwerken in de hersenen. Simpel gezegd
zorgt prikkeling van de genotnetwerken tot activiteiten die leiden tot motivatie die ons voorbestaan
juist bevordert, terwijl prikkeling van het pijnsysteem er voor zorgt, voor het laten van alles wat
onze voortplanting en overleving bedreigt. Pragmatisch bekeken is het evident dat we seks hebben,
eten en drinken en vanuit sociaal oogpunt moeten we vrienden maken, het vinden van een leuke
job, gezien alleen overleven bijna onmogelijk is.

3
Hierbij denk ik bijna onmiddellijk aan de egocentrische functies en de hypothalamus die hier bij
betrokken is. Al deze gedragingen hebben op de een of de andere manier te maken met overleven. Ze
zijn gericht op het behoud van het individu en de soort, waarbij ik deze kan linken met het paleoniveau
of ‘vroeg-zoogdierenbrein’. Een begrip dat in de syllabus voorkomt, maar niet door de auteur wordt
aangehaald is de drive state of een bijkomende meer specifieke activiteit in overeenstemming met de
biologische noden dat gecreëerd wordt door de hypothalamus.
David Rock heeft de belangrijkste sociale variabelen samengevat in het SCARF-model (Status,
Certainty, Autonomy, Relatedness & Fairness). Vijf essentiële kwaliteiten, die samen het geluk van
mensen bepalen. Een positieve verandering op deze elementen draagt bij aan ons geluk, terwijl het
omgekeerde gebeurt bij een bedreigende omstandigheid. Dit alles, omdat ons brein een pijn- en
genotcentrum kent, dat automatisch reageert op belonende of bedreigende omstandigheden.
Het model van David Rock vind ik een fijne aanvulling, zeker in deze huidige samenleving waarin we
een overvloed van prikkels en mogelijkheden hebben die ons materieel en lichamelijk kunnen
bevredigen. Sociale interactie is belangrijk voor mensen. Deel uitmaken van een groep werkt zeker
positief. Letterlijk meetellen en zichtbaar zijn, zijn positieve stimulansen voor onze hersenen. Dit
inzicht helpt me het eigen gedrag en dat van anderen beter te begrijpen.

TOEPASSING 1
Korte omschrijving
H1: ‘Maak je geen illusie, dit boek gaat echt over
jou’. Subtitel ‘Wetmatigheden en
neuroplasticiteit’. pg. 23-27
In deze passage wordt er geschreven dat de hersenen waarnemen wat ze gewend zijn waar te
nemen, ze raken vermoeid en nemen daardoor bepaalde informatie niet meer waar, onderdrukken
bepaalde informatie, versterken andere, gebruiken het liefst zo min mogelijk energie en zoeken naar
patronen. De hersenen bepalen wat we doen, voelen, denken en kunnen, maar het omgekeerde is
evenzeer waar. Het vormt de structuur ofwel de neurale netwerken en bepaalt mede hoe ze
functioneren (neuroplasticiteit). De structuur en het functioneren van de hersenen beïnvloedt, hoe
we waarnemen, geloven, onthouden, ontwikkelen, wat we doen en kunnen. De hersenen zijn een
open systeem die onder invloed van de buitenwereld in staat zijn neurogenese (hersencellen
aanmaken) en/of pruning (verbindingen verzwakken of verwijderen) uit te voeren. Ons brein vormt
ons zijn en ons zijn vormt ons brein en daardoor weer je zijn, maar ook weer je brein. Doen we nooit
iets nieuws of nemen we geen zinvolle informatie op, dan ontwikkelen we ons maar beperkt,
helemaal niet of in negatieve zin.

Die laatste zin kwam binnen en tevens is het ook nog eens de harde waarheid. Ik werk nu ruim 9 jaar
als sales merchandiser voor AbInBev, waarbij de eerste jaren mijn creativiteit en overtuigingskracht
werd uitgedaagd. Maar nu daagt het me niet meer voldoende uit. Ik verloor mijn interesse voor wat ik
moest doen, ervaar mijn werk niet meer als zinvol en verveel mij regelmatig. Als ik wil dat er iets
verandert, dan zal ik iets anders moeten doen. Maar dat iets anders, is best lastig. Nu weet ik hoe oude
neurale netwerken werken en zorgen voor onrust. Zoals we al weten zijn de hersenen gericht op
patroonherkenning. Ons brein is er namelijk op gericht om ons veilig te houden. Ons brein wil dus heel
graag dat we steeds hetzelfde doen.

4
Toch heb ik het heel moeilijk om me aan te passen, waardoor ik zoek ben gegaan naar een bijkomende
uitdaging. In eerste instantie waren dit workshops, maar uiteindelijk ben ik aan deze opleiding
begonnen. Als we iets nieuws leren maken we gebruik van neuroplasticiteit van de hersenen. Het
principe van neuroplasticitieit en neurogenese is een cadeau dat niet te licht mag worden opgevat. Ik
wil mezelf, vrienden, partner en iedereen rondom mij in het algemeen hier bewust van maken en
uitdagen om zoveel en zo lang mogelijk nieuw ervaringen mee te pikken.

TOEPASSING 2
Korte omschrijving
H4: ‘Je waarneming is gehackt’. Subtitel: ‘De
aandachtsillusie’. pg. 69-70: de negativity bias
Margriet Sitskoorn schrijft dat negatieve berichten meer de aandacht trekken dan positieve
berichten, het heeft evolutionair gezien een belangrijke functie. Aangezien deze over het algemeen
belangrijke informatie bevatten om geen fouten te maken of niet in gevaar te komen. De negativity
bias wordt versterkt als onze energie beperkt is. In onze haastige maatschappij zijn we op deze
manier meer vatbaar voor negatief emotioneel geladen berichten en clickbait artikels met een
choquerende, verassende of veelbelovende titel, terwijl de inhoud van het artikel dat niet altijd is.
Op die manier wordt onze aandacht gehackt en krijgen we te vaak een eenzijdig dieet van
informatieloze hapklare brokken voorgeschoteld. We zijn afgeleid van belangrijke inhoud, incorrecte
of onvolledige informatie zorgt voor een ongezonde hersenontwikkeling en een door anderen
aangestuurde blik op de werkelijkheid.

Ik ben geboren in de jaren ’80 waardoor ik mee heb kunnen groeien met de technologische
ontwikkelingen van vandaag. Op 23-jarige leeftijd had ik toen mijn eerst smartphone. Met mijn
smartphone was ik overal, altijd en met iedereen verbonden en beschouwde het als een venster op de
wereld, wat zo verruimend leek. Door de vluchtigheid van sociale media is het niet altijd gemakkelijk
om kritisch te kijken naar informatie. Het mechanisme dat hierboven beschreven staat, heb ik sinds
enige tijd door. Het grootste deel van de media leeft van advertentie-inkomsten. Zij hebben aandacht
nodig van mensen voor meer inkomsten. De koppen en artikelen die zij produceren moeten aandacht
en bezoekers opleveren. Schreeuwende en negatieve koppen trekken nu eenmaal de meeste
aandacht. Het brein reageert daar primair en snel op. Sinds enkele jaren volg ik geen nieuws meer. Ik
lees geen kranten, kijk geen nieuws op de televisie en luister nauwelijks nog naar nieuwsuitzendingen.
Dit zorgt voor veel minder onrust en het bespaart me tijd. Vandaag ga ik bewust op zoek naar accounts
of bronnen met een positieve benadering of meerwaarde. Met de verworven kennis over het
beïnvloeden en vormen van hersenstructuur en functies is dit een routine die ik zeker wil aanhouden.
Verder wil ik deze kennis ook doorgeven aan vrienden/familie die zich nog niet bewust zijn van dit
mechanisme.

5
TOEPASSING 3
Korte omschrijving
H6: ‘Je genotsysteem is gehackt’. Subtitel: ‘Van
keuze naar gewoonte en van gewoonte naar
noodzakelijkheid’. pg. 130-132
Er wordt geschreven dat dopamine ervoor zorgt dat we ons concentreren, beter presteren en we
ons goed voelen. De invloed die dopamine kan uitoefenen op onze aandacht, doelen, motivatie en
acties is groot. We weten nu dat als we worden blootgesteld aan een bepaalde stimulus die eerder
aan genot gerelateerd is, er dopamine aangemaakt wordt in de hersenen. Al die dingen die we
aantrekkelijk vinden omdat ze ons op de een of andere manier genot beloven, jagen we na. Die
herhaling van het gedrag in de jacht op iets verandert onze hersenen. Het versterkt bepaalde
verbindingen en verzwakt andere. Een belangrijk proces met betrekking tot verslaving, blijken we
datgene steeds meer nodig te hebben er is steeds minder sprake van een keuze. Dit zet mensen er
nog meer toe om het verslavende gedrag te herhalen en vaak in ernstigere mate.

Het hoofdstuk ‘Je genotsysteem is gehackt’ waarbij naar mijn mening het woord verslaving (of kans
op) de rode draad vormt is een bijzonder interessant deel van het boek. Verslaving kan om het even
wie overkomen. Ook in mijn directe omgeving zijn er verslaafd. Ik ken een aantal mensen die drugs
gebruiken, veel experimenteergedrag, bepaalde werden verslaafd. Na het lezen van dit hoofdstuk
begrijp ik hoe het verslavingssysteem in de hersenen werkt. Waarom stop je er gewoon niet mee? Die
vraag krijgen mensen met een verslaving vaak te horen, vaker dan ze lief is waarschijnlijk. Ook ik maak
me hier schuldig aan. Maar hoe maakt een verslaving een mens tot slaaf van zijn eigen verlangens?
Een eerste jointje kan al impact hebben op de hersenen, het eerste gebruik van een psychoactief
middel geeft een kortdurend dopaminestootje in het brein die gepaard gaat met een gevoel van
welzijn. De hunkering in het begin brengt iets positiefs teweeg, maar nadien loopt dit uit de hand. Maar
net die hunkering maakt het moeilijk om te stoppen. Ik wil mensen in het algemeen hier bewust van
maken, wacht idealiter niet tot het punt dat je verslaafd bent om hulp te zoeken. Zet een stap, je kan
geen verkeerde stap zetten. Het is door de stap te zetten, dat de volgende gaat komen, de eerste stap
is belangrijk.

6
Bronnenlijst
Sitskoorn, M. (2019). HersenHack: update je brein (1ste editie). Prometheus.

Vandemaele, I. (2020). Neuropsychologie 2020-2021. Syllabus. Kortrijk: Hogeschool VIVES,


studiegebied SAW.

You might also like